Project Bloedarmoede

advertisement
Project Conditiemeting
Doel
Wat is conditie? Het gaat er niet alleen om wat je kunt presteren, maar ook hoe snel je van een
prestatie weer herstelt! En hoe goed je het doet t.o.v. leeftijds- en sexe-genoten. Er zijn een aantal
eenvoudige manieren om je conditie te testen: b.v. de Coopertest, of de shuttlerun test.
Ook de labtesten zijn niet erg moeilijk: je kunt de hartslag, bloeddruk, ademfrequentie, ademvolume
voor en na een inspanning meten, en kijken naar de hersteltijd.
Wie dieper wil kijken meet ook het lactaat (melkzuur) gehalte van het bloed, en neemt een ECG
("hartfilmpje") op.
Er is een sterk verband met de zuurstofvoorziening in het lichaam. Wat op school niet kan, maar op
een klinisch-chemisch lab wel, is het meten van de zuurstof-verzadiging van het bloed.
Je kunt dit project dan ook met "beginners" en gevorderden samen doen.
Veel van de metingen zijn niet erg "biochemisch", maar "fysisch" van aard. Je hebt voor een aantal
metingen een computer nodig, met de juiste meet-sensoren.
Tref je bij iemand een slechte conditie aan, dan kun je ook verder naar oorzaken gaan zoeken. Dan
wordt het werk weer biochemischer van aard. Zie hiervoor de projecten "bloedarmoede" en "gezond
zijn en blijven". Het is mogelijk om uit de beide projecten onderdelen te combineren.
Benodigde kennis en vaardigheden
Je hebt weinig voorkennis nodig. Wat algemene labvaardigheden is genoeg. Zo nodig kun je zelfs die
tijdens het project leren.
Wat valt er te leren?
Praktijk
 bedenken en uitvoeren van een conditietest (inspanning + hertstel)
 meten van ademfrequentie en ademvolume
 meten van hartritme en bloeddruk
 opnemen van een ECG
 hoe kun je met de computer metingen doen ("interfacing")
 meten van lactaat
 anatomie en fysiologie van hart, bloedsomloop en longen
 hoe ziet weefsel van hart, bloedvaten en longen er uit onder de microscoop (histologie)
 hoe stel je een microscoop goed in
 meten van lactaat
 kwaliteitscontrole
Achtergronden van de praktijk
 anatomie van hart en bloedvaten
 anatomie van de long
 hoe wordt zuurstof opgenomen en vervoerd
 waar komt lactaat vandaan
 wat is diffusie, wat is osmose
 gevaren van werken met bloed
 hoe werkt een microscoop
 de techniek achter "interfacing"
 hoe maak je berekeningen (hartminuutvolume, verval, verdunningen, resultaten, kwaliteit)
 lezen & interpreteren van voorschriften in het nederlands en het engels
Competenties
 kunnen zorgdragen voor kwaliteit
 bedenken, plannen en communiceren van werkzaamheden (met collega’s en docenten)
 meetresultaten beoordelen en interpreteren
 resultaten rapporteren
 verband leggen tussen de verschillende onderdelen
 nemen van initiatief en verantwoordelijkheid
Welke bedrijfsbezoeken passen hier bij
 klinisch-chemisch en hematologisch lab
 bedrijf waar sensoren worden gemaakt
Gewenste produkten en beoordeling
 een per klant gegroepeerd overzicht van de resultaten, met eindconclusie per client
 een verantwoording van de kwaliteit van de uitslagen
 een verantwoording over de juistheid van de gevolgde werkwijze
 een voorlichtingsfolder voor mensen die aan hun conditie willen werken
 behalen van het microscopie-I certificaat
Voor dit project kun je contact opnemen met
- Rinnie de Boer
- Jos Jorritsma
- Wietse Smit (meet-techniek)
Download