bijbelteksten-hoofdstuk-5-en-6

advertisement
Hoofdstuk 5
Hand. 20 vers 17-24
Vanuit Milete stuurde hij iemand naar Efeze
met het verzoek aan de oudsten van de
gemeente om bij hem te komen. Toen ze
waren gearriveerd, sprak hij hen als volgt toe:
'U weet hoe ik te midden van u geleefd heb,
vanaf de eerste dag dat ik in Asia was: ik heb
de Heer in alle nederigheid gediend en heb al
het verdriet en de beproevingen als gevolg
van de samenzweringen van de Joden
doorstaan. U weet ook dat ik alles bekend heb
gemaakt wat uw welzijn ten goede komt en
dat ik u daarover in het openbaar en thuis heb
onderricht. Zowel Joden als Grieken heb ik
opgeroepen zich te bekeren tot God en te
geloven in Jezus, onze Heer. Nu ben ik op weg
naar Jeruzalem, gedreven door de Geest,
zonder te weten wat me daar te wachten
staat, behalve dan dat de heilige Geest me in
iedere stad verzekert dat gevangenschap en
vervolging mijn deel zullen zijn. Ik hecht
echter niet de minste waarde aan het behoud
van mijn leven, als ik mijn levenstaak maar kan
voltooien en de opdracht uitvoeren die ik van
de Heer Jezus ontvangen heb: getuigen van
het evangelie van Gods genade.
Galaten 5 vers 19-24
Het is bekend wat onze eigen wil allemaal
teweegbrengt: ontucht, zedeloosheid en
losbandigheid, afgoderij en toverij,
vijandschap, tweespalt, jaloezie en woede,
gekonkel, geruzie en rivaliteit, afgunst, brasen slemppartijen, en nog meer van dat soort
dingen. Ik herhaal de waarschuwing die ik u al
eerder gaf: wie zich aan deze dingen
overgeven, zullen geen deel hebben aan het
koninkrijk van God. Maar de vrucht van de
Geest is liefde, vreugde en vrede, geduld,
vriendelijkheid en goedheid, geloof,
zachtmoedigheid en zelfbeheersing. Er is geen
wet die daar iets tegen heeft. Wie Christus
Jezus toebehoort, heeft zijn eigen natuur met
alle hartstocht en begeerte aan het kruis
geslagen. Wanneer de Geest ons leven leidt,
laten we dan ook de richting volgen die de
Geest ons wijst. Laten we elkaar niet uit
eigenwaan de voet dwarszetten en elkaar
geen kwaad hart toedragen. Wanneer de
Geest ons leven leidt, laten we dan ook de
richting volgen die de Geest ons wijst. Laten
we elkaar niet uit eigenwaan de voet
dwarszetten en elkaar geen kwaad hart
toedragen.
Hoofdstuk 6
Rom 8 vers 28-39
En wij weten dat voor wie God liefhebben,
voor wie volgens zijn voornemen geroepen
zijn, alles bijdraagt aan het goede. Wie hij al
van tevoren heeft uitgekozen, heeft hij er ook
van tevoren toe bestemd om het evenbeeld te
worden van zijn Zoon, die de eerstgeborene
moest zijn van talloze broeders en zusters.
Wie hij hiertoe heeft bestemd, heeft hij ook
geroepen; en wie hij heeft geroepen, heeft hij
ook vrijgesproken; en wie hij heeft
vrijgesproken, heeft hij nu al laten delen in zijn
luister.
Wat moeten wij hier verder over zeggen? Als
God voor ons is, wie kan dan tegen ons zijn?
Zal hij, die zijn eigen Zoon niet heeft gespaard,
maar hem omwille van ons allen heeft
prijsgegeven, ons met hem niet alles
schenken? Wie zal Gods uitverkorenen
aanklagen? God zelf spreekt hen vrij. Wie zal
hen veroordelen? Christus Jezus, die
gestorven is, meer nog, die is opgewekt en
aan de rechterhand van God zit, pleit voor
ons. Wat zal ons scheiden van de liefde van
Christus? Tegenspoed, ellende of vervolging,
honger of armoede, gevaar of het zwaard? Er
staat geschreven: 'Om u worden wij dag na
dag gedood en afgevoerd als schapen voor de
slacht.' Maar wij zegevieren in dit alles
glansrijk dankzij hem die ons heeft liefgehad.
Ik ben ervan overtuigd dat dood noch leven,
engelen noch machten noch krachten, heden
noch toekomst, hoogte noch diepte, of wat er
ook maar in de schepping is, ons zal kunnen
scheiden van de liefde van God, die hij ons
gegeven heeft in Christus Jezus, onze Heer.
2 Kor. 8 vers 9
Tenslotte kent u de liefde die onze Heer Jezus
Christus heeft gegeven: hij was rijk, maar is
omwille van u arm geworden opdat u door zijn
armoede rijk zou worden.
1 Joh 3 vers 16 en 17
Wat liefde is, hebben we geleerd van hem die
zijn leven voor ons gegeven heeft. Daarom
horen ook wij ons leven te geven voor onze
broeders en zusters. Hoe kan Gods liefde in
iemand blijven die meer dan genoeg heeft om
van te bestaan, maar zijn hart sluit voor een
broeder of zuster die hij gebrek ziet lijden?
Romeinen 15 vers 7
Aanvaard elkaar daarom ter ere van God,
zoals Christus u heeft aanvaard
Filippenzen 2 vers 3-8
Handel niet uit geldingsdrang of eigenwaan,
maar acht in alle bescheidenheid de ander
belangrijker dan uzelf. Heb niet alleen uw
eigen belangen voor ogen, maar ook die van
de ander. Laat onder u de gezindheid heersen
die Christus Jezus had. Hij die de gestalte van
God had, hield zijn gelijkheid aan God niet
vast, maar deed er afstand van. Hij nam de
gestalte aan van een slaaf en werd gelijk aan
een mens. En als mens verschenen, heeft hij
zich vernederd en werd gehoorzaam tot in de
dood - de dood aan het kruis.
Galaten 6 vers 14
Maar ik - ik wil me op niets anders laten
voorstaan dan het kruis van Jezus Christus,
onze Heer, waardoor de wereld voor mij is
gekruisigd en ik voor de wereld.
1 Petrus 4 vers 12-14
Geliefde broeders en zusters, wees niet
verbaasd over de vuurproef die u ondergaat;
er overkomt u niets uitzonderlijks. Hoe meer u
deel hebt aan Christus' lijden, des te meer
moet u zich verheugen, en des te uitbundiger
zal uw vreugde zijn wanneer zijn luister
geopenbaard wordt. Als u gehoond wordt
omdat u de naam van Christus draagt, prijs u
dan gelukkig, want dat betekent dat de Geest
van God in al zijn luister op u rust.
Marcus 10 ver 42-45
Jezus riep hen bij zich en zei tegen hen: 'Jullie
weten dat de volken onderdrukt worden door
hun eigen heersers en dat hun leiders hun
macht misbruiken. Zo mag het bij jullie niet
gaan. Wie van jullie de belangrijkste wil zijn,
zal de anderen moeten dienen, en wie van
jullie de eerste wil zijn, zal ieders dienaar
moeten zijn, want ook de Mensenzoon is niet
gekomen om gediend te worden, maar om te
dienen en zijn leven te geven als losgeld voor
velen.'
Efeze 5 vers 25
Mannen, heb uw vrouw lief, zoals Christus de
kerk heeft liefgehad en zich voor haar heeft
prijsgegeven
Lukas 9 vers 23
Tegen allen zei hij: 'Wie achter mij aan wil
komen, moet zichzelf verloochenen en
dagelijks zijn kruis op zich nemen en mij
volgen.
Efeze 5 vers 2
(…)en ga de weg van de liefde, zoals Christus,
die ons heeft liefgehad en zich voor ons
gegeven heeft als offer, als een geurige gave
voor God.
Marcus 8 vers 34-38
Hij riep de menigte samen met de leerlingen
bij zich en zei: 'Wie mijn volgeling wil zijn,
moet zichzelf verloochenen, zijn kruis op zich
nemen en zo achter mij aan komen. Want
ieder die zijn leven wil behouden, zal het
verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille
van mij en het evangelie, zal het behouden.
Wat heeft een mens eraan als hij de hele
wereld wint, maar er het leven bij inschiet?
Wat zou een mens niet overhebben voor zijn
leven? Wie zich tegenover de trouweloze en
zondige mensen van deze tijd schaamt voor
mij en mijn woorden, zal merken dat de
Mensenzoon zich ook voor hem schaamt,
wanneer hij komt in het gezelschap van de
heilige engelen en bekleed met de stralende
luister van zijn Vader.'
Johannes 13 vers 17
Je zult gelukkig zijn als je dit niet alleen
begrijpt, maar er ook naar handelt.
Romeinen 3 vers 21-26
Gods gerechtigheid, waarvan de Wet en de
Profeten al getuigen, wordt nu ook buiten de
wet zichtbaar: God schenkt vrijspraak aan
allen die in Jezus Christus geloven. En er is
geen onderscheid. Iedereen heeft gezondigd
en ontbeert de nabijheid van God; en
iedereen wordt uit genade, die niets kost,
door God als een rechtvaardige aangenomen
omdat hij ons door Christus Jezus heeft
verlost. - Hij is door God aangewezen om door
zijn dood het middel tot verzoening te zijn
voor wie gelooft. Hiermee bewijst God dat hij
rechtvaardig is, want in zijn verdraagzaamheid
gaat hij voorbij aan de zonden die in het
verleden zijn begaan. Hij wil ons nu, in deze
tijd, zijn gerechtigheid bewijzen: hij laat ons
zien dat hij rechtvaardig is door iedereen vrij
te spreken die in Jezus gelooft.
Romeinen 8 vers 1-3
Dus wie in Christus Jezus zijn, worden niet
meer veroordeeld. De wet van de Geest die in
Christus Jezus leven brengt, heeft u bevrijd
van de wet van de zonde en de dood. Waartoe
de wet niet in staat was, machteloos als hij
was door de menselijke natuur, dat heeft God
tot stand gebracht. Vanwege de zonde heeft
hij zijn eigen Zoon als mens in dit zondige
bestaan gestuurd; zo heeft hij in dit bestaan
met de zonde afgerekend,
Download