Beleidsplan Stichting Welzijn Hattem 2013-2016 Hattem, juni 2013 Inhoudsopgave Inleiding 1. Beleid in veranderende maatschappij 2. Terugblik beleidsplan 2010-2012 3. Ontwikkelingen rond SWH 4. Kansen en ideeën voor SWH 5. De competente professional 6. Besluit Pagina Pagina Pagina Pagina Pagina Pagina Pagina 2 3 5 7 11 19 21 1 Inleiding Wij kijken regelmatig zowel achterom als vooruit om opnieuw de koers te bepalen voor Stichting Welzijn Hattem. Voor de komende jaren heeft dit geresulteerd in onderstaand beleidsplan. Dit plan komt voort uit meerdere vruchtbare bijeenkomsten met een enthousiast en daadkrachtig team welzijnswerkers van SWH. Waar mogelijk worden ontwikkelingen op velerlei terrein om ons heen hierin meegenomen. Wij staan immers midden in die maatschappij. Rest ons u veel leesplezier te wensen! 2 1. Beleid in veranderende maatschappij De wereld van welzijn is volop in beweging: de relatie met de burgers en hun organisaties verandert, het Rijk decentraliseert op grote schaal taken naar gemeenten en de beschikbare middelen nemen af. We zitten midden in een proces van maatschappelijke transformatie. De verzorgingsstaat bereikt zijn grenzen zowel in effectiviteit als in kosten. Het is een proces dat reeds jaren loopt en naar verwachting nog jaren zal voortduren. De maatschappij zal mee moeten in de verandering. Voor vanzelfsprekend aangenomen vormen van ondersteuning komen te vervallen. Passiviteit en afwachtendheid richting overheden en organisaties passen niet meer. De individuele burger zal vaker zélf worden uitgenodigd tot het nemen van initiatieven, tot het participeren in oplossingen. Het gevoel van ‘recht hebben op’ zal moeten verschuiven naar ‘uitgaan van de eigen kracht’. Niet de beperkingen en problemen staan voorop, maar de mogelijkheden en het eigen netwerk. Wie hulp nodig heeft, kan dat nog steeds krijgen. Wie kán bijdragen, doet dat ook. Met de transformatie van de verzorgingsstaat naar de burgermaatschappij is het zaak voor het welzijnswerk telkens weer opnieuw de juiste aanknopingspunten te vinden voor doorontwikkeling. Immers, veranderingen in de maatschappij en bij de overheid betekenen automatisch veranderingen binnen welzijnswerk. Het welzijnswerk vormt de krachtige schakel tussen de burgers en de specialisten. Zij begeleidt, intervenieert en ondersteunt in ieders individuele en gezamenlijke verantwoordelijkheid. Waar de lokale overheid extra druk opgelegd krijgt door verregaande vormen van decentralisatie, kan zij erop vertrouwen het aanboren van burgerkracht over te laten aan de welzijnsprofessionals die de sociale infrastructuur in Hattem kennen en verder vorm kunnen geven. Stichting Welzijn Hattem speelt graag proactief in op deze ontwikkelingen, om de Hattemse samenleving krachtig en vitaal te houden in veranderende tijden. Zij gelooft sterk in de eigen kracht van burgers. Dit neemt niet weg dat de burger hiervoor ondersteuning en coördinatie nodig heeft. Want de verandering in zijn denken en verwachten, komt niet vanzelf met het wegvallen van de mogelijkheden. Onze maatschappij is tenslotte gewend aan een 3 warm bad en het ‘opeisen’ van in de heersende opinie verworven rechten. Gewoonten bepalen het gedrag. En de vertrouwde gang naar (dure) voorzieningen ligt voor de hand. Daarvan loskomen is noodzakelijk maar moeilijk. Het is immers makkelijker en anoniemer dan een beroep te doen op familie, vrienden en buren. Los van deze mentaliteitsverandering, gaat het daarnaast om het samenbrengen van goede initiatieven. Stichting Welzijn Hattem weet uit eigen ervaring dat de lokale gemeenschap zich gráág inzet voor een ander en er vele goede intenties zijn bij individuele inwoners. Om deze bron aan burgerkracht aan te boren, is er professionele coördinatie nodig met kennis van de mogelijkheden en een langetermijn visie. Zodat mensen worden samengebracht die anders niet bij elkaar waren gekomen. En om te garanderen dat de goede ontwikkelingen niet kunnen stranden in een vroegtijdig stadium. Een laagdrempelige en kostenbesparende manier om van de eigen kracht van burgers een structureel succes te maken. Er is vraag naar andere benaderingen die met minder kosten tot goede resultaten leiden, en die uitgaan van een andere verantwoordelijkheidsverdeling. Minder professionele inzet en meer eigen kracht en verantwoordelijkheid van burgers. Dit vraagt van ons een inzet waarin ruimte is voor verandering op inhoud maar ook in de vorm waarin de welzijnsfunctie is georganiseerd. Stichting Welzijn Hattem gaat deze uitdaging graag aan de komende jaren. Participatie, samenredzaamheid en eigen kracht kunnen op die manier juist motiverend gaan werken. In de eigen kracht staan, met maximale invloed op het eigen welzijn. Dat geeft vertrouwen. Meedoen geeft energie. Samenwerken versterkt! Stichting Welzijn Hattem biedt graag de benodigde continue aanmoeding en ondersteuning om de eigen kracht van Hattem te verzilveren. 4 2. Terugblik beleidsplan 2010-2012 Vanuit welke achtergrond kijken we vooruit naar de komende jaren? We kijken positief terug op het eerste beleidsplan van Stichting Welzijn Hattem, dat liep over onze eerste bestaansperiode van 2010 tot en met 2012. Op onderdelen is onze insteek niet gewijzigd en willen we consolideren wat we hebben. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan profilering/PR. Onze naamsbekendheid is significant toegenomen dankzij onze inspanningen. Een ander voorbeeld is de signaleringsfunctie die nu structureel deel uitmaakt van ons werk en daarin volledig is ingebed. Ook gezien de hiervoor geschetste maatschappelijke verandering, blijft dit een speerpunt binnen onze welzijnsorganisatie: vroegtijdig signaleren, handelen en indien nodig ingrijpen. Dit alles om ontwrichtende situaties (en bijbehorende kosten) te voorkomen. Veel van onze voornemens en plannen zijn geslaagd, met name die dingen die we in eigen hand hebben. Het leeuwendeel van onze doelen is zowel kwantitatief als kwalitatief behaald. De verdere voortzetting hiervan hangt mede af van de demografische ontwikkelingen rond de doelgroepen. Op andere punten zijn de omstandigheden en inzichten gewijzigd en moeten opnieuw keuzes worden gemaakt. Zo verlopen sommige samenwerkingsrelaties tot volle tevredenheid en sommige beperken zich bij voorkeur tot het respectvol naast elkaar samenwerken. Waar we nu al af en toe een appél doen op eigen kracht zal dit in de komende jaren verder moeten groeien. Dit staat uiteraard geheel in de lijn van de voornoemde maatschappelijke ontwikkelingen. Het buurtwerk zal daarbij naar verwachting een belangrijke rol gaan spelen. Het verbinden van generaties is iets wat nog verder zou kunnen groeien. We kijken dan ook rijkhalzend uit naar de verbouwing van De Marke, die mogelijk zal maken dat alle medewerkers en bijbehorende doelgroepen op één locatie gevestigd zijn. De verbinding kan daardoor goed tot stand komen. Ook zijn er projectmatige onderdelen uit het vorige beleid die tot nu toe niet gelukt zijn maar waar onze insteek niet veranderd is. Zo is het project dagbesteding niet volledig en op alle fronten het succes geworden waarop we hadden gehoopt. Wél was dit een bijzonder goede leerschool wat ons vertrouwen in het concept alleen 5 maar sterker heeft gemaakt. Pionieren kan soms ook betekenen dat je ergens te vroeg mee bent. We staan dan ook nog steeds achter het concept en zien kansen bij een mogelijke schaalvergroting qua gemeentes en een verdere terugloop van AWBZ gelden. Ook zien we verschuivingen van de behoeftes binnen de doelgroepen. Zo is bijvoorbeeld de vraag naar cursussen afgenomen en de vraag naar personen alarmering in het ouderenwerk toegenomen. Er heeft een lichte groei plaatsgevonden in het aantal vrijwilligers bij Stichting Welzijn Hattem. Wel merken we een verandering in het soort werk dat vrijwilligers zoeken. Er zijn minder vrijwilligers te vinden voor structurele inspanningen. Vaker wordt aangegeven vrijwilligerswerk op incidentele basis uit te willen voeren. Passend binnen het drukke en afwisselende eigen leven dat de burger van nu kenmerkt. Enerzijds kan dit leiden tot onderbezetting bij vaste activiteiten en diensten. Anderzijds sluit dit mooi aan bij de eerder geschetste maatschappelijke verandering. We willen als welzijnsstichting sterke ondersteuning bieden bij de eigen kracht van burgers waar meer en meer beroep op wordt gedaan. Dit zal ook juist leiden tot meer vraag naar incidentele inzet van vrijwilligers: flexibiliteit passend bij de voortdurend verandere vraag. De behoeftes die vanuit de samenleving komen zijn tenslotte altijd anders, het gaat vaak om individueel maatwerk. Zo zouden wij uit een keukentafelgesprek de ene keer een behoefte kunnen signaleren aan hulp bij de boodschappen en de andere keer hulp bij het invullen van speciale aanvraagformulieren. Helaas moeten we constateren dat na al die jaren nog steeds gezamenlijke parameters met de gemeente ontbreken inzake het beleid rond welzijn. Bij verdere bezuinigingen is van belang welke keuzes de gemeente gaat maken op de vele terreinen die op hen afkomen. Helder is in ieder geval wel dat Stichting Welzijn Hattem de kwetsbare doelgroepen moet bedienen. Dat hier meerdere varianten mogelijk zijn spreekt voor zich. Het is nu zaak met deze gewijzigde omstandigheden en inzichten nieuwe palen te slaan voor de toekomst van welzijnswerk in zijn algemeenheid en per doelgroep. 6 3. Ontwikkelingen rond SWH In het eerste hoofdstuk schetsten we al een maatschappelijke context voor dit beleidsplan. Daar binnen en daarnaast zijn vele ontwikkelingen gaande die van invloed zijn op het welzijnswerk. De belangrijkste drie ontwikkelingen zetten we hieronder uiteen. § 3.1 Ontwikkeling 1: Afname middelen Nederland verandert van een verzorgingsstaat in een burgermaatschappij. De rol van de overheid wordt kleiner en individuen, groepen burgers en organisaties krijgen meer verantwoordelijkheid bij het oplossen van maatschappelijke vraagstukken. Zelfredzaamheid is hierbij een veelgehoorde term oftewel het nieuwe “Hoera woord”. Kwetsbare mensen en hun omgeving moeten meer zelf gaan doen. Professionele ondersteuning gefinancierd door de overheid wordt minder. Stichting Welzijn Hattem spreekt daarnaast zelf ook graag van ‘samenredzaamheid’. Zij gelooft in de eigen kracht van burgers en het bieden en vinden van ondersteuning bij elkaar in nieuwe vormen, nieuwe netwerken. De verzorgingsstaat staat in de nabije toekomst alleen klaar voor de meest kwetsbaren. Met name de stijgende kosten van de ouderenzorg zorgen ervoor dat de kosten onbetaalbaar worden. Daarom eist de overheid dat kinderen, buren en andere mantelzorgers straks bijspringen. Men verwacht sluiting van vele verzorgingshuizen en bezuinigingen op de huishoudelijke hulp voor ouderen. In tegenstelling tot Duitsland waar het een wettelijke plicht is actief bij te dragen aan de zorg voor hun ouders, zal het in Nederland vooralsnog een morele plicht zijn en vooral worden. Men verwacht hierbij wel problemen. De nieuwe generatie mantelzorgers is opgegroeid in tijden van individualisering, groeiende welvaart en een sterk ontwikkelde verzorgingsstaat. Persoonlijke ontwikkeling staat voorop. Carrière, gezin, vrienden en vrije tijd zijn belangrijk. Tegelijkertijd krijgt deze groep te maken met veel zwaardere zorgtaken, alleen al omdat mensen langer leven. Een lastige factor is ook dat de maatschappij steeds meer bestaat uit veranderende gezinsvormen, bijvoorbeeld stiefouders in ‘samengestelde gezinnen’, ongehuwde moeders, latrelaties, gescheiden ouders. 7 De aandacht voor het aanboren, ondersteunen en benutten van eigen kracht en capaciteiten van burgers wordt steeds groter. De maatschappelijke ondersteuning moet in toenemende mate op deze manier worden georganiseerd. De noodzaak tot ‘samenredzaamheid’ lijkt dus haaks te staan op het toenemende individualisme dat ook wij in ons werk tegenkomen. Juist waar we toe moeten werken naar meer maatschappelijke betrokkenheid van zowel de jongere áls de oudere generaties, is het dan ook een uitdaging om nieuwe vormen te creëren van elkaar helpen en ondersteunen. Individuaiteit en eigen belang zullen meer naar de achtergrond moeten raken, om plaats te bieden aan samenwerking en eigen kracht. In het eerste hoofdstuk van dit beleidsplan schetsen wij dan ook dat dit veranderende beroep op de burger een goede coördinatie behoeft. Professionals die vanuit de welzijnsgedachte met beperkte middelen veel kunnen bereiken. Het verzilveren van de goede wil, door een continue aanmoediging en ondersteuning van de burger. Naast de afname aan middelen als gevolg van de stijgende kosten van de ouderenzorg is er over de brede linie minder geld beschikbaar voor welzijn als gevolg van de recessie en de afnemende middelen bij de gemeentes. Zo zien we landelijk een afname van middelen voor welzijnswerk op alle terreinen zoals kinderwerk, jongerenwerk, ouderenwerk, mantelzorg, volwassenenwerk en cultuur. Evenals voor andere sectoren krijgt ook welzijn te maken met een kleiner budget bij overheid, provincies en gemeenten. § 3.2 Ontwikkeling 2: Transities Linksom of rechtsom: men verwacht dat de drie transities naar de gemeentes er vroeger of later aan gaan komen. Hiermee komen de Jeugdzorg, de AWBZ en de Participatiewet onder de verantwoordelijkheid van de gemeente te vallen. De huidige aanpak van maatschappelijke problemen is onvoldoende effectief en de financiële druk te groot. Het is bij het schrijven van dit beleidsplan nog onduidelijk óf en wanneer een en ander wordt doorgevoerd maar de meeste gemeentes gaan door met de voorbereidingen. De beweging die in gang is gezet zal doorgang vinden, hooguit de uitwerking zal anders worden dan voorzien. Het betreft de volgende transities: a Jeugdzorg gaat van de provincie naar de gemeente b AWBZ verschuift van de overheid naar de gemeente (WMO) c Participatiewet komt bij de gemeente 8 ad a Jeugdzorg De Jeugdzorg gaat van de provincie naar de gemeente. Hiermee wordt de gemeente vanaf 2015 bestuurlijk en financieel verantwoordelijk voor alle ondersteuning, hulp en zorg aan kinderen, jongeren en opvoeders. Vanuit diverse instanties waaronder het Nederlandse Jeugdinstituut wordt daarbij gepleit voor meer aandacht voor de gewone positieve ontwikkeling van de jeugd, en daarmee voor meer aandacht voor algemene voorzieningen zoals jeugdwelzijnswerk, buurtvoorzieningen, kinderopvang en school. Meer aandacht dus voor de kwaliteit van de leefomgeving van kinderen en jongeren. Dit betekent stimulering van gezond opgroeien, positief opvoeden, kansen op een succesvolle schoolloopbaan bieden, talentontwikkeling en het actief participeren in school en de samenleving mogelijk maken. Het op peil brengen en houden van algemene jeugdvoorzieningen, zoals jeugdwelzijn zorgt op langere termijn voor een beter opgroeiklimaat, vermindering van problemen en een afname van doorverwijzing naar meer intensieve vormen van hulp. Indirect kan deze transitie dus ook van invloed zijn op het Jeugdwerk van SWH. Dit geheel zou vervolgens aangevuld moeten worden in tweede instantie met de opbouw van een samenhangende zorgstructuur die erop gericht is de opvoeding zoveel mogelijk te versterken en dus niet over te nemen. ad b AWBZ Hulpbehoevende ouderen, zieken en gehandicapten moeten hun hulp voortaan zelf gaan organiseren. Alleen voor de hulp die echt niet kan worden verleend door familieleden, vrienden en buren, komt de overheid nog over de brug met een budget om professionele zorg te betalen. Het nieuwe motto wordt “help elkaar”. Uit de AWBZ wordt enkel nog de zorg in gehandicapteninstellingen en verpleeg- en verzorgingshuizen betaald, al wordt de drempel voor een plek in de instelling sterk verhoogd. Ook bij de zorg buiten de instellingen bij de mensen thuis wordt de drempel voor het recht op professionele zorg verhoogd. Het idee van het nabuurschap en de hulp van familie worden in ere hersteld. De gemeenten en de zorgverzekeraars worden gezamenlijk verantwoordelijk voor de AWBZ- zorg buiten de huizen. De gang van zaken nu is dat mensen die zorg nodig hebben die aan kunnen vragen. Zij krijgen dan een indicatie die recht geeft op zorg in natura zoals een zorginstelling die aanbiedt. In de toekomst wordt eerst het probleem vastgesteld. Daarna wordt gekeken wat de hulpbehoevende of diens omgeving zelf aan zorg kan regelen. Dat gebeurt bijvoorbeeld in een “keukentafelgesprek”. Daarin worden de persoonlijke omstandigheden van de cliënt, zijn financiële positie, de nabijheid van kinderen en zijn sociale netwerk meegewogen. Daarna wordt bekeken of er nog behoefte is aan aanvullende professionele hulp. 9 Meningsverschillen bestaan nog over de wijze van financiering van de zorg, met een budget, een zorgbewijs of tegoedbonnen. Zeer actueel in Hattem is de verandering bij de hulp in de huishouding. Stichting Welzijn Hattem heeft duidelijke ideeën over hoe het welzijnswerk hierin een rol zou kunnen gaan spelen. In den lande bestaan er bovendien uiterst inspirerende voorbeelden van welzijnsorganisaties die delen van de organisatie en/of uitvoering van hulp in de huishouding overgenomen hebben. Juist vanwege haar sterke voorvechtersrol van de eigen kracht en het eigen netwerk, kan Stichting Welzijn Hattem bezuinigingen doorvoeren mét behoud van kwaliteit. Contacten hierover met Gemeente Hattem hebben reeds plaatsgevonden, waarbij de boodschappenservice een concreet benoemd plan is. Bij het schrijven van dit beleidsplan wordt nog gewacht op de reactie van de gemeente, om verdere stappen hieromtrent te gaan nemen. ad c Participatiewet Deze wet wil mensen met een bijstandsuitkering of met een lichamelijke, psychische of verstandelijke beperking ook diensten binnen de WMO laten uitvoeren. Hierbij wordt niet direct gedacht aan betaalde arbeid maar op een besparing op kosten van professionals. Een van de veelgenoemde voorbeelden is dat elke uitkeringsgerechtigde die zijn eigen huishouden kan onderhouden dat ook voor een ander kan doen als bijdrage aan de samenleving. In het land zien we voorbeelden van welzijnsorganisaties die activeringsprojecten voor mensen met een bijstandsuitkering bieden. Op die manier benut je als gemeente het lokale netwerk. §3.3 Ontwikkeling 3: Schaalvergroting gemeentes Waar een gemeentelijk schaalgrootte opgelegd zou gaan worden van minimaal 50.000 inwoners gaan er nu al stemmen op voor een minimum van 100.000 inwoners. Hattem zal linksom of rechtsom in de nabije toekomst tot samenwerking met andere gemeente(s) gedwongen zijn. Deze schaalgrootte biedt vele kansen maar kent ook risico’s. 10 4. Kansen en ideeën voor SWH §4.1 Algemeen Stichting Welzijn Hattem is betrokken bij de samenleving en staat open voor actuele ontwikkelingen en signalen vanuit de maatschappij en overheid. Van belang zal blijven dat wij er zijn voor de kwetsbaren in de Hattemse samenleving. Wij beschouwen onszelf als een welzijnsondernemer die bij uitstek geschikt is om de kracht in de samenleving aan te boren en te verzilveren. Wij menen dan ook over de goede papieren voor de toekomst te beschikken. Er komt veel op de gemeentes af op dit moment en dit zal de komende jaren niet veranderen. Stichting Welzijn Hattem zit dicht bij de gemeente Hattem. Onze toekomststrategie zal zijn dat wij anticiperen op deze ontwikkelingen en de toegevoegde waarde van welzijn aantonen aan de gemeente en anderen. Waar mogelijk willen we dit combineren met het voorleggen van concrete ideeën als handreiking naar de gemeente. Van de andere kant zouden we graag zien dat de gemeente aan ons problemen voorlegt. Partnerschap met de gemeente houdt ook in dat de welzijnsondernemer in staat is om problemen van de gemeente op te lossen. Dat kan gaan om bijvoorbeeld acute problemen bijvoorbeeld bij buurtbemiddeling maar ook om vraagstukken als dalende budgetten in het sociale domein. Vele taken kunnen met een gerust hart uitbesteed worden aan Stichting Welzijn Hattem. Wij hebben ons ontwikkeld tot een stabiele en professionele organisatie waar mensen op kunnen bouwen en vertrouwen en dit willen wij graag voortzetten. Deze strategie zal gepaard gaan met de juiste snelheid, flexibiliteit en slagkracht. Een en ander zou kunnen betekenen dat er andere keuzes gemaakt moeten worden en taken of aandachtsgebieden waar nodig verschoven moeten worden. Bij het schrijven van dit artikel heeft Stichting Welzijn Hattem daartoe zelf al de nodige initiatieven genomen. De nadruk op haar cursus- en activiteitenaanbod is gestabiliseerd, om ruimte te maken voor nieuwe ontwikkelingen die passen bij haar rol als verzilveraar van de burgerkracht. Hierdoor ontstaat ondermeer ruimte voor het opzetten van ondersteuning bij financien en formulieren (project “Op Koers”) voor inwoners van Hattem. Ook worden er initiatieven ontplooid en voorgelegd aan Gemeente Hattem rondom burenkracht, keukentafelgesprekken en boodschappenservice. Hierover verderop meer. 11 §4.2 Idee: Buurtwerk als paraplu voor burgerkracht Bij een terugtredende overheid en verbreding van de WMO wordt de sociale samenhang tussen burgers van belang. Stichting Welzijn Hattem kan bijdragen aan het verbeteren van welbevinden van mensen in hun omgeving. Daarbij gaan wij steeds meer uit van de eigen kracht en talenten van kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen in de wijk. Wij hebben reeds goede ervaringen in buurtwerk. Denk aan de burendag, de wekelijkse spelenkaravaan, de straatspeeldag, contacten met de speeltuinen, keukentafelgesprekken met ouderen. Maar wij bruisen van ideeën om dit verder uit te bouwen de komende jaren. Zo denken wij aan het starten van een pilot in het najaar 2013 met een buurtregisseur die aanspreekpunt is en verbindingen legt tussen de bewoners. Daarnaast kan hij ter plekke signaleren en kent hij een hele korte lijn naar Stichting Welzijn Hattem. Uiteraard geschoold vanuit onze professionaliteit. De buurtregisseur slaat bruggen tussen burgers en zorgt dat de burgers ook daadwerkelijk elkaar de hand reiken en helpen. Daarnaast valt ook te denken aan de burenbemiddeling waar we op dit moment met de Gemeente Hattem over in gesprek zijn. Maar ook het eten met of bij buren, of een huiskamerproject, biedt kansen op verbindingen. Deze preventieve wijze van werken kan kosten in de zorg en elders terugbrengen. Maar het buurtwerk kan ook nog veel verder gaan wat ons betreft. Een inspirerend voorbeeld kan gevonden worden in de gemeente Oudewater.Daar heeft de welzijnsinstelling de vervolg - indicatiegesprekken voor de hulp in de huishouding uitgevoerd en op 38 inwoners € 44.000,- bespaard. Dit door gebruik te maken van eigen sociale kring van de betrokkene en het verbinden van weerbare met kwetsbare burgers. Zoals al bleek uit dit beleidsplan, is dit zeer in de lijn met de visie van Stichting Welzijn Hattem. Ook denken wij graag out of the box voor wat betreft zorg in de buurt. Beginnende dementie leidt voortaan namelijk niet meer direct tot opname in een verpleeghuis. De eerste lijn zou een gesprek met welzijnswerk kunnen entameren met het verzoek de betreffende persoon zo actief mogelijk te houden. Het streven zou moeten zijn op wijkniveau netwerken te gaan vormen. Mensen zijn verrassend vaak meer gebaat bij het inwisselen van een onsje zorg voor een onsje welzijn. Wanneer iemand in zijn eigen kracht wordt gezet, met een maximale invloed op het eigen welzijn, ontstaat juist weer een toenemend gevoel van welzijn. Hulp vanuit het eigen netwerk of vanuit een nieuw opgezet sociaal netwerk kan een gevoel van verbondenheid creëren dat verder gaat dan de inzet van een reguliere hulp. Gewaardeerd worden om wat je kunt, in plaats van passief worden ingebed in 12 reguliere (overheids)voorzieningen die de maatschappij teveel geld kosten. Daarom niet onbelangrijk: het drukt de kosten terwijl het gevoel van eigenwaarde vergroot wordt. Wij realiseren ons goed dat deze wijze van werken een omslag vraagt van medewerkers, vrijwilligers en burgers. Hoe krijg je inwoners in beweging meer taken op zich te nemen in de trant van samenredzaamheid? En wat moeten de professionals doen en laten om dit te bereiken? Het succes zit vaak in de manier waarop bewoners worden benaderd. Mensen blijken meer gebaat bij uitnodiging dan bij stimulering. Zelforganisatie veronderstelt intrinsieke motivatie. Mensen uitnodigen iets voor een ander te doen, binnen de eigen capaciteiten en interesses, levert meer enthousiasme op dan hen aanspreken op het feit dat zij genoodzaakt zijn iets te móeten doen. Al deze informele netwerken bestaan uit onbetaalde krachten die ondersteund worden door professionals. Vaak bestaat de misvatting dat inwoners zomaar initiatieven nemen. Dit is te eenvoudig gedacht. Zoals eerder beschreven ontstaat het initiatief tot samenredzaamheid niet automatisch op het moment dat bestaande vormen van (overheids)ondersteuning komen te vervallen. Door de eerdere gewenning en ingebedde veronderstelling van verworven rechten, is het een uitdaging de weerstand daarover van burgers om te zetten naar eigen inititiaf. Om een proces en een bewustwording in gang te zetten zijn professionals nodig. Ook als achtervang blijven altijd professionals nodig ter ondersteuning. Ook de aanjaagfunctie voor ideeën van welzijnswerk is van belang. Eerder in dit beleidsplan spraken we al over de continue aanmoeding en ondersteuning vóór de burgerinitiatieven, dóór een coördinerende professional met een kennis van mogelijkheden en langetermijnvisie. Het zogenoemde ‘buurtwerk’ kan in Hattem dan ook als verzamelnaam gelden voor de vele vormen van het aanspreken van burgerkracht. Zie daartoe de figuur op de volgende pagina. Bepaalde onderdelen richten zich specifiek op het versterken van cohesie binnen een bepaalde buurt of straat. Voorbeelden daarvan zijn Burendag en de Spelenkaravaan. Daarnaast zijn er onderdelen die in meer algemene, brede vorm inzetten op burgers onderling zonder dat dit specifiek aan een bepaalde buurt of straat gekoppeld is. Voorbeelden daarvan zijn burgerkracht en keukentafelgesprekken. 13 Buurtwerk als paraplu voor burgerkracht Burendag Burgerkracht Spelenkaravaan Straathoekwerk Speeltuinen Keukentafelgesprekken Buurtbemiddeling §4.3 Idee: Keukentafelgesprekkken In projectvorm hebben wij in 2012 en 2013 vele huisbezoeken gedaan bij ouderen. Hiermee hebben wij zeer goede ervaringen opgedaan. Daarnaast zal Stichting Welzijn Hattem zich steeds meer gaan richten op de eigen kracht van burgers, hun netwerk/buurt, om de sociale cohesie te versterken. In lijn hiermee stellen wij voor jaarlijks huisbezoeken uit te voeren bij alle inwoners die dat jaar 75 jaar worden. Naar schatting betreft dat op dit moment circa 75-100 ouderen per jaar. Deze huisbezoeken hebben een sterk signalerend en preventief karakter. Stichting Welzijn Hattem heeft bewezen dergelijke opdrachten naar grote tevredenheid uit te kunnen voeren tegen relatief lage kosten, mede door gebruik te maken van reeds aanwezige expertise en een eigen netwerk. Wanneer deze keukentafelgesprekken gecombineerd worden met het achterhalen van bijvoorbeeld informatie die nodig is voor het WMO loket en het inzetten van het sociale netwerk van betrokkenen om de kosten voor zorg te besparen is een verschuiving van financiering het overwegen waard. Wij stellen ons voor ieder jaar ons budget te bekijken en op basis daarvan te beslissen hoeveel gesprekken er daadwerkelijk uitgevoerd kunnen worden. Daarbij denken wij bovendien aan de inzet van een goed geschoolde stagiair HBO (maatschappelijk werk en dienstverlening), onder begeleiding van een beroepskracht. Dit zal de efficiëntie en het bereik van het aantal ouderen sterk kunnen vergroten. 14 § 4.4 Kans: Één locatie De huisvestingsplannen zijn definitief, hetgeen betekent dat Stichting Welzijn Hattem op één locatie gehuisvest gaat worden aan de Daendelsweg met ingang van het seizoen 2013-2014. Dit zal de efficiency ten goede komen en biedt tevens nieuwe kansen voor de inhoud van ons werk. Zo zien wij betere mogelijkheden op het gebied van intergenerationeel werken, laagdrempeligheid voor ons activiteitenaanbod en nieuwe plannen die daardoor nu uitvoering kunnen vinden. § 4.5 Idee: Project “OP KO€RS” Steeds meer mensen hebben behoefte aan ondersteuning bij hun (financiële) administratie. Er is een toename aan mensen met financiële problemen, het aantal ouderen neemt toe, waarmee ook de groep kwetsbaren stijgt. Maar ook onder jongeren groeit het aantal schulden gestaag. Dit in combinatie met een complexe wet- en regelgeving, een economische recessie en een terugtredende overheid. In opdracht van de gemeente heeft Stichting Welzijn Hattem in 2012 een globale inventarisatie gemaakt van wat er momenteel geboden wordt in Hattem op het gebied van financiële hulpverlening (zie rapport “Inventarisatie aanbod financiële hulpverlening in Hattem, juli 2012”). Hieruit kwam naar voren dat er diverse aanbieders zijn in de financiële hulpverlening. Zo houden wij ons bezig met voorlichting op het gebied van inkomensondersteuning in groepsverband aan jongeren en ouderen. In zijn algemeenheid constateren we dat er een versnipperd aanbod is wat verspreid ligt over professionele en vrijwillige organisaties. Er ligt een hiaat op het gebied van preventieve, laagdrempelige en langdurige financiële ondersteuning. Ook werd geconstateerd dat de regie op dit gebied tot op dit moment ontbreekt. Stichting Welzijn Hattem is in overleg met Gemeente Hattem gestart met een pilot van het project “OP KO€RS”, voor alle inwoners in Hattem ongeacht de leeftijd met (beginnende) financiële problemen. Deze pilot loopt tot 1 januari 2015 en wordt gedurende deze looptijd budgettair neutraal uitgevoerd door SWH. Ook fiscale ondersteuning zou onderdeel moeten zijn van dit project ons inziens, wellicht als onderdeel van een bredere formulierenbrigade. Stichting Welzijn Hattem kan door haar netwerk, deskundigheid en vroegsignalering doelgroepen goed bereiken. Door een uitvoering met behulp van getrainde en geschoolde vrijwilligers kunnen de kosten van het project laag blijven. Ook op dit terrein zullen burgers zoveel mogelijk burgers moeten helpen. Voor het welslagen van dit project is goede samenwerking met andere partijen zoals maatschappelijk werk, Triada en het WMO loket van belang. Het doorverwijzen van cliënten naar elkaar is van belang om het project te laten slagen en te 15 bewerkstelligen dat reeds preventief dingen gebeuren. Het project biedt een overzicht van de aanleiding, doelstellingen, aanpak en de verschillende onderdelen waaruit het project kan gaan bestaan. Tevens is daarin opgenomen een werkwijze en bijbehorend tijdspad. Bovendien voor de duur van het project volledig gefinancierd vanuit eigen bestaande middelen. Stichting Welzijn Hattem maakt dit mogelijk door een interne verschuiving. § 4.6 Idee: Dagbesteding met vrijwilligers De AWBZ is in de loop der jaren behoorlijk uitgekleed, wat ook zijn weerslag had op het aantal indicaties voor de dagopvang (zie project “Dagprogramma Senioren, 2010” van SWH). Dit aantal is fors afgenomen. Verwacht wordt dat dit proces zich verder voortzet bij de transitie naar de gemeenten. Niet alleen komen de nieuwe taken op de gemeente af, de bezuinigingen op de budgetten zijn fors. Welzijn is de enige partij die begeleiding verleent zonder enige vorm van indicatie. Het project dagbesteding met vrijwilligers van Stichting Welzijn Hattem blijft een uniek concept, wat voor een herstart uitermate geschikt is. Voortschrijdend inzicht levert op dat essentiële voorwaarden voor een herstart zijn: doorverwijzing door andere instanties als gevolg van een verdere terugloop van het aantal indicaties òf een schaalvergroting over de gemeentegrenzen in combinatie met het organiseren van vervoer met behulp van vrijwilligers voor de cliënten. Voor dit project geldt eveneens dat de uitvoering met behulp van getrainde en geschoolde vrijwilligers de kosten van een dergelijke dagbesteding laag houden. En ook dit project is een voorbeeld van burgers die burgers helpen. § 4.7 Idee: Mobiliteit en boodschappen Mobiel zijn betekent voor ouderen levenskwaliteit. Mobiliteit is van groot belang voor de zelfstandigheid en zelfredzaamheid. Nu de vergoedingen minder worden, staat hun mobiliteit onder druk. Een oplossing kan gevonden worden in het beter benutten van vervoer in de informele sfeer. Buurtgenoten en lotgenoten die wel mobiel zijn zouden moeten worden geïntegreerd in een mobiliteitsnetwerk. Met vervoer op eigen kracht willen we het vervoer dicht bij de mensen brengen die minder mobiel zijn. Denk aan vrijwilligersvervoer en burenhulp om de mobiliteit van ouderen en mensen met een beperking kwantitatief en kwalitatief te verbeteren. Dit ligt in de lijn van de respijtzorg die Stichting Welzijn Hattem reeds aanbiedt. Wij beschikken over een poule van vrijwilligers die op incidentele basis, al naar gelang de vraag, ingezet kan worden ter ondersteuning van andere inwoners. Dit kan gebeuren uit het oogpunt van mantelzorg, als ook ouderenwerk en burgerkracht. In het kader van mobiliteit denken wij bovendien aan het doen van boodschappen voor en/of mét ouderen. Eerder beschreven we al de bezuinigingen die Gemeente 16 Hattem moet maken op de huishoudelijke hulp. Een onderdeel hiervan is de het doen van boodschappen voor ouderen, door hun thuishulp. Stichting Welzijn Hattem heeft bij de Gemeente aangegeven dat zij mogelijkheden ziet om dit anders en voordeliger in te vullen. Vanuit onze visie van burgerkracht zouden wij een boodschappenservice voor ogen hebben die zowel voordeliger is, als aansluit bij het versterken van eigen netwerken. § 4.8 Idee: Eén loket Op dit moment beschikken we in Hattem over drie loketten te weten het WMO loket, loket Werk en Inkomen en het CJG loket. Daarnaast biedt Stichting Welzijn Hattem zelf informatie en advies, met name gericht op ouderen en mantelzorgers. Alle ontwikkelingen bij elkaar in combinatie met de schaalgrootte van Hattem doen ons vermoeden dat dit niet de ideale situatie is. Dit mede tegen het licht van onze visie op het Sociaal Domein en de positionering van welzijnswerk bij de TOEGANG (het loket, de indicatiestelling, keukentafelgesprekken, nulde – en eerstelijn). Het samenbrengen van activiteiten onder gemeentelijke aansturing biedt kansen voor een veel effectievere en efficiënter georganiseerde aanpak op het hele domein. In eerste instantie moeten we inzetten op maatwerk leveren en toegankelijkheid. Dit is preventief. Denk aan de keukentafelgesprekken. Dit zal niet het huidige aanbod kunnen vervangen en is ook niet geschikt voor elke situatie. Naast het outreachende werk naar de mensen toe en kijken wat je in de buurt kunt bereiken moeten we rond de transities toe naar één plek waar burgers als vanzelfsprekend binnenkomen met hun vragen op terreinen als opvoeding, werk en uitkering en maatschappelijke participatie. Dichtbij, voor de hand liggend en onomstreden. Voorbeelden in het land laten zien dat dit niet per definitie in het gemeentehuis zou hoeven plaatsvinden. Zoals de huisarts altijd de eerste is waar je naar toe gaat als je een probleem hebt op het terrein van je eigen gezondheid, zo is er een plek waar je vanzelfsprekend naar toe kunt gaan als je vragen op het terrein van je eigen (sociale) leven hebt. Maar ook een activeringsproject voor mensen met een uitkering maakt deel uit van dit loket. Mensen die onder begeleiding, eenvoudige persoonlijke diensten aanbieden of zinvolle klussen doen in de wijk. Hierbij zou gedacht kunnen worden aan een intake volgens drie lijnen: nuldelijns, eerstelijns, tweedelijns van eigenkracht tot specialistische hulp (zie Drie transities in één beweging, mrt 2012 Stade Advies). Één sociaal team in een loket met generalisten. Dit zijn mensen die de inwoners, de omgeving, de buurt, het professionele speelveld, maar ook de civil society kennen. De generalist is een professional die vanuit de leefwereld van burgers kan denken, die naast de burger staat en zo nodig ook een professionele duw in de goede richting kan geven. Iemand die tijdig ingrijpt, die de eigen kracht van burgers 17 aanmoedigt, die problemen licht oppakt, die de veerkracht in de samenleving versterkt en als vangnet fungeert voor de echt kwetsbare burgers. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld een loket waar mensen naar toe gaan om een voorziening aan te vragen in verband met een beperking. De rol van Stichting Welzijn Hattem in dit loket zien wij rond de nuldelijn, de eigen kracht van burgers en de informele netwerken. Maar ook in de eerste lijn, de toeleiding naar zinvol werk en antwoorden op sociaal-maatschappelijke problemen, zijn onze medewerkers op hun plek. Wederom geldt ook bij deze constructie dat wanneer je bij elk bezoek aan het loket start bij de eigen kracht en het sociale netwerk van betrokkene waar nodig aangevuld met het informele netwerk van Stichting Welzijn Hattem, de gemeente vele kosten zal kunnen besparen. 18 5. De competente professional §5.1 Algemeen Het werkveld om ons heen is in beweging. Dit vraagt om het opnieuw bekijken van de competenties van onze medewerkers opdat zij een bijdrage kunnen leveren aan het realiseren van de doelstellingen van de nieuwe WMO. Waar nodig kan dit leiden tot de noodzaak van scholing. De belangrijkste doelstelling van de wet zijn zelfredzaamheid, participatie en sociale samenhang. De professional ondersteunt burgers met hulpvragen vanuit deze doelstellingen. Andersom stimuleren en ondersteunen sociaal werkers in de WMO burgers om zich in te zetten voor sociale samenhang en participatie (vrijwilligerswerk, burenhulp), waardoor anderen meer zelfredzaam worden. §5.2 Competenties professionals De competente professional: Verheldert vragen en behoeften De sociaal werker luistert betrokken, actief en met open vizier naar burgers en biedt hen vertrouwen. Hij bouwt op professionele wijze een vertrouwensrelatie op, geeft ruimte en vraagt door naar verwachtingen, wensen en mogelijkheden. De daadwerkelijke vraag is leidend. Versterkt eigen kracht en zelfregie De sociaal werker begeleidt individuen, vrijwilligers, families en groepen bij het vinden van eigen oplossingen voor hun vragen. Hij motiveert, ondersteunt, informeert, adviseert en helpt hen om vaardigheden te ontwikkelen, keuzes te maken, het eigen netwerk aan te boren en hun eigen kracht en die van hun omgeving te versterken om tot gewenste resultaten te komen. Waar burgers niet in staat zijn om de eigen kracht te benutten of geen netwerk hebben, blijft de sociaal werker ondersteuning bieden of draagt hij de zorg over. Is zichtbaar en gaat op mensen af De sociaal werker kent burgers en wordt door hen gekend. Hij is een toegankelijk en laagdrempelig aanspreekpunt en gaat naar burgers toe in hun eigen leefsituatie om latente of door anderen gesignaleerde vragen en behoeften te achterhalen en hen daarbij te ondersteunen. Hij profileert zich zelfbewust met zijn kennis van de 19 lokale samenleving bij samenwerkingspartners en beleidsmakers op zijn werkgebied en op aanpalende terreinen. Stimuleert verantwoordelijk gedrag De sociaal werker bevordert dat afhankelijk gedrag omgebogen wordt in het nemen van eigen verantwoordelijkheid. Hij helpt om belemmerende patronen te doorbreken. Hij zoekt gezamenlijk naar oplossingen die binnen het vermogen van burgers liggen en stimuleert tot het aanleren van effectief gedrag. Stuurt aan op betrokkenheid en participatie De sociaal werker stuurt aan op betrokkenheid, verantwoordelijkheid en het benutten van het vermogen van burgers om zelf hun situatie te verbeteren. Hij stimuleert dat burgers eigenaar zijn van hun vragen op het gebied van zelfredzaamheid, participatie en sociale samenhang. Hij zoekt de juiste balans tussen zelfwerkzaamheid van de burger en het interveniëren als professional. Verbindt gezamenlijke en individuele aanpak De sociaal werker verbindt individuele vragen en behoeften met vrijwilligers, actieve burgers en organisaties. Hierdoor stimuleert hij wederkerigheid, sociale samenhang en de gezamenlijke aanpak van vragen. Werkt samen en versterkt netwerken De sociaal werker versterkt netwerken van burgers. Hij ontwikkelt en ondersteunt samenwerkingsrelaties van burgers, professionals, verenigingen, ondernemers en beleidsmakers zodat een integrale en doelmatige aanpak gerealiseerd wordt. Hij heeft een breed netwerk. Hij deelt verantwoordelijkheden, maakt gebruik van deskundigheid van anderen, draagt zijn eigen deskundigheid over en pakt taken op in interdisciplinaire samenwerking. §5.3 Het creëren van een flexibele schil Het tempo van de veranderingen zal de komende periode alleen maar hoger worden door wisselende behoeften en budgetten. Zorg voor voldoende flexibiliteit in de organisatie om op veranderende vragen te kunnen inspelen. Dat betekent dat het van belang is om een deel van de medewerkers voor bepaalde tijd of op flexibele basis te binden. Vaste werknemers werken zoveel mogelijk in algemene dienst en met een zo breed mogelijke functieomschrijving. 20 6. Besluit In een sterk veranderende samenleving, wilt Stichting Welzijn Hattem mee bewegen in de richting die nodig is. Zij gelooft sterk in verschuivingen richting burgerkracht, ondersteund door flexibele professionals. Het steviger maken van de inzet van vrijwilligers en burgers, vormt tegelijkertijd een vangnet voor kwetsbaren. In Hattem is duidelijk de keuze gemaakt het welzijnswerk voornamelijk te richten op deze groep kwetsbaren. Stichting Welzijn Hattem heeft zich ontwikkeld tot een stabiele en professionele organisatie waar burgers en organisaties op kunnen bouwen en vertrouwen. Dit willen wij graag verder voortzetten. Vele taken kunnen dan ook met een gerust hart worden uitbesteed aan Stichting Welzijn Hattem: een partij die de vanzelfsprekende partner is bij de transitie. Onze daadkracht, flexibiliteit en vermogen veel te bereiken met beperkte middelen, zijn de capaciteiten die juist in deze tijden goed benut zouden moeten worden. Reeds een groot deel van onze projecten, diensten en activiteiten is gebaseerd op het principe van burgerkracht. Juist deze goede ervaring maakt dat wij dit nog verder kunnen uitbreiden. Op basis van onze goede kennis, inzicht en netwerk, zou Stichting Welzijn Hattem dan ook de geschikte partner voor Gemeente Hattem zijn om uiteenlopende vraagstukken binnen de gemeente te bespreken en op te lossen. Dit beleidsplan vormt daarvoor een goede aanleiding. Tot slot rest ons enkel te melden dat wij met een groot enthousiasme de komende jaren in zullen gaan, vertrouwend op zowel de eigen daadkracht als die van de Hattemse burgers. Over een aantal jaar kijken wij graag met veel genoegen terug op dit plan, in de goede hoop hiervan nét zoveel gerealiseerd te hebben als van ons vorige beleidsplan. Een mooie toekomst voor een stabiel en saamhorig Hattem hebben wij voor ogen. 21