Hoe onderzoek de praktijk innoveert Volwassenheidsmodel voor duurzaam projectmanagement Economic Sustainability Environmental Sustainability Return on Investment - Direct financial benefits / Net Present Value - Strategic value Business Agility - Flexibility / Optionality in the project - Increased business flexibility Transport - Local procurement / supplier selection - Digital communication - Traveling - Transport Energy - Energy used - Emission / CO2 from energy used Water - Water usage - Recycling Waste - Recycling - Disposal Materials and resources - Reusability - Incorporated energy - Supplier selection Labor Practices and Decent Work - Employment - Labor / Management relations - Health and Safety - Training and Education - Organizational learning Human Rights - Non-discrimination - Diversity and Equal opportunity - Freedom of association - Child labor - Forced and compulsory labor Society and Customers - Community support - Public policy / Compliance - Customer health and safety - Products and services labeling - Market communication and Advertising - Customer privacy Ethical behaviour - Investment and Procurement practices - Bribery and corruption - Anti-competition behaviour Duurzaamheid wordt wereldwijd erkend als één van de meest belangrijke uitdagingen van deze tijd. Na het succes van Al Gore’s film ‘An inconvenient truth’ is er brede bewustwording ontstaan over de noodzaak om ons gedrag en beleid te veranderen. Immers, hoe kan anders welvaart gecreëerd worden zonder de toekomst te verkwanselen? Duurzaamheid vraagt om verandering en innovatie, waarvoor projecten vaak de geschikte aanpak zijn. Daarmee ontstaat de vraag hoe projecten, projectmanagement en projectmanagers omgaan of moeten omgaan met de eisen die vanuit duurzaamheid gesteld kunnen worden. M et deze vraag als centraal thema zijn Hogeschool Utrecht en Van Aetsveld een onderzoekstraject gestart waarin wetenschap (Hogeschool Utrecht) en praktijk (Van Aetsveld) intensief samenwerken. Dit leidde onder andere tot gezamenlijke publicaties, waaronder de Projectie-special over duurzaamheid, en tot de ontwikkeling van een volwassenheidsmodel waarmee organisaties de integratie van duurzaamheid en projectmanagement concreet handen en voeten kunnen geven en waarmee wetenschappelijk onderzoek gedaan kan worden. Dit artikel presenteert dit volwassenheidsmodel en enkele concepten hierachter. Relatie project en duurzaamheid Duurzaamheid is de afgelopen jaren al door diverse mensen gerelateerd aan projecten en projectmanagement (Gareis, Silvius). auteurs ron schipper Enerzijds een eenvoudig te leggen relatie aangezien projecten veelgebruikte managementinstrumenten zijn om iets te veranderen: producten, diensten, processen, bedrijfsmiddelen, locaties, etc. En duurzaamheid heeft verandering nodig. Duurzaamheid impliceert dat de huidige wijze van produceren, organiseren, distribueren, consumeren, etc. moet veranderen, omdat deze negatieve effecten heeft op de toekomst. We mogen daarom concluderen dat de ontwikkeling naar een meer duurzame maatschappij vraagt om veranderingen en daarmee vraagt om projecten. In feite was deze verbinding tussen duurzaamheid en projecten al in 1987 gelegd door de bekende World Commission on Environment and Development, in het mijlpaalrapport ‘Our Common Future’. Wat betreft de betekenis van duurzaamheid voor projectmanagement is de relatie echter minder eenvoudig. Want hoe worden de inzichten vanuit duurzaamheid geconcretiseerd op de werkvloer? Hoe integreren bedrijven de concepten van duurzaamheid in hun projecten en projectmanagement? De standaarden voor projectmanagement bieden op dit vlak nog weinig houvast en ook de praktijk laat nog niet veel zien op dit vlak, concludeert Eid in 2009. Toch zou verwacht mogen worden, gezien de nadruk die veel organisaties momenteel op duurzaamheid leggen, dat de concepten en criteria van duurzaamheid in de nabije toekomst toch ook hun weg zullen vinden naar projecten en projectmanagement. Gilbert Silvius ([email protected]), ([email protected]), Verantwoordelijkheid nemen senior consultant Van lector Hogeschool Aetsveld verander- en Utrecht en principal projectmanagement en consultant Van Aetsveld Het belang van duurzaamheid voor de beroepsgroep van projectmanagers komt regelmatig aan de orde op de internationale IPMA-congressen. Zo stelde IPMA vice-presidente Mary McKinlay in haar congrestoespraak van 2008 dat het voor de verdere ontwikkeling van projectmanagement nodig is dat projectmanagers verantwoordelijkheid nemen voor duurzaamheid. In haar visie Assessor IPMA Excellence verander- en Award. 24 projectmanagement. IPMA Projectie Magazine | 03-2011 Social Sustainability Tabel 1. Een checklist voor duurzaamheidaspecten van projecten. dienen projectmanagers in de toekomst hun rol breder in te vullen dan tot nu toe het geval is. Op de IPMA-conferentie van 2010 werd duurzaamheid in vijf presentaties benoemd. De rode draad daarbij was dat projectmanagement zich dient te ontwikkelen van de ‘dingen goed doen’ naar ‘de goede dingen goed doen’. Dat impliceert dat projectmanagers ook een bepaalde verantwoordelijkheid nemen voor het resultaat van hun project, inclusief de duurzaamheidsaspecten hiervan. Het gaat er daarbij niet om of ze verantwoordelijk zijn, maar of ze vanuit hun professie een bepaalde verantwoordelijkheid nemen. Onderzoeksliteratuur In wetenschappelijk onderzoek is de relatie tussen projectmanagement en duurzaamheid nog steeds een opkomend onderzoeksveld. Literatuur is schaars, maar enkele eerste onderzoeken en ideeën zijn de afgelopen jaren gepubliceerd (onder andere door Labuschagne, Silvius, Gareis en Eid). De belangrijkste inzichten uit de huidige onderzoeksliteratuur zijn: 1.Duurzaamheid in projectmanagement gaat over het integreren van economische, sociale en ecologische aspecten in het managen en uitvoeren van projecten. 2.Duurzaamheid in projectmanagement gaat ook over het integreren van het lange termijn perspectief van duurzaamheid in het korte termijn perspectief van projectmanagement. 3.Duurzaamheid in projectmanagement wordt niet adequaat geadresseerd in de projectmanagementstandaarden. 4.Duurzaamheid in projectmanagement rekt de grenzen van projectmanagement op. De huidige resultaten uit onderzoek zijn vooral interpretatief en verkennend van aard. De onderzoeken trachten betekenis gevend te zijn aan hoe concepten van duurzaamheid geïnterpreteerd kunnen worden in de context van projecten. Onderzoeksresultaten zijn nog niet descriptief in de zin van voorschrijvend hoe duurzaamheid geïntegreerd moet worden in projecten. De onderzoeken verschaffen vooral de ingrediënten, maar niet het recept. Duurzaamheid is daar blijkbaar een te complex concept voor. Volwassenheidsmodellen zijn bijzonder geschikt voor het ‘vertalen’ van complexe concepten in organisatorische maatregelen en aspecten. Een volwassenheidsmodel biedt richting en aanwijzingen voor organisatorische implementatie en vaak ook een meetinstrument om status en voortgang inzichtelijk te maken (Dinsmore, 1998). De meest gebruikte volwassenheidsmodellen zijn afgeleid van het Capability Maturity Model (Carnegie Mellon Software Engineering Institute, 2002) en zijn gebaseerd op procesvolwas- > 03-2011 | IPMA Projectie Magazine 25 Non Non existing existing Sustainability aspects Inhoudelijke aspecten Sustainability in projects is considered at the level of the Sustainability aspects > senheid. Hoe goed is de organisatie in staat een bepaald bedrijfsproces, bijvoorbeeld de uitvoering van projecten, beheerst en geoptimaliseerd te doen plaatsvinden? Sustainability inBusiness projects is considered level of the Resources Businessat theProducts / Resources Business Business Products / Processes Model Services Processes Model Services People criteria People criteria Planet criteria Planet criteria Volwassenheid gaat echter verder dan alleen het beheerst Profit criteria Profit criteria uitvoeren van processen (Pasian, 2010). Voor het inzichtelijk maken van de mate waarin de aspecten van Tabel 2: Conceptueel model van het volwassenheidsmodel. duurzaamheid in beschouwing worden genomen in nisatie of het project waarde genereert voor haar stakeholders. projecten lijkt daarom een meer inhoudelijk model op z’n plaats. Bedrijfsprocessen zijn hier onderdeel van. Het ‘Sustainable Project Management Maturity Model’ (Silvius & Het vierde niveau van beschouwing betreft de waardegenereSchipper, 2010) is daarom gebaseerd op twee concepten. rende producten en diensten (products and services) zelf. In welke Het eerste concept betreft de inhoudelijke aspecten van mate dragen de producten en diensten van de organisatie bij aan duurzaamheid. Deze zijn gebaseerd op de bekende definitie van een meer duurzame samenleving. In het geval van een project is duurzame ontwikkeling zoals neergelegd in het eerdergenoemde de vraag dus in welke mate het resultaat van het project bijdraagt rapport ‘Our Common Future’: “Sustainable development is aan een meer duurzame samenleving. development that meets the needs of the present without Deze niveaus van beschouwing reflecteren de ontwikkeling van compromising the ability of future generations to meet their own het denken over duurzaamheid in organisaties. In de hedenneeds.” In essentie gaat deze definitie over eerlijkheid, of gelijkdaagse visie op duurzaamheid gaat het niet over hoe organisaties heid tussen generaties. En die gelijkheid vereist dat we verstandig ‘minder slecht’ kunnen zijn, maar hoe ze ‘goed’ kunnen zijn. Van omgaan met de natuurlijke bronnen op onze planeet en deze niet reactief naar proactief derhalve. En van kosten naar opbrengsuitputten. “Consuming income, not capital”, noemen Dyllick and ten, want duurzaamheid is geen liefdadigheid; duurzaamheid is Hockerts (2002) dit. Maar duurzaamheid betreft ook eerlijkheid business! of gelijkheid tussen regio’s, volkeren en landen. Een rechtvaardige verdeling van bronnen en welvaart derhalve. De combinatie Negentien vragen van dit sociale perspectief, het ecologische perspectief en het Op basis van de twee hierboven genoemde conceptuele invalseconomische perspectief wordt het ‘triple P’- of ‘People, Planet, hoeken ziet het volwassenheidsmodel er uit als weergegeven in Profit’-model genoemd, naar John Elkington (1997). tabel 2. In het Expert Seminar ‘Survival and Sustainability as Challenges De aspecten van duurzaamheid, zoals geconcretiseerd in de eerfor Project’ is op basis van deze concepten van duurzaamheid een der besproken checklist (zie tabel 1), zijn in het volwassenheidschecklist met sustainability-aspecten voor projecten ontwikkeld. model omgezet in negentien vragen (vier voor de profit-criteria, Tabel 1 toont deze checklist. zeven voor de people-criteria en acht voor de planet-criteria) met Niveau van duurzaamheid beschrijvende antwoorden die aangeven op welk niveau het desHet tweede concept waarop het volwassenheidsmodel gebaseerd betreffende aspect wordt beschouwd. Naast de eerder beschreven is, betreft het niveau waarop de duurzaamheidaspecten worden vier niveaus van beschouwing, is een vijfde niveau (non existing) beschouwd. toegevoegd voor het geval het aspect in het project totaal niet Een eerste logische niveau wat dit betreft is dat van de bedrijfsgeadresseerd wordt. Per vraag kan ook worden aangegeven wat de middelen (resources). Zo kan een projectorganisatie ervoor kiezen huidige situatie (actual) en de gewenste situatie (desired) is. in hybride auto’s te rijden in plaats van in meer vervuilende auto’s. Het werk en de oorzaak van vervuiling blijft hetzelfde, maar de Een belangrijk aspect van het model is dat het niet normatief is. gebruikte middelen zijn minder ‘slecht’. Het geeft dus geen oordeel over hoe in een project duurzaamEen tweede niveau van beschouwing is het veranderen van heid beschouwd moet worden. Het meet slechts hoe de aspecten het bedrijfsproces (business processes) waarin de vervuilende van duurzaamheid in beschouwing worden genomen en maakt bedrijfsmiddelen worden gebruikt. Is het transport met de auto’s dit communiceerbaar. Tabel 3 toont het grafische format van de eigenlijk wel noodzakelijk? Kan het werk ook met communicaeindrapportage. Met dit inzicht kan duurzaamheid in projecten tiemiddelen als videoconferencing worden uitgevoerd? Op dit en projectmanagement bespreekbaar worden gemaakt en kan een niveau probeert men niet het ‘schadelijke’ effect van de gebruikte ambitie worden geformuleerd. Het model biedt projectmanagers middelen te verminderen, maar probeert men die middelen zelf en opdrachtgevers dus een instrument om duurzaamheid in weg te nemen door het bedrijfsproces slimmer in te richten. projecten vorm te geven en te monitoren. Het derde niveau heeft in beginsel dezelfde benadering als het Model in praktijk tweede niveau: het wegnemen van de oorzaak, maar dan op het Het volwassenheidsmodel is door wetenschap en praktijk samen niveau van het bedrijfsmodel (business model) van de gehele ontwikkeld. Er is gezamenlijk overleg geweest over de structuur, organisatie. Het bedrijfsmodel betreft de wijze waarop de orga- 26 IPMA Projectie Magazine | 03-2011 opzet en rationale achter het volwassenheidsmodel en vervolgens is het model concreet ingevuld en zijn vragenlijsten geconstrueerd. Na het opstellen van het model zijn diverse acties uitgezet. In de eerste plaats is het model natuurlijk gevalideerd op kwaliteit en bruikbaarheid. Hiertoe is het getoetst door een aantal internationale collega’s en wetenschappers. In de tweede plaats is het model gebruikt om concrete projecten te beoordelen. Dit is gedaan door studenten van Hogeschool Utrecht die met behulp van het model circa veertig projecten in Nederlands hebben onderzocht. De resultaten van deze casestudies zullen in een later stadium worden gerapporteerd. De praktijkervaringen hebben naast waardevolle feedback over de bruikbaarheid van het model ook de eerste benchmark-informatie opgeleverd. Een derde initiatief is het gebruiken van het model om bewustwording en actiegerichtheid te creëren bij projectmanagers van een grote softwareleverancier in Nederland. Tot slot vormt het model uiteindelijk ook een belangrijke basis voor een later dit jaar te verschijnen boek over de integratie van duurzaamheid in projecten en projectmanagement. Profit perspective Planet perspective People perspective Conclusie Het in dit artikel gepresenteerde volwassenheidsmodel biedt een concreet handvat om duurzaamheid te integreren in de wijze waarom projecten ontwikkeld, georganiseerd en gemanaged worden, Het biedt daarmee een ‘vertaling’ van de abstracte concepten van duurzaamheid naar concrete acties in de praktijk van projecten en projectmanagement. Het geeft daarmee onder andere input aan de volgende versie van een projectmanagementstandaard als PMBOK. Maar daarmee houdt het niet op. Duurzaamheid in projecten en projectmanagement heeft ook consequenties voor de organisaties die projecten uitvoeren; voor projectportfoliomanagement en de overall governance van projecten. En duurzaamheid heeft ook consequenties voor de professie van de projectmanager. Onder andere voor zijn of haar competenties, maar wellicht zelfs voor zijn of haar waarden en normen? De toenemende rol van duurzaamheid in organisaties zal niet aan projecten en projectmanagement voorbijgaan. Het onderzoek en de verdere ontwikkeling van kennis naar de manier waarop duurzaamheid geïntegreerd kan worden in projecten en projectmanagement is daarom van belang voor de verdere ontwikkeling van de projecten en projectmanagers. De groei van de projectmanagementprofessional van de ‘dingen goed doen’ naar ‘de goede dingen goed doen’ - in de context van verantwoordelijkheid nemen voor duurzaamheidsaspecten van projecten - betekent een enorme evolutie van de projectmanagementprofessie. De projectmanager dient zich te ontwikkelen van een handlanger van de opdrachtgever, die doet wat hem gevraagd wordt, tot een ‘sparring’ en ‘business’ partner die specialist is in ‘organisational change’. Dat wil zeggen: het realiseren van duurzame veranderingen. Literatuur - Carnegie Mellon Software Engineering Institute (2002), Carnegie Mellon Software Engineering Institute: Capability maturity models. - Dinsmore, P.C. (1998), ‘How grown-up is your organization?’, PM Network, vol. 12, no. 6. - Dyllick, T. en Hockerts, K. (2002), ‘Beyond the business case for corporate sustainability’, in Business Strategy and the Environment, 11, pp. 130-141. Tabel 3: Grafische rapportage van de duurzaamheidanalyse van een specifiek project. - Eid, M. (2009), ‘Sustainable Development & Project Management: Rethinking Relationships in the Construction Industry; Integrating Sustainable Development (SD) into Project Management (PM) Processes’, Lambert Academic Publishing. - Elkington, J. (1997), ‘Cannibals with Forks: the Triple Bottom Line of 21st Century Business’, Capstone Publishing Ltc. Oxford. - Gareis, R., Heumann, M. en Martinuzzi, A. (2009), ‘Relating sustainable development and project management’, IRNOP IX, Berlin. - Labuschagne, C. en Brent, A.C. (2006), ‘Social indicators for sustainable project and technology life cycle management in the process industry’, in International Journal of Life Cycle Assessment, vol. 11, no.1. - Pasian, B. (2010), ‘Project management maturity: a critical review of existing and emergent contributing factors’, 24th International Project Management Association (IPMA) World Congress, Istanbul. - Silvius, A.J.G., Brink, J. van der en Köhler, A. (2009), ‘Views on Sustainable Project Management’, in Human Side of Projects in Modern Business, Kalle Kähköhnen, Abdul Samad Kazi and Mirkka Rekola (Eds.), IPMA Scientific Research Paper Series, Helsinki, Finland. - Silvius, A.J.G. en Schipper, R. (2010), ‘A Maturity Model for Integrating Sustainability in Projects and Project Management’, 24th International Project Management Association (IPMA) World Congress, Istanbul. - World Commission on Environment and Development (1987), ‘Our Common Future’, Oxford University Press, Great Britain. < 03-2011 | IPMA Projectie Magazine 27