B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE MASTEROPLEIDING FILOSOFIE 120 EC (WIJSBEGEERTE VAN EEN BEPAALD WETENSCHAPSGEBIED) FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2016-2017 Deel B Onderwijs- en examenregeling Master Filosofie 120 EC (Wijsbegeerte van een bepaald Wetenschapsgebied) 2016-2017 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen Artikel 1.2 Gegevens opleiding Artikel 1.3 Instroommoment 2. Doelstellingen en eindtermen van de opleiding. Artikel 2.1 Doelstelling opleiding Artikel 2.2 Eindtermen 3. Nadere toelatingseisen Artikel 3.1 Toelatingseisen Artikel 3.2 Beperkte opleidingscapaciteit Artikel 3.3 Taaleisen Nederlands Artikel 3.4 Vrij programma 4. Opbouw van het curriculum Artikel 4.1 Samenstelling opleiding Artikel 4.2 Verplichte onderwijseenheden Artikel 4.3 Keuzeruimte 5. Overgangs- en slotbepalingen Artikel 5.1 Wijziging en periodieke beoordeling Artikel 5.2 Overgangsbepalingen Artikel 5.3 Bekendmaking Artikel 5.4 Inwerkingtreding Bijlage 1: overzicht verplichte onderwijseenheden Bijlage 2: overzicht opleidingsgebonden keuzevakken Pagina 2 Deel B Onderwijs- en examenregeling Master Filosofie 120 EC (Wijsbegeerte van een bepaald Wetenschapsgebied) 2016-2017 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen 1. studiehandleiding: de handleiding met alle informatie die relevant is voor het onderwijs en toetsing van het vak. De studiehandleiding is uiterlijk 2 weken voor aanvang van het vak beschikbaar; 2. feedback: terugkoppeling door de docent op een studieprestatie die de student inzicht verschaft in de mate waarin hij zich de juiste kennis en vaardigheden heeft eigen gemaakt; 3. voertaal: de taal die wordt gebruikt in het onderwijs en bij de toetsing van een vak. De voertaal van de opleiding wordt vermeld in Artikel 1.2; 4. Regels en richtlijnen van de Examencommissie: het reglement van de Examencommissie dat jaarlijks door de Examencommissie wordt vastgesteld en gepubliceerd en dat een aanvulling vormt op de onderwijs- en examenregeling; 5. semester: een aaneensluitend gedeelte van het studiejaar dat, na aftrek van eventuele vakantieperioden in dat gedeelte van het jaar, twintig weken omvat; 6. student: degene die is ingeschreven aan de universiteit voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van de examens van de opleiding. Artikel 1.2 Gegevens opleiding 1. De opleiding Filosofie (Wijsbegeerte van een bepaald wetenschapsgebied), CROHO-nummer 60823 wordt in voltijdse vorm verzorgd, en in het Nederlands uitgevoerd. 1a. De opleiding kan ook in deeltijd worden gevolgd. De deeltijdse vorm heeft een nominale studieduur van 3 jaar. 2. De opleiding heeft een omvang van 120 EC. Artikel 1.3 Instroommoment De opleiding wordt alleen aangeboden met ingang van het eerste semester van het studiejaar. Voor dit instroommoment geldt dat er sprake is van een studeerbaar onderwijsprogramma dat in de nominale duur volledig afgerond kan worden. 2. Doelstellingen en eindtermen van de opleiding. Artikel 2.1 Doelstelling opleiding Met de opleiding wordt beoogd de student zodanige kennis en vaardigheden en een zodanig inzicht bij te brengen op het desbetreffende vakgebied dat de afgestudeerde in staat is op zelfstandige en professionele wijze een functie uit te oefenen op gevorderd academisch niveau en beschikt over de competenties die een voorwaarde zijn om te worden toegelaten tot een promotietraject. Artikel 2.2 Eindtermen a. academisch denk- en werkniveau De student die de masteropleiding heeft afgerond: 1. is in staat geesteswetenschappelijk onderzoek te verrichten en daarvan verslag te doen; Pagina 3 Deel B Onderwijs- en examenregeling Master Filosofie 120 EC (Wijsbegeerte van een bepaald Wetenschapsgebied) 2016-2017 2. is in staat verschillende theoretische visies over een onderwerp waarin hij of zij gespecialiseerd is uiteen te zetten en daarover een eigen standpunt te bepalen; 3. is in staat om zelfstandig te werken, alsmede volwaardig te functioneren in teamverband; 4. is in staat om de belangrijke thema’s in hedendaagse debatten op het terrein van de eigen specialisatie uiteen te zetten en daarover een eigen standpunt te bepalen. b. vakspecifieke eindtermen De student die de masteropleiding heeft afgerond: 1. heeft een gedegen overzicht van de opleiding en van de geschiedenis van het vakgebied; 2. heeft een grondige kennis van een specialisme binnen de opleiding, dan wel een gedegen kennis op het snijvlak van de opleiding en een ander vakgebied; 3. heeft de vaardigheid om zelfstandig problemen op het terrein van het vakgebied te signaleren, formuleren, analyseren en oplossingen aan te dragen. De student is tevens in staat gerichte onderzoeksvragen te formuleren en deze te presenteren in een onderzoeksplan. 4. heeft de vaardigheid de relevante vakliteratuur rond een onderwerp te vinden, te verwerken en kritisch te beoordelen; 5. heeft de vaardigheid om onderzoek op het vakgebied uit te voeren en daarover te rapporteren op een wijze die voldoet aan de gebruikelijke disciplinaire normen. c. programmaspecifieke eindtermen De student die het traject Filosofie van de sociale wetenschappen heeft afgerond: 1. heeft een gedegen kennis van de filosofie van de sociale wetenschappen; 2. heeft kennis van en inzicht in het functioneren van wetenschap in haar sociale en politieke context; 3. een gedegen kennis van een niet-wijsgerige discipline op het terrein van de maatschappijwetenschappen. De student die het traject Filosofie van de geesteswetenschappen heeft afgerond: 1. heeft een gedegen kennis van de filosofie van de geesteswetenschappen; 2. heeft kennis van en inzicht in het functioneren van wetenschap in haar sociale en politieke context; 3. een gedegen kennis van een niet-wijsgerige discipline op het terrein van de geesteswetenschappen. 3. Nadere toelatingseisen Artikel 3.1 Toelatingseisen 1. Toelaatbaar tot de masteropleiding is degene die aantoont te beschikken over toereikende kennis van en inzicht in het vakgebied van de opleiding en over academische vaardigheden op bachelorniveau. Degene die beschikt over een bachelorgraad in een van de volgende opleidingen, van de Universiteit van Amsterdam of een andere Nederlandse universiteit, voldoet aan deze toelatingseisen: Voor het traject Filosofie van de sociale wetenschappen: • Een bachelor wijsbegeerte, mits de student ook voldoet aan de ingangseisen voor onderwijs op masterniveau op het terrein van de maatschappijwetenschappen; • Een bacheloropleiding die toegang geeft tot onderwijs op masterniveau op het terrein van de maatschappijwetenschappen waarvan een minor wijsbegeerte met een omvang van 30 ECTS en een module wetenschapsfilosofie van minimaal 6 EC deel hebben uitgemaakt. Voor het traject Filosofie van de geesteswetenschappen: Pagina 4 Deel B Onderwijs- en examenregeling Master Filosofie 120 EC (Wijsbegeerte van een bepaald Wetenschapsgebied) 2016-2017 • • Een bachelor wijsbegeerte, mits de student ook voldoet aan de ingangseisen voor onderwijs op masterniveau op het terrein van de geesteswetenschappen; Een bacheloropleiding die toegang geeft tot onderwijs op masterniveau op het terrein van de geesteswetenschappen waarvan een minor wijsbegeerte met een omvang van 30 ECTS en een module wetenschapsfilosofie van minimaal 6 EC deel hebben uitgemaakt. 2. Namens de Examencommissie onderzoekt de toelatingscommissie of een belangstellende voldoet aan de toelatingseisen. 3. Indien de bedoelde masteropleiding verschillende programma’s kent, kan voor toelating tot elk van de programma’s een met succes afgeronde afstudeerrichting of minor in de bacheloropleiding worden aangewezen. 4. Bij aanvang van de opleiding dient gegadigde het bachelorprogramma dan wel het schakelprogramma dat toegang geeft tot de opleiding volledig te hebben afgerond. Artikel 3.2 Beperkte opleidingscapaciteit De decaan maakt, indien noodzakelijk, voor 1 mei, voorafgaande aan het begin van het studiejaar de maximale opleidingscapaciteit van de opleiding bekend. Dit is niet van toepassing op eenjarige masters. Artikel 3.3 Taaleisen Nederlands De student die zijn/haar vooropleiding niet in een Nederlandstalig land heeft genoten, toont aan dat hij/zij het Nederlands voldoende beheerst om het wetenschappelijk onderwijs met succes te kunnen volgen. Aan de eis kan worden voldaan door het met goed gevolg afleggen van één van de volgende examens: - het staatsexamen Nederlands Tweede Taal, examen II (NT2 II); - CNaVT (Certificaat Nederlands als Vreemde Taal) examens PAT and PTHO; - door de UvA aangewezen buitenlandse examens, waarvan Nederlands deel uitmaakte. Artikel 3.4 Vrij programma 1. De student heeft de mogelijkheid om, onder bepaalde voorwaarden, een eigen onderwijsprogramma samen te stellen dat afwijkt van de door de opleiding voorgeschreven onderwijsprogramma’s. 2. De samenstelling van een dergelijk programma behoeft de voorafgaande goedkeuring van de examencommissie. 3. Het vrije programma wordt door de student samengesteld uit de onderwijseenheden uit de masteropleidingen die door de Universiteit van Amsterdam worden verzorgd. 4. Opbouw van het curriculum Artikel 4.1 Samenstelling opleiding De opleiding omvat de volgende onderdelen: • 30 EC verplichte vakken; • 12 EC wijsgerige keuzevakken • 60 EC behaald in een niet-wijsgerige discipline • 18 EC scriptie. Pagina 5 Deel B Onderwijs- en examenregeling Master Filosofie 120 EC (Wijsbegeerte van een bepaald Wetenschapsgebied) 2016-2017 Artikel 4.2 Verplichte onderwijseenheden De verplichte onderwijseenheden staan vermeld in Bijlage 1 bij dit Deel B van de OER. Artikel 4.3 Keuzeruimte • De omvang van de keuzeruimte is 12 EC. Studenten kiezen hiervoor een wijsgerig vak uit de lijst die is opgenomen in bijlage 2. • De omvang van het niet-wijsgerige deel van de opleiding is 60 EC. 5. Overgangs- en slotbepalingen Artikel 5.1 Wijziging en periodieke beoordeling deel B 1. Een wijziging van deel B van de onderwijs- en examenregeling wordt door de decaan vastgesteld na advies van de desbetreffende opleidingscommissie. Het advies wordt in afschrift verzonden aan het bevoegde medezeggenschapsorgaan. 2. Een wijziging van deel B van de onderwijs- en examenregeling behoeft de instemming van de facultaire medezeggenschap op de onderdelen die niet de onderwerpen van artikel 7.13, tweede lid onder a t/m g, alsmede het vierde lid WHW betreffen. Onderdelen die onderwerpen van artikel 7.13, tweede lid, onder v bevatten dienen ter advisering voorgelegd te worden aan de facultaire medezeggenschap. 3. Een wijziging van de onderwijs- en examenregeling kan slechts betrekking hebben op een lopend studiejaar, indien de belangen van de studenten daardoor aantoonbaar niet worden geschaad. Artikel 5.2 Overgangsbepalingen 1. Voor de student die op de datum van de inwerkingtreding van deze regeling een of meer examenonderdelen volgens de oude regeling met goed gevolg heeft afgelegd, maar het examen nog niet geheel met goed gevolg heeft afgelegd en die in zijn belangen geschaad wordt door bepalingen in deze regeling die afwijken van bepalingen in oudere regelingen, wordt door de examencommissie een overgangsregeling vastgesteld, met inachtneming van hetgeen aangaande examens en examenonderdelen in de wet bepaald is. 2. Indien van toepassing is een overgangsregeling met betrekking tot wijzigingen in het curriculum opgenomen in de bijlage. Artikel 5.3 Bekendmaking 1. De decaan draagt zorg voor een passende bekendmaking van deze regeling, alsmede van elke wijziging daarvan. 2. De onderwijs- en examenregeling wordt geplaatst op de website van de faculteit en wordt geacht te zijn opgenomen in de studiegids. Artikel 5.4 Inwerkingtreding Deel B van deze regeling treedt in werking met ingang van 1 september 2016. Aldus vastgesteld door de decaan op 27 september 2016. Advies opleidingscommissie d.d. 4 februari 2016. Advies bevoegd medezeggenschapsorgaan, d.d. 9 augustus 2016. Pagina 6 Bijlage 1 - Verplichte onderwijseenheden Naam onderwijseenheid Opleiding Wijsbegeerte van een bepaald Wetenschapsgebied History and philosophy of the humanities Colloquium Wijsbegeerte van een bepaald wetenschapsgebied Aantal studiepunten Periode Niveau 12 Semester 1, blok 1-2 Master 2 jr 6 Semester 1, blok 3 Master 2 jr Wijsgerig keuzevak* 12 Semester 1, blok 1-2 Master 2 jr History, identity, agency 12 Semester 1, blok 1-2 Master 2 jr Masterscriptie 18 Semester 2, blok 1, 2 en 3 Master 2 jr * 60 opmerking *Een wijsgerig vak uit de lijst gebonden keuzevakken *Niet wijsgerig gedeelte van de opleiding Bijlage 2 - Opleidingsgebonden keuzevakken Naam onderwijseenheid Opleiding 1 jr MA Filosofie /Philosophy Aantal studiepunten Periode Niveau Master Spinozacollege 6 Semester 2, blok 2 Culture and Critique 12 Semester 2, blok 1 en 2 Art and modernity Foucault 2 Ethics and Literature 12 Semester 1, blok 1 en 2 6 Semester 1 blok nnb 6 Semester 2, blok 2 Democracy and Citizenship Foucault Political Philosophy & Humanities in a Global Age Theories of Justice Ethics and Rationality 6 6 Semester 2, blok 2 Semester 1, blok nnb 6 Semester 2, blok 1 6 Semester 2, blok 1 6 Semester 2, blok 2 Master Master Master Master Master Art as Institution 12 Semester 1, blok 1 en 2 Master Reflexieve moderniteit 12 Semester 1, blok 1 en 2 Master Causality and Explanations 6 Semester 2, blok 1 Semester 2, blok 1 Master Master Master Master Techno-science and Epistemelogy Violance and Non-Violance Ethics and the good life 6 6 6 Semester 1, blok 1 Semester 1, blok 1 Master Master Master Master