Financiële Analyse

advertisement
Deel 9: Financiële Planning
op Korte Termijn
29) Financiële analyse en planning
30) Korte termijn financiële planning
31) Beheer van liquiditeiten
32) Kredietbeheer
Hoofdstuk 29
Financiële Analyse
& Planning
Inhoudstafel
• Financiële analyse
• Financiële planning: wat? nut
• Financieel planningsmodel
• Planningsmodel op basis van een groei%
• Intern groei%
• Extern groei%
• Factoren die groeicapaciteit beïnvloeden
• Toepasbaarheid van het concept
Financiële Analyse
• Current ratio / Quick ratio
# dagen voorraad; klanten- & leverancierskrediet
• Schuldgraad
• Rendement op activa & op eigen vermogen;
• Dupont Systeem
• Intrestdekking =
(WVIB + afschrijvingen) / intresten
vóór belastingen:
mocht immers WVIB niet volstaan om
intresten te dekken, dan zijn geen belastingen verschuldigd
Financiële Planning: wat ?
Totaal proces:
 analyseren van investeringsen financieringsopties
 gevolgen van huidige beslissingen
onderkennen
 belissen omtrent alternatieven
 prestaties afzetten tegen doelen
Plannen
 Voorspellen

|

meest waarschijnlijke scenario
wat als… ?
 gevoeligheidsanalyse
(bv. omzet door recessie)
 scenario-analyse
(bv. idem + grondstoffenprijs
& intrest)
Financiële Planning: nut
• gecombineerd effect van investeringen &
financieringsbeslissingen ?
• toont snel: gevolgen van alternatieven
(bv. druk op winstmarge)
• helpt financiële verrassingen voorkomen
• geeft haalbaarheid aan van een bepaald
groeipercentage
• hoeveel vereiste externe financiering ?
 niet: welke vorm = beste
Financieel Planningsmodel
Input
• huidige cijfers + voorspellingen naar toekomst
• verwacht intrest%, belasting%

Planningsmodel
• vb. op basis van een groei%

Output
• Voorgecalculeerde overzichten
(gebudgetteerde balans, resultatenrekening, kasstromen)
• Financiële ratio’s
Planningsmodel op basis van
een groeipercentage
werkhypothese:
• alle posten uit de resultatenrekening variëren
rechtstreeks met de omzet
 uitzonderingen: bv. afschrijvingen, intresten
• idem voor groot aantal posten uit de balans
 uitz.: kapitaal, reserves, financiële schulden
 nuancering voor vaste activa:
is er 100% capaciteitsbenutting ?
 nuancering voor vlottende activa + RR:
basis = vast & daarboven variabel deel
Financieel Planningsmodel: Executive Paper
1999
2000
20.00%
2200
1980
53.3
166.7
42.5
49.7
74.5
44.7
29.8
2640
2376
55
209.0
45
65.6
98.4
59.0
39.4
Vaste Activa (25% van omzet) 550
Vlottende Activa
900
Balanstotaal
1450
660
1080
1740
Eigen Vermogen
Schulden
579.4
910
groeipercentage
Omzet
Kosten (90% van omzet)
Afschrijv. (10% vaste activa)
WVIB
Intresten
Belastingen (40%)
Nettowinst
Dividend (60%)
Toename reserves
540
910
Financieel Planningsmodel: Executive Paper
1999
2000
20.00%
2200
1980
53.3
166.7
42.5
49.7
74.5
44.7
29.8
2640
2376
55
209.0
45
65.6
98.4
59.0
39.4
Vaste Activa (25% van omzet)
Vlottende Activa
Balanstotaal
550
900
1450
660
1080
1740
Eigen Vermogen
Schulden
VEF
Balanstotaal
540
910
0
1450
579.4
910
250.6
1740
groeipercentage
Omzet
Kosten (90% van omzet)
Afschrijv. (10% vaste activa)
WVIB
Intresten
Belastingen (40%)
Nettowinst
Dividend (60%)
Toename reserves
Financieel Planningsmodel: Executive Paper
1999
2000
20.00%
2001
20.00%
2200
1980
53.3
166.7
42.5
49.7
74.5
44.7
29.8
2640
2376
55
209.0
45
65.6
98.4
59.0
39.4
3168
2851.2
66
250.8
61.2
75.8
113.8
68.3
45.5
Vaste Activa (25% van omzet)
Vlottende Activa
Balanstotaal
550
900
1450
660
1080
1740
792
1296
2088
Eigen Vermogen
Schulden
VEF
Balanstotaal
540
910
0
1450
579.4
910
250.6
1740
624.9
910
553.1
2088
groeipercentage
Omzet
Kosten (90% van omzet)
Afschrijv. (10% vaste activa)
WVIB
Intresten
Belastingen (40%)
Nettowinst
Dividend (60%)
Toename reserves
Executive Paper: Conclusies
• Sterke groei schept een groot probleem
inzake Vereiste Externe Financiering (VEF)
• Gevoeligheids- & scenario-analyse = wenselijk
• Model lijkt simplistisch:
 maar let op om te veel complexiteit in te voeren (p. 835)
 er bestaat geen model om de beste financiële strategie
te vinden = 3de wet van Brealey & Myers (p. 836)
Intern Groeipercentage
• maximale groei zonder externe financiering
• intern groei% =  reserves /activa
• bewijs: VEF = (groei% * activa) -  reserves
0 (bij het intern groei%)
 intern groei% * activa =  reserves
intern groei% =  reserves /activa
• via deze formule: activa aan begin boekjaar !
Intern Groeipercentage Executive Paper
• intern groei% =  reserves /activa
= 29.8 / 1450 = 2.06%
• proef: VEF = 0 ?
groeipercentage
Omzet
Kosten (90% van omzet)
Afschrijv. (10% vaste activa)
WVIB
Intresten
Belastingen (40%)
Nettowinst
Dividend (60%)
Toename reserves
2.06%
2200
1980
53.3
166.7
42.5
49.7
74.5
44.7
29.8
2245.3
2020.8
55
169.5
45
49.8
74.7
44.8
29.9
Vaste Activa (25% van omzet)
Vlottende Activa
Balanstotaal
550
900
1450
561.33
918.54
1479.9
Eigen Vermogen
Schulden
VEF
Balanstotaal
540
910
0
1450
569.9
910
0.0
1479.9
Intern Groeipercentage Executive Paper
opm. handboek p. 837:
• berekening op basis van netto activa
(= vaste activa + vlottende activa - VVKT)
• vertrekt van hypothese: “ overige vlottende
activa geven geen financieringsprobleem ”
• in de oefeningen past het handboek dit echter
niet consequent verder toe
Intern groeipercentage:
Dupont Analyse
intern groeipercentage =  reserves /activa =
( reserves /nettowinst) (nettowinst/eigen verm.) (eigen verm./activa)

herinvesteringsratio

(symbool: b )
rendement op eigen
vermogen (REV)

financiële
zelfstandigheid
Extern Groeipercentage
• maximale groei:
 zonder bijkomend extern eigen vermogen
 bij gelijke financiële hefboom
•
• extern groei% = b * REV


herinvesteringsratio
boekhoudk. Rendem. op Eigen Verm.
• via deze formule: EV aan begin boekjaar !
• Extern Groeipercentage Executive Paper
= 0.4 * (74,5 / 540) = 5,52%
(versus pagina 838)
Extern Groeipercentage: proef
.
1999
2000
5.52%
2200
1980
53.3
166.7
42.5
49.7
74.5
44.7
29.8
2321
2089
55
177.1
45
52.9
79.3
47.6
31.7
Vaste Activa (25% van omzet)
Vlottende Activa
Balanstotaal
550
900
1450
580.4
949.7
1530
Eigen Vermogen
Schulden
V E F
Balanstotaal
540
910
0
1450
571.7
910
48.3
1530
EV / Balanstotaal
37%
37%
groeipercentage
Omzet
Kosten (90% van omzet)
Afschrijv. (10% vaste activa)
WVIB
Intresten
Belastingen (40%)
Nettowinst
Dividend (60%)
T oename reserves
Extern groeipercentage: Dupont Analyse
extern groeipercentage = b
=b
*
REV
*
(nettowinst / EV) =
b*(nettowinst/omzet) (omzet/activa) (activa/eigen vermogen)



winstmarge omloopsnelheid activa equity multiplicator
(financiële hefboom)
terwijl:
intern groeipercentage = b
*
REV
*
EV / activa
Factoren die de groeicapaciteit beïnvloeden
1. % ingehouden winst
of: dividenpolitiek
2. winstmarge
of: bedrijfsefficiëntie
3. omloopsnelheid activa of: efficiëntie in
kapitaalverbruik
4. verhouding VV/EV
of: financieel beleid
Toepassing
Gegevens: VV/ EV = 0.5; omloopsnelheid activa = 6
Gevraagd: 1. Hoe hoog moet de winstmarge zijn om een extern
groeipercentage van 10% te behalen ?
2. Hoeveel bedraagt in dat geval het intern groei%?
Extern groei% = (nettowinst/omzet) (omzet /activa) (activa / EV)
=
=
Intern groei% =
=
=
externgroei% / (activa / EV)
Toepasbaarheid van het concept
van externe groei
• Vaststelling: bedrijven groeien te barsten bij gebrek
aan financiële middelen
• bij reëel groei% > extern groei%:
voortdurend nood aan extra financiering
• aanvraag voor een tijdelijk krediet ter betaling van
leveranciers, bij reële groei% > extern groei%:
symptoom voor structureel probleem
• voor levensvatbaarheid onderneming op LT:
evenwicht tussen groei & rendabiliteit
• illustreert samenhang tussen:
•
•
•
•
bedrijfsefficiëntie (winstmarge)
efficiëntie in gebruik van activa
financieel beleid (EV / VV)
dividendpolitiek (herinvesteringsratio)
Bedenkingen bij deze aanpak:
“ There is no finance in financial planning models ”
• Louter gebaseerd op budgettering van
“boekhoudkundige” staten
• Geen actualisatie van (incrementele) kasstromen
expliciete verrekening van risico
• Toont wel de gevolgen van bepaalde beslissingen,
maar helpt niet om uit te maken of die
beslissingen optimaal zijn
Eagle Sport Supply p.848 toepassing 32
kerngegevens: p. 847
a) VEF = ? bij dividendbetaling = 60% en groeivoet van 15%
b) welke sluitpost indien geen kapitaalverhoging ?
c) maximale kredietopname = 1100 => sluitpost = ?
1-jan-02
Activa
2700
2700
1-jan-03
Activa
3000
3000
Eigen Vermogen 1800
Schulden
900
2700
Eigen Vermogen 2000
Schulden
1000
3000
Opbrengsten
950
Kosten
-250
WVIB
700
belastingen
-200
nettowinst
500
dividend (60%)
300
toev. reserves
200
Eagle Sport Supply p.848 toepassing 33
kerngegevens: p. 847
a) intern groei% bij uitbetalingsratio van 60%
b) extern groei% ?
Intern groei% =
=
=
Extern groei% =
=
=
Hoofdstuk 30
Korte termijn
Financiële Planning
Inhoudstafel
• Werkkapitaal & netto-werkkapitaal
• Bedrijfsvoeringstraject
• Verband LT- en KT-financiering
• Kasplanning
• KT financiële planningsmodellen
• Financieringsbronnen op KT
Werkkapitaal
Eenvoudige exploitatiecyclus
Liquiditeiten
Voorraad
grondstoffen
Debiteuren
Voorraad
afgewerkt product
Netto - werkkapitaal
•
Vlottende activa
min kortlopende schulden
• =
Permanent vermogen (EV + LT schulden)
min Vaste activa
• wijzigingen in netto werkkapitaal: retraceren via
staat van herkomst & besteding van middelen
(p.855 - 857)
Bedrijfsvoeringstraject
• = periode tussen levering aankopen & inning vordering
• levering
goederen

betaling aan
leverancier

opslagduur
crediteurentermijn
verkoop
betaling
door klant


debiteurentermijn
betalingstraject
opslagduur =
gem. voorraad
/ (kostprijs verkopen /365)
debiteurentermijn = gem. debiteuren / (omzet / 365)
crediteurentermijn = gem.lev./ (kostprijs verkopen / 365)
Betalingstraject
= periode tussen kasuitgave & inning vordering
= bedrijfsvoeringstraject - crediteurentermijn
 bij:  opslagduur en/of  debiteurentermijn
 bij:  crediteurentermijn
• meestal positief  financiering nodig
• signalen bij  betalingstraject
• verouderende voorraad
• problemen bij inning vorderingen
Behoefte aan bedrijfskapitaal
= cyclische behoefte min cyclische middelen


voorraden + vorderingen(KT) niet-financiële schulden
• omvangt hangt af: voorraadrotatie
klantenrotatie
leveranciersrotatie
• meestal positief:
• deel financieringsbehoefte exploitatiecyclus blijft ten laste
• heeft een permanent karakter  best financieren op LT
• soms negatief:
• uit exploitatiecyclus resulteren nieuwe middelen die het
bedrijfskapitaal versterken
Toepassing op bedrijfsvoeringstraject
Gegeven: Balans:
Voorraden
Klanten
Leveranciers
1 jan
500
100
250
31 dec
600
120
290
Resultatenrekening:
Omzet: 5000
Aankoopprijs verkochte
goederen: 4200
Gevraagd: 1. Betalingstraject = ? dagen
2. Welk is de impact op het betalingstraject van:
a. wijziging voorraadrotatie naar 6 ?
b. grotere voorraadaankopen tegen lagere prijzen?
c. korting voor contante betaling?
Verband LT- & KT-financiering
Euro
A
B
C
Cumulatieve
kapitaalbehoefte
Jaar 1
Jaar 2
Tijd
Rechten A,B en C tonen alternatieve niveaus van LTfinanciering
• Strategie A: permanent cash overschot
• Strategie B: KT beleggen deel van het jaar; KT lenen voor rest
• Strategie C: permanente KT kredietopname
Accommoderend  restrictief
Accommoderend (flexibel)  restrictief
  hoge ratio vlottende activa /omzet
(uitgebreide voorraad, soepel klantenkrediet, veel liquiditeiten)
 te verwachten: • productieverhogend, omzetverhogend
• kostenverhogend (evt. deels doorrekenbaar)
 naarmate  vlottende activa:
 aanhoudkosten
• opportunity costs
• gederfde inkomsten vlottende activa
 tekortkosten
•
•
orderkosten
kosten door te weinig voorraad
Accommoderend  restrictief
Criteria bij de keuze:
• men probeert “vervaldagen” te matchen tussen
actief & passief
• vaste activa:
financieren op LT
• behoefte aan bedrijfskapitaal:
financieren op LT
• comfort van accommoderend beleid
 financieel manager wordt niet betaald om
comfortabel te zitten
Kasplanning
• Nut:
 brengt toekomstige liquiditeitstekorten
& -overschotten aan het licht
 vormt een budget, waartegen reële prestaties
kunnen worden afgezet
• Onderdelen
1. Ontvangsten
2. Uitgaven
3. Kastekort of -overschot:
hoe opvullen / herbeleggen ?
Kasplanning Dynamic Mattress p.860
Kwartaal
1ste
Debiteuren
beginsaldo
verkopen
ontvangsten uit verkopen
eindsaldo
Kasplanning: Ontvangsten
klanten
andere
totaal ontvangsten
Uitgaven
leveranciers
personeel, diensten & div. goederen
kapitaaluitgaven
belastingen, intresten & dividenden
totaal uitgaven
Saldo
Vereiste KT-financiering
Liquiditeiten begin van de periode
+ saldo periode
= liquiditeiten bij einde van periode
Minimum beschikbaar
Cumul vereiste financiering
Opmerking: gevoeligheidsanalyse wenselijk
bv. langere betalingstermijn
2de
3de
4de
30
87.5
78.5
116
131
0
0
12.5
0
65
30
32.5
4
60
30
1.3
4
55
30
5.5
4.5
50
30
8
5
5
5
5
5
5
Kasplanning Dynamic Mattress p.860
Kwartaal
1ste
Debiteuren
beginsaldo
verkopen
ontvangsten uit verkopen
eindsaldo
30
87.5
85
32.5
Kasplanning: Ontvangsten
klanten
85
andere
0
totaal ontvangsten
85
Uitgaven
leveranciers
65
personeel, diensten & div. goederen
30
kapitaaluitgaven
32.5
belastingen, intresten & dividenden
4
totaal uitgaven
131.5
Saldo
-46.5
Vereiste KT-financiering
Liquiditeiten begin van de periode
+ saldo periode
= liquiditeiten bij einde van periode
Minimum beschikbaar
Cumul vereiste financiering
5
-46.5
-41.5
5
46.5
Betalingstermijn klanten: 80% binnen de 15 dagen
20% binnen de 45 dagen
2de
3de
4de
32.5 30.7
78.5
116
80.3 108.5
30.7 38.2
38.2
131
128
41.2
80.3 108.5
0 12.5
80.3
121
128
0
128
60
30
1.3
4
95.3
-15
55
30
5.5
4.5
95
26
50
30
8
5
93
35
-41.5
-15
-56.5
5
61.5
-56.5
26
-30.5
5
35.5
-30.5
35
4.5
5
0.5
Financieringswijze Dynamic Mattress
• Verborgen kosten leverancierskrediet
• afhankelijkheid leverancier
• twijfel aan kredietwaardigheid
• Verslechteren ratio’s ?
• Impact huidige keuze op gezonde financiering in toekomst?
• (gedeeltelijke) LT-financiering ?
•
•
•
•
hoofdregel van financiering
minder druk op KT
minder risico (cfr. Lernout & Hauspie)
slechts tijdelijk; op termijn via autofinanciering
• Gespreide betaling investering mogelijk ?
• ? mogelijk: voorraden  & klantenkrediet 
• alternatieven uitwerken & afwegen:
via “trial & error” -> beste alternatief
Korte termijn financiële planningsmodellen
• Via rekenblad of maatwerk software
• Simulatieprogramma’s
• Optimalisatiesoftware (lineaire programmering)
voor complexe problemen met vele onderlinge
afhankelijkheden & restricties
(=> trial and error geeft wellicht nooit de beste combinatie)
• Belang van correcte assumpties
Financieringsbronnen op KT
1. Commercial Paper
• KT niet gewaarborgd effect
• desintermediatie
(tevens  intrest op KT-krediet aan grote ondernemingen)
• termijn: 2 à 9 maanden
• intrestberekening soms via disconto
2. Medium Term notes
• vanaf 9 maanden
• geen uitgifteprocedure (zoals obligaties)
maar verkoop op regelmatige basis (zoals commercial
paper)
Hoofdstuk 31
Beheer van
Liquiditeiten
Inhoudstafel
• Float
• Kasgeldconcentratie
• Voorraadbeleid
• Voorraadkosten
• Optimale bestelgrootte
• Optimale hoeveelheid liquiditeiten
• Geldbeleggingen
Float
= beschikbaar saldo - boeksaldo
° ingevolge nog niet verwerkte cheques
• uitgavefloat:
° door uitgeschreven, nog niet geïnde cheques
= positief
• incassofloat:
° door cheques ter incasso
= negatief
• nettofloat:
S
• float vermijden door te betalen via:
• overschrijving
• domiciliëring
• debet- i.pl.v. creditkaart
Kasgeldconcentratie
• Gelden verzamelen op hoofdrekeningen van een
onderneming
• Internationaal:
ook dagelijkse overdracht -> centrale rekening
• Pooling (bij dezelfe bank)
- sommen worden niet getransfereerd
- debet- en creditbedragen worden wél
extracomptabel samengevoegd voor intrestberekening
Voorraadbeleid
• Raakvlak: fin. beheer - inkoop - productie - marketing
• Voorraadkosten:
1. Opslagkosten:
• opportuniteitskost geïnvesteerd vermogen
• magazijnkost / verzekering
• veroudering, kwaliteitsverlies / diefstal
2. Tekortkosten:
• bestelkosten (aanvulkosten
• kosten van veiligheidsvoorraad (opportuniteitsverlies)
• hogere aankoopprijs bij kleinere hoeveelheden
• Economische Bestelgrootte (EBG)
= bijbestelhoeveelheid met minimale voorraadkost
Optimale voorraadgrootte
Voorraadkosten in euro
.
Totale kosten
Aanhoudkosten
Bestelkosten
Optimale
bestelgrootte
Bestelgrootte
Economische Bestelgrootte
H
= hoeveelheid per bestelling
H/2 = gemiddelde voorraad
OK = opslagkost per eenheid
BK = Bestelkost
T = Totale hoeveelheid/jaaar
• Totale kosten: (H/2)* OK + BK
•
waaruit:
*
(T/H)
H =  2 (T.BK) /OK
vermits opslagkost = bestelkost bij minimale totale kost
• uitbreidingen: • veiligheidsvoorraden
• levertijd
Optimale hoeveelheid Liquiditeiten
Uitgangspunt:
als liquiditeiten ° uit verkoop effecten
en vermits: EBG =  2 (T.BK) /OK
Dan: optimale liquiteitenopname =
 2 (jaarlijkse liq.uitgave * transactiekost verkoop) / i
met i = rentevoet op KT
Geldbeleggingen
• Termijnrekening:
• Euribor • vervroegde opname is in principe niet mogelijk
• Depositocertificaten:
• wél verhandelbaar, zeker bij restlooptijd < 3 ma
• Commercial Paper
• geen actieve trading  meestal behouden tot vervaldag
• Repo’s: Repurchase Agreements
• gewaarborgde lening
• je koopt obligaties met overeenkomst waardoor je op een
latere tijdstip tegen een hogere prijs terug verkoopt
(=intrest)
• dikwijls met korte vervaldagen
• Geldmarktfondsen
Hoofdstuk 32
Kredietbeheer
Inhoudstafel
• Betalingsvoorwaarden & kredietafspraken
• Kredietanalyse
• Beslissing klantenkrediet toe te staan
• Incassobeleid
Betalingsvoorwaarden
• cash bij levering / cash against documents
• contant
• vooruitbetaling (bv. bestellingen op maat)
• netto 30 dagen of 1% korting contant
• 60 dagen einde maand of 2% korting contant
• effectieve kostprijs =
(365/extra # dagen)
1 + (korting / prijs na korting)
-1
voorbeeld: 2% korting contant (=10 dagen); netto 30 dagen
1 + (2/98)(365/20) -1 = 44.6%
Krediettermijn
• vanaf factuurdatum of leveringsdatum ?
• looptijd: doorgaans maximaal bedrijfsvoeringstraject van de koper
• beïnvloedende factoren:
•
•
•
•
•
•
aard artikel (omzetsnelheid, bederfbaarheid,…)
consumptieve vraag
kredietrisico
bedrag
concurrentie
type klant
• korting contant als impuls tot snelle betaling
Handelskredietinstrumenten
• Wisselbrief
• Documentair krediet
• Accepten
 verkoop met uitgestelde eigendomsoverdracht
(bv. huurkoop)
Kredietanalyse
• Relevante info:
–
–
–
–
–
betaalgedrag in het verleden
handelsinlichtingen (Dun & Bradstreet, Graydon,…)
ervaringen van andere leveranciers
jaarrekeninganalyse
ratings (genoteerde ondernemingen)
• Kredietbeoordeling:
–
–
–
–
–
Character
Capacity
Capital
Colleteral
Conditions
(type klant, bereidheid tot betalen)
(mogelijkheden op basis van cashflow)
(solvabiliteit)
(zakelijke zekerheden)
(sectoromstandigheden)
Kredietscore
• Meervoudige discriminantanalyse:
techniek om gewicht van elke variabele vast te
leggen bij het meten van solvabiliteit: Z-score
• Formule van Altman
Z=
•
0.72
+ 0.85
+ 3.1
+ 0.42
+ 1.0
(nettowerkkapitaal /balanstotaal)
(gereserveerde winst / balanstotaal)
(WVIB / balanstotaal)
(Eigen Vermogen / balanstotaal)
(Omzet /balanstotaal)
Z < 1.20: grote waarschijnlijkheid tot faillissement
1.20 < Z < 2.90: gevarenzone
Kredietbeslissing
CW bij beslissing al dan niet klantenkrediet toe te staan
p = waarschijnlijkheid debiteur betaalt
VP = verkoopprijs
AP = aankoopprijs
p * CW(VP – AP) – (1- p ) * CW(AP) = 0
p * CW(VP – AP) = (1- p ) * CW(AP)
= CW(AP) - p * CW(AP)
-p*CW(AP) + p*CW(VP) = -p*CW(AP) + CW(AP)
p*CW(VP) =
p
CW(AP)
= CW(AP) / CW(VP)
toepassing: AP = 1000; VP = 1200, geen actualisatie nodig
=> verdergaan zolang waarschijnlijk is: 10/12de betaalt
Kredietbeslissing
Realiteit = complexer
• bv. bepaalde debiteuren betalen constant te laat
• individuele beoordeling rekening houdend met:
• winstmaximalisatie  enkel slechte betalers vermijden
= afwegen t.o.v. winstmarge
• toespitsen op risicovolle debiteuren
& daarbuiten werken met kredietlijnen
• hou rekening met LT-kansen
• Kosten / baten volledig kredietonderzoek:
• enkel volledig kredietonderzoek als order voldoende groot is
• indien scoring leidt tot twijfel: meer diepgaand onderzoek
Incassobeleid
• Debiteurenbewaking:
• gemiddelde incasso termijn
• ouderdomsanalyse openstaande vorderingen
• Incassoprocedure  factoring
• strikte & consequente rappelprocedure
• incassobureau
• gerechtelijke invordering
• Afspraken tussen ‘ verkoop ’ &
‘financieel departement’
• eventueel commercieel handiger om incasso
over te laten aan een derde partij (factoring)
Download