Het productontwikkelingstraject in kaart Vanaf de start is de Waddengroep altijd een partij geweest die heel actief product- en ketenontwikkelingstrajecten ondersteunt. De Waddengroep is een intermediaire partij die producenten en handelspartijen ondersteunt bij ontwikkeling van producten. Het productontwikkelingsproces jn de ogen van de Stichting Waddengroep Het proces start met een kans (een vraag uit de markt), een probleem (overschot, slechte prijs) of vanuit een ambitie (een breed en diep assortiment). Initiatiefnemer kan de Stichting Waddengroep zelf zijn, maar ook een marktpartij die kansen ziet voor nieuwe producten afkomstig uit het Waddengebied. De Waddengroep helpt bij het organiseren van de keten: van land tot klant. Zij zoekt een producent, een grondstofleverancier of een handelspartij erbij die wil inspelen op de marktkansen. In slechts enkele gevallen gaat het om een boeren en tuinders, vaker komt het initiatief van een handelsbedrijf en meestal komt het initiatief van een verwerkende MKB-bedrijf. Als voorbeeld een case over “vruchtenwijn” van 15 jaar geleden, een tijd waarin streekeigen productie in Nederland nog niet of nauwelijks bestond. Probleem/ontwikkeling Het bleek dat een goed gekwalificeerde wijnmaker zijn vruchtenwijnen niet op een goede manier kon afzetten op de markt. Vanuit zijn kwaliteitsbesef als vinoloog kopieerde hij Franse kwaliteitswijnen: de kwaliteit was uitstekend alleen waren er nauwelijks klanten die het kochten. Nader onderzoek naar dit probleem gaf aan dat vruchtenwijn door inkopers en veel consumenten wordt ervaren als minder van kwaliteit: “iets voor alcoholisten en ouderen”. Vruchtenwijnen worden onderin het schap gezet, flessen worden voorzien van een schroefdop (en niet met kurk, zoals alle andere wijnen) en hebben een lage prijs (€ 2,39/ liter). Brainstormen Bij het brainstormen kwam naar voren dat de wijnmaker het in een heel andere richting moest zoeken: geen ‘droge” kwaliteitswijnen, maar een lichte, zoete variant. De idee van de brainstormers was dat er wel degelijk een doelgroep voor zoete (vruchten)wijnen bestaat, zeker in het Noorden van het land. De inschatting was dat dit vrouwen waren. In de praktijk bleken dit ook vaak bierdrinkers te zijn, die zoet prefereren boven droog. Om een plek in deze markt te veroveren moet, zo was de idee, het product vruchtenwijn ge-restyled worden. Een moderne hippe uitstraling, vergelijkbaar met druivenwijnen werd als voorwaarde gezien voordat de doelgroep het product ook daadwerkelijk zou aanschaffen. Het product moet vooral geassocieerd worden met wijn en niet met vruchtenwijn. Om de doelgroep zo goed mogelijk te bereiken werd als (mogelijk) afzetkanaal gekozen voor het supermarktkanaal. Producten ontwikkelen Aan de hand van de voorgaande stappen heeft de wijnmaker een drietal wijnen gemaakt uit vruchtenconcentraat met een verschillende zoetheidsgraad: 20, 40 en 50 gram suiker. Door te kiezen voor vruchtenconcentraat, i.p.v. de tot dan voor de gebruikelijke grondstof bessen had de wijn een constante kwaliteit, met een veel kortere doorlooptijd in de productie. Markttest en optimaliseren Belangrijk onderdeel van het productontwikkelingstraject is het testen op de markt. Er werd een test uitgevoerd onder 50 vrouwen tussen de 20 en 50 jaar. De wijn kwam positief uit de test en de zoetste variant scoorde het best. De verbeterde zoete, frisse wijn werd nu ook als wijn verpakt met een mooi etiket erop. De wijn kreeg de naam Noardewyn, Fries voor de Noordewind. Daar mee werd het probleem omzeilt dat je vruchtenwijn geen wijn mag noemen. De idee was dat iedere consument de naam “Noardewyn” wel met wijn zou associëren. Er werd een extra stickertje op de wijnfles geplakt met daarop de belangrijkste productkenmerken “fris en zoet”. Zo werd via naam en verpakking ingespeeld op de frisse uitstraling waar de consument naar op zoek was. Hoe zet je het op de markt? Dan moest het product nog op het schap worden toegelaten. De onderzoeker ging daartoe met het rapport van de markttest naar de hoofdinkopers van twee regionale supermarktketens. Een daarvan, de Nieuwe Weme wilde uiteindelijk het product wel testen in 3 van haar winkels. In 12 weken moest een bepaalde omzet bereikt zijn in deze 3 winkels om het product verder te introduceren. De daadwerkelijke aftrap van de proef in een van de proefwinkels werd gedaan door een gedeputeerde. Omdat de wijnmaker de eerste producent was die met “Friese” wijn in de supermarkten stond, werd er veel over gesproken en gepubliceerd. Vergelijkbaar met de aandacht die nu de eerste Friese whisky krijgt. De proef bij Nieuwe Weme werd afgebroken. Binnen drie dagen al kwam het product in alle Nieuwe Weme’s te staan. In de eerste drie dagen werden de bedrijfleiders van de niet proefwinkels gek van de vragen van de consumenten naar het product en lieten ze zelfs dozen halen bij de 3 collega’s die het product wel hadden. Binnen drie maanden volgden ook het andere Friese supermarktconcern. Nu na 13 jaar staan de wijnen nog op het schap van de regionale supermarkt. In deze tijd is de productie van vruchtenwijn in de Waddenregio gestegen van ca. 5.000 flessen naar 150.000 flessen. Na de succesvolle introductie in de supermarkten, heeft de wijnmaker na ongeveer vier jaren nieuwe markten aangeboord, zoals het toeristische kanaal binnen een streekproductenconcept. Hiervoor was het wel nodig om weer met bessen te werken, omdat anders geen herkomstgarantie van het product kon worden gegarandeerd, een voorwaarde voor gecertificeerde streekeigen productie, waar Waddengoud voor staat.