Krimp in de gemeente Sudwest Fryslan en de gemeente Leeuwarden

advertisement
Krimp in de gemeente
Sudwest Fryslan en de
gemeente Leeuwarden
Probleemstelling
Krimp gaat hier gepaard met een sterke vergrijzing
van de bevolking en een sterke daling van de
beroepsbevolking. Voorzieningen en bedrijven
verdwijnen waardoor de leefbaarheid en vitaliteit van de
regio onder druk komt te staan. Minder bewoners,
minder koopkracht, minder bedrijven leidt ook tot
minder voorzieningen, minder zorg, minder vrijwilligers
en een minder aantrekkelijk woon- en leefklimaat, dat
weer leidt tot minder bewoners.
Doelstelling




Vaststellen van krimp in de kleine kernen binnen de
gemeente Sudwest Fryslan en de gemeente
Leeuwarden.
Kennis verkrijgen over de effecten van bevolkingsdaling
in de gemeente Sudwest Fryslan en de gemeente
Leeuwarden.
Inzicht verkrijgen in de te nemen maatregelen en
eventuele kosten ten aanzien van krimpgebieden en
kleine kernen.
Aandragen van de te nemen oplossingen en mogelijke
alternatieven
Vraagstelling
Wat zijn de effecten van krimp op de
voorzieningen, het economisch perspectief, de
bevolkingssamenstelling, het inwoneraantal, de
leefbaarheid en de vitaliteit van de gemeente
Sudwest Fryslan, de gemeente Leeuwarden en de
provincie Fryslan in een breder perspectief.
Methodologie
De informatie komt tot stand door
literatuurstudie (context van krimp: mondiaal,
Europees, Nederland), aan de hand van cijfers
en beleidsdocumenten wordt de mate van krimp
of groei in kaart gebracht. De effecten van
krimp worden in kaart gebracht doormiddel van
cijfers, literatuur, beleidsdocumenten, dorps- en
wijkvisies.
Achtergronden krimp




Bevolkingsdaling, huishoudensdaling en een
veranderende bevolkingssamenstelling (vergrijzing)
Op alle schalen (Mondiaal, Europees, Nationaal,
regionaal en lokaal)
Effecten op de vitaliteit en leefbaarheid van een gebied.
Kans op een negatieve spiraal, daling van bewoners
leidt tot een daling van voorzieningen, dat leidt tot een
daling van het aantal inwoners
Achtergronden Krimp




Mondiaal: instroom van migranten uit minder
welvarende landen met hoge vruchtbaarheidscijfers naar
westerse economieen met lage vruchtbaarheidscijfers.
Europees: zeer lage vruchtbaarheidscijfers in Noord en
Oost Europese landen leiden tot krimp van de
bevolking. Sterke migratie uit Oost europese landen
naar West-Europese landen
Nationaal: sterke trek naar de Randstad vanuit de rest
van Nederland
Regionaal: sterke trek naar de steden en grotere kernen
vanuit de plattelandsgebieden en kleine kernen
Prognoses wereldbevolking en
mondiale migratie
Krimp in Europa
1995 - 2005
2000 - 2060
Krimp in Nederland
2004 - 2009
Conclusies





Vanuit een Europese context geen dramatische problemen met
krimp in Nederland
Op alle schalen vergroting van verschillen door schaalvergroting,
globalisering, automatisering
Sterke mate van urbanisatie: trek naar de steden en grote kernen
door jongeren en gezinnen.
Na 2035 een indirect effect van krimp op de welvaart, het
veranderende consumentengedrag en de ruimtelijke inrichting
van het landschap
Afname van de beroepsbevolking, een sterkere demografische
druk door meer ouderen en minder jongeren
Krimp in Fryslan

De bevolking van Fryslan zal als geheel tot 2025
stijgen, daarna geleidelijk dalen tot 2040 tot het
niveau van 2010. Het aantal huishoudens stijgt
nog langer door.
2010-2020 en 2020-2030
Krimp in Fryslan




Sterke toename van het aantal krimpende
gemeenten
Vervrouwelijking en vergrijzing van de
beroepsbevolking
Stijging aantal alleenstaanden (vergrijzing,
gezinsverdunningen, indivualisering en
scheidingen)
Structureel vertrekoverschot (Randstad en
Groningen)
Inwonertal en
huishoudsoorten
Bevolking en potentiële
beroepsbevolking tot 2030
Conclusie
Economisch zwakkere regio’s zullen meer last krijgen van de
negatieve gevolgen van krimp. Ook komt krimp meer voor in
regio’s met een zwakkere economische structuur (gemeenten met
gemiddeld lagere inkomens). Het onderscheidt tussen zwakke
en sterke economische regio’s is cruciaal voor gemeentelijk en
provinciaal beleid, woningcorporaties (huurders met veelal lagere
inkomens), de toegang tot (lokale) voorzieningen (mobiliteit en
de aanwezigheid van kwalitatief goede voorzieningen), de
leefbaarheid, de economie, de arbeidsmarkt en de woningmarkt
(daling van huizenprijzen, veranderde vraag woningen door
vergrijzing en individualisering).
Krimp in de gemeente Sudwest
Fryslan






Qua oppervlakte is het de grootste gemeente van Nederland en
is het de tweede grootste gemeente van Fryslan wat betreft
inwoners (82000) en arbeidsplaatsen (32000).
Relatief veel ouderen, kleine kernen, laag geboortecijfer en een
lage bevolkingsdichtheid
Concentratie van bevolking en werkgelegenheid in de cluster
Bolsward-Sneek
De regionale en bovenregionale voorzieningen liggen ook binnen
het cluster Bolsward-Sneek
Grote verschillen tussen krimp en groeikernen
Stijging van het aantal inactieven door vergrijzing en een
vertrekoverschot van jongeren en gezinnen
Bevolking naar leeftijd
Werkgelegenheid





Stijging van de werkgelegenheid met 22%
Industrie, handel en gezondheidszorg belangrijke
sectoren
Concentratie in de stedelijke zone (gezondheidzorg)
Diversiteit en menging van functies in de landelijke
gebieden met nadruk op behoud van het landschap,
rust en ruimte.
Toerisme en recreatie zijn belangrijke sectoren voor de
werkgelegenheid en uitstraling van de provincie
Clusters Sudwest Fryslan
Analyse Dorpsvisies




Behoud rust, ruimte en groen in het landschap
Pragmatische geleidelijke uitbreiding woningen
en bedrijven
Behoefte aan meer starterswoningen en
levensloopwoningen
Agrarische dorpen en dorpen afhankelijk van
toerisme en recreatie
Analyse Dorpsvisies




Tekort aan vrijwilligers, wel een sterk
verenigingsleven met veel participatie
Wens naar meer voorzieningen is vaak niet
haalbaar (rendabel)
Streven naar een evenwichtige
bevolkingsopbouw, behoud ouderen en jongeren
binnen het dorp
Afspraken maken tussen dorpen om onderlinge
concurrentie te voorkomen (integrale regionale
visie)
Conclusies Sudwest Fryslan





Grote verschillen tussen de stedelijke en dorpse clusters
Kleinschaligheid in de dorpen, grootschaligheid in de
steden
Afname beroepsbevolking door vergrijzing
Bovenlokale voorzieningen in dorpen met veel recreatie
en toerisme
Groei in de stedelijke clusters, afname van de bevolking
in de kleine kernen
Conclusies Sudwest Fryslan




Behoefte aan starterswoningen en levensloopwoningen,
vooral in de dorpskernen
Geleidelijke groei door inbreiding, herstructurering en
vernieuwing van de woningvoorraad in de landelijke
clusters
Grote behoefte aan rust, ruimte en groen in de kleine
kernen
Behoefte aan meer vrijwilligers om participatie en het
verenigingsleven te versterken
Conclusies Sudwest Fryslan




Toekomst in de zorg en de detailhandel in de stedelijke
clusters, landbouw, recreatie en toerisme in de landelijke
clusters
Vergrijzing in de bouwnijverheid, transportsector,
onderwijs en overheid
Dorpen hebben moeite met het binden van jongeren,
die veelal naar grotere kernen met meer voorzieningen
trekken
Regionale afstemming om onderlinge concurrentie
tussen dorpen te voorkomen
Krimp in gemeente Leeuwarden
Demografische gegevens gemeente
Leeuwarden
Bevolkingspiramide gemeente
Leeuwarden
Krimp in de gemeente Leeuwarden




Relatief jonge bevolkingsopbouw, meer geboorten en
meer gezinnen in vergelijking met de rest van de
Provincie Fryslan
Jaarlijkse groei inwoners (natuurlijke aanwas en
vestigingsoverschot
Groei van de stadskern daling in de dorpsgebieden
Verlies van inwoners aan de omliggende gemeenten, de
stad Groningen en de Randstad. Vestiging inwoners uit
het buitenland en de overige Friese gemeenten
Krimp in de gemeente Leeuwarden




Relatief groot aandeel inwoners in de
leeftijdsklasse 25-44
Veel bovenregionale voorzieningen (onderwijs,
gezondheidszorg)
Veel inwoners werkzaam in de zorg, zakelijke
dienstverlening en het openbaar bestuur
Daling aantal werkzoekenden in tijden van crisis
Kaart migratiesaldo gem.
Leeuwarden
Werkzame personen per sector
Conclusies





Grote verschillen tussen dorpen en wijken
Grote verschillen tussen de wijken
Relatief jonge bevolking in wijken met een
negatief imago en slechte cijfers op de sociale
index
Relatief veel gezinnen in de wijken met een
positief imago en goede cijfers op de sociale
index
Veel ouderen in de dorpen. Maar ook vertrek
van ouderen naar wijken met zorgvoorzieningen
Download