Huiswerk VI Continue Wiskunde inleveren voor of op 22 oktober Laat de afbeelding f : R2 → R2 gedefinieerd zijn door f (x, y) = (sin(x) cosh(y), cos(x) sinh(y)), waar cosh(y) = (1) 1 y (e + e−y ) 2 (de cosinus hyperbolicus) en sinh(y) = 1 y (e − e−y ) 2 (de sinus hyperbolicus). (Terzijde voor diegenen die complexe getallen kennen: de coordinaten van f (x, y) zijn reèˆle en imaginaire delen van sin(z) voor complexe getallen z = x + iy.) Figuur 1: Grafieken van y 7→ cosh(y) en y 7→ sinh(y). Beschouw de vergelijking f (x, y) = (0, 0). (2) (a) Laat zien dat de oplossingen van (2) zijn: (kπ, 0) voor gehele getallen k. Newton’s methode wordt gegeven door een iteratie (xn+1 , yn+1 ) = N (xn , yn ) = (xn , yn ) − [Df (xn , yn )] −1 f (xn , yn ). (3) (b) Geef een expliciete uitdrukking voor N . Voor elk van de oplossingen van (2) is er een verzameling van beginwaarden (x0 , y0 ) ∈ R2 waarvoor de iteratie (xn+1 , yn+1 ) = N (xn , yn ) naar die oplossing convergeert als n → ∞. Op de randen van die verzamelingen zijn punten waarvoor de Newton interatie niet convergeert. (c) (Computer opgave:) Bereken numeriek een figuur die de punten waar Newton iteratie niet naar een oplossing convergeert zichtbaar maakt (eventueel ook verschillende kleuren voor punten waar Newton iteratie wel naar een oplossing convergeert, met kleuren afhankelijk van de oplossing waar de iteratie naartoe convergeert). Een geschikt gebied om mee te rekenen is [−3π, 3π] bij [−3π, 3π], en eventueel uitgezochte vergrotingen.