Meerjarenvisie Eenvoudig apostolisch zijn

Eenvoudig Apostolisch Zijn
meerjarenvisie bestuur/kring van districtsverzorgers 2012- 2015
Achtergrond
Bij gedachtevorming over ‘ons genootschap in de komende jaren’ is het belangrijk goed te
kijken naar de afgelopen periode. Bij de wisseling concludeerde apostel Riemers, dat ons Werk
goed voorbereid is op de toekomst. De laatste vijf jaar is op landelijk niveau veel in beweging
gezet. Organisatie, ontwikkeling en zielsverzorging zijn in samenhang met elkaar gebracht
(integraal bestuur), onze missie/visie is opnieuw bepaald en de statuten zijn vernieuwd.
Aansluitend bij de drieslag Religieus – Ontmoeten - In de wereld zijn ontwikkelingsgerichte
initiatieven genomen. Denk aan de kenschets van het genootschap, het werkboek liturgie, de
nieuwe aanpak van de jeugdverzorging, de samenvoeging van bestaande en de vorming van
nieuwe gemeenschappen.
Wat is nu de aanleiding voor verdere bezinning?
-
Er is een nieuwe Apostel;
De tijdgeest verandert (en sneller dan we denken);
Te midden van snelle maatschappelijke ontwikkelingen en onzekerheid neemt de
behoefte aan stilte, reflectie en levensoriëntatie toe.
Een steeds terugkerend signaal is dat er grote behoefte is aan rust, de gemeenschap, een plek
om even op adem te komen in het hectische bestaan.
Aan de andere kant ontstaan er door openheid en bewust communiceren in menige
gemeenschap intern nieuwe vormen van ontmoeten en verdiepen en ook allianties met andere
kerkgenootschappen en maatschappelijke organisaties.
Hoofdlijn 2012-2015
Het Apostolisch Genootschap is een geloofsgemeenschap die open in de samenleving wil staan
en waar we ons in gemeenschappen bezinnen op levensvragen.
Uitgaande van deze kenschets willen wij in de periode 2012 – 2015, in dankbaarheid voor wat
door voorgaande generaties is opgebouwd, werken aan de actualisering van ons geloof.
Steeds de horizontale dimensie (de sociale component: de onderlinge verhoudingen) verbinden
aan de verticale dimensie (de religieuze component: de verbinding met de scheppende
1
levensmacht). Wij willen elkaar aanspreken en versterken vanuit de ziel . Daarmee hopen we
meer aan de voorkant, de preventie te gaan werken, dan aan de achterkant, de zorg.
De gemeenschap zal een veilige plek moeten zijn en blijven. Waar broeders, zusters, jeugd en
bezoekers worden aangesproken in hun vermogen tot reflectie en zingeving.
De gemeenschap waar troost, bemoediging en vergeving ervaren en geoefend kunnen worden.
Daarbij willen we ons de komende jaren richten op zoveel mogelijk behoud van het huidige
aantal gemeenschappen. En met alle oog voor de realiteit van vergrijzing en ontgroening gaan
we voor groei van het ledental.
Voor de samenleving als geheel willen we vindbaar en herkenbaar zijn. Als genootschap gaan
we de komende jaren vereenvoudigen. We concentreren ons op onze kern en zoeken daarnaast
plaatsen waar energie is en ruimte om ontwikkelingen alle kans te geven. Dat vraagt om meer
externe verbinding, meer invloed van de (relatief kleine) groep jongeren en ruimte voor
innovatie.
1
Zie ook meerjarenthema ‘sleutels tot de ziel’
Wat zou dit kunnen betekenen in de komende jaren voor de kring van districtsverzorgers, het
bestuur en het Dienstencentrum?
Deze koers vraagt om een ondersteunende en
dienstverlenende organisatie. Niet de landelijke
organisatie, maar de continuïteit en kwaliteit van de
plaatselijke gemeenschappen en regionale netwerken
staat centraal.
Daarbij lijkt het verstandig dat het bestuur van het
genootschap de komende jaren geen nieuwe
ontwikkelingen in gang zet die de gemeenschappen
steeds weer en op voor hen onvermoede momenten
verplicht activiteiten te ontplooien die niet passen bij de
eigen mogelijkheden en ontwikkelingsrichting.
Dat betekent dat er een organisatie zal moeten zijn die
veel meer vraaggestuurd zal werken en dus een grote
flexibiliteit van ons allen verwacht, een luisterend oor
biedt en laagdrempelig is. Kortom:
ontwikkelingsgericht werken!
Het zal in de komende periode dus niet alleen gaan
over WAT we gaan doen, maar vooral HOE we de
broeders, zusters en jeugd nabij zullen zijn. Wanneer
we het pad van ‘wat nog meer’ verlaten, gaan we al
vanzelf minderen! En wanneer we dus goed kijken hoe
we kunnen helpen en ondersteunen, komen we meer
en dichter bij de voorgangers, kringen van dienenden,
broeders, zusters en jeugd.
Voor het bestuur en de kring van districtsverzorgers
betekent dat:
A. … dat we voorrang geven aan de dagelijkse
steun van voorgangers en gemeenschappen.
B. … dat we op landelijk niveau ons focussen op
innovatie op een beperkt aantal belangrijke,
urgente terreinen, zoals jeugd!
C. … dat we binnen de financiële en personele
kaders durven te kiezen.
Kortom: meer verbinden aan minder.
Eenvoudig Apostolisch Zijn
de visie van bestuur en kring van
districtsverzorgers voor de
periode 2012-2015:
religieus: Zielekracht!
Meer balans tussen de
horizontale en verticale
dimensie; minder zorg aan de
achterkant, meer aandacht aan
de voorkant: praktische
levenswijsheid.
ontmoeten: Beleven en oefenen
in gemeenschappen!
We gaan voor groei van het
ledental en zoveel mogelijk
behoud van het huidige aantal
gemeenschappen. Meer steun
voor plaatselijke beweging en
minder verplichtende landelijke
activiteiten.
in de wereld: Zichtbaar werk!
Meer externe verbinding,
zichtbaar in de samenleving met
invloed van jongeren en ruimte
voor innovatie; minder intern
gericht en minder vaste lasten.
Eenvoud als norm.
Opdat we elkaar ook in de toekomst blijven ontmoeten en versterken in ons gezamenlijk ideaal:
in liefde werken aan een menswaardige wereld.
Baarn, 6 januari 2012