BIJSCHOLING 4 TOT 6-JARIGEN Onze ‘Rode Duivels’ van 2030! Joost Desender Bijscholing 4 tot 6 jarigen INHOUDSOPGAVE 1. Het voetbalontwikkelingsplan van de KBVB 2. Enkele vaststellingen 3. De lichamelijke ontwikkeling 4. Wie zijn deze ‘debutantjes’ ? 5. Specifieke kenmerken van debutantjes 6. Organisatie van de activiteiten 7. Wie staat in voor de begeleiding ? 8. Praktijk - Wedstrijd-methode : Trainingsmethodiek 9. Discussiepunten om mee te nemen naar je vereniging SPEELFASE Spelend leren 11. Besluit + vraagstelling Bijscholing 4 tot 6 jarigen 1. HET VOETBALONTWIKKELINGSMODEL Technisch-tactische ontwikkelingsdoelen binnen het leerplan TEAMTACTICS Vervolmaking Postformatie BASICS 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 Ik en de bal (fase 1 : 2-2) Collectief spel “dichtbij” (fase 2: 5-5) Collectief spel “2° graad” (fase 3: 8-8) Collectief spel “veraf” (fase 3: 11v11) Speldimensies/ontwikkelingsfases Bijscholing 4 tot 6 jarigen 21j 1. HET VOETBALONTWIKKELINGSMODEL • Leren is: – een continu proces : ontwikkelingsdoelen van.... via.... naar (= ontwikkelingslijnen) – cumulatief : de reeds verworven vaardigheden vormen de basis voor de nieuw aan te leren vaardigheden • Het voetbalontwikkelingsmodel: – gebaseerd op het ontwikkelingsmodel van « balsporten » – vloeiende overgang van de ene fase in de andere – Voetballeeftijd is de leidraad: grote individuele verschillen mogelijk per ontwikkelingsdomein (vb. fysieke achterstand t.o.v. mentale voorsprong, rekening houden met de biologische leeftijd) – De jeugdopleider kiest leerdoelen en -inhouden in functie van het niveau volgens het voetbalontwikkelingsmodel Bijscholing 4 tot 6 jarigen 2. Enkele vaststellingen 1. Kinderen doen te weinig bewegingservaringen op voor de leeftijd van 11/12 jaar, voor de groeispurt (PHV). Hoe breder de BASIS van de piramide , hoe hoger de top !! Hoe smaller de BASIS van de piramide , hoe lager de top !! FUNDAMENTALS Gevaar trainingsbarriere = vroegtijdige stop in motorische ontwikkeling = Het individueel ‘maximum genetisch potentiëel’ wordt niet bereikt. Bijscholing 4 tot 6 jarigen Piramide: Target = vroegtijdig-veel bewegen Voetbal Hockey Rugby Handbal Korfbal Volley Basket Specifiek Een “voetbal-atleet” worden 7- 9 jarigen Algemene ontwikkeling 5- 6 jarigen 3- 4 jarigen Bijscholing 4 tot 6 jarigen Algemene ontwikkeling Bijscholing 4 tot 6 jarigen Target = Meer ‘voetbal-atleet’ opleiden Piramide: +/-14 jaar Hockey Handbal Basket Voetbal Rugby Tot. spel Specifiek Aangepaste Tech/Tact Korfbal Volley Spec. spelvormen Meer atleet worden Bewegen in functie van Balsporten Betere bewegers opleiden met bal Betere bewegers opleiden 0 jaar Algemene Algemeen bewegen ontwikkeling Bijscholing 4 tot 6 jarigen Betere bewegers opleiden Bijscholing 4 tot 6 jarigen Target = Zo vroeg mogelijk de FUNDAMENTALS ontwikkelen Piramide: +/-14 jaar Hockey Handbal Basket Voetbal Rugby Tot. spel Korfbal Volley Specifiek Aangepaste Tech/Tact Spec. spelvormen > 10 jarigen Specifieke voetbaltraining 7- 9 jarigen BALVAARDIGHEIDSSCHOOL 0 jaar Voetbalspeeltuin Bal-bal-scholen 5- 6 jarigen Bewegen en 3- 4 jarigen spelen Algemene ontwikkeling BEWEGINGSSCHOOL Bijscholing 4 tot 6 jarigen Voetbalspeeltuin Bijscholing 4 tot 6 jarigen 2. Enkele vaststellingen 2. FUN als een rode draad in het voetbal-ontwikkelingsproces FUN als een RODE DRAAD doorheen het ‘Voetbalontwikkelings’- model DEBUTANTJES - DUIVELTJES 5–5 2-2 5-5 8–8 SPEELFASE COORDINATIEFASE 11 -11 (1) PUBERTEITSFASE 11 – 11 (2) 11 – 11 WEDSTRIJD-WINFASE POSTFORMATIEFASE Bijscholing 4 tot 6 jarigen Plezier om te ‘spelen’ Plezier om te ‘leren’ Bijscholing 4 tot 6 jarigen Plezier om te ‘spelen’ Plezier om te ‘leren’ Bijscholing 4 tot 6 jarigen 2. Enkele vaststellingen 3. Vroege specialisatie versus veelzijdige ontwikkeling : We trainen ‘te vroeg - te specifiek’ Nadelen van (te) vroege specialisatie Geen of weinig ontwikkeling van algemene vaardigheden ! Grotere kans op vervroegd stoppen met voetballen > grotere drop-out ! Mogelijks intrinsieke vaardigheid voor andere sport > sportkeuze? Eenzijdige belasting => labiele verhouding belasting vs belastbaarheid > blessures ? Vroege specialisatie is NIET essentieel om elite-niveau te bereiken > laat-specialisatie sport ? Fun – plezier > speelfase – ‘joy to play’ Bijscholing 4 tot 6 jarigen 3. Lichamelijke ontwikkeling Meisjes Jongens Adolescentie of puberteit Kindertijd Baby 5 0 10 15 20 Hormonale veranderingen Snelle •Lichamelijke ontwikkeling •Geslachtelijke ontwikkeling Gedragsveranderingen Snelle groei in alle lichaamsweefsels, organen, structuren Kindertijd Volwassenheid Puberteit is gedragsmatig, Adolescentie is lichamelijk EN gedragsmatig Relatief trage Lichamelijke ontwikkeling Trage Geslachtelijke ontwikkeling Snelle Neurale ontwikkeling Motorische ontwikkeling Voltooiing van groei en ontwikkeling Bijscholing 4 tot 6 jarigen Levensfasen baby-tijd: tot ca. 1 jaar (een baby of zuigeling is een kind dat nog niet loopt) peutertijd: tot ca. 3 jaar (een peuter kan zelfstandig de omgeving verkennen) kleutertijd: tot ca. 6 jaar (een kleuter gaat naar de kleuterschool) 4-5 jarigen Kleutervoetbal ? kindertijd: tot ca. 6-12 jaar adolescentie: tot ca. 22 jaar (soms wordt ook de puberteit als fase vernoemd) volwassenheid: tot ca. 60 jaar bejaarde volwassenheid: vanaf ca. 60 jaar. Bijscholing 4 tot 6 jarigen 3. Lichamelijke ontwikkeling Gestalte Gewicht Spiermassa Botten Lichaamsdimensies Ademhaling Hart Bloedvaten Spijsvertering Urinesysteem Algemene ontwikkeling Snelle groei Geleidelijke groei Groeiversnelling (groeispurt) Voltooiing van de groei Timing + groeisnelheid = individueel verschillend Kleine interindividuele variatie +Variatie wordt groter Grote interindividuele variatie Bijscholing 4 tot 6 jarigen 3. Lichamelijke ontwikkeling Hersenen Zenuwstelsel Ogen Bovenste deel van het gelaat Delen van de schedel Neurale ontwikkeling Zeer snelle groei Groei vertraagt, rond 8 jaar >90% volgroeid +Trage groeivoltooiing Snelle ontwikkeling geeft op jonge leeftijd coördinatieproblemen Kleine interindividuele variatie +Variatie wordt groter Grote interindividuele variatie Bijscholing 4 tot 6 jarigen DISCUSSIE Kleutervoetbal situeren in opleidingsvisie KBVB KLEUTERVOETBAL ? Toekomst ?? 2 tegen 2 Bal-bal-scholen Voetbalspeeltuin KLEUTERVOETBAL ? Beweging- en balvaardigheidsscholen Hoe invullen ? ...... Noodzaak ? Trainers ? ...... Bijscholing 4 tot 6 jarigen 3. Lichamelijke ontwikkeling Vanaf jonge leeftijd moet een zo groot mogelijke variatie aan bewegingsimpulsen gegeven worden om het zenuwstelsel zo gevarieerd mogelijk te ontwikkelen M.a.w. niet alleen VOETBALLEN Maar ook ... EXTRA andere sporten beoefenen Centraal = FUN & SPELEN VEELZIJDIG BEWEGEN… SPELEN als MIDDEL … BETER BEWEGEN ALS DOEL ... Voetbal ALS SPELEND LEREN Voet - Bal - Spelen Bijscholing 4 tot 6 jarigen Groeisnelheid (cm/jaar) 3. Lichamelijke ontwikkeling Groeisnelheidscurve Jongens Meisjes Groeivertraging Groeivertraging Peak Height Velocity Groeispurt ± 3 jaar Start van de groeispurt Beëindiging van de groei Leeftijd Bijscholing 4 tot 6 jarigen 4. Wat zijn ‘debutantjes’ DEBUTANTJES Leeftijdscategorie (4-6 jarigen) leeftijd aansluiten in club = vanaf 5 jaar !! 4 jaar !! specifieke opleiding noodzakelijk => Zeer DEBUTANTJES (= 4-6 jarigen) Zijn ze al rijp voor ONS voetbal ? Hoe moeten de kinderen dan wel begeleid worden ??? Bijscholing 4 tot 6 jarigen Wie zijn deze kinderen ? 5 tegen 5 optimale wedstrijdvorm ? Bijscholing 4 tot 6 jarigen 4. Wat zijn ‘debutantjes’ Leeftijd waarop een KIND rijp is om naar een voetbalvereniging te komen en voetbal te leren… is zeer individueel. WIJ zetten daar te snel een jaartal op !!! MOETEN KINDEREN VAN 4-5 JAAR KOMEN VOETBALLEN? ZIJN ALLE KINDEREN VAN 4-5 JAAR RIJP VOOR ONS VOETBAL? Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.1. Specifieke kenmerken debutantjes : FYSIEK Coördinatie – – – – – onbeholpen weinig lichaamsbeheersing weinig evenwichtsgevoel weinig lichaams-, ruimte- en tijdsbesef vaak nog geen voorkeurvoet ontwikkeld (geen dominantie links of rechts) Lenigheid – meestal grote lenigheid Uithouding – erg oneconomisch lopen (veel energieverlies) – snel moe (MAAR ook snelle recuperatie) Snelheid - Reactiesnelheid ontwikkelen > ‘window of trainability’ - gevoelige leerperiode Kracht Evenwicht – Onbeholpen maar ‘window of trainability’ (gevoelige leerperiode) Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.2. Specifieke kenmerken debutantjes: MENTAAL Grote spontaniteit Speelt graag en maakt graag plezier Sterk op zichzelf gericht Vaak onrustig en vlug afgeleid Beperkt concentratievermogen Gehecht aan de jeugdopleider – opkijken naar jeugdopleider – bootst jeugdopleider na Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.3. Specifieke kenmerken : PSYCHOMOTORISCH Psychomotoriek : "juist en aangepast bewegen", d.w.z. dat men zijn lichaam zo goed mogelijk leert kennen en gebruiken in situaties die bepaald worden door tijds- en ruimtelijke elementen. Het kind is op 4-5 jaar in volle ontwikkeling MAAR moet nog bijna alles leren of verbeteren SPEELPERIODE = VOET- ’BAL’ -SPEELTUIN Leren werpen, vangen, trappen om oog-hand en oog-voetcoördinatie te verbeteren Veel bewegen om betere bewegers op te leiden Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.4. Specifieke kenmerken : Bewegings- en balvaardigheden ALGEMENE BEWGINGSVAARDIGHEID DEBUTANTJES Leren bewegen lopen, stoppen, versnellen starten, springen, draaien, hinken , huppen ….. algemene coördinatie… ALGEMENE BALVAARDIGHEID SPECIFIEKEBEWEGINGSVAARDIGHEDEN DUIVELTJES Leren bewegen i.f.v. de bal lopen, stoppen , versnellen in functie van de bal en in functie van medespeler en tegenstrever Naast – tegen – met elkaar SPECIFIEKE BALVAARDIGHEID DEBUTANTJES DUIVELTJES Leren ervaren wat een bal is, hoe de bal rolt. Handig met de bal Beheersen van de bal= Baas zijn over de bal Voetig met de bal Bal kunnen gericht rollen met : *voorkeurhand *niet-voorkeurhand *beide handen Bal kunnen opwerpen en opvangen. Bal kunnen spelen met binnenkant voet. *tweevoetigheid (MIKKEN) Bal kunnen werpen op verschillende manieren : *botspas, borstpas, hoge bal, *ver, dicht, hoog, laag… INDIVIDUEEL PER TWEE PER DRIE DRIEHOEKSFORMATIE Bal kunnen stoppen met zool, binnenkant voet. Bal kunnen leiden met verschillende delen van de voet. (DRIBBELSPELEN) Bal kunnen dribbelen tussen hindernissen. Kunnen spelen met verschillende soorten ballen : *kleine bal– grote bal *zware bal --lichte bal *ballon *zachte—harde bal Van het individueel spelen naar het leren (samen-) spelen per twee, per drie in driehoeksformatie per vier in ruitformatie Het duiveltje kan de bal dicht bij de voet houden bij het leiden en dribbelen. PER VIER RUITFORMATIE (5-5) Het duiveltje kan gericht trappen op doel met de voorkeurvoet. (SCOREN) Balbeheersing *De speler heeft een minimale ‘controle’ over de bal. 8-8 *De speler kan enkele passeerbewegingen / schijnbewegingen zonder tegenstrever uitvoeren. Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.5. Specifieke kenmerken : Voetbal-specifiek DEBUTANTJES Enkel oog voor bal naar... oog + bal + tegenstrever + ruimte Geen zin voor samenspel… naar leren samenspelen per vier Redenen : – van nature egocentrisch de voetbal = mijn speelgoed – door gebrekkige techniek => geen aandacht vrij voor ploegmaten en tegenstanders – gebrek aan ruimte- en tijdsperceptie Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.5. Specifieke kenmerken : Voetbal-specifiek LEERPLANMODEL : Eerste fase: (4 - 6 jaar) nog geen sprake van voetbalspel WEL ALGEMENE BALVAARDIGHEID WERPEN VANGEN TRAPPEN ter verbetering van OOG-HANDCOORDINATIE OOG-VOETCOORDINATIE + ALGEMENE BEWEGINGSVAARDIGHEDEN Lopen, vallen, stoppen, springen Evenwicht, start-stop-vermogen Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.5. Specifieke kenmerken : Voetbal-specifiek VUISTREGELS en TIPS voor de begeleiders van DEBUTANTJES 1. Rekening houdend met specificiteit van kind van 4 à 6 jaar 2. Eerst oog-hand-coördinatie 3. Als voorfase op doelgerichte vormingsproces van de jeugdvoetballer 4. Van aanleren balvaardigheden naar presteren in groepsverband 5. In taal van kind + demonstratie en uitleg tegelijkertijd Bijscholing 4 tot 6 jarigen 1. Rekening houdend met specificiteit van kind van 4 à 6 jaar DEBUTANTJES - 2°-3° KLEUTER - 1ste LEERJAAR Leeftijdskenmerken Zeer speels Leeft in fantasiewereld Individueel ingesteld Egocentrisme doorbreken Weinig ontwikkeld ruimteperceptie Snel afgeleid alles in spelvorm taal van kind spreken elke speler zijn bal leren samenspelen per twee herkenbare situaties creëren, variatie binnen zelfde organisatie veel afwisseling brengen (werken met modules) Toepassing in de voetbalpraktijk Ontdekken van de bal (grootste weerstand = de bal) Algemene balvaardigheid : twee-handigheid – twee- voetigheid Oefenen met veel verschillende soorten ballen – kinderen leren wennen aan gedrag van de bal Veel balgewenningsoefeningen individueel of per twee Wedstrijdvormen / partijspelen van 1+ Kp<> 1+ Kp opbouwen naar 2+K<>2+K Voetbalweerstand = bal + 1 medespeler + 1 tegenstrever FOOTBALL AS A DRIBBLING AND SHOOTING GAME (KBVB) Bijscholing 4 tot 6 jarigen DUIVELTJES 2de LEERJAAR ~ 3de LEERJAAR Van kleuter in een ‘fantasiewereld’ naar het ‘begrijpend en lerend’ kind . Van algemene balvaardigheid naar specifieke voetbalvaardigheden. Van loopspelen zonder bal naar loopspelen met bal. Progressief en methodisch de initiële weerstand, namelijk ‘de bal’, vergroten met het aantal medespelers en het aantal tegenstrevers. ( 3-3 , 4-4 ) Aanleren van vereenvoudigde spelregels. Van het leren spelen per twee naar het (samen)-spelen per drie, per vier. (beginnen samenspelen) Van initiatie driehoeksopstelling tot aanleren van het spelen in ruitformatie. Verbeteren van ruimte- en tijdsperceptie en het evenwichtsvermogen . Basisoefeningen tot verbeteren van de loopcoördinatie. FOOTBALL AS A SHORT PASSING GAME FOOTBALL AS A HALF-LONG PASSING GAME Spelen in een dubbele ruitformatie 8-8 Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.5. Specifieke kenmerken : Voetbal-specifiek VUISTREGELS en TIPS voor de begeleiders van DEBUTANTJES 1. Rekening houdend met specificiteit van kind van 4 à 6 jaar 2. Eerst oog-hand-coördinatie Starten met oog-hand-coördinatie gemakkelijker dan oog-voet-coördinatie transfer met oog-voet-coördinatie: – twee taken tegelijk uitvoeren: verplaatsen + bal nemen/werpen – perceptie en beoordeling van de balbaan in tijd en ruimte – sturen van beweging: nauwkeurigheid en kracht – Succes-beleving Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.5. Specifieke kenmerken : Voetbal-specifiek VUISTREGELS en TIPS voor de begeleiders van DEBUTANTJES 1. Rekening houdend met specificiteit van kind van 4 à 6 jaar 2. Eerst oog-hand-coördinatie 3. Als voorfase op doelgerichte vormingsproces van de jeugdvoetballer NIEUWE SOORT BAL wennen aan gedrag bal OM TE SPELEN ? weten hoe bal reageert als kind tegen bal trapt aanvoelen hoe hard/zacht het de bal moet raken aavoelen wat het moet doen om bal bij te houden terwijl hij/zij loopt Spelvormen met VERSCHILLENDE SOORTEN ballen, zacht, hard, groot klein, botsende bal... – vb. ballonnen....strandballen...volleyballen, tennisballen... – – – – – Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.5. Specifieke kenmerken : Voetbal-specifiek VUISTREGELS en TIPS voor de begeleiders van DEBUTANTJES 1. Rekening houdend met specificiteit van kind van 4 à 6 jaar 2. Eerst oog-hand-coördinatie 3. Als voorfase op doelgerichte vormingsproces van de jeugdvoetballer 4. Van aanleren balvaardigheden naar presteren in groepsverband – ontwikkelen van balvaardigheden (< 6 jaar) – evolutie van individueel naast elkaar en los van elkaar spelen naar individueel tegen elkaar spelen (= oppositiespelen) (6-8 jaar) – Van het individueel spelen naar het leren samenspelen per twee (leren samenspelen per twee, drie, vier = eindterm duiveltjes) Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.5. Specifieke kenmerken : Voetbal-specifiek VUISTREGELS en TIPS voor de begeleiders van DEBUTANTJES 1. Rekening houdend met specificiteit van kind van 4 à 6 jaar 2. Eerst oog-hand-coördinatie 3. Als voorfase op doelgerichte vormingsproces van de jeugdvoetballer 4. Van aanleren balvaardigheden naar presteren in groepsverband 5. In taal van kind + demonstratie en uitleg tegelijkertijd – geen abstracte begrippen, wel via begrippen die ze kennen vb bal afpakken i.p.v. verdedigen "ratten" tegen "raven" i.p.v. team A tegen team B afgebakend plateau = "huis", erbuiten = "gevaarlijk beest" – 1 beeld zegt meer dan 1000 woorden – Kinderen aanspreken op OOGHOOGTE Bijscholing 4 tot 6 jarigen Wees positief ingesteld Straal enthousiasme uit. Kinderen mogen en moeten fouten maken. Praat de taal van het kind. Luister naar het kind. Speel mee met het kind. Opvoeding centraal School-voetbal-thuis = één geheel Roep niet constant wat ze wel en niet mogen doen. Moedig de kinderen aan om thuis te voetballen = geef huiswerk mee Met één of twee trainingen per week word je geen ‘Zidane’ Kinderen moeten altijd en overal voetballen. In een vertrouwde omgeving Geef zelf een juiste demonstratie of laat spelers die iets goed doen voortonen. Winnen en verliezen is heel belangrijk. Maak duidelijke reglementen en afspraken. Geef ook minder getalenteerde spelers de kans om iets te tonen. Wees eerlijk en consequent. Speel veel “MATCHKES” TIPS Veel variatie binnen dezelfde organisatie Voetbal spelen staat centraal, niet de organisatie. Veel eenvoudige spelen met weinig uitleg Kinderen willen scoren =doelpunten maken. Dus relatief grote doelen Laat iedereen meespelen. Geen file-training Elke speler is actief met de bal bezig. Kinderen zijn hard voor elkaar en sluiten gemakkelijk iemand uit. Anticipeer op mogelijk ‘pestgedrag’. Laat de minder goede spelers soms kapitein zijn. Opbouw van eenvoudig naar moeilijk Positieve coaching Positieve beloning Spreek in ‘uitdagende vorm’. Wie kan dit? Wie is het snelst? Plaats de spelers in een inspirerende spelomgeving. Laat kinderen zelf problemen oplossen. Willen winnen maar kunnen verliezen. Wees kritisch voor jezelf; als kinderen de oefening niet begrijpen, is dit veelal omdat de oefening niet aangepast is aan hun belevingswereld. Streef naar een vlotte aaneenschakeling van de oefeningen. Zijn kinderen moe, laat ze rusten. Spontaan gaan ze terug meespelen. Laat kinderen trainen op eigen tempo. Niets forceren. Kracht en weerstand zijn uit den boze. Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5.5. Specifieke kenmerken : Voetbal-specifiek FUN staat centraal . Kinderen komen voetballen omdat ze het leuk vinden. Kinderen spelen zeer graag. Werk met niveaugroepen = noodzaak van differentiatie=beter leerrendement. Kies de gepaste leerstof en wees zelf enthousiast NIET DE OEFENING / SPEL IS BELANGRIJK WEL DE MANIER WAAROP JE ALS ANIMATOR DE OEFENING BRENGT WEES POSITIEF en STRAAL ENTHOUSIASME UIT Bijscholing 4 tot 6 jarigen 6. Organisatie van de activiteiten Afgebakend plateau Eenvoudige, vaste herkenbare organisatie Kleine groepjes (zoveel mogelijk van zelfde niveau) Duur per activiteit : MAX 5-10 minuten Heel veel afwisseling ZEER veel variatie binnen dezelfde organisatie Speel op relatief grote doelen – haalbaar voor de keeper – uitdagend voor de speler ESSENTIE VAN HET VOETBAL = DOELPUNTEN maken MOEILIJKE OPDRACHT VOOR DE OPLEIDER binnen vaste organisatie blijven voor verschillende activiteiten mogelijkheden: • 1+K<>K+1 • estafette • mikspelen • balvaardigheid • trapspelen Bijscholing 4 tot 6 jarigen 7. Wie staat in voor de begeleiding van debutantjes BESTE JEUGDOPLEIDERS WERKEN AAN DE BASIS !! want ZEER ZWARE OPGAVE – – – – kinderen voortdurend aandacht geven zeer veel variatie in oefenstof continu enthousiasme noodzakelijk steeds inleven in situatie van kind => inzicht in en kennis van leeftijdsspecifieke kenmerken met oog voor totale persoonlijkheidsontwikkeling => opvoeder, opleider, animator, begeleider, ... CONTINUITEIT => GEEN kopie van voetbal voor volwassenen GEEN ‘TRAINERS’ WEL OPLEIDERS EN BEGELEIDERS FUN en ENTHOUSIASME Bijscholing 4 tot 6 jarigen 8. Praktijk – Het animeren van debutantjes GEEN TACTISCHE THEMATRAININGEN VEEL AFWISSELING VAN WEDSTRIJD- EN TUSSENVORMEN !! NIET DE OEFENING STAAT CENTRAAL WEL HET ENTHOUSIASME EN BELEVING VAN DE ANIMATOR VEEL VARIATIE BINNEN DEZELFDE ORGANISATIE HOU HET EENVOUDIG HERKENBARE ORGANISATIE CONCENTRATIEVERMOGEN IS BEPERKT > KORTE VORMEN 5 min MODULE SYSTEEM Bijscholing 4 tot 6 jarigen 8.1. WEDSTRIJDVORMEN – vereenvoudigen van het voetbalspel door aantal spelers te reduceren, het speelveld te verkleinen en de spelregels te vereenvoudigen – 2 <> 2 ‘Dribbling and shooting’ – coach niet op positiespel – begeleid enkel zodat de wedstrijdvorm vlot verloopt – laat spelers dribbelen, pingelen met de bal – spelers al spelend leren omgaan met de spelregels – spelers bewust maken van spelrichting (eigen doel => doel tegenstander) 1. 2. 3. 4. 5. 1+K <>K+1 1+K <>1 1+K <>2 2+K <>2 2+K <>K+2 tip: gebruik kleuren om dit duidelijk te maken vb eigen doel is doel met kegels die dezelfde kleur hebben als overgooiers van spelers Bijscholing 4 tot 6 jarigen 8.3. TRAININGSMETHODIEK ATTITUDEVORMING INGANGZETTING WARMING-UP 5 MIN WEDSTRIJDVORM 5 MIN TUSSENVORM 5 MIN WEDSTRIJDVORM 5 MIN TUSSENVORM 5 MIN WEDSTRIJDVORM 5 MIN ATTITUDEVORMING TOT RUST KOMEN COOLING DOWN 10 MIN Bijscholing 4 tot 6 jarigen Trainingsmethodiek Bijscholing 4 tot 6 jarigen 8.3. TRAININGSMETHODIEK Voorbeeld 1 MODULE SYSTEEM Bijscholing 4 tot 6 jarigen METHODIEK WEDSTRIJDMETHODE Duur 60-75 min IN GANG ZETTEN 10 min Van ‘vrij’ spelen met de bal, naar ‘gericht’ spelen met de bal WEDSTRIJDVORM 5 -7 min TUSSENVORM 5 - 7 min 1 + Kp <> Kp + 1 Variante 1 (In golven) Evenwicht-balans / oog-hand coördinatie WEDSTRIJDVORM 5-7 min 1 + Kp <> Kp + 1 Variante 2 (In golven) TUSSENVORM 5 -7 min Lopen-springen / dribbelen-mikken WEDSTRIJDVORM 10 min In golven TUSSENVORM 10 min 1 + Kp <> Kp + 1 (Continu spel) Duelvorm 1 tegen 1 (Doorschuifsysteem) Recreatef Voetbalspel 5 min In golven Collectief spel met bal-(len) EINDSPEL 5 min Van ‘actief’ spelen met de bal, tot ‘rustig’ worden Bijscholing 4 tot 6 jarigen 8.3. TRAININGSMETHODIEK Voorbeeld 1 MODULE SYSTEEM Bijscholing 4 tot 6 jarigen 8.3. MODULE SYSTEEM MODULE 1 INGANGZETTING MODULE 2 WEDSTRIJDVORMEN Module 3 Evenwicht-Balans Module 4 Oog-hand-coördinatie Module 5 Loop-tik-mik-dribbelspelen Module 6 Vallen-opstaan-lopen-huppen-... Module 7 Oog-voet coördinatie Module 8 Reactie-en aandachtsspelen MODULE 9 RECREATIEF VOETBALSPEL MODULE 10 EINDSPEL Duur 75 min Bijscholing 4 tot 6 jarigen METHODIEK WEDSTRIJDMETHODE Duur 60-75 min DOELSTELLING Algemene bewegings- en balvaardigheden aanleren op een speelse en doelgerichte manier in overeenstemming met de belevingswereld en het niveau van het kind vanuit de visie KBVB/VFV (wedstrijdmethode) OPWARMING (attitude) – IN GANG ZETEN - 10 min Van het ‘vrij-spontaan’ bewegen en spelen naar het ‘gericht’ bewegen en spelen Doel ‘in gang zetten’ = aandacht en concentratie opbouwen > leren ‘luisteren’ naar de trainer-animator = aandacht – en reactievermogen + Lichaam- Tijds- en Ruimte perceptie WEDSTRIJDVORMEN 1 + 2 = Kp + 1 <> 1 + Kp 5 min in golven of ‘korte’ speeltijden (max. 20”) / afmetingen 25 x 20 m Bijscholing 4 tot 6 jarigen METHODIEK WEDSTRIJDMETHODE Duur 60-75 min Wedstrijdvorm 1 + kp <> Kp + 1 Continu spel > 10 min > wedstrijdjes van 60-90” Keeper en speler wisselen om de 60-90” – op signaal van de animator Relatief ‘grote’ doelen = vlot kunnen scoren voor de speler, haalbaar voor de keeper Na 2 partijtjes wisselen van tegenstander (4 teams = “ wedstrijdjes = 6 x 60-90”)) Fun 1 > scoren bijhouden ( = hoedje halen per doelpunt – wie meeste hoedjes ? Fun 2 > na elke wedstrijdvorm > penalty-trap 1 + kp <> 1 + kp >> Wedstrijdvormen + keeper >> MOTIVATIE Kinderen willen ‘ECHT’ voetbal spelen = Willen het ‘ECHTE’ voetbal nabootsen = MET keepers + de bealngrijkste spelreglementen behouden (vb inworp, bal in – uit, ...) FUN : kinderen van die leeftijd staan graag in de goal > laat ze spontaan kiezen (niet verplichten !!) FUN : kinderen willen scoren in een echte goal met een echte keeper in Stap naar 5v5 : keeper speelt weg van zijn doellijn want leerde dit spontaan in 2v2 Onderscheid aanleren tussen functie keeper en veldspeler > systematisch voorbereiden naar leren samenspelen per twee Bijscholing 4 tot 6 jarigen METHODIEK WEDSTRIJDMETHODE TUSSENVORMEN 1 Duur 60-75 min MODULES 1 + 2 Module 1 EVENWICHT-BALANS Door elkaar lopen, binnen de hoepel stoppen en op 1 been balans houden. Ballen werpen naar elkaar op, steunend op 1 voet, elkaar nabootsen steunend op 1 been, .... Module 2 OOG-HAND COORDINATIE Bal opwerpen opvangen in kegel Bal naar elkaar werpen en opvangen in kegel. Bal laten botsen, grond tikken Twee ballen omhoog werpen en opvangenenz... Bijscholing 4 tot 6 jarigen METHODIEK WEDSTRIJDMETHODE TUSSENVORMEN 2 Duur 60-75 min MODULES 3 en 4 Module 3 VALLEN-OPSTAAN-SPRINGEN-LOPEN ...(FYSIEK-COORDINATIEF) Omloop met stokken, hoepels, loopladder , evenwichtsplank, .... Module 4 OOG-VOET COORDINATIE (TECHNISCH-COORDINATIEF) Balvaardiugheid > dribbelen tussen kegels > linker-rechtervoet enz... Passing > benen gespreid . Wie kan de bal door de benen van medespeler spelen. Wie kan de kegel omver trappen. Bijscholing 4 tot 6 jarigen METHODIEK WEDSTRIJDMETHODE TUSSENVORMEN 3 Duur 60-75 min MODULES 5 en 6 Module 5 REACTIE-SNELHEIDSSPEL Estafettespelen > bal doorgeven met de handen, met de voeten... Dribbelen met de bal / hand in hand lopen Aflossing > Door de benen kruipen enz.. Module 6 DUELSPELEN Partijspelen 1 tegen 1 op minidoeltjes Duur 45-60” en doorschuiven Duidelijke afsraken maken ... (altijd met praktisch voorbeeld) Bal is enkel buiten ‘achter’ de doellijn Geen bal in de handen nemen Bijscholing 4 tot 6 jarigen METHODIEK WEDSTRIJDMETHODE RECREATIEF VOETBALSPEL (collectief) 5 min Tweeling-voetbal Voetbal ‘hand in hand’ (koppeltjes) EINDSPEL > Duur 60-75 min LTPD-boek deel 2 pg 146 Meerballen-voetbal Wedstrijd met twee of meer voetballen Fietsbanden-voetbal Beide spelers in fietsband TOT RUST KOMEN Blindeman 1 Geblinddoekte speler leiden met de bal aan de voet, wie scoort eerst Blindeman 2 Frontkring . geblinddoekte speler met de benen gespreid. Bijscholing 4 tot 6 jarigen 8.3. TRAININGSMETHODIEK Voorbeeld 2 MODULE SYSTEEM Bijscholing 4 tot 6 jarigen 10. BESLUIT STREEFDOEL Algemene bewegings- en balvaardigheden aanleren op een speelse en doelgerichte manier in overeenstemming met de belevingswereld en het niveau van het kind. DUS…. Bijscholing 4 tot 6 jarigen WEDSTRIJDJES 1 + K <> 1 + K 4- tot 6-jarigen VOETBALSPEELTUIN FUN-FUNFUN AL SPELEND LEREN Toekomst ? .... 4 – 5 - 6 jarigen ALGEMENE BEWEGINGS – en BALVAARDIGHEIDSSCHOOL Bijscholing 4 tot 6 jarigen 2. BESLUIT Ook andere federaties volgen deze visie ... ? Volleybal-school Bijscholing 4 tot 6 jarigen 2. BESLUIT Ook andere federaties volgen deze visie ... ? Tennis-school Bijscholing 4 tot 6 jarigen BESLUIT 5. Vele ‘Top-sport-cultuur-landen’ volgen deze visie ...!! AUSTRALIE , USA , CANADA, .... ? 1. Fundamentals 2. Learn to Train 3. Training to Train 4. Training to Compete 5. Training to Win SPEELFASE COORDINATIEFASE PUBERTEITSFASE WEDSTRIJDFASE POSTFORMATIEFASE Long Term Athlete Development Bijscholing 4 tot 6 jarigen BESLUIT 6. Ook ‘Top-sport-voetbal-landen’ volgen deze visie ...!! DUITSLAND NEDERLAND BAMBINI EFFIES Bijscholing 4 tot 6 jarigen BESLUIT Aanzet 1. 1/5 kinderen (4 - 14 jaar) is te dik en heeft bewegingsachterstand 2. Te vroege sportspecialisatie eenzijdige lichaamsontwikkeling Visie “Multimove voor kinderen” wil de ontwikkeling van de basismotoriek op een pedagogisch verantwoorde en wetenschappelijk onderbouwde manier stimuleren. Hiervoor werkt Multimove met 12 bewegingsdomeinen: wandelen & lopen, vangen & werpen, klimmen, slaan, zwaaien, trappen, roteren, dribbelen, glijden, heffen & dragen, springen & landen, trekken & duwen. Doelstelling Het doel op lange termijn is om het jonge kind (3-8 jaar) in Vlaanderen een brede waaier van bewegingskansen (waarin alle basiscomponenten aanwezig zijn) te bieden en een degelijke begeleiding, met een optimale ontwikkeling van de basismotoriek als gevolg. Bijscholing 4 tot 6 jarigen BESLUIT MULTI-MOVE VFV - VLAANDEREN Bijscholing 4 tot 6 jarigen 5 pilootclubs 2012-2013 3 nieuwe pilootclubs 2012-2013 Samenwerking tussen Meer informatie: www.multimove.be of via [email protected] Bijscholing 4 tot 6 jarigen BESLUIT 6. Ook enkele ‘Vlaamse clubs’ nemen soortelijke initiatieven ... Zulte-Waregem Voetbalclub E. Aalst .... .... •Volleybal club en voetbalclub Roeselare Bijscholing 4 tot 6 jarigen 6. Ook enkele ‘Vlaamse clubs’ nemen soortelijke initiatieven ZULTE-WAREGEM Bijscholing 4 tot 6 jarigen BESLUIT Discussie-punten om mee te nemen naar je club ... 1. HOE KUNNEN WE ONZE KINDEREN MEER AAN HET SPORTEN (BEWEGEN) KRIJGEN ? Schoolsysteem ? Clubs ? 2. MOETEN DEBUTANTJES AL WEDSTRIJDJES ‘5–5’ SPELEN ? 3. WELKE VORM/METHODE STEL JE VOOR EN HOE ORGANISEREN WE DIT ? Module systeem ? Voetbalinstuif ? 4. WAT VIND JE VAN VOETBALSPEELTUINEN, BEWEGINGSSCHOLEN, BALVAARDIGHEIDSSCHOLEN ...VOOR 4, 5, 6 JARIGEN...TER VERVANGING VAN DE WEKELIJKSE VOETBAL-TRAININGEN ? Extra als aanvulling ? 5. HOE VULLEN WE DE TRAININGSPRAKTIJK IN ? Jeugdvoetbal als zomersport ? Indoor voetbal ? 6. KUNNEN WE DE ROL VAN DE OUDERS ANDERS INVULLEN ? 7. SAMENWERKING MET ANDERE SPORTFEDERATIES -SPORTCLUBS? Volley-Basketbal , Turnen, Judo...Atletiek ? 8. MOETEN WE VOOR DE BEGELEIDING VAN DEBUTANTJES SPECIALISTEN OPLEIDEN ? 2<>2 ? Actieve deelname van de ouders ? Meer animators, minder trainers ? Meer dames ? Kleuterleiders (-sters) ? Bijscholing 4 tot 6 jarigen Tot slot ……..VRAGEN ? Veel plezier!! Om mee te nemen .... OPLEIDING JEUGDSPELER 4-21 jaar = 17 jaar !!! Dus verpruts de eerste ‘SPEELSE’ jaren in de opleiding niet, door ‘te veel-te snel’ te willen leren… aan de kinderen Bijscholing 4 tot 6 jarigen