OVERZICHTSMODULE 4: RENAISSANCE ARCHITECTUUR I. INLEIDING: Renaissance = “wedergeboorte”: label > Jules Michelet 19de eeuw Wedergeboorte van wat? Italië: Rinascita rinascimento dell’antichità (> Giorgio Vasari) wedergeboorte van de oudheid Oudheid wordt beschouwd als glorietijd, verloren tijd Eeuwen tussen heden en oudheid: MIDDELeeuwen, donkere tijden ITA Noordse gotiek = barbaars renaissance = anti-gotiek Hoe correcte antieke architectuur in elkaar steken? STUDIE VAN RUÏNES Alles systematiseren: bv. SYSTEEM ZUILENORDEN: wordt gezien als kern Beheerst hele renaissance architectuur Gebaseerd op antieke oudheid Geschriften, bv. VITRUVIUS BRUNELLESCHI 1ste grote realisatie: Firenze: Santa Maria del Fiore Brunelleschi plaatst er koepel op ° renaissance? Maar elders soms al eerder koepel: bv Pisa Santa Maria del Fiore (Firenze) Oorspronkelijke bedoeling: koepel zo breed als schip Fase I: Centrale koepelruimte (>< Pisa: longitudinaal plan) Schip geplafoneerd niet zo baanbreken maar breedte van de koepelopening wel Fase II: 14de eeuw: Kerk vergroot: groter en breder klaverblad Schip overwelfd Fase III: Probleem: hoe koepelruimte overbruggen? té breed formelen? ribgewelf niet uitvoerbaar Fase IV: Verhoging met tamboer: Brunelleschi: 1420-1436: groeit op in Firenze met dit beeld van Santa Maria dell Fiore Wedstrijdvoorstel: stelt nieuwe constructiemethode (hout overbodig) 1st niet vertrouwd: overspanning wordt getest op 1/12de van de grootte 1438: gebouwd nieuwe techniek: antiek geïnspireerd Bv. Ook open ring met doorsnede 12m (~Pantheon) Brun.: ook uitvinder gebruiksmachines voor constructie begin nieuwe periode in architectuur Nieuwe vormentaal: all’antichita Ospedale degli innocenti (vondelingenhospitaal) -- Firenze Typologisch niet vernieuwend MAAR wel in uitvoering: Zuil met kapiteel en basis Balkwerk met architraaf, fries en kroonlijst Rondboog Zeilgewelf of hangkoepel ook terug te vinden in andere werken: Sagrestia Vecchia – San Lorenzo Grafkoepel voor familie de Medici (heersend in Firenze) Dubbele arcade Koepel: ‘paraplu’ Firenze 12de eeuw: opstoor antiek ogende architectuur Brunelleschi haalt inspiratie uit voorgangers: PROTO-renaissance Vb.: lantaarn op koepel, zuilen, materiaalgebruik, kleurgebruik: zwart-wit MIDDELEEUWSE WORTELS: Toscaanse Proto-renaissance ca. 1100: voorbeelden uit Firenze zelf: Battistero kr.l. fries architr. San Miniato al Monte Romeinser vanaf 1424 Santo Spirito: nissen en zuilen Santa Maria degli Angeli: centraalbouw: elke wand tamboer kathedraal Brunelleschi verdwijnt 2j uit Firenze: Romereis laat sporen na in zijn architectuur Pazzikapel (Firenze: strijd om de m8: de Medici Pazzi) Serliana: BESLUIT BRUNELLESCHI: voert nieuwe traditie in: groot succes 2de grote voorbeeld renaissance-architectuur: ALBERTI Geleerde Eerste architecturale bezigheid = erover schrijven: 1442 – 4152: De Re Aedificatoria Libri Decem Later: ook ontwerpen MAAR: levert enkel ontwerp, is niet aanwezig op werf ontstaan van idee van ontwerp vervolledigen, dan uitvoeren ontstaan van het begrip architectuur als wiskundige wetenschap, geen ambacht bouwmeester is niet langer zelfde als architect Voorbeeld ontwerpen: Mausoleum Tempio Malatestiano (Rimini) Plaatst er omhulling voor reeds bestaande San Francesco “romeinse eneveloppe”: Alberti werkt in Rome direct geïnspireerd door Rome: Zijkant: inspiratie > Colosseum (enkel impost (=lijstwerk aanzet boog), zwaar, weinig deco) Voorkant: triomfboog: inspiratie > triomfboog van Constantijn (echter nooit afgewerkt: enkel 1ste verdieping) Decoratie: antiek materiaal (inspiratie gehaald uit architecturale elementen uit Rimini zelf) Alberti: grote kennis van antieke architectuur elk gebouw eigen repertorium San Sebestiano (Mantua) San Sebestiano: heilige, bescherming tegen ziektes, epidemieën, de pest,… Mantua: moerassig gebied Mantuanen: willen kerk ter ‘bescherming’ (tegen ziektes e.d.) Alberti: past bronnen aan aan opdracht: Geen gewone kerk: antieke graftempel als inspiratiebron tempeltjes op verhoog: San Sebestiano: compacte tempel op overwelfd podium Bedoelingen van Alberti waren echter niet altijd duidelijk aangezien hij zelf niet op de werf aanwezig was bv. onduidelijkheid over toegang van de kerk, waarvoor de trappen dienden,… Geveltype wel duidelijk: tempel op muur, lijkt copy-paste maar details steeds anders Bv. “blinde” serliana Sant Andrea (Mantua) Inspiratie voor ontwerp: Etruskische tempels Virtuvius schreef hier over Begrip: Hoofdruimte + 3 “Cellae” = nevenruimten waar God vereerd wordt Ook bv. Basilica van Maxentius: kenmerken Etruskische tempels zoams beschreven door Virtuvius, echter 600 jaar ouder dan beschrijving ANACHRONISME Sant Andrea: origineel ontwerp Zaalkerk met tongewelf 3 kapellen aan elke kant (symmetrisch verdeeld) Wanden hebben structuur als triomfbogen Alternerende travee Abcis als koor: typisch etruskisch (later echter koor en koepel toegevoegd) Gevel: fronton typisch tempels echter normaal gezien: athiek op triomfbogen Hier: combi: triomfboog met tempelstuk er bovenop + zekere diepte ‘portaal’ Sant Andrea: wordt origineel alternatief voor renaissancekerk Heeft Alberti invloed uitgeoefend in Rome zelf? heeft hij in Rome iets gerealiseerd? Palazzo Venezia Loggia della Benedirione (Vaticaan) = zegeningsloggia oude Sint-Pieters zeer antiek ogende architectuur: wordt aan Alberti toegeschreven MAAR niet waar: Architect = pauselijk architect Francesco dell Borro, heeft echter zichtbaar veel van Alberti geleerd Ander realisaties: loggia della Benedizione Theater van Marcellus II. VROEGRENAISSANCE UIT NOORD-ITALIË Milaan en Pavia: eigen bouwtradities en zin in decoratie Dialoog tussen Bramante en Da Vinci (hofarchitect Milaan) zoektocht naar perfecte koepelkerk Da Vinci, bouwt er geen, wel interese: schetsboeken over koepelkerken ( eigenlijk weergave van Bramantes werk) WERF SINT-PIETERS (ROME) Idee van te vervangen leeft al langer: funderingen leggen rond bestaan gebouwd groter transcept & koor, schip zou behouden blijven Deze nieuwe kerk zou echter nog steeds te klein zijn voor het Vaticaan Posselllino: nieuwe koorfundamenten 1480: nieuwe idee: grafkelder voor pausen in koor Bramante: begin 16de eeuw: nieuw concept: Officieel concept op perkamentplan: geheel nieuwe soort kerk: CENTRAALBOUW met grote koepelruimte: NIEUWE architectuur Oorspronkelijke fundamenten kunnen wel nog gebruikt worden Hoofdmaat van de middenbeuk blijft gelijk Koepelkerk: koepel: halfrond (aangedikt onderaan), Nieuwer: taboer (zuilen) en lantaarn 1 voorganger: pantheon Lijkt complexe ruimtelijke configuratie maar is zeer praktisch Essentie v/h plan: Koepelruimte + koor: boven graf van Heilige Petrus Oorspronkelijk altaar, voorlopige bescherming: ‘huisje’ Graf van Julius II werd hier niet gerealiseerd Koor werd later ook vervangen (vandaag de dag niet Bramantekoor) Waar haalde Bramante zijn inspiratie?: complex grondplan, nevenruimtes,… antieke bron: thermencomplexen 1ste steenlegging 1506 (stichtingsmedailles gemaakt (zie ppt): duidelijke teken officiële aanpak nieuw ontwerp) Bramante sterft. Wat laat hij na? Aanzet koor en koepelruimte Nieuwe paus: Leo X (>de Medici, Firenze) werft eigen architect aan: RAFAEL: Schilder-architect Vindt centraalbouw niet praktisch verlengt: echt schip + ambulatorium rond transcept & koor (was wel reeds aanzet) nog groter plan Financiële bron: aflaten (16de eeuw) Schilderij Rafael: School Van Athene: afbeelding van werf Sint-Pieter Rafael: reductie van zuilenorde: MANIËRISME Pilasters zonder kapiteel & fries subtiele nieuwigheden in architectuur Sint-Pieter = werf van ongelukken: architecten sterven 1 na 1 opvolger Rafael: PERUZZI 1520-1536 Wil terug naar centraalbouw zonder schip Pantheonkoepel blijft, koepelruimte blijft Opvolger ANTONIO DA SANGALLO DE JONGERE 1536-1546 Raakt verst in plan DUS: Sint-Pieter: 1506-1546: 4 architecten: onafgewerkt, chaos Oplossing: Michelangelo (zie later) Sint-Pieter = soort ‘laboratorium’, op kleinere schaal uitgetest in verscheidene gebouwen in Rome: BRAMANTE NIEUW PALEISMODEL Bramante: haalt inspiratie bij Brunelleschi +/- 1500: Bramante wordt architetcv an de paus: gaat cruciale rol spelen in nieuwe fase renaissance: HOOGRENAISSANCE, vanaf 16de eeuw Opdrachten: nieuwe sint-Pieters, paleizen Tempietto +- 1500 Ook gewijd aan Sint-Pieter, zou plaats zijn waar hij gekruisigd werd Mini-centraalbouw Dorische orde (heruitvinding: wel geprofileerde viet, oorspronkelijk antieke dorische zuilen hadden dit niet) Voorbeeldgebouw renaissance Nieuw begrip: BALLUSTER: soort ballustrade, renaissance-uitvinding van Bramante Koepel op ronde tempel = nieuw Ronde portiek Conclusie: nieuw maar toch vol atieke kenmerken Palazzo Caprini: klein paleis Woonverdieping Winkels Verschillende diktes/niveau’s in geven: halfzuilen e.d. (dorische zuilen) plastische effecten, reliëfeffecten MANIÊRISME Ook Peruzzi en Rafael: maniëristische interpretatie RAFAEL Jacapo de Brescia: klein plaies Rustiek blokwerk Maar verticale voegen: horizontale weggewerkt Pilaster zonder kapiteel en gereduceerd balkwerk Pilaster op pilaster: VISUELE VERBDREDING Suggestie van hoogte: Vensters fronton afwisselend + springen sterk uit Ertussenin: pilasters (2 op elkaar) visuele trucs PERUZZI Palazzo Massimo alle colonne In een bocht, bouwen van nieuw imposant familiepaleis op restanten van afgebrande voorganger Imposante showgevel (zit echter niet veel ruimte achter) kleine raampjes, ongewoon in die tijd Enige elementen die ritme/reliëf geven Pilasters Zuilenportiek: half buiten/half binnen, tussenruimte ~’VESTIBULUM’ (begrip beschreven in Virtuvius) SANGALLO “Palazzetto’ (gereduceerde vorm) Farmese’ Farmese: belangrijke opdrachtgever, grootser Antiek theatermotief: Balassimi: gereduceerde vorm: portiek geprojecteerd op muur Dichter bij klassieke oudheid Sangallo: eigen huis: Zichtbaar vanuit inkom: decorwand (met nissen voor zijn antieke collectie) Logga met trap naar hoofdverdieping Inkom Volgende generatie architecten: Rome = plundering, armoede, crisis belangirjke bouwheer valt weg maken geen carrière meer in Rome zelf EMIGRATIE VAN ARTIESTEN renaissance waaiert vanuit Rome uit over rest van Italië Bv. Noord-Italië: Mantua: III. HOOGRENAISSANCE IN NOORD-ITALIË GIULIO ROMANO Palazzo del Té: ‘test’: verbouwing jachthuis op eiland Té (Mantua was waterstad ~Venetië) Opdrachtgever vond het zo goed dat Roma,nno er een villa van mocht maken Villa: slechts 1 verdiep ( palazzo) 4-gevelplan: Hoofdgevel: originele gevel jachthuis onregelmatige plaatsing van vensters (wegens reeds bestaande zuilen/openingen) = niet-renaissancisitsch kenmerk 3 nieuwe gevels: MANIËRISME: baksteen en stuco, verscheidenheid in ruwheid, spel van texturen met gladde, dorische pilasters Originele kleur: roze Echter restauratie 18de eeuw: Oostenrijks mosterdkleur Borstwering (oorspor. Om dak te verbergen) eraf gehaald verandering van proporties de 2 ‘restauratie’: terugkeren naar de verschillende texturen, gebaseerd op originele tekeningen uit 16de eeuw Variatie in gevels: zelfde opzet maar verschil in afwerking/detaillering || en _-- gelijk overstaand = , aanpalend ≠ Lijkt vormelijke willekeur maar toch systeem Romano = BOEGBEELD MANIËRISME: zoekt naar variëteiten in het systeem Rariteiten: Vb. I: loopgang: sluitsteen lijkt te groot dringt door in fronton Andere kant van gang: timpaan fronton timpaan lijkt niet afewerkt, ruw perfect afgewerkt kader Vb. II: oostgevel:gladde grote blokken met diepe voegen Trigliefen (dorisch) delen fries op: 1 uitstekende: ruw vangt stuk van balkwerk op, lijkt naar beneden te vallen Nissen in oostgevel: sluitsteen (groter en ruwer) lijkt twee stenen van halffronton uit elkaar te duwen: ARCHITECTUUR DIE BEWEEGT Antieke oorsprong? Ruïnes, Claudianum, 1ste eeuw: antieke vorm van maniërisme CONCLUSIE: wanneer Romeinse architectuurtaal emigreert, verandert ze ook! Nog enkele voorbeelden van renaissancearchitectuur in Noord-Italië: MICHELE SANMICHELI Jeugd Rome; trekt weg Noord-Italië Vb. Verona (antiek verleden): Bv. Romeinse poort: ramen strak ritme maar ≠de omkadering, ≠de zuilen LOKALE ANTIEKE MONUMENTEN + ROMEINSE ARCHITECTUUR (inspiratie bij Rafael e.d.) unieke ontmoeting: architectuur van Sanmicheli Bv: Capella Pellegrini Verschillen in ritme, afwisseling hoogtes & breedtes Frontons: Zuilen/pilasters Rijke decoratie bv. lokale antieke architectuur: CANELLURES = groeven op zuilen/pilasters Hier: spiraalvormig Palazzo Berilacqua Rijke afwisseling 1ste verdieping: opera rustica Levendig reliëf, laagjes Zuilen: afwisselend smal-breed + ≠de bekroning Sanmicheli wordt belangrijk militair architect voor Verona (deel v. Venetiaanse Republiek) Bv. Stadspoorten: 1530 Porta Nuova: Griekse dorische orde (zonder geprofileerde basis) 1550 Porta Palio: Romeinse dorische orde (wél geprof. voet: uitvinding renaissance) Beide poorten: laagjes (in dikte), spel met reliëf ( opnieuw maniërisme) Inspirtiebron: theater Verona (later verdwenen) Vb. in Venetië: JACOPO SANSOVINO Haalde inspiratie bij en werd zeer beïnvloed door Sanmicheli Muntgebouw (Zecca) Dorische orde Reliëf KRACHT Belangrijk: context: Sansovino moest opboksen tegen lokale structuren (handel e.d.) 1530: ontstaan Doge Andrea Gritti: wil nieuw soort Venetië: “nieuwe Rome” (banden met Constantinopel) Sansovino maakt deel uit van deze doge maar Gritti sterft & tegenstanders steken Sansovino in gevangenis, rede voor opsluiting: Libreria Te nieuw Te Romeins Grote overwelvingen: gedeeltelijke ineensotring tijdens bouw (zeer onstabiele grond Venetië) Lokale techniek: houten vloer (kan mee buigen) + terrazo (mozaiëk): nodig! gewelven kunnen niet volgen Libreria later toch afgewerkt Wordt openbare bibliotheek (eerste van de wereld) Architectuur Libreria: Romeins ogend: rondbogen op zware zuilen Halfzuilen Balkwerk = motief antieke theaters, “gevenetianiseerd” veel meer ornament (kroonlijst), niet veel zichtbare muur = Venetiaanse traditie + typisch Bramante-element: ballustrade, mét beelden (renaissance-uitvinding) beelden in verlengde van zuilen meteen ingebrugerd in Venetië Zuilen: grote & kleine orde, reliëf Toch zeer zwaar = Romeins (wel als vreeld gepercipieerd) LOKALE WEERKLANK: ANDREA PALLADIO Lokaal talent Beeldhouwer Leert humanist kennen, onderwijst hem Virtuvius, krijgt zo Griekse naam Palladio Eeuwenlange invloed in hele wereld Kende Romano, Sanmicheli & Sansovino 1537: wint wedstrijd Vincenza (tss Verona & Venetië): Basilica (Vincenza) Gotische kern: nieuwe verpakking nodig (onstabiel) scheef, gebrek aan ritme zeer moeilijk Motief oplossing: Serliana aan cirkelbogen valt niet te trekken wel Mogelijkheden in aanpassing zijlichten: verscheidenheid in breedtes Resultaat: oogt zeer regelmatig Bekroning van basilica: ~Sansovino: ballustrade met beelden in verlengde van zuilen Oogt zeer Romeins maar grote invloed van Sansovino Zuilenorden: ionische zelfde opzet als Sansovino, Libreria, zelfde basisidee zuilenorde dorische MAAR verschil in uitwerking: in Libreria geen Serliana (met enige verbeelding wel bij uitrekken van zuilenpartijen) Libreria en Basilica ogen echter zeer verschillen: Libreria: alles dicht op elkaar, veel decoratie, geen zichtbare muren Reliëf: balkwerk: volledig in voorvlak Basilica: kale muurvlakken, weinig deco Reliëf: balkwerk: in muurvlak: springt naar voren op zuilen, wijkt naar achteren tussen zuilen A;Dh.v. ontwerpen van Sansovino & Palladio: SERLIO (theoreticus): boek IV: Beschrijving van “typisch Venetiaans” bouwwerk (zogezegd willekeurig) commentaar op beide bouwwerken Later werk van Palladio: +- 40j later: Loggia del Capitaniato Gebouw voor justitie Half afgewerkt MANIËRISME Zuilenorde: grote orde = GIGANTISCHE ORDE: zuilen bestrijken meer dan 1 verdieping Niet volledig, bewust net te klein Ramen tot in balkwerk Nieuwe elementen: Gelijkvloers visueel afgesloten door balkon met soort dorisch balkwerk eronder Geen naakte muren: zeer veel beelden, hoogreliëfstuco = MILITAIR MONUMENT Zijgevel anders: normale orde op 00, GEEN orde op +1 Duidelijk verschil jonge oude Palladio Echter meest bekend voor kerken in Venetië zelf, met name San Giorgio Magiore. Maar eerst: San Francesco della Vigna Nieuwe gevel voor kerk nodig Probeert nieuw motief uit: tempels (Virtuviaans) gaat dit later overal in toepassen Tempelportiek: fronton op 4 zuilen Zijbeuken: halffronton Staan allemaal op zelfde ‘podium’ beschouwt hij als fout San Giorgio Magiore Halfzuilen Pilasters op ≠nd niveau: nieuw probleem Podium Hier niet alleen gevel maar ook kerk zelf: grote overwelvingen Sobere kerk: afkeer geschildrde figuren (protestantisme) Duidelijk ondertussen naar Rome geweest 1st Vitruvius bestudeerd: thermen e.d. (keizerlijke architectuur) Dan pas ruïnes in Rome zelf = omgekeerde volgorde dan meeste architecten Volgende ontwerpen: variaties op antieke tempel Redentore (Venetië) 2 tempelportieken Steunberen! Palladio blijft echter Vitruviaan: PALEIZEN: Palazzo Chiericati 17de eeuw, 2 tempelportieken op elkaar VILLA’S: Ogen als tempels, variaties van tempels Door en door antiek Vitruviaans Ook interieur: antieke ruimtes herscheppen: Centrale vierkante zaal 4 zuilen Atria & Oicci beschreven door Viitruvius Vb. villa Emo, villa Cornaro Meest antieke villa: Villa Capra (Rotonda) Kernstuk = grote ronde ruimte met koepel Perfect symmetrisch gebouw Koepel: religieus symbool, toch villa koepel meer sacraal bedoeld Werd niet bewoond vóór 17de eeuw Functie? Opdrachtgever: geleerde: villa als dinergelegenheid, plaats om te discussiëren met vriendgeleerden, “decor”, suburbaan paleis niet bedoeld als villa! IV. ROME IN HET MIDDEN VAN DE 16DE EEUW MICHELANGELO Architect en beeldhouwer Afkomstig uit Firenze, onder beschemring van familie De Medici Moet voor hen nieuwe grafkapel ontwerpen (herwerken van bestaande kapel, ontworpen door Brunelleschi) Nieuwe sacristie bij San Lorenzo +- zelfde als oude maar verdieping meer: pilasterorde tussen gestoken MAAR: 2de architectuurlaag: tussen frame van zwarte kalksteen: MARMERARCHITECTUUR (~beeldhouwer) Gigantische marmeren frames op te klein ogende deuren Ongewone details Gebruikt antieke ornamenten maar plaatsing en combinatie zijn nieuw maniërist Is voor de Medici blijven werken: Biblioteca Laurenziana Gezet op bestaand klooster Inkomhal: te smal, te hoog Rare ruimteverhoudingen Michelangelo: nedraukt gigantische trap (bijna barokke trap) trap als sculptuur (lavastroom”) Maar: ook wanden in inkomhal: maniëristisch: zuilen staan in nissen, muur naar voren geschoven (had volgens plannen nog meer benadrukt moeten worden) boodschap: zuil als ornament/standbeeld NIET zuil = skelet/constructief element (Alberti) muren worden dragend (theorie op z’n kop) Michelangelo’s uitvindingen/nieuwigheden: belangrijk voor: - ontwikkeling barok - heel Italië: Bv.: werkt palazzetto Farmese (>Sangallo) af: leeuwenkop in afwerking van nissen (consoles) trend raakt verspreid in heel Europa Bv. Porta Pia: hangt girlande tussen fronton zeer typische, persoonlijke vormelijke uitvindingen Ander werk van Michelangelo: Voltooiing Sint-Pieters Krijgt enkele jaren na dood van Sangallo de Jongere de leiding over de werf (onbetaald) Reduceren: Afbreken (want te breed, obelisk stond in de weg, niet verplaatsbaar) Compacter volume Nog steeds centraal rond koepelruimte (>Bramante) Geen schip, koor vervangen door identieke zijarm Lijkt geen simpel plan/volume maar eigenlijk kubus met 3 abcis (koor 4de) Zachtere overgang Officieel ontwerp gepubliceerd Werf gaat eindelijk vooruit Uitwerking van de wanden: pilasters/zuilen: gigantische orde Variatie in afstanden, nisse, speciale unieke decoratie Michelangelo ontwerpt ook koepel: FASE I: 1ste versie: Dubbelschalige koepel Licht spitsprofiel Lantaarn ≠ Bramantekoepel: halfrond = gemoderniseerde versie van Brunelleschikoepel in Firenze Na dood Michelangelo: officiële uitgaven: FASE II: Veel minder spits (halve bol) Grotere lantaarn Nog steeds dubbelschalig Attiek niet vlak: ritmisch behandeld Uitieindelijk (na zijn dood) wordt er aan de Sint-Pieters nog een schip met pilastergevel aangeplakt Overige werken elders in Rome: Capitool plein: 2 palazzi Michelangelo vormen ‘wanden’ van plein Centraal: ruiterstandbeeld (men dacht toen Christelijke keizer Constantijn Maar is Marcus Aurelius) Toegang: trappen + 2 beelden Michelangelo’s ontwerpen stadsgeheel Capitool is laatste werk sterft.