Erik Scherder Kunst, muziek en beweging na een CVA Erik Scherder toont de zaal een plaatje van het brein, en wijst daarop de frontale en de pariëtale kwab aan. Deze twee delen van de hersenen werken samen in complexe cognitieve functies, zoals het geheugen, het werkgeheugen en aandacht. Samen vormen zij het zogenaamde fronto-pariëtale circuit. De pariëtale kwab is rond de adolescentie volgroeid. De verbindingen in de frontale kwab blijven zich echter door ontwikkelen tot het 30ste levensjaar, daarna gaat deze kwab weer achteruit. Bij het aftakelen van hersenverbindingen geldt het principe van ‘laatst in, eerst uit’, maar het blijven uitdagen van de hersenen draagt bij aan het behoud. Het is daarom aan te raden om ook later in het leven dingen te doen die uitdagend zijn. De functie van het fronto-pariëtale circuit Hoe rijker de omgeving van een kind, bijvoorbeeld qua sportieve en creatieve uitdagingen, hoe mooier de verbindingen zijn die zich vormen in de prefrontale kwab. Het fronto-pariëtale circuit speelt behalve bij cognitie een rol bij de motoriek. Om te laten zien wat dit betekent, laat Erik een ‘experiment’ zien dat hij als bijzonder indrukwekkend aankondigt: hij manoeuvreert in een vloeiende beweging om het katheder heen, en loopt met trefzekere passen naar de andere kant van de zaal. Hij vraagt de zaal: ‘Bent u ook zo onder de indruk van het feit dat ik nergens tegenaan ben gelopen?’ Het publiek reageert vermaakt, en Erik licht toe dat zijn vloeiende beweging te danken is aan zijn frontopariëtale circuit. Mensen die er na een CVA of verkeersongeluk schade aan hebben opgelopen, zouden er een lieve deugd voor over hebben om dit vermogen te hebben. Hij vraagt zijn publiek of zij ook zo dankbaar zijn voor dit kostbare bezit. Er wordt gelachen, en Erik gaat over naar het volgende plaatje. Het publiek ziet opnieuw een beeld van het brein, dit keer ingezoomd op het banensysteem dat bestaat uit ‘witte stof’: verbindingen tussen de frontale kwab en de pariëtale kwab, die in hoge mate afhankelijk zijn van de doorbloeding, en het meest kwetsbare onderdeel van het circuit vormen. Dit hersengebied heeft het meest te leiden onder zaken als een hoge bloeddruk of hart- en vaatziekten. Er ontstaan kleine ‘lacunes’ in de witte stof, een soort gaatjes die verhinderen dat er signaaltjes doorgegeven worden. Daardoor gaat neurotransmissie langzamer, dus de signalen door de zenuwen. Erik toont een beeld van een brein dat ten gevolge van vijftien jaar onbehandelde hoge bloeddruk diverse lacunes vertoont, ter illustratie van het belang om de conditie van de witte stof optimaal te houden. Beschadiging van de witte stof is een sluipmoordenaar die je moet zien te voorkomen, en beweging kan daarbij een rol spelen. De kracht van kunst en muziek Vervolgens toont Erik een plaatje van de gevolgen van een groot infarct in het middelste bloedvat, dat in 70% van de gevallen betrokken is bij een CVA. In dit gebied zit ondermeer de hand- en armcoördinatie, terwijl de bediening van de benen wat hoger zit. Om deze reden zie je vaak dat armen ernstiger zijn aangedaan dan benen. Ook het zogenaamde ‘mental workspace’, het vermogen om een idee te bedenken en uit te werken, huist in het fronto-pariëtale circuit. Mensen met hersenletsel in dit gebied, komen daardoor misschien nooit meer op een idee, laat staan dat ze het kunnen uitwerken. Maar muziek en creativiteit kunnen een enorme stimulerende uitwerking hebben op dit gebied. Erik laat beurtelings een stukje Rachmaninov en Usher horen, en vraagt de zaal of er verschil zou zijn tussen het effect van beide musici op de hersenen. Vervolgens laat hij zien dat de effectiviteit afhangt van persoonlijke voorkeur: als je niet van bepaalde muziek houdt, wordt alleen de pariëtale kwab actief, maar naarmate je het mooier vindt, komt toenemend het hele circuit in beweging. Studies suggereren dat het inbeelden van dezelfde muziek een vergelijkbaar effect heeft, of zelfs sterker, maar er is meer onderzoek gewenst om dit beeld te bevestigen of bij te stellen. Bij de ziekte van Alzheimer vertoont het brein een schrikbarende verschrompeling middenin het gebied waar de muziekinbeelding zit, hoog in de slaapkwab: het gebied dat ook heel belangrijk is bij gezichtsherkenning. Als iemand geniet van kunst, wordt de nucleus accumbens actief, een gedeelte van de hersenen, waar het beloningscircuit zit. Dit gebied wordt ook actief als je denkt aan iets waar je naar verlangt. Hier ligt een verbinding tussen creativiteit en motorische systemen. Als je kunstzinnig aan de slag gaat, doet het ruimtelijke deel mee. Creatief bezig zijn leidt tot een verrijking van de hersenen. Vanuit de zaal komt de vraag hoe het komt dat een melodie soms maar blijft doorzingen als je in bed ligt, en eigenlijk wilt slapen. Erik licht toe dat het beloningssysteem dat reageert als we iets mooi vinden, veel spiegelneuronen bevat. Deze zorgen ervoor dat de herinnering aan iets erg moois steeds opnieuw wordt aangezet. Je zou dit kunnen onderbreken door kauwgum te kauwen, want het ritme van het kauwen wordt door de hersenen vertaald in een soort klankbeeld, dat interfereert met de melodie die maar door je hoofd blijft zingen. En is het erg als een puber tijdens het studeren naar (harde) muziek luistert? Muziek luisteren tijdens het leren is niet erg zolang het geen actieve cognitieve actie vergt. Als het enkel zorgt voor een bepaalde opwinding op de achtergrond, kan dat bij sommige mensen zelfs tot betere prestaties leiden. Geen remming zonder beweging In de prefrontale cortex is ook de remming (inhibitie) gelegen. Remming is belangrijk voor van alles, van de cognitieve filtering van minder relevante gegevens of waarnemingen, tot het beheersen van emoties. Als de remming is aangedaan, of wanneer dat systeem kwetsbaarder wordt, zie je vaak gedragsveranderingen plaatsvinden. Dat heeft te maken met de remming op de Amygdala, ook wel de ‘amandelkern’ genaamd. In de Amygdala worden (vooral negatieve) emoties opgeslagen. Denk bijvoorbeeld aan het verdriet als gevolg van het verlies van een dierbare. Het brein slaat dit verdriet op, en de remming zorgt ervoor dat het daar na verloop van tijd blijft. Dit voorkomt dat we de rest van ons leven huilend doorbrengen. Maar als de doorbloeding van de prefrontale cortex afneemt of na een verkeersongeluk is aangetast, neemt ook de remming op de Amygdala af. Je ziet dat mensen vervolgens emotioneler zijn en bijvoorbeeld sneller gaan huilen. Het effect van bewegen op de cognitie is gigantisch. Het is daarnaast een consistente wetenschappelijke bevinding dat de remming geactiveerd wordt zodra mensen lichamelijke inspanningen gaan leveren. Als we actief gaan bewegen, dan reageert het gedeelte van de prefrontale cortex waar de remming geregeld wordt. Dat wijst er nogmaals op dat beweging heel belangrijk is om de frontale kwab te stimuleren. Voor dit effect hoeven bewegingen niet perfect gecoördineerd te worden uitgevoerd. Het gaat om de inspanning, om het aanjagen van het hartvaatstelsel. Dit is een belangrijk gegeven, omdat bewegen na bijvoorbeeld een CVA vaak moeilijk gaat, waardoor mensen juist neigen tot inactiviteit. Het zal niemand verbazen dat alcohol juist een tijdelijk neergaand effect heeft op de prefrontale cortex, met ontremming tot gevolg. De vraag dient zich aan hoe het gesteld is met de doorbloeding van de prefrontale cortex van bepaalde voetbal hooligans, die onlangs nog een bezoekje brachten aan Rome…