12 van de samenspraken (colloquia), zo karakteristiek voor het huma¬ nisme. Men moest immers Latijn leren spreken! Het grootste suc¬ ces hiermee had wel Erasmus; zijn samenspraken waren echter voor de hoogste klassen. 14) Het geven van vertalingen in de 'Pap¬ pa' voor alle woorden en zinswendingen in het Duits of Neder¬ lands, naar gelang van de editie, was een nieuw verschijnsel in het Latijnse onderwijs van die tijd. Murmellius ontwikkelde zich steeds meer tot een grondig kenner van en vlot schrijver in het Latijn. Hij kende ook Grieks, maar daarin werd hij door verschillende van zijn land- en tijdgenoten overtroffen. Hij was goed op de hoogte van de werken der Itali¬ aanse humanisten, gaf hun handboeken uit en teksten uit hun dicht¬ werken. Van hem zelf verschenen in deze periode enkele van zijn beste werken. Op het gebied van het proza moet vooral het Enchi¬ ridion scholasticorum worden genoemd, dat voornamelijk over de plichten van de leerlingen gaat. De inhoud is niet zo origineel en ook niet als zodanig bedoeld. Veel ervan is ontleend aan de ideeën van de Romeinse schrijver Quintilianus, maar er worden ook tal van andere klassieke schrijvers geciteerd. De leerling moet o.a. verlangen naar de wetenschap, een geschikte plaats en tijd voor de studie zoeken, veel lezen maar 'barbaarse' boeken mijden als giftige slangen, volharden in de studie, orde en methode betrachten, eenvoudig leven en zich kleden. Merkwaardig is zijn opmerking, dat dronkenschap slecht is voor het geheugen, maar haarkammen goed. Als dat op de toenmalige nozems sloeg, konden zij dat in hun zak steken. Hij schijnt evenwel gemeend te hebben, dat goed en veelvuldig haarkammen een weldadige invloed op het geheugen had!35) De humanisten bestudeerden niet alleen Latijnse dichters, maar dichtten ook zelf in het klassieke Latijn. Over het algemeen wordt deze poëzie niet erg hoog aangeslagen. Als humanist moest men nu eenmaal verzen schrijven, anders telde men niet mee. Maar Murmellius behoort volgens zijn biograaf Reichling 'tot de weini¬ gen welke die hoge gave van de hemel deelachtig zijn geworden, die dichten omdat hun innerlijk hen daartoe dringt, geen verzen maken om hun tijd het verschuldigde tribuut af te dragen'. 36) Ge¬ deeltelijk zijn het tamelijk omvangrijke gedichten. Een belangrijk deel ervan heeft religie en deugd tot onderwerp; andere prijzen de wetenschappen; in een groot deel heeft Murmellius zijn pedago¬ gische principes neergelegd; de overige behandelen de meest ver¬ schillende verhoudingen van het menselijk leven. Als zijn beste gedichten gelden de 'Zedenkundige elegieën' ( Elegiarum moralium libri quattuor), een bundel van 68 elegieën. 37