In blok 1.2 hebben wij met 6 personen een marketingplan opgesteld

advertisement
Inhoud
Project 1, behandelaar en onderzoeker .................................................................................................. 2
Project 2, Manager voeding en ondernemer .......................................................................................... 8
Project 3, rol onderzoeker en adviseur ................................................................................................. 35
Project 4, onderzoeker en voorlichter .................................................................................................. 51
Project 1, behandelaar en onderzoeker
Rol onderzoeker
In het eerst blok van de opleiding stond de behandelaar en de onderzoeker centraal.
Ik ben op zoek gegaan naar 5 personen die een eetdagboekje bij wilde houden voor 3 dagen. In deze
opdracht had ik gekozen voor 5 uitwonende studenten met de leeftijd tussen 20 en 25 jaar om te
kijken hoe gezond deze studenten nou eigenlijk eten. Deze personen heb ik telefonische benaderd en
gevraagd of ze dat wilde bijhouden. Ze vonden het een leuk idee en ook omdat ik ze er uiteindelijk
over kon gaan adviseren. Deze eetdagboekjes hebben ze bij mij ingeleverd via de mail met hun
beweegschema erbij. Dit ben ik toen gaan analyseren en berekenen met behulp van de eetmeter van
voedingscentrum. Aan de hand hiervan kon ik de macronutriënten in procenten berekenen. Toen
deze berekend waren heb ik de richtlijnen opgezocht zodat ik dit met elkaar kon gaan vergelijken.
Nadat ik deze richtlijnen had opgezocht kwam ik erachter wat deze studenten tekort of teveel
hadden. Maar ik moest ook de gevolgen ervan op gaan zoeken, dit heb ik gedaan door middel van
wetenschappelijke artikelen. De databanken die ik daarvoor heb gebruikt: gezondheidsraad,
voedingscentrum, hva nieuws, informatorium voor voeding en dietetiek, pubmed en boeken. De
zoektermen ‘studenten’, ‘eetpratoon studenten’, ’schijf van vijf’, ‘BMI’,
‘voedingsvezels’,’onverzadigde en verzadigde vetten’, ‘schade alcohol’, ‘te weinig koolhydraten’,
‘lage energie inname’. Aan de hand hiervan heb ik er een verslag over geschreven, hierbij heb ik de
bronnen toegepast. Dit is het onderzoek wat ik gedaan heb.
Rol behandelaar
Nadat ik dit onderzoek had uitgevoerd, kon ik er verder op in gaan. Dit heb ik gedaan door met 1 van
de 5 personen contact op te nemen en daarmee een adviesgesprek aan te gaan. Voordat hij op
gesprek kwam heb ik gevraagd of hij voor zichzelf op wilde schrijven waar hij graag wat meer over
wilde weten. Toen ben ik het adviesgesprek gaan voeren, eerst heb ik mezelf voorgesteld, een
praatje gemaakt (persoonlijk),verteld waar het gesprek precies over zou gaan en hoe lang het
ongeveer zou duren en uiteindelijk of hij zelf eerst nog vragen had. Hij wilde graag weten hoe hij het
beste zijn spieren kon opbouwen en welke producten hem daarbij zouden helpen. Deze vragen heb
ik voor hem beantwoord, ook heb ik een aantal producten benoemd die hij zou kunnen gaan eten,
deze producten heeft hij naderhand ook via de mail toegestuurd gekregen. Verder ben ik nog
ingegaan op de andere macronutriënten, om hem een duidelijk beeld te geven over zijn eetdagboek
en zijn voedingspatroon. Het gesprek liep in een vloeiende lijn, rustig en zonder vervelende stiltes.
Feedback
Rol van de onderzoeker: het verslag had nog iets uitgebreider gekund, zodat ik nog wat meer
informatie erin had kunnen verwerken, nu is het een kort maar krachtig verslag geworden. Ik had
nog iets verder op de details in kunnen gaan.
De literatuurlijst staat niet in de goede volgorde, volgende keer ga ik hier meer tijd aan besteden
zodat deze wel helemaal klopt.
Rol van behandelaar: Het gesprek liep vloeiend, alleen mijn houding had nog wat opener kunnen zijn
en er had nog iets meer enthousiasme getoond kunnen worden. De toonhoogte bleef op Eén lijn
hangen.
In het document hieronder is het onderzoeksverslag te vinden
Welke macronutriënten krijgen deze uitwonende
studenten tussen de 20 en 25 jaar binnen en wat
zijn de gevolgen hiervan?
Naam
Studentnummer
Klas
Datum
:Sabine de Heer
:13010093
:VD1.e.1
:30-10-2013
Decaan
:H. Feenstra
:Y.C. van der Lee
Inleiding
Tekortkomingen in macronutriënten is een veelvoorkomend verschijnsel onder de studenten. De
studiefinanciering is geen hoge inkomstenpost1. Studenten hebben meer gezondheidsklachten dan
leeftijdsgenoten die niet aan het studeren zijn. Dit is gebleken uit een test die bureau studentartsen
ontwikkelde. 1 op de 3 studenten geeft aan dat ze geen klachten hebben, de rest van de groep heeft
voornamelijk problemen met gezond eten. De studenten ondervinden lichamelijke en psychische
klachten.2
De gezondheid, groei en ontwikkeling wordt bepaald door het eetpratoon. Door
overconsumptie of verkeerd eten van voedingsmiddelen kunnen chronische ziektes, hart en
vaatziektes of overgewicht ontstaan. Daarom heeft de gezondheidsraad richtlijnen opgesteld.3
Welke macronutriënten krijgen deze uitwonende studenten tussen de 20 en 25 jaar binnen
en wat zijn de gevolgen hiervan? De doelgroep waar onderzoek naar is gedaan bestaat uit 5
personen tussen de 20 en 25 jaar. Met de resultaten die uit dit onderzoek kwamen kon aan de hand
hiervan een advies gegeven worden. Er is gekozen voor deze onderzoekspopulatie om erachter te
komen of deze studenten problemen ervaren met gezond eten.
Methode
De databanken die gebruikt zijn voor het zoeken van wetenschappelijke literatuur naar de
macronutriënten voor studenten tussen de 20 en 25 jaar zijn: gezondheidsraad, voedingscentrum,
hva nieuws, informatorium voor voeding en dietetiek, pubmed en boeken. De zoektermen
‘studenten’, ‘eetpratoon studenten’, ’schijf van vijf’, ‘BMI’, ‘voedingsvezels’,’onverzadigde en
verzadigde vetten’, ‘schade alcohol’, ‘te weinig koolhydraten’, ‘lage energie inname’. Het
praktijkonderzoek bestond uit vijf uitwonende studenten. Er is gekozen voor het bijhouden van een
eetdagboek door vijf studenten die bestond uit de leeftijdscategorie van 20 t/m 25 jaar, zowel
mannen als vrouwen. Deze vijf studenten zijn telefonisch benaderd en hebben het eetdagboek drie
dagen bijgehouden, waarvan Eén dag in het weekend en twee dagen doordeweeks. Hiervoor hebben
ze een document via de mail toegestuurd gekregen waar ze alles op in konden vullen. In dit
document stond een beschrijving van het eetdagboek en het activiteitenschema. Deze eetdagboekjes
zijn via de mail toegezonden. De resultaten zijn geanalyseerd met behulp van de eetmeter van
voedingscentrum, aan de hand hiervan was het mogelijk om de energieprocenten uit te rekenen en
te vergelijken met de richtlijnen van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheden (ADH). Later zijn de
kleine details achterhaald via de mail om er zeker van te zijn dat er niks vergeten was, zoals boter op
het brood, volle of halvolle melk en wat voor kaas.
Resultaten
Aan de hand van de eetmeter ontstonden er resultaten deze zijn terug te vinden in tabel 1 en 2. De
richtlijnen voor mannen met een actievere leefstijl tussen de 19-30 jaar hebben 3100 kcal nodig om
op een gezond gewicht te blijven. Dit is de gemiddelde behoefte die genoeg is voor 50% van de
personen in de betreffende bevolkingsgroep. Er kan worden beoordeeld of de energie inname van
een persoon genoeg is aan de hand van de veranderingen van het lichaamsgewicht. Bij teveel energie
inname neemt het gewicht toe, bij te weinig energie inname daalt het gewicht.4
In tabel 1 staat de gemiddelde inname van de macronutriënten en de richtlijnen van deze
doelgroep. Om er voor te zorgen dat er geen ondergewicht of overgewicht ontstaat, is het belangrijk
dat de inname van energie overeenkomt met de energiebehoefte. Wanneer de energie inname
langdurig hoger is, wordt deze extra energie opgeslagen in de vorm van lichaamsvet. Is de inname
langdurig lager dan zal lichaamsvet omgezet worden in energie en zorgt dat voor gewichtsverlies5 In
tabel 1 staan de resultaten van persoon 1 en 2, in deze tabel staan ook de richtlijnen van alle
macronutriënten.
Gemiddelde van 3 dagen
Tabel 1
Persoon 1 (m)
BMI = 22,7
Kcal
Koolhydraten
Eiwitten
Onverzadigd vet
Verzadigd vet
Vezels
Alcohol
Persoon 2 (m)
BMI = 24,9
Kcal
Koolhydraten
Eiwitten
Onverzadigd vet
Verzadigd vet
Vezels
Alcohol
Richtlijnen
Kcal
Koolhydraten
Eiwitten
Onverzadigd vet/totaal vet
Verzadigd vet
Vezels
Alcohol
Lengte 190
Gram
3277
411
84
87
37
30
10
Lengte 192
Gram
2458
299
91
44
23
24
37
Leeftijd 19 – 30 jaar
3100
Gewicht 82 kg
%
99
50
11
24
10
2
2
Gewicht 92 kg
%
100
48
15
16
8
2
11
In %
40 – 70
10 – 25
20 – 40
10
Minimaal 30 gram
20 gram (2 glazen maximaal)
De richtlijnen voor vrouwen met een inactieve leefstijl tussen de 19-30 jaar hebben 2100 kcal nodig
om op een gezond gewicht te blijven.4 In tabel 2 staan de resultaten van de personen 3, 4 en 5.
Gemiddelde van 3 dagen
Tabel 2
Persoon 3 (v)
BMI =21,5
Kcal
Koolhydraten
Eiwitten
Onverzadigd vet
Verzadigd vet
Vezels
Alcohol
Persoon 4 (v)
BMI = 21,5
Kcal
Koolhydraten
Lengte 157
Gram
1649
157
68
47
28
18
5
Lengte 167
Gram
1576
166
Gewicht 53 kg
%
99
38
16
26
15
2
2
Gewicht 60 kg
%
100
42
Eiwitten
Onverzadigd vet
Verzadigd vet
Vezels
Alcohol
Persoon 5 (v)
BMI = 22,3
Kcal
Koolhydraten
Eiwitten
Onverzadigd vet
Verzadigd vet
Vezels
Alcohol
Richtlijnen
Kcal
Koolhydraten
Eiwitten
Onverzadigd vet/totaal vet
Verzadigd vet
Vezels
Alcohol
57
46
27
15
0
Lengte 172
Gram
1521
149
75
49
12
25
5
Leeftijd 19 – 30 jaar
2100
14
26
15
2
0
Gewicht 66 kg
%
39
20
29
7
3
2
In %
40 – 70
10 – 25
20 – 40
10
Minimaal 30 gram
10 gram (1 glas)
Conclusie
Aan de hand van de resultaten en de richtlijnen kon er een conclusie getrokken worden. In tabel 1
staan de gegevens van persoon 1 en 2, de energie inname van persoon 1 is 3277 kcal dit ligt hoger
dan de richtlijn. De richtlijn is genoeg voor 50% van de personen in de betreffende bevolkingsgroep.
Door het uitrekenen van de BMI wordt duidelijk of het een gezond gewicht betreft. BMI = 22,7 (zie
tabel). Gezond gewicht ligt tussen een BMI van 18,5 t/m 24,54. Het betreft een gezond gewicht. De
macronutriënten komen overeen met de richtlijn.
Persoon 2 heeft een lagere energie inname, namelijk 2458 kcal de BMI is 24,9. Dit is aan de
hoge kant, door de wat lagere energie inname gedurende tijd zal het gewicht en BMI dalen. Niet alle
macronutriënten komen overeen met de richtlijnen. De inname van vezels is aan de lage kant, vezels
zijn een essentiële voedingstof die bijdragen aan de gezondheid en het voorkomen van verschillende
ziekten. Het is belangrijk om een voedingspatroon met voldoende vezels te gebruiken.6
Voedingsvezels komen voor in groente, fruit, aardappelen, zilvervliesrijst, brood, ontbijtgranen,
peulvruchten en noten.7 Het alcoholpercentage komt uit op 37 gram, dit is hoger dan de grens van 20
gram per dag. De lever kan alcohol afbreken, maar het innemen van een overschot alcohol kan leiden
tot vermoeidheid, misselijkheid, concentratie en geheugenproblemen. Alcohol kan kanker
veroorzaken in de mond, slokdarm of het strottenhoofd.8 De onverzadigde vetten zijn aan de lage
kant, onverzadigde vetten zijn nodig voor de aanmaak van celstructuren, en leveren de vitamines
A,D,K en E en de essentiële vetzuren linolzuur en alfa linoleenzuur deze kunnen niet zelf door het
lichaam aangemaakt worden.9 Producten met onverzadigde vetten zijn vette vis, oliën, boter, noten
en avocado.4
In tabel 2 staan de gegevens van persoon 3,4 en 5 met een inactieve leefstijl. De energie die
nodig is volgens de richtlijnen is 2100 kcal. In deze tabel is te zien dat de energie inname lager is bij
deze 3 personen. Te lage energie inname kan leiden tot gezondheidsproblemen, zoals lusteloosheid,
vermoeidheid en concentratiestoornissen. Het lichaam gaat spiereiwit gebruiken, hierdoor vertraagt
het metabolisme en gaat het lichaam minder verbruiken. Er blijven afvalstoffen achter door de
afbraak van spiermassa.10
Persoon 3 en 4 hebben een hogere inname aan verzadigd vet. Verzadigde vetzuren
veroorzaken een hoger cholesterolgehalte dan onverzadigde vetzuren, dit wordt geassocieerd met
hart en vaatziekten.9 In Tabel 2 is de vezel inname laag, bij een lage inname wordt de kans op
obstipatie hoger en daardoor ontstaat minder ontlasting.12
Persoon 3 en 5 krijgen minder koolhydraten binnen dan de richtlijn. Door minder
koolhydraten te eten worden vezels en vruchten minder snel opgenomen en eiwit uit dierlijke
bronnen worden sneller opgenomen.13 Het te weinig eten van koolhydraten vergoot de kans op
aandoeningen, zoals diabetes, hart en vaatziektes. Er zijn goede en slechte koolhydraten, van slechte
koolhydraten kan het gewicht toenemen bij goede koolhydraten niet.14 Het lichaam heeft
koolhydraten nodig voor energie, de hersenen hebben glucose nodig dit is een koolhydraat. Wanneer
er te weinig koolhydraten binnen komen gaat het lichaam spiereiwit gebruiken, dit gaat ten koste
van de spieren.10
Discussie
In dit onderzoek is een populatie gebruikt van 5 gezonde mensen waarvan 2 mannen en 3 vrouwen.
Deze populatie heeft voor 3 dagen een eetdagboek bijgehouden. Een eetdagboek is betrouwbaarder
dan een 24 –uurs recall, omdat er vaak hierbij consumptiemomenten vergeten worden. Een
eetdagboek van drie dagen is te kort om er een conclusie uit te trekken, omdat het eetpratoon van
de deelnemers erg kan variëren ten opzichte van de 3 dagen die onderzocht zijn. Een onderzoek met
een eetdagboek van 3 weken zou veel nauwkeuriger zijn, daardoor is het niet duidelijk of studenten
problemen ervaren met gezond eten. Er is gekozen voor het uitrekenen van alle macronutriënten per
persoon zodat er een persoonlijk advies gegeven kan worden. Uit het onderzoek is geconcludeerd
dat er verschillende gevolgen zijn voor een aantal tekorten. Hieruit blijkt dat alle 3 vrouwen niet
voldoen aan de richtlijn van de energiebehoefte. Er bestaat altijd een kans dat het eetdagboek niet
consequent is ingevuld of met een reden achterwege is gelaten. Door meer na te vragen zou dat
misschien achterhaald kunnen worden. Verder is te zien dat ze niet alle macronutriënten volgens de
richtlijnen binnen krijgen, dit kan met een eetdagboek van 3 weken heel anders uitpakken dan met
een eetdagboek van 3 dagen.
BRONNEN
1. Voedingscentrum Home/Nieuws, Gezond eten met een studentenbeurs, 17 september 2013
2. HVA nieuws, hoe gezond zijn studenten, 5 augustus 2013
3. Kennisspecialisten voedingscentrum, hoofdstuk 1 Meer dan Lekker, Copyright ©2011, Stichting
Voedingscentrum Nederland, 2e druk, blz. 14, 16
4. Voedingscentrum, behoud een gezond gewicht, koolhydraten, vetten
5. H. van den Berg, Energie aanbevelingen A.M. Werkman, Informatorium voor voeding en dietetiek.
December 2009
6. García Peris P, [Evolution in the knowledge on fiber], ] Nutr Hosp. 2007 May;22 Suppl 2:20-5.
7. Boek: Nederlandse voedingsmiddelentabel van voedingscentrum, Uitgever Stichting
Voedingscentrum Nederland, Den Haag 2012, blz. 114.
8. Boek: E.A.F. Wentink, Inleiding medische kennis, Uitgever Bohn Stafleu van
Loghum , Verschijningsjaar: mei 2007, blz. 93, 96
9. Henriëtte Grooten wetenschappelijk specialist voeding en gezondheid, Productschap MVO
Rijswijk, Effecten van verzadigde en onverzadigde vetten op hart en vaatziekten, februari 2012
10. Willemijn Wissekerke voedingsdeskundige bij valtaf, de gevaren van te weinig eten, Elsevier 14
mei 2010
12. Gezondheidsraad, Richtlijn voor vezelconsumptie blz. 27, 28, 21 maart 2006
13.Noto H, Goto A, Tsuijmoto T, Noda M, A systematic review and meta-analysis of LowCarbohydrate diets and all-cause mortality: a systematic review and meta-analysis of observational
studies, Published: January 25, 2013
14. Jack Boekhorst, Koolhydraten en Voeding, Woensdag 09 maart 2011
Project 2, Manager voeding en ondernemer
In blok 1.2 hebben wij met 6 personen een marketingplan opgesteld voor een bedrijf genaamd
Eetopia.
Eetopia is een eenmanszaak die graag wilde uitbreiden en meer omzet wilde gaan draaien en daarbij
kon ze onze hulp goed gebruiken. Tijdens het in elkaar zetten van het marketingplan kregen wij
verschillende lessen ter ondersteuning; marketing, vergaderen en presenteren. Deze lessen konden
wij gebruiken om vragen te stellen en om te kijken of het plan de goede kant op ging. Ook was er de
gelegenheid om vragen te stellen en te communiceren met de opdrachtgever. Ik ben erg tevreden
over het marketingplan dat wij gezamenlijk hebben gemaakt en we hebben hier een 8 voor
gekregen. Ook heb ik nieuwe begrippen geleerd en de rol van marketing in een bedrijf leren
begrijpen.
Hieronder tref je het marketingplan aan, veel leesplezier.
Eetopia, superfood snoep
Marketingplan
Gemaakt door:
Jet van de Geest
Isabel de Groot
Sabine de Heer
Marije ten Hulzen
Myrthe Weidijk
Tessa van Elsacker
13030779
13053221
13010093
13040340
13041487
13068873
VD1.H.1
VD1.E.1
VD1.E.1
VD1.C.1
VD1.A.2
VD1.B.2
SLB’er: Ilsa Meeldijk
SLB’er: Yvonne van der Lee
SLB’er: Yvonne van der Lee
SLB’er: Annemarie Scholten
SLB’er: Cora van Waveren-Brandt
SLB’er: Richard van Ommeren
Inhoudsopgave
1. Inleiding 2
2. Eetopia en haar omgeving 2
2.1 Meso-analyse 2
2.2 DE STEP-analyse 4
2.2.1 Demografische factoren 4
2.2.2 Economische factoren 4
2.2.3 Sociaal-culturele factoren 4
2.2.4 Technologische factoren 5
2.2.5 Ecologische factoren 5
2.2.6 Politiek juridische factoren 5
3. Eetopia, haar streven en beleid 6
3.1 Hoe het allemaal begon 6
3.2 Missie en visie 6
3.3 Huidig marketingbeleid 6
3.3.1 Maatschappelijk beleid 6
3.3.2 Positionering, identiteit en imago 7
3.4 Marktpositie 7
4. SWOT-analyse 7
4.1 Toelichting SWOT-analyse 7
4.2 Confrontatiematrix 8
4.3 Strategische opties 9
4.4 Haalbaarheid 9
5. De strategie 9
5.1 Marketingdoelgroep 10
5.2 Marketingdoelstellingen 10
5.3 Positionering 10
5.4 Marketingmix 11
5.5 Middelenmix 12
5.6 Planning en budget 13
6. Literatuurlijst 14
7. Bijlagen 17
1. Inleiding
Eetopia is sinds september 2013 actief bezig om van superfoods snoep te maken. Doordat het nog
maar net op de markt is gebracht, is haar product nog vrij nieuw en niet bij iedereen bekend. Haar
doelgroep verbreden en maandelijks meer kunnen produceren is een prioriteit van Eetopia. De
oprichter van Eetopia is Sarah. Dagelijks worden haar producten in eigen keuken ontwikkeld,
hierdoor mag het product ook ‘handmade’ genoemd worden. Eetopia is ontstaan uit het idee om de
toegang tot gezonde voeding makkelijker te maken. Sarah wil graag dat de mensen blijven genieten
van lekkere voeding in het leven, maar wel van de juiste voeding. Denk hierbij aan voeding die vrij is
van kunstmatigheden en die schoon geproduceerd is en waar ook een eerlijke prijs voor is betaald.
Het assortiment dat Sarah tot nu toe op de markt heeft gebracht bevat vijf producten. De
ingrediënten variëren van gember tot hazelnoot en hennepzaad. Dit zijn echt natuurlijke producten
en zijn daardoor een duidelijke onderscheiding met het ‘gewone’ snoepgoed uit de supermarkt. De
producten zijn wel verpakt in een snoepjasje, denk maar aan een bonbon of een reep. Doordat
superfoods steeds populairder worden, is de kans dat Eetopia bekender wordt sterk aanwezig.
Eetopia wordt verkocht op diverse verkoopadressen. Dit zijn knusse plekken waar mensen, die
interesse hebben, haar producten kunnen kopen. Deze winkels zijn niet groot, waardoor de kans
kleiner is dat veel mensen kennis maken met haar product. Haar onderzoeksvraag is dan ook: “Hoe
kan Eetopia haar marktaandeel groter maken?” Dit marketingplan heeft als doel om Eetopia groter
te maken binnen een periode van één jaar. Om dit doel te realiseren zal er op verschillende gebieden
advies worden gegeven, zodat het product uiteindelijk op zijn best kan worden neergezet. Deze
verschillende zaken zullen in dit marketingplan worden beschreven.
2. Eetopia en haar omgeving
Om een duidelijk beeld te krijgen van de situatie waarin Eetopia zich bevindt, moeten de
omgevingsfactoren worden geanalyseerd. Aan de hand hiervan kan worden opgemaakt in hoeverre
dit bedreigingen of kansen vormen. Bij deze analyse wordt er onderscheid gemaakt tussen de mesoanalyse en de macro-analyse. De meso-analyse zal hieronder worden besproken en de macro-analyse
in het volgende hoofdstuk. De meso-analyse slaat op de markt waarop Eetopia actief is.
2.1. Meso-analyse
De markt
De producten van Eetopia vallen onder de markt van chocolade en suikerwerk. Uit cijfers van het CBS
blijkt dat zowel de consumptie van chocolade als suikerwerk te maken heeft met stijgingen en
dalingen1. Vooral de consumptie van chocolade heeft een golfbeweging, die de laatste jaren weer
aan het stijgen is. Deze licht stijgende consumptie is gunstig voor Eetopia. De consumptie van het
suikergoed blijft de laatste jaren vrij constant.
Naast Eetopia zijn ook merken als Verkade, Tony’s Chocolonely, Yuno en Goodies werkzaam.
Deze markt is niet seizoensgevoelig en ook bij verandering in de conjunctuur verandert er niet veel.
De mens behoudt zijn behoefte aan snoep het hele jaar door.
Verkooppunten
Eetopia distribueert haar producten aan zes winkels in Den Haag en één in Amsterdam. Hiernaast
worden haar producten ook vanuit een bakfiets op markten verkocht. Sarah rijdt zelf naar de
markten toe en laat mensen proeven, die vervolgens het Powersnoep ook kunnen kopen. Ten slotte
zijn de producten ook verkrijgbaar via de webwinkel.
Er is geen sprake van een toeleverancier, want Sarah levert alles zelf af. Sarah gaat daarom
ook regelmatig bij alle verkooppunten langs om contact te houden en te kijken hoe de verkoop loopt.
Doelgroep
Om achter de huidige doelgroep van Eetopia te komen, zijn er twintig enquêtes afgenomen op de
verkooppunten. De vragen en resultaten van deze enquête zijn terug te vinden in bijlage 1. Hieruit
blijkt dat de huidige consumenten voor de meerderheid uit vrouwen bestaat. Deze mensen zijn
tussen de 30 en 50 jaar oud en wonen voornamelijk in Den Haag. Omdat men vooral in contact komt
met het product via de verkooppunten en deze zijn, op één na, allemaal in Den Haag. De doelgroep
koopt het product vooral, omdat ze het lekker vinden, maar ook omdat ze er nieuwsgierig naar zijn.
Het is dan ook logisch dat het snoep vooral eenmalig wordt gekocht. Wat betreft de prijskwaliteitverhouding staat het merendeel hier neutraal tegenover. Een klein aantal consumenten
vindt het nog te duur. Als men iets mocht veranderen dan kiest het merendeel voor de verkoop in
andere steden.
Uit deze gegevens is op te maken dat vooral consumenten, die nieuwsgierig zijn of een hoger
inkomen hebben, het powersnoep kopen. Volgens het Mentality Model zijn dit de nieuwe
conservatieven en kosmopolieten2,3. Ook een deel van de post-materialisten en post-moderne
hedonisten zal zich aangesproken voelen, en dan vooral de hogere inkomens.
Concurrentie
Ondanks dat Eetopia een paar maanden geleden is opgericht, heeft ook dit bedrijf al te maken met
concurrentie. Deze is onder te verdelen in directe en indirecte concurrentie. Onder de directe
concurrentie vallen bedrijven en organisaties die gelijksoortige producten maken, zoals Lovechock en
Zonnatura. Organisaties en bedrijven met een alternatief, die dezelfde behoefte vervult, vallen onder
de indirecte concurrentie. Indirecte concurrenten als Tommies Snoepgroenten en Verkade.
Om de concurrenten van Eetopia te analyseren, zijn ze beoordeeld aan de hand van zeven
verschillende criteria. Er is voor deze zeven gekozen, omdat dit een duidelijk beeld geeft van de
sterkten en zwakten van de concurrenten. De gegevens van de analyse zijn vervolgens verwerkt in
een tabel (zie tabel 1), ‘++’ staat voor erg sterk en ‘--‘ voor erg zwak. Uit deze tabel kan worden
ontdekt waar er (eventuele) mogelijkheden liggen voor Eetopia.
Tabel 1 – concurrentieanalyse Eetopia
Bedrijf
Eetopia
Lovechock
Organix Goodies
Yuno
Eat Natural
Tony’s
Chocolonely
Zonnatura
Tommies
Snoepgroenten
Modifast
Verkade
Doelgroep
0
0
0
0
Assortiment
++
+
-
Prijs
+
-
Reclame
---+
0
Plaats
0
++
+
++
++
Bekendheid
-0
0
+
Service
+
0
0
0
0
0
+
0
++
-
++
0
+
--
++
+
+
-
+
+
++
+
++
-++
0
+
++
++
+
++
++
+
Uit de tabel blijkt dat Lovechock de grootste concurrent van Eetopia is. Dit merk heeft ook
een eenzijdig assortiment dat bestaat uit handgemaakte rauwe cacao met superfoods4. Hierdoor
spreken Eetopia en Lovechock dezelfde doelgroep aan. Ook hebben beide producten een hoge prijs
en is de bekendheid niet groot, doordat er weinig tot geen reclame wordt gemaakt.
Daarnaast zijn Tony’s Chocolonely en Eat Natural ook grote concurrenten. Tony’s
Chocolonely verkoopt chocolade en Eat Natural repen zonder kunstmatige toevoegingen in ongeveer
dezelfde prijsklasse5,6. Deze merken zijn echter bekender, omdat hun producten al langer bestaan en
te koop zijn in grote supermarkten en stations. De service is daarentegen bij Eetopia beter, omdat
Sarah contact onderhoudt met haar verkooppunten en mensen haar product gratis laat proeven.
Ten slotte valt op dat Verkade een erg sterk merk is. Door een breed assortiment aan
verschillende koekjes en chocolade, is hun doelgroep heel groot is, want voor ieder is er wat wils7.
Daarnaast is ook de prijs niet hoog en wordt het in alle supermarkten in Nederland verkocht,
waardoor het bekend en toegankelijk is voor iedereen. Verkade is echter een indirecte concurrent
van Eetopia, maar Sarah kan hier wel een mogelijkheid zien. Haar assortiment zou uitgebreid kunnen
worden met andere ‘superfood tussendoortjes’, die niet van chocolade zijn. Sarah zou, wat betreft
de reclame en bekendheid, kunnen leren van de aanpak van Verkade. Verkade is namelijk ooit ook
begonnen als klein bedrijf en kan haar hier veel over bijleren.
2.2. DE STEP-analyse
Naast de meso-analyse zijn ook de situaties en gebeurtenissen in de maatschappij, de macro-analyse,
van invloed op de situatie waarin Eetopia zich bevindt. Deze analyse wordt gesplitst in 6 macroomgevingsfactoren en zullen één voor één worden behandeld.
2.2.1. Demografische factoren
Den Haag telt 535.000 inwoners. Hiervan hebben er 25.399 geen baan. Het gemiddeld besteedbaar
inkomen per inwoner is € 13.354, - per jaar, zonder de premies en andere betaalde overdrachten.
Gemiddeld zijn er meer inwoners in één woning gaan wonen. De korte termijn prognose 2010 – 2020
stelt vast dat de bevolking van Den Haag sneller groeit als het landelijk gemiddelde8. De bevolking
stijgt hard door de migranten uit Midden en Oost-Europese landen. Het aantal mensen van 65 jaar
en ouder neemt het hardst toe, waardoor er vergrijzing plaatsvindt. Landelijk gezien neemt deze
groep sneller toe, en heeft Den Haag dus een relatief jonge bevolking vergeleken met de rest van
Nederland. Verder zal er een groei zijn van ruim 12.000 huishoudens, waarvan 62%
eenpersoonshuishoudens, 26% huishoudens met kinderen en 12% eenoudergezinnen.
2.2.2. Economische factoren
Volgens het CBS is de gemiddelde groei van het BBP van Nederland na 2011 1%9. In Zuid-Holland was
deze groei 1,2% en zit dus iets boven het gemiddelde. Uit deze bron blijk ook dat Den Haag, samen
met Rijnmond, de crisis het slechts te boven is gekomen en heeft hier nog last van.
Daarnaast was de inflatie afgelopen jaar 1,5%10. Dit maakt producten relatief duur, waardoor
mensen minder geld overhouden voor duurdere producten. Hier kan echter wel op worden
ingespeeld door producten een constante, niet al te hoge, prijs te geven.
Verder blijkt uit cijfers van het CBS dat in het derde kwartaal van 2013 9,4% van de mensen
in Zuid-Holland werkeloos zijn11. Dit is een toename ten opzichte van vorig jaar. Ondanks deze
toename neemt het consumentenvertrouwen wel toe. Uit een verslag van De Conjunctuurenquête
Nederland (COEN) uit 2013 blijkt namelijk dat de conjunctuur van Zuid-Holland langzaam uit zijn dal
komt12. Volgens de enquête zullen alle sectoren een groei zien in het vierde kwartaal.
2.2.3. Sociaal-culturele factoren
Er zijn onlangs een aantal ontwikkelingen gepubliceerd op het gebied van voeding door trendwatcher
Adjiedj Bakas in de publicatie ‘trends 2014’13. Een belangrijke trend voor 2014 is de medicalisering
van voedsel. Zo zijn er een heleboel normale etenswaren die een geneeskrachtige werking hebben.
Hierdoor zullen de traditionele kruidenvrouwtjes in 2014 hun opmars maken.
Verder blijft gezonde voeding belangrijk14. Ondanks het strenge EFSA-beleid voor
gezondheidsclaims staan functionele ingrediënten met bepaalde gezondheidseffecten volop in de
belangstelling. Ook de markt voor allergeenvrije voedingsmiddelen is in beweging. Verder komen
‘kingsize’, vet en suiker hierdoor in de ban15. Door de steeds grotere verantwoordelijkheid voor onze
eigen gezondheid wordt de consument steeds cynischer als het gaat om reclames voor
voedingsmiddelen. Als deze niet overeenkomt met de werkelijkheid zal dit consequenties hebben.
Tegelijkertijd zorgt het toenemend geldgebrek ervoor dat velen zich geen ‘gezond eten’ meer kunnen
veroorloven. Consumenten kiezen voor goedkoop eten en dit is meestal vet en ongezond. Door deze
factoren zal de tweedeling tussen ongezonde armen en gezonde rijken groter worden.
Ook is duurzame voeding in opkomst. Uit het rapport duurzaam voedsel van de Rijksoverheid
blijkt dat consumenten in 2012 meer geld uitgaven aan duurzaam geproduceerd voedsel16.
Verder is ons voedingspatroon de afgelopen decennia sterk veranderd17. Een belangrijke
oorzaak is de toegenomen welvaart waardoor consumenten meer en ook kwalitatief beter voedsel
kunnen kopen. Het ene huishouden heeft meer te besteden dan het andere, maar toch geven alle
huishoudens naar verhouding ongeveer evenveel uit aan eten. Van deze uitgaven wordt 8%
uitgegeven aan suiker, zoetwaren en ijs.
Ten slotte zijn er 86 enquêtes over denkbeelden van ‘goed’ snoepgoed en superfoods
afgenomen. Deze resultaten zijn te zien in bijlage 2. Uit deze enquête blijkt dat consumenten vooral
snoepgoed kopen dat lekker is. En onder ‘goed’ snoepgoed, wordt snoep verstaan zonder
toegevoegde kleur- of smaakstoffen of zonder toegevoegde suikers. Verder blijkt bijna de helft niet
te weten wat superfoods zijn, maar na uitleg is 40% bereid om het te gebruiken vanwege de
gezondheidsvoordelen. Daarnaast is ruim driekwart bereid om het Powersnoep van Sarah een keer
te proberen en dus bereid om mee te gaan in de trend van superfoods.
2.2.4. Technologische factoren
In de loop der jaren zijn de technologische ontwikkelingen toegenomen. Uit cijfers van het CBS blijkt
dat bijna de gehele Nederlandse bevolking toegang heeft tot het internet18. Verder is er een
stijgende lijn te zien bij het online winkelen. Deze gegevens zijn te zien in tabel 2 en 3. Door deze
toename en de toenemende online webwinkels zijn consumenten niet meer afhankelijk van de
openingstijden van verkooppunten.
Ook het gebruik van sociale media neemt toe. Volgens cijfers van het CBS maakte in 2012 zeven op
de tien Nederlandse internetters gebruik van sociale media, als Facebook19. Hier maken veel
bedrijven gebruik van en maken hiermee onbetaald reclame, terwijl er veel mensen worden bereikt.
2.2.5. Ecologische factoren
Tegenwoordig is de milieuvervuiling een steeds groter probleem in de wereld. Zo heeft er zich een
enorm ‘plastic continent’ gevormd in de Grote oceaan20. Steeds meer mensen willen hier iets aan
doen en kopen vooral recyclebare verpakkingen.
Ook duurzaamheid is een belangrijke trend op ecologisch gebied. Zo blijkt uit het rapport
Duurzaam Voedsel 2011 van de Rijksoverheid dat in 2011 de verkoop van duurzaam voedsel steeg
met 30,5%21. Van al het duurzaam geproduceerd voedsel is 43% biologisch en de verkoop hiervan
steeg met 20%. Het blijkt ook dat men bereidt is om meer geld aan duurzaam voedsel te besteden22.
2.2.6. Politiek-juridische factoren
Er zijn een aantal (nieuwe) wetten en regelingen die invloed zouden kunnen hebben op Eetopia. De
eerste en tevens de belangrijke is de Warenwet. Hierin staan de eisen waaraan voedingsmiddelen en
andere producten voor consumenten moeten voldoen. De meest belangrijke Warenwetbesluiten
voor Eetopia zijn Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen, Warenwetbesluit Bereiding en
behandeling van levensmiddelen en de Verordening (EG) 1924/2006 inzake de verstrekking van
voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen23. Op het gebied van etikettering komt er in
december 2014 een nieuwe wetgeving, waarmee alle producten rekening moeten houden24.
Daarnaast dient Eetopia ook te voldoen aan de eisen van de Algemene Levensmiddelen
Verordening (ALV)25. Als producent van levensmiddelen dient er een administratie bijgehouden te
worden waarmee de producten of grondstoffen één stap voorwaarts en één stap achterwaarts
getraceerd kunnen worden.
Verder zijn de Consumentenautoriteit, de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMA) en de
Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) vanaf 1 april 2013 samengevoegd tot
één autoriteit, genaamd de Autoriteit Consument & Markt (ACM)26. Deze drie hebben hun krachten
gebundeld en is één onafhankelijke toezichthouder die opkomt voor consumenten en bedrijven. Zo
wordt er bijvoorbeeld toezicht gehouden op de verkoop via webwinkels, die Eetopia ook heeft.
Eetopia is op dit moment een eenmanszaak. Mocht Sarah echter in de toekomst overgaan tot
het aannemen van personeel, dan moet er ook rekening gehouden worden met de
Werkkostenregeling (WKR)27. Deze gaat in vanaf 2015 en geldt voor alle werkgevers.
3. Eetopia, haar streven en beleid
3.1. Hoe het allemaal begon
Sarah was eerst natuurvoedingskok en had gehoord dat mensen naar een manier zochten om beter
te eten. Hierdoor ontstond het idee om snoep te maken, maar niet zoals in de winkel. Dit werd
uiteindelijk een gezonde versie van snoep met diverse superfoods en zonder toegevoegde stoffen.
Om dit waar te maken heeft ze de keuken opgeknapt en haar certificaten behaald. Vervolgens ging
Sarah op haar bakfiets de stad door om mensen kennis te laten maken met haar product. Op deze
manier kwam ze erachter wat men van het product vond. Daarna is haar assortiment uitgebreid naar
vijf verschillende producten. In september 2013 werden de eerste producten verkocht in Den Haag.
3.2. Missie en visie
Eetopia staat voor snoep dat vrij is van kunstmatigheden, die schoon geproduceerd is en waar een
eerlijke prijs voor is betaald. Haar missie is dan ook om goede voeding toegankelijk te maken28.
De visie van haar bedrijf is om meer consumenten te bereiken, voornamelijk niet groene
consumenten. Onder groene consumenten word verstaan: mensen die bewust met voeding bezig
zijn en meestal biologische producten kopen29. Op deze manier wil Sarah haar doelgroep verbreden
en de verkoop omhoog brengen.
3.3. Huidig marketingbeleid
Het huidig marketingbeleid wordt geanalyseerd door de marketingmix, ofwel de 4 p’s. Deze staan
voor product, prijs, plaats en promotie. Het product van Eetopia is biologische Powersnoep en is er in
drie vormen en vijf smaken30. Dit is een gezond alternatief voor suikerwerk en is te koop in 50 of 100
gram. De producten zijn handgemaakt en waar mogelijk biologisch ingekocht. Het hoofdingrediënt
dat terugkomt in alle producten is rauwe cacao. Daarnaast is het product verpakt in doorzichtig
plastic of bakpapier. Als er gekeken wordt naar de prijs is deze aan de hoge kant in vergelijking met
ander snoepgoed, zoals Verkade31. De producten zijn te koop in zes verschillende verkooppunten in
Den Haag en sinds kort ook één in Amsterdam32. Per product dat verkocht wordt gaat één euro naar
de winkelier. Verder wordt het Powersnoep verkocht op de markt met een bakfiets. Eetopia maakt
gebruik van onbetaalde promotie. Consumenten die nog niet bekend zijn met Eetopia mogen het
product proeven. Verder maakt Eetopia gebruik van mond-op-mond reclame.
3.3.1. Maatschappelijk beleid
Eetopia maakt gebruik van zuivere producten die handgemaakt zijn. Dit komt terug op de etiketten
van de producten. Om het snoep biologisch te laten noemen is het nodig om over een SKALcertificaat te beschikken. Hiervoor is echter een aanvraag nodig, maar deze heeft Eetopia nog niet
ingediend, vanwege de hoge kosten. Het bedrijf heeft aangegeven dat haar ingrediënten 100%
biologisch zijn, omdat de leveranciers van Eetopia wel gecertificeerd zijn. Ook wordt er gebruik
gemaakt van superfoods als ingrediënten. Deze hebben een positieve werking op de gezondheid.
3.3.2. Positionering, identiteit en imago
De positionering onderscheidt Eetopia van haar concurrentie. Powersnoep is een bijzonder product
en wordt met veel zorg gemaakt. Alle producten worden gemaakt van natuurlijke ingrediënten,
zonder kunstmatige geur- kleur of smaakstoffen of conserveringsmiddelen. De slogan is dan ook:
‘snoep gemaakt van voeding’. Snoep wat niet alleen maar lekker is, maar ook nog voedzaam en
natuurlijk. Ook de verpakking is duurzaam en zo is Eetopia dus een eerlijk product van de binnen en
van buiten. Al deze factoren maken dat de Eetopia een geheel eigen en opmerkzame identiteit heeft.
3.4. Marktpositie
Eetopia is pas sinds september 2013 actief op de markt. Het assortiment is rijk aan vier soorten, maar
worden echter op een gering aantal adressen verkocht. Sarah is diverse keren aanwezig op een beurs
om haar product te laten proeven en verkopen. Hierdoor wordt er naambekendheid opgebouwd en
verbreed Eetopia haar wegen. Daarnaast is Sarah zelfstandig ondernemer en doet tot nu toe doet
alle werkzaamheden nog alleen. Zowel de productie als de administratie worden bij haar thuis
uitgevoerd. Haar marktpositie is om deze redenen vrij klein.
4. SWOT-analyse
Bovenstaande analyses worden samengevat in een SWOT-analyse. Deze bevat de interne factoren
‘sterkten’ en ‘zwakten’ en de externe factoren ‘kansen’ en ‘bedreigingen’. De interne factoren gaan
over de onderneming en de externe factoren hebben te maken met de omgeving. In paragraaf 4.1
wordt de SWOT toegelicht. In paragraaf 4.2 worden de punten uit de SWOT verwerkt in een
confrontatiematrix. Uit deze matrix kunnen strategische opties worden gehaald die worden uitgelegd
in paragraaf 4.3. Ten slotte wordt de haalbaarheid van deze opties besproken in paragraaf 4.4.
Interne analyse
Sterkten
1. Powersnoep is een trendproduct
2. Uniek product
3. Product zonder geur-, kleur- en smaakstoffen
4. Toegankelijk voor consumenten met allergie
5. Organisatie is flexibel
Zwakten
1. Financiën niet op orde
2. Geen strategie
3. Geen naamsbekendheid
4. Weinig variatie
5. Distributie is beperkt
6. Hoge prijs
Externe analyse
Kansen
1. Trend van superfood
2. Technologische ontwikkeling van
internet
3. Meer afzet
4. Crisis; waar voor je geld
Bedreigingen
1. Groeiende concurrentie
2. Prijsbewuste klant
3. Faillissement
4.1. Toelichting SWOT-analyse
Sterkten
Het Powersnoep is een trendproduct, want het speelt in op de toenemende belangstelling voor
superfoods. Daarnaast is het een uniek product, omdat het handgemaakt, authentiek en
ambachtelijk is. Het bestaat enkel uit pure natuurlijke ingrediënten, zonder kunstmatige geur-, kleuren smaakstoffen. Hierdoor is het ook voor consumenten met allergieën toegankelijk. Daarnaast
heeft Sarah kennis van wat ze doet en is erg flexibel, waardoor ze open staat voor nieuwe ideeën.
Zwakten
Naast de sterke punten heeft het bedrijf ook zwakke punten. Zo zijn de financiën niet op orde, omdat
deze niet goed worden bijgehouden. Er is weinig tot geen budget voor promotie, vernieuwing en
verandering en om deze reden is er onder andere ook geen strategie. De naambekendheid is ook nog
erg klein, vanwege de geringe promotie. Het bedrijf is een eenmanszaak en Sarah doet alle zaken
zelf, van productie tot administratie. Hierdoor is er weinig variatie in het assortiment en is de
distributie beperkt, omdat de maximale productie eenmaal veel lager ligt dan in een fabriek. Ten
slotte heeft het product ook een hoge prijs, waardoor het niet voor elke consument toegankelijk is.
Kansen
De trend van superfoods is nog maar net ontstaan en zal nog wel even voortduren. Op deze kans
moet Sarah dan ook zeker blijven inspelen. Ook de technologische ontwikkeling is een goede kans.
Door flink in te zetten op sociale media en haar website, kan haar promotie beter worden neergezet.
Met een professionele website wordt er ook naambekendheid opgebouwd. Door meerdere
verkooppunten zal ook haar afzet worden vergroot. Uiteindelijk kan ook haar productlijn worden
uitgebreid, waardoor consumenten meer keus hebben. Ten slotte kan de economische crisis gezien
worden als kans. Mensen willen namelijk in deze tijd kwaliteit voor wat gekocht wordt.
Bedreigingen:
Er zijn steeds meer (grotere) merken die komen met een soortgelijk product en dus ook in spelen op
de trend van superfoods. Hierdoor ontstaat er een toenemende concurrentie. Daarnaast is de
consument prijsbewust bij het kopen van producten. Het Powersnoep is aan de hoge kant en niet
elke consument wil deze prijs ervoor betalen. Uiteindelijk kan dit leiden tot een faillissement, want
als de financiën niet op orde zijn, is het ook niet duidelijk of er winst wordt gemaakt.
4.2. Confrontatiematrix
Op basis van de SWOT-analyse is er een confrontatiematrix tot stand gekomen. In deze matrix staan
de interne aspecten op de verticale as en de externe aspecten op de horizontale as. Alle interne
factoren zijn tegenover de externe factoren gezet en beoordeeld met plussen en minnen. Indien een
combinatie erg positief is voor de organisatie en toekomst wordt deze beoordeeld met een dubbele
plus (++). Als een zwakte een bedreiging sterker maakt, wordt deze beoordeeld met een dubbele min
(--). Indien de werking van een combinatie klein is wordt deze beoordeeld met een enkele min of
plus. Heeft het geen invloed dan is de beoordeling neutraal (0).
Externe factoren
Interne
factoren
Kansen
Sterkten K1
S1
++
S2
+
S3
0
S4
+
S5
0
Zwakten
Z1
0
Z2
Z3
0
Z4
0
Z5
0
Z6
0
FIGUUR 1 - Confrontatiematrix
K2
K3
K4
0
0
0
0
++
+
+
0
0
++
+
+
+
+
+
-0
0
0
0
-----
-0
0
0
-
Bedreigingen
B1
B2
-+
++
+
+
0
+
0
+
+
---
0
0
0
0
--
B3
0
0
+
-0
0
0
0
4.3. Strategische opties
Uit de confrontatiematrix komen de strategische opties naar boven. Dit zijn opties waar Sarah in de
toekomst aan kan gaan werken en die volgens de matrix positief kunnen uitpakken. Hieronder staan
de opties naar aanleiding van de matrix vernoemd. Alle opties worden hieronder onderbouwd.
Naambekendheid opbouwen door haar unieke product
Eetopia is één van de eerste op de markt met een product bestaande uit superfoods. Haar
naambekendheid is echter nog klein. Het is van belang om deze op te bouwen, want dit geeft meer
stabiliteit. Doordat het product inspeelt op de huidige trend van superfoods kan het interesse
opwekken bij de consument. De producten van Eetopia zijn duurzaam en natuurlijk. Tegenwoordig
let 30% van de consumenten op duurzame producten, dit kan in het voordeel van Eetopia werken33.
Verkopen op meerdere adressen door meer te produceren
Doordat Sarah erg flexibel is, staat ze open voor nieuwe ideeën. Dit is een sterkte die kan worden
benut om meer afzet te krijgen. Haar producten worden op dit moment op zes diverse adressen
verkocht. Door op meerdere adressen te gaan verkopen, leren steeds meer consumenten het
product kennen. Om dit te kunnen doen, zal Sarah meer moeten produceren en hierbij is het van
belang dat de financiën goed op orde zijn. Dan wordt er een overzicht verkregen van alle in- en
uitgaven. Daarnaast zal ook duidelijk worden of er budget over is voor eventuele promotie en/of het
aannemen van personeel.
Opzetten van een goede en duidelijke website
Door het maken van een aantrekkelijke en praktische website wordt de klant uitgenodigd om een
kijkje te nemen. Dit is een belangrijk visitekaartje van Eetopia. Op een website staat alles zorgvuldig
beschreven en er staat duidelijke informatie over het assortiment. Ook de webwinkel moet praktisch
zijn ingesteld als de klant wat wilt bestellen. Dit is nu nog niet het geval, waardoor de consument snel
zal afhaken. Zolang er nog geen meerdere verkoopadressen zijn in Nederland, is de website een
ideale gelegenheid voor de consumenten die van veraf komen. Vanuit dat opzicht moet de website
makkelijk toegankelijk zijn voor alle consumenten.
4.4. Haalbaarheid
Tot slot zijn de strategische opties in een model gezet om vervolgens te beslissen welke strategische
optie het beste past in het beleid van Eetopia en in hoeverre deze haalbaar is.
Strategische optie
1
2
3
Strategisch
++
++
+
Commercieel
++
+
+
Financieel
++
++
+
Uit deze analyse komt naar voren dat (1) het opbouwen van de naambekendheid het meest effectief
en haalbaar is.
5. De strategie
Om de uiteindelijke strategische keuze vast te stellen, zijn er Unique Selling Points nodig. Deze
duiden op onderscheidende kenmerken van het product. De Unique Selling Points worden aan de
klant duidelijk gemaakt met als doel dat het een positief effect heeft op de verkoop. De Unique
Selling Point van Eetopia is dat het snoep is, maar wel gemaakt van pure natuurlijke ingrediënten.
Het is dus lekker en ook nog eens voedzaam. Dit wordt op de site weergegeven in de vorm van een
slogan onder de merknaam; ‘snoep gemaakt van voeding’.
5.1. Marketingdoelgroep
Uit de meso-analyse blijkt dat vooral postmaterialisten, kosmopolieten en postmoderne hedonisten
een hoger interesseniveau hebben in de producten van Eetopia dan andere bevolkingsgroepen. Een
doelstelling van Eetopia is om haar doelgroep te vergroten. Dit kan op diverse manieren worden
aangepakt. Zo kan de etikettering worden verbeterd door bepaalde claims erop te zetten. Op deze
manier kan een niet-impulsieve koper over de streep worden getrokken door de claims die op haar
producten staan. Hierbij moet echter wel rekening gehouden worden met de wetgeving van
etikettering.
Door met de verpakking van het product te spelen, kan Eetopia haar doelgroep vergroten. De
verpakking is nu erg modern en komt prijzig over. Door het meer als ‘traditioneel’ snoep te
verpakken, lijkt het minder duur en zal het meer consumenten aanspreken. Hierdoor zouden
bijvoorbeeld de moderne burgerij en de opwaarts mobielen potentiële klanten kunnen worden. Tot
nu toe heeft Eetopia in alle producten rauwe cacao als hoofdbestanddeel. Door meer te variëren met
de ingrediënten kan er een andere doelgroep worden aangesproken.
5.2. Marketingdoelstellingen
Het doel van Eetopia is om van een maandelijkse productie van 60 kilo naar 120 kilo per maand te
gaan. Deze doelstelling kan behaald worden in één jaar. Om deze te behalen is het belangrijk dat er
genoeg tijd wordt uitgerekt om overhaaste beslissingen te voorkomen die kunnen leiden tot
faillissement. Deze doelstelling is haalbaar en dus ook realistisch. Het is hierbij van belang om de
afzetmarkt van Eetopia te vergroten op meerdere plaatsen. Als het doel eenmaal behaald is, is het
noodzakelijk om personeel in te huren om de afzet te verhogen.
5.3. Positionering
Een goede positionering is essentieel voor een organisatie om zich te onderscheiden van haar
concurrenten. Hierdoor kan Eetopia haar doelgroep een toegevoegde waarde bieden. Dit is zeker in
deze tijd, met de voortdurende groei van nieuwe producten, van belang.
Om de positionering in kaart te brengen, wordt gebruik gemaakt van een
positioneringgrafiek. Dit is een matrix, bestaande uit 2 assen met de eigenschappen die de
consument belangrijk vindt bij zijn productkeuze. Door deze matrix wordt duidelijk waar de
concurrenten zich bevinden en waar er een gat in de markt is voor Eetopia.
Figuur 2 – positioneringgrafiek
Uit figuur 2 blijkt dat Eetopia zich op dit moment bevindt aan de linkerkant van de y-as, ofwel bij de
producten zonder kunstmatige toevoegingen. Aan de rechterkant staan de merken die behoren bij
de producten met kunstmatige toevoegingen. Hier hoort Eetopia niet thuis, want dit merk profileert
zich als een merk dat een zo zuiver mogelijk product levert.
Boven de x-as staan producten met een relatief hoge prijs en onder de x-as met een relatief
lage prijs. Eetopia bevindt zich op dit moment bij de producten met een relatief hoge prijs. De
combinatie van een product zonder kunstmatige toevoegingen en een relatief lage prijs is echter nog
niet bezet en is dus een unieke kans voor Eetopia om op in te spelen. Dit gat in de markt sluit aan bij
de behoeften van consumenten. Mensen willen namelijk steeds vaker puur voedsel, maar wel voor
een schappelijke prijs. Hiermee speelt Eetopia in op de trends van dit moment en blijft het
tegelijkertijd trouw aan haar eigen missie.
5.4. Marketingmix
Voor een sterke positionering is goede communicatie nodig. Met behulp van een marketingmix kan
Eetopia zich profileren en ervoor zorgen dat het positief overkomt op de consumenten. Bij de
marketingmix zijn 4 variabelen nauw met elkaar verbonden: product, prijs, plaats en promotie. Als
één van de vier wijzigt, kan dit consequenties hebben voor de anderen.
Product
Het product van Eetopia is Powersnoep. Dit past goed bij dit bedrijf, want Sarah wil
een gezond alternatief aanbieden voor snoep. De consument koopt dus een
tussendoortje wat gezond is, maar toch lekker; omdat het smaakt als chocolade.
Naast het fysieke product, bepalen ook andere factoren wat consumenten
kopen, zoals de garantie, verpakking, imago, assortiment en service. Een Unique Selling Point van
Eetopia is dat er, waar mogelijk, gebruik wordt gemaakt van biologische ingrediënten, zonder
pesticiden of kunstmatige toevoegingen. Hiermee wordt er ingespeeld op de behoefte van de
consument die steeds vaker biologisch wil eten. Dit zou op de verpakking kunnen worden
aangegeven met het EKO-keurmerk, waardoor het deze mensen aanspreekt. Dit keurmerk is
uitsluitend bedoeld voor zogenaamde volledig biologische producten34. Het EKO-keurmerk is niet
verplicht, maar als het gebruikt wordt, dient er aan bepaalde voorwaarden te worden voldaan.
Verder is elk product uit het assortiment gemaakt van rauwe cacao. Hierdoor is het een
nieuw product wat, naast Lovechock, nog niet veel op de markt voorkomt. Dit zou met het label
‘nieuw’ op de verpakking aan kunnen worden gegeven. Hierdoor valt het op en zullen mensen die
vaak impuls aankopen doen of nieuwsgierig zijn, zoals post-materialisten, zich aangesproken voelen.
Het imago van Eetopia is echter nog niet zo groot, wat vooral komt omdat het een klein
bedrijf is dat zich grotendeels alleen in Den Haag heeft gevestigd. Haar imago zou vergroot kunnen
worden door meer gebruik te maken van sociale media. Dit bereikt veel mensen en is bovendien
gratis, wat goed uitkomt aangezien Sarah geen budget heeft voor promotie.
Prijs
De prijs ligt nu tussen de €3,50 en €3,95 voor 50 gram Powerco’s of Powerboobs
en €6,50 voor 100 gram Powercigars. Het zou beter zijn om deze tijdelijk wat te
verlagen, omdat het bedrijf net is opgericht en nog maar weinig naambekendheid
heeft opgebouwd. Dit kan met behulp van acties en/of kortingen. De prijs zou
bijvoorbeeld 1 maand lang 1,50 tot 2 euro (50 gram – 100 gram) minder kunnen zijn. Hierdoor zal
een grotere doelgroep worden aangesproken en haar bekendheid toenemen. Als Eetopia eenmaal
loopt, kunnen de prijzen weer langzaam omhoog, waardoor ze meer winst zal maken.
Ook zijn de prijzen in de verkooppunten hoger dan die in de webshop. Het is slim om
dezelfde prijzen te hanteren, want anders bestellen consumenten het alleen via de webshop. De
verkooppunten zullen het product uiteindelijk niet meer willen verkopen, omdat het niets oplevert.
Plaats
Ook de plaats waar het product wordt verkocht, geeft het product een bepaald
imago. Momenteel wordt het Powersnoep verkocht via de webwinkel en op 6
verkooppunten, waarvan vijf in Den Haag en één in Amsterdam. Sarah gaat bij elke
winkel één keer in de zoveel tijd langs, om contacten te onderhouden. Dit vergt
echter veel tijd en het zou beter zijn om één lokale ondernemer te hebben met
meerdere winkels, zoals Organic Food for you. Dit is een biologische winkel met 5 vestigingen in Den
Haag, Amsterdam, Bergen en Laren35. Dit sluit aan bij haar biologische product en doordat het is
gevestigd in vier verschillende plaatsen, bereikt Eetopia meer mensen. Daarnaast hoeft Sarah maar
naar één adres om haar contact met de ondernemer te onderhouden.
Aan haar webwinkel kan er ook veel worden verbeterd. Deze is onoverzichtelijk en onhandig,
waardoor veel consumenten uiteindelijk niks kopen. Consumenten willen namelijk dat het weinig
moeite kost om iets te bestellen. Door haar webwinkel gemaksvriendelijker te maken, zou ook hier
meer verkocht kunnen worden.
Promotie
Deze laatste ‘P’ van de marketingmix bestaat uit verschillende vormen van
promotie, zoals reclame, persoonlijke verkoop, sales promotion, direct marketing
en public relations.
De huidige promotie is nog zeer gering. Er is een website en een facebookpagina, maar hier wordt niet veel mee gedaan. Via facebook worden er echter veel
mensen bereikt en dit is dus een goedkope manier van promotie, want het is gratis. Sarah zou deze
kans moeten benutten, aangezien er weinig budget voor is. Ook haar website zou wat
overzichtelijker mogen. Hiervoor kan iemand worden ingehuurd, die er verstand van heeft of een
student die hier een opleiding voor volgt en weinig geld vraagt. Daarnaast heeft Sarah een bakfiets
waarmee zij naar de stad fietst en mensen het Powersnoep laat proeven. Dit is een goede vorm van
persoonlijke verkoop, want ze is tegelijkertijd persoonlijk betrokken met de consument.
Voor al deze promotie is er geen vast budget vastgesteld en is dus ook niet doorberekend in
haar prijzen. Er is echter wel een budget, want anders zou er geen gratis Powersnoep uit gedeeld
kunnen worden. Het is daarom wel verstandig om een budget vast te stellen. Hierdoor kan er ook
worden nagaan of hier meer of minder aan besteed zou kunnen worden. Dit hoeft geen groot budget
te zijn, want het is tenslotte nog maar een klein bedrijf en tegenwoordig kan er veel gratis.
Om meer promotie te maken, zou Eetopia folders weg kunnen leggen op plaatsen die veel
worden bezocht, zoals stations, scholen en in supermarkten op informatieborden. Ook sportkantines
zouden een goede locatie zijn, want op de website wordt aangegeven dat het voor sporters bij kan
dragen aan hun prestaties. Verder kan er eens in de zoveel tijd een speciale actie worden gehouden,
zoals ‘tweede halve prijs’. Daarnaast zou er ook een nieuwsbrief verspreid kunnen worden via de
post en email. Dit zou ze zelf, of met hulp van familie en vrienden, rond kunnen brengen om geld te
besparen. Het kost even wat tijd, maar zo worden er veel
mensen bereikt.
5.5. Middelenmix
Alle middelen die Eetopia gebruikt om te promoten leiden
tot het product. Ook versterken middelen als de website
en sociale media de andere middelen en elkaar. Zo is op de
website te zien waar de winkels zijn en op Facebook kan er
gelezen worden over bijvoorbeeld de bakfietsacties.
Mensen die bij de bakfietsactie zijn geweest zullen weer
op de website of Facebook gaan kijken of misschien zelfs
naar de winkels gaan. Maar tot slot zullen alle middelen
leiden naar de producten van Eetopia (zie figuur 3).
5.6. Planning en budget
Planning
Om alle doelstellingen te behalen is een goede planning van belang. In figuur 4 is een globale
planning van het marketingplan weergegeven.
FIGUUR 4 – Planning uitvoeren marketingplan Eetopia
Om te beginnen zal er eerst een budget moeten worden opgesteld, want zonder budget is het lastig
om ver te komen en heeft een planning weinig nut. Vervolgens is het slim om een (tijdelijke)
prijsverlaging en/of acties in te voeren. Het is een goed idee om te verpakkingen van een biologisch
label te voorzien. Hierbij moet wel voldaan worden aan de voorwaarden, want deze regelgeving is
zeer strikt.
Na deze maatregelen zal Eetopia zich bezig moeten houden met de reclame via sociale media
en folders of flyers waardoor haar naambekendheid toe zal nemen. Daarnaast zal de website
verbeterd moeten worden, zodat meer consumenten online gaan bestellen. Als deze acties zijn
genomen zal Eetopia zich moeten richten op het uitbreiden van de afzetmarkt. Ook kan het bedrijf
zich dan gaan richten op de kleinere promotingacties met bijvoorbeeld de bakfiets.
Als alles gaat volgens planning, zal Eetopia uiteindelijk haar doelgroep hebben vergroot en
kan er worden nagedacht over de toekomst. Zo kan het aannemen van personeel een belangrijk punt
worden, want door de toegenomen afzet, zal ze de productie niet meer alleen aankunnen.
Budget
Zoals eerder genoemd, heeft Eetopia op dit moment nog geen budget en hierdoor zijn er geen
bedragen bekend. Het is echter wel belangrijk, want zoals staat vermeld op SEMOI: “Het budget is
een essentieel beheersinstrument. Zonder budget bent u als een piloot die vliegt zonder navigatieinstrumenten”36. Eetopia zou op dit moment dus nog vliegen zonder navigatie. Een budget, zou
Eetopia eerder en makkelijker winst opleveren. Het is hierbij van belang dat de kosten voor
productie, promotie en eventueel toekomstig personeel in het budget worden opgenomen.
Een voorbeeld van een goede investering, die al mogelijk is bij een laag budget, is het maken van
folders. Online is er mogelijkheid om bij Vistaprint folders te laten maken voor maar 48.49 incl. btw37.
Er is dus geen ruim budget nodig om het bedrijf te promoten.
6. Literatuurlijst
1. CBS. (2010, september 24). Voedings- en genotmiddelen; consumptie per Nederlander.
Beschikbaar via
http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/default.aspx?DM=SLNL&PA=37154&D1=4243&D2=91-110&HDR=G1&STB=T&VW=G (geraadpleegd op 18 december 2014).
2. Motivaction. (z.j.). Mentality. Beschikbaar via http://www.motivaction.nl/mentality
(geraadpleegd op 16 december 2013).
3. Motivaction. (z.j.) Mentality Model. Beschikbaar via: http://www.motivaction.nl/mentalityuitgelegd (geraadpleegd op 16 december 2013).
4. Lovechock. (z.j.). Beschikbaar via http://www.lovechock.com/ (geraadpleegd op 20
december 2013).
5. Eat Natural. (z.j.). Beschikbaar via http://www.eat-natural.nl/page.html (geraadpleegd op 20
december 2013).
6. Tony’s Chocolonely. (z.j.). Beschikbaar via http://www.tonyschocolonely.com/ (geraadpleegd
op 20 december 2013).
7. Verkade. (z.j.) Beschikbaar via http://www.verkade.nl/ (geraadpleegd op 21 december 2013)
8. Gemeente den haag. (2012). Bevolkingsprognose den haag 2012 – 2020. (pp. 9 en 13). Versie
29 maart 2012. Beschikbaar via
https://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=1&cad=rja&ved=0CDIQ
FjAA&url=http%3A%2F%2Fwww.denhaag.nl%2Fweb%2Ffile%3Fuuid%3Da92005c5-8e174721-a1ce-4855399c4b6d%26owner%3D06607016-9449-4ead-9292df3704bad0f4&ei=FoXWUs25DIjw0gWJhoHQCg&usg=AFQjCNFAAKwSAjlsZ9GuKRnX7gPBpkjv
HA&sig2=aPfNXI7bj4EjvJQIykeCeQ&bvm=bv.59378465,d.d2k. (geraadpleegd op 18 december
2013).
9. Angus E., Bhageloe-Datadin R., Haan, M. de, Malkaoui I., Mangoenkarso P., Mens N., Notten
F. De regionale economie 2011. (2012). Beschikbaar via:
http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/7EA20134-29E2-4C38-93F5A92523B9AD1C/0/2011p42pub.pdf (Geraadpleegd 14 december 2013).
10. Triami Media BV Nederland. (2013). Actuele Inflatie Nederland – CPI Inflatie. Beschikbaar via:
http://nl.inflation.eu/inflatiecijfers/nederland/actuele-cpi-inflatie-nederland.aspx.
(geraadpleegd 14 december 2013).
11. Centraal Bureau voor de Statistiek. (2013). Beroepsbevolking; kerncijfers provincie.
Beschikbaar via:
http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=71761NED&D1=3,7&D2=
0,5-16&D3=40,45,50,55,60,69,l&HD=130314-1053&HDR=T,G2&STB=G1 (geraadpleegd 15
december 2013).
12. CBS, de Kamer van Koophandel, EIB, MKB-Nederland, VNO-NCW. (2013).
Conjunctuurenquête Nederland, rapport vierde kwartaal 2013 Zuid-Holland. Beschikbaar via:
http://www.kvk.nl/download/Coen_Zuid-Holland_Q4_2013_tcm14-377326.pdf.
(geraadpleegd 14 december 2013).
13. Groot, M. de. (2013). Trendwatcher Bakas: medicalisering voedsel trend 2014, kingsize uit
den boze. Beschikbaar via http://www.vmt.nl/nieuws/vmt-nieuws/2013/trendwatcherbakas-medicalisering-voedsel-trend.215845.lynkx (geraadpleegd op 13 januari 2014).
14. Janssen, A. (2013). Trends 2014: transparantie, duurzaamheid en gezondheid. Beschikbaar via
http://www.vmt.nl/nieuws/vmt-nieuws/2013/trends-2014-transparantie-duurzaamheiden.220492.lynkx (geraadpleegd op 13 januari 2014).
15. Bakas, A. (2013). Trends 2014. (pp. 101). Beschikbaar via https://cloud.bakas.nl/hs/20131107/02204c066316439a (geraadpleegd op 13 januari 2014).
16. Ministerie van Economische Zaken. (2013). Monitor Duurzaam Voedsel 2012.
Consumentenbestedingen aan duurzaam gelabelde producten. Beschikbaar via
http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2013/06/11/monitorduurzaam-voedsel-2012.html (geraadpleegd op 16 december 2013).
17. CBS. (2012). Smakelijk weten. Trend in voeding en gezondheid. (pp. 31 – 32). Beschikbaar via
http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/C025D01D-13B9-448F-AAB09B7EAB5F5B8E/0/2012a331pub.pdf (geraadpleegd op 13 januari 2014).
18. CBS. (2013). ICT gebruik van personen naar persoonskenmerken. Beschikbaar via:
http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=71098ned&D1=33133&D2=0-2&D3=a&VW=T (geraadpleegd op 13 december 2013).
19. Bighelaar, S. van den, Akkermans, M. CBS. (2013). Gebruik sociale media in Nederland, 20112012. Beschikbaar via http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/06A12225-495E-4620-80F6F2A53E819957/0/20131001b15art.pdf (geraadpleegd op 15 januari 2014).
20. Greenpeace. (z.j.). The Trash Vortex. Beschikbaar via
http://www.greenpeace.org/international/en/campaigns/oceans/pollution/trash-vortex/
(geraadpleegd op 19 december 2013).
21. Rijksoverheid. (2011). Monitor duurzaam voedsel. (pp. 5) Beschikbaar via:
http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2012/06/06/monitorduurzaam-voedsel-2011.html (geraadpleegd op 13 december 2013).
22. Salehy, N. (2012). Consument besteedt meer geld aan duurzaam voedsel. Beschikbaar via
http://www.voedingnu.nl/consument-besteedt-meer-geld-aan-duurzaamvoedsel.171254.lynkx . (geraadpleegd op 19 december 2013).
23. Francken, J.M., Beer, B.J. (2012). Teksten Warenwet Editie 2012. Den Haag: Sdu Uitgevers bv.
(geraadpleegd op 14 december 2013).
24. Europese Unie. (2012). Verordening (EU) Nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de
Raad. Beschikbaar via http://eurlex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2011:304:0018:0063:nl:pdf (geraadpleegd
op 15 januari 2014).
25. Ministerie van Economische Zaken. (z.j.). Algemene levensmiddelen verordening. Beschikbaar
via http://www.hetlnvloket.nl/onderwerpen/voedselkwaliteit/dossiers/dossier/algemenelevensmiddelen-verordening (geraadpleegd op 14 december 2013).
26. Autoriteit Consument & Markt. (z.j.). De Autoriteit Consument & Markt. Beschikbaar via
https://www.acm.nl/nl/organisatie/organisatie/de-autoriteit-consument-en-markt/
(geraadpleegd op 14 december 2013).
27. Rijksoverheid. (z.j.). Werkkostenregeling. Beschikbaar via
http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/belastingen-voor-ondernemers/loonbelasting-enpremieheffing-volks-en-werknemersverzekeringen/werkkostenregeling (geraadpleegd op 14
december 2013).
28. Eetopia. (z.j.). Eetopia en Sarah. Beschikbaar via http://eetopia.nl/?page_id=37
(geraadpleegd op 23 december 2013).
29. Bridges2beyond. (2014). De groene consument. Beschikbaar via
http://www.bridges2beyond.nl/econovatie/trends-in-conovatie/de-groene-consument/.
(geraadpleegd op 15 januari 2014).
30. Eetopia. (z.j.). Producten. Beschikbaar via http://eetopia.nl/?page_id=52 (geraadpleegd op 23
december 2013).
31. Albert Heijn. (z.j.) Verkade. Beschikbaar via http://www.ah.nl/appie/zoeken?rq=verkade
(geraadpleegd op 15 januari 2014)
32. Eetopia. (z.j.). Verkoopadressen. Beschikbaar via http://eetopia.nl/?page_id=358
(geraadpleegd op 23 december 2013).
33. Schuttelaar en partners. (2011). Duurzaamheidkompas. Beschikbaar via
http://www.schuttelaar.nl/download/277 (geraadpleegd op 18 december 2013).
34. Stichting EKO-keurmerk. (2013). Reglement EKO-keurmerk. Beschikbaar via http://www.ekokeurmerk.nl/product/ondernemer/copy_of_ReglementEKOkeurmerk01mei2013.pdf
(geraadpleegd op 27 december 2013).
35. Organic. (z.j.). Beschikbaar via http://www.organicfoodforyou.nl/ (geraadpleegd op 27
december 2013).
36. SEMOI. (2014). Waarom budgetteren? Beschikbaar via
http://semoi.org/index.php?option=com_k2&view=item&id=170:admin&Itemid=85
(geraadpleegd op 3 januari 2014).
37. Vistaprint. (z.j.). Beschikbaar via http://www.vistaprint.nl/persoonlijkefolders.aspx?txi=15680&xnid=TopNav_Brochures+(linked+item)_Marketing+Materials_Mark
eting+Products&xnav=TopNav. (geraadpleegd op 19 januari 2014).
7. Bijlagen
BIJLAGE 1 – Enquête doelgroep
Geslacht ……….…………………………………………………………..
Leeftijd ……….……………………………………………………………
Woonplaats ……….……………………………………………………………
1.
Wat was de reden van de aankoop van superfood?
a. Ik vind het lekker
b. Het is gezonder dan ‘normale’ voeding
c. i.v.m. allergie
d. anders, namelijk
………………………………………………………………………………………………………………………………………
2.
Hoe bent u in contact gekomen met supersnoep?
a. Via Internet
b. Via de winkel waar product is gekocht
c. Mond op mond reclame
d. Anders. Namelijk
…………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3.
Wat vindt u van de prijs-kwaliteit verhouding?
a. Ik vind het product te duur in verhouding met de kwaliteit
b. Neutraal
c. Ik vind het product te goedkoop in verhouding met de kwaliteit
4.
Hoe vaak koopt u het?
a. Eenmalig
b. 1 keer per week
c. 1 keer per maand
d. Anders, namelijk
…………………………………………………………………………………………………………………………………………………
5.
Wat zou u anders willen zien? (meerdere antwoorden mogelijk)
a. Ik zou het product in meerdere winkels en steden willen zien
b. Ik zou een andere verpakking willen zien
c. Het product moet meer reclame krijgen
d. Het product moet meer variaties krijgen
e. Andere prijs. €…
f. Anders, namelijk
…………………………………………………………………………………………………………………………………………………
6.
Heeft u nog opmerkingen of suggesties?
………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Resultaten enquête doelgroep:
Geslacht:
14x vrouw, 6x man
30%
vrouwen
mannen
70%
Leeftijd:
21, 24, 25, 26, 26, 29, 31, 34, 34, 35, 36, 36, 43, 45, 50, 52, 53, 54, 57, 63
0%
30%
30%
jonger dan 18
18 - 29
30 - 50
ouder dan 50
40%
Woonplaats:
10x Den Haag, 2x Rijswijk, 2x Utrecht, 2x Heiden, Cuijk, Nijmegen, Enkhuizen, Veghel
Buitenland
10%
Andere
steden in NL
30%
Zuid-Holland
60%
Den Haag
50%
Rijswijk
10%
1. Wat was de reden van de aankoop van superfood?
Bij deze vraag hebben sommige mensen meerdere antwoorden ingevuld
o Ik vind het lekker
o Het is gezonder dan ‘normale’ voeding
o i.v.m. allergie
o anders, namelijk ……
nieuwsgierig, 2x de ingrediënten en 2x bewuster leven)
12x
2x
2x
10x (6x
A
38%
B
46%
C
D
8%
2.
8%
Hoe bent u in contact gekomen met supersnoep?
o Via Internet
o Via de winkel waar product is gekocht
o Mond op mond reclame
o Anders. Namelijk ……
18x
2x
-
10%
A
B
C
D
90%
3.
Wat vindt u van de prijs-kwaliteit verhouding?
o Ik vind het product te duur in verhouding met de kwaliteit
persoon: ‘niet de kwaliteit, maar de hoeveelheid)
o Neutraal
o Ik vind het product te goedkoop in verhouding met de kwaliteit
0%
30%
A
B
70%
C
6x (1
14x
-
4.
Hoe vaak koopt u het?
o Eenmalig
o 1 keer per week
o 1 keer per maand
o Anders, namelijk ………
keer, 2x een keer per 2 weken en 2x onregelmatig)
6x
2x
12x (8x eerste
A
30%
B
60%
10%
0%
C
D
Wat zou u anders willen zien? (meerdere antwoorden mogelijk)
Niet alle personen hebben deze vraag ingevuld
o Ik zou het product in meerdere winkels en steden willen zien
o Ik zou een andere verpakking willen zien
o Het product moet meer reclame krijgen
o Het product moet variaties krijgen
o Andere prijs. € …
o Anders, namelijk:………
5.
0%
0%
A
17%
B
0%
C
16%
D
67%
E
F
6. Heeft u nog opmerkingen of suggesties?
6 personen hebben dit ingevuld
ï‚· Lekker spul
ï‚· Prijs/kwaliteit is prima, maar prijs/kwaliteit is iets te duur
ï‚· Mooie hippe naam
ï‚· Ga zo door
ï‚· Origineel en leuk product
ï‚· Verrassend lekker
8x
2x
2x (2x 2 euro)
-
BIJLAGE 2 – enquête denkbeelden ‘goed’ snoepgoed en superfoods
1. Wat is uw geslacht?
2. Wat is uw leeftijd?
3. Waar let u op bij het kopen van snoep?
4. Wat verstaat u onder ‘goed’ snoepgoed?
5. Welke producten zijn, volgens u, ’goed’ snoepgoed?
Enkele antwoorden die werden gegeven waren:
- snoep van natuurlijke producten, bijvoorbeeld gedroogd fruit, zonder toegevoegde suikers
e.d.
- Ik ken geen goed snoepgoed, als je goed wil eten moet je geen snoep eten
- Noten, zaden en donkere chocolade (meer dan 75%)
- Koeken, zoals Liga en Sultana
- Krentjes, rijstewafels
- Fruit
- Ik denk niet dat goed snoep bestaat omdat er overal suikers en vetten in zitten. Aan een
verantwoord tussendoortje denk ik eerder aan havermoutkoekjes, noten, fruit en misschien
wat pure cacao chocolade.
Over het algemeen werden vaak fruit, krentjes, rijstewafels, nootjes en pure chocolade genoemd.
Ook werd vaak als antwoord gegeven dat goed snoepgoed niet bestaat, omdat er in al het snoep
vetten of suikers aanwezig zijn.
6. Wat weet u al van superfoods?
Superfoods zijn voedingsmiddelen met een uitzonderlijke hoge voedingswaarde. Ze zijn 100%
biologische, dus er zitten geen toegevoegde stoffen in. In vergelijking met ’gewone’ groenten- en
fruitsoorten zijn ze veel rijker aan vitamines, mineralen, antioxidanten, goede vetten en aminozuren
(eiwitten). Uit onderzoek is gebleken dat het dagelijks eten van meerdere superfoods verschillende
voordelen oplevert. Zoals:
- je leeft langer
- je hebt minder last van huidveroudering en deze begint ook op een latere leeftijd
- minder kans op levensbedreigende ziektes
- je bent fitter
- je slaapt beter en je krijgt meer energie
- je bent beter gehumeurd
- je hebt een beter uithoudingsvermogen
- minder kans om in een depressie te raken
- je wordt slanker
- minder last van kwaaltjes, zoals hoofdpijn
Superfoods zijn echter wel wat duurder qua prijs. Maar dit kan je natuurlijk ook anders opvatten. Het
nuttigen van superfoods is namelijk goed voor je gezondheid, dus je betaald per kilo een hogere prijs
en je leeft gezonder of je betaald minder voor producten die misschien minder gezond zijn.
7. Zou u superfoods willen gebruiken? (Nu u weet wat het inhoudt)
8. U geeft aan veel van superfoods te weten, gebruikt u het zelf ook?
9. Welk van de volgende voedingsmiddelen zijn, volgens u, superfoods?
In Den Haag is Sarah een bedrijfje gestart dat ’supersnoep’ maakt, genaamd Eetopia. Deze producten
zijn op basis van cacao en dadels en worden verkocht onder de naam Powersnoep. Er zijn 3
varianten: Powerboobs (bolletjes bonbons), Powerco’s (blokjes bonbons) en Powercigar
(energiereep). Haar doel is om superfoods toegankelijk te maken en mensen eraan te herinneren dat
zuivere voeding heel lekker kan zijn. Omdat mensen vaak ’slecht’ eten door tussendoortjes, heeft ze
ervoor gekozen om dit te verwerken in de vorm van snoep. De ingrediënten van Powersnoep zijn
biologisch en van de beste kwaliteit. Het is verder glutenvrij, veganistisch, lactosevrij,
tarwevrij en meestal suikervrij. De Powersnoep is verkrijgbaar in 50 en 100 gram en de prijs varieert
van 2,95 tot 5,95.
10. Zou u geïnteresseerd zijn in het Powersnoep?
Project 3, rol onderzoeker en adviseur
Bij dit project zijn we weer aan de slag gegaan met 6 personen. We zijn op zoek gegaan naar een
bedrijfskantine waar personeel luncht. Toen zijn we terechtgekomen bij een brandweerkazerne
in Vlissingen. In deze kantine zijn we de producten gaan bekijken en gaan analyseren. De
bedoeling van dit project was om de producten te gaan bekijken en aan de hand daarvan
uitzoeken of ze in de voorkeur, middenweg of uitzonderingcategorie vielen en uiteindelijk 5
adviezen geven aan de manager van de kantine. Hierbij kregen we als ondersteunende les
kritisch denken waarbij we met het programma rationale aan de slag gingen en alle voordelen
en nadelen duidelijk in beeld hebben gezet. Elk groepslid heeft een advies uitgewerkt met voor
en nadelen en deze zul je in het verslag terugzien. Tijdens dit project heb ik geleerd hoe
belangrijk het is om kritisch naar bepaalde punten te kijken om tot een advies/conclusie te
komen.
Bij het adviesgesprek hebben wij onze adviezen voorgelegd aan de manager van de kantine, met
het advies magere belegsoorten en het stoplichtensysteem wilde hij graag aan de slag gaan en
hier zijn wij heel blij mee.
Integrale opdracht
Kantine onderzoek
VD-A310-13
Zanna Hofstede
13115545
Thomas Engelen
13032585
Isabel de Groot 13053221
Jelly Barnas
13056891
Sabine de Heer 13010093
Melanie Kaljouw
13017470
Klas: 1E1
Inleverdatum: 11 april 2014
Inhoudsopgave
Inleiding
blz. 3
Methode
blz. 3
Resultaten en conclusies
blz. 3 t/m 5
Eerste advies
Tweede advies
Derde advies
Vierde advies
Vijfde advies
Discussie
blz. 5
Literatuur
blz. 6
Bijlage 1 uitwerkingen van de enquête
Bijlage 2 uitwerkingen kantine aanbod
blz. 7 t/m 10
blz. 11 t/m 12
Inleiding
In Nederland heeft ruim de helft van de volwassen overgewicht en ruim 10% lijdt aan obesitas.
Overwicht gaat gepaard met gezondheidsklachten, dit heeft als gevolg een hoog ziekteverzuim en
vervroegde uittreding uit het arbeidsproces. (Centraal Bureau voor de Statistiek , 2012)
In opdracht van de opleiding Voeding & Diëtetiek aan de Haagse Hogeschool hebben wij, zes
studenten, onderzoek gedaan in de kantine van het brandweertrainingscentrum in Vlissingen. Deze
kantine hebben wij in kaart gebracht om te kijken hoe gezond deze daadwerkelijk is. Er is gekeken
hoe deze kantine op een gezonde manier verbeterd kan worden.
Met de resultaten die uit dit onderzoek komen, word er advies gegeven aan de manager van de
kantine. Wij hopen dat hij dit advies gaat gebruiken om zijn personeel zo vitaal mogelijk te houden.
Methode
Om het aanbod van de kantine in kaart te brengen hebben wij een bezoek gebracht aan de kantine
van het brandweertrainingscentrum in Vlissingen. Van deze kantine zijn er foto’s gemaakt en zijn
aanbod aan voeding.
Er is een enquête (zie bijlage 1) afgenomen onder de bezoekers van de kantine (N=25). Door de
gegevens die uit deze enquête kwamen hebben wij informatie verkregen over wat de
kantinebezoekers vinden van het aanbod, hoe de gezondheid en BMI is van deze bezoekers en nog
een aantal doelgerichte vragen. De resultaten van de enquête zijn verwerkt en geanalyseerd in het
programma Word (zie bijlage 2).
Vervolgens is het kantine aanbod geanalyseerd. Daarna vergeleken met de Richtlijnen Goede Voeding
en schematisch weergegeven in het programma Rationale. Aan de hand van dit schema zijn er
ideeën en mogelijke adviezen naar voren gekomen die uitgebreid zijn beredeneerd (in het
programma Rationale) tot concrete adviezen.
Resultaten en Conclusie (adviezen)
Uit de enquête is gebleken dat 28% van de kantine bezoekers een gezond gewicht heeft. Van het
totaal aantal kantine bezoekers heeft 72% overgewicht, waarvan 8% obesitas. Echter vindt 96% van
de kantine bezoekers gezond eten erg belangrijk op hun werk.
De ondervraagden geven daarentegen wel aan dat zij geen advies willen bij de keuze die ze
maken in de kantine. Er is ook gevraagd wat zij een gezonde lunch vonden en hoe de ideale lunch
eruit ziet (zie bijlage 1). Slechts twee deelnemers van de enquête miste iets in de kantine, dit was
verse vis en een omelet.
Uit de analyse van het kantine aanbod is gebleken dat 21% van de producten in de
voorkeurscategorie valt, 21% in de middenwegcategorie en 58% in de uitzonderingscategorie. Dit
betekent dat 21% van de producten uit de kantine goed voor de gezondheid is, 21% van de
producten middelmatig voor de gezondheid zijn en 58% van de producten niet goed zijn voor de
gezondheid. Meer dan de helft van de producten blijkt dus ongezond te zijn (zie bijlage 2).
Uit de analyse van de kantine zijn adviezen geformuleerd. Het zijn adviezen over producten die
verbeterd dienen te worden en over producten die gunstig zijn om toe te voegen. Deze adviezen zijn
berust op het gezonder maken van de kantine, dit is beter voor het personeel omdat de meerderheid
van de bezoekers overgewicht heeft. Dit kan deels komen doordat meer dan 50% van de producten
in de kantine ongezond is.
Het eerste advies is om een verse fruitsalade toe te voegen. Fruit heeft een gezond effect op
iedereen. (Voedingscentrum) Dit kan zelfs van invloed zijn op het behoud van het personeel.
(Lortzen, 2013) Uit de enquête is gebleken dat 24 van de 25 bezoekers gezond eten belangrijk vind.
Het huidige aanbod van vers fruit is te beperkt, een verse fruitsalade is makkelijk te consumeren dan
fruit wat nog geschild moet worden. Door meer aanbod te creëren zal er meer fruit gegeten worden.
(Voedingscentrum) Gesneden fruit heeft meer kosten en is beperkter houdbaar echter het kan
worden aangeboden in kleine in plaats van volle bakken. Door deze optie valt er het meeste
rendement te behalen volgens recent onderzoek. (Wijk, 2010)
Het tweede advies is om magere vleeswaren toe te voegen of als alternatief van de huidige
vleeswaren. Magere vleeswaren zijn gezonder doordat normaal beleg veel verzadigde vetten
bevatten, wat het lichaam niet nodig heeft en kan leiden tot gewichtstoename. (Marloes, 2013)
Magere vleeswaren bevatten daarentegen veel eiwitten, vitamines, mineralen en spoorelementen.
(Catsberg, 2012) Helaas hebben 18 van de 25 kantinebezoekers overgewicht. Zij kunnen calorieën
besparen door magere vleeswaren te consumeren in plaats van het normale beleg.
Het nadeel van magere vleeswaren toevoegen in de kantine is dat het tijd en geld kost voor
het personeel om kennis te vergaren over magere vleeswaren. De onderzoekers zullen ook enige
informatie geven over magere vleeswaren om daarmee aan de slag te gaan. Magere vleeswaren zijn
echter wel duurder dan het huidige beleg.
Het derde advies is een boerenomelet toevoegen als gezonde warme snack. Door een omelet in
vloeibaar vet te bakken krijgt de omelet samen met de toegevoegde groenten een hogere
voedingswaarde dan het huidige snackaanbod. (Voedingswaarde) Echter slechts 4% van de
bezoekers mist een boerenomelet in de kantine. Er is hier geen specifieke vraag over gesteld in de
enquête. De eiwitten in een omelet zorgen voor een goede opbouw van de spieren, wat kan helpen
bij fysiek zwaar werk. (Stichting voedingscentrum Nederland)
Het vierde advies is een stoplicht systeem dat kan worden toegepast op de producten in de kantine.
Dit systeem geeft duidelijk aan door middel van groene, oranje of rode labels of producten in de
voorkeur, middenweg- of uitzonderingscategorie vallen. In Engeland is dit systeem een succes
gebleken. (Australian Medical Association, 2011) Uit de enquête kwam naar voren dat 76% van de
kantinebezoekers geen advies wil over gezonde voeding. Echter wordt met het stoplichtsysteem de
keuze voor gezonde voeding gestimuleerd zonder uitgebreid advies te hoeven geven. Het
kantinepersoneel kan hierdoor leren in welke categorie de producten vallen. Deze informatie is
eenvoudig op te vragen via de applicatie “Kies ik gezond?” van het voedingscentrum.
(Voedingscentrum)
Het vijfde advies is om vis in de kantine aan te bieden. Ruim 85% van de Nederlandse bevolking eet
wekelijks niet genoeg vis, onder andere omdat ze het niet lusten en omdat ze het te duur vinden. Vis
als broodbeleg is rijk aan omega-3 vetzuren. Omega-3 in vis verhoogt het HDL gehalte van het
cholesterol. HDL zorgt ervoor dat er minder cholesterol wordt opgenomen en meer wordt afgevoerd
naar de lever. Dit heeft een positief effect op de gezondheid. (Infonu, 2008)
Omega-3 uit vis helpt ook hart en bloedvaten gezond te houden, maar dan moet er wel twee
keer per week vis gegeten worden. (Nu, 2012) Een aantal vissoorten zijn niet geschikt voor in de
kantine, omdat ze vervuild zijn met zware metalen. Als de vissoorten vervuild zijn bevatten ze als nog
meer positieve dan negatieve effecten. (Kresser, 2010)
Literatuur
Inleiding
(2012, juli 3). Opgeroepen op maart 26, 2014, van Centraal Bureau voor de Statistiek :
http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/gezondheidwelzijn/publicaties/artikelen/archief/2012/2012-3651-wm.htm
Australian Medical Association. (2011). Traffic Light Labelling. Opgehaald van Australian Medical
Association: https://ama.com.au/system/files/node/7370/Traffic+Light+Labelling++Making+healthy+food+choices+easier+for+Australians.pdf
Berg, I. v. (2010, 2). Edopot. Opgeroepen op 5 6, 2014, van Wageningen UR:
http://edepot.wur.nl/136657
Catsberg, C. (2012). Levensmiddelenleer. ThiemeMeulenhoff.
Centraat Bureau voor de Statistiek . (2013, 10 21). Bevolking; kerncijfers. Opgeroepen op 5 4, 2014,
van Centraat Bureau voor de Statistiek :
http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=37296ned&D1=a&D2=0,10,20,30,
40,50,60,(l-1),l&HD=130605-0924&HDR=G1&STB=T
Diabetes Fonds. (2007, 8). Factsheet allochtonen. Opgeroepen op 6 4, 2014, van Diabetes Fonds:
www.diabetesfonds.nl/content_v1/files/Factsheet%20allochtonen.doc
GGD Limburg. (2006, 10). Infokaart allochtonen en leeftstijl . Opgeroepen op 6 8, 2014, van GGD
limburg-noord:
http://www.ggdlimburgnoord.nl/GGD_NML_C01/UploadData/images/1/0/Pdf/Infokaarten/Infokaart
_allochtonen_en_leefstijl.pdf
Infonu. (2008). Voeding hart en vaatziekten. Opgeroepen op 03 28, 2014, van Infonu: http://mensen-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/19462-voeding-en-hart-en-vaatziekten-visvetzuren.html
Kresser, C. (2010). Opgeroepen op 03 28, 2014, van Chris Kresser: http://chriskresser.com/is-eatingfish-safe-a-lot-safer-than-not-eating-fish
Lortzen, D. M. (2013). Gezondheid en verzuim het meest bepalend voor aannemen en behoud van
personeel. Opgehaald van TNO:
https://www.tno.nl/content.cfm?context=overtno&content=persbericht&laag1=37&item_id=201310
030036
Marloes. (2013, september 11). voeding. Opgehaald van optima vita:
http://www.optimavita.nl/voeding/gezond-broodbeleg/
Nu. (2012, 10 14). Lifestyle. Opgeroepen op 03 24, 2014, van Nu:
http://www.nu.nl/lifestyle/2958508/nederlanders-eten-weinig-vis.html
RIVM. (2004). Ons eten gemeten. Opgeroepen op 6 5, 2014, van Rijksinstituut voor Volksgezondheid
en Milieu: http://rivm.openrepository.com/rivm/bitstream/10029/8860/1/270555007.pdf
RIVM. (2014, 6 5). Voeding: Zijn er verschillen naar etniciteit? Opgeroepen op 6 6, 2014, van
Nationaal Kompas :
http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/leefstijl/voeding/zijn-er-verschillennaar-etniciteit/
Seignette, C. (2008, 03). Niet-westerse immigranetn hebben vaker overgewicht. Opgeroepen op 6 5,
2014, van Bloedsuiker: http://www.bloedsuiker.nl/index.php?edition_id=409&article_id=3499
Stichting voedingscentrum Nederland. (sd). Eiwitten. Opgeroepen op 04 2014, 04, van
Voedingscentrum: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/eiwitten.aspx
Voedingscentrum. (sd). Fruit. Opgehaald van Voedingscentrum:
http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/fruit.aspx#blok3
Voedingscentrum. (sd). Gezonde keuze stimuleren. Opgehaald van Voedingscentrum:
http://gezondeschoolkantine.voedingscentrum.nl/nl/inspiratie/Gezonde-keuze-stimuleren.aspx
Voedingscentrum. (sd). kies ik gezond? Opgeroepen op 04 2014, 05, van voedingscentrum:
https://mijn.voedingscentrum.nl/nl/kies-ik-gezond/
Voedingswaarde. (sd). Opgeroepen op 04 2014, 04, van Voedingswaardetabel:
http://www.voedingswaardetabel.nl/voedingswaarde/voedingsmiddel/?id=1184
Wijk, R. d. (2010). Consumentenonderzoek in het restaurant van de toekomst. Opgehaald van
Wageningen UR: http://edepot.wur.nl/159604
Bijlage 1 uitwerkingen van de enquête
Man: 24
Vrouw: 1
Leeftijd: 24, 30, 32, 33, 34, 38, 40, 41, 41, 42, 44, 48, 48, 48, 49, 49, 49, 50, 51, 51, 51, 53, 55, 55, 56
Lengte, Gewicht: (179 ; 82) (172 ; 75) (178 ; 87) (178 ; 78) (184 ; 80) (180 ; 97) (188 ; 89) (183 ; 75)
(182 ; 90) (181 ; 96) (180 ; 99) (188 ; 109) (179 ; 86) (187 ; 82) (178 ; 81) (182 ; 86) (175 ; 74) (185 ; 85)
(200 ; 115) (181 ; 85) (183 ; 88) (164 ; 64) (165 ; 64) (182 ; 90) (187 ; 92)
Gemiddelde leeftijd: 42,36
BMI: 25,6 / 25,4/ 27,5/ 23,6/ 29,9/ 25,2/ 22,4/ 27,2/ 29,3/ 30,6/ 30,8/ 26,8/ 23,4/ 26,6/ 26,0/ 24,2/
24,8/ 28,8/ 25,9/ 26,3/ 23,8/ 23,5/ 27,2/ 26,3/ 25,6
Gemiddeld:26.3
Zeven mensen hebben een gezond BMI en 19 zitten boven de 25 waarvan 16 deelnemers een BMI
hebben tussen de 25 en 30 en twee mensen tussen de 30 en 35.
Ziektebeelden:
Te hoog cholesterol: 1
Hoge bloeddruk: 3
Diabetes: 1
Geen van bovenstaande: 20
Wat verstaat u onder een gezonde lunch?
- 1x boterham kipfilet, 1x boterham rookvlees, 1x boterham jam, 1 mandarijn.
- Bruin brood, vleeswaren, kaas, evt. ei.
- Niet of niet teveel vetten.
- Bruin brood, geen vette hap.
- Geen antwoord x2.
- Broodje gezond.
- Broodje, salade, soepje, maar een snackje op zijn tijd mag.
- Brood, soep, fruit, zuivel.
- Verse producten.
- Een bruine boterham met beleg.
- Bruin brood, beleg, fruit.
- Verse gezonde producten, o.a. fruit en salade.
- Brood + beleg + melk + fruit.
- Lekker eten en gezond. Brood, fruit en groente/salade.
- Vers fruit en salade.
- Salades, gezond beleg.
- Gevarieerd eten.
- Boterham met kipfilet en melk.
- Broodje gezond met pinda saus.
- Brood beleg, melk.
- Broodje kaas/worst.
- Donker brood met hartig beleg.
- Hartig beleg + bouillon.
- Bruine boterham met beleg en glas melk.
Van een schaal van 1 op 10, hoe belangrijk vind u het om gezond te eten op uw werk?
10:
1
9:
1
8:
12
7:
10
5:
1
1 op de 25 deelnemers geeft aan het niet heel belangrijk te vinden om op het werk gezond te eten.
En 1 deelnemers geeft een cijfer 10 betreft het belangrijk vinden van gezond eten op het werk.
48% geeft een 8 en 28% een 7. Hierin blijkt dat alle ondervraagde op 1 deelnemer na, het allen
belangrijk vinden om gezond te eten op het werk.
Wat vind u van het huidige aanbod van de kantine?
Gezond en goede kwaliteit: 19
Gezond: 2
Goede kwaliteit: 3
Geen goede kwaliteit: 1
76% vind het huidige aanbod van goede kwaliteit en gezond.
1 deelnemer is van mening het geen goede kwaliteit te vinden. 12% vind het huidige aanbod alleen
van goede kwaliteit en 8% vind het alleen gezond.
Zou u advies willen over de keus die u maakt in de kantine?
Ja: 6
Nee: 19
76% wilt geen advies over de keuzes die gemaakt worden in de kantine.
24% zou wel advies willen.
Conclusie: merendeel wilt geen advies
Hoe ziet uw ideale lunch er uit?
-
Veel vezels en vitamine + sap of melk.
Geen antwoord x9.
Donker brood, zacht broodje, soepje.
Eitje, croissantje, sinaasappelsap.
Bruin brood, ham/kaas, andere vleeswaren.
-
Broodje gezond, melk en fruit.
Broodje, salade, soepje, snackje.
In balans.
Bruin brood, zuivel, fruit.
Brood, soep, salade.
Een paar boterhammen met beleg.
Brood + beleg + soep + melk + fruit.
Brood, beleg, fruit.
Twee broodjes, fruit, soep.
Gevarieerd.
Hard broodje, filet american, soep, vers brood.
Bruine boterham met divers beleg.
Zijn er producten die u mist in de kantine bij de lunch?
Nee: 23
Ja: 2
-
Omelet
Verse vis
Advies voor man leeftijd 42 (voedingscentrum)
7 sneetjes bruin brood
450ml melk (producten)
100-125 (gram) vlees (waren)/kip/eieren/vis/vleesvervangers
35 gram halvarine (5g per sneetje)
1,5 plak kaas
2 stuks fruit
200g groente
1500-2000ml dranken(incl. melk)
Hoe gezond is eigenlijk de lunch wat de populatie onder een ‘gezonde lunch’ verstaat?
17 deelnemers van de 25 ondervraagden vinden dat brood bij een gezonde lunch hoort. Hierbij
geven zes deelnemers aan dat het om bruin/donker brood gaat. De overige geven geen soort brood
aan. Zeven deelnemers neemt fruit mee in zijn antwoord en zes deelnemers geven salade als
antwoord. Hieruit blijkt dat 42,5% zich bewust is van fruit consumptie tijdens de lunch en 40% van
salade. Ook wordt gevarieerd eten eenmaal genoemd net zoals het antwoord ‘niet of niet teveel
vetten’ en ‘geen vette hap’, maar wat wordt er gezien onder ‘geen vette hap’. Is het daadwerkelijk
geen vette hap wat er dan als alternatief wordt gekozen? Het antwoord wat het meest rijk was aan
verzadigde vetten is het antwoord met ‘broodje gezond met pindasaus’.
Dit laat zien dat er niet bewust over na wordt gedacht dat een broodje gezond eigenlijk niet
zo gezond is als de naam doet zeggen. En door de keus om voor pindasaus te kiezen geeft aan dat er
niet voldoende informatie over gezonde voeding is.
Er wordt drie keer soep(waaronder eenmaal bouillon) genoemd in combinatie met brood.
Er is één keer voor het antwoord ‘broodje gezond’ gekozen.
Wat verstaat u onder een gezonde lunch?
-
1x boterham kipfilet, 1x boterham rookvlees, 1x boterham jam, 1 mandarijn
Bruin brood, vleeswaren, kaas, evt. ei
Niet of niet teveel vetten
Bruin brood, geen vette hap
Geen antwoord x2
Broodje gezond
Broodje, salade, soepje, maar een snackje op zijn tijd mag
Brood, soep, fruit, zuivel
Verse producten
Een bruine boterham met beleg
Bruin brood, beleg, fruit
Verse gezonde producten, o.a. fruit en salade
Brood + beleg + melk + fruit
Lekker eten en gezond. Brood, fruit en groente/salade
Vers fruit en salade
Salades, gezond beleg
Gevarieerd eten
Boterham met kipfilet en melk
Broodje gezond met pinda saus
Brood beleg, melk
Broodje kaas/ worst
Donker brood met hartig beleg
Hartig beleg + bouillon
Bruine boterham met beleg en glas melk
Bijlage 2 Uitwerkingen kantine aanbod
Producten
Eierkoeken
Krentenbollen
Bolussen
Beschuit
Peijnenburg ontbijtkoek
Fries roggebrood
Wasa sesamcrackers
Bruine zachte bollen
Witte zachte bollen
Bruine harde puntjes
Witte harde puntjes
Wit brood
Bruin brood
Meergranen brood
Zuurdesembrood
Banaan
Sinasappel
Mandarijn
Appels
Peren
Jus d`Orange
Karnemelk
Halvolle melk
Fritessaus 20 ml
Curry 10 ml
Ketchup 10 ml
Mosterd 4 gram
Filet American 40 gram
Leverworst 25 gram
Acherham 2 plakken 24
gram
Roompate 2 pakken 25
gram
Salami 18 gram
Gebraden kipfilet 20 gram
Jong belegen kaas 40+
Komijnenkaas 40+
Belegen kaas 40+
Slankie 20+
Chocoladevla
Bananenvla
Halfvolle yoghurt
Campina quarkdessert
Magere yoghurt
Frikandel
Kaaskroket
Broodjes knakworst met
zuurkool
Champignon crème soep
Heldere kippensoep
Voorkeur
Middenweg
Uitzondering
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Rucola
Rozijnen/komkommersalade
Aardappelsalade
Ravicottensaus
X
X
X
X
Producten per 100 gram
Energi
e (kcal)
Koolhydraten
(g)
Eiwit
(g)
Vet
verzadigd
(g)
0,5
0,8
4,7
1,9
0,2
0,2
7
1,1
0,7
0,3
0,4
0,4
0,4
0,7
0,4
0,1
0,2
0
0
0,1
0
0,2
1
3,5
0
1,6
4
8,9
2,1
11,4
13,8
2,3
???
16,8
14,6
4,4
1,6
1,8
1
2,6
0,2
6,3
5,5
Voedingsvezels
(g)
7
8,4
5,8
14
3
5,6
8
13,4
9,7
10
9,8
9
9,8
12,3
9,3
1,1
0,8
0,7
0,2
0,2
0,6
3
3,4
0
1
6,7
14,2
14,5
18,2
9,6
18,7
28,5
0
0
0
3,3
16
13,5
4,3
17
4,1
8,1
16,3
Vet
totaal
(g)
2,1
2,5
14,1
4,6
1,2
1,3
17
6,8
3,6
1,5
1,7
1,7
1,8
4,8
2,6
0,3
1
0,1
0,2
0,3
0
0,2
1,5
36
0,1
8,6
18,8
24,4
5,8
33
34,8
7,9
25
25,7
24,3
7,8
3
2,8
1,5
4
0,3
19,4
10
Eierkoeken
Krentenbol
Bolus
Beschuit
Peijnenburg ontbijtkoek
Fries roggebrood
Wasa sesamcrackers
Bruine bollen
Witte zachte bollen
Witte harde puntjes
Bruine harde puntjes
Wit brood
Bruin brood
Meergranen brood
Zuurdesembrood
Banaan
Sinasappel
Mandarijn
Appels
Peren
Jus d`Orange
Karnemelk
Halfvolle melk
Fritessaus
Ketchup
Mosterd
Filet american
Leverworst
Achterham
Roompaté
Salami
Gebraden kipfilet
Jong belegen kaas 40+
Komijnenkaas 40+
Belegen kaas 40+
Slankie 20+
Chocolade vla
Bananenvla
Halfvolle yoghurt
Campina quarkdessert
Vetarme yoghurt (mager)
Frikadel
Kaaskroket
Broodje knakworst met
zuurkool
Champignon crème soep
284
268
349
408
313
193
469
283
262
277
236
251
241
261
235
95
51
45
60
55
44
31
46
372
85
142
240
286
135
360
392
188
335
341
324
152
104
88
51
127
38
259
187
59,1
50,9
48,4
76,3
70,7
35,7
70
38,7
45,9
54,4
42,9
48,4
43,9
39
40,5
20,6
7,8
9,8
13
11,7
9,1
3,6
4,6
12
19,5
7,9
3
1,8
2,1
5,8
0,9
0,6
27
27,3
25,5
17
3,2
2,2
4,5
5,1
4,2
13
7,76
35
0,8
2,6
0,9
2,3
0,7
0,6
4,2
2,7
2,8
3,5
8,3
2,2
6,4
3,8
2,8
5
2,6
4,9
6,3
6
1,9
2
0,9
2
2,2
0,3
0
0
0
0,8
3
0,9
0,5
0,1
1,1
0
0
0
0
0
0,5
0
0,2
0
0,3
0
0
0,6
Heldere kippensoep
Rucola
Rozijnen/komkommersalade
Aardappelsalade
Ravicotten saus
45
23
173
145
333
5,2
3,5
0,7
2
0,7
1,8
0
9
16
6
1,6
0,5
14,9
8
33
0,6
0,1
0
2,2
0,7
2,7
0
0,7
Project 4, onderzoeker en voorlichter
In het laatste blok van de opleiding stond de onderzoeker en voorlichter centraal. Tijdens dit blok
hebben wij een voorlichtingsplan ontwikkeld voor allochtonen die in Nederland wonen. Deze
opdrachten hebben wij met z`n drieën uitgevoerd.
Kwalitatief Onderzoek
Zijn Turkse Nederlandse vrouwen echt zo anders?!
Een onderzoek bij Turkse vrouwen naar bewust wording van hun gezondheid
‘Voornamelijk de
mensen die weinig
bewegen, slecht eten
en dik zijn
‘dagelijks moet je 2
stuks fruit en 200
gram groenten toch’
Inhoudsopgave
Inleiding…………………………………………………………………………………………………
Analyse van volksgezondheid…………………………………………………………………
Analyse van gedrag en determinanten…………………………………………………..
Methode…………………………………………………………………………………..
Resultaten………………………………………………………………………………..
Conclusie/interventieontwikkeling…………………………………………………………
Discussie………………………………………………………………………………………………..
Literatuurlijst………………………………………………………………………………………….
2
2
5
5
7
10
12
13
Bijlage Sabine…………………………………………………………………………………………
Bijlage Zanna………………………………………………………………………………………….
Bijlage Isabel………………………………………………………………………………………….
Kritische reflectie……………………………………………………………………………………
14
17
21
26
Inleiding
Wij, 3 enthousiaste studenten, van de opleiding Voeding en Diëtetiek hebben een opdracht gekregen
van diëtistenpraktijk 2gether In Balance. Deze diëtistenpraktijk wil niet-westerse allochtone
Nederlanders graag overtuigen van het belang van een gezonde leefstijl. Onze opdracht is het
ontwikkelen van een voorlichtingsplan om een bepaalde doelgroep te overtuigen van de risico's op
welvaartziekten.
De gekozen doelgroep zijn Turkse vrouwen zonder diabetes mellitus type 2. Om deze
vrouwen zo goed mogelijk te informeren is er een voorlichtingsplan opgesteld, zodat er meer inzicht
ontstaat over het gedrag en de houding van de gekozen doelgroep tegenover diabetes mellitus type
2 en de risicofactoren.
De centrale vraag voor het gehele onderzoek is ‘Zijn Turkse vrouwen die in Nederland wonen
bewust bezig met hun gezondheid om Diabetes te voorkomen?’
Analyse van Volksgezondheid
Om de interventie te leiden tot bevordering van gezond gedrag is het voor de hand liggend om te
beginnen met een evaluatie van de gezondheidstoestand van Turkse vrouwen in Nederland. In de
analyse van volksgezondheid word de vraag gesteld ‘’wat zijn de belangrijkste
gezondheidsproblemen waarmee Turkse vrouwen worden geconfronteerd?’’
Voor de analyse is er literatuuronderzoek gedaan naar verschillende indicatoren maar ook de
kwaliteit van het leven heeft meegewogen in het vooronderzoek. De meegenomen indicatoren zijn
risicofactoren van diabetes mellitus type 2.
Demografische kenmerken
Nederland telde in 2013 395.302 personen van geregistreerde inwoners van Turkse afkomst
(Centraal Bureau voor de Statistiek , 2013).
Niet-westerse allochtonen zijn vooral geconcentreerd in de vier grootste steden in Nederland. Zo
vormen de niet-westerse allochtonen in 2008 45% van de bevolking in Amsterdam, 46% in
Rotterdam, 33% in Den Haag en 21% in Utrecht. De afkomst van de allochtonen verschilt per stad.
Onder niet-westerse allochtonen worden personen die uit de landen Afrika, Latijns-Amerika, Azië
(exclusief Indonesië en Japan) en Turkije verstaan. (Berg, 2010)
Hoeveel personen van Turkse afkomst hebben diabetes mellitus type 2?
Bij de Turkse bevolking in Nederland heeft 44% van de mannen en 26% van de vrouwen boven de 45
jaar diabetes mellitus type 2. Deze percentages zijn drie tot zes keer hoger dan blanke bevolking van
de leeftijd 45 jaar en hoger. (Diabetes Fonds, 2007)
Hoeveel personen van Turkse afkomst hebben overgewicht?
Allochtonen zijn vaak zwaarder in vergelijking met autochtonen, dit kan te maken hebben met hun
cultuur. Overgewicht komt veel voor bij vrouwen van Turkse afkomst. Onder de Turkse vrouwen
heeft 82% overgewicht en het percentage voor obesitas varieert van 26% onder Turkse vrouwen ten
opzichte van 12% onder autochtone vrouwen (GGD Limburg, 2006). Obesitas is een belangrijke
risicofactor voor een groot aantal chronische ziekten (RIVM, 2004). Dit verschil kan verklaard worden
doordat Turken vaker laag staan in de sociaal economische status, uit onderzoek blijkt dat deze
mensen vaker met overgewicht kampen. (Berg, 2010)
(RIVM, 2014)
Hoeveel personen van Turkse afkomst roken in vergelijking met Nederlanders?
Roken heeft een negatieve invloed op diabetes mellitus type 2. Van de Turkse vrouwen rookt 35% in
tegenstelling tot 25% van de autochtonen vrouwen. Dit verschil wordt waarschijnlijk veroorzaakt
doordat Turkse vrouwen een deel van hun leven in het land van oorsprong hebben doorgebracht en
hierdoor meer aan bloot zijn gesteld. (GGD Limburg, 2006)
Zijn er verschillen qua voedingsinname?
Turkse vrouwen hebben een hogere inname van gezonde vetzuren dan autochtone vrouwen, dit kan
te maken hebben met hun eetcultuur. In deze eetcultuur gebruiken ze veel olijfolie in vergelijking
met autochtone vrouwen.
De groente consumptie onder Turkse vrouwen is gunstiger dan autochtonen. Turkse vrouwen
halen de aanbeveling twee stuks fruit en 200 gram groente per dag maar ontbijten minder vaak dan
autochtone personen. (RIVM, 2014)
Naast alle gezonde producten, worden er ook veel ongezonde producten gemaakt zoals
bladerdeegproducten, koekjes en gebruikt men veel suiker. (Berg, 2010)
De alcoholinname is gestaag lager dan bij autochtone vrouwen. De percentages zijn 2% bij Turkse
vrouwen en 11% bij vrouwelijke autochtonen. (GGD Limburg, 2006)
Heeft een sociale bezigheid invloed op het eetgedrag?
Voeding is erg belangrijk in de eetcultuur van Turken. Het is een manier om waardering te tonen van
het bezoek en op ieder tijdstip van bezoek dient er een variëteit aan hapjes aangeboden te krijgen.
Door deze gastvrijheid word er altijd meer gekookt dan een standaard maaltijd, omdat er altijd word
gerekend op onverwacht bezoek.
In de Turkse cultuur zijn er veel tradities, gebruiken en normen en waarden rondom voeding
die moeilijk te beïnvloeden zullen zijn. Er word altijd meer gekookt door de gastheer/gastvrouw
De nieuwe generaties zijn al meer aan het verwesteren qua maaltijden, maar uit onderzoek blijkt dat
aan deze maaltijden dan een Turks tintje word gegeven. (Berg, 2010)
Hoe is het bewegingspatroon van personen van Turkse afkomst?
De aanbevolen beweging per dag voor volwassen is een half uur matig intensieve lichamelijke
beweging tenminste vijf dagen per week. Personen van Turkse afkomst bewegen minder dan de
aanbevolen beweging, doordat zij hiermee niet zijn opgegroeid of ze hebben nooit het belang ervan
ingezien. In hun cultuur is het niet gewoonlijk dat traditionele Turkse vrouwen activiteiten buitenhuis
mogen doen van hun echtgenoot. (Seignette, 2008)
Turkse vrouwen hebben onvoldoende lichaamsbeweging 84% tegenover 40% van de
vrouwelijke autochtonen. (GGD Limburg, 2006)
Analyse van gedrag en determinanten
Methode
Om een antwoord te krijgen op de onderzoeksvraag ‘Zijn Turkse vrouwen die in Nederland wonen
bewust bezig met hun gezondheid om diabetes te voorkomen’?, zijn er deelvragen gemaakt die te
maken hebben met de diverse onderwerpen die tijdens het interview zijn behandeld. De deelvragen
kunnen leiden tot een duidelijk inzicht op de centrale onderzoeksvraag.
Deelvragen
1 . Hoelang woont de populatie al in Nederland en hoe ziet de leefsituatie van deze populatie eruit?
Het is belangrijk om inzicht te krijgen over de achtergrond van de populatie en over de leefsituatie
om een beter beeld te krijgen hoe bepaalde factoren van invloed kunnen zijn op het gedrag van de
populatie.
2. Hoe is het gesteld met de kennis over diabetes bij de populatie?
Het is van belang om te kunnen inzien in hoeverre de doelgroep inzicht heeft over het ziektebeeld
die veel voorkomt in hun cultuur. Als de populatie zich niet bewust is van de geconstateerde
welvaartsziekte, zal er ook geen verandering plaats vinden. Op basis hiervan kan het
voorlichtingsplan worden aangepast. Het inzicht over het ziektebeeld kan worden beïnvloed door
juiste informatie te vertrekken.
3. Hoe is de attitude gesteld van de Turkse populatie en in hoeverre gaat de populatie bewust met
zijn gezondheid om?
Door het ontwikkelen van een voorlichtingsplan kan de attitude beïnvloed worden. De attitude is ook
een onderdeel van determinanten van gedrag. De houding van de populatie kan bepaalde factoren
verklaren die van invloed zijn op de gezondheid.
4. Hoe is het gesteld met de sociale invloed van de populatie van 40-60 jaar in Gorinchem?
Door hier vragen over te stellen kan worden belicht waarom bepaalde factoren van invloed zijn op de
gezondheid en gedrag van de populatie. Met deze kennis kan worden ingespeeld op het
voorlichtingsplan.
5. Hoe is de eigen effectiviteit van de populatie ingesteld als het gaat om de gezondheid met
betrekking tot diabetes?
Deze deelvraag van determinanten van gedrag is onmisbaar bij het opstellen van het
voorlichtingsplan. De eigen effectiviteit van de populatie kan bepalend zijn voor de informatie die
kan worden gegeven. Als de eigen effectiviteit hoog is zal de populatie meer openstaan voor nieuwe
inzichten van het voorlichtingsplan.
6. Wat vind de Turkse populatie van het voorlichtingsplan dat zal worden opgesteld?
De uitkomst van deze deelvraag speelt een grote rol bij de ontwikkeling van het voorlichtingsplan. De
mening van de populatie word hierbij hoog geacht.
Populatie
Voor het onderzoek is er een semigestructureerd interview afgenomen met drie Turkse vrouwen. De
populatie bestaat uit vrouwen tussen 40-60 jaar met de overeenkomst dat ze allen uit een
gemeenschappelijke apotheek in Gorinchem komen. Deze vrouwen zijn benaderd door één van de
onderzoekers en vervolgens is er door middel van een telefonisch gesprek een datum en tijd
afgesproken voor het interview. Deze vond plaats in de spreekkamer van de apotheek waar een van
de onderzoekers werkt. De vrouwen zijn van tevoren ingelicht over het doel van het gesprek. Tijdens
het interview zijn er diverse onderwerpen behandeld als: achtergrond, kennis, attitude, sociale
invloed, eigen effectiviteit en interventie.
De onderzoekers hebben als kernlabel: 'bewustzijn' gekozen. Dit label is gekozen met
achterliggende gedachte dat bewustzijn veel verteld over de kennis van de populatie en in hoeverre
ze deze toepassen. Ook sluit deze kernlabel aan op de onderzoeksvraag.
Meetinstrumenten
Voor het onderzoek is voorafgaand besproken welke instrumenten er werden gebruikt tijdens het
onderzoek. Het interview zou opgenomen worden met de camera van een telefoon, omdat dit
haalbaar was voor elke onderzoeker. Door het op te nemen kan het interview later zo correct
mogelijk geanalyseerd worden. Echter wegens het privacybeleid van de apotheek was het niet van
toepassing om het interview op te nemen. Daarom is er gebruik gemaakt van volledige notatie op
papier tijdens het interview.
Analyse
Na volledige afname van drie semigestructureerde interviews hebben de onderzoekers individueel
een interview uitgewerkt. Ook het sf-12 formulier is uitgewerkt. De antwoorden zijn geanalyseerd
waarbij deze werden gelabeld aan de topics die gevraagd zijn aan de populatie. Hierdoor is een
duidelijke structuur ontstaan. Aan de hand hiervan zijn de resultaten tot stand gekomen die in dit
verslag terug te vinden zijn.
Resultaten
Achtergrondinformatie
De ondervraagde vrouwen wonen 11, 40 en 43 jaar in Nederland. 2 vrouwen hebben een baan en 1
vrouw zorgt thuis voor haar kinderen. 2 vrouwen hebben hobby’s als; muziek maken, instrument
bespelen, fietsen, films kijken en winkelen, de andere vrouw heeft op het moment geen hobby’s,
omdat ze het erg druk heeft met werken. Alle 3 de vrouwen hebben kinderen. Er word door 2
vrouwen altijd zelf gekookt en bij 1 vrouw wordt er doordeweeks thuis gekookt door de man. De
vrouwen doen zelf de boodschappen.
Kennis & risicoperceptie
Uit de interviews is gebleken dat de ondervraagde vrouwen alle 3 bekend zijn met Diabetes Mellitus.
2 van de 3 vrouwen kon vertellen wie het risico loopt op Diabetes Mellitus en 1 vrouw dacht dat
mensen die geen aanleg hebben om dik te worden een grotere kans op Diabetes Mellitus zouden
hebben.
Als aan de populatie werd gevraagd welke mensen er risico lopen op Diabetes Mellitus dan
gaven de ondervraagden de volgende risicofactoren aan; overgewicht, roken, slecht eten en weinig
bewegen. Alle 3 de vrouwen wisten dat het lichaam bij Diabetes Mellitus een tekort aan insuline
heeft.
Bij 2 van de 3 vrouwen komt Diabetes Mellitus voor in de familie en bij de andere vrouw is
het niet duidelijk of het voor komt in de familie omdat daar geen contact mee is.
Attitude
Van de ondervraagden gaven alle 3 de vrouwen aan dat tijdens het inkopen van boodschappen word
gelet op de gezondheid. 2 van de 3 vrouwen gaven dit als volgt aan met; “ik heb de witte rijst
vervangen door zilvervliesrijst”, “ik vind het erg belangrijk het goede voorbeeld aan mijn kinderen te
laten zien.’’ De ander vrouw gaf het volgende aan; “ik let er wel op, maar ik heb een kind die van
lekker eten houdt en dat maakt het soms lastig.’’
De ondervraagde vrouwen gaven aan dat sport belangrijk is voor hun gezondheid. 2 van de 3
vrouwen hebben er weinig tijd voor maar gaven wel aan een half uur te bewegen op een dag.
Er is gevraagd wat de vrouwen vinden van overgewicht in hun omgeving, de vrouwen
reageerden hierop als volgt; “het is niet goed om zoveel vet te hebben”, “dit vind ik laks naar het
lichaam toe, geen respect voor het lichaam” en “ik denk dan wel van ze kunnen toch meer gaan
bewegen, maar ik oordeel daar liever niet over.’’
Sociale invloed
2 van de 3 vrouwen geeft aan dat familie en vrienden sporten en een gezond eetpatroon niet
belangrijk vinden. 1 van de 3 vrouwen geeft aan dat circa de helft van haar vrienden en familie zich
bezig houdt met sporten en een gezond eetpatroon.
1 van de 3 vrouwen is niet beïnvloedbaar bij het maken van een keuze, de andere vrouwen
laten zich snel beïnvloeden door familie en vrienden.
Tijdens eetgelegenheden gaan alle 3 de vrouwen snaaien of laten ze zich gaan. Ze vinden dat
het mag en lekker is. 1 van de 3 vrouwen geeft aan dat ze weinig eetgelegenheden heeft buiten de
deur.
De 3 vrouwen doen niet mee aan de ramadan, omdat de hapjes mislukken en er weinig
rekening mee word gehouden tijdens het werk in Nederland.
Eigen effectiviteit
1 van de 3 vrouwen rookt en vind het te moeilijk om te stoppen. De andere vrouwen roken niet,
maar 1 van deze vrouwen heeft 20 jaar gerookt en is gestopt omdat het slecht is voor de gezondheid
De vrouwen zouden niet meer willen bewegen om hun gezondheid te verbeteren, omdat ze
al bewegen en er geen zin of tijd voor hebben.
2 van de 3 vrouwen gaven aan gezond te eten, 1 van de 3 vrouwen zou graag gezonder willen
eten om wat kilo`s kwijt te raken. 2 vrouwen willen graag voorlichting toegereikt krijgen over gezond
eten en 1 vrouw vind dit niet nodig, omdat ze dit op internet leest en de santé maandelijks ontvangt.
De vrouwen zouden bepaalde dingen laten staan, omdat het beter is voor hun gezondheid.
Daarbij gaven ze wel aan hier wel veel moeite mee te hebben om de verleiding te weerstaan.
Interventie-ideeën
Aan de vrouwen is gevraagd of ze zichzelf gratis in de buurt zouden laten testen om erachter te
komen hoe groot de kans is op diabetes mellitus. 2 van de 3 vrouwen zouden dit graag doen, de
andere vrouw heeft zich al vaker laten testen op Diabetes Mellitus.
De volgende vraag is gesteld om erachter te komen welke voorlichting de vrouwen
aanspreekt; “hoe zou u voorlichting willen krijgen over Diabetes Mellitus en voeding?” De vrouwen
zouden graag voorlichting krijgen via youtube, facebook of een georganiseerd clubje. 2 van de 3
vrouwen zou graag willen weten welke hapjes ze neer zouden kunnen zetten op een verjaardag.
SF-12
De SF-12 is ingevuld door alle 3 de vrouwen om de kwaliteit van leven te achterhalen. 2 van de 3
vrouwen vinden hun gezondheid zeer goed en 1 vrouw vindt haar gezondheid goed. De vrouwen
hebben geen beperkingen bij matige activiteiten zoals stofzuigen, bowlen en golfen en ervaren geen
pijn bij het werk. 2 van de 3 vrouwen hebben geen beperking bij het traplopen en 1 vrouw een klein
beetje. Geen van de vrouwen heeft minder bereikt door hun gezondheid. 1 vrouw heeft minder
bereikt door haar emotionele problemen de 2 andere vrouwen ervaren hier geen problemen mee.
Vrij vaak waren 2 vrouwen kalm en vredig en 1 vrouw meestal kalm en vredig. Zelden waren
de 2 vrouwen somber en de andere vrouw soms. De sociale activiteiten werden door 2 vrouwen
zelden verstoord door lichamelijke gezondheid of emotionele problemen en bij de andere vrouw
nooit.
Conclusie/interventieontwikkeling
Diëtistenpraktijk 2gether In Balance wil niet-westerse allochtone Nederlanders graag overtuigen van
het belang van een gezonde levensstijl. Het doel is om de doelgroep; Turkse vrouwen te overtuigen
van de risico’s op welvaartsziekten, zoals diabetes, en aan te geven welke factoren van hun
voedingspatroon zorgen voor een verhoogd risico op welvaartsziekten.
Ons doel was om erachter te komen of Turkse vrouwen die in Nederland wonen bewust
bezig zijn met hun gezondheid om Diabetes te voorkomen, daarvoor is er literatuuronderzoek
gedaan en zijn er interviews afgenomen.
Aan de hand van de literatuur en de interviews die afgenomen zijn kon er een conclusie
getrokken worden. Uit de literatuur is geconstateerd dat 26% van de Turkse vrouwen boven de 45
jaar Diabetes mellitus type 2 heeft en onder de Turkse vrouwen heeft 82% overgewicht, dit is een
belangrijke risicofactor voor een groot aantal chronische ziekten (RIVM, 2004). Uit de interviews is
gebleken dat geen van de vrouwen overgewicht of Diabetes heeft maar dat ze zich bewust zijn van
het feit dat overgewicht een belangrijke risicofactor is voor Diabetes.
Uit de literatuur is geconstateerd dat personen van Turkse afkomst minder vaak bewegen
doordat zij hier niet mee zijn opgegroeid of nooit het belang ervan hebben ingezien. (Seignette,
2008) Ook blijkt uit de literatuur dat Turkse vrouwen de aanbeveling van twee stuks fruit en 200
gram groente per dag halen (RIVM, 2014), Bij de determinant van gedrag attitude werd zichtbaar
tijdens het interview dat de vrouwen tijdens het inkopen van boodschappen zich bewust bezig
houden met hun gezondheid en voldoende bewegen.
Uit de literatuur blijkt dat voeding erg belangrijk is in de eetcultuur van Turken. Door de
gastvrijheid word er altijd meer gekookt dan een standaard maaltijd, omdat er altijd word gerekend
op onverwacht bezoek, ook zijn er veel tradities, gebruiken en normen en waarden rondom voeding
die moeilijk te beïnvloeden zullen zijn. (Berg, 2010). Uit het interview kan worden opgemaakt dat bij
de sociale invloed de vrouwen snel worden beïnvloed door familie of vrienden bij het maken van
keuzes. Vrienden en familie vinden sporten en een gezond eetpatroon niet belangrijk.
In de praktijk blijkt dat de Turkse vrouwen bewust bezig zijn met hun gezondheid wat niet
overeenkomt met de literatuur, echter is dit een doelgroep van 3 personen.
Interventie
Diëtistenpraktijk 2gether In Balance kan elke maand een kookworkshop organiseren waarbij Turkse
vrouwen in kwestie meer leren over voeding in combinatie met diabetes, elke maand zal er een
ander thema zijn. Door deze kookworkshop leren de Turkse vrouwen op een gezonde en lekkere
manier koken, zodat zij tijdens familie en vrienden bezoeken dit op tafel kunnen zetten. De Turkse
vrouwen zijn beïnvloedbaar door familie en vrienden en daardoor zouden wij deze doelgroep ook
kunnen bereiken.
Matrix
Determinant
Doel (na de voorlichting)
Kennis
De Turkse vrouwen kunnen uitleggen wat
Diabetes mellitus is en hoe het ontstaat.
Risicoperceptie
De Turkse vrouwen kunnen uitleggen wat
belangrijke risicofactoren zijn voor het krijgen
van Diabetes mellitus.
Attitudes
De Turkse vrouwen kunnen voordelen noemen
van gezond eten en bewegen.
Sociale invloed
De Turkse vrouwen kunnen goede argumenten
aanvoeren tegen roken, niet bewegen, ongezond
eten en overgewicht.
Eigen effectiviteit
Dat de Turkse vrouwen meer gaan bewegen,
stoppen met roken, gezonder gaan eten, de
kookworkshop bijwonen en vrienden en familie
overtuigen van de voordelen ervan zodat zij ook
gaan deelnemen aan de kookworkshop.
Discussie
Voor het onderzoek is er voor een semigestructureerd interview gekozen met 3 vrouwen van Turkse
afkomst uit Gorinchem. Nadeel van een semigestructureerd interview is dat de onderzoeker in
beperkte mate de volgorde kan aanpassen als dat beter in de loop van het gesprek past. (Harinck,
2010) Wij waren van plan het interview op te nemen en hadden hierbij nog geen rekening gehouden
met het privacybeleid van de apotheek. Hierdoor werden de antwoorden zo nauwkeurig mogelijk
genoteerd, maar de mogelijke kans was aanwezig dat eventuele belangrijke informatie wegviel. In
een vervolgonderzoek gaat de voorkeur uit naar het opnemen van en interview, zodat het wegvallen
van informatie kan worden uitgesloten.
Door drie vrouwen te interviewen met de leeftijd 40-60 jaar wordt wel een kant van deze
populatie belicht. Het laat zien dat de populatie hun cultuur minder aanhoudt na minimaal 40 jaar in
Nederland te wonen. Over de kennis van de drie geïnterviewde Turkse vrouwen over diabetes kan
worden gezegd dat deze aanwezig is. Echter is dit slechts een gering aantal om te kunnen aannemen
dat dit ook in grote getallen het geval is.
Het voorlichtingsplan is ontwikkeld op basis van de kennis en mening die is voortgekomen
uit het interview van de populatie bestaande uit drie Turkse vrouwen. Dit voorlichtingsplan is voor
een relatief kleine populatie ontwikkeld en wellicht niet geschikt voor een ruimere populatie. Om
een nauwkeurig onderzoek te doen kan er voor een grotere doelgroep worden gekozen en
willekeurig uit diverse plaatsen, in plaats van de populatie uit één stad te kiezen. Echter zijn de
vragen die werden gesteld erg breed. Hierdoor is het risico dat de antwoorden niet specifiek genoeg
zijn en bepaalde aspecten buiten beschouwing blijven. (Harinck, 2010)
Literatuurlijst
(2012, juli 3). Opgeroepen op maart 26, 2014, van Centraal Bureau voor de Statistiek :
http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/gezondheidwelzijn/publicaties/artikelen/archief/2012/2012-3651-wm.htm
Australian Medical Association. (2011). Traffic Light Labelling. Opgehaald van Australian Medical
Association: https://ama.com.au/system/files/node/7370/Traffic+Light+Labelling++Making+healthy+food+choices+easier+for+Australians.pdf
Berg, I. v. (2010, 2). Edopot. Opgeroepen op 5 6, 2014, van Wageningen UR:
http://edepot.wur.nl/136657
Catsberg, C. (2012). Levensmiddelenleer. ThiemeMeulenhoff.
Centraat Bureau voor de Statistiek . (2013, 10 21). Bevolking; kerncijfers. Opgeroepen op 5 4, 2014,
van Centraat Bureau voor de Statistiek :
http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=37296ned&D1=a&D2=0,10,20,30,
40,50,60,(l-1),l&HD=130605-0924&HDR=G1&STB=T
Diabetes Fonds. (2007, 8). Factsheet allochtonen. Opgeroepen op 6 4, 2014, van Diabetes Fonds:
www.diabetesfonds.nl/content_v1/files/Factsheet%20allochtonen.doc
GGD Limburg. (2006, 10). Infokaart allochtonen en leeftstijl . Opgeroepen op 6 8, 2014, van GGD
limburg-noord:
http://www.ggdlimburgnoord.nl/GGD_NML_C01/UploadData/images/1/0/Pdf/Infokaarten/Infokaart
_allochtonen_en_leefstijl.pdf
Infonu. (2008). Voeding hart en vaatziekten. Opgeroepen op 03 28, 2014, van Infonu: http://mensen-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/19462-voeding-en-hart-en-vaatziekten-visvetzuren.html
Kresser, C. (2010). Opgeroepen op 03 28, 2014, van Chris Kresser: http://chriskresser.com/is-eatingfish-safe-a-lot-safer-than-not-eating-fish
Lortzen, D. M. (2013). Gezondheid en verzuim het meest bepalend voor aannemen en behoud van
personeel. Opgehaald van TNO:
https://www.tno.nl/content.cfm?context=overtno&content=persbericht&laag1=37&item_id=201310
030036
Marloes. (2013, september 11). voeding. Opgehaald van optima vita:
http://www.optimavita.nl/voeding/gezond-broodbeleg/
Nu. (2012, 10 14). Lifestyle. Opgeroepen op 03 24, 2014, van Nu:
http://www.nu.nl/lifestyle/2958508/nederlanders-eten-weinig-vis.html
RIVM. (2004). Ons eten gemeten. Opgeroepen op 6 5, 2014, van Rijksinstituut voor Volksgezondheid
en Milieu: http://rivm.openrepository.com/rivm/bitstream/10029/8860/1/270555007.pdf
RIVM. (2014, 6 5). Voeding: Zijn er verschillen naar etniciteit? Opgeroepen op 6 6, 2014, van
Nationaal Kompas :
http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/leefstijl/voeding/zijn-er-verschillennaar-etniciteit/
Seignette, C. (2008, 03). Niet-westerse immigranetn hebben vaker overgewicht. Opgeroepen op 6 5,
2014, van Bloedsuiker: http://www.bloedsuiker.nl/index.php?edition_id=409&article_id=3499
Stichting voedingscentrum Nederland. (sd). Eiwitten. Opgeroepen op 04 2014, 04, van
Voedingscentrum: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/eiwitten.aspx
Voedingscentrum. (sd). Fruit. Opgehaald van Voedingscentrum:
http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/fruit.aspx#blok3
Voedingscentrum. (sd). Gezonde keuze stimuleren. Opgehaald van Voedingscentrum:
http://gezondeschoolkantine.voedingscentrum.nl/nl/inspiratie/Gezonde-keuze-stimuleren.aspx
Voedingscentrum. (sd). kies ik gezond? Opgeroepen op 04 2014, 05, van voedingscentrum:
https://mijn.voedingscentrum.nl/nl/kies-ik-gezond/
Voedingswaarde. (sd). Opgeroepen op 04 2014, 04, van Voedingswaardetabel:
http://www.voedingswaardetabel.nl/voedingswaarde/voedingsmiddel/?id=1184
Wijk, R. d. (2010). Consumentenonderzoek in het restaurant van de toekomst. Opgehaald van
Wageningen UR: http://edepot.wur.nl/159604
Bijlage Sabine
Datum 25-05-2014
Interview met Turkse vrouw van 45 jaar.
Achtergrondinformatie:
1. Hoe lang woont u al in Nederland?
“Even denken, ik ben in 2003 in Nederland komen wonen samen met mijn man. Ik woon hier nu
ongeveer 11 jaar.”
2. Wat doet u voor werk?
“Ik werk als receptioniste bij een hotel, ik ben begonnen in de housekeeping bij dit hotel toen mijn
Nederlands nog niet zo goed was hiervoor heb ik een cursus gevolgd zodat ik uiteindelijk als
receptioniste kon gaan werken.”
3. Heeft u naast het werk ook nog hobby`s?
“Ik heb momenteel geen hobby`s omat ik het erg druk heb met mijn baan en mijn gezin.”
4. Ik begrijp dat u een man en kinderen heeft? Wie kookt er bij u thuis?
“Ja mijn man en ik hebben 3 kinderen, meestal kook ik zelf maar als ik onregelmatige tijden moet
werken dan koken mijn man en kinderen samen.”
Kennis over diabetes:
1. Bent u bekend met diabetes?
“Ja, mijn moeder heeft diabetes. En ze moet ook insuline spuiten en daar help ik haar wel eens bij als
het niet lukt.”
2. Wie denkt u dat er risico loopt om diabetes te krijgen?
“Voornamelijk de mensen die weinig bewegen, slecht eten en dik zijn.”
3. Komt het bij u in de familie voor?
(zie vraag 1)
Attitude:
1. Houd u rekening met uw gezondheid bij het kopen van eten?
“Ja ik vind het erg belangrijk om gezond te eten en het goede voorbeeld aan mijn kinderen te laten
zien.”
2. Hoe denkt u over sporten?
“Sporten vind ik niet zo leuk maar ik fiets wel elke dag een kwartier naar mijn werk omdat ik weet
dat het belangrijk is om te bewegen”
3. Wat vind u van mensen in de omgeving die overgewicht hebben?
“Ik denk wel van ze kunnen toch gaan bewegen maar ik weet niet wat de reden is dat ze dik zijn en
oordeel daar dan eigenlijk ook niet over”
Sociale invloed:
1. Wat vinden uw vrienden/familie en kennissen van sporten?
“Sinds mijn moeder diabetes heeft is mijn familie meer gaan sporten. Mijn vrienden en kennissen die
vinden sporten niet belangrijk en ook niet leuk”
2. Hoe denken zij over een gezond eetpatroon?
“Ze eten ongezond en vinden wat ik klaarmaak niet zo lekker.”
3. Word u snel beïnvloed door anderen bij het maken van een beslissing?
“Nee ik laat mij niet zo snel beïnvloede want ik weet dat ik dan verkeerd bezig ben.”
4. Hebben eetgelegenheden invloed op uw eetgedrag, eet u dan anders als gewoonlijk?
“Ja ik eet dan anders als ik thuis zou doen. Gelukkig heb ik maar weinig etentjes buiten de deur.”
5. Doet u mee aan de ramadan of andere feesten?
“Nee daar doe ik niet aan mee. Toen in nog in Turkije woonde deed ik dat wel maar ik vond het
moeilijk om vol te houden als ik moest werken of een drukke dag had en daar houden ze in
Nederland geen rekening mee. Dit vond ik zwaar en ik ben er daarom ook mee gestopt.”
Eigen effectiviteit:
1. Rookt u?
“nee ik vind het erg vies en ongezond.”
2. Zou u gezonder willen eten?
“Ik probeer al zo gezond mogelijk te eten dus ik denk dat dat niet nodig is.”
3. Zou u graag voorlichting ontvangen over een gezond eetpatroon?
“Voorlichting is altijd welkom, misschien haal ik daar nog iets uit.”
4. Zou u bepaalde dingen laten staan als dat beter is voor uw gezondheid?
“Ja ik probeer dit al zo veel mogelijk maar soms is de verleiding erg groot als ik buiten de deur eet”,
5. Zou u meer gaan bewegen omdat dit beter is voor uw gezondheid?
“Nee, ik vind sporten niet zo leuk en fiets elke dag naar mijn werk toe, dit vind ik wel genoeg voor
een dag”.
Interventie:
1. Als er een mogelijkheid is om uzelf gratis te laten testen op hoe groot de kans is op diabetes in de
omgeving zou u dit dan doen?
“Ik voel me goed en denk dat ik geen diabetes heb maar als het gratis is dan zou ik het wel doen.”
2. Als u wat meer over diabetes zou willen weten waar zou u dit dan vandaan halen?
“Ik zou het als eerste bij mijn moeder vragen omdat zij zelf diabetes heeft weet ze er ook al veel over.
Op internet zou ik ook wel gaan zoeken dat heb ik altijd bij de hand.”
3. Welke websites gebruikt u dan?
“Ik zoek altijd op Google en dan zie ik vanzelf wel wat ik tegen kom.”
4. Maakt u gebruik van social media? Zoja welke?
“Ja als ik vrij ben zit ik vaak op internet. Ik kijk vaak filmpjes op Youtube en zit heel af en toe op
Facebook. Ook zoek ik altijd recepten op als ik uitgebreid wil koken.”
5. Hoe zou u graag voorlichting willen krijgen over diabetes en voeding?
“Ik zou best wel voorlichting willen krijgen over voeding, omdat ik het leuk vind om op mijn vrije
dagen uitgebreid te koken en lekkere hapjes te bereiden. Ik vind het altijd lastig om iets te maken op
verjaardagen omdat dit vaak wat ongezonder is en daar zou ik wel advies over willen.”
KvL: subjectieve kant: SF-12
1. Zou u, in het algemeen, zeggen dat uw gezondheid uitstekend, zeer goed, goed, matig of
slecht is?
Zeer goed
De volgende vragen gaan over activiteiten die u tijdens een doorsnee dag zou kunnen verrichten.
Beperkt uw gezondheid u tijdens deze activiteiten? Zo ja, hoeveel?
2. Matige activiteiten zoals het verplaatsen van een tafel, stofzuigen, bowlen of golfen. Beperkt
uw gezondheid u hierbij:
Helemaal niet
3. Meerdere trappen oplopen. Beperkt uw gezondheid u hierbij:
Een beetje
4. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door uw lichamelijke
gezondheid?
Nee
5. Was u in de afgelopen 4 weken beperkt door uw lichamelijke gezondheid in uw werk of
andere veelvoorkomende activiteiten?
Nee
6. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door emotionele
problemen, zoals gevoelens van somberheid of angst?
Ja
7. Heeft u in de afgelopen 4 weken uw werk of andere veelvoorkomende activiteiten minder
zorgvuldig dan gewoonlijk gedaan door emotionele problemen, zoals gevoelens van
somberheid of angst?
Ja
8. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde pijn uw normale werk, zowel werk buitenshuis
als uw huishoudelijke activiteiten?
Helemaal niet
De volgende vragen gaan over hoe u zich voelt en hoe het met u is gegaan de afgelopen 4 weken.
Geef s.v.p. voor iedere vraag, het antwoord dat het dichtst in de buurt komt van hoe u zich heeft
gevoeld.
9. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich kalm en vredig?
Meestal
10. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken had u veel energie?
Vrij vaak
11. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich somber?
Soms
12. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde uw lichamelijke gezondheid of emotionele
problemen uw sociale activiteiten, zoals bezoeken van vrienden, familie etc.?
Zelden
Bijlage Zanna
Datum 25-05-2014
Interview met Turkse vrouw van 54 jaar
Achtergrondinformatie
1. Hoe lang woont u al in Nederland?
“Eh, 40 jaar. Sinds mijn 14e”.
2. Wat voor werk doet u?
“Ik werk thuis, ik zorg voor mijn kinderen”.
3. Heeft u hobby`s?
“Handwerken, muziek maken naja instrument bespelen”.
4. Hoe ziet uw gezinssamenstelling eruit?
“Mijn man, 3 zonen en 2 dochters”.
- wie kookt er
“Ik meestal en ik doe ook de boodschappen”.
Kennis over diabetes
1. Bent u bekend met diabetes?
“Ja”.
2. Weet u er iets vanaf, wat denkt u dat het is?
“Eh ja, dat je suiker gehalte te hoog is, in je bloed toch”?!
3. Komt het bij u in de familie voor?
“Diabetes? Nee volgens mij niet. Ik heb niet veel contact met mijn familie meer in Turkije. Mijn
ouders hebben het in iedergeval niet”.
4. Wie denkt u dat er risico loopt en waarom?
“Eh, ik denk mensen met overgewicht en mensen die geen aanleg hebben om dik te worden, denk
dat die mensen een risico lopen”.
Attitude (gezondheid)
1. Houd u rekening met uw gezondheid bij het kopen van eten?
“Ja, ik probeer er altijd wel op te letten al doe ik boodschappen. Ik koop dan meer groentes en koop
tegenwoordig ook zilvervliesrijst ipv normale rijst, ik las dat zilvervliesrijst beter is”.
2. Hoe denkt u over sporten?
“Sporten is goed, goed voor het lichaam en de geest”.
3. Wat vind u van mensen in uw omgeving die overgewicht hebben?
“Die vind ik laks naar hun lichaam, hoe moet ik dat zeggen... Ik vind dat je geen respect hebt voor je
lichaam”.
Sociale invloed
1. Wat vinden uw vrienden/familie en kennissen van sporten?
“Die vinden sporten jaa..de meeste van mijn vrienden sporten. Ik denk dat ze dat wel leuk vinden”.
2. Hoe denken uw vrienden/familie en kennissen over een gezond eetpatroon?
“Ik denk dat ze eh.. ik denk dat de helft van mijn vrienden een gezond eetpatroon hebben. En de
andere helft ontkennen het of willen graag bij het oude blijven, bij hun gewoonte”.
3. Word u snel beïnvloed door anderen bij het maken van een beslissing?
“Ehm.. Ja dat denk ik wel, zeker omdat mijn vrienden ook sporten, dat geeft mij wel motivatie ook”.
4. Hebben eetgelegenheden invloed op uw eetgedrag, eet u dan anders als gewoonlijk?
“Dan eet je snel minder gezond, en er staat dan wat lekkers op tafel. ik moet het dan ook gewoon
eten. Zo lekker”!!
5. Doet u mee aan de ramadan, zoja word hierdoor uw eetpatroon anders?
“Nee, ik doe niet mee aan de ramadan. Geen enkel feest, ik vind het wel lekker wat ze maken met
het Suikerfeest! Dat maak ik dan wel hoor als extra in de avond ofzo”.
Eigen effectiviteit
1. Rookt u? zoja waarom rookt u?
“Ja, dat deed ik al als kind en ik vind het moeilijk om te stoppen”.
2. Als het nodig was om te stoppen i.v.m. uw gezondheid zou ik dit dan doen?
“Ik heb het al zo vaak geprobeerd en elke keer als er iets ja.. ik probeer het elke keer weer”.
3. Zou u gezonder willen eten?
“Volgens mij eten wij gezond”.
4. Zou u graag voorlichting ontvangen over een gezond eetpatroon?
“Nee, ik lees veel en zoek veel dingen op, op het internet bijvoorbeeld. Wij krijgen ook elke maand de
sante binnen waar veel tips in staan”.
5. Zou u graag willen bewegen omdat het beter is voor uw gezondheid?
“Ik beweeg al, ik heb geen tijd om meer te bewegen met 5 kinderen”.
6. Zou u bepaalde dingen laten staan als dat beter is voor uw gezondheid?
“Dat denk ik wel, moeizaam want.. ik vind veel dingen lekker”.
Interventie
1. Als er een mogelijkheid was om uzelf gratis in de buurt te laten testen hoe groot de kans is op
diabetes, zou u dit dan doen?
“Ja dat denk ik wel. Handig om te weten toch”?!
2. Hoe zou u voorlichting willen krijgen over diabetes en voeding?
“In een klein groepje, Als er zoiets word georganiseerd word, wat in de buurt is, dat je met een clubje
vriendinnen heen kan. Maar geen voorlichtingsavond omdat er dan teveel.
Geen folder want die gooi ik gelijk de deur uit. Ik gebruik wel facebook. En al heb je diabetes dan is
het wel leuk al heb je een clubje, die feedback uitwisselt en ervaringen. Welke hapjes kan je
neerzetten op een verjaardag of feestje. Ik wil iets spelenderwijs met leuke tips en trucs, die ik kan
toepassen.
Dit kan ook heel leuk via social media dat je dit aankondigt want de meeste 50+ vrouwen hebben
facebook”.
KvL: subjectieve kant: SF-12
1. Zou u, in het algemeen, zeggen dat uw gezondheid uitstekend, zeer goed, goed, matig of
slecht is?
a. Uitstekend
b. zeer goed
c. goed
d. matig
e. slecht
De volgende vragen gaan over activiteiten die u tijdens een doorsnee dag zou kunnen verrichten.
Beperkt uw gezondheid u tijdens deze activiteiten? Zo ja, hoeveel?
2. Matige activiteiten zoals het verplaatsen van een tafel, stofzuigen, bowlen of golfen. Beperkt
uw gezondheid u hierbij:
a. Veel
b. Een beetje
c. Helemaal niet
3. Meerdere trappen oplopen. Beperkt uw gezondheid u hierbij:
a. Veel
b. Een beetje
c. Helemaal niet
4. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door uw lichamelijke
gezondheid?
a. Nee
b. Ja
5. Was u in de afgelopen 4 weken beperkt door uw lichamelijke gezondheid in uw werk
of andere veelvoorkomende activiteiten?
a. Nee
b. Ja
6. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door emotionele
problemen, zoals gevoelens van somberheid of angst?
a. Nee
b. Ja
7. Heeft u in de afgelopen 4 weken uw werk of andere veelvoorkomende activiteiten minder
zorgvuldig dan gewoonlijk gedaan door emotionele problemen, zoals gevoelens van
somberheid of angst?
a. Nee
b. Ja
8. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde pijn uw normale werk, zowel werk buitenshuis
als uw huishoudelijke activiteiten?
a. Helemaal niet
b. Enigszins
c. Matig
d. Vrij veel
e. Enorm
De volgende vragen gaan over hoe u zich voelt en hoe het met u is gegaan de afgelopen 4 weken.
Geef svp voor iedere vraag, het antwoord dat het dichtst in de buurt komt van hoe u zich heeft
gevoeld.
9. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich kalm en vredig?
a. De hele tijd
b. Meestal
c. Vrij vaak
d. Soms
e. Zelden
f. Helemaal nooit
10. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken had u veel energie?
a. De hele tijd
b. Meestal
c. Vrij vaak
d. Soms Zelden
e. Helemaal nooit
11. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich somber?
a. De hele tijd
b. Meestal
c. Vrij vaak
d. Soms
e. Zelden
f. Helemaal nooit
12. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde uw lichamelijke gezondheid of emotionele
problemen uw sociale activiteiten, zoals bezoeken van vrienden, familie etc.?
a. De hele tijd
b. Meestal
c. Soms
d. Zelden
e. Helemaal nooit
Bijlage Isabel
Datum 25-05-2014
Interview met Turkse vrouw van 49 jaar
Achtergrondinformatie
1. Hoe lang woont u al in Nederland?
‘Eens even denken hoor, ik was 6 jaar toen ik vanuit Turkije naar Nederland kwam dus ik woon al 43
jaar in Nederland.’
2. Wat voor werk doet u?
‘Ik werk fulltime voor Depend, dat is een merk van incontinentiemateriaal, ik regel dan voor
zorginstellingen contracten die gemaakt worden met betrekking tot het materiaal. Ook geef ik
voorlichting over Depend bij de zorginstellingen aan het personeel.´
3. Heeft u hobby`s?
‘Uhm ja, als ik tijd heb wel haha! .. Fietsen met mooi weer, films kijken, bijvoorbeeld in de bios of
thuis op de bank en natuurlijk winkelen vind ik erg leuk’
4. Hoe ziet uw gezinssamenstelling eruit?
‘Ik woon samen met mijn man en dochter, onze zoon is al uit huis en woont op kamers. Ik heb dus
twee kinderen.´
5. Wie kookt er en doet de boodschappen?
´Doordeweeks ben ik meestal laat thuis, omdat ik tot 6 uur werk. Dus dan kookt Achmed, mijn man,
vaak de avondmaaltijd. Maar de boodschappen doe ik hoor, ik weet wat we precies nodig hebben in
huis haha!´
6. Wat kookt hij dan?
‘Doordeweeks vaak gewoon aardappels, best wel Nederlands dus haha, en in het weekend maak ik
weleens lekkere Turkse hapjes als gevulde paprika en druivenbladeren met rijst, gehakt en kruiden.
Maar we eten ook weleens lekker couscous, dat vind mijn dochter erg lekker’.
Kennis over diabetes
1.Bent u bekend met diabetes?
‘Ja het zit in mijn familie, mijn ouders hebben het allebei. Mijn moeder spreekt slecht Nederlands,
dus dan moet ik haar ook vaak helpen met haar medicatie’.
2. Komt het bij u in de familie voor?
‘Ja mijn schoonfamilie en mijn familie hebben het allebei’.
3. Weet u er iets vanaf, wat denkt u dat het is?
‘Ja ik weet waarom het suikerziekte heet, lichaam maakt geen insuline meer aan hè’.
4. Wie denkt u dat er risico loopt en waarom?
‘Mensen die overgewicht hebben en veel roken, maar ook slecht eten’.
Attitude
1. Houd u rekening met uw gezondheid bij het kopen van eten?
‘Ja ik let er wel op, maar ik heb ook een kind die houd van lekker eten en dan is het lastig soms om
alleen maar gezonde producten te kopen’.
2. Wat verstaat u onder gezonde voeding?
‘dagelijks moet je 2 stuks fruit en 200 gram groenten toch’.
- Komt u hier ook aan?
‘Ja dat lukt mij altijd wel goed om voldoende hiervan te eten.’
3. Hoe denkt u over sporten?
‘Sporten is belangrijk, maar het lukt mij niet altijd. Ik ben erg moe savonds als ik thuis kom van het
werk. Op mijn werk ben ik ook heel de dag in beweging’.
- Weet u hoeveel u moet bewegen dagelijks?
‘Ja een half uur toch’.
4. Wat vind u van mensen in uw omgeving die overgewicht hebben?
‘In mijn familie zitten er wel wat zwaardere mensen bij en ik zeg er dan niet altijd wat van, maar het
is niet goed om zoveel vet te hebben’.
Sociale invloed
1. Wat vinden uw vrienden/familie en kennissen van sporten?
‘Die zijn niet zo sportief eigenlijk. We gaan weleens fietsen met het gezin of wandelen met mooi
weer maar daar houdt het ook bij op. Mijn vriendinnen zien winkelen als sport, haha’.
2. Hoe denken uw vrienden/familie en kennissen over een gezond eetpatroon?
‘De oudere generatie van onze familie is daar niet zo bewust mee bezig hoor, zij maken veel Turkse
hapjes en eten echt niet zoveel aardappels als wij doordeweeks, haha’.
3. Word u snel beïnvloed door anderen bij het maken van een beslissing?
‘Ik merk wel dat zodra ik hoor dat iets slecht is of iets ongezond is dat ik dan gevoelig ben om mij
mee te laten slepen. Omdat ik eigenlijk toch wel vaak probeer op te letten en als er dan een nieuwe
hype is qua nieuw dieet of voeding ben ik gelijk geïnteresseerd’.
4. Hebben eetgelegenheden invloed op uw eetgedrag, eet u dan anders als gewoonlijk?
‘Ja dan ga ik sneller snaaien naar lekkere hapjes. Maar dat vind ik ook dat het mag hoor’.
5. Doet u mee aan de ramadan, zoja word hierdoor uw eetpatroon anders?
‘Nee daar doe ik niet aan mee, wel doe ik mee met het Suikerfeest. Mijn moeder maakt dan alle
hapjes klaar, want ik ben daar niet goed in. Bij mij mislukken die hapjes meestal, haha!’.
Eigen effectiviteit
1. Rookt u? Zoja ,waarom rookt u?
‘ik heb 20 jaar gerookt, maar ben al een tijdje gestopt’.
2. Als het nodig was om te stoppen i.v.m. uw gezondheid zou ik dit dan doen?
‘Ik ben al 2 jaar gestopt met roken en ik vind het nu ook gelukkig vies. Het is zo ontzettend slecht
voor je. Ik was ook de enige op mijn werk die rookte, gelukkig motiveerde dat ook wel’.
3. Zou u gezonder willen eten?
‘Ja ik zou wel wat kilo’s kwijt willen. Ik ben veel aangekomen in korte tijd en het zit allemaal op mijn
buik. Ik snaai zoveel en dat is niet goed hè’.
4. Zou u graag voorlichting ontvangen over een gezond eetpatroon?
‘Ja, ik kijk nu af en toe Turkse filmpjes op Youtube. Dat is van Turkse doktoren en diëtisten die dan
weer een nieuw dieet hebben. Dan weer met veel eiwitten, dan eet ik soms elke dag 2 eieren, maar
dat hou ik ook niet vol’.
5. Zou u graag willen bewegen omdat het beter is voor uw gezondheid?
‘Ik heb niet zoveel zin om echt te gaan sporten, maar als ik niet op mijn werk ben doe ik wel wat
anders. Ik zit eigenlijk nooit echt stil, of ik ben druk in huis of boodschappen doen. En met mooi weer
ga ik weleens fietsen in mijn vrije tijd’.
6. Zou u bepaalde dingen laten staan als dat beter is voor uw gezondheid?
‘Ja ik weet wel dat snackjes niet allemaal zo goed zijn en op mijn werk wordt er ook heel vaak een
snoepzak open getrokken. De ene keer kan ik het beter weerstaan dan de andere keer. Vaak als ik
wat langer mijn best heb gedaan, of als ik zie dat ik ben afgevallen kan ik de verleiding beter
weerstaan’.
Interventie
1.Als er een mogelijkheid was om uzelf gratis in de buurt te laten testen hoe groot de kans is op
diabetes, zou u dit dan doen?
‘Ik ben al vaker getest op diabetes, omdat het zo voorkomt in mijn familie. Maar gelukkig heb ik (nog)
geen diabetes’.
2.Hoe zou u voorlichting willen krijgen over diabetes en voeding?
‘Nou, ik kijk vaak op Youtube voor filmpjes over nieuwe diëten of wat doktors hebben ontdekt wat
goed is voor het lichaam. Deze vorm van voorlichting is voor mij aantrekkelijk, omdat het makkelijk te
bereiken is’.
KvL: subjectieve kant: SF-12
2. Zou u, in het algemeen, zeggen dat uw gezondheid uitstekend, zeer goed, goed, matig of
slecht is?
a. Uitstekend
b. zeer goed
c. goed
d. matig
e. slecht
De volgende vragen gaan over activiteiten die u tijdens een doorsnee dag zou kunnen verrichten.
Beperkt uw gezondheid u tijdens deze activiteiten? Zo ja, hoeveel?
3. Matige activiteiten zoals het verplaatsen van een tafel, stofzuigen, bowlen of golfen. Beperkt
uw gezondheid u hierbij:
a. Veel
b. Een beetje
c. Helemaal niet
4. Meerdere trappen oplopen. Beperkt uw gezondheid u hierbij:
a. Veel
b. Een beetje
c. Helemaal niet
5. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door uw lichamelijke
gezondheid?
a. Nee
b. Ja
6. Was u in de afgelopen 4 weken beperkt door uw lichamelijke gezondheid in uw werk of
andere veelvoorkomende activiteiten?
a. Nee
b. Ja
13. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door emotionele
problemen, zoals gevoelens van somberheid of angst?
a. Nee
b. Ja
14. Heeft u in de afgelopen 4 weken uw werk of andere veelvoorkomende activiteiten minder
zorgvuldig dan gewoonlijk gedaan door emotionele problemen, zoals gevoelens van
somberheid of angst?
a. Nee
b. Ja
15. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde pijn uw normale werk, zowel werk buitenshuis
als uw huishoudelijke activiteiten?
a. Helemaal niet
b. Enigszins
c. Matig
d. Vrij veel
e. Enorm
De volgende vragen gaan over hoe u zich voelt en hoe het met u is gegaan de afgelopen 4 weken.
Geef svp voor iedere vraag, het antwoord dat het dichtst in de buurt komt van hoe u zich heeft
gevoeld.
16. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich kalm en vredig?
a. De hele tijd
b. Meestal
c. Vrij vaak
d. Soms
e. Zelden
f. Helemaal nooit
17. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken had u veel energie?
a. De hele tijd
b. Meestal
c. Vrij vaak
d. Soms Zelden
e. Helemaal nooit
18. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich somber?
a. De hele tijd
b. Meestal
c. Vrij vaak
d. Soms
e. Zelden
f. Helemaal nooit
19. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde uw lichamelijke gezondheid of emotionele
problemen uw sociale activiteiten, zoals bezoeken van vrienden, familie etc.?
a. De hele tijd
b.
c.
d.
e.
Meestal
Soms
Zelden
Helemaal nooit
Kritische reflectie
Als jullie de beschikking hadden over alle tijd, geld, ruimte en mogelijkheden (maar rekening houdend
met de achtergrond van de doelgroep), hoe hadden jullie deze opdracht dan aangepakt.
Wij vonden deze doelgroep erg leuk. Het waren leuke, spontane Turkse Nederlandse vrouwen. Als
wij meer geld, tijd, ruimte en andere mogelijkheden tot onze beschikking hadden gehad, had het
project er anders uitgezien.
We hadden dan een evenement willen organiseren, op een plek waar veel Turkse Nederlandse
vrouwen samenkomen, of graag naar toe gaan. Met dit evenement bereik je een grotere doelgroep
waarbij je meer informatie kan vergaren. Op het evenement zouden wij de Turkse vrouwen willen
interviewen en kennis laten maken met verschillende voorlichtingsmodellen. Bij deze
voorlichtingsmodellen willen we laten zien hoe deze te werk gaan, zoals bij de uiteindelijke conclusie
van het onderzoek, een kookworkshop geven. Er kan ook gedacht worden aan een film, een activiteit
spelenderwijs, websites, folders etc.
Door deze voorlichtingsmodellen al te laten zien, kunnen we kijken of de personen het in de
praktijk ook leuk vinden. Daarnaast willen we voorafgaand een interview afnemen met specifiekere
vragen zodat we tot een betere conclusie kunnen komen en daarbij goede apparatuur om op te
nemen.
Op het evenement zullen ook verschillende bedrijven aanwezig zijn, die gezonde Turkse
gerechten maken en die tips en trucks geven over gezonde voeding in de Turkse eetcultuur.
We hopen dat het een gezellige dag zou worden met een andere cultuur en eetcultuur.
Formuleer tenminste drie relevante vragen waar een volgende onderzoeker mee aan de slag kan.
1. Zijn er nog veel verschillen tussen Turkse Nederlandse vrouwen en Nederlandse vrouwen?
2. Hoe koken Turkse Nederlandse vrouwen tegenwoordig, traditioneel of met Nederlandse
producten.
3. Hoe is de algemene kennis onder Turkse Nederlandse vrouwen?
Sterke en zwakke punten van literatuur.
Sterke punten:
1. De literatuur die is gevonden, zijn van goede bronnen en onderzoeken.
2. De literatuur die is gevonden, sluit aan op de zoektermen en de gestelde deelvragen.
Zwakke punten:
1. De literatuur die is gevonden, is erg algemeen en we hadden liever onderzoeken gevonden
die wat dieper gingen op welvaartziekten en niet alleen de algemene informatie over de
Turkse cultuur.
2. We hadden liever meer informatie gewild over de eetcultuur en de voedingsmiddelen die nu
worden gebruikt bijvoorbeeld in NL door Turkse vrouwen die hier al een langere tijd wonen.
Sterke en zwakke punten van het onderzoek.
Sterke punten:
1. Persoonlijk benaderd, dan krijg je een beter beeld als via een enquête dit word vaak maar
snel ingevuld.
2. Op een professionele manier interview afgenomen in de spreekkamer van de apotheek.
Zwakke punten:
1. De doelgroep is zich al bewust van diabetes en wat de risicofactoren zijn dus voor hen is het
al vrij duidelijk hoe diabetes te voorkomen is. Als we een doelgroep hadden gekozen die zich
niet bewust is van Diabetes kunnen we ervoor zorgen dat het op tijd voorkomen word.
2. Onze doelgroep bestaat uit 3 personen dit is erg klein.
-In hoeverre geeft jullie plan nieuwe inzichten (isabel)
-Wat adviseren jullie voor een vervolgonderzoek (isabel)
-Waar hebben jullie geen rekening mee gehouden (isabel)
Symbolische interactionisme
Tijdens deze opdracht hebben we op microniveau gekeken naar de doelgroep om te zien of de
doelgroep Turkse vrouwen bewust bezig zijn om Diabetes te voorkomen. De Turkse vrouwen hebben
het SF-12 ingevuld aan de hand hiervan konden wij de kwaliteit van leven meten hierdoor konden wij
opmaken dat de Turkse vrouwen een goede gezondheid hebben. Uit de interviews is gebleken dat
alle 3 de vrouwen een baan hebben. De gezondheid en de sociaal economische status hangen nauw
samen met elkaar, wanneer de gezondheid word belemmerd leid dit tot een lagere sociale status. In
onze doelgroep hadden wij geen vrouwen zonder baan en geen vrouwen met
gezondheidsproblemen hierdoor kunnen wij dus niet achterhalen of dat dit ook het geval zou zijn bij
de doelgroep Turkse vrouwen.
Als je kijkt naar de interactietheorie, zie je dat bij de significant others; de vrienden, familie
en kennissen niet bewust bezig zijn met hun gezondheid om diabetes te voorkomen. De significant
others zorgen voor de interactie maar bij onze doelgroep is deze interactie klein, want onze
doelgroep is bewust bezig in het dagelijkse leven met hun gezondheid en in het bijzijn van familie,
vrienden en kennissen letten ze minder goed op hun gezondheid en snaaien ze meer. We proberen
met de kookworkshop te bereiken dat familie, vrienden en kennissen de rol van significant others
aannemen waardoor ze zich bewust worden van hun gezondheid.
De Selffulfilling prophecy van de vrouwen is positief, ze zijn zich bewust van wat ze doen en
wat ze kunnen dit blijkt uit de interviews en de SF-12. Ondanks dat de familie, vrienden en kennissen
niet bewust bezig zijn met hun gezondheid trekken zij zich daar niks van aan en zijn ze zelf bewust
bezig met hun gezondheid.
Download