Inhoud Project 1, behandelaar en onderzoeker .................................................................................................. 2 Project 2, Manager voeding en ondernemer .......................................................................................... 8 Project 3, rol onderzoeker en adviseur ................................................................................................. 35 Project 4, onderzoeker en voorlichter .................................................................................................. 51 Project 1, behandelaar en onderzoeker Rol onderzoeker In het eerst blok van de opleiding stond de behandelaar en de onderzoeker centraal. Ik ben op zoek gegaan naar 5 personen die een eetdagboekje bij wilde houden voor 3 dagen. In deze opdracht had ik gekozen voor 5 uitwonende studenten met de leeftijd tussen 20 en 25 jaar om te kijken hoe gezond deze studenten nou eigenlijk eten. Deze personen heb ik telefonische benaderd en gevraagd of ze dat wilde bijhouden. Ze vonden het een leuk idee en ook omdat ik ze er uiteindelijk over kon gaan adviseren. Deze eetdagboekjes hebben ze bij mij ingeleverd via de mail met hun beweegschema erbij. Dit ben ik toen gaan analyseren en berekenen met behulp van de eetmeter van voedingscentrum. Aan de hand hiervan kon ik de macronutriënten in procenten berekenen. Toen deze berekend waren heb ik de richtlijnen opgezocht zodat ik dit met elkaar kon gaan vergelijken. Nadat ik deze richtlijnen had opgezocht kwam ik erachter wat deze studenten tekort of teveel hadden. Maar ik moest ook de gevolgen ervan op gaan zoeken, dit heb ik gedaan door middel van wetenschappelijke artikelen. De databanken die ik daarvoor heb gebruikt: gezondheidsraad, voedingscentrum, hva nieuws, informatorium voor voeding en dietetiek, pubmed en boeken. De zoektermen ‘studenten’, ‘eetpratoon studenten’, ’schijf van vijf’, ‘BMI’, ‘voedingsvezels’,’onverzadigde en verzadigde vetten’, ‘schade alcohol’, ‘te weinig koolhydraten’, ‘lage energie inname’. Aan de hand hiervan heb ik er een verslag over geschreven, hierbij heb ik de bronnen toegepast. Dit is het onderzoek wat ik gedaan heb. Rol behandelaar Nadat ik dit onderzoek had uitgevoerd, kon ik er verder op in gaan. Dit heb ik gedaan door met 1 van de 5 personen contact op te nemen en daarmee een adviesgesprek aan te gaan. Voordat hij op gesprek kwam heb ik gevraagd of hij voor zichzelf op wilde schrijven waar hij graag wat meer over wilde weten. Toen ben ik het adviesgesprek gaan voeren, eerst heb ik mezelf voorgesteld, een praatje gemaakt (persoonlijk),verteld waar het gesprek precies over zou gaan en hoe lang het ongeveer zou duren en uiteindelijk of hij zelf eerst nog vragen had. Hij wilde graag weten hoe hij het beste zijn spieren kon opbouwen en welke producten hem daarbij zouden helpen. Deze vragen heb ik voor hem beantwoord, ook heb ik een aantal producten benoemd die hij zou kunnen gaan eten, deze producten heeft hij naderhand ook via de mail toegestuurd gekregen. Verder ben ik nog ingegaan op de andere macronutriënten, om hem een duidelijk beeld te geven over zijn eetdagboek en zijn voedingspatroon. Het gesprek liep in een vloeiende lijn, rustig en zonder vervelende stiltes. Feedback Rol van de onderzoeker: het verslag had nog iets uitgebreider gekund, zodat ik nog wat meer informatie erin had kunnen verwerken, nu is het een kort maar krachtig verslag geworden. Ik had nog iets verder op de details in kunnen gaan. De literatuurlijst staat niet in de goede volgorde, volgende keer ga ik hier meer tijd aan besteden zodat deze wel helemaal klopt. Rol van behandelaar: Het gesprek liep vloeiend, alleen mijn houding had nog wat opener kunnen zijn en er had nog iets meer enthousiasme getoond kunnen worden. De toonhoogte bleef op Eén lijn hangen. In het document hieronder is het onderzoeksverslag te vinden Welke macronutriënten krijgen deze uitwonende studenten tussen de 20 en 25 jaar binnen en wat zijn de gevolgen hiervan? Naam Studentnummer Klas Datum :Sabine de Heer :13010093 :VD1.e.1 :30-10-2013 Decaan :H. Feenstra :Y.C. van der Lee Inleiding Tekortkomingen in macronutriënten is een veelvoorkomend verschijnsel onder de studenten. De studiefinanciering is geen hoge inkomstenpost1. Studenten hebben meer gezondheidsklachten dan leeftijdsgenoten die niet aan het studeren zijn. Dit is gebleken uit een test die bureau studentartsen ontwikkelde. 1 op de 3 studenten geeft aan dat ze geen klachten hebben, de rest van de groep heeft voornamelijk problemen met gezond eten. De studenten ondervinden lichamelijke en psychische klachten.2 De gezondheid, groei en ontwikkeling wordt bepaald door het eetpratoon. Door overconsumptie of verkeerd eten van voedingsmiddelen kunnen chronische ziektes, hart en vaatziektes of overgewicht ontstaan. Daarom heeft de gezondheidsraad richtlijnen opgesteld.3 Welke macronutriënten krijgen deze uitwonende studenten tussen de 20 en 25 jaar binnen en wat zijn de gevolgen hiervan? De doelgroep waar onderzoek naar is gedaan bestaat uit 5 personen tussen de 20 en 25 jaar. Met de resultaten die uit dit onderzoek kwamen kon aan de hand hiervan een advies gegeven worden. Er is gekozen voor deze onderzoekspopulatie om erachter te komen of deze studenten problemen ervaren met gezond eten. Methode De databanken die gebruikt zijn voor het zoeken van wetenschappelijke literatuur naar de macronutriënten voor studenten tussen de 20 en 25 jaar zijn: gezondheidsraad, voedingscentrum, hva nieuws, informatorium voor voeding en dietetiek, pubmed en boeken. De zoektermen ‘studenten’, ‘eetpratoon studenten’, ’schijf van vijf’, ‘BMI’, ‘voedingsvezels’,’onverzadigde en verzadigde vetten’, ‘schade alcohol’, ‘te weinig koolhydraten’, ‘lage energie inname’. Het praktijkonderzoek bestond uit vijf uitwonende studenten. Er is gekozen voor het bijhouden van een eetdagboek door vijf studenten die bestond uit de leeftijdscategorie van 20 t/m 25 jaar, zowel mannen als vrouwen. Deze vijf studenten zijn telefonisch benaderd en hebben het eetdagboek drie dagen bijgehouden, waarvan Eén dag in het weekend en twee dagen doordeweeks. Hiervoor hebben ze een document via de mail toegestuurd gekregen waar ze alles op in konden vullen. In dit document stond een beschrijving van het eetdagboek en het activiteitenschema. Deze eetdagboekjes zijn via de mail toegezonden. De resultaten zijn geanalyseerd met behulp van de eetmeter van voedingscentrum, aan de hand hiervan was het mogelijk om de energieprocenten uit te rekenen en te vergelijken met de richtlijnen van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheden (ADH). Later zijn de kleine details achterhaald via de mail om er zeker van te zijn dat er niks vergeten was, zoals boter op het brood, volle of halvolle melk en wat voor kaas. Resultaten Aan de hand van de eetmeter ontstonden er resultaten deze zijn terug te vinden in tabel 1 en 2. De richtlijnen voor mannen met een actievere leefstijl tussen de 19-30 jaar hebben 3100 kcal nodig om op een gezond gewicht te blijven. Dit is de gemiddelde behoefte die genoeg is voor 50% van de personen in de betreffende bevolkingsgroep. Er kan worden beoordeeld of de energie inname van een persoon genoeg is aan de hand van de veranderingen van het lichaamsgewicht. Bij teveel energie inname neemt het gewicht toe, bij te weinig energie inname daalt het gewicht.4 In tabel 1 staat de gemiddelde inname van de macronutriënten en de richtlijnen van deze doelgroep. Om er voor te zorgen dat er geen ondergewicht of overgewicht ontstaat, is het belangrijk dat de inname van energie overeenkomt met de energiebehoefte. Wanneer de energie inname langdurig hoger is, wordt deze extra energie opgeslagen in de vorm van lichaamsvet. Is de inname langdurig lager dan zal lichaamsvet omgezet worden in energie en zorgt dat voor gewichtsverlies5 In tabel 1 staan de resultaten van persoon 1 en 2, in deze tabel staan ook de richtlijnen van alle macronutriënten. Gemiddelde van 3 dagen Tabel 1 Persoon 1 (m) BMI = 22,7 Kcal Koolhydraten Eiwitten Onverzadigd vet Verzadigd vet Vezels Alcohol Persoon 2 (m) BMI = 24,9 Kcal Koolhydraten Eiwitten Onverzadigd vet Verzadigd vet Vezels Alcohol Richtlijnen Kcal Koolhydraten Eiwitten Onverzadigd vet/totaal vet Verzadigd vet Vezels Alcohol Lengte 190 Gram 3277 411 84 87 37 30 10 Lengte 192 Gram 2458 299 91 44 23 24 37 Leeftijd 19 – 30 jaar 3100 Gewicht 82 kg % 99 50 11 24 10 2 2 Gewicht 92 kg % 100 48 15 16 8 2 11 In % 40 – 70 10 – 25 20 – 40 10 Minimaal 30 gram 20 gram (2 glazen maximaal) De richtlijnen voor vrouwen met een inactieve leefstijl tussen de 19-30 jaar hebben 2100 kcal nodig om op een gezond gewicht te blijven.4 In tabel 2 staan de resultaten van de personen 3, 4 en 5. Gemiddelde van 3 dagen Tabel 2 Persoon 3 (v) BMI =21,5 Kcal Koolhydraten Eiwitten Onverzadigd vet Verzadigd vet Vezels Alcohol Persoon 4 (v) BMI = 21,5 Kcal Koolhydraten Lengte 157 Gram 1649 157 68 47 28 18 5 Lengte 167 Gram 1576 166 Gewicht 53 kg % 99 38 16 26 15 2 2 Gewicht 60 kg % 100 42 Eiwitten Onverzadigd vet Verzadigd vet Vezels Alcohol Persoon 5 (v) BMI = 22,3 Kcal Koolhydraten Eiwitten Onverzadigd vet Verzadigd vet Vezels Alcohol Richtlijnen Kcal Koolhydraten Eiwitten Onverzadigd vet/totaal vet Verzadigd vet Vezels Alcohol 57 46 27 15 0 Lengte 172 Gram 1521 149 75 49 12 25 5 Leeftijd 19 – 30 jaar 2100 14 26 15 2 0 Gewicht 66 kg % 39 20 29 7 3 2 In % 40 – 70 10 – 25 20 – 40 10 Minimaal 30 gram 10 gram (1 glas) Conclusie Aan de hand van de resultaten en de richtlijnen kon er een conclusie getrokken worden. In tabel 1 staan de gegevens van persoon 1 en 2, de energie inname van persoon 1 is 3277 kcal dit ligt hoger dan de richtlijn. De richtlijn is genoeg voor 50% van de personen in de betreffende bevolkingsgroep. Door het uitrekenen van de BMI wordt duidelijk of het een gezond gewicht betreft. BMI = 22,7 (zie tabel). Gezond gewicht ligt tussen een BMI van 18,5 t/m 24,54. Het betreft een gezond gewicht. De macronutriënten komen overeen met de richtlijn. Persoon 2 heeft een lagere energie inname, namelijk 2458 kcal de BMI is 24,9. Dit is aan de hoge kant, door de wat lagere energie inname gedurende tijd zal het gewicht en BMI dalen. Niet alle macronutriënten komen overeen met de richtlijnen. De inname van vezels is aan de lage kant, vezels zijn een essentiële voedingstof die bijdragen aan de gezondheid en het voorkomen van verschillende ziekten. Het is belangrijk om een voedingspatroon met voldoende vezels te gebruiken.6 Voedingsvezels komen voor in groente, fruit, aardappelen, zilvervliesrijst, brood, ontbijtgranen, peulvruchten en noten.7 Het alcoholpercentage komt uit op 37 gram, dit is hoger dan de grens van 20 gram per dag. De lever kan alcohol afbreken, maar het innemen van een overschot alcohol kan leiden tot vermoeidheid, misselijkheid, concentratie en geheugenproblemen. Alcohol kan kanker veroorzaken in de mond, slokdarm of het strottenhoofd.8 De onverzadigde vetten zijn aan de lage kant, onverzadigde vetten zijn nodig voor de aanmaak van celstructuren, en leveren de vitamines A,D,K en E en de essentiële vetzuren linolzuur en alfa linoleenzuur deze kunnen niet zelf door het lichaam aangemaakt worden.9 Producten met onverzadigde vetten zijn vette vis, oliën, boter, noten en avocado.4 In tabel 2 staan de gegevens van persoon 3,4 en 5 met een inactieve leefstijl. De energie die nodig is volgens de richtlijnen is 2100 kcal. In deze tabel is te zien dat de energie inname lager is bij deze 3 personen. Te lage energie inname kan leiden tot gezondheidsproblemen, zoals lusteloosheid, vermoeidheid en concentratiestoornissen. Het lichaam gaat spiereiwit gebruiken, hierdoor vertraagt het metabolisme en gaat het lichaam minder verbruiken. Er blijven afvalstoffen achter door de afbraak van spiermassa.10 Persoon 3 en 4 hebben een hogere inname aan verzadigd vet. Verzadigde vetzuren veroorzaken een hoger cholesterolgehalte dan onverzadigde vetzuren, dit wordt geassocieerd met hart en vaatziekten.9 In Tabel 2 is de vezel inname laag, bij een lage inname wordt de kans op obstipatie hoger en daardoor ontstaat minder ontlasting.12 Persoon 3 en 5 krijgen minder koolhydraten binnen dan de richtlijn. Door minder koolhydraten te eten worden vezels en vruchten minder snel opgenomen en eiwit uit dierlijke bronnen worden sneller opgenomen.13 Het te weinig eten van koolhydraten vergoot de kans op aandoeningen, zoals diabetes, hart en vaatziektes. Er zijn goede en slechte koolhydraten, van slechte koolhydraten kan het gewicht toenemen bij goede koolhydraten niet.14 Het lichaam heeft koolhydraten nodig voor energie, de hersenen hebben glucose nodig dit is een koolhydraat. Wanneer er te weinig koolhydraten binnen komen gaat het lichaam spiereiwit gebruiken, dit gaat ten koste van de spieren.10 Discussie In dit onderzoek is een populatie gebruikt van 5 gezonde mensen waarvan 2 mannen en 3 vrouwen. Deze populatie heeft voor 3 dagen een eetdagboek bijgehouden. Een eetdagboek is betrouwbaarder dan een 24 –uurs recall, omdat er vaak hierbij consumptiemomenten vergeten worden. Een eetdagboek van drie dagen is te kort om er een conclusie uit te trekken, omdat het eetpratoon van de deelnemers erg kan variëren ten opzichte van de 3 dagen die onderzocht zijn. Een onderzoek met een eetdagboek van 3 weken zou veel nauwkeuriger zijn, daardoor is het niet duidelijk of studenten problemen ervaren met gezond eten. Er is gekozen voor het uitrekenen van alle macronutriënten per persoon zodat er een persoonlijk advies gegeven kan worden. Uit het onderzoek is geconcludeerd dat er verschillende gevolgen zijn voor een aantal tekorten. Hieruit blijkt dat alle 3 vrouwen niet voldoen aan de richtlijn van de energiebehoefte. Er bestaat altijd een kans dat het eetdagboek niet consequent is ingevuld of met een reden achterwege is gelaten. Door meer na te vragen zou dat misschien achterhaald kunnen worden. Verder is te zien dat ze niet alle macronutriënten volgens de richtlijnen binnen krijgen, dit kan met een eetdagboek van 3 weken heel anders uitpakken dan met een eetdagboek van 3 dagen. BRONNEN 1. Voedingscentrum Home/Nieuws, Gezond eten met een studentenbeurs, 17 september 2013 2. HVA nieuws, hoe gezond zijn studenten, 5 augustus 2013 3. Kennisspecialisten voedingscentrum, hoofdstuk 1 Meer dan Lekker, Copyright ©2011, Stichting Voedingscentrum Nederland, 2e druk, blz. 14, 16 4. Voedingscentrum, behoud een gezond gewicht, koolhydraten, vetten 5. H. van den Berg, Energie aanbevelingen A.M. Werkman, Informatorium voor voeding en dietetiek. December 2009 6. García Peris P, [Evolution in the knowledge on fiber], ] Nutr Hosp. 2007 May;22 Suppl 2:20-5. 7. Boek: Nederlandse voedingsmiddelentabel van voedingscentrum, Uitgever Stichting Voedingscentrum Nederland, Den Haag 2012, blz. 114. 8. Boek: E.A.F. Wentink, Inleiding medische kennis, Uitgever Bohn Stafleu van Loghum , Verschijningsjaar: mei 2007, blz. 93, 96 9. Henriëtte Grooten wetenschappelijk specialist voeding en gezondheid, Productschap MVO Rijswijk, Effecten van verzadigde en onverzadigde vetten op hart en vaatziekten, februari 2012 10. Willemijn Wissekerke voedingsdeskundige bij valtaf, de gevaren van te weinig eten, Elsevier 14 mei 2010 12. Gezondheidsraad, Richtlijn voor vezelconsumptie blz. 27, 28, 21 maart 2006 13.Noto H, Goto A, Tsuijmoto T, Noda M, A systematic review and meta-analysis of LowCarbohydrate diets and all-cause mortality: a systematic review and meta-analysis of observational studies, Published: January 25, 2013 14. Jack Boekhorst, Koolhydraten en Voeding, Woensdag 09 maart 2011 Project 2, Manager voeding en ondernemer In blok 1.2 hebben wij met 6 personen een marketingplan opgesteld voor een bedrijf genaamd Eetopia. Eetopia is een eenmanszaak die graag wilde uitbreiden en meer omzet wilde gaan draaien en daarbij kon ze onze hulp goed gebruiken. Tijdens het in elkaar zetten van het marketingplan kregen wij verschillende lessen ter ondersteuning; marketing, vergaderen en presenteren. Deze lessen konden wij gebruiken om vragen te stellen en om te kijken of het plan de goede kant op ging. Ook was er de gelegenheid om vragen te stellen en te communiceren met de opdrachtgever. Ik ben erg tevreden over het marketingplan dat wij gezamenlijk hebben gemaakt en we hebben hier een 8 voor gekregen. Ook heb ik nieuwe begrippen geleerd en de rol van marketing in een bedrijf leren begrijpen. Hieronder tref je het marketingplan aan, veel leesplezier. Eetopia, superfood snoep Marketingplan Gemaakt door: Jet van de Geest Isabel de Groot Sabine de Heer Marije ten Hulzen Myrthe Weidijk Tessa van Elsacker 13030779 13053221 13010093 13040340 13041487 13068873 VD1.H.1 VD1.E.1 VD1.E.1 VD1.C.1 VD1.A.2 VD1.B.2 SLB’er: Ilsa Meeldijk SLB’er: Yvonne van der Lee SLB’er: Yvonne van der Lee SLB’er: Annemarie Scholten SLB’er: Cora van Waveren-Brandt SLB’er: Richard van Ommeren Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Eetopia en haar omgeving 2 2.1 Meso-analyse 2 2.2 DE STEP-analyse 4 2.2.1 Demografische factoren 4 2.2.2 Economische factoren 4 2.2.3 Sociaal-culturele factoren 4 2.2.4 Technologische factoren 5 2.2.5 Ecologische factoren 5 2.2.6 Politiek juridische factoren 5 3. Eetopia, haar streven en beleid 6 3.1 Hoe het allemaal begon 6 3.2 Missie en visie 6 3.3 Huidig marketingbeleid 6 3.3.1 Maatschappelijk beleid 6 3.3.2 Positionering, identiteit en imago 7 3.4 Marktpositie 7 4. SWOT-analyse 7 4.1 Toelichting SWOT-analyse 7 4.2 Confrontatiematrix 8 4.3 Strategische opties 9 4.4 Haalbaarheid 9 5. De strategie 9 5.1 Marketingdoelgroep 10 5.2 Marketingdoelstellingen 10 5.3 Positionering 10 5.4 Marketingmix 11 5.5 Middelenmix 12 5.6 Planning en budget 13 6. Literatuurlijst 14 7. Bijlagen 17 1. Inleiding Eetopia is sinds september 2013 actief bezig om van superfoods snoep te maken. Doordat het nog maar net op de markt is gebracht, is haar product nog vrij nieuw en niet bij iedereen bekend. Haar doelgroep verbreden en maandelijks meer kunnen produceren is een prioriteit van Eetopia. De oprichter van Eetopia is Sarah. Dagelijks worden haar producten in eigen keuken ontwikkeld, hierdoor mag het product ook ‘handmade’ genoemd worden. Eetopia is ontstaan uit het idee om de toegang tot gezonde voeding makkelijker te maken. Sarah wil graag dat de mensen blijven genieten van lekkere voeding in het leven, maar wel van de juiste voeding. Denk hierbij aan voeding die vrij is van kunstmatigheden en die schoon geproduceerd is en waar ook een eerlijke prijs voor is betaald. Het assortiment dat Sarah tot nu toe op de markt heeft gebracht bevat vijf producten. De ingrediënten variëren van gember tot hazelnoot en hennepzaad. Dit zijn echt natuurlijke producten en zijn daardoor een duidelijke onderscheiding met het ‘gewone’ snoepgoed uit de supermarkt. De producten zijn wel verpakt in een snoepjasje, denk maar aan een bonbon of een reep. Doordat superfoods steeds populairder worden, is de kans dat Eetopia bekender wordt sterk aanwezig. Eetopia wordt verkocht op diverse verkoopadressen. Dit zijn knusse plekken waar mensen, die interesse hebben, haar producten kunnen kopen. Deze winkels zijn niet groot, waardoor de kans kleiner is dat veel mensen kennis maken met haar product. Haar onderzoeksvraag is dan ook: “Hoe kan Eetopia haar marktaandeel groter maken?” Dit marketingplan heeft als doel om Eetopia groter te maken binnen een periode van één jaar. Om dit doel te realiseren zal er op verschillende gebieden advies worden gegeven, zodat het product uiteindelijk op zijn best kan worden neergezet. Deze verschillende zaken zullen in dit marketingplan worden beschreven. 2. Eetopia en haar omgeving Om een duidelijk beeld te krijgen van de situatie waarin Eetopia zich bevindt, moeten de omgevingsfactoren worden geanalyseerd. Aan de hand hiervan kan worden opgemaakt in hoeverre dit bedreigingen of kansen vormen. Bij deze analyse wordt er onderscheid gemaakt tussen de mesoanalyse en de macro-analyse. De meso-analyse zal hieronder worden besproken en de macro-analyse in het volgende hoofdstuk. De meso-analyse slaat op de markt waarop Eetopia actief is. 2.1. Meso-analyse De markt De producten van Eetopia vallen onder de markt van chocolade en suikerwerk. Uit cijfers van het CBS blijkt dat zowel de consumptie van chocolade als suikerwerk te maken heeft met stijgingen en dalingen1. Vooral de consumptie van chocolade heeft een golfbeweging, die de laatste jaren weer aan het stijgen is. Deze licht stijgende consumptie is gunstig voor Eetopia. De consumptie van het suikergoed blijft de laatste jaren vrij constant. Naast Eetopia zijn ook merken als Verkade, Tony’s Chocolonely, Yuno en Goodies werkzaam. Deze markt is niet seizoensgevoelig en ook bij verandering in de conjunctuur verandert er niet veel. De mens behoudt zijn behoefte aan snoep het hele jaar door. Verkooppunten Eetopia distribueert haar producten aan zes winkels in Den Haag en één in Amsterdam. Hiernaast worden haar producten ook vanuit een bakfiets op markten verkocht. Sarah rijdt zelf naar de markten toe en laat mensen proeven, die vervolgens het Powersnoep ook kunnen kopen. Ten slotte zijn de producten ook verkrijgbaar via de webwinkel. Er is geen sprake van een toeleverancier, want Sarah levert alles zelf af. Sarah gaat daarom ook regelmatig bij alle verkooppunten langs om contact te houden en te kijken hoe de verkoop loopt. Doelgroep Om achter de huidige doelgroep van Eetopia te komen, zijn er twintig enquêtes afgenomen op de verkooppunten. De vragen en resultaten van deze enquête zijn terug te vinden in bijlage 1. Hieruit blijkt dat de huidige consumenten voor de meerderheid uit vrouwen bestaat. Deze mensen zijn tussen de 30 en 50 jaar oud en wonen voornamelijk in Den Haag. Omdat men vooral in contact komt met het product via de verkooppunten en deze zijn, op één na, allemaal in Den Haag. De doelgroep koopt het product vooral, omdat ze het lekker vinden, maar ook omdat ze er nieuwsgierig naar zijn. Het is dan ook logisch dat het snoep vooral eenmalig wordt gekocht. Wat betreft de prijskwaliteitverhouding staat het merendeel hier neutraal tegenover. Een klein aantal consumenten vindt het nog te duur. Als men iets mocht veranderen dan kiest het merendeel voor de verkoop in andere steden. Uit deze gegevens is op te maken dat vooral consumenten, die nieuwsgierig zijn of een hoger inkomen hebben, het powersnoep kopen. Volgens het Mentality Model zijn dit de nieuwe conservatieven en kosmopolieten2,3. Ook een deel van de post-materialisten en post-moderne hedonisten zal zich aangesproken voelen, en dan vooral de hogere inkomens. Concurrentie Ondanks dat Eetopia een paar maanden geleden is opgericht, heeft ook dit bedrijf al te maken met concurrentie. Deze is onder te verdelen in directe en indirecte concurrentie. Onder de directe concurrentie vallen bedrijven en organisaties die gelijksoortige producten maken, zoals Lovechock en Zonnatura. Organisaties en bedrijven met een alternatief, die dezelfde behoefte vervult, vallen onder de indirecte concurrentie. Indirecte concurrenten als Tommies Snoepgroenten en Verkade. Om de concurrenten van Eetopia te analyseren, zijn ze beoordeeld aan de hand van zeven verschillende criteria. Er is voor deze zeven gekozen, omdat dit een duidelijk beeld geeft van de sterkten en zwakten van de concurrenten. De gegevens van de analyse zijn vervolgens verwerkt in een tabel (zie tabel 1), ‘++’ staat voor erg sterk en ‘--‘ voor erg zwak. Uit deze tabel kan worden ontdekt waar er (eventuele) mogelijkheden liggen voor Eetopia. Tabel 1 – concurrentieanalyse Eetopia Bedrijf Eetopia Lovechock Organix Goodies Yuno Eat Natural Tony’s Chocolonely Zonnatura Tommies Snoepgroenten Modifast Verkade Doelgroep 0 0 0 0 Assortiment ++ + - Prijs + - Reclame ---+ 0 Plaats 0 ++ + ++ ++ Bekendheid -0 0 + Service + 0 0 0 0 0 + 0 ++ - ++ 0 + -- ++ + + - + + ++ + ++ -++ 0 + ++ ++ + ++ ++ + Uit de tabel blijkt dat Lovechock de grootste concurrent van Eetopia is. Dit merk heeft ook een eenzijdig assortiment dat bestaat uit handgemaakte rauwe cacao met superfoods4. Hierdoor spreken Eetopia en Lovechock dezelfde doelgroep aan. Ook hebben beide producten een hoge prijs en is de bekendheid niet groot, doordat er weinig tot geen reclame wordt gemaakt. Daarnaast zijn Tony’s Chocolonely en Eat Natural ook grote concurrenten. Tony’s Chocolonely verkoopt chocolade en Eat Natural repen zonder kunstmatige toevoegingen in ongeveer dezelfde prijsklasse5,6. Deze merken zijn echter bekender, omdat hun producten al langer bestaan en te koop zijn in grote supermarkten en stations. De service is daarentegen bij Eetopia beter, omdat Sarah contact onderhoudt met haar verkooppunten en mensen haar product gratis laat proeven. Ten slotte valt op dat Verkade een erg sterk merk is. Door een breed assortiment aan verschillende koekjes en chocolade, is hun doelgroep heel groot is, want voor ieder is er wat wils7. Daarnaast is ook de prijs niet hoog en wordt het in alle supermarkten in Nederland verkocht, waardoor het bekend en toegankelijk is voor iedereen. Verkade is echter een indirecte concurrent van Eetopia, maar Sarah kan hier wel een mogelijkheid zien. Haar assortiment zou uitgebreid kunnen worden met andere ‘superfood tussendoortjes’, die niet van chocolade zijn. Sarah zou, wat betreft de reclame en bekendheid, kunnen leren van de aanpak van Verkade. Verkade is namelijk ooit ook begonnen als klein bedrijf en kan haar hier veel over bijleren. 2.2. DE STEP-analyse Naast de meso-analyse zijn ook de situaties en gebeurtenissen in de maatschappij, de macro-analyse, van invloed op de situatie waarin Eetopia zich bevindt. Deze analyse wordt gesplitst in 6 macroomgevingsfactoren en zullen één voor één worden behandeld. 2.2.1. Demografische factoren Den Haag telt 535.000 inwoners. Hiervan hebben er 25.399 geen baan. Het gemiddeld besteedbaar inkomen per inwoner is € 13.354, - per jaar, zonder de premies en andere betaalde overdrachten. Gemiddeld zijn er meer inwoners in één woning gaan wonen. De korte termijn prognose 2010 – 2020 stelt vast dat de bevolking van Den Haag sneller groeit als het landelijk gemiddelde8. De bevolking stijgt hard door de migranten uit Midden en Oost-Europese landen. Het aantal mensen van 65 jaar en ouder neemt het hardst toe, waardoor er vergrijzing plaatsvindt. Landelijk gezien neemt deze groep sneller toe, en heeft Den Haag dus een relatief jonge bevolking vergeleken met de rest van Nederland. Verder zal er een groei zijn van ruim 12.000 huishoudens, waarvan 62% eenpersoonshuishoudens, 26% huishoudens met kinderen en 12% eenoudergezinnen. 2.2.2. Economische factoren Volgens het CBS is de gemiddelde groei van het BBP van Nederland na 2011 1%9. In Zuid-Holland was deze groei 1,2% en zit dus iets boven het gemiddelde. Uit deze bron blijk ook dat Den Haag, samen met Rijnmond, de crisis het slechts te boven is gekomen en heeft hier nog last van. Daarnaast was de inflatie afgelopen jaar 1,5%10. Dit maakt producten relatief duur, waardoor mensen minder geld overhouden voor duurdere producten. Hier kan echter wel op worden ingespeeld door producten een constante, niet al te hoge, prijs te geven. Verder blijkt uit cijfers van het CBS dat in het derde kwartaal van 2013 9,4% van de mensen in Zuid-Holland werkeloos zijn11. Dit is een toename ten opzichte van vorig jaar. Ondanks deze toename neemt het consumentenvertrouwen wel toe. Uit een verslag van De Conjunctuurenquête Nederland (COEN) uit 2013 blijkt namelijk dat de conjunctuur van Zuid-Holland langzaam uit zijn dal komt12. Volgens de enquête zullen alle sectoren een groei zien in het vierde kwartaal. 2.2.3. Sociaal-culturele factoren Er zijn onlangs een aantal ontwikkelingen gepubliceerd op het gebied van voeding door trendwatcher Adjiedj Bakas in de publicatie ‘trends 2014’13. Een belangrijke trend voor 2014 is de medicalisering van voedsel. Zo zijn er een heleboel normale etenswaren die een geneeskrachtige werking hebben. Hierdoor zullen de traditionele kruidenvrouwtjes in 2014 hun opmars maken. Verder blijft gezonde voeding belangrijk14. Ondanks het strenge EFSA-beleid voor gezondheidsclaims staan functionele ingrediënten met bepaalde gezondheidseffecten volop in de belangstelling. Ook de markt voor allergeenvrije voedingsmiddelen is in beweging. Verder komen ‘kingsize’, vet en suiker hierdoor in de ban15. Door de steeds grotere verantwoordelijkheid voor onze eigen gezondheid wordt de consument steeds cynischer als het gaat om reclames voor voedingsmiddelen. Als deze niet overeenkomt met de werkelijkheid zal dit consequenties hebben. Tegelijkertijd zorgt het toenemend geldgebrek ervoor dat velen zich geen ‘gezond eten’ meer kunnen veroorloven. Consumenten kiezen voor goedkoop eten en dit is meestal vet en ongezond. Door deze factoren zal de tweedeling tussen ongezonde armen en gezonde rijken groter worden. Ook is duurzame voeding in opkomst. Uit het rapport duurzaam voedsel van de Rijksoverheid blijkt dat consumenten in 2012 meer geld uitgaven aan duurzaam geproduceerd voedsel16. Verder is ons voedingspatroon de afgelopen decennia sterk veranderd17. Een belangrijke oorzaak is de toegenomen welvaart waardoor consumenten meer en ook kwalitatief beter voedsel kunnen kopen. Het ene huishouden heeft meer te besteden dan het andere, maar toch geven alle huishoudens naar verhouding ongeveer evenveel uit aan eten. Van deze uitgaven wordt 8% uitgegeven aan suiker, zoetwaren en ijs. Ten slotte zijn er 86 enquêtes over denkbeelden van ‘goed’ snoepgoed en superfoods afgenomen. Deze resultaten zijn te zien in bijlage 2. Uit deze enquête blijkt dat consumenten vooral snoepgoed kopen dat lekker is. En onder ‘goed’ snoepgoed, wordt snoep verstaan zonder toegevoegde kleur- of smaakstoffen of zonder toegevoegde suikers. Verder blijkt bijna de helft niet te weten wat superfoods zijn, maar na uitleg is 40% bereid om het te gebruiken vanwege de gezondheidsvoordelen. Daarnaast is ruim driekwart bereid om het Powersnoep van Sarah een keer te proberen en dus bereid om mee te gaan in de trend van superfoods. 2.2.4. Technologische factoren In de loop der jaren zijn de technologische ontwikkelingen toegenomen. Uit cijfers van het CBS blijkt dat bijna de gehele Nederlandse bevolking toegang heeft tot het internet18. Verder is er een stijgende lijn te zien bij het online winkelen. Deze gegevens zijn te zien in tabel 2 en 3. Door deze toename en de toenemende online webwinkels zijn consumenten niet meer afhankelijk van de openingstijden van verkooppunten. Ook het gebruik van sociale media neemt toe. Volgens cijfers van het CBS maakte in 2012 zeven op de tien Nederlandse internetters gebruik van sociale media, als Facebook19. Hier maken veel bedrijven gebruik van en maken hiermee onbetaald reclame, terwijl er veel mensen worden bereikt. 2.2.5. Ecologische factoren Tegenwoordig is de milieuvervuiling een steeds groter probleem in de wereld. Zo heeft er zich een enorm ‘plastic continent’ gevormd in de Grote oceaan20. Steeds meer mensen willen hier iets aan doen en kopen vooral recyclebare verpakkingen. Ook duurzaamheid is een belangrijke trend op ecologisch gebied. Zo blijkt uit het rapport Duurzaam Voedsel 2011 van de Rijksoverheid dat in 2011 de verkoop van duurzaam voedsel steeg met 30,5%21. Van al het duurzaam geproduceerd voedsel is 43% biologisch en de verkoop hiervan steeg met 20%. Het blijkt ook dat men bereidt is om meer geld aan duurzaam voedsel te besteden22. 2.2.6. Politiek-juridische factoren Er zijn een aantal (nieuwe) wetten en regelingen die invloed zouden kunnen hebben op Eetopia. De eerste en tevens de belangrijke is de Warenwet. Hierin staan de eisen waaraan voedingsmiddelen en andere producten voor consumenten moeten voldoen. De meest belangrijke Warenwetbesluiten voor Eetopia zijn Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen, Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen en de Verordening (EG) 1924/2006 inzake de verstrekking van voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen23. Op het gebied van etikettering komt er in december 2014 een nieuwe wetgeving, waarmee alle producten rekening moeten houden24. Daarnaast dient Eetopia ook te voldoen aan de eisen van de Algemene Levensmiddelen Verordening (ALV)25. Als producent van levensmiddelen dient er een administratie bijgehouden te worden waarmee de producten of grondstoffen één stap voorwaarts en één stap achterwaarts getraceerd kunnen worden. Verder zijn de Consumentenautoriteit, de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMA) en de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) vanaf 1 april 2013 samengevoegd tot één autoriteit, genaamd de Autoriteit Consument & Markt (ACM)26. Deze drie hebben hun krachten gebundeld en is één onafhankelijke toezichthouder die opkomt voor consumenten en bedrijven. Zo wordt er bijvoorbeeld toezicht gehouden op de verkoop via webwinkels, die Eetopia ook heeft. Eetopia is op dit moment een eenmanszaak. Mocht Sarah echter in de toekomst overgaan tot het aannemen van personeel, dan moet er ook rekening gehouden worden met de Werkkostenregeling (WKR)27. Deze gaat in vanaf 2015 en geldt voor alle werkgevers. 3. Eetopia, haar streven en beleid 3.1. Hoe het allemaal begon Sarah was eerst natuurvoedingskok en had gehoord dat mensen naar een manier zochten om beter te eten. Hierdoor ontstond het idee om snoep te maken, maar niet zoals in de winkel. Dit werd uiteindelijk een gezonde versie van snoep met diverse superfoods en zonder toegevoegde stoffen. Om dit waar te maken heeft ze de keuken opgeknapt en haar certificaten behaald. Vervolgens ging Sarah op haar bakfiets de stad door om mensen kennis te laten maken met haar product. Op deze manier kwam ze erachter wat men van het product vond. Daarna is haar assortiment uitgebreid naar vijf verschillende producten. In september 2013 werden de eerste producten verkocht in Den Haag. 3.2. Missie en visie Eetopia staat voor snoep dat vrij is van kunstmatigheden, die schoon geproduceerd is en waar een eerlijke prijs voor is betaald. Haar missie is dan ook om goede voeding toegankelijk te maken28. De visie van haar bedrijf is om meer consumenten te bereiken, voornamelijk niet groene consumenten. Onder groene consumenten word verstaan: mensen die bewust met voeding bezig zijn en meestal biologische producten kopen29. Op deze manier wil Sarah haar doelgroep verbreden en de verkoop omhoog brengen. 3.3. Huidig marketingbeleid Het huidig marketingbeleid wordt geanalyseerd door de marketingmix, ofwel de 4 p’s. Deze staan voor product, prijs, plaats en promotie. Het product van Eetopia is biologische Powersnoep en is er in drie vormen en vijf smaken30. Dit is een gezond alternatief voor suikerwerk en is te koop in 50 of 100 gram. De producten zijn handgemaakt en waar mogelijk biologisch ingekocht. Het hoofdingrediënt dat terugkomt in alle producten is rauwe cacao. Daarnaast is het product verpakt in doorzichtig plastic of bakpapier. Als er gekeken wordt naar de prijs is deze aan de hoge kant in vergelijking met ander snoepgoed, zoals Verkade31. De producten zijn te koop in zes verschillende verkooppunten in Den Haag en sinds kort ook één in Amsterdam32. Per product dat verkocht wordt gaat één euro naar de winkelier. Verder wordt het Powersnoep verkocht op de markt met een bakfiets. Eetopia maakt gebruik van onbetaalde promotie. Consumenten die nog niet bekend zijn met Eetopia mogen het product proeven. Verder maakt Eetopia gebruik van mond-op-mond reclame. 3.3.1. Maatschappelijk beleid Eetopia maakt gebruik van zuivere producten die handgemaakt zijn. Dit komt terug op de etiketten van de producten. Om het snoep biologisch te laten noemen is het nodig om over een SKALcertificaat te beschikken. Hiervoor is echter een aanvraag nodig, maar deze heeft Eetopia nog niet ingediend, vanwege de hoge kosten. Het bedrijf heeft aangegeven dat haar ingrediënten 100% biologisch zijn, omdat de leveranciers van Eetopia wel gecertificeerd zijn. Ook wordt er gebruik gemaakt van superfoods als ingrediënten. Deze hebben een positieve werking op de gezondheid. 3.3.2. Positionering, identiteit en imago De positionering onderscheidt Eetopia van haar concurrentie. Powersnoep is een bijzonder product en wordt met veel zorg gemaakt. Alle producten worden gemaakt van natuurlijke ingrediënten, zonder kunstmatige geur- kleur of smaakstoffen of conserveringsmiddelen. De slogan is dan ook: ‘snoep gemaakt van voeding’. Snoep wat niet alleen maar lekker is, maar ook nog voedzaam en natuurlijk. Ook de verpakking is duurzaam en zo is Eetopia dus een eerlijk product van de binnen en van buiten. Al deze factoren maken dat de Eetopia een geheel eigen en opmerkzame identiteit heeft. 3.4. Marktpositie Eetopia is pas sinds september 2013 actief op de markt. Het assortiment is rijk aan vier soorten, maar worden echter op een gering aantal adressen verkocht. Sarah is diverse keren aanwezig op een beurs om haar product te laten proeven en verkopen. Hierdoor wordt er naambekendheid opgebouwd en verbreed Eetopia haar wegen. Daarnaast is Sarah zelfstandig ondernemer en doet tot nu toe doet alle werkzaamheden nog alleen. Zowel de productie als de administratie worden bij haar thuis uitgevoerd. Haar marktpositie is om deze redenen vrij klein. 4. SWOT-analyse Bovenstaande analyses worden samengevat in een SWOT-analyse. Deze bevat de interne factoren ‘sterkten’ en ‘zwakten’ en de externe factoren ‘kansen’ en ‘bedreigingen’. De interne factoren gaan over de onderneming en de externe factoren hebben te maken met de omgeving. In paragraaf 4.1 wordt de SWOT toegelicht. In paragraaf 4.2 worden de punten uit de SWOT verwerkt in een confrontatiematrix. Uit deze matrix kunnen strategische opties worden gehaald die worden uitgelegd in paragraaf 4.3. Ten slotte wordt de haalbaarheid van deze opties besproken in paragraaf 4.4. Interne analyse Sterkten 1. Powersnoep is een trendproduct 2. Uniek product 3. Product zonder geur-, kleur- en smaakstoffen 4. Toegankelijk voor consumenten met allergie 5. Organisatie is flexibel Zwakten 1. Financiën niet op orde 2. Geen strategie 3. Geen naamsbekendheid 4. Weinig variatie 5. Distributie is beperkt 6. Hoge prijs Externe analyse Kansen 1. Trend van superfood 2. Technologische ontwikkeling van internet 3. Meer afzet 4. Crisis; waar voor je geld Bedreigingen 1. Groeiende concurrentie 2. Prijsbewuste klant 3. Faillissement 4.1. Toelichting SWOT-analyse Sterkten Het Powersnoep is een trendproduct, want het speelt in op de toenemende belangstelling voor superfoods. Daarnaast is het een uniek product, omdat het handgemaakt, authentiek en ambachtelijk is. Het bestaat enkel uit pure natuurlijke ingrediënten, zonder kunstmatige geur-, kleuren smaakstoffen. Hierdoor is het ook voor consumenten met allergieën toegankelijk. Daarnaast heeft Sarah kennis van wat ze doet en is erg flexibel, waardoor ze open staat voor nieuwe ideeën. Zwakten Naast de sterke punten heeft het bedrijf ook zwakke punten. Zo zijn de financiën niet op orde, omdat deze niet goed worden bijgehouden. Er is weinig tot geen budget voor promotie, vernieuwing en verandering en om deze reden is er onder andere ook geen strategie. De naambekendheid is ook nog erg klein, vanwege de geringe promotie. Het bedrijf is een eenmanszaak en Sarah doet alle zaken zelf, van productie tot administratie. Hierdoor is er weinig variatie in het assortiment en is de distributie beperkt, omdat de maximale productie eenmaal veel lager ligt dan in een fabriek. Ten slotte heeft het product ook een hoge prijs, waardoor het niet voor elke consument toegankelijk is. Kansen De trend van superfoods is nog maar net ontstaan en zal nog wel even voortduren. Op deze kans moet Sarah dan ook zeker blijven inspelen. Ook de technologische ontwikkeling is een goede kans. Door flink in te zetten op sociale media en haar website, kan haar promotie beter worden neergezet. Met een professionele website wordt er ook naambekendheid opgebouwd. Door meerdere verkooppunten zal ook haar afzet worden vergroot. Uiteindelijk kan ook haar productlijn worden uitgebreid, waardoor consumenten meer keus hebben. Ten slotte kan de economische crisis gezien worden als kans. Mensen willen namelijk in deze tijd kwaliteit voor wat gekocht wordt. Bedreigingen: Er zijn steeds meer (grotere) merken die komen met een soortgelijk product en dus ook in spelen op de trend van superfoods. Hierdoor ontstaat er een toenemende concurrentie. Daarnaast is de consument prijsbewust bij het kopen van producten. Het Powersnoep is aan de hoge kant en niet elke consument wil deze prijs ervoor betalen. Uiteindelijk kan dit leiden tot een faillissement, want als de financiën niet op orde zijn, is het ook niet duidelijk of er winst wordt gemaakt. 4.2. Confrontatiematrix Op basis van de SWOT-analyse is er een confrontatiematrix tot stand gekomen. In deze matrix staan de interne aspecten op de verticale as en de externe aspecten op de horizontale as. Alle interne factoren zijn tegenover de externe factoren gezet en beoordeeld met plussen en minnen. Indien een combinatie erg positief is voor de organisatie en toekomst wordt deze beoordeeld met een dubbele plus (++). Als een zwakte een bedreiging sterker maakt, wordt deze beoordeeld met een dubbele min (--). Indien de werking van een combinatie klein is wordt deze beoordeeld met een enkele min of plus. Heeft het geen invloed dan is de beoordeling neutraal (0). Externe factoren Interne factoren Kansen Sterkten K1 S1 ++ S2 + S3 0 S4 + S5 0 Zwakten Z1 0 Z2 Z3 0 Z4 0 Z5 0 Z6 0 FIGUUR 1 - Confrontatiematrix K2 K3 K4 0 0 0 0 ++ + + 0 0 ++ + + + + + -0 0 0 0 ----- -0 0 0 - Bedreigingen B1 B2 -+ ++ + + 0 + 0 + + --- 0 0 0 0 -- B3 0 0 + -0 0 0 0 4.3. Strategische opties Uit de confrontatiematrix komen de strategische opties naar boven. Dit zijn opties waar Sarah in de toekomst aan kan gaan werken en die volgens de matrix positief kunnen uitpakken. Hieronder staan de opties naar aanleiding van de matrix vernoemd. Alle opties worden hieronder onderbouwd. Naambekendheid opbouwen door haar unieke product Eetopia is één van de eerste op de markt met een product bestaande uit superfoods. Haar naambekendheid is echter nog klein. Het is van belang om deze op te bouwen, want dit geeft meer stabiliteit. Doordat het product inspeelt op de huidige trend van superfoods kan het interesse opwekken bij de consument. De producten van Eetopia zijn duurzaam en natuurlijk. Tegenwoordig let 30% van de consumenten op duurzame producten, dit kan in het voordeel van Eetopia werken33. Verkopen op meerdere adressen door meer te produceren Doordat Sarah erg flexibel is, staat ze open voor nieuwe ideeën. Dit is een sterkte die kan worden benut om meer afzet te krijgen. Haar producten worden op dit moment op zes diverse adressen verkocht. Door op meerdere adressen te gaan verkopen, leren steeds meer consumenten het product kennen. Om dit te kunnen doen, zal Sarah meer moeten produceren en hierbij is het van belang dat de financiën goed op orde zijn. Dan wordt er een overzicht verkregen van alle in- en uitgaven. Daarnaast zal ook duidelijk worden of er budget over is voor eventuele promotie en/of het aannemen van personeel. Opzetten van een goede en duidelijke website Door het maken van een aantrekkelijke en praktische website wordt de klant uitgenodigd om een kijkje te nemen. Dit is een belangrijk visitekaartje van Eetopia. Op een website staat alles zorgvuldig beschreven en er staat duidelijke informatie over het assortiment. Ook de webwinkel moet praktisch zijn ingesteld als de klant wat wilt bestellen. Dit is nu nog niet het geval, waardoor de consument snel zal afhaken. Zolang er nog geen meerdere verkoopadressen zijn in Nederland, is de website een ideale gelegenheid voor de consumenten die van veraf komen. Vanuit dat opzicht moet de website makkelijk toegankelijk zijn voor alle consumenten. 4.4. Haalbaarheid Tot slot zijn de strategische opties in een model gezet om vervolgens te beslissen welke strategische optie het beste past in het beleid van Eetopia en in hoeverre deze haalbaar is. Strategische optie 1 2 3 Strategisch ++ ++ + Commercieel ++ + + Financieel ++ ++ + Uit deze analyse komt naar voren dat (1) het opbouwen van de naambekendheid het meest effectief en haalbaar is. 5. De strategie Om de uiteindelijke strategische keuze vast te stellen, zijn er Unique Selling Points nodig. Deze duiden op onderscheidende kenmerken van het product. De Unique Selling Points worden aan de klant duidelijk gemaakt met als doel dat het een positief effect heeft op de verkoop. De Unique Selling Point van Eetopia is dat het snoep is, maar wel gemaakt van pure natuurlijke ingrediënten. Het is dus lekker en ook nog eens voedzaam. Dit wordt op de site weergegeven in de vorm van een slogan onder de merknaam; ‘snoep gemaakt van voeding’. 5.1. Marketingdoelgroep Uit de meso-analyse blijkt dat vooral postmaterialisten, kosmopolieten en postmoderne hedonisten een hoger interesseniveau hebben in de producten van Eetopia dan andere bevolkingsgroepen. Een doelstelling van Eetopia is om haar doelgroep te vergroten. Dit kan op diverse manieren worden aangepakt. Zo kan de etikettering worden verbeterd door bepaalde claims erop te zetten. Op deze manier kan een niet-impulsieve koper over de streep worden getrokken door de claims die op haar producten staan. Hierbij moet echter wel rekening gehouden worden met de wetgeving van etikettering. Door met de verpakking van het product te spelen, kan Eetopia haar doelgroep vergroten. De verpakking is nu erg modern en komt prijzig over. Door het meer als ‘traditioneel’ snoep te verpakken, lijkt het minder duur en zal het meer consumenten aanspreken. Hierdoor zouden bijvoorbeeld de moderne burgerij en de opwaarts mobielen potentiële klanten kunnen worden. Tot nu toe heeft Eetopia in alle producten rauwe cacao als hoofdbestanddeel. Door meer te variëren met de ingrediënten kan er een andere doelgroep worden aangesproken. 5.2. Marketingdoelstellingen Het doel van Eetopia is om van een maandelijkse productie van 60 kilo naar 120 kilo per maand te gaan. Deze doelstelling kan behaald worden in één jaar. Om deze te behalen is het belangrijk dat er genoeg tijd wordt uitgerekt om overhaaste beslissingen te voorkomen die kunnen leiden tot faillissement. Deze doelstelling is haalbaar en dus ook realistisch. Het is hierbij van belang om de afzetmarkt van Eetopia te vergroten op meerdere plaatsen. Als het doel eenmaal behaald is, is het noodzakelijk om personeel in te huren om de afzet te verhogen. 5.3. Positionering Een goede positionering is essentieel voor een organisatie om zich te onderscheiden van haar concurrenten. Hierdoor kan Eetopia haar doelgroep een toegevoegde waarde bieden. Dit is zeker in deze tijd, met de voortdurende groei van nieuwe producten, van belang. Om de positionering in kaart te brengen, wordt gebruik gemaakt van een positioneringgrafiek. Dit is een matrix, bestaande uit 2 assen met de eigenschappen die de consument belangrijk vindt bij zijn productkeuze. Door deze matrix wordt duidelijk waar de concurrenten zich bevinden en waar er een gat in de markt is voor Eetopia. Figuur 2 – positioneringgrafiek Uit figuur 2 blijkt dat Eetopia zich op dit moment bevindt aan de linkerkant van de y-as, ofwel bij de producten zonder kunstmatige toevoegingen. Aan de rechterkant staan de merken die behoren bij de producten met kunstmatige toevoegingen. Hier hoort Eetopia niet thuis, want dit merk profileert zich als een merk dat een zo zuiver mogelijk product levert. Boven de x-as staan producten met een relatief hoge prijs en onder de x-as met een relatief lage prijs. Eetopia bevindt zich op dit moment bij de producten met een relatief hoge prijs. De combinatie van een product zonder kunstmatige toevoegingen en een relatief lage prijs is echter nog niet bezet en is dus een unieke kans voor Eetopia om op in te spelen. Dit gat in de markt sluit aan bij de behoeften van consumenten. Mensen willen namelijk steeds vaker puur voedsel, maar wel voor een schappelijke prijs. Hiermee speelt Eetopia in op de trends van dit moment en blijft het tegelijkertijd trouw aan haar eigen missie. 5.4. Marketingmix Voor een sterke positionering is goede communicatie nodig. Met behulp van een marketingmix kan Eetopia zich profileren en ervoor zorgen dat het positief overkomt op de consumenten. Bij de marketingmix zijn 4 variabelen nauw met elkaar verbonden: product, prijs, plaats en promotie. Als één van de vier wijzigt, kan dit consequenties hebben voor de anderen. Product Het product van Eetopia is Powersnoep. Dit past goed bij dit bedrijf, want Sarah wil een gezond alternatief aanbieden voor snoep. De consument koopt dus een tussendoortje wat gezond is, maar toch lekker; omdat het smaakt als chocolade. Naast het fysieke product, bepalen ook andere factoren wat consumenten kopen, zoals de garantie, verpakking, imago, assortiment en service. Een Unique Selling Point van Eetopia is dat er, waar mogelijk, gebruik wordt gemaakt van biologische ingrediënten, zonder pesticiden of kunstmatige toevoegingen. Hiermee wordt er ingespeeld op de behoefte van de consument die steeds vaker biologisch wil eten. Dit zou op de verpakking kunnen worden aangegeven met het EKO-keurmerk, waardoor het deze mensen aanspreekt. Dit keurmerk is uitsluitend bedoeld voor zogenaamde volledig biologische producten34. Het EKO-keurmerk is niet verplicht, maar als het gebruikt wordt, dient er aan bepaalde voorwaarden te worden voldaan. Verder is elk product uit het assortiment gemaakt van rauwe cacao. Hierdoor is het een nieuw product wat, naast Lovechock, nog niet veel op de markt voorkomt. Dit zou met het label ‘nieuw’ op de verpakking aan kunnen worden gegeven. Hierdoor valt het op en zullen mensen die vaak impuls aankopen doen of nieuwsgierig zijn, zoals post-materialisten, zich aangesproken voelen. Het imago van Eetopia is echter nog niet zo groot, wat vooral komt omdat het een klein bedrijf is dat zich grotendeels alleen in Den Haag heeft gevestigd. Haar imago zou vergroot kunnen worden door meer gebruik te maken van sociale media. Dit bereikt veel mensen en is bovendien gratis, wat goed uitkomt aangezien Sarah geen budget heeft voor promotie. Prijs De prijs ligt nu tussen de €3,50 en €3,95 voor 50 gram Powerco’s of Powerboobs en €6,50 voor 100 gram Powercigars. Het zou beter zijn om deze tijdelijk wat te verlagen, omdat het bedrijf net is opgericht en nog maar weinig naambekendheid heeft opgebouwd. Dit kan met behulp van acties en/of kortingen. De prijs zou bijvoorbeeld 1 maand lang 1,50 tot 2 euro (50 gram – 100 gram) minder kunnen zijn. Hierdoor zal een grotere doelgroep worden aangesproken en haar bekendheid toenemen. Als Eetopia eenmaal loopt, kunnen de prijzen weer langzaam omhoog, waardoor ze meer winst zal maken. Ook zijn de prijzen in de verkooppunten hoger dan die in de webshop. Het is slim om dezelfde prijzen te hanteren, want anders bestellen consumenten het alleen via de webshop. De verkooppunten zullen het product uiteindelijk niet meer willen verkopen, omdat het niets oplevert. Plaats Ook de plaats waar het product wordt verkocht, geeft het product een bepaald imago. Momenteel wordt het Powersnoep verkocht via de webwinkel en op 6 verkooppunten, waarvan vijf in Den Haag en één in Amsterdam. Sarah gaat bij elke winkel één keer in de zoveel tijd langs, om contacten te onderhouden. Dit vergt echter veel tijd en het zou beter zijn om één lokale ondernemer te hebben met meerdere winkels, zoals Organic Food for you. Dit is een biologische winkel met 5 vestigingen in Den Haag, Amsterdam, Bergen en Laren35. Dit sluit aan bij haar biologische product en doordat het is gevestigd in vier verschillende plaatsen, bereikt Eetopia meer mensen. Daarnaast hoeft Sarah maar naar één adres om haar contact met de ondernemer te onderhouden. Aan haar webwinkel kan er ook veel worden verbeterd. Deze is onoverzichtelijk en onhandig, waardoor veel consumenten uiteindelijk niks kopen. Consumenten willen namelijk dat het weinig moeite kost om iets te bestellen. Door haar webwinkel gemaksvriendelijker te maken, zou ook hier meer verkocht kunnen worden. Promotie Deze laatste ‘P’ van de marketingmix bestaat uit verschillende vormen van promotie, zoals reclame, persoonlijke verkoop, sales promotion, direct marketing en public relations. De huidige promotie is nog zeer gering. Er is een website en een facebookpagina, maar hier wordt niet veel mee gedaan. Via facebook worden er echter veel mensen bereikt en dit is dus een goedkope manier van promotie, want het is gratis. Sarah zou deze kans moeten benutten, aangezien er weinig budget voor is. Ook haar website zou wat overzichtelijker mogen. Hiervoor kan iemand worden ingehuurd, die er verstand van heeft of een student die hier een opleiding voor volgt en weinig geld vraagt. Daarnaast heeft Sarah een bakfiets waarmee zij naar de stad fietst en mensen het Powersnoep laat proeven. Dit is een goede vorm van persoonlijke verkoop, want ze is tegelijkertijd persoonlijk betrokken met de consument. Voor al deze promotie is er geen vast budget vastgesteld en is dus ook niet doorberekend in haar prijzen. Er is echter wel een budget, want anders zou er geen gratis Powersnoep uit gedeeld kunnen worden. Het is daarom wel verstandig om een budget vast te stellen. Hierdoor kan er ook worden nagaan of hier meer of minder aan besteed zou kunnen worden. Dit hoeft geen groot budget te zijn, want het is tenslotte nog maar een klein bedrijf en tegenwoordig kan er veel gratis. Om meer promotie te maken, zou Eetopia folders weg kunnen leggen op plaatsen die veel worden bezocht, zoals stations, scholen en in supermarkten op informatieborden. Ook sportkantines zouden een goede locatie zijn, want op de website wordt aangegeven dat het voor sporters bij kan dragen aan hun prestaties. Verder kan er eens in de zoveel tijd een speciale actie worden gehouden, zoals ‘tweede halve prijs’. Daarnaast zou er ook een nieuwsbrief verspreid kunnen worden via de post en email. Dit zou ze zelf, of met hulp van familie en vrienden, rond kunnen brengen om geld te besparen. Het kost even wat tijd, maar zo worden er veel mensen bereikt. 5.5. Middelenmix Alle middelen die Eetopia gebruikt om te promoten leiden tot het product. Ook versterken middelen als de website en sociale media de andere middelen en elkaar. Zo is op de website te zien waar de winkels zijn en op Facebook kan er gelezen worden over bijvoorbeeld de bakfietsacties. Mensen die bij de bakfietsactie zijn geweest zullen weer op de website of Facebook gaan kijken of misschien zelfs naar de winkels gaan. Maar tot slot zullen alle middelen leiden naar de producten van Eetopia (zie figuur 3). 5.6. Planning en budget Planning Om alle doelstellingen te behalen is een goede planning van belang. In figuur 4 is een globale planning van het marketingplan weergegeven. FIGUUR 4 – Planning uitvoeren marketingplan Eetopia Om te beginnen zal er eerst een budget moeten worden opgesteld, want zonder budget is het lastig om ver te komen en heeft een planning weinig nut. Vervolgens is het slim om een (tijdelijke) prijsverlaging en/of acties in te voeren. Het is een goed idee om te verpakkingen van een biologisch label te voorzien. Hierbij moet wel voldaan worden aan de voorwaarden, want deze regelgeving is zeer strikt. Na deze maatregelen zal Eetopia zich bezig moeten houden met de reclame via sociale media en folders of flyers waardoor haar naambekendheid toe zal nemen. Daarnaast zal de website verbeterd moeten worden, zodat meer consumenten online gaan bestellen. Als deze acties zijn genomen zal Eetopia zich moeten richten op het uitbreiden van de afzetmarkt. Ook kan het bedrijf zich dan gaan richten op de kleinere promotingacties met bijvoorbeeld de bakfiets. Als alles gaat volgens planning, zal Eetopia uiteindelijk haar doelgroep hebben vergroot en kan er worden nagedacht over de toekomst. Zo kan het aannemen van personeel een belangrijk punt worden, want door de toegenomen afzet, zal ze de productie niet meer alleen aankunnen. Budget Zoals eerder genoemd, heeft Eetopia op dit moment nog geen budget en hierdoor zijn er geen bedragen bekend. Het is echter wel belangrijk, want zoals staat vermeld op SEMOI: “Het budget is een essentieel beheersinstrument. Zonder budget bent u als een piloot die vliegt zonder navigatieinstrumenten”36. Eetopia zou op dit moment dus nog vliegen zonder navigatie. Een budget, zou Eetopia eerder en makkelijker winst opleveren. Het is hierbij van belang dat de kosten voor productie, promotie en eventueel toekomstig personeel in het budget worden opgenomen. Een voorbeeld van een goede investering, die al mogelijk is bij een laag budget, is het maken van folders. Online is er mogelijkheid om bij Vistaprint folders te laten maken voor maar 48.49 incl. btw37. Er is dus geen ruim budget nodig om het bedrijf te promoten. 6. Literatuurlijst 1. CBS. (2010, september 24). Voedings- en genotmiddelen; consumptie per Nederlander. Beschikbaar via http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/default.aspx?DM=SLNL&PA=37154&D1=4243&D2=91-110&HDR=G1&STB=T&VW=G (geraadpleegd op 18 december 2014). 2. Motivaction. (z.j.). Mentality. Beschikbaar via http://www.motivaction.nl/mentality (geraadpleegd op 16 december 2013). 3. Motivaction. (z.j.) Mentality Model. Beschikbaar via: http://www.motivaction.nl/mentalityuitgelegd (geraadpleegd op 16 december 2013). 4. Lovechock. (z.j.). Beschikbaar via http://www.lovechock.com/ (geraadpleegd op 20 december 2013). 5. Eat Natural. (z.j.). Beschikbaar via http://www.eat-natural.nl/page.html (geraadpleegd op 20 december 2013). 6. Tony’s Chocolonely. (z.j.). Beschikbaar via http://www.tonyschocolonely.com/ (geraadpleegd op 20 december 2013). 7. Verkade. (z.j.) Beschikbaar via http://www.verkade.nl/ (geraadpleegd op 21 december 2013) 8. Gemeente den haag. (2012). Bevolkingsprognose den haag 2012 – 2020. (pp. 9 en 13). Versie 29 maart 2012. Beschikbaar via https://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=1&cad=rja&ved=0CDIQ FjAA&url=http%3A%2F%2Fwww.denhaag.nl%2Fweb%2Ffile%3Fuuid%3Da92005c5-8e174721-a1ce-4855399c4b6d%26owner%3D06607016-9449-4ead-9292df3704bad0f4&ei=FoXWUs25DIjw0gWJhoHQCg&usg=AFQjCNFAAKwSAjlsZ9GuKRnX7gPBpkjv HA&sig2=aPfNXI7bj4EjvJQIykeCeQ&bvm=bv.59378465,d.d2k. (geraadpleegd op 18 december 2013). 9. Angus E., Bhageloe-Datadin R., Haan, M. de, Malkaoui I., Mangoenkarso P., Mens N., Notten F. De regionale economie 2011. (2012). Beschikbaar via: http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/7EA20134-29E2-4C38-93F5A92523B9AD1C/0/2011p42pub.pdf (Geraadpleegd 14 december 2013). 10. Triami Media BV Nederland. (2013). Actuele Inflatie Nederland – CPI Inflatie. Beschikbaar via: http://nl.inflation.eu/inflatiecijfers/nederland/actuele-cpi-inflatie-nederland.aspx. (geraadpleegd 14 december 2013). 11. Centraal Bureau voor de Statistiek. (2013). Beroepsbevolking; kerncijfers provincie. Beschikbaar via: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=71761NED&D1=3,7&D2= 0,5-16&D3=40,45,50,55,60,69,l&HD=130314-1053&HDR=T,G2&STB=G1 (geraadpleegd 15 december 2013). 12. CBS, de Kamer van Koophandel, EIB, MKB-Nederland, VNO-NCW. (2013). Conjunctuurenquête Nederland, rapport vierde kwartaal 2013 Zuid-Holland. Beschikbaar via: http://www.kvk.nl/download/Coen_Zuid-Holland_Q4_2013_tcm14-377326.pdf. (geraadpleegd 14 december 2013). 13. Groot, M. de. (2013). Trendwatcher Bakas: medicalisering voedsel trend 2014, kingsize uit den boze. Beschikbaar via http://www.vmt.nl/nieuws/vmt-nieuws/2013/trendwatcherbakas-medicalisering-voedsel-trend.215845.lynkx (geraadpleegd op 13 januari 2014). 14. Janssen, A. (2013). Trends 2014: transparantie, duurzaamheid en gezondheid. Beschikbaar via http://www.vmt.nl/nieuws/vmt-nieuws/2013/trends-2014-transparantie-duurzaamheiden.220492.lynkx (geraadpleegd op 13 januari 2014). 15. Bakas, A. (2013). Trends 2014. (pp. 101). Beschikbaar via https://cloud.bakas.nl/hs/20131107/02204c066316439a (geraadpleegd op 13 januari 2014). 16. Ministerie van Economische Zaken. (2013). Monitor Duurzaam Voedsel 2012. Consumentenbestedingen aan duurzaam gelabelde producten. Beschikbaar via http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2013/06/11/monitorduurzaam-voedsel-2012.html (geraadpleegd op 16 december 2013). 17. CBS. (2012). Smakelijk weten. Trend in voeding en gezondheid. (pp. 31 – 32). Beschikbaar via http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/C025D01D-13B9-448F-AAB09B7EAB5F5B8E/0/2012a331pub.pdf (geraadpleegd op 13 januari 2014). 18. CBS. (2013). ICT gebruik van personen naar persoonskenmerken. Beschikbaar via: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=71098ned&D1=33133&D2=0-2&D3=a&VW=T (geraadpleegd op 13 december 2013). 19. Bighelaar, S. van den, Akkermans, M. CBS. (2013). Gebruik sociale media in Nederland, 20112012. Beschikbaar via http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/06A12225-495E-4620-80F6F2A53E819957/0/20131001b15art.pdf (geraadpleegd op 15 januari 2014). 20. Greenpeace. (z.j.). The Trash Vortex. Beschikbaar via http://www.greenpeace.org/international/en/campaigns/oceans/pollution/trash-vortex/ (geraadpleegd op 19 december 2013). 21. Rijksoverheid. (2011). Monitor duurzaam voedsel. (pp. 5) Beschikbaar via: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2012/06/06/monitorduurzaam-voedsel-2011.html (geraadpleegd op 13 december 2013). 22. Salehy, N. (2012). Consument besteedt meer geld aan duurzaam voedsel. Beschikbaar via http://www.voedingnu.nl/consument-besteedt-meer-geld-aan-duurzaamvoedsel.171254.lynkx . (geraadpleegd op 19 december 2013). 23. Francken, J.M., Beer, B.J. (2012). Teksten Warenwet Editie 2012. Den Haag: Sdu Uitgevers bv. (geraadpleegd op 14 december 2013). 24. Europese Unie. (2012). Verordening (EU) Nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad. Beschikbaar via http://eurlex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2011:304:0018:0063:nl:pdf (geraadpleegd op 15 januari 2014). 25. Ministerie van Economische Zaken. (z.j.). Algemene levensmiddelen verordening. Beschikbaar via http://www.hetlnvloket.nl/onderwerpen/voedselkwaliteit/dossiers/dossier/algemenelevensmiddelen-verordening (geraadpleegd op 14 december 2013). 26. Autoriteit Consument & Markt. (z.j.). De Autoriteit Consument & Markt. Beschikbaar via https://www.acm.nl/nl/organisatie/organisatie/de-autoriteit-consument-en-markt/ (geraadpleegd op 14 december 2013). 27. Rijksoverheid. (z.j.). Werkkostenregeling. Beschikbaar via http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/belastingen-voor-ondernemers/loonbelasting-enpremieheffing-volks-en-werknemersverzekeringen/werkkostenregeling (geraadpleegd op 14 december 2013). 28. Eetopia. (z.j.). Eetopia en Sarah. Beschikbaar via http://eetopia.nl/?page_id=37 (geraadpleegd op 23 december 2013). 29. Bridges2beyond. (2014). De groene consument. Beschikbaar via http://www.bridges2beyond.nl/econovatie/trends-in-conovatie/de-groene-consument/. (geraadpleegd op 15 januari 2014). 30. Eetopia. (z.j.). Producten. Beschikbaar via http://eetopia.nl/?page_id=52 (geraadpleegd op 23 december 2013). 31. Albert Heijn. (z.j.) Verkade. Beschikbaar via http://www.ah.nl/appie/zoeken?rq=verkade (geraadpleegd op 15 januari 2014) 32. Eetopia. (z.j.). Verkoopadressen. Beschikbaar via http://eetopia.nl/?page_id=358 (geraadpleegd op 23 december 2013). 33. Schuttelaar en partners. (2011). Duurzaamheidkompas. Beschikbaar via http://www.schuttelaar.nl/download/277 (geraadpleegd op 18 december 2013). 34. Stichting EKO-keurmerk. (2013). Reglement EKO-keurmerk. Beschikbaar via http://www.ekokeurmerk.nl/product/ondernemer/copy_of_ReglementEKOkeurmerk01mei2013.pdf (geraadpleegd op 27 december 2013). 35. Organic. (z.j.). Beschikbaar via http://www.organicfoodforyou.nl/ (geraadpleegd op 27 december 2013). 36. SEMOI. (2014). Waarom budgetteren? Beschikbaar via http://semoi.org/index.php?option=com_k2&view=item&id=170:admin&Itemid=85 (geraadpleegd op 3 januari 2014). 37. Vistaprint. (z.j.). Beschikbaar via http://www.vistaprint.nl/persoonlijkefolders.aspx?txi=15680&xnid=TopNav_Brochures+(linked+item)_Marketing+Materials_Mark eting+Products&xnav=TopNav. (geraadpleegd op 19 januari 2014). 7. Bijlagen BIJLAGE 1 – Enquête doelgroep Geslacht ……….………………………………………………………….. Leeftijd ……….…………………………………………………………… Woonplaats ……….…………………………………………………………… 1. Wat was de reden van de aankoop van superfood? a. Ik vind het lekker b. Het is gezonder dan ‘normale’ voeding c. i.v.m. allergie d. anders, namelijk ……………………………………………………………………………………………………………………………………… 2. Hoe bent u in contact gekomen met supersnoep? a. Via Internet b. Via de winkel waar product is gekocht c. Mond op mond reclame d. Anders. Namelijk ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 3. Wat vindt u van de prijs-kwaliteit verhouding? a. Ik vind het product te duur in verhouding met de kwaliteit b. Neutraal c. Ik vind het product te goedkoop in verhouding met de kwaliteit 4. Hoe vaak koopt u het? a. Eenmalig b. 1 keer per week c. 1 keer per maand d. Anders, namelijk ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 5. Wat zou u anders willen zien? (meerdere antwoorden mogelijk) a. Ik zou het product in meerdere winkels en steden willen zien b. Ik zou een andere verpakking willen zien c. Het product moet meer reclame krijgen d. Het product moet meer variaties krijgen e. Andere prijs. €… f. Anders, namelijk ………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 6. Heeft u nog opmerkingen of suggesties? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… Resultaten enquête doelgroep: Geslacht: 14x vrouw, 6x man 30% vrouwen mannen 70% Leeftijd: 21, 24, 25, 26, 26, 29, 31, 34, 34, 35, 36, 36, 43, 45, 50, 52, 53, 54, 57, 63 0% 30% 30% jonger dan 18 18 - 29 30 - 50 ouder dan 50 40% Woonplaats: 10x Den Haag, 2x Rijswijk, 2x Utrecht, 2x Heiden, Cuijk, Nijmegen, Enkhuizen, Veghel Buitenland 10% Andere steden in NL 30% Zuid-Holland 60% Den Haag 50% Rijswijk 10% 1. Wat was de reden van de aankoop van superfood? Bij deze vraag hebben sommige mensen meerdere antwoorden ingevuld o Ik vind het lekker o Het is gezonder dan ‘normale’ voeding o i.v.m. allergie o anders, namelijk …… nieuwsgierig, 2x de ingrediënten en 2x bewuster leven) 12x 2x 2x 10x (6x A 38% B 46% C D 8% 2. 8% Hoe bent u in contact gekomen met supersnoep? o Via Internet o Via de winkel waar product is gekocht o Mond op mond reclame o Anders. Namelijk …… 18x 2x - 10% A B C D 90% 3. Wat vindt u van de prijs-kwaliteit verhouding? o Ik vind het product te duur in verhouding met de kwaliteit persoon: ‘niet de kwaliteit, maar de hoeveelheid) o Neutraal o Ik vind het product te goedkoop in verhouding met de kwaliteit 0% 30% A B 70% C 6x (1 14x - 4. Hoe vaak koopt u het? o Eenmalig o 1 keer per week o 1 keer per maand o Anders, namelijk ……… keer, 2x een keer per 2 weken en 2x onregelmatig) 6x 2x 12x (8x eerste A 30% B 60% 10% 0% C D Wat zou u anders willen zien? (meerdere antwoorden mogelijk) Niet alle personen hebben deze vraag ingevuld o Ik zou het product in meerdere winkels en steden willen zien o Ik zou een andere verpakking willen zien o Het product moet meer reclame krijgen o Het product moet variaties krijgen o Andere prijs. € … o Anders, namelijk:……… 5. 0% 0% A 17% B 0% C 16% D 67% E F 6. Heeft u nog opmerkingen of suggesties? 6 personen hebben dit ingevuld ï‚· Lekker spul ï‚· Prijs/kwaliteit is prima, maar prijs/kwaliteit is iets te duur ï‚· Mooie hippe naam ï‚· Ga zo door ï‚· Origineel en leuk product ï‚· Verrassend lekker 8x 2x 2x (2x 2 euro) - BIJLAGE 2 – enquête denkbeelden ‘goed’ snoepgoed en superfoods 1. Wat is uw geslacht? 2. Wat is uw leeftijd? 3. Waar let u op bij het kopen van snoep? 4. Wat verstaat u onder ‘goed’ snoepgoed? 5. Welke producten zijn, volgens u, ’goed’ snoepgoed? Enkele antwoorden die werden gegeven waren: - snoep van natuurlijke producten, bijvoorbeeld gedroogd fruit, zonder toegevoegde suikers e.d. - Ik ken geen goed snoepgoed, als je goed wil eten moet je geen snoep eten - Noten, zaden en donkere chocolade (meer dan 75%) - Koeken, zoals Liga en Sultana - Krentjes, rijstewafels - Fruit - Ik denk niet dat goed snoep bestaat omdat er overal suikers en vetten in zitten. Aan een verantwoord tussendoortje denk ik eerder aan havermoutkoekjes, noten, fruit en misschien wat pure cacao chocolade. Over het algemeen werden vaak fruit, krentjes, rijstewafels, nootjes en pure chocolade genoemd. Ook werd vaak als antwoord gegeven dat goed snoepgoed niet bestaat, omdat er in al het snoep vetten of suikers aanwezig zijn. 6. Wat weet u al van superfoods? Superfoods zijn voedingsmiddelen met een uitzonderlijke hoge voedingswaarde. Ze zijn 100% biologische, dus er zitten geen toegevoegde stoffen in. In vergelijking met ’gewone’ groenten- en fruitsoorten zijn ze veel rijker aan vitamines, mineralen, antioxidanten, goede vetten en aminozuren (eiwitten). Uit onderzoek is gebleken dat het dagelijks eten van meerdere superfoods verschillende voordelen oplevert. Zoals: - je leeft langer - je hebt minder last van huidveroudering en deze begint ook op een latere leeftijd - minder kans op levensbedreigende ziektes - je bent fitter - je slaapt beter en je krijgt meer energie - je bent beter gehumeurd - je hebt een beter uithoudingsvermogen - minder kans om in een depressie te raken - je wordt slanker - minder last van kwaaltjes, zoals hoofdpijn Superfoods zijn echter wel wat duurder qua prijs. Maar dit kan je natuurlijk ook anders opvatten. Het nuttigen van superfoods is namelijk goed voor je gezondheid, dus je betaald per kilo een hogere prijs en je leeft gezonder of je betaald minder voor producten die misschien minder gezond zijn. 7. Zou u superfoods willen gebruiken? (Nu u weet wat het inhoudt) 8. U geeft aan veel van superfoods te weten, gebruikt u het zelf ook? 9. Welk van de volgende voedingsmiddelen zijn, volgens u, superfoods? In Den Haag is Sarah een bedrijfje gestart dat ’supersnoep’ maakt, genaamd Eetopia. Deze producten zijn op basis van cacao en dadels en worden verkocht onder de naam Powersnoep. Er zijn 3 varianten: Powerboobs (bolletjes bonbons), Powerco’s (blokjes bonbons) en Powercigar (energiereep). Haar doel is om superfoods toegankelijk te maken en mensen eraan te herinneren dat zuivere voeding heel lekker kan zijn. Omdat mensen vaak ’slecht’ eten door tussendoortjes, heeft ze ervoor gekozen om dit te verwerken in de vorm van snoep. De ingrediënten van Powersnoep zijn biologisch en van de beste kwaliteit. Het is verder glutenvrij, veganistisch, lactosevrij, tarwevrij en meestal suikervrij. De Powersnoep is verkrijgbaar in 50 en 100 gram en de prijs varieert van 2,95 tot 5,95. 10. Zou u geïnteresseerd zijn in het Powersnoep? Project 3, rol onderzoeker en adviseur Bij dit project zijn we weer aan de slag gegaan met 6 personen. We zijn op zoek gegaan naar een bedrijfskantine waar personeel luncht. Toen zijn we terechtgekomen bij een brandweerkazerne in Vlissingen. In deze kantine zijn we de producten gaan bekijken en gaan analyseren. De bedoeling van dit project was om de producten te gaan bekijken en aan de hand daarvan uitzoeken of ze in de voorkeur, middenweg of uitzonderingcategorie vielen en uiteindelijk 5 adviezen geven aan de manager van de kantine. Hierbij kregen we als ondersteunende les kritisch denken waarbij we met het programma rationale aan de slag gingen en alle voordelen en nadelen duidelijk in beeld hebben gezet. Elk groepslid heeft een advies uitgewerkt met voor en nadelen en deze zul je in het verslag terugzien. Tijdens dit project heb ik geleerd hoe belangrijk het is om kritisch naar bepaalde punten te kijken om tot een advies/conclusie te komen. Bij het adviesgesprek hebben wij onze adviezen voorgelegd aan de manager van de kantine, met het advies magere belegsoorten en het stoplichtensysteem wilde hij graag aan de slag gaan en hier zijn wij heel blij mee. Integrale opdracht Kantine onderzoek VD-A310-13 Zanna Hofstede 13115545 Thomas Engelen 13032585 Isabel de Groot 13053221 Jelly Barnas 13056891 Sabine de Heer 13010093 Melanie Kaljouw 13017470 Klas: 1E1 Inleverdatum: 11 april 2014 Inhoudsopgave Inleiding blz. 3 Methode blz. 3 Resultaten en conclusies blz. 3 t/m 5 Eerste advies Tweede advies Derde advies Vierde advies Vijfde advies Discussie blz. 5 Literatuur blz. 6 Bijlage 1 uitwerkingen van de enquête Bijlage 2 uitwerkingen kantine aanbod blz. 7 t/m 10 blz. 11 t/m 12 Inleiding In Nederland heeft ruim de helft van de volwassen overgewicht en ruim 10% lijdt aan obesitas. Overwicht gaat gepaard met gezondheidsklachten, dit heeft als gevolg een hoog ziekteverzuim en vervroegde uittreding uit het arbeidsproces. (Centraal Bureau voor de Statistiek , 2012) In opdracht van de opleiding Voeding & Diëtetiek aan de Haagse Hogeschool hebben wij, zes studenten, onderzoek gedaan in de kantine van het brandweertrainingscentrum in Vlissingen. Deze kantine hebben wij in kaart gebracht om te kijken hoe gezond deze daadwerkelijk is. Er is gekeken hoe deze kantine op een gezonde manier verbeterd kan worden. Met de resultaten die uit dit onderzoek komen, word er advies gegeven aan de manager van de kantine. Wij hopen dat hij dit advies gaat gebruiken om zijn personeel zo vitaal mogelijk te houden. Methode Om het aanbod van de kantine in kaart te brengen hebben wij een bezoek gebracht aan de kantine van het brandweertrainingscentrum in Vlissingen. Van deze kantine zijn er foto’s gemaakt en zijn aanbod aan voeding. Er is een enquête (zie bijlage 1) afgenomen onder de bezoekers van de kantine (N=25). Door de gegevens die uit deze enquête kwamen hebben wij informatie verkregen over wat de kantinebezoekers vinden van het aanbod, hoe de gezondheid en BMI is van deze bezoekers en nog een aantal doelgerichte vragen. De resultaten van de enquête zijn verwerkt en geanalyseerd in het programma Word (zie bijlage 2). Vervolgens is het kantine aanbod geanalyseerd. Daarna vergeleken met de Richtlijnen Goede Voeding en schematisch weergegeven in het programma Rationale. Aan de hand van dit schema zijn er ideeën en mogelijke adviezen naar voren gekomen die uitgebreid zijn beredeneerd (in het programma Rationale) tot concrete adviezen. Resultaten en Conclusie (adviezen) Uit de enquête is gebleken dat 28% van de kantine bezoekers een gezond gewicht heeft. Van het totaal aantal kantine bezoekers heeft 72% overgewicht, waarvan 8% obesitas. Echter vindt 96% van de kantine bezoekers gezond eten erg belangrijk op hun werk. De ondervraagden geven daarentegen wel aan dat zij geen advies willen bij de keuze die ze maken in de kantine. Er is ook gevraagd wat zij een gezonde lunch vonden en hoe de ideale lunch eruit ziet (zie bijlage 1). Slechts twee deelnemers van de enquête miste iets in de kantine, dit was verse vis en een omelet. Uit de analyse van het kantine aanbod is gebleken dat 21% van de producten in de voorkeurscategorie valt, 21% in de middenwegcategorie en 58% in de uitzonderingscategorie. Dit betekent dat 21% van de producten uit de kantine goed voor de gezondheid is, 21% van de producten middelmatig voor de gezondheid zijn en 58% van de producten niet goed zijn voor de gezondheid. Meer dan de helft van de producten blijkt dus ongezond te zijn (zie bijlage 2). Uit de analyse van de kantine zijn adviezen geformuleerd. Het zijn adviezen over producten die verbeterd dienen te worden en over producten die gunstig zijn om toe te voegen. Deze adviezen zijn berust op het gezonder maken van de kantine, dit is beter voor het personeel omdat de meerderheid van de bezoekers overgewicht heeft. Dit kan deels komen doordat meer dan 50% van de producten in de kantine ongezond is. Het eerste advies is om een verse fruitsalade toe te voegen. Fruit heeft een gezond effect op iedereen. (Voedingscentrum) Dit kan zelfs van invloed zijn op het behoud van het personeel. (Lortzen, 2013) Uit de enquête is gebleken dat 24 van de 25 bezoekers gezond eten belangrijk vind. Het huidige aanbod van vers fruit is te beperkt, een verse fruitsalade is makkelijk te consumeren dan fruit wat nog geschild moet worden. Door meer aanbod te creëren zal er meer fruit gegeten worden. (Voedingscentrum) Gesneden fruit heeft meer kosten en is beperkter houdbaar echter het kan worden aangeboden in kleine in plaats van volle bakken. Door deze optie valt er het meeste rendement te behalen volgens recent onderzoek. (Wijk, 2010) Het tweede advies is om magere vleeswaren toe te voegen of als alternatief van de huidige vleeswaren. Magere vleeswaren zijn gezonder doordat normaal beleg veel verzadigde vetten bevatten, wat het lichaam niet nodig heeft en kan leiden tot gewichtstoename. (Marloes, 2013) Magere vleeswaren bevatten daarentegen veel eiwitten, vitamines, mineralen en spoorelementen. (Catsberg, 2012) Helaas hebben 18 van de 25 kantinebezoekers overgewicht. Zij kunnen calorieën besparen door magere vleeswaren te consumeren in plaats van het normale beleg. Het nadeel van magere vleeswaren toevoegen in de kantine is dat het tijd en geld kost voor het personeel om kennis te vergaren over magere vleeswaren. De onderzoekers zullen ook enige informatie geven over magere vleeswaren om daarmee aan de slag te gaan. Magere vleeswaren zijn echter wel duurder dan het huidige beleg. Het derde advies is een boerenomelet toevoegen als gezonde warme snack. Door een omelet in vloeibaar vet te bakken krijgt de omelet samen met de toegevoegde groenten een hogere voedingswaarde dan het huidige snackaanbod. (Voedingswaarde) Echter slechts 4% van de bezoekers mist een boerenomelet in de kantine. Er is hier geen specifieke vraag over gesteld in de enquête. De eiwitten in een omelet zorgen voor een goede opbouw van de spieren, wat kan helpen bij fysiek zwaar werk. (Stichting voedingscentrum Nederland) Het vierde advies is een stoplicht systeem dat kan worden toegepast op de producten in de kantine. Dit systeem geeft duidelijk aan door middel van groene, oranje of rode labels of producten in de voorkeur, middenweg- of uitzonderingscategorie vallen. In Engeland is dit systeem een succes gebleken. (Australian Medical Association, 2011) Uit de enquête kwam naar voren dat 76% van de kantinebezoekers geen advies wil over gezonde voeding. Echter wordt met het stoplichtsysteem de keuze voor gezonde voeding gestimuleerd zonder uitgebreid advies te hoeven geven. Het kantinepersoneel kan hierdoor leren in welke categorie de producten vallen. Deze informatie is eenvoudig op te vragen via de applicatie “Kies ik gezond?” van het voedingscentrum. (Voedingscentrum) Het vijfde advies is om vis in de kantine aan te bieden. Ruim 85% van de Nederlandse bevolking eet wekelijks niet genoeg vis, onder andere omdat ze het niet lusten en omdat ze het te duur vinden. Vis als broodbeleg is rijk aan omega-3 vetzuren. Omega-3 in vis verhoogt het HDL gehalte van het cholesterol. HDL zorgt ervoor dat er minder cholesterol wordt opgenomen en meer wordt afgevoerd naar de lever. Dit heeft een positief effect op de gezondheid. (Infonu, 2008) Omega-3 uit vis helpt ook hart en bloedvaten gezond te houden, maar dan moet er wel twee keer per week vis gegeten worden. (Nu, 2012) Een aantal vissoorten zijn niet geschikt voor in de kantine, omdat ze vervuild zijn met zware metalen. Als de vissoorten vervuild zijn bevatten ze als nog meer positieve dan negatieve effecten. (Kresser, 2010) Literatuur Inleiding (2012, juli 3). Opgeroepen op maart 26, 2014, van Centraal Bureau voor de Statistiek : http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/gezondheidwelzijn/publicaties/artikelen/archief/2012/2012-3651-wm.htm Australian Medical Association. (2011). Traffic Light Labelling. Opgehaald van Australian Medical Association: https://ama.com.au/system/files/node/7370/Traffic+Light+Labelling++Making+healthy+food+choices+easier+for+Australians.pdf Berg, I. v. (2010, 2). Edopot. Opgeroepen op 5 6, 2014, van Wageningen UR: http://edepot.wur.nl/136657 Catsberg, C. (2012). Levensmiddelenleer. ThiemeMeulenhoff. Centraat Bureau voor de Statistiek . (2013, 10 21). Bevolking; kerncijfers. Opgeroepen op 5 4, 2014, van Centraat Bureau voor de Statistiek : http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=37296ned&D1=a&D2=0,10,20,30, 40,50,60,(l-1),l&HD=130605-0924&HDR=G1&STB=T Diabetes Fonds. (2007, 8). Factsheet allochtonen. Opgeroepen op 6 4, 2014, van Diabetes Fonds: www.diabetesfonds.nl/content_v1/files/Factsheet%20allochtonen.doc GGD Limburg. (2006, 10). Infokaart allochtonen en leeftstijl . Opgeroepen op 6 8, 2014, van GGD limburg-noord: http://www.ggdlimburgnoord.nl/GGD_NML_C01/UploadData/images/1/0/Pdf/Infokaarten/Infokaart _allochtonen_en_leefstijl.pdf Infonu. (2008). Voeding hart en vaatziekten. Opgeroepen op 03 28, 2014, van Infonu: http://mensen-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/19462-voeding-en-hart-en-vaatziekten-visvetzuren.html Kresser, C. (2010). Opgeroepen op 03 28, 2014, van Chris Kresser: http://chriskresser.com/is-eatingfish-safe-a-lot-safer-than-not-eating-fish Lortzen, D. M. (2013). Gezondheid en verzuim het meest bepalend voor aannemen en behoud van personeel. Opgehaald van TNO: https://www.tno.nl/content.cfm?context=overtno&content=persbericht&laag1=37&item_id=201310 030036 Marloes. (2013, september 11). voeding. Opgehaald van optima vita: http://www.optimavita.nl/voeding/gezond-broodbeleg/ Nu. (2012, 10 14). Lifestyle. Opgeroepen op 03 24, 2014, van Nu: http://www.nu.nl/lifestyle/2958508/nederlanders-eten-weinig-vis.html RIVM. (2004). Ons eten gemeten. Opgeroepen op 6 5, 2014, van Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu: http://rivm.openrepository.com/rivm/bitstream/10029/8860/1/270555007.pdf RIVM. (2014, 6 5). Voeding: Zijn er verschillen naar etniciteit? Opgeroepen op 6 6, 2014, van Nationaal Kompas : http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/leefstijl/voeding/zijn-er-verschillennaar-etniciteit/ Seignette, C. (2008, 03). Niet-westerse immigranetn hebben vaker overgewicht. Opgeroepen op 6 5, 2014, van Bloedsuiker: http://www.bloedsuiker.nl/index.php?edition_id=409&article_id=3499 Stichting voedingscentrum Nederland. (sd). Eiwitten. Opgeroepen op 04 2014, 04, van Voedingscentrum: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/eiwitten.aspx Voedingscentrum. (sd). Fruit. Opgehaald van Voedingscentrum: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/fruit.aspx#blok3 Voedingscentrum. (sd). Gezonde keuze stimuleren. Opgehaald van Voedingscentrum: http://gezondeschoolkantine.voedingscentrum.nl/nl/inspiratie/Gezonde-keuze-stimuleren.aspx Voedingscentrum. (sd). kies ik gezond? Opgeroepen op 04 2014, 05, van voedingscentrum: https://mijn.voedingscentrum.nl/nl/kies-ik-gezond/ Voedingswaarde. (sd). Opgeroepen op 04 2014, 04, van Voedingswaardetabel: http://www.voedingswaardetabel.nl/voedingswaarde/voedingsmiddel/?id=1184 Wijk, R. d. (2010). Consumentenonderzoek in het restaurant van de toekomst. Opgehaald van Wageningen UR: http://edepot.wur.nl/159604 Bijlage 1 uitwerkingen van de enquête Man: 24 Vrouw: 1 Leeftijd: 24, 30, 32, 33, 34, 38, 40, 41, 41, 42, 44, 48, 48, 48, 49, 49, 49, 50, 51, 51, 51, 53, 55, 55, 56 Lengte, Gewicht: (179 ; 82) (172 ; 75) (178 ; 87) (178 ; 78) (184 ; 80) (180 ; 97) (188 ; 89) (183 ; 75) (182 ; 90) (181 ; 96) (180 ; 99) (188 ; 109) (179 ; 86) (187 ; 82) (178 ; 81) (182 ; 86) (175 ; 74) (185 ; 85) (200 ; 115) (181 ; 85) (183 ; 88) (164 ; 64) (165 ; 64) (182 ; 90) (187 ; 92) Gemiddelde leeftijd: 42,36 BMI: 25,6 / 25,4/ 27,5/ 23,6/ 29,9/ 25,2/ 22,4/ 27,2/ 29,3/ 30,6/ 30,8/ 26,8/ 23,4/ 26,6/ 26,0/ 24,2/ 24,8/ 28,8/ 25,9/ 26,3/ 23,8/ 23,5/ 27,2/ 26,3/ 25,6 Gemiddeld:26.3 Zeven mensen hebben een gezond BMI en 19 zitten boven de 25 waarvan 16 deelnemers een BMI hebben tussen de 25 en 30 en twee mensen tussen de 30 en 35. Ziektebeelden: Te hoog cholesterol: 1 Hoge bloeddruk: 3 Diabetes: 1 Geen van bovenstaande: 20 Wat verstaat u onder een gezonde lunch? - 1x boterham kipfilet, 1x boterham rookvlees, 1x boterham jam, 1 mandarijn. - Bruin brood, vleeswaren, kaas, evt. ei. - Niet of niet teveel vetten. - Bruin brood, geen vette hap. - Geen antwoord x2. - Broodje gezond. - Broodje, salade, soepje, maar een snackje op zijn tijd mag. - Brood, soep, fruit, zuivel. - Verse producten. - Een bruine boterham met beleg. - Bruin brood, beleg, fruit. - Verse gezonde producten, o.a. fruit en salade. - Brood + beleg + melk + fruit. - Lekker eten en gezond. Brood, fruit en groente/salade. - Vers fruit en salade. - Salades, gezond beleg. - Gevarieerd eten. - Boterham met kipfilet en melk. - Broodje gezond met pinda saus. - Brood beleg, melk. - Broodje kaas/worst. - Donker brood met hartig beleg. - Hartig beleg + bouillon. - Bruine boterham met beleg en glas melk. Van een schaal van 1 op 10, hoe belangrijk vind u het om gezond te eten op uw werk? 10: 1 9: 1 8: 12 7: 10 5: 1 1 op de 25 deelnemers geeft aan het niet heel belangrijk te vinden om op het werk gezond te eten. En 1 deelnemers geeft een cijfer 10 betreft het belangrijk vinden van gezond eten op het werk. 48% geeft een 8 en 28% een 7. Hierin blijkt dat alle ondervraagde op 1 deelnemer na, het allen belangrijk vinden om gezond te eten op het werk. Wat vind u van het huidige aanbod van de kantine? Gezond en goede kwaliteit: 19 Gezond: 2 Goede kwaliteit: 3 Geen goede kwaliteit: 1 76% vind het huidige aanbod van goede kwaliteit en gezond. 1 deelnemer is van mening het geen goede kwaliteit te vinden. 12% vind het huidige aanbod alleen van goede kwaliteit en 8% vind het alleen gezond. Zou u advies willen over de keus die u maakt in de kantine? Ja: 6 Nee: 19 76% wilt geen advies over de keuzes die gemaakt worden in de kantine. 24% zou wel advies willen. Conclusie: merendeel wilt geen advies Hoe ziet uw ideale lunch er uit? - Veel vezels en vitamine + sap of melk. Geen antwoord x9. Donker brood, zacht broodje, soepje. Eitje, croissantje, sinaasappelsap. Bruin brood, ham/kaas, andere vleeswaren. - Broodje gezond, melk en fruit. Broodje, salade, soepje, snackje. In balans. Bruin brood, zuivel, fruit. Brood, soep, salade. Een paar boterhammen met beleg. Brood + beleg + soep + melk + fruit. Brood, beleg, fruit. Twee broodjes, fruit, soep. Gevarieerd. Hard broodje, filet american, soep, vers brood. Bruine boterham met divers beleg. Zijn er producten die u mist in de kantine bij de lunch? Nee: 23 Ja: 2 - Omelet Verse vis Advies voor man leeftijd 42 (voedingscentrum) 7 sneetjes bruin brood 450ml melk (producten) 100-125 (gram) vlees (waren)/kip/eieren/vis/vleesvervangers 35 gram halvarine (5g per sneetje) 1,5 plak kaas 2 stuks fruit 200g groente 1500-2000ml dranken(incl. melk) Hoe gezond is eigenlijk de lunch wat de populatie onder een ‘gezonde lunch’ verstaat? 17 deelnemers van de 25 ondervraagden vinden dat brood bij een gezonde lunch hoort. Hierbij geven zes deelnemers aan dat het om bruin/donker brood gaat. De overige geven geen soort brood aan. Zeven deelnemers neemt fruit mee in zijn antwoord en zes deelnemers geven salade als antwoord. Hieruit blijkt dat 42,5% zich bewust is van fruit consumptie tijdens de lunch en 40% van salade. Ook wordt gevarieerd eten eenmaal genoemd net zoals het antwoord ‘niet of niet teveel vetten’ en ‘geen vette hap’, maar wat wordt er gezien onder ‘geen vette hap’. Is het daadwerkelijk geen vette hap wat er dan als alternatief wordt gekozen? Het antwoord wat het meest rijk was aan verzadigde vetten is het antwoord met ‘broodje gezond met pindasaus’. Dit laat zien dat er niet bewust over na wordt gedacht dat een broodje gezond eigenlijk niet zo gezond is als de naam doet zeggen. En door de keus om voor pindasaus te kiezen geeft aan dat er niet voldoende informatie over gezonde voeding is. Er wordt drie keer soep(waaronder eenmaal bouillon) genoemd in combinatie met brood. Er is één keer voor het antwoord ‘broodje gezond’ gekozen. Wat verstaat u onder een gezonde lunch? - 1x boterham kipfilet, 1x boterham rookvlees, 1x boterham jam, 1 mandarijn Bruin brood, vleeswaren, kaas, evt. ei Niet of niet teveel vetten Bruin brood, geen vette hap Geen antwoord x2 Broodje gezond Broodje, salade, soepje, maar een snackje op zijn tijd mag Brood, soep, fruit, zuivel Verse producten Een bruine boterham met beleg Bruin brood, beleg, fruit Verse gezonde producten, o.a. fruit en salade Brood + beleg + melk + fruit Lekker eten en gezond. Brood, fruit en groente/salade Vers fruit en salade Salades, gezond beleg Gevarieerd eten Boterham met kipfilet en melk Broodje gezond met pinda saus Brood beleg, melk Broodje kaas/ worst Donker brood met hartig beleg Hartig beleg + bouillon Bruine boterham met beleg en glas melk Bijlage 2 Uitwerkingen kantine aanbod Producten Eierkoeken Krentenbollen Bolussen Beschuit Peijnenburg ontbijtkoek Fries roggebrood Wasa sesamcrackers Bruine zachte bollen Witte zachte bollen Bruine harde puntjes Witte harde puntjes Wit brood Bruin brood Meergranen brood Zuurdesembrood Banaan Sinasappel Mandarijn Appels Peren Jus d`Orange Karnemelk Halvolle melk Fritessaus 20 ml Curry 10 ml Ketchup 10 ml Mosterd 4 gram Filet American 40 gram Leverworst 25 gram Acherham 2 plakken 24 gram Roompate 2 pakken 25 gram Salami 18 gram Gebraden kipfilet 20 gram Jong belegen kaas 40+ Komijnenkaas 40+ Belegen kaas 40+ Slankie 20+ Chocoladevla Bananenvla Halfvolle yoghurt Campina quarkdessert Magere yoghurt Frikandel Kaaskroket Broodjes knakworst met zuurkool Champignon crème soep Heldere kippensoep Voorkeur Middenweg Uitzondering X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X Rucola Rozijnen/komkommersalade Aardappelsalade Ravicottensaus X X X X Producten per 100 gram Energi e (kcal) Koolhydraten (g) Eiwit (g) Vet verzadigd (g) 0,5 0,8 4,7 1,9 0,2 0,2 7 1,1 0,7 0,3 0,4 0,4 0,4 0,7 0,4 0,1 0,2 0 0 0,1 0 0,2 1 3,5 0 1,6 4 8,9 2,1 11,4 13,8 2,3 ??? 16,8 14,6 4,4 1,6 1,8 1 2,6 0,2 6,3 5,5 Voedingsvezels (g) 7 8,4 5,8 14 3 5,6 8 13,4 9,7 10 9,8 9 9,8 12,3 9,3 1,1 0,8 0,7 0,2 0,2 0,6 3 3,4 0 1 6,7 14,2 14,5 18,2 9,6 18,7 28,5 0 0 0 3,3 16 13,5 4,3 17 4,1 8,1 16,3 Vet totaal (g) 2,1 2,5 14,1 4,6 1,2 1,3 17 6,8 3,6 1,5 1,7 1,7 1,8 4,8 2,6 0,3 1 0,1 0,2 0,3 0 0,2 1,5 36 0,1 8,6 18,8 24,4 5,8 33 34,8 7,9 25 25,7 24,3 7,8 3 2,8 1,5 4 0,3 19,4 10 Eierkoeken Krentenbol Bolus Beschuit Peijnenburg ontbijtkoek Fries roggebrood Wasa sesamcrackers Bruine bollen Witte zachte bollen Witte harde puntjes Bruine harde puntjes Wit brood Bruin brood Meergranen brood Zuurdesembrood Banaan Sinasappel Mandarijn Appels Peren Jus d`Orange Karnemelk Halfvolle melk Fritessaus Ketchup Mosterd Filet american Leverworst Achterham Roompaté Salami Gebraden kipfilet Jong belegen kaas 40+ Komijnenkaas 40+ Belegen kaas 40+ Slankie 20+ Chocolade vla Bananenvla Halfvolle yoghurt Campina quarkdessert Vetarme yoghurt (mager) Frikadel Kaaskroket Broodje knakworst met zuurkool Champignon crème soep 284 268 349 408 313 193 469 283 262 277 236 251 241 261 235 95 51 45 60 55 44 31 46 372 85 142 240 286 135 360 392 188 335 341 324 152 104 88 51 127 38 259 187 59,1 50,9 48,4 76,3 70,7 35,7 70 38,7 45,9 54,4 42,9 48,4 43,9 39 40,5 20,6 7,8 9,8 13 11,7 9,1 3,6 4,6 12 19,5 7,9 3 1,8 2,1 5,8 0,9 0,6 27 27,3 25,5 17 3,2 2,2 4,5 5,1 4,2 13 7,76 35 0,8 2,6 0,9 2,3 0,7 0,6 4,2 2,7 2,8 3,5 8,3 2,2 6,4 3,8 2,8 5 2,6 4,9 6,3 6 1,9 2 0,9 2 2,2 0,3 0 0 0 0,8 3 0,9 0,5 0,1 1,1 0 0 0 0 0 0,5 0 0,2 0 0,3 0 0 0,6 Heldere kippensoep Rucola Rozijnen/komkommersalade Aardappelsalade Ravicotten saus 45 23 173 145 333 5,2 3,5 0,7 2 0,7 1,8 0 9 16 6 1,6 0,5 14,9 8 33 0,6 0,1 0 2,2 0,7 2,7 0 0,7 Project 4, onderzoeker en voorlichter In het laatste blok van de opleiding stond de onderzoeker en voorlichter centraal. Tijdens dit blok hebben wij een voorlichtingsplan ontwikkeld voor allochtonen die in Nederland wonen. Deze opdrachten hebben wij met z`n drieën uitgevoerd. Kwalitatief Onderzoek Zijn Turkse Nederlandse vrouwen echt zo anders?! Een onderzoek bij Turkse vrouwen naar bewust wording van hun gezondheid ‘Voornamelijk de mensen die weinig bewegen, slecht eten en dik zijn ‘dagelijks moet je 2 stuks fruit en 200 gram groenten toch’ Inhoudsopgave Inleiding………………………………………………………………………………………………… Analyse van volksgezondheid………………………………………………………………… Analyse van gedrag en determinanten………………………………………………….. Methode………………………………………………………………………………….. Resultaten……………………………………………………………………………….. Conclusie/interventieontwikkeling………………………………………………………… Discussie……………………………………………………………………………………………….. Literatuurlijst…………………………………………………………………………………………. 2 2 5 5 7 10 12 13 Bijlage Sabine………………………………………………………………………………………… Bijlage Zanna…………………………………………………………………………………………. Bijlage Isabel…………………………………………………………………………………………. Kritische reflectie…………………………………………………………………………………… 14 17 21 26 Inleiding Wij, 3 enthousiaste studenten, van de opleiding Voeding en Diëtetiek hebben een opdracht gekregen van diëtistenpraktijk 2gether In Balance. Deze diëtistenpraktijk wil niet-westerse allochtone Nederlanders graag overtuigen van het belang van een gezonde leefstijl. Onze opdracht is het ontwikkelen van een voorlichtingsplan om een bepaalde doelgroep te overtuigen van de risico's op welvaartziekten. De gekozen doelgroep zijn Turkse vrouwen zonder diabetes mellitus type 2. Om deze vrouwen zo goed mogelijk te informeren is er een voorlichtingsplan opgesteld, zodat er meer inzicht ontstaat over het gedrag en de houding van de gekozen doelgroep tegenover diabetes mellitus type 2 en de risicofactoren. De centrale vraag voor het gehele onderzoek is ‘Zijn Turkse vrouwen die in Nederland wonen bewust bezig met hun gezondheid om Diabetes te voorkomen?’ Analyse van Volksgezondheid Om de interventie te leiden tot bevordering van gezond gedrag is het voor de hand liggend om te beginnen met een evaluatie van de gezondheidstoestand van Turkse vrouwen in Nederland. In de analyse van volksgezondheid word de vraag gesteld ‘’wat zijn de belangrijkste gezondheidsproblemen waarmee Turkse vrouwen worden geconfronteerd?’’ Voor de analyse is er literatuuronderzoek gedaan naar verschillende indicatoren maar ook de kwaliteit van het leven heeft meegewogen in het vooronderzoek. De meegenomen indicatoren zijn risicofactoren van diabetes mellitus type 2. Demografische kenmerken Nederland telde in 2013 395.302 personen van geregistreerde inwoners van Turkse afkomst (Centraal Bureau voor de Statistiek , 2013). Niet-westerse allochtonen zijn vooral geconcentreerd in de vier grootste steden in Nederland. Zo vormen de niet-westerse allochtonen in 2008 45% van de bevolking in Amsterdam, 46% in Rotterdam, 33% in Den Haag en 21% in Utrecht. De afkomst van de allochtonen verschilt per stad. Onder niet-westerse allochtonen worden personen die uit de landen Afrika, Latijns-Amerika, Azië (exclusief Indonesië en Japan) en Turkije verstaan. (Berg, 2010) Hoeveel personen van Turkse afkomst hebben diabetes mellitus type 2? Bij de Turkse bevolking in Nederland heeft 44% van de mannen en 26% van de vrouwen boven de 45 jaar diabetes mellitus type 2. Deze percentages zijn drie tot zes keer hoger dan blanke bevolking van de leeftijd 45 jaar en hoger. (Diabetes Fonds, 2007) Hoeveel personen van Turkse afkomst hebben overgewicht? Allochtonen zijn vaak zwaarder in vergelijking met autochtonen, dit kan te maken hebben met hun cultuur. Overgewicht komt veel voor bij vrouwen van Turkse afkomst. Onder de Turkse vrouwen heeft 82% overgewicht en het percentage voor obesitas varieert van 26% onder Turkse vrouwen ten opzichte van 12% onder autochtone vrouwen (GGD Limburg, 2006). Obesitas is een belangrijke risicofactor voor een groot aantal chronische ziekten (RIVM, 2004). Dit verschil kan verklaard worden doordat Turken vaker laag staan in de sociaal economische status, uit onderzoek blijkt dat deze mensen vaker met overgewicht kampen. (Berg, 2010) (RIVM, 2014) Hoeveel personen van Turkse afkomst roken in vergelijking met Nederlanders? Roken heeft een negatieve invloed op diabetes mellitus type 2. Van de Turkse vrouwen rookt 35% in tegenstelling tot 25% van de autochtonen vrouwen. Dit verschil wordt waarschijnlijk veroorzaakt doordat Turkse vrouwen een deel van hun leven in het land van oorsprong hebben doorgebracht en hierdoor meer aan bloot zijn gesteld. (GGD Limburg, 2006) Zijn er verschillen qua voedingsinname? Turkse vrouwen hebben een hogere inname van gezonde vetzuren dan autochtone vrouwen, dit kan te maken hebben met hun eetcultuur. In deze eetcultuur gebruiken ze veel olijfolie in vergelijking met autochtone vrouwen. De groente consumptie onder Turkse vrouwen is gunstiger dan autochtonen. Turkse vrouwen halen de aanbeveling twee stuks fruit en 200 gram groente per dag maar ontbijten minder vaak dan autochtone personen. (RIVM, 2014) Naast alle gezonde producten, worden er ook veel ongezonde producten gemaakt zoals bladerdeegproducten, koekjes en gebruikt men veel suiker. (Berg, 2010) De alcoholinname is gestaag lager dan bij autochtone vrouwen. De percentages zijn 2% bij Turkse vrouwen en 11% bij vrouwelijke autochtonen. (GGD Limburg, 2006) Heeft een sociale bezigheid invloed op het eetgedrag? Voeding is erg belangrijk in de eetcultuur van Turken. Het is een manier om waardering te tonen van het bezoek en op ieder tijdstip van bezoek dient er een variëteit aan hapjes aangeboden te krijgen. Door deze gastvrijheid word er altijd meer gekookt dan een standaard maaltijd, omdat er altijd word gerekend op onverwacht bezoek. In de Turkse cultuur zijn er veel tradities, gebruiken en normen en waarden rondom voeding die moeilijk te beïnvloeden zullen zijn. Er word altijd meer gekookt door de gastheer/gastvrouw De nieuwe generaties zijn al meer aan het verwesteren qua maaltijden, maar uit onderzoek blijkt dat aan deze maaltijden dan een Turks tintje word gegeven. (Berg, 2010) Hoe is het bewegingspatroon van personen van Turkse afkomst? De aanbevolen beweging per dag voor volwassen is een half uur matig intensieve lichamelijke beweging tenminste vijf dagen per week. Personen van Turkse afkomst bewegen minder dan de aanbevolen beweging, doordat zij hiermee niet zijn opgegroeid of ze hebben nooit het belang ervan ingezien. In hun cultuur is het niet gewoonlijk dat traditionele Turkse vrouwen activiteiten buitenhuis mogen doen van hun echtgenoot. (Seignette, 2008) Turkse vrouwen hebben onvoldoende lichaamsbeweging 84% tegenover 40% van de vrouwelijke autochtonen. (GGD Limburg, 2006) Analyse van gedrag en determinanten Methode Om een antwoord te krijgen op de onderzoeksvraag ‘Zijn Turkse vrouwen die in Nederland wonen bewust bezig met hun gezondheid om diabetes te voorkomen’?, zijn er deelvragen gemaakt die te maken hebben met de diverse onderwerpen die tijdens het interview zijn behandeld. De deelvragen kunnen leiden tot een duidelijk inzicht op de centrale onderzoeksvraag. Deelvragen 1 . Hoelang woont de populatie al in Nederland en hoe ziet de leefsituatie van deze populatie eruit? Het is belangrijk om inzicht te krijgen over de achtergrond van de populatie en over de leefsituatie om een beter beeld te krijgen hoe bepaalde factoren van invloed kunnen zijn op het gedrag van de populatie. 2. Hoe is het gesteld met de kennis over diabetes bij de populatie? Het is van belang om te kunnen inzien in hoeverre de doelgroep inzicht heeft over het ziektebeeld die veel voorkomt in hun cultuur. Als de populatie zich niet bewust is van de geconstateerde welvaartsziekte, zal er ook geen verandering plaats vinden. Op basis hiervan kan het voorlichtingsplan worden aangepast. Het inzicht over het ziektebeeld kan worden beïnvloed door juiste informatie te vertrekken. 3. Hoe is de attitude gesteld van de Turkse populatie en in hoeverre gaat de populatie bewust met zijn gezondheid om? Door het ontwikkelen van een voorlichtingsplan kan de attitude beïnvloed worden. De attitude is ook een onderdeel van determinanten van gedrag. De houding van de populatie kan bepaalde factoren verklaren die van invloed zijn op de gezondheid. 4. Hoe is het gesteld met de sociale invloed van de populatie van 40-60 jaar in Gorinchem? Door hier vragen over te stellen kan worden belicht waarom bepaalde factoren van invloed zijn op de gezondheid en gedrag van de populatie. Met deze kennis kan worden ingespeeld op het voorlichtingsplan. 5. Hoe is de eigen effectiviteit van de populatie ingesteld als het gaat om de gezondheid met betrekking tot diabetes? Deze deelvraag van determinanten van gedrag is onmisbaar bij het opstellen van het voorlichtingsplan. De eigen effectiviteit van de populatie kan bepalend zijn voor de informatie die kan worden gegeven. Als de eigen effectiviteit hoog is zal de populatie meer openstaan voor nieuwe inzichten van het voorlichtingsplan. 6. Wat vind de Turkse populatie van het voorlichtingsplan dat zal worden opgesteld? De uitkomst van deze deelvraag speelt een grote rol bij de ontwikkeling van het voorlichtingsplan. De mening van de populatie word hierbij hoog geacht. Populatie Voor het onderzoek is er een semigestructureerd interview afgenomen met drie Turkse vrouwen. De populatie bestaat uit vrouwen tussen 40-60 jaar met de overeenkomst dat ze allen uit een gemeenschappelijke apotheek in Gorinchem komen. Deze vrouwen zijn benaderd door één van de onderzoekers en vervolgens is er door middel van een telefonisch gesprek een datum en tijd afgesproken voor het interview. Deze vond plaats in de spreekkamer van de apotheek waar een van de onderzoekers werkt. De vrouwen zijn van tevoren ingelicht over het doel van het gesprek. Tijdens het interview zijn er diverse onderwerpen behandeld als: achtergrond, kennis, attitude, sociale invloed, eigen effectiviteit en interventie. De onderzoekers hebben als kernlabel: 'bewustzijn' gekozen. Dit label is gekozen met achterliggende gedachte dat bewustzijn veel verteld over de kennis van de populatie en in hoeverre ze deze toepassen. Ook sluit deze kernlabel aan op de onderzoeksvraag. Meetinstrumenten Voor het onderzoek is voorafgaand besproken welke instrumenten er werden gebruikt tijdens het onderzoek. Het interview zou opgenomen worden met de camera van een telefoon, omdat dit haalbaar was voor elke onderzoeker. Door het op te nemen kan het interview later zo correct mogelijk geanalyseerd worden. Echter wegens het privacybeleid van de apotheek was het niet van toepassing om het interview op te nemen. Daarom is er gebruik gemaakt van volledige notatie op papier tijdens het interview. Analyse Na volledige afname van drie semigestructureerde interviews hebben de onderzoekers individueel een interview uitgewerkt. Ook het sf-12 formulier is uitgewerkt. De antwoorden zijn geanalyseerd waarbij deze werden gelabeld aan de topics die gevraagd zijn aan de populatie. Hierdoor is een duidelijke structuur ontstaan. Aan de hand hiervan zijn de resultaten tot stand gekomen die in dit verslag terug te vinden zijn. Resultaten Achtergrondinformatie De ondervraagde vrouwen wonen 11, 40 en 43 jaar in Nederland. 2 vrouwen hebben een baan en 1 vrouw zorgt thuis voor haar kinderen. 2 vrouwen hebben hobby’s als; muziek maken, instrument bespelen, fietsen, films kijken en winkelen, de andere vrouw heeft op het moment geen hobby’s, omdat ze het erg druk heeft met werken. Alle 3 de vrouwen hebben kinderen. Er word door 2 vrouwen altijd zelf gekookt en bij 1 vrouw wordt er doordeweeks thuis gekookt door de man. De vrouwen doen zelf de boodschappen. Kennis & risicoperceptie Uit de interviews is gebleken dat de ondervraagde vrouwen alle 3 bekend zijn met Diabetes Mellitus. 2 van de 3 vrouwen kon vertellen wie het risico loopt op Diabetes Mellitus en 1 vrouw dacht dat mensen die geen aanleg hebben om dik te worden een grotere kans op Diabetes Mellitus zouden hebben. Als aan de populatie werd gevraagd welke mensen er risico lopen op Diabetes Mellitus dan gaven de ondervraagden de volgende risicofactoren aan; overgewicht, roken, slecht eten en weinig bewegen. Alle 3 de vrouwen wisten dat het lichaam bij Diabetes Mellitus een tekort aan insuline heeft. Bij 2 van de 3 vrouwen komt Diabetes Mellitus voor in de familie en bij de andere vrouw is het niet duidelijk of het voor komt in de familie omdat daar geen contact mee is. Attitude Van de ondervraagden gaven alle 3 de vrouwen aan dat tijdens het inkopen van boodschappen word gelet op de gezondheid. 2 van de 3 vrouwen gaven dit als volgt aan met; “ik heb de witte rijst vervangen door zilvervliesrijst”, “ik vind het erg belangrijk het goede voorbeeld aan mijn kinderen te laten zien.’’ De ander vrouw gaf het volgende aan; “ik let er wel op, maar ik heb een kind die van lekker eten houdt en dat maakt het soms lastig.’’ De ondervraagde vrouwen gaven aan dat sport belangrijk is voor hun gezondheid. 2 van de 3 vrouwen hebben er weinig tijd voor maar gaven wel aan een half uur te bewegen op een dag. Er is gevraagd wat de vrouwen vinden van overgewicht in hun omgeving, de vrouwen reageerden hierop als volgt; “het is niet goed om zoveel vet te hebben”, “dit vind ik laks naar het lichaam toe, geen respect voor het lichaam” en “ik denk dan wel van ze kunnen toch meer gaan bewegen, maar ik oordeel daar liever niet over.’’ Sociale invloed 2 van de 3 vrouwen geeft aan dat familie en vrienden sporten en een gezond eetpatroon niet belangrijk vinden. 1 van de 3 vrouwen geeft aan dat circa de helft van haar vrienden en familie zich bezig houdt met sporten en een gezond eetpatroon. 1 van de 3 vrouwen is niet beïnvloedbaar bij het maken van een keuze, de andere vrouwen laten zich snel beïnvloeden door familie en vrienden. Tijdens eetgelegenheden gaan alle 3 de vrouwen snaaien of laten ze zich gaan. Ze vinden dat het mag en lekker is. 1 van de 3 vrouwen geeft aan dat ze weinig eetgelegenheden heeft buiten de deur. De 3 vrouwen doen niet mee aan de ramadan, omdat de hapjes mislukken en er weinig rekening mee word gehouden tijdens het werk in Nederland. Eigen effectiviteit 1 van de 3 vrouwen rookt en vind het te moeilijk om te stoppen. De andere vrouwen roken niet, maar 1 van deze vrouwen heeft 20 jaar gerookt en is gestopt omdat het slecht is voor de gezondheid De vrouwen zouden niet meer willen bewegen om hun gezondheid te verbeteren, omdat ze al bewegen en er geen zin of tijd voor hebben. 2 van de 3 vrouwen gaven aan gezond te eten, 1 van de 3 vrouwen zou graag gezonder willen eten om wat kilo`s kwijt te raken. 2 vrouwen willen graag voorlichting toegereikt krijgen over gezond eten en 1 vrouw vind dit niet nodig, omdat ze dit op internet leest en de santé maandelijks ontvangt. De vrouwen zouden bepaalde dingen laten staan, omdat het beter is voor hun gezondheid. Daarbij gaven ze wel aan hier wel veel moeite mee te hebben om de verleiding te weerstaan. Interventie-ideeën Aan de vrouwen is gevraagd of ze zichzelf gratis in de buurt zouden laten testen om erachter te komen hoe groot de kans is op diabetes mellitus. 2 van de 3 vrouwen zouden dit graag doen, de andere vrouw heeft zich al vaker laten testen op Diabetes Mellitus. De volgende vraag is gesteld om erachter te komen welke voorlichting de vrouwen aanspreekt; “hoe zou u voorlichting willen krijgen over Diabetes Mellitus en voeding?” De vrouwen zouden graag voorlichting krijgen via youtube, facebook of een georganiseerd clubje. 2 van de 3 vrouwen zou graag willen weten welke hapjes ze neer zouden kunnen zetten op een verjaardag. SF-12 De SF-12 is ingevuld door alle 3 de vrouwen om de kwaliteit van leven te achterhalen. 2 van de 3 vrouwen vinden hun gezondheid zeer goed en 1 vrouw vindt haar gezondheid goed. De vrouwen hebben geen beperkingen bij matige activiteiten zoals stofzuigen, bowlen en golfen en ervaren geen pijn bij het werk. 2 van de 3 vrouwen hebben geen beperking bij het traplopen en 1 vrouw een klein beetje. Geen van de vrouwen heeft minder bereikt door hun gezondheid. 1 vrouw heeft minder bereikt door haar emotionele problemen de 2 andere vrouwen ervaren hier geen problemen mee. Vrij vaak waren 2 vrouwen kalm en vredig en 1 vrouw meestal kalm en vredig. Zelden waren de 2 vrouwen somber en de andere vrouw soms. De sociale activiteiten werden door 2 vrouwen zelden verstoord door lichamelijke gezondheid of emotionele problemen en bij de andere vrouw nooit. Conclusie/interventieontwikkeling Diëtistenpraktijk 2gether In Balance wil niet-westerse allochtone Nederlanders graag overtuigen van het belang van een gezonde levensstijl. Het doel is om de doelgroep; Turkse vrouwen te overtuigen van de risico’s op welvaartsziekten, zoals diabetes, en aan te geven welke factoren van hun voedingspatroon zorgen voor een verhoogd risico op welvaartsziekten. Ons doel was om erachter te komen of Turkse vrouwen die in Nederland wonen bewust bezig zijn met hun gezondheid om Diabetes te voorkomen, daarvoor is er literatuuronderzoek gedaan en zijn er interviews afgenomen. Aan de hand van de literatuur en de interviews die afgenomen zijn kon er een conclusie getrokken worden. Uit de literatuur is geconstateerd dat 26% van de Turkse vrouwen boven de 45 jaar Diabetes mellitus type 2 heeft en onder de Turkse vrouwen heeft 82% overgewicht, dit is een belangrijke risicofactor voor een groot aantal chronische ziekten (RIVM, 2004). Uit de interviews is gebleken dat geen van de vrouwen overgewicht of Diabetes heeft maar dat ze zich bewust zijn van het feit dat overgewicht een belangrijke risicofactor is voor Diabetes. Uit de literatuur is geconstateerd dat personen van Turkse afkomst minder vaak bewegen doordat zij hier niet mee zijn opgegroeid of nooit het belang ervan hebben ingezien. (Seignette, 2008) Ook blijkt uit de literatuur dat Turkse vrouwen de aanbeveling van twee stuks fruit en 200 gram groente per dag halen (RIVM, 2014), Bij de determinant van gedrag attitude werd zichtbaar tijdens het interview dat de vrouwen tijdens het inkopen van boodschappen zich bewust bezig houden met hun gezondheid en voldoende bewegen. Uit de literatuur blijkt dat voeding erg belangrijk is in de eetcultuur van Turken. Door de gastvrijheid word er altijd meer gekookt dan een standaard maaltijd, omdat er altijd word gerekend op onverwacht bezoek, ook zijn er veel tradities, gebruiken en normen en waarden rondom voeding die moeilijk te beïnvloeden zullen zijn. (Berg, 2010). Uit het interview kan worden opgemaakt dat bij de sociale invloed de vrouwen snel worden beïnvloed door familie of vrienden bij het maken van keuzes. Vrienden en familie vinden sporten en een gezond eetpatroon niet belangrijk. In de praktijk blijkt dat de Turkse vrouwen bewust bezig zijn met hun gezondheid wat niet overeenkomt met de literatuur, echter is dit een doelgroep van 3 personen. Interventie Diëtistenpraktijk 2gether In Balance kan elke maand een kookworkshop organiseren waarbij Turkse vrouwen in kwestie meer leren over voeding in combinatie met diabetes, elke maand zal er een ander thema zijn. Door deze kookworkshop leren de Turkse vrouwen op een gezonde en lekkere manier koken, zodat zij tijdens familie en vrienden bezoeken dit op tafel kunnen zetten. De Turkse vrouwen zijn beïnvloedbaar door familie en vrienden en daardoor zouden wij deze doelgroep ook kunnen bereiken. Matrix Determinant Doel (na de voorlichting) Kennis De Turkse vrouwen kunnen uitleggen wat Diabetes mellitus is en hoe het ontstaat. Risicoperceptie De Turkse vrouwen kunnen uitleggen wat belangrijke risicofactoren zijn voor het krijgen van Diabetes mellitus. Attitudes De Turkse vrouwen kunnen voordelen noemen van gezond eten en bewegen. Sociale invloed De Turkse vrouwen kunnen goede argumenten aanvoeren tegen roken, niet bewegen, ongezond eten en overgewicht. Eigen effectiviteit Dat de Turkse vrouwen meer gaan bewegen, stoppen met roken, gezonder gaan eten, de kookworkshop bijwonen en vrienden en familie overtuigen van de voordelen ervan zodat zij ook gaan deelnemen aan de kookworkshop. Discussie Voor het onderzoek is er voor een semigestructureerd interview gekozen met 3 vrouwen van Turkse afkomst uit Gorinchem. Nadeel van een semigestructureerd interview is dat de onderzoeker in beperkte mate de volgorde kan aanpassen als dat beter in de loop van het gesprek past. (Harinck, 2010) Wij waren van plan het interview op te nemen en hadden hierbij nog geen rekening gehouden met het privacybeleid van de apotheek. Hierdoor werden de antwoorden zo nauwkeurig mogelijk genoteerd, maar de mogelijke kans was aanwezig dat eventuele belangrijke informatie wegviel. In een vervolgonderzoek gaat de voorkeur uit naar het opnemen van en interview, zodat het wegvallen van informatie kan worden uitgesloten. Door drie vrouwen te interviewen met de leeftijd 40-60 jaar wordt wel een kant van deze populatie belicht. Het laat zien dat de populatie hun cultuur minder aanhoudt na minimaal 40 jaar in Nederland te wonen. Over de kennis van de drie geïnterviewde Turkse vrouwen over diabetes kan worden gezegd dat deze aanwezig is. Echter is dit slechts een gering aantal om te kunnen aannemen dat dit ook in grote getallen het geval is. Het voorlichtingsplan is ontwikkeld op basis van de kennis en mening die is voortgekomen uit het interview van de populatie bestaande uit drie Turkse vrouwen. Dit voorlichtingsplan is voor een relatief kleine populatie ontwikkeld en wellicht niet geschikt voor een ruimere populatie. Om een nauwkeurig onderzoek te doen kan er voor een grotere doelgroep worden gekozen en willekeurig uit diverse plaatsen, in plaats van de populatie uit één stad te kiezen. Echter zijn de vragen die werden gesteld erg breed. Hierdoor is het risico dat de antwoorden niet specifiek genoeg zijn en bepaalde aspecten buiten beschouwing blijven. (Harinck, 2010) Literatuurlijst (2012, juli 3). Opgeroepen op maart 26, 2014, van Centraal Bureau voor de Statistiek : http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/gezondheidwelzijn/publicaties/artikelen/archief/2012/2012-3651-wm.htm Australian Medical Association. (2011). Traffic Light Labelling. Opgehaald van Australian Medical Association: https://ama.com.au/system/files/node/7370/Traffic+Light+Labelling++Making+healthy+food+choices+easier+for+Australians.pdf Berg, I. v. (2010, 2). Edopot. Opgeroepen op 5 6, 2014, van Wageningen UR: http://edepot.wur.nl/136657 Catsberg, C. (2012). Levensmiddelenleer. ThiemeMeulenhoff. Centraat Bureau voor de Statistiek . (2013, 10 21). Bevolking; kerncijfers. Opgeroepen op 5 4, 2014, van Centraat Bureau voor de Statistiek : http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=37296ned&D1=a&D2=0,10,20,30, 40,50,60,(l-1),l&HD=130605-0924&HDR=G1&STB=T Diabetes Fonds. (2007, 8). Factsheet allochtonen. Opgeroepen op 6 4, 2014, van Diabetes Fonds: www.diabetesfonds.nl/content_v1/files/Factsheet%20allochtonen.doc GGD Limburg. (2006, 10). Infokaart allochtonen en leeftstijl . Opgeroepen op 6 8, 2014, van GGD limburg-noord: http://www.ggdlimburgnoord.nl/GGD_NML_C01/UploadData/images/1/0/Pdf/Infokaarten/Infokaart _allochtonen_en_leefstijl.pdf Infonu. (2008). Voeding hart en vaatziekten. Opgeroepen op 03 28, 2014, van Infonu: http://mensen-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/19462-voeding-en-hart-en-vaatziekten-visvetzuren.html Kresser, C. (2010). Opgeroepen op 03 28, 2014, van Chris Kresser: http://chriskresser.com/is-eatingfish-safe-a-lot-safer-than-not-eating-fish Lortzen, D. M. (2013). Gezondheid en verzuim het meest bepalend voor aannemen en behoud van personeel. Opgehaald van TNO: https://www.tno.nl/content.cfm?context=overtno&content=persbericht&laag1=37&item_id=201310 030036 Marloes. (2013, september 11). voeding. Opgehaald van optima vita: http://www.optimavita.nl/voeding/gezond-broodbeleg/ Nu. (2012, 10 14). Lifestyle. Opgeroepen op 03 24, 2014, van Nu: http://www.nu.nl/lifestyle/2958508/nederlanders-eten-weinig-vis.html RIVM. (2004). Ons eten gemeten. Opgeroepen op 6 5, 2014, van Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu: http://rivm.openrepository.com/rivm/bitstream/10029/8860/1/270555007.pdf RIVM. (2014, 6 5). Voeding: Zijn er verschillen naar etniciteit? Opgeroepen op 6 6, 2014, van Nationaal Kompas : http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/leefstijl/voeding/zijn-er-verschillennaar-etniciteit/ Seignette, C. (2008, 03). Niet-westerse immigranetn hebben vaker overgewicht. Opgeroepen op 6 5, 2014, van Bloedsuiker: http://www.bloedsuiker.nl/index.php?edition_id=409&article_id=3499 Stichting voedingscentrum Nederland. (sd). Eiwitten. Opgeroepen op 04 2014, 04, van Voedingscentrum: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/eiwitten.aspx Voedingscentrum. (sd). Fruit. Opgehaald van Voedingscentrum: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/fruit.aspx#blok3 Voedingscentrum. (sd). Gezonde keuze stimuleren. Opgehaald van Voedingscentrum: http://gezondeschoolkantine.voedingscentrum.nl/nl/inspiratie/Gezonde-keuze-stimuleren.aspx Voedingscentrum. (sd). kies ik gezond? Opgeroepen op 04 2014, 05, van voedingscentrum: https://mijn.voedingscentrum.nl/nl/kies-ik-gezond/ Voedingswaarde. (sd). Opgeroepen op 04 2014, 04, van Voedingswaardetabel: http://www.voedingswaardetabel.nl/voedingswaarde/voedingsmiddel/?id=1184 Wijk, R. d. (2010). Consumentenonderzoek in het restaurant van de toekomst. Opgehaald van Wageningen UR: http://edepot.wur.nl/159604 Bijlage Sabine Datum 25-05-2014 Interview met Turkse vrouw van 45 jaar. Achtergrondinformatie: 1. Hoe lang woont u al in Nederland? “Even denken, ik ben in 2003 in Nederland komen wonen samen met mijn man. Ik woon hier nu ongeveer 11 jaar.” 2. Wat doet u voor werk? “Ik werk als receptioniste bij een hotel, ik ben begonnen in de housekeeping bij dit hotel toen mijn Nederlands nog niet zo goed was hiervoor heb ik een cursus gevolgd zodat ik uiteindelijk als receptioniste kon gaan werken.” 3. Heeft u naast het werk ook nog hobby`s? “Ik heb momenteel geen hobby`s omat ik het erg druk heb met mijn baan en mijn gezin.” 4. Ik begrijp dat u een man en kinderen heeft? Wie kookt er bij u thuis? “Ja mijn man en ik hebben 3 kinderen, meestal kook ik zelf maar als ik onregelmatige tijden moet werken dan koken mijn man en kinderen samen.” Kennis over diabetes: 1. Bent u bekend met diabetes? “Ja, mijn moeder heeft diabetes. En ze moet ook insuline spuiten en daar help ik haar wel eens bij als het niet lukt.” 2. Wie denkt u dat er risico loopt om diabetes te krijgen? “Voornamelijk de mensen die weinig bewegen, slecht eten en dik zijn.” 3. Komt het bij u in de familie voor? (zie vraag 1) Attitude: 1. Houd u rekening met uw gezondheid bij het kopen van eten? “Ja ik vind het erg belangrijk om gezond te eten en het goede voorbeeld aan mijn kinderen te laten zien.” 2. Hoe denkt u over sporten? “Sporten vind ik niet zo leuk maar ik fiets wel elke dag een kwartier naar mijn werk omdat ik weet dat het belangrijk is om te bewegen” 3. Wat vind u van mensen in de omgeving die overgewicht hebben? “Ik denk wel van ze kunnen toch gaan bewegen maar ik weet niet wat de reden is dat ze dik zijn en oordeel daar dan eigenlijk ook niet over” Sociale invloed: 1. Wat vinden uw vrienden/familie en kennissen van sporten? “Sinds mijn moeder diabetes heeft is mijn familie meer gaan sporten. Mijn vrienden en kennissen die vinden sporten niet belangrijk en ook niet leuk” 2. Hoe denken zij over een gezond eetpatroon? “Ze eten ongezond en vinden wat ik klaarmaak niet zo lekker.” 3. Word u snel beïnvloed door anderen bij het maken van een beslissing? “Nee ik laat mij niet zo snel beïnvloede want ik weet dat ik dan verkeerd bezig ben.” 4. Hebben eetgelegenheden invloed op uw eetgedrag, eet u dan anders als gewoonlijk? “Ja ik eet dan anders als ik thuis zou doen. Gelukkig heb ik maar weinig etentjes buiten de deur.” 5. Doet u mee aan de ramadan of andere feesten? “Nee daar doe ik niet aan mee. Toen in nog in Turkije woonde deed ik dat wel maar ik vond het moeilijk om vol te houden als ik moest werken of een drukke dag had en daar houden ze in Nederland geen rekening mee. Dit vond ik zwaar en ik ben er daarom ook mee gestopt.” Eigen effectiviteit: 1. Rookt u? “nee ik vind het erg vies en ongezond.” 2. Zou u gezonder willen eten? “Ik probeer al zo gezond mogelijk te eten dus ik denk dat dat niet nodig is.” 3. Zou u graag voorlichting ontvangen over een gezond eetpatroon? “Voorlichting is altijd welkom, misschien haal ik daar nog iets uit.” 4. Zou u bepaalde dingen laten staan als dat beter is voor uw gezondheid? “Ja ik probeer dit al zo veel mogelijk maar soms is de verleiding erg groot als ik buiten de deur eet”, 5. Zou u meer gaan bewegen omdat dit beter is voor uw gezondheid? “Nee, ik vind sporten niet zo leuk en fiets elke dag naar mijn werk toe, dit vind ik wel genoeg voor een dag”. Interventie: 1. Als er een mogelijkheid is om uzelf gratis te laten testen op hoe groot de kans is op diabetes in de omgeving zou u dit dan doen? “Ik voel me goed en denk dat ik geen diabetes heb maar als het gratis is dan zou ik het wel doen.” 2. Als u wat meer over diabetes zou willen weten waar zou u dit dan vandaan halen? “Ik zou het als eerste bij mijn moeder vragen omdat zij zelf diabetes heeft weet ze er ook al veel over. Op internet zou ik ook wel gaan zoeken dat heb ik altijd bij de hand.” 3. Welke websites gebruikt u dan? “Ik zoek altijd op Google en dan zie ik vanzelf wel wat ik tegen kom.” 4. Maakt u gebruik van social media? Zoja welke? “Ja als ik vrij ben zit ik vaak op internet. Ik kijk vaak filmpjes op Youtube en zit heel af en toe op Facebook. Ook zoek ik altijd recepten op als ik uitgebreid wil koken.” 5. Hoe zou u graag voorlichting willen krijgen over diabetes en voeding? “Ik zou best wel voorlichting willen krijgen over voeding, omdat ik het leuk vind om op mijn vrije dagen uitgebreid te koken en lekkere hapjes te bereiden. Ik vind het altijd lastig om iets te maken op verjaardagen omdat dit vaak wat ongezonder is en daar zou ik wel advies over willen.” KvL: subjectieve kant: SF-12 1. Zou u, in het algemeen, zeggen dat uw gezondheid uitstekend, zeer goed, goed, matig of slecht is? Zeer goed De volgende vragen gaan over activiteiten die u tijdens een doorsnee dag zou kunnen verrichten. Beperkt uw gezondheid u tijdens deze activiteiten? Zo ja, hoeveel? 2. Matige activiteiten zoals het verplaatsen van een tafel, stofzuigen, bowlen of golfen. Beperkt uw gezondheid u hierbij: Helemaal niet 3. Meerdere trappen oplopen. Beperkt uw gezondheid u hierbij: Een beetje 4. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door uw lichamelijke gezondheid? Nee 5. Was u in de afgelopen 4 weken beperkt door uw lichamelijke gezondheid in uw werk of andere veelvoorkomende activiteiten? Nee 6. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door emotionele problemen, zoals gevoelens van somberheid of angst? Ja 7. Heeft u in de afgelopen 4 weken uw werk of andere veelvoorkomende activiteiten minder zorgvuldig dan gewoonlijk gedaan door emotionele problemen, zoals gevoelens van somberheid of angst? Ja 8. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde pijn uw normale werk, zowel werk buitenshuis als uw huishoudelijke activiteiten? Helemaal niet De volgende vragen gaan over hoe u zich voelt en hoe het met u is gegaan de afgelopen 4 weken. Geef s.v.p. voor iedere vraag, het antwoord dat het dichtst in de buurt komt van hoe u zich heeft gevoeld. 9. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich kalm en vredig? Meestal 10. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken had u veel energie? Vrij vaak 11. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich somber? Soms 12. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde uw lichamelijke gezondheid of emotionele problemen uw sociale activiteiten, zoals bezoeken van vrienden, familie etc.? Zelden Bijlage Zanna Datum 25-05-2014 Interview met Turkse vrouw van 54 jaar Achtergrondinformatie 1. Hoe lang woont u al in Nederland? “Eh, 40 jaar. Sinds mijn 14e”. 2. Wat voor werk doet u? “Ik werk thuis, ik zorg voor mijn kinderen”. 3. Heeft u hobby`s? “Handwerken, muziek maken naja instrument bespelen”. 4. Hoe ziet uw gezinssamenstelling eruit? “Mijn man, 3 zonen en 2 dochters”. - wie kookt er “Ik meestal en ik doe ook de boodschappen”. Kennis over diabetes 1. Bent u bekend met diabetes? “Ja”. 2. Weet u er iets vanaf, wat denkt u dat het is? “Eh ja, dat je suiker gehalte te hoog is, in je bloed toch”?! 3. Komt het bij u in de familie voor? “Diabetes? Nee volgens mij niet. Ik heb niet veel contact met mijn familie meer in Turkije. Mijn ouders hebben het in iedergeval niet”. 4. Wie denkt u dat er risico loopt en waarom? “Eh, ik denk mensen met overgewicht en mensen die geen aanleg hebben om dik te worden, denk dat die mensen een risico lopen”. Attitude (gezondheid) 1. Houd u rekening met uw gezondheid bij het kopen van eten? “Ja, ik probeer er altijd wel op te letten al doe ik boodschappen. Ik koop dan meer groentes en koop tegenwoordig ook zilvervliesrijst ipv normale rijst, ik las dat zilvervliesrijst beter is”. 2. Hoe denkt u over sporten? “Sporten is goed, goed voor het lichaam en de geest”. 3. Wat vind u van mensen in uw omgeving die overgewicht hebben? “Die vind ik laks naar hun lichaam, hoe moet ik dat zeggen... Ik vind dat je geen respect hebt voor je lichaam”. Sociale invloed 1. Wat vinden uw vrienden/familie en kennissen van sporten? “Die vinden sporten jaa..de meeste van mijn vrienden sporten. Ik denk dat ze dat wel leuk vinden”. 2. Hoe denken uw vrienden/familie en kennissen over een gezond eetpatroon? “Ik denk dat ze eh.. ik denk dat de helft van mijn vrienden een gezond eetpatroon hebben. En de andere helft ontkennen het of willen graag bij het oude blijven, bij hun gewoonte”. 3. Word u snel beïnvloed door anderen bij het maken van een beslissing? “Ehm.. Ja dat denk ik wel, zeker omdat mijn vrienden ook sporten, dat geeft mij wel motivatie ook”. 4. Hebben eetgelegenheden invloed op uw eetgedrag, eet u dan anders als gewoonlijk? “Dan eet je snel minder gezond, en er staat dan wat lekkers op tafel. ik moet het dan ook gewoon eten. Zo lekker”!! 5. Doet u mee aan de ramadan, zoja word hierdoor uw eetpatroon anders? “Nee, ik doe niet mee aan de ramadan. Geen enkel feest, ik vind het wel lekker wat ze maken met het Suikerfeest! Dat maak ik dan wel hoor als extra in de avond ofzo”. Eigen effectiviteit 1. Rookt u? zoja waarom rookt u? “Ja, dat deed ik al als kind en ik vind het moeilijk om te stoppen”. 2. Als het nodig was om te stoppen i.v.m. uw gezondheid zou ik dit dan doen? “Ik heb het al zo vaak geprobeerd en elke keer als er iets ja.. ik probeer het elke keer weer”. 3. Zou u gezonder willen eten? “Volgens mij eten wij gezond”. 4. Zou u graag voorlichting ontvangen over een gezond eetpatroon? “Nee, ik lees veel en zoek veel dingen op, op het internet bijvoorbeeld. Wij krijgen ook elke maand de sante binnen waar veel tips in staan”. 5. Zou u graag willen bewegen omdat het beter is voor uw gezondheid? “Ik beweeg al, ik heb geen tijd om meer te bewegen met 5 kinderen”. 6. Zou u bepaalde dingen laten staan als dat beter is voor uw gezondheid? “Dat denk ik wel, moeizaam want.. ik vind veel dingen lekker”. Interventie 1. Als er een mogelijkheid was om uzelf gratis in de buurt te laten testen hoe groot de kans is op diabetes, zou u dit dan doen? “Ja dat denk ik wel. Handig om te weten toch”?! 2. Hoe zou u voorlichting willen krijgen over diabetes en voeding? “In een klein groepje, Als er zoiets word georganiseerd word, wat in de buurt is, dat je met een clubje vriendinnen heen kan. Maar geen voorlichtingsavond omdat er dan teveel. Geen folder want die gooi ik gelijk de deur uit. Ik gebruik wel facebook. En al heb je diabetes dan is het wel leuk al heb je een clubje, die feedback uitwisselt en ervaringen. Welke hapjes kan je neerzetten op een verjaardag of feestje. Ik wil iets spelenderwijs met leuke tips en trucs, die ik kan toepassen. Dit kan ook heel leuk via social media dat je dit aankondigt want de meeste 50+ vrouwen hebben facebook”. KvL: subjectieve kant: SF-12 1. Zou u, in het algemeen, zeggen dat uw gezondheid uitstekend, zeer goed, goed, matig of slecht is? a. Uitstekend b. zeer goed c. goed d. matig e. slecht De volgende vragen gaan over activiteiten die u tijdens een doorsnee dag zou kunnen verrichten. Beperkt uw gezondheid u tijdens deze activiteiten? Zo ja, hoeveel? 2. Matige activiteiten zoals het verplaatsen van een tafel, stofzuigen, bowlen of golfen. Beperkt uw gezondheid u hierbij: a. Veel b. Een beetje c. Helemaal niet 3. Meerdere trappen oplopen. Beperkt uw gezondheid u hierbij: a. Veel b. Een beetje c. Helemaal niet 4. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door uw lichamelijke gezondheid? a. Nee b. Ja 5. Was u in de afgelopen 4 weken beperkt door uw lichamelijke gezondheid in uw werk of andere veelvoorkomende activiteiten? a. Nee b. Ja 6. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door emotionele problemen, zoals gevoelens van somberheid of angst? a. Nee b. Ja 7. Heeft u in de afgelopen 4 weken uw werk of andere veelvoorkomende activiteiten minder zorgvuldig dan gewoonlijk gedaan door emotionele problemen, zoals gevoelens van somberheid of angst? a. Nee b. Ja 8. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde pijn uw normale werk, zowel werk buitenshuis als uw huishoudelijke activiteiten? a. Helemaal niet b. Enigszins c. Matig d. Vrij veel e. Enorm De volgende vragen gaan over hoe u zich voelt en hoe het met u is gegaan de afgelopen 4 weken. Geef svp voor iedere vraag, het antwoord dat het dichtst in de buurt komt van hoe u zich heeft gevoeld. 9. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich kalm en vredig? a. De hele tijd b. Meestal c. Vrij vaak d. Soms e. Zelden f. Helemaal nooit 10. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken had u veel energie? a. De hele tijd b. Meestal c. Vrij vaak d. Soms Zelden e. Helemaal nooit 11. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich somber? a. De hele tijd b. Meestal c. Vrij vaak d. Soms e. Zelden f. Helemaal nooit 12. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde uw lichamelijke gezondheid of emotionele problemen uw sociale activiteiten, zoals bezoeken van vrienden, familie etc.? a. De hele tijd b. Meestal c. Soms d. Zelden e. Helemaal nooit Bijlage Isabel Datum 25-05-2014 Interview met Turkse vrouw van 49 jaar Achtergrondinformatie 1. Hoe lang woont u al in Nederland? ‘Eens even denken hoor, ik was 6 jaar toen ik vanuit Turkije naar Nederland kwam dus ik woon al 43 jaar in Nederland.’ 2. Wat voor werk doet u? ‘Ik werk fulltime voor Depend, dat is een merk van incontinentiemateriaal, ik regel dan voor zorginstellingen contracten die gemaakt worden met betrekking tot het materiaal. Ook geef ik voorlichting over Depend bij de zorginstellingen aan het personeel.´ 3. Heeft u hobby`s? ‘Uhm ja, als ik tijd heb wel haha! .. Fietsen met mooi weer, films kijken, bijvoorbeeld in de bios of thuis op de bank en natuurlijk winkelen vind ik erg leuk’ 4. Hoe ziet uw gezinssamenstelling eruit? ‘Ik woon samen met mijn man en dochter, onze zoon is al uit huis en woont op kamers. Ik heb dus twee kinderen.´ 5. Wie kookt er en doet de boodschappen? ´Doordeweeks ben ik meestal laat thuis, omdat ik tot 6 uur werk. Dus dan kookt Achmed, mijn man, vaak de avondmaaltijd. Maar de boodschappen doe ik hoor, ik weet wat we precies nodig hebben in huis haha!´ 6. Wat kookt hij dan? ‘Doordeweeks vaak gewoon aardappels, best wel Nederlands dus haha, en in het weekend maak ik weleens lekkere Turkse hapjes als gevulde paprika en druivenbladeren met rijst, gehakt en kruiden. Maar we eten ook weleens lekker couscous, dat vind mijn dochter erg lekker’. Kennis over diabetes 1.Bent u bekend met diabetes? ‘Ja het zit in mijn familie, mijn ouders hebben het allebei. Mijn moeder spreekt slecht Nederlands, dus dan moet ik haar ook vaak helpen met haar medicatie’. 2. Komt het bij u in de familie voor? ‘Ja mijn schoonfamilie en mijn familie hebben het allebei’. 3. Weet u er iets vanaf, wat denkt u dat het is? ‘Ja ik weet waarom het suikerziekte heet, lichaam maakt geen insuline meer aan hè’. 4. Wie denkt u dat er risico loopt en waarom? ‘Mensen die overgewicht hebben en veel roken, maar ook slecht eten’. Attitude 1. Houd u rekening met uw gezondheid bij het kopen van eten? ‘Ja ik let er wel op, maar ik heb ook een kind die houd van lekker eten en dan is het lastig soms om alleen maar gezonde producten te kopen’. 2. Wat verstaat u onder gezonde voeding? ‘dagelijks moet je 2 stuks fruit en 200 gram groenten toch’. - Komt u hier ook aan? ‘Ja dat lukt mij altijd wel goed om voldoende hiervan te eten.’ 3. Hoe denkt u over sporten? ‘Sporten is belangrijk, maar het lukt mij niet altijd. Ik ben erg moe savonds als ik thuis kom van het werk. Op mijn werk ben ik ook heel de dag in beweging’. - Weet u hoeveel u moet bewegen dagelijks? ‘Ja een half uur toch’. 4. Wat vind u van mensen in uw omgeving die overgewicht hebben? ‘In mijn familie zitten er wel wat zwaardere mensen bij en ik zeg er dan niet altijd wat van, maar het is niet goed om zoveel vet te hebben’. Sociale invloed 1. Wat vinden uw vrienden/familie en kennissen van sporten? ‘Die zijn niet zo sportief eigenlijk. We gaan weleens fietsen met het gezin of wandelen met mooi weer maar daar houdt het ook bij op. Mijn vriendinnen zien winkelen als sport, haha’. 2. Hoe denken uw vrienden/familie en kennissen over een gezond eetpatroon? ‘De oudere generatie van onze familie is daar niet zo bewust mee bezig hoor, zij maken veel Turkse hapjes en eten echt niet zoveel aardappels als wij doordeweeks, haha’. 3. Word u snel beïnvloed door anderen bij het maken van een beslissing? ‘Ik merk wel dat zodra ik hoor dat iets slecht is of iets ongezond is dat ik dan gevoelig ben om mij mee te laten slepen. Omdat ik eigenlijk toch wel vaak probeer op te letten en als er dan een nieuwe hype is qua nieuw dieet of voeding ben ik gelijk geïnteresseerd’. 4. Hebben eetgelegenheden invloed op uw eetgedrag, eet u dan anders als gewoonlijk? ‘Ja dan ga ik sneller snaaien naar lekkere hapjes. Maar dat vind ik ook dat het mag hoor’. 5. Doet u mee aan de ramadan, zoja word hierdoor uw eetpatroon anders? ‘Nee daar doe ik niet aan mee, wel doe ik mee met het Suikerfeest. Mijn moeder maakt dan alle hapjes klaar, want ik ben daar niet goed in. Bij mij mislukken die hapjes meestal, haha!’. Eigen effectiviteit 1. Rookt u? Zoja ,waarom rookt u? ‘ik heb 20 jaar gerookt, maar ben al een tijdje gestopt’. 2. Als het nodig was om te stoppen i.v.m. uw gezondheid zou ik dit dan doen? ‘Ik ben al 2 jaar gestopt met roken en ik vind het nu ook gelukkig vies. Het is zo ontzettend slecht voor je. Ik was ook de enige op mijn werk die rookte, gelukkig motiveerde dat ook wel’. 3. Zou u gezonder willen eten? ‘Ja ik zou wel wat kilo’s kwijt willen. Ik ben veel aangekomen in korte tijd en het zit allemaal op mijn buik. Ik snaai zoveel en dat is niet goed hè’. 4. Zou u graag voorlichting ontvangen over een gezond eetpatroon? ‘Ja, ik kijk nu af en toe Turkse filmpjes op Youtube. Dat is van Turkse doktoren en diëtisten die dan weer een nieuw dieet hebben. Dan weer met veel eiwitten, dan eet ik soms elke dag 2 eieren, maar dat hou ik ook niet vol’. 5. Zou u graag willen bewegen omdat het beter is voor uw gezondheid? ‘Ik heb niet zoveel zin om echt te gaan sporten, maar als ik niet op mijn werk ben doe ik wel wat anders. Ik zit eigenlijk nooit echt stil, of ik ben druk in huis of boodschappen doen. En met mooi weer ga ik weleens fietsen in mijn vrije tijd’. 6. Zou u bepaalde dingen laten staan als dat beter is voor uw gezondheid? ‘Ja ik weet wel dat snackjes niet allemaal zo goed zijn en op mijn werk wordt er ook heel vaak een snoepzak open getrokken. De ene keer kan ik het beter weerstaan dan de andere keer. Vaak als ik wat langer mijn best heb gedaan, of als ik zie dat ik ben afgevallen kan ik de verleiding beter weerstaan’. Interventie 1.Als er een mogelijkheid was om uzelf gratis in de buurt te laten testen hoe groot de kans is op diabetes, zou u dit dan doen? ‘Ik ben al vaker getest op diabetes, omdat het zo voorkomt in mijn familie. Maar gelukkig heb ik (nog) geen diabetes’. 2.Hoe zou u voorlichting willen krijgen over diabetes en voeding? ‘Nou, ik kijk vaak op Youtube voor filmpjes over nieuwe diëten of wat doktors hebben ontdekt wat goed is voor het lichaam. Deze vorm van voorlichting is voor mij aantrekkelijk, omdat het makkelijk te bereiken is’. KvL: subjectieve kant: SF-12 2. Zou u, in het algemeen, zeggen dat uw gezondheid uitstekend, zeer goed, goed, matig of slecht is? a. Uitstekend b. zeer goed c. goed d. matig e. slecht De volgende vragen gaan over activiteiten die u tijdens een doorsnee dag zou kunnen verrichten. Beperkt uw gezondheid u tijdens deze activiteiten? Zo ja, hoeveel? 3. Matige activiteiten zoals het verplaatsen van een tafel, stofzuigen, bowlen of golfen. Beperkt uw gezondheid u hierbij: a. Veel b. Een beetje c. Helemaal niet 4. Meerdere trappen oplopen. Beperkt uw gezondheid u hierbij: a. Veel b. Een beetje c. Helemaal niet 5. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door uw lichamelijke gezondheid? a. Nee b. Ja 6. Was u in de afgelopen 4 weken beperkt door uw lichamelijke gezondheid in uw werk of andere veelvoorkomende activiteiten? a. Nee b. Ja 13. Heeft u in de afgelopen 4 weken minder bereikt dan u zou willen door emotionele problemen, zoals gevoelens van somberheid of angst? a. Nee b. Ja 14. Heeft u in de afgelopen 4 weken uw werk of andere veelvoorkomende activiteiten minder zorgvuldig dan gewoonlijk gedaan door emotionele problemen, zoals gevoelens van somberheid of angst? a. Nee b. Ja 15. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde pijn uw normale werk, zowel werk buitenshuis als uw huishoudelijke activiteiten? a. Helemaal niet b. Enigszins c. Matig d. Vrij veel e. Enorm De volgende vragen gaan over hoe u zich voelt en hoe het met u is gegaan de afgelopen 4 weken. Geef svp voor iedere vraag, het antwoord dat het dichtst in de buurt komt van hoe u zich heeft gevoeld. 16. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich kalm en vredig? a. De hele tijd b. Meestal c. Vrij vaak d. Soms e. Zelden f. Helemaal nooit 17. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken had u veel energie? a. De hele tijd b. Meestal c. Vrij vaak d. Soms Zelden e. Helemaal nooit 18. Hoeveel tijd gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich somber? a. De hele tijd b. Meestal c. Vrij vaak d. Soms e. Zelden f. Helemaal nooit 19. In de afgelopen 4 weken, hoeveel verstoorde uw lichamelijke gezondheid of emotionele problemen uw sociale activiteiten, zoals bezoeken van vrienden, familie etc.? a. De hele tijd b. c. d. e. Meestal Soms Zelden Helemaal nooit Kritische reflectie Als jullie de beschikking hadden over alle tijd, geld, ruimte en mogelijkheden (maar rekening houdend met de achtergrond van de doelgroep), hoe hadden jullie deze opdracht dan aangepakt. Wij vonden deze doelgroep erg leuk. Het waren leuke, spontane Turkse Nederlandse vrouwen. Als wij meer geld, tijd, ruimte en andere mogelijkheden tot onze beschikking hadden gehad, had het project er anders uitgezien. We hadden dan een evenement willen organiseren, op een plek waar veel Turkse Nederlandse vrouwen samenkomen, of graag naar toe gaan. Met dit evenement bereik je een grotere doelgroep waarbij je meer informatie kan vergaren. Op het evenement zouden wij de Turkse vrouwen willen interviewen en kennis laten maken met verschillende voorlichtingsmodellen. Bij deze voorlichtingsmodellen willen we laten zien hoe deze te werk gaan, zoals bij de uiteindelijke conclusie van het onderzoek, een kookworkshop geven. Er kan ook gedacht worden aan een film, een activiteit spelenderwijs, websites, folders etc. Door deze voorlichtingsmodellen al te laten zien, kunnen we kijken of de personen het in de praktijk ook leuk vinden. Daarnaast willen we voorafgaand een interview afnemen met specifiekere vragen zodat we tot een betere conclusie kunnen komen en daarbij goede apparatuur om op te nemen. Op het evenement zullen ook verschillende bedrijven aanwezig zijn, die gezonde Turkse gerechten maken en die tips en trucks geven over gezonde voeding in de Turkse eetcultuur. We hopen dat het een gezellige dag zou worden met een andere cultuur en eetcultuur. Formuleer tenminste drie relevante vragen waar een volgende onderzoeker mee aan de slag kan. 1. Zijn er nog veel verschillen tussen Turkse Nederlandse vrouwen en Nederlandse vrouwen? 2. Hoe koken Turkse Nederlandse vrouwen tegenwoordig, traditioneel of met Nederlandse producten. 3. Hoe is de algemene kennis onder Turkse Nederlandse vrouwen? Sterke en zwakke punten van literatuur. Sterke punten: 1. De literatuur die is gevonden, zijn van goede bronnen en onderzoeken. 2. De literatuur die is gevonden, sluit aan op de zoektermen en de gestelde deelvragen. Zwakke punten: 1. De literatuur die is gevonden, is erg algemeen en we hadden liever onderzoeken gevonden die wat dieper gingen op welvaartziekten en niet alleen de algemene informatie over de Turkse cultuur. 2. We hadden liever meer informatie gewild over de eetcultuur en de voedingsmiddelen die nu worden gebruikt bijvoorbeeld in NL door Turkse vrouwen die hier al een langere tijd wonen. Sterke en zwakke punten van het onderzoek. Sterke punten: 1. Persoonlijk benaderd, dan krijg je een beter beeld als via een enquête dit word vaak maar snel ingevuld. 2. Op een professionele manier interview afgenomen in de spreekkamer van de apotheek. Zwakke punten: 1. De doelgroep is zich al bewust van diabetes en wat de risicofactoren zijn dus voor hen is het al vrij duidelijk hoe diabetes te voorkomen is. Als we een doelgroep hadden gekozen die zich niet bewust is van Diabetes kunnen we ervoor zorgen dat het op tijd voorkomen word. 2. Onze doelgroep bestaat uit 3 personen dit is erg klein. -In hoeverre geeft jullie plan nieuwe inzichten (isabel) -Wat adviseren jullie voor een vervolgonderzoek (isabel) -Waar hebben jullie geen rekening mee gehouden (isabel) Symbolische interactionisme Tijdens deze opdracht hebben we op microniveau gekeken naar de doelgroep om te zien of de doelgroep Turkse vrouwen bewust bezig zijn om Diabetes te voorkomen. De Turkse vrouwen hebben het SF-12 ingevuld aan de hand hiervan konden wij de kwaliteit van leven meten hierdoor konden wij opmaken dat de Turkse vrouwen een goede gezondheid hebben. Uit de interviews is gebleken dat alle 3 de vrouwen een baan hebben. De gezondheid en de sociaal economische status hangen nauw samen met elkaar, wanneer de gezondheid word belemmerd leid dit tot een lagere sociale status. In onze doelgroep hadden wij geen vrouwen zonder baan en geen vrouwen met gezondheidsproblemen hierdoor kunnen wij dus niet achterhalen of dat dit ook het geval zou zijn bij de doelgroep Turkse vrouwen. Als je kijkt naar de interactietheorie, zie je dat bij de significant others; de vrienden, familie en kennissen niet bewust bezig zijn met hun gezondheid om diabetes te voorkomen. De significant others zorgen voor de interactie maar bij onze doelgroep is deze interactie klein, want onze doelgroep is bewust bezig in het dagelijkse leven met hun gezondheid en in het bijzijn van familie, vrienden en kennissen letten ze minder goed op hun gezondheid en snaaien ze meer. We proberen met de kookworkshop te bereiken dat familie, vrienden en kennissen de rol van significant others aannemen waardoor ze zich bewust worden van hun gezondheid. De Selffulfilling prophecy van de vrouwen is positief, ze zijn zich bewust van wat ze doen en wat ze kunnen dit blijkt uit de interviews en de SF-12. Ondanks dat de familie, vrienden en kennissen niet bewust bezig zijn met hun gezondheid trekken zij zich daar niks van aan en zijn ze zelf bewust bezig met hun gezondheid.