Totaalruptuur Inhoudsopgave In het kort ���������������������������������������������������������������������������������4 Wat is een totaalruptuur? ������������������������������������������������������4 Het ontstaan van een totaalruptuur�������������������������������������4 De behandeling van een totaalruptuur ��������������������������������5 Weer thuis na een totaalruptuur ������������������������������������������6 De gevolgen van een totaalruptuur���������������������������������������6 Volgende zwangerschap ����������������������������������������������������������7 Bronvermelding ������������������������������������������������������������������������8 3 In het kort Bij een totaalruptuur ontstaat tijdens een bevalling een grote inscheuring rond de vagina en anus. Na het hechten, blijft de wond de eerste paar dagen pijnlijk. De meeste vrouwen herstellen volledig na een totaalruptuur, en bevallen in geval van een volgende zwangerschap weer vaginaal. Het herstel duurt meestal 4-6 weken, maar dat kan oplopen tot een half jaar. Wat is een totaalruptuur? Tijdens een bevalling kan de huid en het onderliggende weefsel van de vagina scheuren. Dit heet in vaktaal een ruptuur. Bij een totaalruptuur scheurt ook de kringspier van de anus geheel of gedeeltelijk door. De scheur kan doorlopen tot in de darm. Bij ongeveer 2 van alle 100 bevallingen ontstaat een totaalruptuur. De kans is het grootst bij de eerste bevalling. Het ontstaan van een totaalruptuur Op het moment dat het hoofd van een baby naar buiten komt, moet de vagina flink uitrekken. Als de doorgang te smal is, scheurt de vagina in. De scheur loopt soms tot aan de kringspier en de darm. De kans op inscheuring is groter bij: • een grote baby • een kunstverlossing, zoals een vacuüm- of tangverlossing 4 • een baby die met het hoofd in een afwijkende ligging wordt geboren Tijdens de bevalling zal de verloskundige of de gynaecoloog het hoofd van uw baby zo voorzichtig mogelijk door de vagina-uitgang leiden om het risico zo klein mogelijk te houden. Daarbij beoordeelt hij/zij of het verstandig is om de huid van de vagina zelf ‘in te knippen’ (episiotomie). Het inknippen kan een totaalruptuur niet altijd voorkomen, soms scheurt de huid toch verder door. De behandeling van een totaalruptuur Een gynaecoloog hecht de totaalruptuur meestal op de operatiekamer onder algehele verdoving of met een ruggenprik. Wanneer u voor de bevalling al een ruggenprik heeft gehad, kan men soms meteen op de verloskamer hechten. Soms blijven vrouwen met een totaalruptuur een nacht in het ziekenhuis, soms kunnen zij al na een paar uur weer naar huis. Om infecties te voorkomen, krijgt u antibiotica. Het is van belang dat de ontlasting zacht blijft om spanning op de wond te voorkomen. Daarom krijgt u een recept mee voor laxeermiddelen, die u enkele weken moet gebruiken. In ons ziekenhuis geven wij een recept mee voor eenmaaldaags 10 Dulcodruppels®. Vindt u de ontlasting te dun, dan bouwt u de hoeveelheid met twee druppels per dag af. Bij gebruik van dit middel kunt u veilig borstvoeding geven. 5 Weer thuis na een totaalruptuur Een totaalruptuur kan pijnlijk zijn in de eerste dagen na het hechten. Meestal is de pijn goed te bestrijden met paracetamol. Als u andere pijnstillende middelen wilt gebruiken, moet u wel rekening houden met eventuele borstvoeding. Uw (huis) arts kan u hierover advies geven. Verder kunt u oefeningen te doen om de bekkenbodemspieren weer in conditie te brengen. U begint hiermee zodra de wond niet of nauwelijks meer pijnlijk is, ongeveer na twee weken. Zo nodig begeleidt een bekkenfysiotherapeut u. Een bekkenfysiotherapeut in uw regio vindt u via www.defysiotherapeut.nl. Uw (huis)arts kan hierover meer informatie geven. Er zijn geen strikte regels voor de termijn waarop u weer gemeenschap kunt hebben na een totaalruptuur. Over het algemeen is de wond na 4-6 weken goed genezen: dan is de pijn over en kunt u gemeenschap hebben. Hetzelfde geldt voor sporten, waarbij het uiteraard verstandig is om voorzichtig te beginnen. De gevolgen van een totaalruptuur Het overgrote deel van de vrouwen herstelt volledig van een totaalruptuur. Maakt u zich geen zorgen als u de eerste weken na de bevalling nog klachten heeft. Het herstel kost tijd. Een klein deel van de vrouwen die een totaalruptuur hebben meegemaakt, blijft moeite houden met het ophouden van 6 winden en heel zelden met het ophouden van de ontlasting (meestal alleen bij dunne ontlasting). Waarschijnlijk helpen bekkenbodemoefeningen om de kans hierop te verminderen. Het duurt soms meer dan een half jaar tot u de optimale situatie bereikt. Blijft u last houden van hinderlijke klachten? Neem dan contact op met uw huisarts of gynaecoloog. U kunt met hem of haar bespreken welke mogelijkheden er zijn om de situatie te verbeteren. Volgende zwangerschap In principe kunt u na een totaalruptuur weer gewoon vaginaal bevallen. In uitzonderlijke situaties wordt een keizersnede aanbevolen. Het is mogelijk dat u opnieuw een totaalruptuur krijgt. De kans hierop wordt geschat op 4-8% en is dus hoger dan bij de eerste bevalling. Door het zetten van een knip bij de volgende bevalling probeert men de kans op een nieuwe totaalruptuur te verkleinen. Bij een kleine groep vrouwen die na een totaalruptuur klachten houdt, verergeren die klachten na de volgende zwangerschap, ook al is er dan geen totaalruptuur ontstaan. Het is niet duidelijk of hun toename van klachten komt door de zwangerschap of door de bevalling. Bij een volgende zwangerschap is het verstandig om met uw verloskundige of gynaecoloog te overleggen waar de bevalling kan plaatsvinden: thuis of in het ziekenhuis. 7 Bronvermelding De tekst uit deze folder is gebaseerd op informatie die u terug kunt vinden op de websites van de NVOG: de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie & Gynaecologie en de KNOV: de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen. De tekst is aangepast op de situatie in het St Jansdal en de verloskundige praktijken uit het samenwerkingsverband Coöperatie VNVEO. De tekst is geschreven door de Voorlichtings-Coördinatoren van het Moeder&Kind Centrum in samenwerking met gynaecologen, 1e en 2e lijns verloskundigen en verpleegkundigen. 8 9 10 Uitgave: Patiëntencommunicatie Vormgeving: PR&Communicatie Harderwijk, januari 2017 CAZ GY 177.01.17 Ziekenhuis St Jansdal Wethouder Jansenlaan 90 3844 DG Harderwijk Postbus 138 3840 AC Harderwijk Telefoon (0341) 463911 www.stjansdal.nl