LESBRIEF Woeste Woning door Theater de Winter Een voorstelling voor kinderen vanaf 7 jaar In deze lesbrief staan suggesties voor oefeningen of gespreksthema’s om voor en/of na de voorstelling met de kinderen in de klas door te nemen. De voorstelling is voor kinderen vanaf 7 jaar , het is een vertel voorstelling waarbij sommige scènes uitgespeeld worden. De thema’s in de voorstelling zijn o.a : verhuizen, nieuwe stappen zetten/opnieuw beginnen, verwachtingen/vooroordelen, angst, spoken/griezelen, waarneming geluiden/hoorspel. HET VERHAAL Thomas is er van overtuigd dat het spookt aan de overkant. Hij heeft het allemaal gezien. Lichten die plotseling aangaan, ramen die op ogen lijken, krakend hout alsof een monster zich schuilhoudt. Komt de bal per ongeluk in de tuin terecht, dan verdwijnt deze zonder dat er iemand in de buurt is. En dan heb je ook nog de bewoner van het huis, een akelige oude man met een krakende stem en een enorme haakneus. Hij praat tegen het huis, terwijl hij er in zijn eentje woont. Het huis draagt een geheim in zich. Het spookt er. Iedereen verklaart Thomas voor gek, maar Loena gelooft hem. Ze gaan op onderzoek uit en ontdekken het verrassende geheim van de Woeste Woning ! Inspiratiebron voor de voorstelling is de animatie film Monsterhouse geproduceerd door Steven Spielberg Spel en concept: John de Winter Regie: Merel van Gaalen Script : Merel van Gaalen en John de Winter Muziek: Gertjan Pasveer geluid: Ernst van der Loo Lichtplan en techniek: Nico Vellinga Met dank aan : Theater Pierrot, Tekeningen lesbrief: www.strip-en-kaart.nl KIJK REGELS Wat in ieder geval belangrijk is om voor de voorstelling met de kinderen door te nemen zijn de kijk regels: Ze gaan naar en theater of een andere zaal en zijn daar en onderweg er naar toe graag rustig zijn, zodat er geen andere mensen gestoord worden. Een theatervoorstelling is geen film, er staat een acteur op toneel en die hoort ook alles wat in de zaal gebeurt, en dat kan hem afleiden van zijn verhaal, dus niet praten of snoepen of ritselen in de zaal. Dat stoort bovendien ook je buurman. Dus van te voren even naar de WC, tijdens kan niet. En natuurlijk, ook voor de begeleiders en leerkrachten, mobiele telefoons en MP 3 spelers en dergelijke uit ! Lachen mag en als je iets niet begrijpt, ga het dan niet aan je buurman of vrouw vragen, maar let dan extra goed op want meestal worden de raadsels in de loop van een voorstelling vanzelf opgelost ! Veel plezier alvast ! SUGGESTIES EN OEFENINGEN: VERHUIZEN Thomas gaat verhuizen en hij heeft er helemaal geen zin in; Zijn er kinderen in de klas die wel eens verhuisd zijn ? Wat was er leuk en spannend aan en wat was er niet leuk aan. Schrijf een woordweb op het bord Kinderen die niet zijn verhuisd hebben vast wel eens iets moeten doen wat nieuw voor ze was. Wat was daar leuk en spannend aan en wat was er niet leuk aan. schrijf dit ook bij het woordweb Maak hierna een gedicht over verhuizen of over nieuwe stappen waarbij de woorden van het woordweb gebruikt worden. vreemd mooie spullen \ | nieuw huis spoken onbekend \ / andere geluiden - kraken | / verhuizen \ afscheid \ verdriet DROOMHUIS SPOOKHUIS Hoe ziet jouw perfecte huis er uit ? maak een tekening of een collage En hoe ziet je ergste nachtmerriehuis eruit ? Maak ook een tekening of een collage. Of zoek plaatjes van droom- en spookhuizen op het internet. Tip: maak per kamer een thema in beide huizen: bijv eten, slapen, relaxen ! Of maak deze tekening af ; wordt het een droomhuis of een spookhuis ? Exposeer de droomhuizen en de spookhuizen apart en bekijk met de groep of er overeenkomsten zijn bij de spookhuizen en bij de droomhuizen. Zijn er dingen die iedereen eng vindt of die iedereen mooi vindt. Bespreek met de groep hoe het komt dat iedereen hetzelfde eng of juist mooi vindt. Is het omdat je zelf zoiets gezien hebt of omdat het in film en TV zo wordt getoond ? Maak een verhaal over het fijnste plekje in jouw huis. Wat is er bijzonder aan, hoe ziet het er uit, wat staan er voor spullen, hoe ruikt het, wie komen er ? Wat doe je er meestal ? Wat is het engste plekje in jouw huis ? Wat is er griezelig aan, hoe ziet het er uit, wat staan er voor spullen, hoe ruikt het, wie komen er (niet) ? Wat doe je er meestal? en hoe doe je dat? SCARY DANCE In de kring of verdeel de klas in groepjes; laat aan elkaar zien hoe je je beweegt als je op of in de buurt van het enge plekje bent. kijk goed wat iedereen doet en zorg dat jij de beweging ook kent. Zet nu de 5 angstige bewegingen of loopjes achter elkaar en herhaal het steeds. Zet een spannend muziekje op en dans de scary dance. Als alle bewegingen teveel op elkaar lijken laat dan ieder twee heel verschillende angst bewegingen verzinnen en kies de vijf leukste uit. WAARNEMEN Oefeningen in de kring (met je ogen dicht) Wat zie je ? Zet de groep in een kring en kijk allemaal 1 min goed naar elkaar. De leerkracht wijst daarna een persoon aan en de rest doen zijn/ haar ogen dicht . De leerling die de ogen open heeft beschrijft de kleding van een andere leerling uit de kring; wat heeft hij /zij aan, kleur haar. Als iemand herkent dat het over hem of haar zelf gaat steekt diegene zijn/haar vinger op, maar zegt niets. De rest mag raden. Als het te lang duurt kan de beschrijver niet zichtbare details als karakter en hobby’ s over degene toevoegen. Tips: spreek van tevoren af dat er niet negatief over anderen gesproken wordt Doe het spel niet lang, een paar keer is genoeg. Wat hoor je ? De leerlingen zitten in de kring met de ogen dicht, een persoon loopt rond en maakt een bepaald geluid 3 keer, de leerlingen moeten goed luisteren en na 3 keer raden wat voor geluid ze horen, Begin met gewone geluiden als deur openen en sluiten en boek opslaan en ga dan naar moeilijker opdrachten zoals het verschil tussen krassen op papier en krassen op hout. Wat voel je Leerlingen zitten in een kring met ogen dicht en ze houden hun hand met de palm omhoog voor zich. Een persoon loopt langs met een bepaald voorwerp, en strijkt ermee langs de handen van de leerlingen. De leerlingen moeten raden wat het is. Kies voor voorwerpen met zeer verschillende structuren zoals een sjaal en een fles, een boek en een ballon. VERWACHTINGEN Heb je zelf wel eens meegemaakt dat iets of iemand heel anders bleek te zijn dan je verwachtte ? vertel aan de groep ‘wat dacht je eerst’ en ‘wat bleek het te zijn?” maak er (in kleine groepjes) tableaus vivants of een strip verhaal van, in 4 plaatjes : plaatje 1 Wat is de situatie (plaats+ handeling) ? wie zijn er aanwezig ? plaatje 2 wat dreigt er te gebeuren plaatje 3 wat is jouw reactie ? (overdrijf dit een beetje ) plaatje 4 wat gebeurt er in werkelijkheid ? 1 ! 2 ! ! 3 ! 4 HOORSPEL In de voorstelling vertelt Thomas een stuk van het verhaal terwijl hij er zelf de geluiden bij maakt. Heb je gezien met welke spullen hij welke geluiden maakte ? Je zag wat hij deed en hoorde wat het effect is. Deze manier van geluiden maken , zonder dat je de beelden ziet komt bij het hoorspel en de (stomme) film vandaan. Geluid is op het toneel, maar ook in film een heel belangrijk element om de spanning op te bouwen, kijk maar eens naar een griezelfilm, zonder het geluid aan. Dat is meteen een stuk minder eng. Geluiden maken Verdeel de klas in groepjes van 5 leerlingen en laat ze per groepje een aantal spannende, enge geluiden verzinnen, ze kunnen ieder geluid een keer uitproberen, de volgorde van de geluiden bepalen en laten oplopen in ‘griezeligheid’ en dan verdelen wie wat doet. De klas gaat in de kring zitten, de geluidmakers van een groepje gaan rondom de kring staan en maken de geluiden in de door hen bedachte volgorde. De klas luistert kritisch mee, is het eng, wordt het spannender, welk geluid is het engste en welk was eigenlijk niet eng? Kun je hetzelfde geluid enger maken door het te herhalen of harder of zachter te doen ? Onthoud de goede (enge) geluiden van je eigen groepje en van elkaar. Verzin naar aanleiding van de geluiden die je gemaakt en gehoord hebt een kort verhaal met de kleine groep waarbij de geluiden het verhaal ondersteunen en spannend maken. ! Hoorspelen werden in het begin van de vorige eeuw veel geluisterd toen er nog geen televisie, maar wel radio was. Hier zie je de acteurs aan het werk. In een hoorspel wordt met enkel tekst, muziek en geluid een toneelspel opgevoerd, een onzichtbaar toneelstuk dus. Vaak spraken de acteurs in microfoons en waren er naast muzikanten ook geluidenmakers. Die bijv het rinkelen van een kopje lieten horen of het kraken van een deur. De stomme film is ‘stom’ genoemd omdat men vroeger nog geen films met geluid of soundtrack kon maken. Het geluid werd er in de bioscoop live bijgemaakt vaak door een pianist en/of een gerausmacher. Er is zelfs een filmgenre genoemd naar een instrument van deze gerausmachers: de slapstick; dit zijn twee lange latten die met een scharnier aan elkaar zitten en die,als je ze tegen elkaar slaat, een flinke klap geven. ! Iedere keer als iemand viel of een klap kreeg sloeg de geluidenmaker met zijn slapstick. En dat gaf zo’n goed effect dat de filmakers steeds meer klappen en valpartijen in hun films deden. Maar ook later in de geluidsfilm waren er speciale mensen nodig die fakegeluiden maakten om de beelden in de film te versterken. Tegenwoordig heten de geluidsmakers bij film” Foley artists” Hoe zij te werk gaan is o.a. te zien op de onderstaande you tube filmpjes: Foley artist Jurassic park http://www.youtube.com/watch?v=Dp7aJ6zoLXY&feature=related Foley artist the one show http://www.youtube.com/watch?v=AwBxNj_0B_Y&feature=related Op www.hoorspelfabriek.nl is te zien dat het genre, voornamelijk in de vorm van luisterboeken ook in Nederland nog steeds leeft. NB veel boeken voor volwassenen, niet perse geschikt om kinderen zelf op te laten zoeken, maar er staan een paar voorbeeldfragmenten : bijv Eric en het kleine insectenboek, De Nachtegaal en De Mestkever en de Wilde Zwanen OVER THEATER DE WINTER Theater de Winter is het gezelschap van acteur/poppenspeler John de Winter. Per voorstelling stelt John een team samen van decor- en poppenbouwers, regisseur, technicus en componist met wie hij de voorstelling gaat maken en waar hij zelf in speelt. Hij reist hiermee door heel Nederland en België. Hij speelt zo’n 100 voorstellingen per jaar en kan door de technische faciliteiten die zijn stichting voor hem beheert, op vrijwel elke plek in Nederland staan. Hij speelt vooral in theaterzalen, maar ook veel in de buurt- en clubhuizen en op scholen. John de Winter is op 18-jarige leeftijd begonnen als poppenspeler en heeft zich inmiddels ook ontwikkeld tot een zeer begenadigd verhalenverteller. Hij weet met zijn spel zijn publiek van het begin tot het eind te boeien. Geroemd is zijn stemtechniek, waarmee hij aan alle figuren een dramatische laag meegeeft die hen herkenbaar en geliefd maakt. Hij heeft inmiddels al aan meerdere bekende tekenfilmfiguren zijn stem geleend, onder meer aan Knorretje van Winnie de Poeh. Zijn voorstellingen zijn zonder uitzondering van een bijzondere beeldende kwaliteit, ontroerend in hun uitvoering en dragen een kleine les in zich, een boodschap zonder hoofdletter zoals hij dat zelf noemt. Hij maakte in 2009 een verbeelding van het sprookje Sjaak en de Bonenstaak. Daarvoor al produceerde hij De jongen uit de woestijn, een indrukwekkend oer-verhaal over de jonge Jozef die onderkoning van Egypte werd en in januari 2010 was de première van Toby’s Alfabed een kleutervoorstelling over het spelen met letters. De vertellingen van John de Winter gaan over communicatie. De zelf verbaal goed onderlegde speler is binnen zijn werk voortdurend op zoek naar de juiste manier om met anderen contact te leggen. Ieder verhaal heeft in zijn basis de zoektocht naar contact, het overwinnen van de obstakels die dit contact in de weg staan. Oud zeer en slechte herinneringen achter je laten en opnieuw beginnen, omdat je familie bent, omdat je van elkaar houdt of simpelweg omdat je bij elkaar in de straat woont. Door zijn aanstekelijke spel spreekt John een groot publiek aan en bereikt hij alle lagen van de bevolking. Geboren en getogen in Rotterdam kent hij de grote verschillen tussen de culturen die Nederland bevolken. Hij weet hen allen te boeien en te raken. John de Winter blijft de communicatievormen onderzoeken en de ene keer wordt daar vooral beeld in gebruikt en de andere keer meer taal . Bij Toby’s alfabed was de vorm van de letters het uitgangspunt, De Woeste Woning is weer een vertel voorstelling, waarbij geluid en beeld en suspence gebruikt worden om het verhaal te ondersteunen. Zakelijk/contactgegevens : Theater de Winter Speler : John de Winter Website: www.theaterdewinter.nl Email : [email protected] Technische gegevens/basis vereisten : Leeg speeloppervlak van minimaal van 5 m breed, 5 meter diep, 2.80 meter hoog. Gymzaal of podium en anders andere ruimte, maar graag kasten, tafels, stoelen van te voren verwijderen. Let ook op dat de ruimte niet gehorig is en geen doorgang biedt tijdens de voorstelling en een deel van de opbouw. Verduistering is noodzakelijk. Geen vuilniszakken, maar wel landbouwplastic of karton. De opstelling van de tribunen moet trapsgewijs zijn i.v.m. zichtlijnen. Anders gaan kinderen staan. ( matten, bankjes, stoelen, tafels ) De voorstelling kan uitsluitend op de begane grond gespeeld worden. Hulp van 2 volwassenen noodzakelijk bij het uitladen. Zo dicht mogelijk bij de speelplek uitladen. De speler komt met een technicus en rijdt in een bestelbus. Parkeerplek vlak bij de school wordt op prijs gesteld. Kleedkamer is niet nodig: koffie of thee wordt wel heel erg op prijs gesteld De opbouwtijd is 2 uur. Bij schoolvoorstelling kunnen maximaal 125 kinderen tegelijk kijken Graag de kinderen van te voren naar het toilet laten gaan. Mobiele telefoons graag uit tijdens de voorstelling en niet flitsen met de camera. Na afloop kunnen er eventueel foto’s gemaakt worden.