Politiek dossier - GATS en water De wereld is niet te koop. GATS en water Politiek dossier campagne 2003 Aan dit dossier werkten mee: Bogdan Vanden Berghe Karen De Pooter Marc Maes Myriam Keustermans Rudy De Meyer Samira Wymeersch Jan Versluys (eindredactie) In dit dossier belichten we de politieke achtergrond van de 11.11.11-najaarscampagne. Wil je meer weten over de acties die 11.11.11 zal voeren om deze problematiek aan te kaarten, bekijk dan ook onze actiemap. In onze partnermap vind je meer specifieke informatie over enkele centrale partners van 11.11.11 tijdens de najaarscampagne. Tips om ook een succesvolle financiële campagne te voeren, zijn gebundeld in “Succesvolle recepten uit de lokale 11.11.11-keuken.” 1 Politiek dossier - GATS en water Inhoud Ronkende verklaringen en schrijnende realiteit Inleiding 1 GATS, een nieuw hoofdstuk in het oude globaliseringsverhaal 1.1 Het IMF als breekijzer 1.2 De WTO als sluitstuk 2 GATS, het mysterie ontrafeld 2.1 Wat is GATS? 2.2 Wat zijn diensten? 2.3 Het vertrekpunt van de onderhandelingen over diensten 2.4 De reikwijdte van GATS 2.5 Ruimer dan handel 2.6 Welke diensten vallen buiten GATS? 2.7 De regels van het spel 2.7.1 Algemene regels: de meest begunstigde natie 2.7.2 Specifieke regels 2.8 Ingebouwde agenda 2.9 Compensaties voor wijzigingen 3 De huidige onderhandelingen 3.1 Onderhandelingen over markttoegang en nationale behandeling 3.2 Vraag en aanbod van Europa 3.3 Onderhandelingen over regels 3.4 Besluitvorming in België en Europa 4 GATS en de ontwikkelingslanden 5 Is er een toekomst voor het water? 5.1 Wereldwatercrisis 5.2 Profijt uit de watercrisis 5.3 Het kan anders 6 Besluit: water en privatisering 7 De eisen van 11.11.11 2 Politiek dossier - GATS en water Ronkende verklaringen… … en schrijnende realiteit “Water is een beperkte natuurlijke rijkdom en een publiek goed, fundamenteel voor leven en gezondheid. Het mensenrecht op water is essentieel om een leven in menselijke waardigheid te kunnen leiden. Het is een voorwaarde voor de realisatie van andere mensenrechten.” Toen Ghana bij de Wereldbank ging aankloppen voor een lening om haar waterdistributienetwerk te rehabiliteren, kreeg het te horen dat het de privé-sector er moest bijhalen. Privatisering was een voorwaarde om de lening te krijgen. Kort na de komst van de privé-uitbaters steeg de prijs met 115%. In de periode van 1998 tot 2001 sprong de waterprijs van 10 cedi naar 75 cedi voor een kubieke meter water. In delen van de hoofdstad Accra besteden gezinnen nu 27% van hun inkomen aan water. De helft van de mensen moet rondkomen met minder dan twee dollar per dag. De hoge waterprijs brengt de gezondheid van de mensen in gevaar. Ze hebben geen geld meer voor gezondheidszorg. “Het mensenrecht op water geeft iedereen recht op voldoende, veilig, aanvaardbaar, fysisch bereikbaar en betaalbaar water voor persoonlijk en huishoudelijk gebruik. Een adequate hoeveelheid veilig water is noodzakelijk om sterfte door uitdroging te voorkomen, om het risico van watergerelateerde ziekten te verkleinen en om te verbruiken, te koken en in persoonlijke en huishoudelijke hygiënische behoeften te voorzien.” “De adequaatheid van water moet niet eng geïnterpreteerd worden, met enkel referenties naar volumetrische hoeveelheden en technologieën. Water moet behandeld worden als een sociaal en cultureel goed en niet in de eerste plaats als een economisch goed. De manier waarop het recht op water gerealiseerd wordt, moet duurzaam zijn, zodat het recht op water kan gelden voor de huidige en de toekomstige generaties.” Het aantal meisjes dat van school gehouden wordt, is gestegen met een kwart, tot 35%. Ziektes die te maken hebben met slecht drinkwater nemen toe omdat de mensen niet anders kunnen dan water halen uit Door de hoge waterprijs vervuilde hebben de mensen geen waterlopen. geld meer voor gezondheidszorg. Hoewel het hele gezin van hetzelfde water drinkt, blijken vrouwen vaker ziek te zijn. Vanuit hun traditionele zorgende rol laten ze eerst de andere gezinsleden drinken en moeten zij genoegen nemen met het onderste uit de kan … met het vervuilde bezinksel. Waarom? Omdat de Wereldbank dit eist. Iedereen moet betalen voor het water, ook de allerarmsten. VN-Comité voor Sociale, Economische en Culturele rechten, 27 november 2002. “We verbinden ons er verder toe om tegen 2015 wereldwijd het aantal mensen … voor wie veilig drinkwater onbereikbaar of onbetaalbaar is te halveren.” Getekend, Rudolf Amenga-Etego, Integrated Social Development Center, Ghana Millenniumverklaring van de VN, getekend door de leiders van de 191 VN-lidstaten. 3 Politiek dossier - GATS en water Inleiding Vandaag hebben 1,2 miljard mensen geen toegang tot drinkbaar water. Tegen 2015 moet dit aantal worden gehalveerd. Dat staat te lezen in de Millenniumverklaring van de VN. Voor 11.11.11 een weinig ambitieuze doelstelling. We vrezen echter dat zelfs deze belofte niet vervuld wordt tegen 2015. Nochtans werd ze ondertekend door alle wereldleiders bij de aanvang van dit millennium. Hoe komt dit? In de eerste plaats door een schrijnend gebrek aan middelen. Al jaren pleit 11.11.11 voor structurele maatregelen zodat regeringen in het Zuiden de kans krijgen te voorzien in de basisbehoeften van hun bevolking. Zuiver drinkwater hoort hier duidelijk in thuis. De opbrengsten van een Tobintaks, de 0,7% ontwikkelingshulp en het geld dat vrijkomt door schuldverlichting zijn mogelijke financieringsbronnen. Is het privatiseren van de watervoorziening ook een mogelijkheid om het gebrek aan middelen op te vangen? Vooral de Wereldbank en het IMF manen derdewereldlanden aan op die manier de watervoorziening te verbeteren. Onze partners in het Zuiden zijn er minder over te spreken: enorme prijsstijgingen, slechte bevoorrading, totale uitsluiting van mensen die niet kunnen betalen, enz. Voor 11.11.11 is het privatiseren van een essentiële dienst als de watervoorziening enkel bespreekbaar als dit gebeurt binnen een duidelijk kader dat via waterdichte contracten met de overheid voorziet in minimumvoorzieningen voor de allerarmsten, in prijscontrole, in hoge kwaliteitsnormen, in afdoende milieubescherming, enz. Voorlopig ontbreekt dit kader echter volledig. Bij problemen kunnen ontwikkelingslanden de privatiseringsklok nog terugdraaien en in sommige gevallen gebeurt dat ook. Als de bevolking luid genoeg protesteert worden buitenlandse bedrijven gedwongen hun waterbeleid te herzien en eventueel zelfs op te stappen. Binnen de Wereldhandelsorganisatie (WTO) zijn momenteel echter onderhandelingen aan de gang die het wel heel moeilijk maken om de privé-sector uit de watervoorziening weg te krijgen, eens ze zijn toegelaten. We hebben het hier over de onderhandelingen over het dienstenakkoord van de WTO, het zogenaamde GATS (General Agreement on Trade in Services). Dit akkoord wil de handel in diensten – en water valt daar wel degelijk onder – liberaliseren. De onderhandelingen hierover gebeuren achter gesloten deuren. Af en toe lekt er echter informatie uit. Zo konden we recent vaststellen dat de Europese Unie met een wel zeer begerige blik kijkt naar de watermarkt in de rest van de wereld. Zonder schroom wordt aan tal van landen gevraagd om (Europese) privé-bedrijven te laten opereren op hun watermarkt. Tegelijkertijd zien we dat de EU helemaal niet aanbiedt om de eigen watersector open te stellen voor anderen. Rekening houdend met de zwakke positie van ontwikkelingslanden in de vorige onderhandelingsronde, vrezen we dat we het vervolg al kennen. We stellen ons dan ook minstens twee belangrijke vragen bij het GATS-akkoord. Is het wel verstandig om essentiële diensten als water te onderwerpen aan dit soort onderhandelingen? En is het wel democratisch dat zulke belangrijke onderhandelingen in de grootste geheimzinnigheid gebeuren? Het antwoord voor 11.11.11 is overduidelijk: neen. In dit politiek dossier zetten we uiteen hoe we tot dit duidelijke antwoord komen. Bogdan Vanden Berghe Diensthoofd Campagne 11.11.11 4 Politiek dossier - GATS en water 1 GATS, een nieuw hoofdstuk in het oude globaliseringsverhaal Toenemende vrijheid en rechten voor multinationale ondernemingen, zonder afdoend tegengewicht van plichten, democratische controle en sturing door de overheid, is gevaarlijk. Beleid en praktijk van de bedrijven kunnen dan snel haaks staan op de ontwikkelingsbehoeften van het betrokken land en vooral van de armste bevolkingsgroepen. Dat is, in een notendop, het uitgangspunt van ons werk rond globalisering. GATS, het dienstenakkoord binnen de Wereldhandelsorganisatie (WTO) is een schrijnende illustratie van deze liberaliseringstrend. De privé-sector dringt steeds verder binnen in sectoren die zorgen voor essentiële dienstverlening aan de bevolking. Juist omdat watervoorziening, net zoals gezondheidszorg, onderwijs, enz. levensbelangrijk is, bleef ze tot nu toe, meer dan andere stukken van de economie, onder controle en toezicht van de overheid. De GATS is een aanval op deze vitale verdedigingslinie. Het is echter niet de enige dreiging. Privatisering en deregulering beginnen en eindigen niet noodzakelijk bij de WTO. Dikwijls zijn ze het resultaat van een ingewikkeld en niet altijd even gezond samenspel tussen de elite van een land, multinationale ondernemingen en grote internationale instellingen. Een bindend akkoord binnen de WTO is vaak enkel het sluitstuk van een proces dat al een hele tijd aan de gang was. toegang tot proper water garandeert voor iedereen en niet inteert op de toekomst. De realiteit is meestal anders. Het is al niet vanzelfsprekend dat het overheidsbeleid de belangen van de bevolking trouw weerspiegelt. De elite van een land ziet soms meer brood (én geld) in grote, dure, met buitenlandse bedrijven opgezette watersystemen dan in een meer kleinschalige, gedecentraliseerde watervoorziening waarover ook de plaatselijke bevolking haar zeg kan hebben. Regeringen geven soms zelf aanzet tot te vergaande privatisering. Dat de multinationale ondernemingen uit de watersector zich uitsloven om megaorders binnen te rijven, desnoods met lokmiddelen en zachte druk, is jammer maar niet verwonderlijk. De watermultinationals worden daarbij soms nog een handje geholpen door de overheid van hun ‘moederland’. Overheid zonder middelen Bovendien mag men niet vergeten dat ontwikkelingslanden veelal te maken hebben met een pijnlijk tekort aan middelen. In de millenniumdoelstellingen beloven de wereldleiders ondermeer dat het aantal mensen dat geen toegang heeft tot veilig drinkwater tegen 2015 met de helft moet verminderen. Maar de nodige middelen ontbreken. Op de VNconferentie over de Financiering voor Ontwikkeling in maart 2002 (Monterrey, Mexico) kwam dit nog maar eens tot uiting. Naast een minimum aan nieuwe middelen verwachtte deze ontwikkelingstop vooral heil van de vrije markt en de privé-sector. Ontwikkelingslanden worden aangeraden of onder druk gezet om hun markten open te gooien en investeringen aan te trekken. Maar privé-kapitaal heeft zijn prijs. Investeringen én winst moeten betaald worden. Via privatisering en ‘kostenrecuperatie’ in essentiële diensten zoals de watervoorziening valt de last uiteindelijk op de zwakste schakel, de verbruiker. 1.1 Het IMF als breekijzer Een land kan autonoom beslissen om voor bepaalde aspecten van zijn watervoorziening beroep te doen op de privé-sector. Het kan ook buitenlandse bedrijven daarin een rol laten spelen. Daar is niet noodzakelijk iets mis mee zolang het waterbeleid stevig in handen blijft van de overheid, gedicteerd wordt door de echte noden van de bevolking, betaalbare 5 Politiek dossier - GATS en water In landen waar grote delen van de bevolking moet zien rond te komen met minder dan één euro per dag, wordt water op die manier gewoon onbetaalbaar. 1999 allemaal op basis van een eigen armoedebestrijdingsstrategie van het betrokken land, maar in praktijk vertoont het gemiddeld voorwaardenpakket nog schrikwekkend veel gelijkenis met het oude receptenboekje. Een meerderheid van Derde Wereldlanden en zo goed als alle armste ontwikkelingslanden hangen aan die korte leiband. Privatisering van overheidsinstellingen scoort ook nu nog hoog in het beleid van de bank en het fonds. De watersector blijft niet gespaard. Tussen 1996 en 1999 sloot de Wereldbank 193 leningen af die verband hielden met watervoorziening. Meer dan de helft hiervan hadden privatisering als voorwaarde.1 Privatisering als voorwaarde Het wordt nog een stuk hachelijker als grote internationale financiële instellingen, zoals het Internationaal Muntfonds (IMF) en de Wereldbank, zich met de zaak gaan bemoeien. Ze spelen een sleutelrol in het internationaal beleid rond schuldenlast. Toezeggingen voor schuldvermindering worden gekoppeld aan een akkoord met het IMF en de Wereldbank. Zo’n akkoord stelt strakke voorwaarden met betrekking tot het macro-economisch beleid en de herstructurering van de economie van het schuldenland. In theorie gebeurt dat sinds Tanzania verkocht in laatste tien jaar vier vijfde van staatsbedrijven Alles gaat onder de hamer Tanzania krijgt van instanties als het IMF en de Wereldbank goede cijfers en flink veel centen. Het land is een ijverige leerling als het gaat om het opvolgen van privatiseringsrecepten. Sinds 1993 werd zowat 80 procent van de in totaal zo’n vierhonderd staatsbedrijven verkocht. De internationale geldschieters zijn tevreden, de burgers mopperen evenwel behoorlijk. Dezer dagen worden de Tanzaniaanse spoorwegen, de TRC, geprivatiseerd. Drieduizend kilometer rails die niet alleen voor het land zelf, maar ook voor de buurlanden van kapitaal belang zijn. De Tanzaniaanse handel met de buitenwereld verloopt immers in grote mate via de haven van Dar es Salaam. Modern kun je de spoorwegen moeilijk noemen: er rijden nog stoomlocomotieven en ‘s lands treinen doen er twee keer zo lang over als de bussen, die een goed netwerk hebben uitgebouwd. Alleen wie naar het noordwesten wil, is op het spoor aangewezen. Hoewel de treinen maar traag voorttuffen, bewezen de gebeurtenissen van juni dat de veiligheid niet helemaal is gegarandeerd. Toen liep nabij Kigoma een passagierstrein op een steile helling achteruit en botste op een achteropkomende goederenwagon, met zo’n driehonderd doden tot gevolg. De oorzaak: een motordefect. Het spoor is de zoveelste parastatale die wordt geprivatiseerd. Die hele oefening begon al in 1993. Sindsdien zijn zowat alle vitale overheidsbedrijven van de hand gedaan. Als we de sinds 1995 verkozen president Benjamin Mkapa mogen geloven, dan heeft die hervorming het land veel goed gedaan. Hij verwijst daarbij graag naar de toeristische sector, een van Tanzania’s belangrijkste bronnen van buitenlandse deviezen. Sinds de staatshotels zijn verkocht, zo gaat de redenering, is de service beter en komen de toeristen met plezier terug. Dat het allerbeste hotel van het land voor niet meer dan 1,2 miljoen is verkocht, een bedrag dat experts een schijntje vonden, zegt de president er niet bij. Maar er is nog meer aan de hand. Vaak moeten bedrijven worden gemoderniseerd voor ze überhaupt verkocht kunnen worden en dan blijken de investeringen die aan de privatisering voorafgingen, en waar de belastingbetaler dus voor opdraait, hoger te zijn dan de verkoopprijs. Dat heeft dan met haast te maken – internationale geldschieters willen prompt resultaten – maar ook met corruptie. Een zacht prijsje voor het bedrijf en een flinke extra voor de mensen van de Commissie voor hervorming van de parastatale sector. Een ander probleem betreft het ‘overschot aan personeel’. Bedrijven eisen het recht om de 6 Politiek dossier - GATS en water arbeid te stroomlijnen, wat in het geval van het spoor bijvoorbeeld neerkomt op een zekere afdanking van een derde van de negenduizend personeelsleden. En de staat liet al weten dat er niet echt een afdankingsvergoeding in zit: het ontbreekt de overheid namelijk aan middelen. Al even bedenkelijk is het feit dat het vaak erg vitale diensten betreft, zaken als water en elektriciteit. De verkoop eerder dit jaar van het waterbedrijf Dawasa – een voorwaarde die het IMF had gesteld om Tanzania in te delen in de categorie van armste landen met grootste internationale schulden (wat hen een voordeliger aflossingsregime bezorgt) – zorgde zo voor een storm van protest. Er was zo’n 150 miljoen dollar nieuw kapitaal nodig om het bedrijf verkoopbaar te maken. De helft van het water gaat immers verloren aan lekkage en illegaal aftappen. In de overheidsadvertenties die werden geplaatst in buitenlandse bladen om investeerders aan te trekken, wordt duidelijk ‘een betere afrekening’ in het vooruitzicht gesteld. Concreet: sloppenwijken zullen niet langer op gratis kraantjes moeten rekenen. Bij het elektriciteitsbedrijf Tanesco is het niet veel beter. Stroom wordt duurder, en bovendien blijkt de Zuid-Afrikaanse firma die het bedrijf kocht een kleine onderneming die niet in staat is zo’n mammoettaak op zich te nemen. Klein detail: ze ging in zee met een Tanzaniaanse partner, die eigendom is van de schoonbroer van de president. De bestuursraad van dat bedrijf bleek overigens uit schoolkinderen te bestaan: het betrof dus een nepinstantie. Een en ander deed sommige columnisten al hardop vragen of de president, die momenteel aan zijn laatste ambtstermijn bezig is, zijn schaapjes op het droge wil hebben voor hij de plaat poetst. De Morgen, 31 oktober 2002, Catherine Vuylsteke 1.2 De WTO als sluitstuk Akkoorden die binnen de WTO worden afgesloten hebben die flexibiliteit niet meer. Ze zijn net als IMF-akkoorden bindend en sanctioneerbaar (ze leiden bij inbreuk tot Is inbraak via GATS dan nog nodig? Al die moeite lijkt overbodig als de bedrijven ook al via regeringen of het IMF in nieuwe watermarkten kunnen De WTO ‘betonneert’ binnendringen. de toegevingen die aan Om twee redenen blijft een IMF en Wereldbank doorgedreven GATS-akkoord werden gedaan. toch erg interessant voor de grote privé-ondernemingen. handelsrepresailles). Maar ze zijn bovendien quasi Nieuwe toezeggingen binnen onherroepelijk. Eens een land GATS kunnen een bres slaan binnen de GATS een in de verdedigingslinie van toezegging heeft gedaan, kan landen die tot nu toe aan het nauwelijks nog op zijn rechtstreekse bilaterale druk of beslissing terugkomen. In die aan privatisering onder IMFzin ‘betonneert’ de WTO voogdij zijn ontsnapt. toegevingen die vroeger Privatisering en deregulering op werden gedaan. nationaal niveau kunnen in theorie nog herroepen worden, zelfs wanneer ze werden opgelegd door het IMF.2 Cochabamba: succesvol verzet niet meer mogelijk na GATS? Toen de Wereldbank in 1998 een lening toestond aan het straatarme Bolivië was een van de voorwaarden dat het land privatiseringen zou doorvoeren in de watersector. Zo kwam de 7 Politiek dossier - GATS en water watervoorziening van Cochabamba, een stad met een half miljoen inwoners, in handen van Aguas del Tunari, een consortium onder leiding van het Amerikaanse Bechtel. Duur grondwater Aguas del Tunari kreeg de rechten op alle water in het betreffende gebied. Dat betekende dat de boeren ineens zelfs moesten betalen voor grondwater dat ze zelf oppompten. Voor het bedrijf één cent geïnvesteerd had in de verbetering van het waternet voerde het een fikse verhoging door van de waterprijs. Met een minimumloon van nog geen 100 dollar kon de doorsnee waterrekening oplopen tot een kwart van het inkomen. Niet-betalers werden afgesloten. Er vormde zich een grote beweging die eiste dat de privatisering werd teruggedraaid. In januari en februari 2000 kwamen honderdduizenden mensen hiertegen op straat. De politie reageerde met geweld. Er viel een dode en verschillende gewonden. De regering riep de staat van beleg uit, maar zwichtte uiteindelijk voor het protest. De watervoorziening kwam terug in handen van het oude overheidsbedrijf SEMAPA. Werknemers, gemeente, leiders van het protest en gekozen vertegenwoordigers van alle wijken kwamen in het bestuur. Aguas del Tunari eist 25 miljoen Aguas del Tunari eist van de Boliviaanse regering nu een schadevergoeding van 25 miljoen dollar. Dat is drie keer zoveel als de kosten die het gemaakt heeft. Bolivië weigert te betalen. Aguas del Tunari wendt zich nu tot de geschillencommissie van de Wereldbank. Dat kan omdat het bedrijf een vestiging, eigenlijk weinig meer dan een brievenbus, heeft in Nederland en zo beroep kan doen op het bilaterale investeringsakkoord tussen Bolivië en Nederland. De Boliviaanse regering zal een prijs moeten betalen voor het terugdraaien van de privatisering. Had Bolivië haar watersector geliberaliseerd via GATS, dan had ze meteen ook alle WTO-leden die dat eisten compensatie moeten bieden (zie 2.9).3 8 Politiek dossier - GATS en water 2 GATS, het mysterie ontrafeld “Het GATS-akkoord is eerst en vooral een instrument ten voordele van de bedrijfswereld” De Europese Commissie op http://gatsinfo.eu.int/ diensten er uit om een product tot bij een gebruiker te brengen. De hele groot- en kleinhandel is namelijk ook een dienst, net zoals het verschaffen van eten en drinken in restaurants en cafés of het plaatsen van een venster, tot zelfs het bouwen van huizen en het aanleggen van wegen. Om ten volle de inzet van de aan de gang zijnde GATS-onderhandelingen te volgen, moet je zelf bijna een WTO-specialist worden. Hieronder proberen we zo eenvoudig mogelijk weer te geven wat de inzet van de onderhandelingen is. En dat is niet gemakkelijk. Voor nog meer gespecialiseerde uitleg verwijzen we naar onze website www.11.be en naar de annexen achteraan dit dossier. Als je soms het gevoel hebt dat het allemaal een beetje te ingewikkeld wordt, voel je dan vooral niet gegeneerd. Ontwikkelingslanden – of althans hun onderhandelaars – kennen dat gevoel maar al te goed. Eén van de grote problemen met alle onderhandelingen binnen de Wereldhandelsorganisatie is namelijk dat ontwikkelingslanden niet voldoende capaciteit hebben om deze complexe materie te volgen. Waar Westerse landen een batterij specialisten ter beschikking hebben om de gevolgen van elk aspectje uit de onderhandelde akkoorden uit te vlooien, moeten ontwikkelingslanden het meestal stellen met een zeer beperkt team van ‘allrounders’. Hier gaan we… Heel wat diensten zijn essentieel voor ons dagelijks leven en behoren tot de sociale, economische en culturele mensenrechten. Denk aan geneeskundige zorgen, kinderverzorging, kinderoppas, onderwijs, vorming, bejaardenzorg, vervoer, communicatie, cultuur, huisvesting, energie, water, waterzuivering, afvalverwerking, enz. De manier waarop al deze diensten geleverd worden, bepaalt mee de aard van onze maatschappij. Het verzekeren ervan is precies één van de redenen waarom we overheden en regeringen in het leven hebben geroepen. Beslissingen erover gaan ons allen aan. Maar het leveren van diensten is ook een belangrijke economische activiteit. Zelfs in ontwikkelingslanden is de dienstensector goed voor de helft van het bruto nationaal product (BNP) en de tewerkstelling. Omdat de overheid nog altijd een zeer groot deel van de dienstverlening op zich neemt, ligt hier een enorm terrein braak dat voor winstgevende activiteiten kan ontgonnen worden. In die optiek wordt gezondheidszorg een onontgonnen markt 2.1 Wat is GATS? die wereldwijd jaarlijks 3.500 miljard dollar GATS staat voor ‘General Agreement on waard is. Onderwijs is goed voor 2.000 Trade in Services’, in het Nederlands miljard dollar en water ‘Algemeen Akkoord voor 1.000 miljard Diensten die nu nog publiek zijn, over de Handel in dollar. vormen een enorm braakliggend Diensten’. GATS werd terrein dat voor winstgevende voor de eerste keer activiteiten kan ontgonnen worden. ondertekend in 1994, als één van de belangrijkste akkoorden van de Wereldhandelsorganisatie, en wordt sinds 2000 opnieuw onderhandeld. 2.2 Wat zijn diensten? Een dienst is ongeveer alles wat niet op je voet kan vallen, ook al bestaan heel wat 9 Politiek dossier - GATS en water De twaalf dienstensectoren van GATS 1. Diensten aan bedrijven (Business services): Professionele diensten (recht, boekhouding, auditing, achitectuur, engineering, urbanisatie en landschapsbeheer, medische diensten en tandheelkunde, veterinaire diensten, kraamhulp, verpleging, kinesitherapie, paramedische diensten, enz.), computerdiensten, onderzoek en ontwikkeling, vastgoed, verhuur en leasing, reclame, marktonderzoek, consultancy, interimwerk, onderhoud, kuiswerk, fotografie, drukwerk, verpakking, enz. 2. Communicatie: post, koerierdiensten, audio-visuele diensten (film, video, radio, TV) 3. Bouw en engineering 4. Distributie: van kleinhandel tot groothandel 5. Onderwijs 6. Milieu: water, afval, lawaai, lucht, enz. 7. Financiële sector: banken, verzekeringen en andere financiële diensten 8. Gezondheidszorg en de sociale sector 9. Toerisme en reizen 10. Cultuur, ontspanning en sport 11. Vervoer: over de weg, per spoor, over water, door de lucht, via pijpleidingen… 12. Andere diensten: energie GATS en gender Zowel in het Zuiden als in het Noorden kan GATS een verregaande impact hebben op het leven van vrouwen en mannen. De impact op het leven van vrouwen zal anders zijn omwille van een aantal factoren: 1. Vrouwen hebben een specifieke rol als dienstverstrekkers. In het Zuiden ligt de liberalisering van diensten onder GATS in het verlengde van de liberalisering van diensten onder de Structurele Aanpassingsprogramma’s (SAP) van IMF en Wereldbank. Uit de ervaringen met de SAP blijkt dat de leemte die onstaat door het wegvallen van basisdiensten, wordt opgevuld door extra inspanningen van vrouwen. Wanneer de overheid faalt in het voorzien van basisgezondheidszorg en onderwijs, van gezond en voldoende voedsel en water, zijn vrouwen verplicht om deze taken over te nemen. Aan de basis hiervan liggen ondermeer de traditionele rollenpatronen die zowel in Noord als Zuid nog gelden. 2. Vrouwen als consumenten van diensten. Liberalisering van diensten kan leiden tot prijsverhogingen, bijvoorbeeld omdat de overheid niet mag tussenkomen in de prijs die de consument moet betalen voor een basisgoed als water. Prijsverhogingen zorgen voor een verminderde toegang, vooral voor arme consumenten, waarvan vrouwen een groot deel uitmaken. Wereldwijd zijn 70% van de armen vrouwen. Een hogere prijs heeft ook consequenties op het vlak van tijdsbesteding, gezondheid en budget. Ook deze gevolgen komen vooral op de schouders van vrouwen terecht. 10 Politiek dossier - GATS en water 3. Vrouwen als werknemers. De meerderheid van de werknemers in de dienstensector zijn vrouwen. Deze jobs zijn over het algemeen goed betaald en redelijk stabiel. Maar het merendeel van hen werkt onderaan de ladder. Hoe hoger de functie, hoe minder vrouwen. Bovendien bleek dat ook in de openbare sector vrouwen het eerst worden afgedankt wanneer de sector geliberaliseerd wordt. En elke regelgeving die vrouwen 4 positief discrimineert, wordt onder GATS beschouwd als ’onnodig handelsverstorend’ (zie kader bij 2.8) en moet dus afgeschaft worden. 4. Vrouwen als burgers: toegang tot besluitvorming. Het hele proces van onderhandelingen over GATS verloopt al bijzonder ondemocratisch (zie 3.4). Hier komt nog bij dat zowel in de nationale parlementen als binnen de civiele maatschappij de inspraak van vrouwen en vrouwenorganisaties zo goed als nihil is. Zowel in het Noorden als in het Zuiden maken vrouwen de minderheid uit van de volksvertegenwoordigers. En wat de toegang tot besluitvorming betreft, is het plaatje vaak nog veel minder rooskleurig. Het is voor 11.11.11 dan ook duidelijk dat extra inspanningen geleverd moeten worden om de inspraak van vrouwen te garanderen in het GATS-debat, vóór het akkoord ondertekend wordt. Een grondige analyse van de sociale impact van het akkoord is onontbeerlijk. Hierbij moet vooral de genderdimensie mee in rekening gebracht worden. 2.3 Het vertrekpunt van de onderhandelingen over diensten Het is duidelijk dat de zogenaamde ‘dienstenindustrie’ vragende partij is voor een wereldwijde liberalisering van zoveel mogelijk diensten en dat ze daar hard voor lobbyt. Jammer genoeg vormt deze hevige druk van de dienstenindustrie het vertrekpunt van de GATSonderhandelingen. We zagen liever de zorg voor universeel toegankelijke dienstverlening en de verwezenlijking Uit lekken blijkt dat de van de sociaalwatersector een van de economische en meeste gegeerde culturele onderhandelingsbrokken mensenrechten als is. motivatie. “Voor de grote baas van het grootste hospitaalbedrijf ter wereld, het Amerikaanse Columbia/HCA, is de gezondheidszorg een business die niet verschilt van de luchtvaart- of de kogellagerindustrie en hij heeft gezworen niet te zullen rusten voor hij elk openbaar hospitaal in NoordAmerika heeft vernietigd.” “Investeringsmaatschappijen zoals Merill Lynch voorspellen dat openbaar onderwijs in het volgende decennium wereldwijd zal geprivatiseerd worden en dat er hierdoor enorme winsten kunnen gemaakt worden.” Het zal dan ook niet verbazen dat de voorbereidingen van de GATSonderhandelingen en de onderhandelingen zelf gebeuren achter gesloten deuren. Onderhandelingsvoorstellen worden uitgeroepen tot ‘handelsgeheim’. Markten binnenrijven is blijkbaar een hoger goed dan democratie. Gelukkig zijn er af en toe enkele lekken die het mogelijk maken een zicht te krijgen waarover onderhandeld wordt. Uit die lekken blijkt dat de watersector een van de meeste gegeerde onderhandelingsbrokken is. Hoewel dit ook een nuance verdient. Uit wat tot nu toe gelekt is, blijkt dat de EU heel graag de zuidelijke markten wil veroveren, maar “Ondertussen werken watergiganten zoals Vivendi en Suez hand in hand met de Wereldbank om ontwikkelingslanden te dwingen hun watervoorzieningen te privatiseren. Via machtige lobbymachinerieën zoals de US Coalition of Services Industries en het European Services Forum, hebben deze en andere multinationals de agenda bepaald van de huidige GATSonderhandelingen.” Uit Stop the GATS attack! Platform van de wereldwijde GATS-actie. http://www.gatswatch.org/StopGATS.html 11 Politiek dossier - GATS en water dat ze zelf haar watermarkt liever gesloten houdt. Het akkoord laat toe om allerlei uitzonderingen te bedingen, maar het is de bedoeling dat die uiteindelijk via opeenvolgende onderhandelingen allemaal verdwijnen. GATS heeft in principe betrekking op alle diensten en maakt geen uitzondering voor basisdiensten of openbare diensten. Gezondheid, onderwijs, water, post, openbaar vervoer, huisvesting, cultuur, geen enkele van deze diensten is in principe van GATS uitgesloten. GATS heeft betrekking op alle regels (wetten, decreten, koninklijke besluiten, gemeentelijke reglementen, enz.) die ook maar iets met diensten te maken hebben, van welk bestuursniveau ze ook afkomstig zijn: federaal, regionaal, provinciaal, lokaal… Liberaliseringen die in het kader van GATS worden afgesproken kunnen praktisch heel moeilijk ongedaan gemaakt worden. Bij elke wijziging moet onderhandeld worden over compensaties onder de vorm van een andere liberalisering. 2.4 De reikwijdte van GATS GATS is geen traditioneel handelsakkoord meer dat enkel het vrije verkeer regelt van goederen die de grens over gaan. GATS bevat regels die diep doordringen in de binnenlandse regelgeving en de manier waarop wij onze economie en zelfs onze maatschappij organiseren. Hoewel landen in principe het recht behouden om bepaalde diensten te onttrekken aan specifieke GATS-regels, is het akkoord er duidelijk op gericht om, in opeenvolgende etappes, alle diensten aan de commerciële logica te onderwerpen. Zover is het nu nog niet, maar met GATS is wel het kader geschapen om dit te doen. De GATS-trein is vertrokken in het holst van de nacht en bij elke halte (elke nieuwe onderhandelingsronde) worden er nieuwe diensten op de trein gezet. Tenzij wij dat kunnen beletten. GATS raakt aan de fundamenten van de samenleving en stelt iedereen voor de keuze: aanvaarden we dat diensten in de toekomst allemaal op commerciële basis worden georganiseerd? GATS is helaas geen alleenstaand geval. De handelsakkoorden van de WTO GATS is in vele opzichten een bijzonder dringen hoe langer hoe meer door in de en vergaand akkoord. En wel hierom: binnenlandse regelgeving, de organisatie van de economie en de rol van de GATS heeft betrekking overheid daarin. Elke Het is de bedoeling dat alle op de belangrijkste onderhandeling draait uitzonderingen via economische sector. uit op meer opeenvolgende De dienstensector is bevoegdheden voor de onderhandelingen verdwijnen. wereldwijd WTO en minder verantwoordelijk voor beleidsmogelijkheden 60% van de economische productie voor de regeringen (zie kader ‘GATS en (BNP), van de tewerkstelling én van de de WTO’). De WTO houdt zich al lang niet buitenlandse investeringen. enkel meer met internationale handel bezig… Het akkoord bevat een bepaling die zegt dat er voortdurend nieuwe onderhandelingen moeten komen om telkens verdere liberaliseringen af te spreken. De huidige (her)onderhandelingen, die begonnen zijn in 2000, vormen de eerste van een reeks. Als ze gedaan zijn, worden de volgende alweer voorbereid. Aan GATS komt geen einde. 12 Politiek dossier - GATS en water De WTO (World Trade Organisation) De Wereldhandelsorganisatie werd opgericht in 1995. In tegenstelling tot populair taalgebruik doet de WTO zelf eigenlijk weinig, het zijn de 145 WTO-leden die de beslissingen nemen en die onder elkaar akkoorden afsluiten waarin ze de eigen bevoegdheden uithollen en de markt meer vrij spel geven (zie ook kader ‘GATS en de WTO’). Beslissingen worden er bovendien niet erg democratisch genomen. In principe heeft elk land één stem, maar in de praktijk leggen de rijke landen meestal hun wil op aan de ontwikkelingslanden. De Europese Unie deelt binnen de WTO mee de lakens uit. Vooral de puur economische belangen van de rijke landen blijken te primeren. De ondoorzichtigheid van de besluitvorming maakt dat de sterke lobby van bedrijven veel meer invloed heeft dan die van organisaties die ontwikkeling, milieu en andere sociale belangen verdedigen. Bovendien is het soms zeer de vraag wie er wakker ligt van al deze ingewikkelde onderhandelingen. Regeringen doen tot nu toe niet al te veel moeite om WTOdossiers aan de bevolking uit te leggen, laat staan om anderen dan bedrijfsorganisaties bij het beleid te betrekken. Dit maakt dat milieu, ontwikkeling, sociale vooruitgang en mensenrechten niet behoren tot de belangrijkste bekommernissen, ook al wordt er veel naar verwezen. De WTO heeft wel een zeer belangrijke eigen bevoegdheid. Ze kan uitspraken doen in handelsgeschillen die lidstaten bij haar aanhangig maken. Dan beslist een geschillencommissie van een handvol internationale handelsjuristen achter gesloten deuren over het recht dat landen hebben om hormonenvlees te weren of om bananen uit arme landen voorkeursbehandeling te geven. Of over de ‘handelsverstorende’ gevolgen van milieumaatregelen. 2.5 Ruimer dan handel GATS heeft een heel eigen gamma van definities van wat ze als diensten ziet. En dat is nodig ook, want maar weinig diensten kan je echt exporteren als gewone handelswaar. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen vier verschillende vormen waaronder diensten kunnen voorkomen. geval verplaatst de gebruiker zich naar het land waar de dienst wordt geleverd. Het land waar de consument vandaan komt is dan de importeur, het land dat de dienst levert de exporteur. Indonesië verkoopt toeristische diensten aan buitenlandse toeristen. Dankzij het toerisme vloeit er buitenlands geld naar Indonesië. Toerisme is dus een export, ook al is het de toeristimporteur die zich daarvoor verplaatst. Deze vorm van dienstenhandel zou goed zijn voor 500 miljard dollar per jaar. Voor de meeste ontwikkelingslanden is dit de belangrijkste vorm van dienstenhandel. Het is ook hun snelst groeiende dienstenexport. Een dienst leveren over de grens heet in de taal van GATS ‘modus 1’. Deze manier van dienstenhandel lijkt nog het meest op traditionele import-export: “iets maken en dat over de grens brengen.” Een architect kan bijvoorbeeld een plan naar het buitenland sturen, via het internet kan je allerlei advies leveren of zelfs les geven en ook telecommunicatie kan de grenzen over. Naar schatting zouden voor 1.000 miljard dollar aan diensten op deze wijze verhandeld worden. ‘Modus 3’ is de belangrijkste vorm van diensten-‘handel’, al lijkt hij het minst op traditionele handel. Bijvoorbeeld: een bank opent een filiaal in het buitenland. In elke andere context heet zoiets een investering. In GATS is het een manier om diensten te verhandelen. Deze definitie van diensten maakt van GATS het eerste multilateraal investeringsakkoord. Plots zit de ‘handelaar’ binnen je grenzen en moet je hem behandelen zoals GATS het Eén van de belangrijkste dienstensectoren, het toerisme, wordt volgens ‘Modus 2’ geleverd. Deze modus lijkt op het eerste zicht eigenaardig. In dit 13 Politiek dossier - GATS en water 2.6 Welke diensten vallen buiten GATS? De enige diensten die uitgezonderd zijn, staan in het fameuze artikel I:3,c: “diensten die uitgevoerd worden binnen de bevoegdheden van de overheid en die noch op commerciële basis, noch in concurrentie met ander dienstenaanbieders worden verstrekt.” voorschrijft. Dat is een heel andere situatie dan wanneer er enkel een pakje de grens overkomt. De omvang van deze dienstensector maakt duidelijk waarom sommigen zo gebrand zijn op deze vorm van liberalisering. Dienstenhandel via investeringen zou goed zijn voor 2.000 miljard dollar per jaar. Investeringen in de dienstensector maken 60% uit van de ‘buitenlandse directe investeringen’. Ook de meeste waterdiensten worden op deze manier ‘verhandeld’. De vraag is wat dit artikel wil zeggen. Welke diensten worden hierdoor gevrijwaard voor GATS? De moeilijkheid ligt in de betekenis en de interpretatie van de woorden Openbare diensten als ‘commercieel’ gezondheid en onderwijs zijn en niet uitgesloten van GATS. ‘concurrentie’. In het onderwijs zijn er openbare scholen naast ’vrije’ scholen die niet door de overheid worden ingericht. Staan deze scholen in concurrentie met de openbare? Voor water wordt geld gevraagd, wordt water hierdoor op commerciële basis verstrekt? ‘Modus 4’ tenslotte wordt ook de ‘tijdelijke migratie van natuurlijke personen’ genoemd. Meestal komt hij voor in combinatie met ‘modus 3’, bijvoorbeeld wanneer de bank van daarnet ook haar eigen personeel meestuurt om haar filiaal op te starten. Uit de schaarse cijfers blijkt dat het vooral de rijke landen zijn die van ‘modus 4’ gebruikmaken door mensen mee te sturen met hun investeringen. ‘Modus 4’ zou goed zijn voor slechts 50 miljard dollar of ongeveer 1,5% van de dienstenhandel. Als het artikel eng wordt geïnterpreteerd, dan blijven er niet veel diensten over. Er wordt altijd wel geld gevraagd voor een dienst en dan is die commercieel. In veel gevallen leveren privédienstenverstrekkers gelijkaardige diensten als de overheid en dan is er concurrentie… Gezondheid en onderwijs lijken door dit artikel alvast niet uitgesloten van GATS. Sprong in het duister Volgens Chakravarthi Raghavan, WTOspecialist van Third World Network, betekenen de GATS-onderhandelingen voor ontwikkelingslanden zoiets als “het geblinddoekt najagen van een zwarte kat in het donker”. Dat komt omdat er geen goede statistieken bestaan over de ‘handel’ in diensten.5 Dit gebrek was al duidelijk in de jaren tachtig, toen men aan de eerste GATS-onderhandelingen begon. Maar GATS-voorstanders zeiden toen dat men er niet kon op wachten. Het GATSakkoord zou trouwens maar een beperkt kaderakkoord worden dat later nog verder kon worden ingevuld in opeenvolgende onderhandelingsrondes. Ondertussen zouden allerlei internationale commissies aan de slag gaan om de statistiekenkwestie in orde te brengen. In 2001, dus na de start van de huidige tweede ronde GATS-onderhandelingen, hebben deze commissies uiteindelijk de handdoek in de ring gegooid. Statistieken bijhouden volgens de vier GATS-modi is gewoon te kostelijk. Dat blijkt trouwens ook uit de lopende onderhandelingen. Voor om het even welke dienst was er wel een land dat liberaliseringen vroeg. Openbare diensten staan wel degelijk op de agenda. Europa vraagt liberaliseringen in de watervoorziening, post, vervoer, telecommunicatie, distributie, enz. 2.7 De regels van het spel Het vrijmaken van de markt of het wegnemen van zoveel mogelijk ‘belemmerende’ handelsregels gebeurt op een heel systematische, geregelde manier. 14 Politiek dossier - GATS en water Zoals de meeste WTO-akkoorden bevat GATS een stel algemene regels die gelden voor alle WTO-leden. Eventueel kunnen hier uitzonderingen op gemaakt worden. GATS is bijzonder omdat er ook specifieke regels in staan die alleen maar gelden voor die diensten die men zelf heeft aangeduid. bovendien door deze regel worden veralgemeend. Stel dat er al sinds generaties in een bepaald land een Frans hotel of een Franse school bestaat, dan mogen andere landen daar ook scholen en hotels oprichten.6 Daarom moet elk land dat GATS ondertekende twee keer nadenken. Het 2.7.1 Algemene regels: de meest moet er namelijk voor zorgen dat alle begunstigde natie beleidsmaatregelen en regels met (Artikel II) betrekking tot alle diensten op geen enkele wijze verschillende Dit is de belangrijkste algemene regel van concurrentievoorwaarden veroorzaken GATS. Deze bepaalt dat je alle landen op tussen gelijkaardige buitenlandse dezelfde wijze moet behandelen. Dit wordt bedrijven afkomstig van verschillende het principe van de ‘meest begunstigde landen. De hele regelgeving op alle natie’ genoemd, omdat het ieder land niveaus – van federaal tot lokaal – moet recht geeft op de meest voordelige dus worden uitgevlooid, anders kan men regeling die er bestaat. Dit is één van de aangevochten worden door landen die basisprincipes van alle WTO-akkoorden. zich benadeeld voelen. Het spreekt voor zich dat dit enorm veel werk en In de praktijk betekent deskundigheid vraagt. het dat als je één land Voor ontwikkelingslanden Volgens GATS mag je een kleine op je markt toelaat, je ligt dat nog een stuk coöperatieve en een multinational alle landen moet moeilijker dan voor onze niet verschillend behandelen. toelaten. Als je geoliede administraties. bedrijven uit één land een bepaalde gunst geeft, bijvoorbeeld een subsidie, dan moet Tenslotte is het merkwaardig dat GATS je die ook aan alle ‘gelijkaardige’ bedrijven zelfs geen algemene uitzondering voorziet uit andere landen geven. op het principe van de ‘meest begunstigde natie’ ten voordele van de Het woord ‘gelijkaardig’ is erg belangrijk. ontwikkelingslanden. In andere WTOBedrijven zijn ‘gelijkaardig’ wanneer ze akkoorden bestaat dit wel. Rijke landen gelijke diensten leveren. Een grote mogen ontwikkelingslanden dus geen multinational uit één land en een kleine betere markttoegang bieden dan andere coöperatieve uit een ander land die beide landen. Of ontwikkelingslanden gediend boekhouden zijn dus ‘gelijkaardige’ zijn met dit soort gelijke behandeling is bedrijven. Daar mag je geen onderscheid maar de vraag. Ontwikkelingslanden op de tussen maken. vrije markt gooien zonder uitzonderingsmaatregelen kan je De regel van de ‘meest begunstigde natie’ vergelijken met een wedstrijdje zwemmen heeft verregaande gevolgen. Een tussen Frederik De Burggraeve en een overheidsmaatregel die een onderscheid kleuter die pas kan zwemmen. maakt tussen bedrijven uit verschillende landen is dus verboden. Het maakt niet uit of dit onderscheid opzettelijk gemaakt is of niet. Feitelijke toestanden moeten Bananen en andere uitzonderingen onder vuur Zelfs de Europese Unie, nochtans het grootste handelsblok ter wereld, heeft zich al eens lelijk vergist. De EU heeft decennia lang een bevoorrechte markttoegang verleend aan bananen uit bepaalde ontwikkelingslanden7. In feite gaat dit in tegen het principe van de ‘meest begunstigde natie’ omdat er een onderscheid wordt gemaakt tussen bananen uit de 15 Politiek dossier - GATS en water bevoorrechte landen en bananen uit andere landen. Maar de EU heeft hiervoor een uitzondering gekregen op de algemene regels van het goederenakkoord8 van de WTO. Wat de EU niet door had was dat ze niet alleen een uitzondering had moeten vragen op dit goederenakkoord, maar ook op het dienstenakkoord van de WTO (GATS dus). Bananen zijn goederen en dus dacht de EU dat ze veilig stond. Handel is helaas ook een dienst, groot- en kleinhandel in bananen vallen onder GATS. Resultaat: de EU werd veroordeeld omdat ze het GATS-akkoord overtreden had. Meteen werd ook duidelijk hoe ver GATS wel reikt. Er is haast geen enkele economische activiteit die niet verweven is met één of andere dienst. In het geval van de bananen vergat de EU een uitzondering te vragen op het principe van de ‘meest begunstigde natie’ in het dienstenakkoord. Van deze mogelijkheid heeft ze nochtans in veel gevallen gebruik gemaakt. Vóór GATS bestond hadden veel landen namelijk allerlei economische en culturele samenwerkingsakkoorden. De Scandinavische landen geven elkaar bevoorbeeld bijvoorrechte markttoegang in audio-visuele producten. Franstalige landen, de Golfstaten, enz. doen dat ook. De hele Europese Unie gaf voorrechten aan kandidaat-lidstaten om ze voor te bereiden op toetreding tot de Unie. Al dit soort regelingen werden bij de ondertekenig van GATS plots uitzonderingen en mogen in principe maar een tiental jaar behouden blijven (tot 2004 dus). 2.7.2 Specifieke regels Bovenstaande regels gelden voor alle diensten. Daarnaast zijn er ook bijzondere regels die gelden voor die diensten die men zelf heeft aangeduid, en dan nog mits een heleboel beperkingen die men zelf kiest. Deze bijzondere regels zijn de strengste regels in GATS. Het zijn ‘markttoegang’ en ‘nationale behandeling’. 1. Markttoegang (Artikel XVI) de totale waarde van de ingevoerde diensten (dus ook van investeringen in diensten) het aantal personen dat voor het dienstenbedrijf werkt de juridische vorm van dienstenbedrijven (onderscheid maken tussen VZW’s, non-profit organisaties, coöperatieven, BVBA’s, NV’s, filialen en dochtermaatschappijen kan niet meer) participatie van buitenlands kapitaal (dus geen lokale ‘verankering’ meer zoals nu voor sommige diensten vereist is) Wie markttoegang verleent voor een dienstensector stelt zijn markt voor die sector open voor buitenlandse Het verbod op deze beperkingen slaat niet concurrentie. Buitenlandse bedrijven alleen op de mogen die diensten dan vrij buitenlandse Via markttoegang bemoeit komen aanbieden. Dit is wat dienstenverstrekkers, GATS zich met de doorgaans verstaan wordt maar op de gehele binnenlandse regelgeving. onder liberalisering. Maar sector of subsector ’markttoegang’ betekent in waarvoor markttoegang wordt verleend. GATS veel meer dan dat. Wie Het slaat dus ook op diensten die markttoegang verleent mag geen gebruik helemaal niet internationaal verhandeld meer maken van beperkingen op: worden. Wie markttoegang geeft laat het aantal dienstverleners (het aantal GATS opnieuw binnendringen in zijn hospitalen of scholen, het aantal binnenlandse regelgeving. Men kan scanners in hospitalen, het aantal uitzonderingen vermelden bij de cruiseschepen op een rivier, het aantal markttoegang die men geeft, maar de hotels in een toeristisch gebied…) standaardoptie is géén beperkingen. Men het totale aantal verleende diensten moet dus zeer zorgvuldig te werk gaan en (bijvoorbeeld het aantal scans) op voorhand weten welke beperkingen nodig zijn. Vergeet men uitzonderingen te vragen dan kunnen die achteraf niet meer 16 Politiek dossier - GATS en water toegevoegd worden zonder compensaties te bieden.9 ook onder ‘nationale behandeling’ vallen en hebben geen uitzondering gevraagd. 2. Nationale behandeling (Artikel VXII) 2.8 Ingebouwde agenda Het principe van de ‘nationale Eén van de merkwaardige trekken van behandeling’ houdt in dat buitenlandse GATS is haar ‘ingebouwde agenda’. Ten dienstenbedrijven recht hebben op tijde van haar onderhandeling was heel minstens dezelfde behandeling als de het idee van een dienstenakkoord even binnenlandse bedrijven. Buitenlandse omstreden als nu. Voorstanders vonden bedrijven beter behandelen, bijvoorbeeld het wijs om niet meteen alle registers open door ze aan te trekken met te trekken. Het akkoord werd dus in 1994 belastingsvoordelen, mag wel. Zoals ondertekend, terwijl het nog ver van ‘meest begunstigde natie’ komt ook volledig was. Het bevatte wel veel ‘nationale behandeling’ voor in alle WTOaanduidingen over artikels en bepalingen akkoorden. Wel is de die nog onderhandeld Een internetschool krijgt formulering het sterkst in moesten worden. Op waarschijnlijk evenveel recht op GATS. Alle maatregelen die manier verkreeg subsidies als een ‘echte’ school. die gewild of ongewild de men een ‘ingebouwde agenda’. Veel ‘concurrentievoorwaarden’ veranderen in ontwikkelingslanden keken zeer het voordeel van ‘gelijkaardige’ argwanend toe en wilden eerst zien waar binnenlandse bedrijven zijn verboden. De GATS hen naartoe zou leiden. Ze termen ‘concurrentievoorwaarden’ en bouwden op hun beurt een ‘gelijkaardig’ zijn opnieuw erg vaag en evaluatieverplichting in. open voor brede interpretatie. Tot de ingebouwde agenda behoren: onderhandelingen over noodzakelijkheidstests (zie kader). Virtueel diploma Volgens de geschillencommissie van de onderhandelingen over regels voor subsidies. Subsidies kunnen volgens WTO zijn diensten ‘gelijkaardig’ wanneer dezelfde dienst aangeboden wordt, GATS handelsverstorend zijn en er ongeacht de vorm waaronder dat gebeurt! moeten dus regels komen die zeggen Iemand die een opleiding voor een welke subsidies mogen en welke niet. masterdiploma aanbiedt via internet, via onderhandelingen over de de oprichting van een school of via het liberalisering van aantrekken van studenten naar een overheidsaanbestedingen. Overheden buitenlandse vesting, die levert dus zijn de grootste verbruikers van dezelfde dienst en heeft recht op dezelfde diensten (bijvoorbeeld via behandeling. Dat geldt ook voor subsidies. infrastructuurwerken) en in de meeste Een internetschool heeft dus waarschijnlijk landen zijn overheidsbestellingen recht op dezelfde subsidies als de school voorbehouden aan binnenlandse die ‘live’-onderwijs geeft. dienstenbedrijven. Op die manier kunnen overheden de lokale economie impulsen geven. Maar buitenlandse Ook hier kunnen weer uitzonderingen bedrijven willen hun deel van deze bedongen worden. De Europese Unie lucratieve markt en daarom wil men heeft subsidies alvast uitgesloten van ook over de liberalisering van ‘nationale behandeling’ voor alle sectoren. overheidsaanbestedingen Dat wil zeggen dat bedrijven die op de onderhandelen. Europese markt diensten leveren niet persé dezelfde subsidies krijgen als onderhandelingen over bijzondere noodmaatregelen. Als blijkt dat een Europese bedrijven. Andere landen hebben echter niet begrepen dat subsidies bepaalde liberalisering, van de waterdistributie bijvoorbeeld, zware 17 Politiek dossier - GATS en water problemen met zich mee brengt, moet er dan niet een noodrem voorzien worden? De ontwikkelingslanden zijn vragende partij voor dergelijke bijzondere noodmaatregelen die ook in andere WTO-akkoorden bestaan. onderhandelingen over ‘krediet voor autonome liberalisering’. Veel landen hebben op eigen houtje liberaliseringen doorgevoerd. Ontwikkelingslanden deden dit vooral onder druk van het IMF en de Wereldbank. Moeten zij tijdens de onderhandelingen dan nog eens extra inspanningen leveren of kunnen zij krediet krijgen voor wat ze al gedaan hebben? evaluatie van de resultaten van het bestaande GATS. de algemene verplichting om telkens nieuwe onderhandelingen te beginnen om de dienstensector verder te liberaliseren. Om zeker te zijn dat de eerste nieuwe ronde niet te lang op zich zou laten wachten heeft men er maar meteen een datum op geplakt, namelijk binnen de vijf jaar na de inwerkingtreding van het akkoord, voor het begin van 2000 dus.10 Noodzakelijkheidstests (Artikel VI:4) Dit is een zeer omstreden regel binnen GATS. Hij kan namelijk verregaande gevolgen hebben voor de binnenlandse regelgeving. Het artikel bepaalt dat tijdens komende onderhandelingen GATS-regels afgesproken moeten worden om ervoor te zorgen dat ‘vergunningen, normen en kwalificaties’ geen ‘onnodige handelsbelemmeringen’ vormen. Dit artikel heeft betrekking op alle diensten en zowat alle regels kunnen vallen onder de noemer ‘vergunningen, normen en kwalificaties’. Denk aan kwaliteitsnormen voor afvalwater, eindtermen in het onderwijs, vergunningen voor verbrandingsovens of ziekenhuizen, enz. Deze normen zouden niet meer ‘handelsbelemmerend’ mogen zijn dan ‘nodig’. Overheden zouden daarom al hun maatregelen moeten onderwerpen aan noodzakelijkheidstests. Is er twijfel, dan kan er klacht ingediend worden. De geschillencommissie van de WTO zal dan oordelen of één of andere milieu- of gezondheidsnorm ‘onnodig handelsbelemmerend’ dan wel noodzakelijk is. Er staat niet ‘onnodig milieuverstorend’ of ‘onnodig gezondheidsbelastend’, maar ‘onnodig handelsverstorend’. Handel wordt met andere woorden verheven tot de ultieme toetssteen van elk overheidsoptreden. Dit artikel duwt het handelsdenken dus wel zeer extreem door en kan een bedreiging betekenen voor alle mogelijke overheidsmaatregelen. Helaas is de Europese Unie hiervan de grote pleitbezorger. De eis van 11.11.11 is dan ook duidelijk. Onderhandelingen over de invoering van dit soort ‘noodzakelijkheidstests’ zijn ‘onnodig storend’ en moeten gestopt worden. 2.9 Compensaties voor wijzigingen (Artikel XXI) mogelijkheid om een bepaalde toezegging ongedaan te maken. In de praktijk is deze mogelijkheid zeer beperkt. De wijziging Tenslotte laten WTO-akkoorden niet toe moet aangekondigd worden en elk ander dat men terugkomt op een toegezegde WTO-lid kan onderhandelingen eisen over liberalisering. In de WTO compensaties onder de Terugkomen op een spreekt men van het ’binden’ vorm van andere toegezegde liberalisering of bindend maken van toezeggingen. Als er geen kan nauwelijks. liberaliseringen. Er is dus akkoord bereikt wordt gaat Vergissingen worden niet geen weg terug, vergissingen de wijziging niet door of gepardonneerd. worden niet gepardonneerd. mogen andere landen In GATS bestaat de formele tegenmaatregelen nemen. 18 Politiek dossier - GATS en water 3 De huidige onderhandelingen In 2000 zijn de WTO-leden begonnen aan de onderhandelingen van de ingebouwde agenda. Bilaterale onderhandelingen leiden uiteindelijk tot een ‘ruil’ van toegevingen. Resultaat is dat elk land een definitief aanbod formuleert. Door het principe van de ‘meest begunstigde natie’ geldt dit meteen voor alle WTO-leden. Voor dit definitief aanbod bestaat nog geen streefdatum. Deze onderhandelingen verlopen in twee luiken: 1) onderhandelingen over meer markttoegang en nationale behandeling 2) onderhandelingen over strengere regels 3.2 Vraag en aanbod van Europa 3.1 Onderhandelingen over markttoegang en nationale behandeling Vragen De Europese Unie heeft in juni 2002 aan De bedoeling van deze onderhandelingen 109 landen een vraaglijst gestuurd en is meer sectoren te liberaliseren. Alle heeft sindsdien 27 vraaglijsten ontvangen. landen worden ertoe aangezet om Deze vraaglijsten waren geheim. Geen sectoren aan te bieden die ze nog niet parlement of burgerorganisatie die ze geliberaliseerd hebben en om gezien heeft. Wel werden bijvoorbeeld uitzonderingen en beperkingen te laten NGO’s in zeer algemene termen ‘gebriefd’ vallen. door de Europese Commissie of door Deze onderhandelingen verlopen via het onze eigen minister bevoegd voor spel van vraag en aanbod. Eerst laten de Buitenlandse Handel, Annemie Neyts. Tot WTO-leden aan elkaar de vragenlijsten alle 109 Europa wil water niet weten tot welke sectoren uitlekten. Op 25 februari liberaliseren, maar vraagt dit ze graag toegang zouden 2003 verschenen ze plots wel aan de armste landen. krijgen. Dit is de op het internet.12 zogenaamde vraag. De verlanglijstjes van de verschillende WTO-leden moesten Hieruit blijkt dat de briefings van de tegen juni 2002 klaar zijn. Tegen eind Europese Commissie tot dan niet maart 2003 moest hierop geantwoord helemaal correct waren. Ondanks alle worden. De leden moesten dan laten ontkenningen vooraf valt de Europese weten welke sectoren ze willen openzetten vraag wel degelijk openbare diensten aan. voor de markt. De bewering dat de Europese Unie een ontwikkelingsagenda nastreeft blijkt in Sinds dan onderhandelen de WTO-leden deze GATS-onderhandelingen niet te met elkaar op bilaterale basis (één tegen kloppen. Ook de stelling van de Unie dat één) om vraag en aanbod op elkaar af te er aan ontwikkelingslanden vooral stemmen. Sommige onderhandelingen liberaliseringen gevraagd zijn in sectoren kunnen ook multilateraal gebeuren die voor hun ontwikkeling relevant zijn, (allemaal samen).11 klopt evenmin (zie kader). De Europese vraag is duidelijk uitgegaan van de eigen economische belangen. Aanval op de watersector De Europese aanval op de watersector springt het meest in het oog. Geen enkel ander handelsblok is zo offensief in deze sector. Maar liefst 72 van de 109 Europese vraaglijsten vragen de liberalisering van de ‘milieudiensten”, waaronder de waterdistributie. De Europese Unie herbergt dan ook de grootste watermultinationals ter wereld: Vivendi en Suez (Frans) 19 Politiek dossier - GATS en water en RWE-Thames Water (Brits-Duits). Haar eigen waterdistributie is nochtans niet erg geliberaliseerd. Enkel in Groot-Brittannië sinds Thatcher (ongeveer 90%), Frankrijk van oudsher (iets meer dan 70%) en Spanje (bijna 40%) is een groot deel van de waterdistributie in privé-handen. De Europese Unie biedt haar eigen waterdistributie ook niet aan in haar eerste aanbod. Hoewel er over de liberalisering van de watervoorzienigen in Europa helemaal geen groot enthousiasme bestaat, is de Europese Unie niet te beroerd om waterliberaliseringen te vragen aan landen waar er bij de bevolking grote oppositie tegen bestaat (zoals Bolivië, Egypte, Panama of Trinidad). Ze stelt eveneens de vraag aan landen waar goedwerkende niet-commerciële watervoorzieningen functioneren of uitgeprobeerd worden (zoals Brazilië, Bolivië, Bangladesh, Honduras, Tunesië en Botswana).13 Aanbod Op 5 februari 2003 maakte de Europese Commissie bekend welke diensten ze ter liberalisering wilde aanbieden. Dit voorstel werd voorgelegd aan de Europese lidstaten maar bleef voor de buitenwereld opnieuw geheim. In het Europees Parlement kregen alleen de fractieleiders van de Commissie voor Handel en Industrie ze te zien. Tenminste als ze beloofden geen nota te nemen en zworen om er met niemand over te praten. Eigenaardig dat een organisatie die de openheid en vrijheid van de markt predikt, zo geheimzinnig doet over haar eigen bezigheden. Gelukkig lekte ook dit document weer uit en verscheen het eveneens op het internet.14 (in ruil) belangrijke toegevingen over de eigen openbare diensten te doen.15 Pascal Lamy, de Europese Commissaris bevoegd voor handel, heeft alvast laten verstaan dat er nog gesproken kan worden over dit aanbod en dat hij daarin een ruime bevoegdheid heeft. De vraag is dus wat er tijdens de verdere onderhandelingen zal gebeuren. Helaas zijn er weinig mogelijkheden om dat op te volgen (zie 3.4). 3.3 Onderhandelingen over regels Terwijl de onderhandelingen over de sectoren vooruit gaan, zien we dat de onderhandelingen over de regels niet erg opschieten. De onderhandelingen over Daaruit blijkt dat dit ontwerpaanbod van de subsidies, overheidsaanbestedingen, Commissie duidelijk een eerste noodzakelijkheidstests, autonome onderhandelingsaanbod is. Zoals bij alle liberalisering en bijzondere onderhandelingen begint men eerst met noodmaatregelen blijven voorlopig ter een laag bod. De Europese Commissie plaatse trappelen. En ook van de beloofde doet daarom geen aanbod in gevoelige evaluaties over de gevolgen van GATS tot sectoren zoals onderwijs, nu toe is nog niet veel in huis De ontwikkelingslanden gezondheidszorg, cultuur, gekomen. De reden is wellicht vinden geen gehoor voor de audio-visuele sector dat de rijke landen niet veel zin hun vraag naar evaluatie. (film, muziek, enz.), hebben om eerst allemaal waterdistributie en samen de regels af te spreken. energie. Stevig protest van de civiele Zij bedisselen alles liever één voor één maatschappij over het vrijmaken van deze met alle WTO-leden. Bilateraal kunnen de sectoren mist tot nu toe zijn effect niet. De sterke landen hun invloed meer uitbuiten. Commissie klopt zich dan ook op de borst De onderhandelingen over de regels en verkondigt dat ze de Europese modderen ondertussen maar wat aan.16 openbare diensten niet zal uitverkopen. Het probleem is echter dat de Commissie Hier valt opnieuw op dat het Europese in haar eigen vraaglijsten verregaande standpunt vooral liberaal is en weinig vragen heeft gesteld over openbare ontwikkelingsvriendelijk. diensten in andere landen. Daardoor zal Ontwikkelingslanden zijn vragende partij ze onder zware druk komen te staan om voor evaluatie, autonome liberalisering en noodmaatregelen, maar vinden bij de 20 Politiek dossier - GATS en water Europese Unie niet veel gehoor. De Europese Unie is wel geïnteresseerd in een aantal herclassificeringen, noodzakelijkheidstests, regels voor subsidies en de liberalisering van de overheidsaanbestedingen. dezelfde manier betrokken. Alsof handel en handelsbesprekingen in de WTO alleen werkgeversorganisaties aanbelangen. Omwille van de grote techniciteit van de handelsbesprekingen en door het gebrek aan bevoegdheden voor de parlementen verlopen de onderhandelingen dus in de grootste duisternis. De praktijk bewijst dat dit niet toevallig is. In het voorjaar van 2002 werden de ontwerpvraaglijsten aan de Europese lidstaten voorgelegd. De documenten kregen de stempel ‘vertrouwelijk’ mee. Toen er enkele toch van uitlekten, werden alleen nog afgedrukte exemplaren ter inzage gelegd op enkele centrale plaatsen. Ambtenaren en kabinetsmedewerkers konden de meer dan 3.000 pagina’s daar gaan bestuderen. Niemand anders kreeg de vraaglijsten te zien tot ze uiteindelijk allemaal in februari 2003 uitlekten. Voor de aanbodzijde is het verhaal gelijkaardig. 3.4 Besluitvorming in België en Europa Bijna overal ter wereld zijn het buitenlandsbeleid en het handelsbeleid (en dus de GATS-onderhandelingen) de exclusieve bevoegdheid van de uitvoerende macht, dat wil zeggen van de regering. Parlementen komen er doorgaans niet aan te pas.17 Zij krijgen op het einde van handelsbesprekingen de nieuwe handelsakkoorden te zien. Eigenlijk kunnen ze op dat moment niet anders dan de akkoorden aanvaarden. Want wie gaat internationale handelsakkoorden verwerpen die gedurende jaren door 145 landen zijn onderhandeld? België volgt Europa Zowel in België als in Europa voeren de Verlanglijstjes van de bedrijven administraties voor handel18 het De machteloosheid van het parlement handelsbeleid. De experts en techneuten staat in schril contrast met de uit die administraties leiden het proces. De betrokkenheid van de bedrijfswereld bij de standaardoptie van België is duidelijk: onderhandelingen. Met de groen licht voor alles Belgische bedrijven werden tot huidige GATSwat van de Europese drie keer toe geconsulteerd over onderhandelingen is men Commissie komt, de handelsbelemmeringen die al jaren bezig. Tot drie zolang de specifiek zij in het buitenland keer toe hebben de Belgische belangen er tegenkwamen. Belgische consulaten en ambassades de maar bij kunnen. Voor de rest stelt Belgische bedrijven in het buitenland niemand iets in vraag. En de politiek komt geconsulteerd over de alleen om de hoek kijken als een bepaald handelsbelemmeringen die zij in het aspect van de onderhandelingen sterk buitenland tegenkwamen. De aangevochten wordt. Dan komen partijen verlanglijstjes van de bedrijven zijn en kabinetten (en dus niet het parlement) gebundeld en aan de Europese in beweging en wordt er aan de Commissie overgemaakt. voorstellen van de Europese Commissie geschaafd. Wat ontbreekt aan het hele Op het Europese niveau vroeg de proces is dus openheid, inspraak en Commissie ondertussen aan Europese voldoende tijd. Met de bedrijfswereld is bedrijfsorganisaties om dezelfde oefening meer dan drie jaar overlegd. De lidstaten te maken. Op basis van de wensen van de kregen zeven weken om het eerste bedrijven zijn dan de 109 vraaglijsten voorstel van aanbod van de Europese opgesteld. Commissie te bespreken. Handelsgeheim Niemand die ondertussen een rondvraag deed over de wenselijkheid van de liberaliseringsvragen. Noch parlement, noch civiele maatschappij werden op Het is ontoelaatbaar dat enkel de bedrijfswereld en de handelstechnocraten een inbreng kunnen doen in de onderhandelingen. Wat zich in de WTO afspeelt gaat ons allen aan. De 21 Politiek dossier - GATS en water besluitvorming terzake moet dringend aangepast worden. Ze moet democratischer, evenwichtiger en doorzichtiger worden. De Europese dienstenlobby Sir Leon Brittan nodigde Andrew Buxton, de voormalige voorzitter van de Barclays Bank, uit om in Europa een dienstenlobbygroep op te richten. Leon Brittan was de Europese Commissaris voor Handel ten tijde van de ondertekening van GATS in 1994. Het European Services Forum zag het licht in 1999. In september van dat jaar zei Robert Madelin, een hoge Commissie-ambtenaar in een speech over de ‘aanpak van de Europese Commissie’: “We gaan zwaar op dit netwerk terugvallen… We gaan er net zo hard op terugvallen als op het directe advies van de lidstaten in de formulering van onze standpunten.”19 22 Politiek dossier - GATS en water 4 GATS en de ontwikkelingslanden Alle kritische bedenkingen die we reeds maakten gelden voor GATS in haar geheel en voor alle landen die het akkoord ondertekenden. GATS illustreert hoe iedereen, in Noord en Zuid, in hetzelfde schuitje zit. De onderhandelingen die in de WTO gevoerd worden zijn er op gericht om de marktlogica te doen voorgaan op ‘niet-handelsbekommernissen’. Om met andere woorden alles tot koopwaar te maken. zij hun productie- en exportcapaciteit verbeteren. Bovendien leidt liberalisering wereldwijd tot een betere inzet (‘optimale allocatie’) van de productiemiddelen. Landen zullen namelijk datgene produceren waar ze het beste in zijn. Dat levert hen de meeste winst op en de consumenten de beste prijs. Volgens de Wereldbank zou de liberalisering van hun dienstensector ontwikkelingslanden vier maal zoveel opbrengen als de liberalisering van de handel in goederen. Ongelijke onderhandelingscapaciteit Maar er zijn ook verschillen tussen Noord en Zuid. Het eerste wat opvalt is de ongelijke onderhandelingscapaciteit van de ontwikkelingslanden. Ontwikkelingslanden beschikken niet over de uitgebreide en gesofisticeerde overheidsadministraties van het Noorden, noch over de nog beter uitgeruste bedrijfslobbies. Hierdoor kon de Europese Unie inderdaad aan 109 landen een vraaglijst sturen, maar heeft ze er van andere landen nog geen 30 ontvangen. Zo’n 80 (ontwikkelings-)landen zijn er dus niet in geslaagd om zelfs negen maanden na de streefdatum (31 juni 2002) hun offensieve belangen te formuleren. Zij weten niet welke liberaliseringen ze moeten vragen of krijgen die vraag niet geformuleerd! De Wereldbank zegt er wel bij dat de optimale allocatie van de productiemiddelen alleen maar in ‘zuivere marktomstandigheden’ tot stand komt. Er mag dus geen handelsbeleid zijn dat de concurrentie verstoort, geen monopolies, geen ongelijke schaalvoordelen tussen producenten, enz. Bovendien moet liberalisering zorgvuldig gepland en gefaseerd worden, moet er een afdoende regelgeving zijn, evenals ondersteuningsmaatregelen, maatregelen voor een eerlijke en gelijke verdeling van de voordelen, enz. Opgedrongen liberalisering In werkelijkheid bestaan die ideale omstandigheden niet en zijn er ongelijke krachts- en machtsverhoudingen, zowel in de internationale instellingen waar de krachtlijnen van het beleid worden vastgelegd als op de internationale markt zelf. Overheden van ontwikkelingslanden hebben niet de Er is geen bewijs dat GATS vrijheid en de de ontwikkelingslanden middelen om hun meer investeringen handelsbeleid opbracht. juist te doseren en van alle nodige begeleidingsmaatregelen te voorzien. Ze kunnen geen handelsbeleid uitdokteren dat gebaseerd is op zorgvuldig uitgewerkte ontwikkelingsplannen die ze in alle vrijheid hebben kunnen opstellen. Ze staan in tegendeel onder zware druk om opgedrongen liberaliseringen te slikken. In GATS hebben ze bovendien geen Dogma’s Door een gebrek aan statistische gegevens over handel in diensten (zie 2.5) gebeuren de GATS-onderhandelingen op de tast, of op een blind vertrouwen in de heersende economische theorieën en dogma’s. Die economische leerstellingen zeggen dat de liberalisering van diensten vooral voor ontwikkelingslanden een goede zaak zijn. Ontwikkelingslanden hebben namelijk een hele achterstand qua economische infrastructuur en know-how. Dienstenliberalisering levert hen betere transportmogelijkheden op, betere (tele)communicatie, betere financiële diensten, betere diensten aan de bedrijven, betere professionele diensten. Hierdoor kunnen 23 Politiek dossier - GATS en water afdoende feitelijke gegevens om zich op te baseren. dienstensector (ze voeren meer in dan ze uitvoeren), behalve in twee ‘sectoren’: Concentratie 1) De toeristische sector, waarvan de De industrielanden beschikken over de groei vooral lijkt te komen van de meest geavanceerde dienstenindustrie. toegenomen interesse voor exotische Deze heeft al het bestemmingen en grootste gedeelte van de afgenomen Tachtig ontwikkelingslanden de markt in handen en transportkosten. kregen niet eens een wil vanuit die positie Vier multinationals liberaliseringsvraag geformuleerd. maar al te graag de rest romen het grootste inpikken. In de watersector zijn de twee gedeelte van de winst af. grootste bedrijven, Suez en Vivendi, al goed voor 70% van de privé-markt. In de 2) Het geld dat migranten opsturen naar toeristische sector controleren vier hun families die achtergebleven zijn in bedrijven, Airtours, Thomson, First Choice de landen van herkomst. Vermits en Thomas Cook, 80% van de markt. De ontwikkelingslanden op die manier grote concentratie in de dienstensector is buitenlandse deviezen ontvangen, het gevolg van de enorme hoeveelheden staat dit geld geboekt bij hun export.21 kapitaal en de uitgebreide netwerken die nodig zijn om de technologische Het is duidelijk dat het ‘exporteren van voorsprong te behouden, om een mensen’ of ‘mensen uitsturen om diensten uitgebreid gamma aan diensten te kunnen te leveren in het buitenland’ voor leveren en om de schaalvoordelen op peil ontwikkelingslanden de meest voor de te houden. De huidige trend van fusies en hand liggende manier is om iets te overnames heeft deze situatie nog betekenen op de wereldwijde verslechterd. dienstenmarkt. Er is weinig kapitaal voor nodig en de loonverwachtingen zijn lager. Dit geldt vooral voor de bouw, de Onevenwicht in cijfers gezondheidssector (verplegers en Verfijnde uitsplitsingen van de dokters), scheepvaart (bemanningen) en dienstenhandel zijn niet mogelijk, maar diensten aan bedrijven (boekhouden en ontwikkelingslanden nemen naar schatting informatica). maar 18% van de dienstenhandel voor hun rekening en maar 22% van de De recente ontwikkeling van het internet goederenhandel. Meer dan 85% van de heeft voor ontwikkelingslanden nieuwe investeringen in de dienstensector vindt 20 mogelijkheden gecreëerd. Diensten plaats tussen de industrielanden, 0,06% worden gewoon per e-mail afgeleverd. van de investeringen in de dienstensector Heel wat gegevensverwerking, gaan naar sub-Sahara-Afrika. boekhouding en softwareontwikkeling De tien grootste exportlanden in de gebeurt nu op die manier in dienstensector (allemaal industrielanden) ontwikkelingslanden, met India als beste zijn naar schatting goed voor 60% van de voorbeeld. dienstenhandel. Alle Minst Ontwikkelde Volgens Unctad22 liggen er in de Landen samen exporteren 0,4%. In dienstensector nog veel mogelijkheden sommige sectoren is dit overwicht haast voor ontwikkelingslanden. Wellicht is het absoluut. De tien grootste exportlanden voor veel landen de enige manier om weg nemen ongeveer 90% voor hun rekening te geraken uit hun afhankelijkheid van in de bouw, de financiële sector, computer grondstoffen. en informatica, royalties en licenties (96%!) en de sector van de ‘persoonlijke, Geen tastbare resultaten culturele en ontspanningsdiensten’. De vraag is in welke mate GATS daar een bijdrage aan zal leveren. De schaarse Kansen? statistieken leiden immers nog tot twee De meeste ontwikkelingslanden hebben belangrijke vaststellingen: dan ook een handelstekort in de 24 Politiek dossier - GATS en water toegestaan in ‘modus 3’ dan de Sinds de ondertekening van het eerste industrielanden. GATS in 1994 is het aandeel van de ontwikkelingslanden in de Met andere woorden: dienstenhandel nauwelijks toegenomen. GATS heeft de ontwikkelingslanden tot Er is geen empirisch bewijs dat de nu toe nog niet veel ondertekening van opgebracht, noch op GATS wil de marktlogica GATS 1994 de binnenlands vlak (meer laten voorgaan op alle ‘nietontwikkelingslanden investeringen), noch op handelsbekommernissen’. meer investeringen het vlak van export opgeleverd heeft. (aandeel in de wereldhandel). Nochtans hebben ontwikkelingslanden meer vergaande liberaliseringen GATS en de WTO: van Uruguay tot Cancun Dat het dienstenakkoord hen niet veel zou opleveren was voor de ontwikkelingslanden al duidelijk tijdens de Uruguayronde23 waaruit het eerste GATS-akkoord is voortgekomen. De ‘deal’ was toen dat de ontwikkelingslanden toezeggingen zouden krijgen inzake landbouw en textiel, twee sectoren waar de ontwikkelingslanden met hun lage lonen sterk staan. De industrielanden kregen in ruil dienstenliberalisering, bescherming van intellectuele eigendomsrechten (patenten) en bepaalde investeringsmaatregelen. Vrij snel na de Uruguayronde werd voor veel ontwikkelingslanden duidelijk dat de verwachtingen van die ronde niet werden ingelost. De industrielanden hadden allerlei spitsvondigheden in de akkoorden doen opnemen die hen toelieten toezeggingen te omzeilen. In de textiel, bijvoorbeeld, werd de liberalisering zoveel mogelijk naar het einde van de overgangsperiode (die nog loopt tot eind 2004) geplaatst. In de landbouw zijn de subsidies nog toegenomen. Elke dag wordt nu een miljard dollar aan landbouwsubsidies uitgekeerd, zes keer meer dan aan officiële ontwikkelingshulp. Het patentakkoord blijkt ondertussen een grote hinderpaal te zijn voor de toegang tot essentiële geneesmidddelen, om maar één probleem te noemen. Het dienstenakkoord heeft weinig opgeleverd, de investeringsmaatregelen hinderen het economisch beleid, de bepalingen in verband met ‘bijzondere en gedifferentieerde behandeling’ zijn dode letter gebleven… Ondertussen hebben ontwikkelingslanden vooral hun invoer zien toenemen en niet zozeer hun uitvoer. De industrielanden van hun kant vinden dat de Uruguayronde niet ver genoeg gaat. Vooral de Europese Unie is heel snel beginnen ijveren voor nieuwe onderhandelingen om ook de overheidsaanbestedingen en de investeringen te liberaliseren en om multilaterale concurrentieregels af te spreken. Amper drie, vier jaar na het afsluiten van de Uruguayronde wilde de Unie een nieuwe ronde. Ze doopte deze in 1999 de ‘Millenniumronde’. Seattle Precies die Millenniumronde werd de inzet van de fameuze derde WTO-Ministerconferentie in Seattle in december 1999. Tijdens de voorbereidingen van Seattle was al duidelijk gebleken dat de meeste ontwikkelingslanden helemaal geen zin hadden in een nieuwe ronde. In plaats daarvan wilden ze de bestaande WTO-akkoorden grondig evalueren en bijschaven. Ze legden 106 concrete voorstellen op tafel om de WTO-akkoorden aan te passen of meer uitvoerbaar te maken. Bovendien wilden ze een einde zien komen aan de dumping van gesubsidieerde landbouwproducten en meer toegang krijgen voor de eigen landbouw- en textielproducten. De VS en andere grote landbouwexportlanden (de zogenaamde ‘Cairnsgroep’) waren eventueel wel bereid om een nieuwe ronde te starten, maar niet zonder Europese toezeggingen over minder landbouwsteun en meer marktoegang voor hún landbouwproducten. 25 Politiek dossier - GATS en water Seattle mislukte omdat de Europese Unie die toezeggingen niet wilde geven en ze de VS niet aan haar kant kreeg. Het massale protest tegen de WTO-top maakte van Seattle meteen ook een pr-flop van je welste en gaf een sterke impuls aan de andersglobalisten. Mislukking of niet, de heronderhandeling van het GATS-akkoord ging enkele weken later toch van start. Volgens de ‘ingebouwde agenda’ (zie 2.8) moest deze namelijk in 2000 beginnen. Doha Twee jaar later, in 2001, tijdens de vierde WTO-Ministerconferentie van Doha (in Qatar) vonden de VS en de EU elkaar wel. De EU beloofde haar exportsubsidies in de landbouw af te bouwen (zonder te zeggen hoelang ze daar over zou doen) en samen met de VS misbruikten ze de tragedie van 11 september om de ontwikkelingslanden te doen instemmen met een nieuwe ronde. De wereld moest zich namelijk eensgezind tonen en met nieuwe liberaliseringen de economische terugslag opvangen. Na een verlenging van de conferentie en een nachtelijke forcing kreeg de EU bijna helemaal haar zin. Om de pil te vergulden riep ze de nieuwe ronde uit tot de Doha ‘ontwikkelingsronde’ en deed ze uitschijnen dat er tijdens deze ronde vooral rekening gehouden zou worden met de belangen van de ontwikkelingslanden. Na anderhalf jaar Doharonde is daar echter nog niets van te merken. De 106 uitvoeringsproblemen zijn nog lang niet opgelost en van een lijst met 84 onuitgevoerde ‘bijzondere en gedifferentieerde maatregelen voor ontwikkelingslanden’ is tot nu toe slechts eerste handvol behandeld. Zelfs in het zo schrijnende dossier van de toegang tot essentiële geneesmiddelen heeft Europa geen erg ontwikkelingsvriendelijke rol gespeeld. Cancun Ondertussen komt de vijfde WTO-Ministerconferentie er alweer aan. Die vindt plaats in Cancun (Mexico) van 10 tot 14 september 2003. Cancun belooft opnieuw een zeer controversiële WTO-top te worden. In Mexico broeit er al een tijd grote onvrede over de landbouwliberaliseringen die Mexico met de VS en Canada heeft afgesproken en miljoenen kleine boeren uit de markt drijft. De rest van Latijns-Amerika is gealarmeerd rond panAmerikaanse handelsbesprekingen en uit alle hoeken van de wereld zwelt het protest aan tegen GATS, tegen het ontwikkelingsonvriendelijke karakter van de Doharonde en tegen de verdere uitbreiding van de WTO-bemoeienissen. Ondertussen schiet de Doharonde niet echt op en moeten er in Cancun nog veel knopen doorgehakt worden. De belangrijkste knoop is misschien nog de beslissing om al dan niet te beginnen met onderhandelingen over de nieuwe thema’s: investeringen, overheidsaanbestedingen en concurrentieregels. In Doha was afgesproken dat die beslissing pas in Cancun zou vallen. Cancun wordt dus erg belangrijk. Zal er uiteindelijk rekening gehouden worden met de belangen van de ontwikkelingslanden? Zal de WTO nog meer armslag krijgen? Voor ons is het duidelijk dat de WTO op zijn plaats gezet moet worden: gedaan met alles tot koopwaar te herleiden, gedaan met handelsbelangen voorrang te geven op sociale, milieu- en ontwikkelingsdoelstellingen en géén verdere uitbreiding van de WTO-bevoegdheden! 26 Politiek dossier - GATS en water 5 Is er een toekomst voor het water? “Water is een efficiënt product. Het is een product dat normaal gezien gratis is en het is onze taak het te verkopen. Maar het is absoluut noodzakelijk om te leven.” Gérard Mestrallet, CEO van Suez constructie van grote dammen, gifstorten, de vernietiging van moerassen en regenwoud, industriële en stedelijke vervuiling hebben de oppervlaktewateren sterk aangetast. Daarom worden nu in een snel tempo de ondergrondse waterreserves aangeboord. 5.1 Wereldwatercrisis Het zoet water op de wereld geraakt op. De mensen vervuilen en verkwisten het kostbare water aan een ontstellend snel tempo, veel sneller dan de natuur het kan aanvullen. Nu al leiden de politieke, sociale en economische gevolgen van waterschaarste overal ter wereld tot conflicten. Als ons waterbeheer niet snel verandert, gaat de helft tot twee derde van de mensheid zware watertekorten tegemoet in de komende kwart eeuw. Ongelijkheid Toegang tot water zet ook de ongelijkheid in de wereld nog eens in de verf. Tot voor kort lag in het Noorden niemand wakker van goed waterbeheer. Dat was een zorg voor experts: ingenieurs, meteorologen, wetenschappers… In het Zuiden lag dat natuurlijk wel anders. Miljoenen mensen voelden aan den lijve de gevolgen van waterschaarste en van ziekten veroorzaakt door vuil water. Maar die problemen werden toegeschreven aan armoede en slechte voorzieningen, aan een onrechtvaardige verdeling… 1,2 miljard mensen hebben vandaag geen enkele toegang tot zuiver water. 40% van de wereldbevolking in 80 landen heeft te lijden onder waterschaarste, het merendeel in het Zuiden. Een plattelandsbewoner in Madagaskar verbruikt 10 liter water per dag, een Amerikaan gemiddeld 425 liter. In Ghana hebben liefst 70% van alle ziekten te maken met vuil water. Elke acht seconden sterft ergens op de wereld een kind omdat het besmet water dronk.24 Of je toegang hebt tot water hangt af van een hele reeks factoren. Of je in het Noorden of het Zuiden woont, Zoet water geraakt op bijvoorbeeld, in de stad of op het Sinds kort luiden overal ter wereld platteland, maar ook of je arm of rijk bent milieugroepen, burgercomités, en tot welke klasse, welk ras of geslacht je vrouwenorganisaties, behoort. Machtsverhoudingen staan onderzoeksinstituten, enz. de alarmklok. centraal in het hele waterverhaal. Zij Het besef dringt door dat de bepalen wie toegang heeft tot water, wie zoetwatervoorraad verantwoordelijkheid Voor de helft tot twee derde beperkt is. Vanuit de draagt voor aanvoer en van de mensheid dreigen ruimte gezien is onze gebruik van water in het zware watertekorten in de planeet dan wel blauw huishouden of voor de komende kwart eeuw. van het water, maar productieve aanwending minder dan een half van water bijvoorbeeld in procent van al dat water komt als de landbouw. Zij bepalen ook wie de drinkwater in aanmerking. Elk jaar komen politieke prioriteiten vastlegt en er bovendien 85 miljoen nieuwe bewoners vertegenwoordigd is in de besluitvorming. bij op aarde en het waterverbruik per En ga zo maar door. Op elk van deze hoofd verdubbelt elke twintig jaar. Een terreinen zijn er grote machtsverschillen zware erfenis van industriële landbouw, de tussen mannen en vrouwen. 27 Politiek dossier - GATS en water vrouw is heel duidelijk met betrekking Water en vrouwen tot de toegang tot water. Als water een goed wordt waar men winst uit puurt, Overal ter wereld vervullen vrouwen zullen deze ongelijkheden nog een enorm belangrijke rol in het scherper worden. behoud, de voorziening en de distributie van water. De tijd die vooral vrouwen en meisjes besteden aan het Waterschaarste in Spanje waterhalen in landelijke gebieden kan De Morgen berichtte op 1 maart 2003 over oplopen tot vier à vijf uur per dag. In waterproblemen aan de oost- en stedelijke gebieden moeten vrouwen zuidoostkust van Spanje. Een half miljoen en meisjes soms urenlang boeren trokken naar Valencia en aanschuiven aan een betuigden hun steun aan door ecologisten gemeenschappelijke kraan. Dit heeft omstreden regeringsplannen om water een directe impact op de tijd die van de noordelijke Ebro naar het zuiden vrouwen hebben voor onderwijs en over te hevelen. Maar het noorden vreest inkomengenererende activiteiten, maar dat haar eigen waterbevoorrading in het ook op hun sociale en politieke gedrang komt. Het Ebro-debiet daalt betrokkenheid. immers al sinds de jaren zeventig. In India schat men dat de nationale kost voor het waterhalen door vrouwen oploopt tot 150 miljoen werkdagen, wat 5.2 Profijt uit de watercrisis neerkomt op een nationaal verlies aan De wereldwatercrisis vormt een ernstige inkomen van 10 biljoen roepies. bedreiging voor de hele mensheid. Al zijn boeren wereldwijd meestal Maar jammer genoeg groeit dit besef op boerinnen, vaak is de bijdrage van een ogenblik dat de vrije markt als enig mannen in de landbouw zichtbaarder zaligmakend economisch systeem de en wordt hun werk eerder als wereld regeert. productief beschouwd en wordt het Elkaar beconcurrerende landen zien af beter geschikt geacht voor van de bescherming van hun natuurlijke investeringen en de uitbouw van bronnen en privatiseren hun ecologische infrastructuur. Zo kan het gebeuren dat rijkdom. Alles is te koop, zelfs sociale er wel infrastructuur is voor irrigatie diensten en natuurlijke hulpbronnen die maar niet voor gezond drinkwater ooit het erfgoed van de wereld waren. binnen wandelafstand. Regeringen nemen hun Dat heeft natuurlijk verantwoordelijkheid niet om Als water schaars of duur alles te maken met natuurlijke bronnen te wordt, voelen vrouwen die andere beschermen en geven alle die druk als eerste. ongelijkheid: zeggenschap weg aan privévrouwen zijn vaak minder betrokken bij bedrijven die alleen een snelle ontginning het (ontwikkelings-)beleid en spelen voor ogen hebben. minder mee op het politieke vlak, ook in waterzaken. Om de watercrisis te lijf te gaan stellen regeringen en internationale instellingen Water is van fundamenteel belang een oplossing voor in de lijn van de voor een gezond huishouden: als Washington Consensus: privatisering en drinkwater, maar ook voor het commercialisering. “Zet er een prijs op en bereiden van voedsel, om het huis laat de markt de toekomst bepalen,” is het schoon te houden en voor persoonlijke devies. Water is volgens de Wereldbank hygiëne. Al deze taken worden en de Verenigde Naties een behoefte, traditioneel aan vrouwen overgelaten. geen mensenrecht. Een stelling met grote Als water schaars of duur wordt, gevolgen. Want in een behoefte kan men verhoogt de druk op vrouwen om op verschillende manieren voorzien, zeker alternatieven te vinden. Vaak is dit vuil voor wie geld heeft. Een mensenrecht kan water. men niet verhandelen. De ongelijkheid die vandaag bestaat tussen arm en rijk en tussen man en 28 Politiek dossier - GATS en water Watermeters in Kwazulu Natal In augustus 2000 brak in Kwazulu Natal (Zuid-Afrika) cholera uit, gevolgd door andere gevallen in het noorden en in Johannesburg. Tegen februari 2002 stierven al 260 mensen aan de ziekte in wat doorgaat voor de zwaarste epidemie in de geschiedenis van Zuid-Afrika. Die epidemie is toe te schrijven aan de politiek van volledige ‘kostendekking’ in de watervoorziening. Dat principe leidde tot de introductie van watermeters. Om gebruik te maken van die meters moesten gezinnen in Kwazulu Natal eerst 50 rand registratierechten betalen. Dan pas konden zij water afnemen aan 10 rand per duizend liter. Het systeem werkt met kaarten die vooraf betaald moeten worden. Wie niet betaalt, heeft geen water. De bevolking van het district waar cholera uitbrak had wel toegang tot de watervoorziening, maar velen konden de kosten niet ophoesten. Als ze voor water moeten betalen, betekent dat voor de armste burgers een onoverkomelijke hindernis. Ondanks het besmettingsgevaar nemen zij dan hun toevlucht tot putten en rivieren. In het geval van Kwazulu Natal ging bovendien het hele systeem stuk. Het duurde weken eer het hersteld werd. Omdat alle kranen met watermeters werkten, hadden ook de mensen die wel betaald hadden geen toegang meer tot water.25 Blauw goud Met water valt geld te verdienen. Dat heeft de bedrijfswereld als eerste beseft. Volgens het blad Fortune is de watersector nu al goed voor 40% van wat er met olie te verdienen valt en brengt hij heel wat meer op dan de farmaceutische industrie. Op dit ogenblik is slechts 5% van alle water in privé-handen. Er zit dus nog veel groeipotentieel in de watermarkt, zeker als de watercrisis toeneemt. Het is nochtans al bewezen dat privatisering geen borg staat voor efficiënte, duurzame en eerlijke watervoorziening. Voorbeelden zijn legio van hoe bedrijven hun winsten opdrijven terwijl de waterprijzen stijgen tot voor velen onbetaalbare hoogtes, water afgesloten wordt als mensen de rekening niet kunnen betalen, de waterkwaliteit alarmerend slecht is en omkoperij en corruptie de orde van de dag uitmaken. Privatisering heeft een negatieve impact Waterbaronnen op de hoeveelheid zuiver water die ter Er zijn tien grote waterbedrijven die winst beschikking staat voor armen, vooral arme maken door de vrouwen. Terwijl bedrijven hun watervoorziening. De twee winsten opdrijven, worden Internationale handel grootste zijn van Franse de waterprijzen voor velen oorsprong: Vivendi Tegelijkertijd geven onbetaalbaar. Universal en Suez. Zij regeringen hun controle bedienen samen meer dan 200 miljoen klanten, in 150 landen. Samen met een handvol andere zoals Bouygues Saur, RWE Thames Water en Bechtel-United Utilities hebben zij de race ingezet om hun tentakels over de hele wereld uit te spreiden. over hun watervoorraden uit handen via allerlei handelsverdragen. Internationale verdragen als GATS geven multinationals een vrijgeleide om het water te ontginnen.26 Er lopen al verschillende rechtzaken waarin een bedrijf een overheid aanklaagt om toegang te krijgen of te houden tot water. Beperkingen op de ontginning of reglementering omwille van milieuoverwegingen kunnen als protectionistisch worden aangeklaagd. Water wordt handelswaar, een investering, een dienst. Zij krijgen een steuntje in de rug van de wereldbank en het IMF die privatisering opleggen als voorwaarde voor leningen en schuldverlichting. Flessenwater = winst Winst maken met water kan op verschillende manieren. De flessenwaterindustrie is één van de snelst groeiende en minst gereglementeerde sectoren. Tussen 1970 en 2001 steeg de wereldwijde verkoop van flessenwater van 1 miljard liter tot 89 miljard liter. Flessenwater is 29 Politiek dossier - GATS en water gemiddeld duizenden malen duurder dan kraantjeswater. Dat veel mensen toch flessenwater kopen staat niet los van de grootse reclamecampagnes van waterbedrijven die dit water als puurder en gezonder voorstellen. Onderzoeken in België en in het buitenland bewijzen echter dat dit helemaal niet klopt in landen waar het leidingwater goed is uitgebouwd. Het Zuiden was tot voor kort een onontgonnen markt voor flessenwater. De gemiddelde Pakistaan of Indiër verbruikt minder dan een halve liter flessenwater per jaar. Maar watermultinationals als Danone (Evian) en Nestlé (Perrier, San Pellegrino) hebben zich recent op die markt gestort. Via grote campagnes worden landen als India, Pakistan en Brazilië, waar de armen vaak geen toegang hebben tot gezond leidingwater, overtuigd van de noodzaak van duur flessenwater. Een dubbelzinnige situatie. Voor de Natural Resources Defense Council is het dan ook duidelijk: “De duurzame oplossing voor het drinkwaterprobleem is dat er veilig, schoon en lekker water uit de kraan komt.”27 Water voor de toeristen La Lorena op het schiereiland Guanacaste in noordwest Costa Rica is een waar tropisch paradijs. De toeristische industrie bloeit. Maar achter de kustlijn gaat het leven als vanouds zijn gang. Of toch bijna… In augustus 2000 werden een aantal dorpen opgeschrikt door de bouw van een pijplijn naar de kust toe. Een hotelcomplex was heel diepe putten aan het graven in de ondergrondse waterreserves met de bedoeling om dat water naar de hotels te brengen, voor het onderhoud van tuinen en golfterreinen en voor de toeristische industrie. Het hotelbedrijf had toestemming van de lokale overheid, maar niet van de nationale overheid. Nochtans moest die toestemming eerst bekomen worden. De toestemming gold voor 60 liter per seconde – de pijplijn is goed voor 350 liter per seconde. Guanacaste is een droge zone met zeer weinig regenval. De plaatselijke bevolking heeft leren omgaan met die droogte. De mensen vragen zich af hoe hun vertegenwoordigers de toelating konden geven om dit water te gebruiken zonder eerst de bevolking te consulteren. Een plaatselijke actiegroep probeert stokken in de wielen te steken van deze waterexploitatie om het leven van twaalf dorpen rond La Lorena ook in de toekomst te vrijwaren. 5.3 Het kan anders Nochtans kan het anders. We weten hoe we de watervoorraden kunnen redden: zuivering van vervuild water, druppelirrigatie, herstel van infrastructuur, waterbehoud, inspraak van gebruik(st)ers in het waterbeheer, verandering in productieprocessen, enz. De rijke landen hebben de middelen om iedereen op aarde van zuiver water te voorzien. Zij moeten de schulden opheffen, meer besteden aan ontwikkelingssamenwerking en een taks heffen op financiële speculatie. ongelijke toegang tot water is onlosmakelijk verbonden met de kloof tussen rijk en arm en met de ongelijke positie van mannen en vrouwen. De specifieke rol en verantwoordelijkheid van vrouwen met betrekking tot water is dan ook een sleutelelement om tot duurzame ontwikkeling te komen. Als de commercialisering van de watervoorraden verdergaat is de watercrisis onafwendbaar. Er ontstaat een waterelite voor wie eigenbelang primeert. In dat scenario gaat water naar diegenen die het kunnen betalen. Dit zal echter pas gebeuren als men water als werelderfgoed erkent en de wet toepast op iedereen die water vervuilt. Dit is geen excuus voor het slechte waterbeheer van sommige regeringen. Maar het antwoord op slecht waterbeheer door de overheid ligt niet in waterbeheer door een multinational die aan niemand verantwoording verschuldigd is. Het antwoord is goed beleid. De rijke landen Vele internationale conferenties en verklaringen verwijzen expliciet naar water als een mensenrecht en leggen de link tussen gender, armoede en water. De 30 Politiek dossier - GATS en water moeten niet profiteren van slecht waterbeheer in het Zuiden door aan te sturen op privatisering. Ze moeten de publieke sector bijstaan om zijn werk goed te doen. waterconsumptie te verhogen om hun winsten veilig te stellen. Je kan verwachten dat ze eerder zullen investeren in het gebruik van chemische technologie, ontzilting, vermarkting en waterhandel dan in Recht op water duurzaam waterbeheer. Het antwoord op slecht Commercialisering van water waterbeheer is goed is verkeerd op ethische, Het tegengif voor de beleid, niet privatisering. ecologische en sociale commercialisering van gronden. Beslissingen over de toewijzing water, is water te zien als een van water moeten niet volgens gemeenschappelijk goed. In een wereld commerciële, maar volgens ecologische waar alles te koop is moeten burgers en sociale overwegingen genomen afbakenen wat nodig is voor het overleven worden. In het geval van privatisering van de mens. Niemand kan leven zonder wordt het beheer van watervoorraden water. gebaseerd op principes van schaarste en winstmaximalisering en niet op Water is een mensenrecht. duurzaamheid en gendergelijkheid. Bedrijven hebben er alle belang bij om de Het ABC van het Belgisch waterbeleid De productie en distributie van leidingwater gebeurt in Vlaanderen naargelang de gemeente door gemeentebedrijven, gemeentelijke diensten, intercommunales of regionale maatschappijen. Tot voor kort was de watervoorziening voor 100 procent in handen van de overheid, maar de laatste jaren toonde ook de privé-sector interesse. In enkele gevallen kwam het al tot concrete participatie. Dat gebeurde voornamelijk via gemengde intercommunales. Zo participeert de NV Aquinter, opgericht door Tractebel en Lyonnaise des Eaux, in de Intercommunale voor Waterbedeling in Vlaams-Brabant (IWVB). In enkele gevallen sloten gemeenten een concessieovereenkomst af met een privé-partner. Gent en Oostende deden dat bijvoorbeeld met de NV Electrabel. Voorlopig geen verdere privatisering? Voorlopig zit de overheid niet te springen om de watervoorziening op grote schaal te privatiseren, maar de dringende nood aan nieuw kapitaal (bijvoorbeeld voor de vernieuwing van het distributienet) maakt dat veel gemeenten wel openstaan voor de toenemende interesse van de privé-sector. Anderzijds is er ook een lichte trend naar een versterkte greep door de overheid. Zo bepaalt het decreet van 2001 op de intercommunales dat die in de toekomst terug zuiver moeten worden. De veelheid aan actoren maakt de drinkwatervoorziening ondoorzichtig. Zo bepalen de gewesten de kwaliteitsnormen van het leidingwater, maar kunnen de verschillende productieen distributiemaatschappijen zelf de prijs vastleggen, mits goedkeuring van het Ministerie van Economische Zaken. De Vlaamse overheid keurde in 1996 wel een decreet goed dat iedereen recht geeft op een gratis minimumvoorziening aan water. Private zuivering Voor de zuivering van afvalwater ziet het plaatje er anders uit. Die wordt uitgevoerd door Aquafin, dat voor 51 procent eigendom is van de Vlaamse Milieuholding. Voor de privésector participeren institutionele beleggers (29 procent) en het Engelse waterbedrijf Severn Trent (20 procent), ook actief in waterprivatiseringsprojecten in ontwikkelingslanden. Via dochtermaatschappij Biffa speelt Severn Trent in België trouwens ook een belangrijke rol in de afvalverwerking, onder meer in Antwerpen. 31 Politiek dossier - GATS en water Theoretisch blijven de strategische keuzes en planning van de waterzuivering in handen van de overheid. Volgens de milieubeweging heeft Aquafin hier in de praktijk ook een sterke stem in. De milieubeweging stelt zich ook vragen bij het zeer lucratieve contract van Aquafin. En de Europese Commissie plaatst vraagtekens bij het monopolie dat de overheid geeft aan één privé-bedrijf. Bedenkelijke constructies De Bond Beter Leefmilieu (BBL) waarschuwde onlangs nog voor de bedenkelijke praktijk van ‘cross border lease’ waarover een aantal gemeenten onderhandelen. In zo’n constructie leasen de gemeenten hun rioleringsnet voor 99 jaar aan een Amerikaanse investeerder die daarmee een belastingvoordeel doet. De gemeente huurt het net onmiddellijk terug en beide partijen verdelen samen met de bemiddelaars de winst. Dit systeem kan de vrijheid van de gemeenten om hun eigen rioleringen te beheren en vernieuwen in het gedrang brengen, oordeelt de BBL.28 32 Politiek dossier - GATS en water 6 Besluit: water en privatisering Water en privatisering in negen punten Visie van Public Citizen zeven mensen, 2.300 mensen werden ernstig ziek. Public citizen, een consumentenorganisatie uit de VS, formuleerde een aantal stellingen over de risico’s van privatisering in de watersector.29 3. De privé-sector houdt rekening met de aandeelhouders, niet met de gebruikers Watercontracten geven privé-bedrijven soms vergaande bevoegdheden over het watersysteem voor zeer lange periodes (25 tot 30 jaar). De bedrijven zijn ‘safe’ en houden nog weinig rekening met behoeften en klachten van hun klanten. Puerto Rico besteedde in 1995 het beheer van zijn waterdepartement Prasa uit aan een filiaal van Vivendi. Een officieel rapport vier jaar later was bepaald ontluisterend. Het onderhoud van de aquaducten en het rioolsysteem was ondermaats, broodnodige herstellingen werden niet uitgevoerd. Ook wat betreft rapportering over zijn financieel beleid voldeed het bedrijf niet aan zijn verplichtingen. Klachten van gebruikers gingen gewoon naar de prullenmand. Soms kregen klanten wel een rekening maar geen water. Het wanbeleid zadelde Prasa bovendien op met een deficit van 245 miljoen dollar. Een put die ‘uiteraard’ door de overheid moest worden gedempt. 1. Privatisering jaagt de prijzen de hoogte in Deze bewering wordt gestaafd door talloze voorbeelden in Noord en Zuid. In Illinois in de VS stegen de tarieven met 204% in de 18 jaar waarin het waterbeheer in handen was van Illinois American, een filiaal van American Water Works co. In de tien jaar na de privatisering van de watersector in het VK in 1989 stegen de tarieven met 104% (46% in reële termen). Nochtans gaven de waterbedrijven toe dat er niet in nieuwe infrastructuur was geïnvesteerd. Het aantal mensen waarbij het water werd afgesloten steeg met 200%. In derdewereldlanden zijn de prijsstijgingen vaak nog scherper en de gevolgen schrijnender. In Nelspruit in Zuid-Afrika steeg de waterprijs met 400%. Mensen waren verplicht om over te schakelen op vervuild rivierwater. Een cholera-epidemie was het resultaat. 4. Privatisering zet de deur open voor corruptie Uit ervaring blijkt dat openbare aanbestedingen voor grote watercontracten gemakkelijk leiden tot het gebruik van steekpenningen. De grote bedrijven willen de overheid al eens ‘helpen’ bij hun keuze. Hoge kaders van verschillende groten uit de sector, waaronder Vivendi en Suez, werden al veroordeeld voor het omkopen van overheidspersoneel. 2. Privatisering gaat ten koste van de waterkwaliteit Omwille van de winst lapt men vaak milieu- en veiligheidsnormen aan zijn laars. In de VS lobbyde de National Association of Water Companies actief tegen het uitvaardigen van hogere normen voor de waterkwaliteit bij het congres en het Environmental Protection Agency. In Canada leidden zware besparingen op het milieudepartement in het midden van de jaren negentig tot verslapte watercontrole. Besmetting van drinkwater kostte er het leven aan 5. 33 Financiering door de privésector is uiteindelijk duurder dan overheidsfinanciering Politiek dossier - GATS en water In heel wat landen is het watersysteem dringend aan een grote opknapbeurt toe. Dat kost handenvol geld. Men gaat er wat te gemakkelijk van uit dat de goedkoopste oplossing het aantrekken van privé-kapitaal is. Plaatselijke en nationale bewindslui vinden het vaak ‘aantrekkelijker’ om beroep te doen op de privé-sector dan de kosten te dekken met hogere belastingen. Toch zie je vaak dat de financiering via de privé op termijn duurder uitvalt voor de overheid én voor de consumenten. De bedrijven rekenen hun kosten immers door in hogere tarieven voor de gebruikers en kloppen in geval van nood toch weer aan bij de overheid om financiële putten te vullen. misschien GATS geven de bedrijven de juridische instrumenten om hun belangen veilig te stellen. Aanpassing of opzegging van contracten kan dan niet of enkel mits grote financiële compensaties. 8. Privatisering maakt toegang tot water moeilijker voor de armen Wanneer het waterbeheer zonder meer wordt overgelaten aan de privésector zal die enkel water leveren aan klanten die er kunnen voor betalen. Voor arme bevolkingsgroepen wordt de oplopende waterrekening onbetaalbaar. In landen als Zuid-Afrika en Bolivië ging de waterkraan voor veel mensen gewoon dicht, met alle gezondheidsgevolgen vandien. 6. Privatisering is slecht voor de werkgelegenheid Privatisering gaat dikwijls gepaard met massale ontslagen bij overheidsbedrijven en overheidsdiensten. In de Filipijnen werd bij de privatisering van de Metropolitan Waterworks and Sewerage System zowat de helft van de werknemers afgedankt. Het ging om duizenden mensen. 9. Privatisering kan leiden tot massale verkoop van water buiten het winningsgebied Nu water steeds schaarser wordt, wordt het ook rendabeler om het in afgelegen gebieden te gaan verkopen, vaak ten koste van de plaatselijke consumptie én het plaatselijke watersysteem. Er is nu al een overeenkomst tussen het bedrijf Cadiz inc. en het waterdistrict van Californië. Cadiz mag per jaar 37 miljard liter water verkopen aan derden. Het mag daarvoor zelfs het publieke buizensysteem gebruiken. Massale verkoop kan zwaar wegen op waterbekkens en hun ecologisch systeem. Uit het coloradobekken wordt nu al zoveel water weggezogen dat de rivier regelmatig droogvalt voor ze de zeemonding bereikt. 7. Privatisering is zo goed als onomkeerbaar De overheid zet zich doorgaans vast in strakke langetermijncontracten. Ook wanneer de privatisering negatieve effecten blijkt te hebben, kan de overheid moeilijk op de aangegane verbintenis terugkomen. Internationale akkoorden zoals NAFTA (tussen de VS, Mexico en Canada) en binnenkort Is 11.11.11 tegen privatisering? Wat vinden we nu zelf van privatisering? Veel hangt af van wat je met ‘privatisering’ bedoelt. Er is immers een hemelsbreed verschil tussen een regering die onder strakke prijs- en leveringsvoorwaarden een beperkt onderdeel van zijn waterdistributie uitbesteedt aan een binnenlands bedrijf en een regering die zowat heel zijn waterbeleid met ‘carte blanche’ en voor een lange tijd in handen geeft van een buitenlandse multinationale onderneming. Wat ons betreft kan de privé-sector een rol spelen in de uitvoering van het waterbeleid. Het gaat dan wel om een beperkte rol in het kader van een door de 34 Politiek dossier - GATS en water overheid uitgetekend en gestuurd beleid. Dat beleid moet een aantal concrete garanties bieden: Iedereen heeft toegang tot voldoende drinkbaar water. Het water is voor iedereen betaalbaar. Het water voldoet aan hoge kwaliteitsnormen die systematisch worden gecontroleerd. Het beroep op de privé-sector mag niet leiden tot extra druk op het overheidbudget of tot bijkomende schuldenlast. Er wordt rekening gehouden met de milieu-impact van de waterwinning en distributie. De overheid moet de vrijheid behouden om haar waterbeleid gaandeweg aan te passen aan de behoeften en wensen van de bevolking. Gebruikers hebben inspraak in het waterbeleid. Hierbij gaat specifieke aandacht uit naar arme vrouwen. Op basis van deze voorwaarden zijn we radikaal tegen privatisering zoals ze nu plaatsvindt. Op dit ogenblik gebeurt het al te vaak dat de overheid niet op eigen initiatief en op eigen voorwaarden plaats inruimt voor de privé-sector. Privatisering van grote brokken waterbeleid, zonder adequate overheidsregulering, zoals je die krijgt onder druk van het IMF of de Wereldbank, is niet compatibel met ons voorwaardenlijstje. Nog erger wordt het wanneer de privatisering onomkeerbaar zou worden gemaakt door akkoorden binnen GATS en de WTO. Dat soort privatisering is rampzalig en onaanvaardbaar. Modelprivatisering verdriedubbelt de waterprijs In 1997 besliste de Filipijnse overheid om de watervoorziening in Manilla te privatiseren. Het was op dat ogenblik ’s werelds grootste privatisering van een publiek waterbedrijf en de verwachtingen waren hoog gespannen. Het privatiseringsproces zou het vertrouwen van investeerders in de Filipijnen herstellen. De Asian Development Bank zag de privatisering zelfs als model voor andere grote projecten in de regio. Beloften Beloften waren er genoeg: een betere dienstverlening voor de bevolking, minder fiscale last voor de overheid, depolitisering van de waterwerken en een efficiënter bedrijf. En niemand zal ontkennen dat zulks nodig was, want de bevoorrading liep mank en meer dan de helft van het water ging verloren door slechte leidingen en illegaal aftappen. Voor de consument leek het eerst te mooi om waar te zijn. De twee consortia die de concessies binnenhaalden boden prijzen ver onder het gangbare tarief, zo sterk zelfs dat werd nagevraagd of de voorgestelde tarieven wel realistisch waren… Van Maynilad maakt Suez deel uit, in Manila Water vinden we Bechtel-United Utilities terug. Beide consortia zijn verbonden met invloedrijke Filipijnse familieclans. Koude douche Maar de inwoners van Manilla kregen een koude douche. Na minder dan vijf jaar privatisering verdriedubbelde de prijs! De dienstverlening daarentegen blijft beneden peil. De geplande uitbreiding van het net is niet gerealiseerd en de 24 uur dienstverlening voor aangesloten huishoudens al evenmin. 35 Politiek dossier - GATS en water In 2001 stopte Maynilad de afbetaling van haar concessie. Het bedrijf eiste dat ze de verliezen op de dollarkoers veel sneller zou kunnen doorrekenen dan voorzien. Na zwaar lobbywerk kreeg Maynilad haar zin en sindsdien worden verliezen op de wisselkoers zonder meer doorgerekend aan de consument. Toch namen de consortia nog geen genoegen met de bekomen prijsstijgingen. Midden vorig jaar vroeg Maynilad een verhoging tot 30 peso/m³ en Manila Water tot 24 peso/m³ - de concessies werden toegekend op biedingen van respectievelijk 4,97 en 2,32 peso/m3. Toen dit geweigerd werd, vroeg Maynilad een verbreking van het contract. Zij stelt dat de overheid het onmogelijk maakt om de westelijke zone te runnen. Protest Van in het begin lokte de privatisering maatschappelijk protest uit. Het hele proces was ondoorzichtig en publieke alternatieven werden onvoldoende onderzocht. Een op vijf mensen verloren hun baan. Het werd ook alsmaar duidelijker dat vooral Maynilad er niet in slaagde om rendabel en efficiënt te werken. De inkomsten vielen veel lager uit en de kosten veel hoger. Het bedrijf weet dit aan de daling van de peso tegenover de dollar, vooral na de Aziatische crisis. Leningen in dollar werden daardoor dubbel zo duur. Maar dat is slechts een deel van het verhaal. Wanbeheer en een foutieve inschatting van de kosten liggen aan de basis van het verlies, zegt de Freedom from Debt Coalition, een partner van 11.11.11 die de zaak al jaren op de voet volgt. De leiding van Maynilad is incompetent en het bedrijf beschikt over te weinig eigen kapitaal. De buitenlandse consulenten verdienen buitengewoon hoge lonen en enorme hoeveelheden water gaan nog altijd verloren. Meer zelfs dan vóór de privatisering! De meubelen redden Wellicht besefte Maynilad dat het moeilijk zou zijn om de concessie efficiënt te runnen en winst te maken. Door zelf het contract op te zeggen probeert Maynilad om de overheid de schuld te geven van haar financieel debacle. Zo hoopt ze nog 21 miljard peso aan investeringen te kunnen recupereren. Als Maynilad zelf in de fout wordt gesteld voor het niet uitvoeren van het contract kan het bedrijf slechts hopen op 4 miljard. Ongeveer het bedrag dat het bedrijf zelf verschuldigd is aan achterstallige concessierechten. De regering leek eerst de ogen te willen sluiten voor het flagrante falen van Maynilad, maar stelde in januari 2003 Maynilad dan toch in gebreke. Wie uiteindelijk de rekening zal betalen voor dit privatiseringsdebacle zal nog blijken. De bevolking heeft haar deel wel al gehad! Getekend, Freedom from Debt Coalition, Filipijnen 36 Politiek dossier - GATS en water 7 De eisen van 11.11.11 WATER UIT GATS !! Water erkennen als een mensenrecht De WTO moet water erkennen als een recht en niet als een behoefte. WTO-akkoorden mogen geen afbreuk doen aan de verwezenlijking van de sociale en economische rechten. Onderhandelingsresultaten van de WTO moeten hieraan getoetst worden. Openbare diensten uit GATS Openbare diensten zoals onderwijs en volksgezondheid en openbare nutsvoorzieningen zoals water, communicatie, elektriciteit, basismobiliteit en veiligheid kunnen niet aan internationale concurrentie onderworpen worden. Zij kunnen moeten toegankelijk zijn voor iedereen, zowel in het Noorden als in het Zuiden. Water erkennen als een mondiaal goed De sleutel van de wereldwijde toegang tot water mag niet in handen gegeven worden van de privé-sector. De alsmaar schaarser wordende watervoorraden moeten integendeel een mondiaal publiek beheer krijgen. Een wereldwaterverdrag moet rechten en plichten vastleggen. Volledig behoud van regelgevende bevoegdheid Landen moeten het volle recht behouden om de collectieve diensten te reguleren en openbare regelgeving uit te werken om onder meer sociale en ecologische doelstellingen en openbare gezondheidszorg te vrijwaren. De onderhandelingen binnen GATS over binnenlandse regelgeving, subsidies en overheidsaanbestedingen moeten worden stopgezet. Meer middelen voor “water voor iedereen” België moet meer middelen ter beschikking stellen en meer middelen bepleiten in de EU voor het bereiken van de Millenniumdoelstelling van de VN inzake water. Geen halvering maar toegang tot drinkwater voor iedereen tegen 2015. De Tobintaks, meer hulp en schuldkwijtschelding zijn mogelijke instrumenten om meer middelen voor de Millenniumdoelstellingen te verzamelen. Democratische controle over WTO-beleid De Belgische en Europese voorbereidingen van de GATS-onderhandelingen en de onderhandelingen zelf moeten transparant zijn. Voldoende tijd moet voorzien worden voor tijdige en uitgebreide consultatie van de parlementen en de betrokken partijen uit de relevante sectoren: dienstenverstrekkers, werknemers, consumenten en nietgouvernementele organisaties. Onderhandelingsresultaten bekrachtigen zonder zulk overleg, kan niet. De WTO moet transparanter en democratischer worden en meer aandacht en respect voor de standpunten van de ontwikkelingslanden is noodzakelijk. Democratische controle over waterbeleid De controle over water mag niet uit handen gegeven worden aan privé-investeerders. Betrokkenheid en inspraak van alle belanghebbenden moet worden versterkt, in het bijzonder van vrouwen, lokale gemeenschappen en inheemsen. Moratorium en evaluatie 37 Politiek dossier - GATS en water In afwachting van grondige consultatie en evaluatie van de bestaande en voorgestelde liberaliseringen onder GATS moet er een moratorium komen op de onderhandelingen. Geen verdere uitbreiding van WTO-bevoegdheden Handel moet terug op zijn plaats gezet worden: niet boven, maar naast sociale, milieu- en ontwikkelingsdoelstellingen. De vijfde Ministerconferentie van Cancun mag geen nieuwe onderhandelingen starten over investeringen, overheidsaanbestedingen en concurrentieregels. 38 Politiek dossier - GATS en water Eindnoten ondertekenen van het huidige GATS in 1994, ook aan alle andere WTO-leden moeten toegekend worden, in zoverre het over diensten gaat tenminste. 1 Tussen 1990 en 2002 sloot de Wereldbank 267 leningen af die verband hielden met watervoorziening. Hiervan legde een op drie privatisering op als voorwaarde. Van de 193 leningen die tussen 1996 en 1999 werden afgesloten, hadden er al 112 of maar liefst 58 % privatisering als voorwaarde! Het privatiseringsbeleid van de Wereldbank neemt dus altijd maar toe. Het IMF heeft een gelijkaardig beleid. Bij een onderzoek naar het IMF-beleid in 40 landen bleek dat in 2000 in 12 landen een akkoord werd afgesloten met voorwaarden m.b.t. het privatiseren van de watervoorziening of het doorrekenen van de kosten (‘cost-recovery’). In sommige gevallen, zoals Benin, gaat het om regelrechte privatisering. In Niger worden, in akkoord met de Wereldbank, de vier grootste overheidsbedrijven (water, energie, telecom, en petroleum) geprivatiseerd. De opbrengst verdwijnt rechtstreeks in schuldaflossing. In andere gevallen, zoals Guinée Bissau, Nicaragua of Tanzania, wordt het beheer van het hele watersysteem of stukken ervan uitbesteed aan privé-firma’s. In andere landen worden watersystemen van een aantal steden of provincies in concessie gegeven of wordt op nog andere manieren meer plaats ingeruimd voor de privé-sector. Of men bereidt privatisering voor door mensen de volle pot te laten betalen voor de watervoorziening. Dikwijls kalefatert men de watersystemen nog snel wat op voor ze geprivatiseerd worden. Ook dat gebeurt met leningen van de Wereldbank of andere multilaterale instellingen. 2 Als een land door kwijtschelding of nieuwe inkomsten wegraakt uit de schuldenval wordt het minder schatplichtig aan het IMF en kan het opgelegde voorwaarden naast zich neerleggen. Het gebeurt zelden, maar het zou kunnen, zeker wanneer de bevolking te lijden krijgt onder het nieuwe waterbeheer en dat ook duidelijk laat blijken. 3 Naar: Milieudefensie Nederland, PSI. 4 Of andere werknemers die relatief benadeeld zijn op de arbeidsmarkt. 5 Bestaande statistieken zijn slecht uitgesplitst tussen goederen en diensten, slechter nog volgens de twaalf sectoren die GATS gebruikt en nagenoeg niet volgens de vier manieren van dienstenhandel die GATS uitgevonden heeft. Vooral over ‘modus 3’ (investeringen) bestaan weinig gegevens. 6 Het is hoogst waarschijnlijk dat alle voordelen die landen aan elkaar hebben gegeven in bilaterale investeringsakkoorden, na het 7 De ACS-landen: bevriende ontwikkelingslanden van de EU uit Afrika, de Caraïben en de Stille Oceaan. 8 GATT: General Agreement on Tarrifs and Trade, het akkoord over handel in goederen van de WTO. 9 Een land kan bijvoorbeeld markttoegang geven in de toeristische sector en bepalen dat er maar een beperkt aantal cruiseschepen in bepaalde kwetsbare gebieden mogen varen of eisen dat er een lokale kapitaalinbreng van minstens 51% moet zijn. Een land kan zelfs monopolies in stand houden. De praktijk leert dat veel landen niet veel acht geslagen hebben op de draagwijdte van het artikel over markttoegang. In de EU hebben alleen Spanje, Griekenland, Portugal en Italië voorbehoud gemaakt bij de markttoegang in de toeristische sector en de kleinhandel, en dan nog enkel voor historische en artistiek waardevolle sites, niet voor waardevolle landschappen of biotopen. De kans is dan ook groot dat overheden de toevloed van hotels of souvenierwinkels in bepaalde gebieden niet zullen kunnen beperken. Hetzelfde valt te vrezen voor het beslag dat grootschalige toeristische projecten leggen op het schaarse water om hun plantsoenen, zwembaden en golfterreinen te voorzien. 10 Dit werd uiteindelijk 25 februari 2000. 11 De Europese Commissie is voorstander van een horizontale aanpak. Dit kan verschillende vormen aannemen: - iedereen doet toezeggingen over alle sectoren heen. Bijvoorbeeld, iedereen liberaliseert voor alle sectoren ‘modus 2’ (consumptie in het buitenland). - de zogenaamde ‘formuleaanpak’. Bijvoorbeeld, men liberaliseert minstens in 100 subsectoren. - de clusteraanpak. Bijvoorbeeld, men liberaliseert alles wat met toerisme verband houdt: van vervoer, over verzekeringen, energie en water, tot de horeca en de kleinhandel. 12 13 Bijvoorbeeld op http://www.gatswatch.org. De Europese Unie heeft uitgebreide liberalisering gevraagd aan de armste landen. De vragen zijn niet evenredig met het ontwikkelingsniveau zoals geclaimd werd. Ecuador en Guatemala bijvoorbeeld kregen vragen over evenveel sectoren als Australië (11). Het is ook duidelijk dat de Europese Unie in veel ontwikkelingslanden de beperkingen op buitenlandse investeringen aangevallen heeft, bijvoorbeeld de Indonesische verplichting voor multinationals om joint ventures aan te gaan, of de Chileense wet die investeerders verplicht om Chileens personeel tewerk te stellen, of de Mexicaanse en Chileense wetten die buitenlandse eigendom van gronden in kustgebieden beperken, enz. De Europese Unie zegt wel voortdurend dat 39 Politiek dossier - GATS en water GATS toelaat dat landen dit soort beperkingen in stand houden, maar ze valt ze ondertussen wel aan. Idem dito voor de financiële sector waar de Europese Unie beperkingen wil zien verdwijnen. 14 concrete voorbeelden overnemen. Voor de volledige tekst waarin de argumentatie helemaal tot haar recht komt kan u terecht op http://www.citizen.org/cmep/Water/ Bijvoorbeeld op http://www.gatswatch.org. 15 Bovendien is de Europese Unie ook voorstander van een horizontale aanpak bij de onderhandelingen. Dat wil zeggen toezeggingen over alle sectoren heen. Dit is alvast in tegenspraak met de bewering dat er geen aanbod zal gedaan worden in bepaalde sectoren. 16 Enkele andere horizontale aangelegenheden moeten eveneens in het oog gehouden worden: ‘technische’ verduidelijkingen van een aantal GATSbegrippen en -definities en de herziening van een aantal classificaties (juridische diensten, post, energie en water). Vooral de classificaties zijn belangrijk. Deze kunnen onverwachte liberaliseringen opleveren indien bepaalde diensten plots in een andere sector terecht komen. 17 Alleen in de VS speelt de Senaat een belangrijke rol op internationaal vlak. 18 Het ministerie van Buitenlandse Zaken en Handel, Ontwikkelingssamenwerking, de Europese Commissie. Bron: “Behind GATS 2000: corporate power at work” (Erik Wesselius); TNI -The WTO Series, nr. 4; TNI Briefing serie, nr. 2002/06, Amsterdam, mei 2002. 20 OESO-landen, de 30 rijkste landen die lid zijn van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling. 21 GATS maakt daar ‘modus 4’ van, hoewel ‘modus 4’ natuurlijk maar een klein deeltje vertegenwoordigt van deze geldstroom, namelijk alleen het gedeelte dat tot stand komt wanneer dienstenbedrijven personeel tijdelijk in het buitenland laten werken. Zo gedefinieerd zijn het nog altijd de industrielanden die het meest gebruik maken van deze manier om diensten te leveren. 22 United Nations Conference on Trade and Development. 23 Internationale handelsonderhandelingen 19 tussen 1986 en 1994. Bronnen: “Blauw Goud” (Maude Barlow en Tony Clarke); “Ghana: Report of the International Fact-Finding Mission on Water Sector Reform in Ghana.” 25 Bron: “Cost Recovery and the Crisis of Service Delivery in South Africa.” 26 Ook andere verdragen, zoals het North 24 American Free Trade Agreement (NAFTA), bevatten dergelijke bepalingen. Bronnen: The Ecologist; “Bottled Water, Pure Drink or Pure Hype?” (rapport van Natural Resources Defense Council); The Asian Wall Street Journal. 28 Bronnen: Belgaqua, BBL. 29 In onze sterk verkorte versie konden we slechts een deel van de argumenten en de 27 40