8. Jezus in de brieven van Petrus Inleiding Deze week worden we uitgenodigd om stil te staan bij wat Petrus schrijft over Jezus. Aangezien niet alles aan bod kan komen, concentreren we ons op de belangrijkste elementen uit zijn eerste brief. Hierbij is het belangrijk eraan te herinneren dat 1 Petrus geen dogmatische, wel een pastorale brief is. De manier waarop de schrijver over Jezus spreekt ligt in de lijn van het doel van zijn brief: de lezers aansporen, bemoedigen om overeind te blijven in en niettegenstaande de beproevingen, en te leven in overeenstemming met de christelijke roeping (een ‘goede levenswandel’ is een sleutelwoord in de brief – zie 1:15,17-18; 2:12; 3:1-2, 16). Daarom spoort de schrijver hen aan om het oog gericht te houden op Jezus, hun voorbeeld en hun hoop. 1/ “Jezus Christus” 1 Petrus is duidelijk christocentrisch. Van de eerste tot de laatste woorden staat Christus centraal: 1 P 1:1 “Petrus, apostel van Jezus Christus…” … 1 P 5:14:” Vrede zij met u allen, die één bent in Christus.” “Jezus Christus” komt 10 keer voor, “Christus” 12 keer! De namen zijn betekenisvol: ‘Jezus’: Grieks ‘Iêsous’, van het Hebreeuwse ‘Yeshoua’ (afkorting van yehoshoua = de Heer is heil). Zo werd hij genoemd op aangeven van de engel aan Jozef (Mat 1:21) en Maria (Lc 1:31); deze naam omschreef zijn opdracht: “Geef hem de naam Jezus, want hij zal zijn volk bevrijden van hun zonden.’ (Mt 1:21) ‘Christus’: Grieks Christos (gezalfde), in het Hebreeuws ‘mashiah’ (gezalfde, messias). In het O.T. wees het woord ‘messias’ op iemand die met heilige olie werd gezalfd (symbool van Gods Geest) voor een speciale opdracht (zoals hogepriester of koning). In dit verband is de tekst uit Jesaja, die Jezus citeert om zijn roeping te omschrijven, betekenisvol: “‘De Geest van de Heer rust op mij, want hij heeft mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft hij mij gezonden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan blinden het herstel van hun zicht, om onderdrukten hun vrijheid te geven,19om een genadejaar van de Heer uit te roepen.’(Lucas 4:18,19; zie Jesaja 6:1-2a) Samen overleggen 1. ‘Jezus Christus’, een naam die geschiedenis heeft gemaakt, en gebruikt wordt voor alles en nog wat… Wat betekent hij concreet voor jou en in je leven? 2/ Jezus Christus, levend en verheerlijkt “Geprezen zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus: in zijn grote barmhartigheid heeft hij ons opnieuw geboren doen worden door de opstanding van Jezus Christus uit de dood, waardoor wij leven in hoop. 4-5Er wacht u, die door Gods kracht wordt beschermd omdat u gelooft, in de hemel een onvergankelijke, ongerepte erfenis die nooit verwelkt. U ziet de redding tegemoet, die aan het einde van de tijd zeker geopenbaard zal worden.” (1 P 1:3-5) “God, die hem uit de dood heeft opgewekt en hem laat delen in zijn luister…” (1:21) “Jezus Christus, 22die de hemel is binnengegaan en nu aan Gods rechterhand zit, terwijl de engelen, machten en krachten aan hem onderworpen zijn.” (3:22) “8U hebt hem lief zonder hem ooit gezien te hebben; en zonder hem nu te zien gelooft u in hem en ervaart u een onuitsprekelijke, hemelse vreugde, 9omdat u het einddoel van uw geloof bereikt: uw redding.” (1:8,9) De auteur wijst op Christus, onzichtbaar maar opgewekt, levend en verheerlijkt: - enerzijds opdat ze zich zouden bewust worden van de kracht van het nieuwe leven in Christus. Christenen zijn wedergeboren voor een nieuw leven (een goede levenswandel, goede werken) naar het voorbeeld van Christus. De auteur legt de nadruk op het leven hier en nu. - anderzijds opdat ze stand zouden houden (in hun geloof, in hun levenskeuzes) in en niettegenstaande de beproevingen, dankzij de hoop die ze hebben. De auteur insisteert op wat de christen te wachten staat (wat voor hen is weggelegd in de hemelen) bij Jezus’ wederkomst (de ‘openbaring van Jezus Christus’). Deze hoop moet bron zijn van vreugde en volharding voor de gelovigen, en hen helpen om te leven en om hun leven hier en nu zin te geven. 2de kwartaal 2017 – De brieven van Petrus – les 8 F.D. Samen overleggen “U hebt hem lief zonder hem ooit gezien te hebben; en zonder hem nu te zien gelooft u in hem…”: is het gemakkelijk om je geloof en vertrouwen te stellen in iemand die je niet ziet? En hem lief te hebben? 2. Jezus Christus, opgestaan, levend en verheerlijkt: is dit essentieel in je geloofsleven? Waarom? 3. Welke plaats krijgt hoop in je leven? Is dit belangrijk in je leven hier en nu? 4. En als Jezus niet was opgestaan? Zou u hem dan toch volgen, zou hij een voorbeeld zijn voor je leven? 1. 3/ Jezus Christus, ons voorbeeld in lijden Lijden en hoop zijn twee belangrijke thema’s die met elkaar verweven zijn in de brief. Hoop helpt om het lijden te dragen (over het lijden: zie studie 6). De auteur vermeldt Christus’ lijden en moedigt zijn lezers aan om hun eigen lijden tegemoet te zien zoals Jezus dat deed: door slechte behandeling te verdragen zonder haat (2:19), zich inzettend voor het recht (3:14), het goede doende (2:20). M.a.w. hij spoort zijn lezers aan om ‘in de voetsporen te treden van Christus’ (2:21-23): “1Dat is uw roeping; ook Christus heeft geleden, om uwentwil, en u daarmee een voorbeeld gegeven. Treed dus in de voetsporen van hem 22die geen enkele zonde beging en over wiens lippen geen leugen kwam. 23Hij werd gehoond en hoonde zelf niet, hij leed en dreigde niet, hij liet het oordeel over aan hem die rechtvaardig oordeelt.” Als ze deelhebben aan zijn lijden (4:13) zullen ze ook deelhebben aan zijn verheerlijking (1:7-9). Daarom nodigt hij hen uit om zich te verheugen en God eer te geven, ook in het lijden. Bovendien kan de houding en goede wandel van de christen bij lijden een getuigenis zijn. Samen overleggen Bedenk eens hoe Jezus heeft geleefd (houding t.a.v. beproeving en lijden) en praat hierover met elkaar. Is het makkelijk om in zijn voetspoor te treden, en te reageren zoals hij? Kun je eigen ervaringen of zorgen hieromtrent delen met elkaar? “Hij heeft in zijn lichaam onze zonden het kruishout op gedragen, opdat wij, dood voor de zonde, rechtvaardig zouden leven. Door zijn striemen bent u genezen.” (1 P 2:24) In 1 Petrus vind je hel wat citaten uit het O.T. Hier refereert de auteur aan Jesaja 52:13-52:12, een van de teksten over ‘de knecht van de Heer’. Deze uitdrukking komt vaak voor in de hoofdstukken 40 tot 66, en wordt vooral uitgewerkt in wat de traditie de ‘4 liederen aangaande de knecht van de Heer’ noemt: Jes 42:1-9; 49:1-7; 50:4-11; 52:13-53:12. Jesaja 52:13-53:12 bestaat uit 3 delen: toespraak van God (52:13-15), koor van mensen (53:1-10), goddelijke toespraak (53:11,12). Daar waar het begin en het einde (Gods toespraak) de dienstknecht van de Heer en zijn heilbrengend werk verheerlijkt (“mijn dienaar zal slagen, hij zal groots zijn, hoog verheven in aanzien” (52:13)… “Mijn rechtvaardige dienaar verschaft velen recht, hij neemt hun wandaden op zich.” (53:11b)), heeft het middengedeelte het over het niet verdiende lijden van die knecht: hij werd geminacht en verlaten door de mensen die hem, ten onrechte, beschouwden als een door God vervloekte. Ze hebben hem onderworpen aan het ergste lijden, tot de dood toe. Wat opvalt in deze tekst: - de standvastige houding van de knecht t.a.v. het lijden dat hij ondergaat: hij blijft trouw aan zijn roeping, geweldloos, wat er ook gebeurt (53:9). - het pakkende contrast tussen Gods visie op de knecht (positief, gunstig oordeel), en dat van de mensen (negatief, ongunstig oordeel – tiens, dit lijkt op het verhaal van Job…). Het oordeel van de mens wordt helaas al te vaak bepaald door de menselijke theologie… “Hij heeft in zijn lichaam onze zonden het kruishout op gedragen”: (Grieks: anapherô, omhoog dragen). Dit verwijst naar Jes 53:12 - “Hij droeg echter de schuld van velen en nam het voor zondaars op.” Het Hebreeuwse werkwoord ‘dragen’ (nasa) is hetzelfde als in Jes. 53:4 – “hij was het die onze ziekten droeg, die ons lijden op zich nam.” ‘NASA’ betekent: 1/ opnemen, verhogen 2/ dragen, verdragen, ondergaan 3/ op zich nemen, meenemen, wegnemen, vergeven. 1 Petrus 2:24 (‘Hij heeft in zijn lichaam onze zonden het kruishout op gedragen’) kunnen we op 3 (niet exclusieve maar complementaire manieren verstaan: 1. hij heeft de zonden ‘verhoogd’, t.t.z. in het daglicht gesteld, aangeklaagd 2de kwartaal 2017 – De brieven van Petrus – les 8 F.D. 2. hij heeft het kwade dat de mensen (zondaars) hem aandeden ‘ondergaan’; het kruis toont hoezeer de zonde (het kwade) de wereld corrumpeert. 3. hij heeft de zonde weggenomen (hij heeft ons ervan bevrijd / genezen). Dit sluit aan bij Jes 53:4, geciteerd in Mat 8:16-17 m.b.t. Jezus’ werk van genezing en bevrijding: “Bij het vallen van de avond brachten ze vele bezetenen bij hem. Met een enkel bevel dreef hij de geesten uit, en allen die ziek waren genas hij, 17opdat in vervulling ging wat gezegd is door de profeet Jesaja: ‘Hij was het die onze ziekten wegnam en onze kwalen op zich heeft genomen.’” De idee van ‘vergiffenis’ (een van de betekenissen van ‘nasa’ vinden we terug in Jezus’ woorden aan het kruis: “Vader, vergeeft het hun, want ze weten niet wat ze doen.” (Lucas 23:34) N.B.: ‘Dragen’ uitleggen als ‘dragen in de plaats van’ is een tegenstrijdigheid. Op geen enkel moment is er sprake van juridische of strafwettelijke substitutie. De ‘dienstknecht van de Heer’: in het boek Jesaja gaat het nu eens over het volk Israël, dan weer over een trouw overblijfsel, of ook een specifiek personage in wie de eerste christenen al gauw Jezus Christus herkenden (meerdere N.T.-schrijvers citeren passages uit Jesaja om die op Jezus toe te passen). Jezus is inderdaad ‘de knecht van de Heer’ bij uitstek. Door God uitverkoren en in de kracht van Gods Geest, volbrengt hij Gods wil. Daarom wordt hij ook ‘de rechtvaardige’ genoemd (1 P 3:18; Jes 53:11b). Interessant om op te merken is dat voor Jezus ‘God dienen’ betekent dat je de mensen dient (Lucas 22:24-27). Jezus roept ons op om te dienen zoals hij diende… en op die manier, door onze naaste te dienen, ook knechten van de Heer te zijn. Samen overleggen 1. Wat interpelleert en raakt jou in de commentaar hierboven? Waarom? 2. Jezus Christus,’ dienstknecht van de Heer’, roept ons op om te dienen zoals hij diende: wat betekent dit concreet? Dien jij de Heer? Hoe? Vind je dat je Kerk in Gods dienst staat? Hoe zou ze dat nog meer en beter kunnen doen? 4/ Het kostbare bloed van Jezus “U weet immers dat u niet met zoiets vergankelijks als zilver of goud bent vrijgekocht uit het zinloze leven dat u van uw voorouders had geërfd, 19maar met kostbaar bloed, van een lam zonder smet of gebrek, van Christus.“ (1 P 1:18,19) “… om gehoorzaam te zijn aan Jezus Christus en met zijn bloed besprenkeld te worden.” (1:2) Ook nu weer gebruik de auteur O.T. beelden, waar bloed symbool staat voor leven (Lev 17:11,14; Deut 12:23). Jezus’ bloed bezit geen magische krachten; het is als symbool van zijn leven dat het kostbaar en bevrijdend is. ‘Een leven zonder smet of gebrek’ (het beeld verwijst naar reinheid en heiligheid). Een leven in volmaakt verbond, volmaakte eenheid en harmonie met God. Door het geloof in Christus engageert de christen zich in zijn voetspoor (voor eenzelfde manier van leven). Eigenlijk geniet de christen van de ‘besprenkeling’ met Jezus’ leven (het beeld spréékt, en zit in dezelfde richting als die andere beelden zoals: ‘wassen, het kleed wassen in het bloed van het lam’ (Openb 7:14), ‘samengegroeid zijn met hem (één plant zijn)’ (Rom 6:5), ‘Christus leeft in ij’ (Gal 2:20), ‘Christus is mijn leven’ (Filip 1:21,… Jezus omschreef dit alles met het mooie beeld van de wijnstok en de ranken (Joh 15): “Blijf in mij zoals ik blijf in u!” Samen overleggen 1. Bloed, symbool van leven… Op welke manier is Jezus’ leven kostbaar voor mij? 2. Petrus schrijft aan zijn medegelovigen dat ze zijn vrijgekocht van hun zinloze leven: is dit iets wat je zelf ervaart in je leven? Op welke manier is Jezus bevrijdend voor jou? 5/ Jezus Christus, ‘levende sten, hoeksteen…’ Omwille van alle hiervoor aangehaalde redenen is het belangrijk dat de gelovigen (‘levende stenen’) gebouwd worden op de ‘hoeksteen’: “Voeg u bij hem, bij de levende steen die door de mensen werd afgekeurd maar door God werd uitgekozen om zijn kostbaarheid, 5en laat u ook zelf als levende stenen gebruiken voor de bouw van een geestelijke tempel. Vorm een heilige priesterschap om geestelijke offers te brengen die God, dankzij Jezus Christus, welgevallig zijn. 6In de Schrift staat immers: ‘In Sion leg ik een hoeksteen die ik heb uitgekozen om zijn kostbaarheid; wie daarop vertrouwt, komt niet bedrogen uit. 2de kwartaal 2017 – De brieven van Petrus – les 8 F.D. 7Kostbaar is hij voor u, die erop vertrouwen. Voor wie er niet op vertrouwen, geldt echter: ‘De steen die de bouwers afkeurden is de hoeksteen geworden.’ 8En: ‘Het is een steen waarover men struikelt, een rotsblok waaraan men zich stoot.’ (1 P 2:4-8a) – zie studie 3. Weer beelden uit het Oude Testament (psalm 118:22; Jesaja 8:14; 28:16) die de auteur met elkaar combineert om ons te doen inzien dat ons lot afhankelijk is van onze stellingname t.a.v. Jezus. Samen overleggen 1. Jezus, levende steen (ook: levengevend): hoe wordt dit concreet in je leven? In je kerk? Is hij de hoeksteen, de voornaamste steen? Of wordt er gebouwd zonder hem? 2. Jezus, de verworpen steen, een steen des aanstoots: kun je daar voorbeelden van geven? 6/ Jezus Christus, herder en behoeder “Eens dwaalde u als schapen, nu bent u teruggekeerd naar hem die de herder is, naar hem die uw ziel behoedt.” (1 P 2:25) “Dan zult u wanneer de hoogste herder verschijnt de krans van de luister ontvangen, die nooit verwelkt” (1 P 5:4) Het beeld van de herder (Grieks – poimên) is mooi en sprekend. In het O.T. wordt het toegepast op God (Ps 23). In het N.T. past Jezus het toe op zichzelf (“Ik ben de goede herder” – lees Joh 10:1-18) Samen overleggen 1. Jezus Christus, herder en behoeder: is hij dat ook voor jou? Zou jij iets als Psalm 23 geschreven kunnen hebben? Voel je je aangesproken door Jezus’ toespraak in Johannes 10 (“Ik ben de goede herder…”? 2. Welk(e) punt(en) uit deze les spreekt (of spreken) jou het meeste aan? Waarom? Is er een ander aspect m.b.t. Jezus dat niet aan bod kwam dat je bijzonder raakt? N.B.: In zijn beide brieven spreekt Petrus ook over Jezus’ wederkomst. Dit thema wordt behandeld in les 13, waar de belangrijkste thema’s uit de brieven worden samengevat. 2de kwartaal 2017 – De brieven van Petrus – les 8 F.D.