Samenvatting Nederlands Aanvankelijk en technisch lezen, H5 De woorden die schuin gedrukt staan zijn begrippen. De omschrijving staat erbij. 5.1 uitgangspunten voor instructie bij het aanvankelijk lezen Analytisch- synthetische methode Het aanleren van losse letters, en door samenvoegen van letters nieuwe woorden leren. De beste manier van leren lezen, omdat de leerstof zorgvuldig wordt opgebouwd. Structuurmethode Het aanleren van hele woorden en die analyseren (niet gelijk alle letters van een woord). Als alle letters van de woorden worden aangeleerd wordt de analytisch- synthetische methode in de structuurmethode verwerkt. Gezamenlijke uitgangspunten van methodes Werk doelgericht De instructie van een nieuwe letter moet gefocust zijn op de letter, niet op de eerder geleerde letters. Besteed aandacht aan moeilijkheden in de leertaak Maak kinderen tijdens de instructie duidelijk waar ze op moeten letten (= oriëntatie) Structureer de leerinhouden voor de kinderen Letters indelen in de volgende groepen: korte klanken, lange klanken, medeklinkers en tweetekenklanken. Combineer het lezen en schrijven van woorden Schrijven ondersteunt het lezen: het is concreet. Beginnende lezers schrijven eerst de drukletter (is herkenbaar), later pas het schuinschrift. Geef stapsgewijze instructie 1. Isoleren: een leerinhoud tegelijk aanbieden 2. Discrimineren: kind moet leerinhouden kunnen onderscheiden 3. Wendbaar maken: kind kan leerinhoud in verschillende situaties gebruiken Geef interactieve instructie Laat zoveel mogelijk uit de kinderen zelf komen voor betrokkenheid en activiteit. Pas het lezen toe in functionele situaties Kinderen leren zo het nut van wat ze leren. Controleer steeds de resultaten van de leerlingen 5.2 Instructieprincipes bij het aanvankelijk lezen Algemene instructieprincipes: maatregelen van de leerkracht om kinderen iets te leren, die in elk leerproces worden toegepast. Specifieke instructieprincipes: maatregelen van de leerkracht om kinderen iets te leren, gericht op specifieke leertaak. Werken met basiswoorden Basiswoorden: 1- lettergrepige klankzuivere woorden met km- of mkm- structuur. Werken met basiswoorden: alle letters van het basiswoord achter elkaar aanleren, of per basiswoord één letter aanleren. Analyseren en synthetiseren (Visueel of auditief) Analyseren: Basiswoorden analyseren in klanken en letters. (Visueel of auditief) Synthetiseren: Met letters en klanken een woord vormen. De visuele en auditieve discriminatie Klank- en letterpositie bepalen Concreet ondersteunen Het aanleren van klank- letterkoppeling door gebruik van materiaal of gebaren: Visueel (sprekende letterbeelden, markeren van schrijfrichting) Auditief (aandacht voor de klank en articulatie) Motorisch (meeschrijven in de lucht, overtrekken van letters, klankgebaren) Tactiel (voelen van schuurpapierletters) Het aanleren van leesstrategieën door materiaal of gebaren: Visueel (structureerstroken, markeren van leesrichting Auditief (zingend lezen handbewegingen) Leerkracht als rolmodel De leraar doet de leesstrategie voor, de kinderen doen het na. Herhalen Om effectief te leren moet de leerstof minstens 7 keer herhaald worden. Automatiseren Zonder letter voor letter te verklanken een woord kunnen lezen. Het wordt geoefend met flitskaartjes, tempolezen, clusters en spellingpatronen lezen en zingend lezen. 5.3 Uitgangspunten voor instructie bij het voortgezet technisch lezen Besteed aandacht aan het lezen van woorden, zinnen en teksten Bij het lezen van woorden leren kinderen aanpakgedrag (=aanpak bij lezen van moeilijke woorden). Bij het lezen van zinnen leren kinderen zinspatronen (=invloed van leestekens in de zin). Laat teksten goed voorbereiden Zo kunnen kinderen de tekst decoderen, begrijpen, letten op de intonatie en zich inleven in de tekst. Geef kinderen opdrachten bij het voorbereiden van de tekst. Geef ondersteuning bij het lezen Lees voor, laat kinderen meelezen of gebruik een computerprogramma. Bij het computerprogramma ‘voor- koor- door- werkvorm’ wordt horen, zien en uitspreken geoefend. Besteed ook aandacht aan begrijpend lezen Moeilijke woorden ontcijferen is technisch lezen bij begrijpend lezen. Geef instructie voor, tijdens en na het lezen van een oefentekst Voor: bespreken van moeilijke woorden of zinnen. Tijdens: verbeteren. Na: aanwijzingen geven. Werk aan leesmotivatie en leesplezier Door stimuleren, positieve feedback geven, teksten laten lezen die aansluiten bij leefwereld van kinderen. Zorg voor functionele oefensituaties Om oefenen met lezen leuk te houden kunnen leerlingen elkaar voorlezen. 5.4 Instructieprincipes bij het technisch lezen Technisch lezen is gericht op snel en efficiënt gebruik van leesstrategieën. Manieren van instructie geven zijn: De leerkracht als model Een voorbeeld geven en het waarom van dingen uitleggen. Hardop denken Kinderen inzicht geven in beslissingen die je neemt. Gerichte aanwijzingen Geef aanwijzingen voor het gebruik van leesstrategieën en de manier van voordragen. Gebruik van markeringen en tekens in de tekst Door symbolen, kleuren, markeringen. Uitspelen van teksten De kinderen lezen de tekst eerst voor zichzelf, de tekst wordt dan uitgespeeld, de expressie wordt daarna besproken en uiteindelijk wordt de tekst wordt expressief voorgelezen. Herhaald lezen Kinderen kunnen daardoor teksten boven hun niveau lezen. Er wordt gelet op het begrijpen van de tekst, daarna op het goed verklanken en de leessnelheid. 5.5 Instructiemodellen Het activerende directe instructiemodel: Terugblik Oriëntatie Uitleg Begeleide inoefening Zelfstandige verwerking Evaluatie Terug- en vooruitblik De leerkracht mag zelf weten welke instructieprincipes, materialen en oefeningen hij in zijn les gebruikt. Wel moet hij elke les de volgende deelvaardigheden gebruiken: Foneem- grafeemkoppeling (lezen en schrijven van letters) Analyseren en synthetiseren (auditief en visueel) Lezen van woorden en zinnen Schrijven van woorden en zinnen Er wordt veel gewerkt met het IGDI- model (Interactieve Gedifferentieerde Directe Instructiemodel): een uitgebreide versie van het instructiemodel. Binnen een les wordt gewerkt met verschillende instructiegroepen.