Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer

advertisement
Praktijkscan gebiedsgericht
grondwaterbeheer
In opdracht van:
Provincie Noord-Brabant
Bureau Bodem
Auteur:
Bregt Stevens
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Titelpagina
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Auteur:
Bregt Stevens
Opdrachtgever:
Provincie Noord-Brabant
Bureau Bodem
Bedrijfsbegeleider:
Peter Ramakers
Eric Kessels
Stagedocent:
Cees Bastiaansen
Definitief:
20 juli 2011 te ‘s-Hertogenbosch
Studiejaar: 2010-2011
Binnenlandse stage
Studierichting Milieukunde
Klas Mk3
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
2
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Voorwoord
In het derde jaar van de opleiding Milieukunde aan de Hogeschool HAS Den
Bosch heb ik met plezier stage gelopen van 7 februari tot en met 20 juli 2011 bij
Bureau Bodem van de provincie Noord-Brabant. Naar aanleiding van deze stage
is dit rapport tot stand gekomen.
Het rapport geeft inzicht in gebiedsgerichte aanpakken, waaruit lering getrokken
kan worden. Het is voornamelijk bestemd voor initiatiefnemers en tevens als
inspiratiebron bedoeld voor bodemkundigen die werkzaam zijn bij de overheid en
daarnaast voor anderen die te maken hebben met de milieuthema‟s water en
energie.
Ik wil graag alle geïnterviewden bedanken voor hun medewerking en hun
enthousiaste houding. Daarnaast wil ik in het bijzonder mijn stagedocent Cees
Bastiaansen en mijn bedrijfsbegeleiders Peter Ramakers en Eric Kessels
bedanken voor de goede ondersteuning en begeleiding tijdens mijn stage.
Met vriendelijke groet,
Bregt Stevens
Getekend te ‟s-Hertogenbosch op 20 juli 2011:
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
3
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Inhoudsopgave
Samenvatting
6
1. Inleiding
1.1. Aanleiding
1.2. Probleem- en doelstelling
1.3. Structuurbeschrijving
7
7
8
9
2. Historie bodemsanering
2.1. Van Lekkerkerk tot het bodemconvenant
2.2. Bodemconvenant
2.3. Uitleg gebiedsgericht grondwaterbeheer
10
10
11
15
3. Praktijkscan
3.1. Interviews
3.2. Toelichting interviews
18
18
18
4. Bevindingen praktijkscan
4.1. Procesomschrijving
4.2. Bevoegdheden en belanghebbenden
4.3. Bevindingen
4.4. Voordelen
23
23
26
28
40
5. Conclusies en aanbevelingen
5.1. Conclusie
5.2. Aanbevelingen
41
41
45
6. Nawoord
47
7. Bijlagen
7.1. Agentschap NL
7.2. Actief Bodembeheer de Kempen
7.3. Almelo
7.4. Arnhem Presikhaaf
7.5. Arnhem Presikhaaf. Adviesbureau TTE
7.6. Breukelen/Woerden (milieudienst Noordwest Utrecht)
7.7. Bureauhoofd bodem van de provincie Noord-Brabant
7.8. Eindhoven Strijp-S. Adviesbureau Arcadis
7.9. Gouda (milieudienst Midden-Holland)
7.10. Het Gooi
7.11. ‟s-Hertogenbosch
7.12. Nijmegen
7.13. Rotterdam havengebied
7.14. Rotterdam stedelijk gebied
7.15. Tilburg
7.16. Waalre
7.17. Zutphen (concept)
7.18. Zwolle. Adviesbureau TTE
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
48
54
61
65
71
75
80
84
89
96
105
108
114
120
125
134
140
145
4
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Verklarende woordenlijst
150
Afkortingen
152
Algemene literatuurlijst
153
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
5
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Samenvatting
In Nederland bevinden zich diverse grootschalige grondwaterverontreinigingen,
welke vaak zijn ontstaan door historische verontreinigingen en door te weinig
gebruik van handhavingmiddelen. Er valt vaak niet aan te duiden wie de
verantwoordelijken zijn, doordat de verontreinigingen in elkaar zijn overgelopen
en tot grote diepte zijn verspreid door toedoen van de bodemgesteldheid.
Vanwege de gevalsgerichte benadering kan de huidige Wet bodembescherming
niet worden toegepast op de hierboven besproken situatie en er dient dus een
andere aanpak te worden gehanteerd: de gebiedsgerichte aanpak.
Hoewel de gebiedsgerichte aanpak zich nog in de beleidsfase bevindt, zijn er al
initiatiefnemers die deze benadering al in de praktijk toepassen of willen
toepassen. Door interviews met deze voorlopers is er inzicht verkregen hoe de
gebiedsgerichte aanpak in de praktijk vorm krijgt. Met alle maatschappelijke
voordelen van dien.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
6
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
1. Inleiding
Hieronder worden de aanleiding, probleem- en doelstelling en
structuurbeschrijving van het rapport omschreven.
1.1. Aanleiding
De afgelopen 30 jaar heeft het bodembeleid zich vooral gericht op het saneren
van verontreinigde bodem. Deze benadering was altijd gericht op gevallen van
verontreinigingen en werden per geval gesaneerd. De benadering is niet toe te
passen bij grootschalige verontreinigingen, waar diverse
grondwaterverontreinigingen in elkaar zijn overgelopen. Deze situatie kan niet op
de gevalsgerichte benadering worden gesaneerd, vanwege financiële, juridische
en organisatorische aspecten. Daarnaast worden diverse negatieve effecten
ondervonden door de aanwezigheid van de grootschalige
grondwaterverontreiniging, zoals het stagneren van stedelijke ontwikkelingen en
het bedreigen van kwetsbare objecten (bijv. een drinkwatervoorziening). In
Nederland bevinden zich meerdere grootschalige grondwaterverontreinigingen
die via de gebiedsgerichte aanpak benaderd dienen te worden. Doordat er in
Nederland langdurig tegen deze situaties is aangelopen, is er in 2009 het
Convenant Bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties gemaakt. In het
Convenant werd ondermeer beschreven hoe er met grootschalige
grondwaterverontreinigingen omgegaan kan worden; gebiedsgericht
grondwaterbeheer. In 2015 moet er zelfs een volwaardige oplossing worden
gevonden voor de aanpak en beheersing van grootschalige
grondwaterverontreinigingen. Hierdoor dienen overheden het beleid te
implementeren. Daarnaast zal er steeds minder financiële middelen ter
beschikking worden gesteld door het Rijk. Er dient meer met minder gedaan te
worden.
Afb.1. Bodembeheer is een integraal onderdeel van milieubeleid
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
7
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Bij het bureau bodem van de provincie Noord-Brabant wil men deze benadering
in de praktijk implementeren, mede omdat vanuit de „Agenda van Brabant‟
geformuleerd wordt dat de provincie Noord-Brabant als gebiedsautoriteit partijen
met elkaar verbindt om ruimtelijke en economische condities te scheppen. Hierin
kan gebiedsgericht grondwaterbeheer namelijk een positieve bijdrage leveren.
Het belang van dit rapport is dus het bevorderen en stimuleren van de
gebiedsgerichte aanpak voor bureau bodem en dat het vervolgens breed wordt
uitgedragen binnen de provincie Noord-Brabant. Het is de bedoeling dat bureau
bodem het initiatief gaat nemen, waaronder meer accountmanagers een actieve
bijdrage gaan leveren om de aanpak in de praktijk toe te passen bij niet bevoegd
gezag Wbb gemeenten in Noord-Brabant.
1.2. Probleem- en doelstelling
Het doel van dit rapport is inzicht te krijgen op de gebiedsgerichte aanpak. Dit
wordt door middel van de volgende hoofdvraag gerealiseerd:
 beschrijf het proces om te komen tot een gebiedsgerichte aanpak.
Daarnaast zijn er de volgende deelvragen:
 noem zoveel mogelijk redenen waarom voor een gebiedsgerichte aanpak
gekozen wordt; en
 maak een omgevingsanalyse waar ieder beleidsveld zichzelf in kan
herkennen en de voordelen van een gebiedsgerichte aanpak kan inzien; en
 breng de belanghebbenden en de bevoegdheden in kaart; en
 schets de randvoorwaarden om tot gebiedsgericht grondwaterbeheer te
komen.
Om antwoord te krijgen op de hoofdvraag en deelvragen is er eerst theoretische
kennis op gedaan over het onderwerp. Vervolgens zijn er 18 interviews
gehouden met initiatiefnemers en belanghebbenden die gebiedsgericht
grondwaterbeheer toepassen in de praktijk. De initiatiefnemers zijn bevoegd
gezag- en niet bevoegd gezag gemeenten Wet bodembescherming, provincies en
adviesbureaus. Deze initiatiefnemers zijn de voorlopers van gebiedsgericht
grondwaterbeheer, omdat dit een nieuwe aanpak is.
Doel is dus om inzicht te krijgen hoe gebiedsgericht grondwaterbeheer wordt
vormgegeven in de praktijk om hier vervolgens lering uit te trekken.
Het document is tevens bedoeld voor andere beleidsvelden die ook integraal
willen werken en samen met andere partners naar een integrale oplossing
zoeken. Dit geldt zowel voor intern bij de provincie Noord-Brabant als voor
andere instanties, zoals gemeenten, waterschappen, drinkwaterbedrijven en zelfs
bedrijven. De bedoeling is dat het bodemwerkveld wordt verbreed en vanaf de
grond wordt opgebouwd. Het niet meer als een last wordt gezien, maar als een
prettige partner die verstand van zaken heeft om mee samen te werken en een
brede blik heeft op de ondergrond.
Dit rapport is niet het enige product wat te maken heeft met gebiedsgericht
grondwaterbeheer bij de provincie Noord-Brabant. Bij bureau bodem zijn diverse
transitieprojecten geformuleerd om het werkveld te verbreden. Hieronder valt
ook het transitieproject gebiedsgericht grondwaterbeheer, waar samen gewerkt
wordt met andere beleidsvelden. Daarnaast is er een SKB voorstel ingediend om
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
8
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
bestuurlijk draagvlak te kunnen creëren voor dit onderwerp. Ook lopen er vijf
pilotprojecten in de provincie Noord-Brabant die gebiedsgericht benaderd
worden. Er is in dit rapport niet ingegaan op vakinhoudelijke aspecten,
archeologie en bodemfauna en verdere samenwerking binnen de provincie
Noord-Brabant.
1.3. Structuurbeschrijving
Om de hoofdvraag te beantwoorden, wordt er in hoofdstuk 2 de geschiedenis
beschreven tot het tot stand komen van de gebiedsgerichte aanpak. De
zogenaamde praktijkscan wordt in hoofdstuk 3 beschreven. In hoofdstuk 4
worden de randvoorwaarden geschetst voor een gebiedsgerichte aanpak en in
hoofdstuk 5 worden de conclusies beschreven. Het rapport wordt afgerond met
een nawoord in hoofdstuk 6. In de bijlagen zijn alle uitgewerkte interviews te
lezen, waarin ondermeer de reden, het proces en belanghebbenden worden
toegelicht.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
9
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
2. Historie bodemsanering
In dit hoofdstuk wordt uitgebreid ingegaan op het tot stand komen van het
bodemconvenant, waarvan gebiedsgericht grondwaterbeheer een onderdeel is.
2.1. Van Lekkerkerk tot het bodemconvenant
Het bodembeleid in Nederland ontstond in 1980 doordat een woonwijk in
Lekkerkerk, provincie Zuid-Holland, gebouwd was op een chemische stortplaats.
De bezorgdheid over de gezondheid was groot van zowel de burgers als het Rijk.
In 1982 werd er door het Ministerie van VROM (nu het Ministerie van IenM) een
inventarisatie gehouden, genaamd „Ginjaar inventarisatie‟. Hieruit bleek dat er
4.200 verdachte locaties in Nederland waren, waarvan er 360 volledig gesaneerd
dienden te worden. Hierdoor kwam er in 1983 de eerste wetgeving van de
bodemkwaliteit, genaamd de interim Wet bodemsanering. Het doel was om de
verontreinigingen zo snel mogelijk multifunctioneel (= volledig) te saneren en
daardoor kregen de provincies de bevoegdheid en de verantwoordelijkheid
hierover.
In 1987 wordt de Wet bodembescherming in het leven geroepen. Alle
bodemverontreinigingen die na 1 januari 1987 werden veroorzaakt dienden
volledig weggehaald te worden door de veroorzaker. Tevens werd er een
tienjaren-scenario gemaakt met daarin alle 110.000 verdachte locaties in
Nederland van gasfabrieken, stortlocaties en waterbodems verwerkt. De jaren
nadat de Wet bodembescherming gevormd was, zijn er nog meerdere
inventarisaties gehouden, waaruit bleek dat er nog meer gevallen van
bodemverontreiniging en verdachte locaties waren. Doordat er nu niet duizenden
-zoals verwacht- maar honderdduizenden plekken verontreinigd waren, vond de
Rijksoverheid multifunctioneel saneren wel erg duur worden. Gevolg hiervan was
uitstel van aanpak, waardoor niet alle verontreinigingen meer aangepakt werden.
Eind jaren 90 werd de bodem niet meer multifunctioneel gesaneerd, maar
functiegericht. Dit houdt in dat de kwaliteit van de grond na de sanering
afgestemd moest worden op de functie die de bovengrond ging krijgen, zoals
wonen, werken, industrie of natuur. De bodem moest dus gesaneerd worden tot
het geen gevaar meer opleverde voor de desbetreffende functie.
In 2003 werd de Beleidsbrief Bodem geschreven door de Rijksoverheid, waarin
vermeld stond dat de ondergrond bewuster en duurzamer gebruikt diende te
worden. De regelgeving van de Wet Bodembescherming werd hierdoor meer
uniform en eenvoudiger.
De Wet bodembescherming werd in 2006 voor het eerst rigoureus veranderd; de
procedures werden aangepast en de handhaving werd strenger en beter
geregeld. Tevens werd, aan de hand van de bepaling van het risico voor mens,
dier en milieu en de omvang van de bodemverontreiniging, het
saneringscriterium veranderd van urgent naar spoedeisend. Er diende
meebewogen te worden waar het kon en geschikt te worden gemaakt waar het
moest.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
10
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Het reduceren van de kosten en het beter en doelgerichter saneren van de
verontreinigingen, zijn dus de voornaamste redenen waarom het bodembeleid in
de loop der jaren steeds specifieker geworden is en meer toegespitst op de
locatieproblematiek en de stedelijke ontwikkeling. In de afgelopen 30 jaar is de
aanpak van saneren meer naar beheren gegaan, van sectoraal naar integraal,
van locatie naar gebied en wordt er meer proactief gehandeld. Toch dient er nu
anders met de bodem en verontreinigde grond omgegaan te worden, omdat
vanuit de Rijksoverheid er steeds minder financiële middelen beschikbaar zullen
komen. Tevens heeft de Wet bodembescherming nog geen oplossing gevonden
als er meerdere grondwaterverontreinigingen in elkaar overlopen. Om
oplossingen te vinden voor dit probleem is het convenant
bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties (ook wel bekend als het
bodemconvenant) ontstaan, welke in de volgende paragraaf wordt belicht.
2.2. Bodemconvenant
Het bodemconvenant is door alle belanghebbende partijen, het ministerie van
VROM (nu het Ministerie van IenM), Interprovinciaal Overleg (IPO), Vereniging
van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de Unie van Waterschappen (UVW),
ondertekend in 2009. Het bodemconvenant is een beleidsdocument met drie
pijlers om het bodemwerkveld zowel te verdiepen als te verbreden; het
aanpakken van spoedlocaties, duurzaam gebruik van de ondergrond en
gebiedsgericht grondwaterbeheer.
Het overzicht van het bodemconvenant is te zien in afbeelding 2.
Afb.2. Overzicht bodemconvenant. Concept uitvoeringsprogramma
bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties, 2009.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
11
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Om het bodemconvenant te realiseren, zijn er vijf doelstellingen geformuleerd:
1. “Het verwerven van kennis over de risico‟s van het gebruik van de
ondergrond; en
2. Het benutten van de kansen van de ondergrond (voor bijvoorbeeld
ondergronds bouwen, bodemenergie, CO2- en gasopslag) en het
verschaffen van instrumenten hiervoor, met behoud van kwaliteit; en
3. Het optimaliseren van samenhang en afstemming tussen de
verschillende beleidsdoelen (energie, water, biodiversiteit, bodem, en
ruimtelijke ontwikkeling) ten einde de meest efficiënte benadering te
bereiken; en
4. Het maken van afspraken over de aanpak van spoedlocaties; en
5. Het waar nodig aanpassen van de bestuurlijke taakverdeling
toegesneden op een optimale uitvoering van taken en bevoegdheden.”
[1]
In 2015 dient het bodemconvenant geïmplementeerd te zijn, waardoor de drie
thema‟s operationeel zijn in het beleid en in de wetgeving.
[1] http://www.agentschapnl.nl/onderwerp/inhoud-convenant
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
12
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Aanpak spoedlocaties
In 2015 dienen alle spoedlocaties in Nederland (op basis van humane risico‟s,
ecologische risico‟s en verspreidingsrisico‟s) gesaneerd en/of beheerst te worden.
De humane spoedlocaties hebben voorrang op de ecologische spoedlocaties en
de verspreidingsrisico‟s. Eind 2011 zal er gekeken worden hoe ver de
inventarisatie is, waaruit zal blijken welke locaties voorrang hebben en welke
maatregelen er genomen moeten worden.
Gebiedsgericht grondwaterbeheer
De gevalsgerichte aanpak volstaat in veel gevallen niet meer, dus is er in het
bodemconvenant beschreven hoe hier mee omgegaan moet worden door middel
van een nieuwe aanpak: de gebiedsgerichte aanpak.
Dit rapport is toegespitst op dit thema van het bodemconvenant, daarom wordt
het nog verder toegelicht in paragraaf 2.3.
Afb.3. Figuurlijke en letterlijke verbreding en verdieping van het bodemwerkveld. SKB.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
13
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Duurzaam gebruik van de ondergrond
Door goede afwegingen te maken over hoe de ondergrond te ordenen dient te
worden en over de (toekomstige) functie van de bodem, wordt er duurzaam
gebruik gemaakt van de ondergrond. Het behoud van de functie van de grond is
dus belangrijk, omdat én elke functie van de grond volledig benut dient te
worden én omdat verschillende vormen van gebruik van de ondergrond niet voor
een verstoring mogen leiden van bodem- en watersystemen. Tevens wordt er
een duidelijke koppeling geformuleerd tussen de boven- en ondergrond,
waardoor er een betere afstemming gerealiseerd wordt.
Dit allen dient lokaal opgepakt te worden door gemeenten en waterschappen.
Afb.4. Ondergrondkwaliteiten en -systemen. Ruimtexmilieu.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
14
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
2.3. Uitleg gebiedsgericht grondwaterbeheer
“Grootschalige grondwaterverontreiniging: meerdere gevallen van
grondwaterverontreiniging, ontstaan vóór 1987, die zo omvangrijk en complex
zijn dat een kostenefficiënte sanering met de gevalsgerichte aanpak of de
clusteraanpak van de Wet bodembescherming niet goed uitvoerbaar is.” [2]
Zoals het fragment uit het Convenant Bodemontwikkelingsbeleid en aanpak
spoedlocaties hierboven al belicht, voldoet de gevalsgericht benadering bij
grootschalige grondwaterverontreinigingen niet. De gebiedsgerichte aanpak
wordt de nieuwe aanpak. De nadruk bij deze aanpak wordt gelegd op het
verwijderen van bronverontreinigingen en het toestaan van verspreiden van
grondwaterverontreinigingen in een begrensd gebied. Het saneren van bronnen
wordt gestimuleerd door het afkopen van de grondwaterverontreiniging, ook wel
pluimverontreiniging genoemd, als de mogelijke risico‟s voldoende inzichtelijk
zijn gemaakt. Bij het afkopen wordt de saneringsplichtige gevrijwaard van de
grondwaterverontreiniging en de verantwoordelijkheid valt dan in de handen van
de gebiedsbeheerder (een overheidsinstantie, welke niet bevoegd gezag Wbb
hoeft te zijn). Tevens moet de saneringsplichtige in een afgesproken tijdsbestek
de bronverontreiniging, waar veruit de meeste verontreiniging zich bevindt,
aanpakken. De gebiedsbeheerder zal de verontreinigingen niet gaan saneren,
maar gaan beheren en beheersen. De gebiedsbeheerder is een aanspraakpunt
die integrale afwegingen kan maken. De samenwerking bij afkoop vindt plaats op
basis van vrijwilligheid. Als er niet samengewerkt wordt, dient er volgens de
huidige Wbb gesaneerd te worden.
De financiële bijdrage verkregen uit het afkopen, wordt gebruikt ten behoeve van
het geformuleerde beheersgebied. Door middel van het plaatsen van monitoren
aan de gebiedsgrenzen kunnen er (voorzorgs)maatregelen getroffen worden als
de verontreiniging over de gebiedsgrenzen komt. Dit wordt gedaan om
kwetsbare objecten te beschermen, ondermeer drinkwatervoorzieningen,
agrarische gronden en kwelgebieden. De gebiedsgrenzen worden niet enkel
gebruikt om de grenzen te monitoren, maar ook om grondwaterverontreinigingen
te verplaatsen. Hierdoor kunnen (geplande) stedelijke ontwikkelingen eventueel
toch plaatsvinden en worden er maatschappelijke en economische voordelen
gecreëerd. Deze aanpak wordt samen met belanghebbenden uitgevoerd.
Gebiedsgericht grondwaterbeheer is een nieuwe aanpak die nog in de
beleidsvoorbereidende fase bevindt. De circulaire wet- en regelgeving die deze
aanpak meer mogelijk zal maken en stimuleren, is nog niet goedgekeurd door de
Rijksoverheid.
[2] Convenant Bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties. VROM, IPO,
VNG en UVW, 2009
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
15
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.5. Principeschets gebiedsgerichte aanpak binnenstedelijk gebied. Soilpedia
Afbeelding 6 laat zien wat het verschil is tussen de gevalsgerichte aanpak en de
gebiedsgerichte aanpak. Tevens laat deze afbeelding het verschil zien tussen de
hierboven genoemde aanpakken en de clusteraanpak; een aanpak waar
meerdere bron- en pluimverontreinigingen tegelijkertijd worden aangepakt. Doch
wordt deze methode bijna niet in de praktijk gebruikt, omdat deze in niet veel
gevallen toegepast kan worden en de kosten té hoog zijn.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
16
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.6. Overzicht verschillende aanpakken. Soilpedia.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
17
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
3. Praktijkscan
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd waar de nadruk tijdens het interviewen op
gelegd is en worden de interviews kort toegelicht.
3.1. Interviews
Om antwoord te kunnen geven op de hoofdvraag “beschrijf het proces om te
komen tot een gebiedsgerichte aanpak” zijn er 18 interviews gehouden met
initiatiefnemers en adviesbureaus die een gebiedsgerichte aanpak in de praktijk
willen toepassen of al toepassen. De interviews zijn voornamelijk gehouden met
initiatiefnemers (13 interviews), welke afkomstig zijn van gemeenten (bevoegd
gezag Wbb en niet bevoegd gezag Wbb) en provincies en daarnaast zijn er 3
adviesbureaus benaderd. Tevens is er met het bureauhoofd van bureau bodem
van de provincie Noord-Brabant en met de projectleider en projectsecretaris van
het uitvoeringsprogramma „Bodemconvenant‟ gesproken over hun kennis en
inzicht over de gebiedsgerichte aanpak.
De 18 interviews zijn terug te vinden in hoofdstuk 8, bijlagen.
Tijdens de interviews zijn telkens de volgende vijf aspecten aanbod gekomen:
1. gebiedsomschrijving, initiatiefnemer en belanghebbenden; en
2. proces (beleid, planvorming en realisatie); en
3. succesfactoren en aandachtspunten; en
4. persoonlijke ervaring; en
5. perspectief.
De punten 1 tot en met 3 hebben een algemeen karakter en gaan over de gehele
aanpak, terwijl de punten 4 en 5 een persoonlijke invulling geven.
Er is bij de verwerking van de meeste interviews aanvullende informatie uit
rapporten gebruikt ter illustratie van de gebiedsgerichte aanpak. Die gebruikte
bronnen zijn terug te vinden onder het desbetreffende interview. Tevens is de
inhoud van het verwerkte interview goedgekeurd door de geïnterviewde(n).
De uitgewerkte interviews zijn een momentopname en zouden in de
tussentijd veranderd kunnen zijn qua inhoud.
3.2. Toelichting interviews
De interviews zijn hieronder op alfabetische volgorde in het kort toegelicht.
Tevens is er aangegeven in welke fase (beleid, plan of realisatie) het initiatief
zich bevindt.
De uitgewerkte interviews zijn terug te lezen in hoofdstuk 8, bijlagen.
1. Agentschap NL te Utrecht:
Het uitvoeringsprogramma „Bodemconvenant‟ is gevormd naar aanleiding
van het ondertekende Convenant Bodemontwikkelingsbeleid en aanpak
spoedlocaties in 2009 en valt onder het Agentschap NL. Het
uitvoeringsprogramma stippelt het landelijke beleid uit en heeft diverse
producten gemaakt om inzicht te krijgen en het beter uitvoeren van
gebiedsgericht grondwaterbeheer.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
18
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
2. Actief Beheer de Kempen te regio Zuidoost-Brabant:
Door grootschalige toepassing van zinkassen, afkomstig van een
zinkfabriek, voor wegen, tuinen en watergangen was Zuidoost-Brabant
verontreinigd. Er werden eerst zoveel mogelijk bronverontreinigingen
aangepakt, waardoor de meeste verontreinigingen verwijderd zijn.
Daarnaast staat de gebiedsgerichte aanpak gepland voor het gebied.
Het project bevindt zich in de plan- en realisatiefase.
3. Gemeente Almelo:
Door historische verontreinigingen afkomstig van de textielindustrie, zijn
er grootschalige grondwaterverontreinigingen ontstaan in de binnenstad
en op industrieterreinen. Deze verontreinigingen zijn tot grote diepte in
elkaar overgelopen. Gemeente Almelo heeft een drietal pilotprojecten
geformuleerd om de verontreinigingen gebiedsgericht te benaderen. De
nadruk wordt gelegd op het afkopen van bronnen en het toepassen van
WKO-systemen.
Het project bevindt zich in de beleids- en planfase.
4. Gemeente Arnhem (Presikhaaf):
Door een hoge grondwaterstand zijn er bronbemalingen nodig om
rioleringen aan te kunnen leggen. Het aanleggen van de rioleringen wordt
belemmerd door de aanwezigheid van drie pluimverontreinigingen in het
desbetreffende gebied. Door de nadruk te leggen op het verwijderen van
de verontreiniging in plaats van het toepassen van
(voorzorgs)maatregelen bieden zowel de grondwaterverontreiniging als
het bemalen voordeel.
Dit project bevindt zich in de realisatiefase.
5. Adviesbureau TTE te Deventer (Arnhem Presikhaaf):
Zie omschrijving „Gemeente Arnhem (Presikhaaf)‟.
6. Milieudienst Noordwest Utrecht te Breukelen (Woerden):
Het college van B&W van de gemeente Woerden wil graag gebruik maken
van bodemenergie bij stedelijke ontwikkelingen in de spoorzone. Enkele
ontwikkelingen hiervan zijn in uitvoering. Een gedeelte van de (geplande)
warmte- en koudeopslag bevindt zich in een grondwaterverontreiniging.
Door een WKO-systeem netto te laten onttrekken in combinatie met
deepwells wordt de grondwaterverontreiniging beheerst.
Dit project bevindt zich in de plan- en realisatiefase.
7. Bureauhoofd bodem van de provincie Noord-Brabant:
Bureau bodem zou graag in de toekomst gebruik willen maken van de
gebiedsgerichte aanpak en heeft hier al enkele handelingen en
onderzoeken naar verricht.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
19
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
8. Adviesbureau Arcadis te ‟s-Hertogenbosch (Eindhoven Strijp-S):
Door historische activiteiten van Philips is er een grond- en
grondwaterverontreiniging ontstaan, bevindende op het gedeelte Strijp-S
van het bedrijventerrein. De verontreiniging is gevalsgericht te saneren,
doch wordt er voor gekozen om de bronverontreiniging aan de pakken en
de pluim te beheersen door middel van een WKO. Het systeem dat
toegepast wordt, is geïnitieerd door Philips, heet „Sanergy‟ en is door het
adviesbureau Arcadis ontworpen.
Het project bevindt zich in de realisatiefase.
9. Milieudienst Midden-Holland te Gouda:
Vanuit het College van B&W zijn er klimaatdoelstellingen geformuleerd. Bij
de herinrichting en ontwikkeling van het industrieterrein Goudse Poort
blijkt vanuit een energievisie dat het gebruik van WKO-systemen de meest
rendabele duurzame energietechniek is. Om de bodemenergie optimaal te
kunnen benutten, wordt er een Masterplan WKO gemaakt waarin de
ondergrondse ordening wordt vastgelegd.
Het project bevindt zich in de planfase.
10.Provincie Noord-Holland te Haarlem („t Gooi):
Er zijn diverse door toedoen van infiltratie tot grote diepte in elkaar
overgelopen verontreinigingen ontstaan door industriële activiteiten in het
verleden. De verontreinigingen zijn niet meer gevalsgericht te saneren,
vanwege juridische en financiële aspecten. De provincie Noord-Holland
neemt samen met zeven gemeenten, waterschap, drinkwaterbedrijven en
het ministerie van IenM het initiatief. De samenwerking is vastgelegd in
het „Convenant gebiedsgericht grondwaterbeheer „t Gooi‟. Ook is er een
gebiedsbeheerplan gemaakt om meer inzicht te krijgen in de situatie en
mogelijke oplossingen te kunnen schetsen.
Dit project bevindt zich in de planfase.
11.Gemeente ‟s-Hertogenbosch:
De gemeente ‟s-Hertogenbosch wil in 2040 klimaatneutraal zijn, waardoor
er meer WKO-systemen toegepast gaan worden. Ook wordt er gekeken of
industriële onttrekkingen beschermd dienen te worden, vanwege
grootschalige verontreinigen. Deze onderwerpen worden integraal
benaderd en dienen meer op de ruimtelijke agenda te komen om de
genoemde onderwerpen te kunnen verbeteren.
Het project bevindt zich in de planfase.
12.Gemeente Nijmegen:
Om grootschalige grondwaterverontreinigingen aan te pakken, wordt er bij
de Gemeente Nijmegen gekeken naar het ondergrondse ruimtegebruik. Dit
is in twee verschillende documenten beschreven, namelijk „Ruimtelijke
kader ondergrond‟ en „Ruimtelijke kader water‟. Er wordt gekeken naar
combinatiemogelijkheden in de ondergrond, het toepassen van WKO-
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
20
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
systemen en het voorkomen van stedelijke stagnatie. De beide
documenten maken (gedeeltelijk) onderdeel uit van de structuurvisie.
Het project bevindt zich in de beleidsfase.
13.Gemeente Rotterdam (havengebied):
In de Rotterdamse haven zijn veel verontreinigingen in elkaar
overgelopen, welke divers van aard zijn. Door het beschrijven van een
aanpak en samen te werken met belanghebbenden wordt er gekeken naar
een gebiedsgerichte oplossing. Voor de haven wordt gewerkt aan de
eerste fase van het pilotproject voor de Botlek (deelgebied in de
Rotterdamse haven). De nadruk zal gelegd worden op het afkoppelen van
bron en pluim en het beschermen van kwetsbare objecten.
Het project bevindt zich in de planfase.
14.Gemeente Rotterdam (stedelijk gebied):
Het aanscherpen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) heeft ervoor gezorgd
dat de gemeente Rotterdam de grondwaterkwaliteit en –kwantiteit zo
inzichtelijk mogelijk wilde hebben, net als de grondwateroverlast en –
onderlast en benutting van het grondwater. Deze belangen zullen
bovensectoraal beoordeeld worden.
Het project bevindt zich in de beleidsfase.
15.Gemeente Tilburg:
De door de textielindustrie historische verontreinigingen in combinatie met
goed doorlatende grond zijn de oorzaken waardoor de verontreinigingen in
de gemeente Tilburg in elkaar zijn overgelopen. Door samen met andere
belanghebbenden kennis te hebben opgedaan over gebiedsgericht
grondwaterbeheer, is er een handelingskader gemaakt, waarbij de gehele
stad wordt behandeld in het plangebied.
Het project bevindt zich in de planfase.
16.Provincie Noord-Brabant te ‟s-Hertogenbosch (Waalre):
Verschillende grondwaterverontreinigingen afkomstig uit Aalst bedreigen
een drinkwatervoorziening in het zuiden van Eindhoven. Als dit gebeurt,
zal er wateroverlast plaatsvinden in het zuiden van Eindhoven. Met de
financiële bijdrage verkregen uit het afkopen dient er een interceptieput
aan te worden leggen, waardoor de verontreinigingen de
drinkwatervoorziening niet meer zullen bedreigen.
Dit project bevindt zich in de planfase.
17.Gemeente Zutphen:
Er zijn ambitieuze klimaatdoelstellingen geformuleerd vanuit het college
van B&W te Zutphen. Bij geplande stedelijke (her)ontwikkelingen op het
bedrijventerrein „de Mars‟ is gebleken vanuit het energiebeleidsplan en
kansenkaart energieopslag, dat meerdere open WKO-systemen goed te
gebruiken zijn voor het gebied. Om hiervan optimaal gebruik te maken,
wordt er een masterplan energieopslag gemaakt. Tevens bevindt zich in
het gebied een verontreiniging, waarvoor nog een gepaste oplossing voor
gevonden moet worden.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
21
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Het project bevindt zich in de planfase.
18.Adviesbureau TTE te Deventer (Zwolle):
Voor het centrum in Zwolle is een gebiedsbeheerplan gemaakt, welke
moet gaan zorgen voor het concretiseren van de visie op de ondergrond.
De drijfveer om aan de slag te gaan met het gebiedsbeheerplan is
voornamelijk om de knelpunten, zoals ondermeer de stagnatie van
ruimtelijke ontwikkelingen en beperkingen voor de toepassing van WKO,
weg te nemen of te beperken als gevolg van de aanwezigheid van
grondwaterverontreinigingen.
Het project bevindt zich in de planfase.
Fijne nuances blijven in een korte samenvatting achterwege.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
22
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
4. Bevindingen praktijkscan
In dit hoofdstuk worden het proces van gebiedsgericht grondwaterbeheer
beschreven, de bevoegdheden en belanghebbenden in kaart gebracht, de
bevindingen opgesomd en de voordelen geschetst.
4.1. Procesomschrijving
De initiatieven zijn door verschillende redenen gestart. Er is echter duidelijk te
zien dat de meeste initiatieven genomen werden vanuit het beleidsveld bodem.
Deze ondervindt bij grootschalige grondwaterverontreinigingen problemen,
omdat er niet volgens de huidige Wbb gesaneerd kan worden door de
saneringsplichtige(n). Ook vanuit het beleidsveld energie worden de initiatieven
gestart, als er gebruik gemaakt kan worden van één of meerdere WKOsystemen, waar de nadruk ligt op de klimaatdoelstellingen. WKO-systemen
dragen zorg voor CO2-reductie en het voldoen aan de gestelde
klimaatdoelstellingen van de verontreinigde gebieden. Daarnaast is er de
mogelijkheid om met de gebiedsgerichte aanpak te willen werken, als
gevalsgericht op te lossen verontreinigingen gecombineerd kunnen worden met
de gebiedsgerichte aanpak, waardoor de verontreiniging beheerst wordt en
financiële voordelen behaald worden. Het wordt dan dus gebruikt als een middel
om integrale afwegingen te maken die gelden voor niet omvangrijke
verontreinigingen.
De initiatieven zijn zowel vanuit de ambtelijke organisatie uitgedragen als vanuit
het bestuur. Als het initiatief om gebiedsgericht grondwaterbeheer toe te passen
van het bestuur afkomstig was, kwam dit meestal vanwege de
klimaatdoelstellingen (beleidsveld energie) en de ambtelijke initiatieven kwamen
voor het merendeel vanuit het beleidsveld bodem. Ongeveer de helft van de
projecten is gericht om meer inzicht te krijgen in de gebiedsgerichte aanpak met
de bijbehorende ondergrondse thema‟s.
Het is belangrijk om het proces te bevorderen door een projectorganisatie op te
zetten met een plan van aanpak met daarin alle afspraken die onderling
genomen zijn. In het plan van aanpak moet tevens gelet worden op de
verantwoordelijkheden, aanpak, financiën, werkwijze, tijdsduur en dergelijke. Dit
is erg belangrijk bij gebiedsgericht grondwaterbeheer vanwege de complexiteit.
Het opstellen van een goede projectorganisatie waar gezamenlijk projectmatig te
werk wordt gegaan, is dus essentieel.
Van de behandelende projecten bevinden zich velen nog in de beleid-/planfase.
Om het gehele proces nader toe te lichten, worden er hieronder enkele
schematische overzichten getoond.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
23
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.7. Een procesverloop van gebiedsgericht grondwaterbeheer.
Soilpedia.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
24
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.8. Proces gebiedsgericht grondwaterbeheer.
Handelingskader gebiedsgericht grondwaterbeheer. Op basis van de ervaringen in
Tilburg, 2010.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
25
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
4.2. Bevoegdheden en belanghebbenden
De initiatieven kunnen alleen door gemeente(n), provincie(s), waterschap(pen)
en drinkwaterbedrijf(/ven) gestart worden. De gebiedsgerichte aanpak heeft een
integraal karakter, waar gezocht wordt naar win-winsituaties. Hierdoor heeft een
initiatiefnemer altijd te maken met andere beleidsvelden en met
belanghebbenden. Het beleidsveld bodem is het meest aanwezig bij deze
aanpak, maar er wordt ook veel samengewerkt met de beleidsvelden water en
energie. Deze dienen in sommige situaties nadrukkelijk gekoppeld te worden aan
het beleidsveld ruimtelijke ordening. Afhankelijk van de omvang van de
grondwaterverontreinigingen en de geplande activiteiten vindt er dus een
verspreiding van beleidsvelden en belanghebbenden plaats. In afbeelding 9 zijn
de meest voorkomende partijen te zien met bijbehorende verantwoordelijkheden
en bevoegdheden die betrokken zijn bij een gebiedsgerichte aanpak.
Afb.9. Verschillende partijen bij gebiedsgericht grondwaterbeheer.
In afbeelding 9 wordt duidelijk dat de bevoegdheid Wbb zowel terug te vinden is
bij de provincie als bij de gemeente. Bij gemeenten die niet bevoegd gezag Wbb
zijn, ligt de bevoegdheid bij de desbetreffende provincie. In hoofdstuk 7,
bijlagen, is te zien of de geïnterviewde initiatiefnemende gemeente bevoegd
gezag Wbb is; was dit niet het geval, dan staat er beschreven welke acties er
ondernomen worden om tot de juiste afstemming te komen tussen de provincie
en de gemeente. Tevens staat er in afbeelding 9 onder het kopje „Europa‟ KRW
en GWR, welke respectievelijk staan voor Kaderrichtlijn Water en
Grondwaterrichtlijn. Dit zijn Europese wetgevingen met betrekking tot de
grondwaterkwaliteit en zijn van toepassing bij grootschalige
(grondwater)verontreinigingen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
26
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
In afbeelding 10 worden de verschillende belanghebbenden aangekaart met hun
bijbehorende rollen tijdens het proces van een gebiedsgerichte aanpak. De
belanghebbenden betrekken elkaar bij het proces, maar de daadkracht van de
belanghebbenden verschilt per initiatief. De daadkracht is het grootst als zij
wettelijke verplichtingen hebben, waardoor ze actiever zullen zijn en handelen.
Afb.10. Fases en aspecten van gebiedsgericht grondwatebeheer.
Ruimtexmilieu.
Niet alle belanghebbenden en bevoegdheden zijn van toepassing bij iedere
gebiedsgerichte aanpak.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
27
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
4.3. Bevindingen
Om tot een goede aanpak te komen en om de gestelde doelen te realiseren,
dient er op sommige aspecten meer gelet te worden om het welslagen te
vergroten. De initiatieven verschillen, waardoor de bevindingen dus niet op
iedere gebiedsgerichte aanpak toegepast kunnen worden. Vanuit de
uiteenlopende gehouden interviews zijn er verschillende aandachtspunten
bevonden en deze zijn met uitleg zoveel mogelijk op een chronologische manier
beschreven, zodat er als het ware een proces doorlopen wordt.
Geen doel, maar een middel
Gebiedsgericht grondwaterbeheer dient alleen toegepast te worden als het nodig
is. Er dient één of het liefst meerdere aanwijsbare problemen te zijn, waar
bepaalde noodzaak voor is om te verbeteren. Dit is voornamelijk het geval bij
grootschalige grondwaterverontreinigingen die in elkaar zijn overgelopen. Deze
situatie is ondermeer in de gemeente Almelo (bijlage 7.3), ‟t Gooi (bijlage 7.10),
Rotterdam havengebied (bijlage 7.13) en gemeente Tilburg (bijlage 7.15) terug
te vinden. Daarnaast is er ook noodzaak als er stedelijke stagnatie wordt
ondervonden en als kwetsbare objecten bedreigd worden. Ook wordt de
gebiedsgerichte aanpak toegepast bij verontreinigingssituaties die gevalsgericht
te saneren zijn. Voorbeelden hiervan zijn die in gemeente Woerden (bijlage 7.6
Breukelen) en Eindhoven Strijp-s (bijlage 7.8).
Voor het slagen van een gebiedsgerichte aanpak is het belangrijk dat er
verschillende redenen zijn om de aanpak toe te kunnen passen in de praktijk.
Sectorale gedachtes
Uit de interviews is gebleken dat de initiatiefnemers hebben ondervonden dat er
door anderen wordt gevonden dat wat verontreinigd is schoon gemaakt dient te
worden en dat de vervuiler/saneringsplichtige hiervoor moet betalen. Deze
sectorale benadering is vanuit het verleden begrijpelijk. Echter is de situatie er
niet altijd naar om zo te blijven denken en te handelen in verband met
grondwaterverontreinigingen die in elkaar zijn overgelopen. Om de
gebiedsgerichte aanpak te bevorderen en eventueel toe te passen, dient er een
mentaliteitsverandering plaats te vinden. Naast het overtuigen van collega‟s
en/of belanghebbenden is het voor de initiatiefnemer belangrijk om andere
beleidsvelden bewust te maken dat zij niet hoeven te schrikken -wat nu wel het
geval is- als er sprake is van bodemverontreinigingen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
28
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Nieuwe aanpak
Doordat gebiedsgericht grondwaterbeheer een nieuwe aanpak is, zullen(/hebben)
de voorlopers alle (on)mogelijkheden moeten gaan ondervinden. En hoewel de
aanpak dus nog in de beginfase staat, is niet iedereen tevreden over deze
aanpak; er wordt soms sceptisch gereageerd door belanghebbende overheden.
De gedachte dat het toegestaan is om grondwaterverontreinigingen te
verspreiden, wringt namelijk met de sectorale en gevalsgerichte benadering
vanuit het beleidsveld bodem. Daarnaast wordt er niet altijd genoeglijk
gereageerd dat grondwaterverontreinigingen door de overheid (ofwel de
gebiedsbeheerder) over worden genomen. Voor de initiatiefnemer is het dus
belangrijk om te kunnen realiseren dat er andere betrokkenen zijn en hen in te
laten zien dat de aanpak voldoende voordelen heeft om het in de praktijk te
gaan toepassen.
Het is dus niet zo van zelfsprekend dat een nieuwe aanpak gelijk goed opgepakt
wordt. Maar in sommige situaties leidt het formuleren van de gebiedsgerichte
aanpak juist tot het in beweging brengen van belanghebbenden. Door anders om
te gaan met verontreinigingen wordt het mogelijk gemaakt om een langdurige
lopende problematiek van complexe situaties op te lossen. Het formuleren van
een gebiedsgerichte aanpak in de gemeente Waalre (bijlage 7.16) is hier een
voorbeeld van.
Interpretatie van gebiedsgericht grondwaterbeheer
De gemeente Rotterdam (bijlage 7.14) is erachter gekomen dat iedereen iets
anders verstaat onder gebiedsgericht grondwaterbeheer. Elke
verontreiniging(en) is(/zijn) anders en moet(/en) anders aangepakt worden. De
term gebiedsgericht grondwaterbeheer is multi-interpretabel. Als initiatiefnemer
is het belangrijk om bewust te zijn van dit gegeven en om zelf duidelijk voor
ogen te hebben wat het plan van aanpak gaat worden. Er dient dus duidelijk
uitgelegd te worden aan collega‟s, andere beleidsvelden in de eigen organisatie
en belanghebbenden wat de bedoeling is.
Initiatiefnemer
De geïnterviewde initiatiefnemers zijn voornamelijk afkomstig uit gemeentelijke
organisaties, namelijk dertien, en zijn zowel bevoegd gezag Wbb gemeenten als
niet bevoegd gezag Wbb gemeenten. Naast de geïnterviewde gemeentelijke
initiatiefnemers zijn er ook enkele initiatieven vanuit provincies geïnterviewd,
namelijk drie. Deze verhouding is ook terug te zien in alle andere initiatieven in
Nederland.
De meeste initiatiefnemers zijn afkomstig uit het bodemwerkveld, namelijk
veertien, waar er gewerkt wordt met bodemonderwerpen, zoals bodembeleid,
-saneringen en -energie. Doordat deze initiatiefnemers een bredere blik hebben
op het bodemwerkveld zien zij in dat een andere aanpak nodig is. Naast de
bredere blik van deze initiatiefnemers hebben ze ook het durf om te beginnen
met het formuleren van een nieuwe aanpak en de capaciteit om andere
beleidsvelden en belanghebbenden aan zich te binden om mee te doen met de
gebiedsgerichte aanpak.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
29
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Competenties initiatiefnemer
De initiatiefnemer dient aan bepaalde competenties te voldoen om
gebiedsgericht grondwaterbeheer succesvol te kunnen uitvoeren. De
initiatiefnemer dient een goed overzicht te hebben over de gehele aanpak en
zorg te dragen voor een goed verloop tussen de samenwerking tussen partijen.
Ook is het belangrijk zoveel mogelijke dwarsverbindingen te leggen tussen
belanghebbenden partijen om deze mee te krijgen.
Hieronder zijn de belangrijkste competenties te zien die de initiatiefnemer nodig
heeft:
 Visie: een toekomstbeeld schetsen waar andere zich in kunnen vinden en
dat afwijkend is van de dagelijkse praktijk.
 Bestuurssensitiviteit: de relevantie van gebiedsgericht grondwaterbeheer
koppelen aan het beleid van de bestuurders. Als er geen bestuurlijk
draagvlak is, dient de initiatiefnemer de capaciteit te hebben om er één te
creëren.
 Projectmatig werken: plan van aanpak maken met daarin ondermeer het
tijdspad, gestelde doelen en onderlinge afspraken. Het plan van aanpak
dient vervolgens nageleefd te worden en projectmatig uitgevoerd te
worden.
 Samenwerken: zet persoonlijke voorkeuren opzij ten behoeve van
gemeenschappelijke belang.
 Overtuigingskracht: andere overtuigen van een bepaalde aanpak en
instemming te krijgen voor bepaalde plannen.
 Besluitvaardigheid: als initiatiefnemer en/of gebiedsbeheerder beslissingen
durven te nemen.
 Doorzettingsvermogen: zich gedurende langere tijd intensief met een taak
bezig kunnen houden, ook bij tegenslagen. Volharden in een plan, totdat
het beoogde doel bereikt is.
 Flexibel gedrag: flexibel handelen bij veranderende situaties.
Als initiatiefnemer dient er niet alleen vooruit gekeken te worden, maar ook om
zich heen om zo collega‟s en belanghebbenden zoveel mogelijk te informeren
over de aanpak.
Bestuurlijk draagvlak
Vanuit de interviews is gebleken dat het initiatief om tot gebiedsgericht
grondwater te komen uit twee kanten kan komen, namelijk:
A: sectoraal vanuit bodem; en
B: vanuit een breder perspectief.
Ad A: Als het initiatief genomen wordt vanuit bodem dient vaak eerst de
bestuurder overtuigd te worden van de noodzaak om de situatie gebiedsgericht
aan te pakken. Daarnaast kost het veel tijd en energie om andere beleidsvelden
en belanghebbenden mee te krijgen.
Ad B: Indien het initiatief vanuit een breder perspectief genomen wordt, zullen er
andere drijfveren (zoals klimaatdoelstellingen) bij betrokken worden en zal de
gezamenlijke aanpak het proces beter laten verlopen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
30
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
De gemeente Rotterdam (bijlagen 7.13 en 7.14) en de gemeente Tilburg (bijlage
7.15) hadden in het begin van hun proces nog geen bestuurlijk draagvlak,
waardoor het tijd vergde om de aanpak toe te kunnen passen.
De gemeente Woerden (bijlage 7.6, Breukelen), gemeente Gouda (bijlage 7.9),
gemeente ‟s-Hertogenbosch (bijlage 7.11), gemeente Nijmegen (bijlage 7.12) en
de gemeente Zutphen (bijlage 7.17) hadden vanaf het begin wel een bestuurlijk
draagvlak waar vanuit klimaatdoelstellingen geformuleerd zijn. Vanuit hier
worden afspraken gemaakt in de ambtelijke organisatie om aan de
klimaatdoelstellingen te voldoen, waaraan ieder beleidsveld mee moet werken.
Het is dus essentieel om goedkeuring voor de aanpak en de afkoop te krijgen
van het college van B&W of van de Gedeputeerde Staten, voordat gebiedsgericht
grondwaterbeheer in de praktijk toegepast kan worden. Zij kunnen de
initiatiefnemer voorzien van middelen, zoals financiën en tijd.
Organisatie opzetten
Voor het goed kunnen uitvoeren van
gebiedsgericht grondwaterbeheer is het
-afhankelijk van de grootte van het projectzeer belangrijk om een projectorganisatie
op te zetten met directe belanghebbenden
(overheden met wettelijke bevoegdheden
en verantwoordelijkheden). Deze
samenwerking vindt plaats op basis van een
intentieverklaring, startnotitie of een
convenant. Vanuit de gehouden interviews
is gebleken dat de samenwerking met de
Afb.11. Let op meerdere dingen bij
directe belanghebbenden goed verloopt,
het opzetten van een organisatie.
indien deze belanghebbenden zich aan
wettelijke verplichtingen en bevoegdheden
moeten houden. Bij geen wettelijke verplichtingen en bevoegdheden hebben de
belanghebbenden een minder actieve houding, zoals ‟t Gooi (bijlage 7.10) heeft
ondervonden bij het waterschap.
De projectorganisatie dient opgebouwd te worden, zodat er geen
belangenverstrengeling plaatsvindt en zodat er projectmatig gewerkt kan
worden. De organisatie maakt het mogelijk om grondwaterbelangen te verbinden
en afspraken te maken met ruimtelijke ordenaars (vanwege de stedelijke
ontwikkeling). Vanuit de projectorganisatie wordt er gecommuniceerd met
andere belanghebbenden, zoals saneringsplichtige(n), adviesbureau,
projectontwikkelaars, burgers en uitvoerders. Er zijn voorbeelden voor het
opstellen van een projectorganisatie terug te vinden in Actief Bodembeheer de
Kempen (bijlage 7.2), ‟t Gooi (bijlage 7.10) en de gemeente Tilburg (bijlage
7.15).
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
31
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Watersysteem
Waterpartners (provincies, gemeenten, waterschappen en drinkwaterbedrijven)
werken allemaal vanuit een andere insteek op het watersysteem en hebben hier
andere kennis en bevoegdheden over. Door het watersysteem te zien als één
systeem in plaats van afzonderlijke systemen wordt de situatie integraal
benaderd. In de gemeente Rotterdam (bijlage 7.14) is dit het geval en wordt er
gebruik gemaakt van één grondwatermodel. Door het uitwisselen van informatie
met waterpartners wordt er samengewerkt, waardoor vergunningen en
procedures meer op elkaar worden afgestemd. Deze verandering zorgt ervoor
dat er met de juiste kennis goed afgewogen besluiten en acties ondernomen
worden met betrekking tot de grondwaterkwaliteit- en kwantiteit.
Bevoegd gezag en niet bevoegd gezag
Een gemeentelijke organisatie heeft niet alle bevoegdheden binnen de eigen
gelederen. Er dient daarom zowel met de desbetreffende provincie als met het
waterschap gecommuniceerd te worden, omdat zij wel die bepaalde
bevoegdheden hebben. Hierin is het belangrijk om met de bevoegde
overheidsinstantie(s) te communiceren, voordat er binnen de gemeente naar
afstemming gezocht wordt. Vanuit de provincie is het belangrijk om maatwerk te
leveren en het algemeen beleid soms los te laten ten behoeve van een lokaal
probleem.
Financiën
Er zijn meerdere financiële dragers nodig om een gebiedsgerichte aanpak goed
vorm te kunnen laten geven. Het is moeilijk om het project financieel rond te
krijgen als er enkel door afkoop van grondwaterverontreinigingen financiën wordt
verkregen. De mogelijke financiële bronnen bij een gebiedsgerichte aanpak zijn:
 financiën van het bestuur; en
 financiën door afkoop; en
 financiën van andere beleidsvelden, zoals water en energie; en
 financiën afkomstig van werkzaamheden en ruimtelijke ontwikkelingen die
toegepast kunnen worden; en
 financiën van belanghebbenden, zoals een waterschap, gemeente,
provincie of drinkwaterbedrijf; en
 financiën vanuit de gevalsgerichte aanpak om de gebiedsgerichte aanpak
te verkennen (zoals in de gemeente Almelo (bijlage 7.3)); en
 financiën van het ministerie van IenM (bij een pilotproject); en
 financiën van de Investering Stedelijke Vernieuwing (ISV); en
 financiën van een bedrijvenregeling.
Afb.12. Meerdere financiële dragers (puzzelstukjes) zijn
nodig om het project financieel rond te krijgen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
32
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Het geld wordt besteed aan het opzetten van een projectorganisatie, het
verrichten van onderzoeken, het aanleggen van een monitoringsnetwerk met het
langdurige gebruik hiervan en (eventueel) het nemen van maatregelen om
kwetsbare objecten te beschermen. De aanpak zorgt niet alleen voor kosten of
voor kostenreductie, maar ook voor baten, welke uit te drukken zijn in het
beschermen van kwetsbare objecten en het bevorderen van stedelijke
ontwikkelingen. Het is de bedoeling dat deze maatschappelijke baten zoveel
mogelijk terugvloeien naar de gebiedsbeheerder. Een voorbeeld hiervan is de
aanpak in Arnhem Presikhaaf (bijlagen 7.4 en 7.5) waar bronbemalers een
financiële bijdrage leverden aan de gebiedsbeheerder, omdat zij geen
(voorzorgs)maatregel(len) dienden te verrichten. Dit kwam omdat het in
bepaalde mate toegestaan was om de aanwezige grondwaterverontreinigingen te
verspreiden. Ook geldt het voor de drinkwaterbedrijven in ‟t Gooi (bijlage 7.10)
en in de gemeente Waarle (bijlage 7.16), welke een financiële bijdrage leverden
aan de projectorganisatie ten behoeve van de bescherming van de
drinkwatervoorzieningen.
De financiële bijdragen zorgen er niet alleen voor dat het project van de grond af
komt, maar ook dat er een sterkere binding tussen het project en de financiers
ontstaat. De houding van de financiers verandert naar een actievere houding in
de hoop dat hun bijdragen voldoende baten zullen leveren, waardoor het project
meer draagvlak krijgt en meer kans van slagen heeft.
Afkoop
Als de grondwaterverontreiniging van een private saneringsplichtige zich bevindt
in een grootschalige grondwaterverontreiniging kan er worden overgegaan tot
afkoop van de grondwaterverontreiniging om de gebiedsgerichte aanpak uit te
kunnen voeren. Er is gebleken vanuit de interviews dat het overgaan tot afkoop
lastig te bewerkstelligen is. Dit is omdat de saneringsplichtige onvoldoende
financiële middelen ter beschikking heeft, niet weet waar het afkoopbedrag voor
gebruikt gaat worden of omdat de saneringsplichtige geen noodzaak voelt om
over te gaan tot afkoop, vanwege het onvoldoende toepassen van
handhavingsmiddelen door overheden. Er dient dus door de gebiedsbeheerder
concrete afspraken gemaakt te worden met de saneringsplichtige over de grootte
van het afkoopbedrag en waar het afkoopbedrag voor besteed gaat worden.
Als er meerdere saneringsplichtigen zijn, zoals bij de meeste initiatiefnemers het
geval was, is het belangrijk om een uniform beleid te hanteren. De hoogte van
de afkoopsommen dient logisch gevormd te worden het is niet de bedoeling dat
de aanpak versoepeld wordt.
Om tot een verbeterde aanpak te komen, kan er eventueel gekozen worden voor
een tweesporig aanpak, zoals besproken is met Agentschap NL (bijlage 7.1). De
saneringsverplichtingen worden dan strenger gehandhaafd en er wordt meer
ingeleefd in de situatie van de saneringsplichtige. Er dient over de volgende
vragen nagedacht te worden: “Wat zijn de behoeftes van de saneringsplichtige?”,
“Wat is de financiële situatie van de saneringsplichtige?” en “Hoe kan er samen
gezocht worden naar een oplossing?”.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
33
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Kosten-batenanalyse
Het is belangrijk om een kosten-batenanalyse te maken, waarin een evenwicht
wordt gezocht tussen de kosten en de maatschappelijke baten, alvorens tot de
gebiedsgerichte aanpak over te gaan. Deze analyse dient rekening te houden
met (langdurige) toekomstige ontwikkelingen.
Ondergrondse thema’s in ruimtelijke plannen
De ondergrond wordt steeds meer gebruikt en een gestructureerde aanpak is
nodig om ondergrondse belemmeringen te voorkomen. Deze ruimtelijke aanpak
wordt geformuleerd in de visie op de ondergrond (de ondergrondse
structuurvisie) waarin ondergrondse thema‟s, zoals bodemverontreinigingen,
waterkwaliteit en –kwantiteit, ondergronds bouwen en WKO-systemen, aandacht
krijgen. De gemeente Arnhem (bijlagen 7.4 en 7.5) en de gemeente Zwolle
(bijlage 7.18) hebben reeds een dergelijke visie en de gemeente Almelo (bijlage
7.3), gemeente ‟s-Hertogenbosch (bijlage 7.11) en de gemeente Nijmegen
(bijlage 7.12) willen het. Er is de behoefte om zoveel mogelijk informatie over
ondergrondse thema‟s in een zo vroeg mogelijk stadium van het stedelijke
ontwikkelingen proces te verzamelen en te koppelen aan een structuurvisie of
een bestemmingsplan, zoals te zien is in afbeelding 13. Om deze koppeling te
bevorderen is het belangrijk om het ruimtelijk aspect van de beleidsvelden te
benoemen dat past binnen de wettelijke kaders van ruimtelijke plannen en
werkzaamheden van ruimtelijke ordenaars. Belangrijk om te onthouden is dat
bovengrondse ontwikkelingen leidend zullen blijven.
De koppeling verliep/verloopt bij de zes bovengenoemde initiatieven moeizaam,
maar zorgt er uiteindelijk wel voor dat dit de gebiedsgerichte aanpak ten goede
komt.
Afb.13. Men wil ondergrondse thema’s eerder in de planfase van stedelijke ontwikkeling
zien. TTE.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
34
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Adviesbureau
Doordat de gebiedsgerichte aanpak nieuw is, dient er bij het inhuren van een
adviesbureau gelet te worden op haar nodige ervaring, vaardigheden en kennis.
Gebiedsbeheerplan
Een gebiedsbeheerplan is een plan waarin in samenspraak met belanghebbenden
de mogelijkheden van de gebiedsgerichte aanpak voor het desbetreffende gebied
worden aangegeven. Het is niet tot detailniveau uitgewerkt, schetst alleen kaders
en geeft adviezen. Dit werd gedaan bij de gemeente Zwolle (bijlage 7.18) en ‟t
Gooi (bijlage 7.10). Uiteraard hebben de andere initiatiefnemers ook plannen,
alleen dan anders, zoals een visie op de ondergrond (bij een groot gebied) of een
beheersplan (een zeer gedetailleerd plan).
Synergie tussen beleidsvelden
Samenwerking tussen beleidsvelden wordt op diverse manieren bevorderd; door
het watersysteem integraal te benaderen (zie het kopje „Watersysteem‟ uit deze
paragraaf), vanuit klimaatdoelstellingen en door op zoek te gaan naar winwinsituaties. Ook bevordert het de samenwerking als er nauw samengewerkt
moet worden, zoals in de gemeente Rotterdam (bijlagen 7.13 en 7.14) waar het
druk in de ondergrond is.
Een voorbeeld van een win-winsituatie
is te zien bij Arnhem Presikhaaf
(bijlagen 7.4 en 7.5). Voor het
plaatsen van rioleringen in Arnhem
Presikhaaf zijn er bronbemalingen
nodig, maar in dat gebied bevinden
zich meerdere
grondwaterverontreinigingen. Hierdoor
moeten er (voorzorgs)maatregelen
getroffen worden. Door zorg te dragen
voor de verwijdering van deze
verontreinigingen, hebben de
beleidsvelden bodem en water beiden
voordeel van de aanpak hebben
gehad; een win-winsituatie. Een ander
voorbeeld is te zien in de gemeente
Waalre (bijlage 7.16). Daar wordt een
drinkwatervoorziening bedreigd door
meerdere
grondwaterverontreinigingen, die niet gesaneerd kunnen worden. Als de
drinkwatervoorziening wordt gestopt, zal het zuiden van Eindhoven
wateroverlast ondervinden. Maar als de grondwaterverontreinigingen worden
afgekocht en van deze financiële bijdragen (voorzorgs)maatregelen getroffen
worden ten behoeve van het beschermen van de drinkwatervoorziening, worden
er meerdere problemen tegelijkertijd opgelost.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
35
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Combinatie tussen de gevals- en de gebiedsgerichte aanpak
Het is mogelijk om bij een gevalsgericht verontreiniging een combinatie te
maken met bepaalde voordelige aspecten van de gebiedsgerichte aanpak. Het
bevorderen van deze mogelijkheid wordt door maatwerk te leveren en eventueel
subsidie te geven mogelijk gemaakt. Het beheersen van één verontreiniging door
het plaatsen van een WKO-systeem in één grondwaterverontreiniging is hiervan
de meest uitgevoerde combinatie. Deze combinatie is bijvoorbeeld uitgevoerd
door de gemeente Woerden (bijlage 7.6 Breukelen). De
grondwaterverontreiniging wordt daar beheerst door grondwater netto te
onttrekken aan een WKO-systeem en het plaatsen van deepwells. Een ander
voorbeeld is Eindhoven Strijp-S (bijlage 7.8) waar de saneringsplichtige een
aanpak heeft geïnitieerd om één grondwaterverontreiniging te beheersen door
middel van een ontworpen WKO-systeem.
Warme- en koudeopslag
Het (willen) toepassen van één of meerdere WKO-systemen komt veel voor in de
initiatieven. Deze systemen worden geplaatst waar verontreinigd grondwater zich
bevindt of zich dichtbij bevindt. Voor het realiseren van plaatsing van één of
meerdere WKO-syste(e)m(en) is het belangrijk dat er gecommuniceerd wordt
met het bevoegde gezag, welke de vergunningen hiervoor verleend. Voor de
optimale benutting van het plaatsen van meerdere WKO-systemen kan er
gebruik gemaakt worden van een masterplan WKO. Hiervoor dienen er stedelijke
ontwikkelingen plaats te vinden waar bedrijven en/of woningen gebouwd zullen
worden in combinatie met geschikte ondergrond. Een masterplan WKO is de
ondergrondse ordening van WKO-systemen door middel van het formuleren van
warme- en koudestroken. Belemmeringen (interferenties) worden zo voorkomen,
omdat er een scheiding is van warme- en koudebronnen is. Ook dient er in het
plan een bufferzone te zijn, waardoor nadelige gevolgen van het verplaatsen van
verontreinigd grondwater van buitenaf worden voorkomen, zoals te zien is in de
afbeelding hieronder.
Afb.15. Masterplan Energieopslag Zutphen. If Technology.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
36
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
In de gemeente Gouda (bijlage 7.9) en in de gemeente Zutphen (bijlage 7.17) is
een dergelijk masterplan WKO gemaakt. Zij hebben beiden hun masterplan WKO
gekoppeld aan een bestemmingsplan om tot een goede afstemming te komen
tussen geplande stedelijke ontwikkelingen en het plaatsen van WKO-systemen.
Deze koppeling is tot stand gekomen door de goede inpasbaarheid van het
masterplan WKO en doordat de klimaatdoelstellingen breed worden gedragen in
de gemeentelijke organisaties. Vanuit het bestemmingsplan worden de
projectontwikkelaars geïnformeerd over de mogelijkheden voor het plaatsen van
WKO-systemen.
Het enige lastige aan een masterplan WKO is dat het (nog) niet juridisch is
vastgelegd, waardoor nog niet elke initiatiefnemer zich eraan waagt.
Gebiedsgrenzen
Gebiedsgrenzen zijn grenzen waarbinnen grondwaterverontreinigingen zich in
mogen verspreiden. Vanuit de interviews is gebleken dat de deze
gebiedsbegrenzing zeer sterk verschillen in grootte. Soms omvat het een
bodemsaneringlocatie, soms een woonwijk en soms zelfs meerdere gemeenten.
Tevens verschillen de dieptes van de begrenzingen per project vanwege de
bodemgesteldheid of de mate van de verontreiniging(en). Bij alle projecten zijn
de gebiedsbegrenzingen ruim omkaderd, behalve in Arnhem Presikhaaf (bijlagen
7.4 en 7.5), waar de gebiedsgrenzen in alle waarschijnlijkheid op termijn worden
opgeschaald. Het opstellen van ruime gebiedsgrenzen zorgt ervoor dat er
voldoende ruimte is geboden voor verspreiding van de verontreinigingen en dat
kwetsbare objecten geen hinder kunnen ondervinden. Daarnaast is uit alle
interviews gebleken dat de gebiedsgrenzen geformuleerd zijn op basis van
bestuurlijke grenzen. Zelfs als de verontreinigingen zich in meerdere gemeenten
bevinden, zoals bij Actief Bodembeheer de Kempen (bijlage 7.2) en bij ‟t Gooi
(bijlage 7.10) wordt er gekozen op begrenzing op basis van bestuur, waardoor
deze begrenzingen dus een groter omvang hebben.
Kwetsbare objecten beschermen
Door gebiedsgericht grondwaterbeheer is het mogelijk om kwetsbare objecten te
beschermen, omdat er nu één persoon is die de maatregelen hierover kan
nemen, namelijk de gebiedsbeheerder. Tevens kunnen er door het beschermen
van kwetsbare objecten baten ontvangen worden. De kwetsbare objecten zijn
drinkwatervoorzieningen, kwelgebieden, intrekgebieden, ecologische gebieden,
industriële onttrekkingen, agrarische gronden en strategische
grondwatervoorraden. In de gemeente ‟s-Hertogenbosch (bijlage 7.11) wordt
gekeken naar het beschermen van industriële onttrekkingen en de gemeente
Tilburg (bijlage 7.15) houdt zich onder meer bezig met het beschermen van de
strategische grondwatervoorraad. Maar het beschermen van
drinkwatervoorzieningen heeft bij de initiatieven wordt het meest toegepast en
heeft prioriteit als het gaat om het beschermen van kwetsbare objecten. Dit is
terug te vinden bij Actief Bodembeheer de Kempen (bijlage 7.2), ‟t Gooi (bijlage
7.10), de gemeente Nijmegen (bijlage 7.12), de gemeente Tilburg (bijlage 7.15),
de gemeente Waalre (bijlage 7.16) en de gemeente Zutphen (bijlage 7.17). Het
lastige aan het beschermen van drinkwatervoorzieningen is dat de norm van het
verontreinigde grondwater te hoog is voor het gebruik als drinkwater, terwijl er
niet gesaneerd moet worden. Sommige initiatiefnemers willen hiervoor de
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
37
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
volgende oplossing gaan gebruiken. De gebiedsbeheerder legt de maximale
concentratie op voor verontreinigd grondwater dat de begrensde grens mag
overschrijden, zodat het water nog wel als drinkwater gebruikt kan worden.
Indien deze concentratie te hoog wordt, dienen er (voorzorgs)maatregelen
getroffen te worden, waardoor drinkwatervoorzieningen op tijd beschermd
kunnen worden.
Grondwaterkwantiteit beïnvloedt de -kwaliteit
De grondwaterkwaliteit bij een verontreinigd gebied kan minder verspreid
worden door het regenwater niet te infiltreren, maar te verplaatsen naar een niet
verontreinigd gebied. Hierdoor vindt er veel minder verspreiding plaats van de
verontreiniging. Een voorbeeld hiervan is te zien in Tilburg (bijlage 7.15) waar
een secundair hemelwatersysteem wordt aangelegd ten behoeve van de
grondwaterkwaliteit. Het regenwater wordt naar het landelijke gebied verplaatst.
Burgers informeren
Burgers maken zich druk over bodemverontreinigingen, waardoor het van belang
is deze te informeren. Bij gebiedsgericht grondwaterbeheer gaat het veelal om
verontreinigingen die zich diep onder het maaiveld bevinden, waardoor er niet
direct hinder wordt ondervonden, maar indirect wel als er een
drinkwatervoorziening in de buurt is. Bij eventuele bedreiging hiervan dient er
duidelijk gecommuniceerd te worden met de burgers of de drinkwaterproductie
veilig gesteld kan worden.
Actief Bodembeheer de Kempen (bijlage 7.2) is een voorbeeld van een goede
communicatie tussen de burgers en de initiatiefnemer. Er werd een gratis
onderzoek gestart als burgers veronderstelden dat hun paden en wegen
verontreinigd waren door deze initiatiefnemer. Na het onderzoek werden de
resultaten besproken en indien nodig konden de burgers gebruik maken van
cofinanciering om zo de verontreinigde paden en wegen te kunnen laten saneren.
Tevens gaf Actief Bodembeheer de Kempen ook teeltadviezen inzake hoe om te
gaan met de verontreinigde grond.
Complexiteit
De complexiteit van gebiedsgericht grondwaterbeheer ontstaat vooral doordat
verschillende belangen geïntegreerd moeten worden om zo tot een gezamenlijke
oplossing te komen. Hierbij zijn diverse belanghebbenden betrokken met
verschillende wet- en regelgevingen en bevoegdheden. Deze onderlinge
afstemming kan een langdurig proces zijn, zoals bij Actief Bodembeheer de
Kempen (bijlage 7.2), ‟t Gooi (bijlage 7.10) en de gemeente Rotterdam (bijlage
7.13) het geval is. Hier werd meer dan tien jaar gezocht naar een gezamenlijke
oplossing.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
38
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Voldoen aan de KRW en GWR
De Kaderrichtlijnwater en de Grondwaterrichtlijn water zijn Europese
wetgevingen die gericht zijn op de waterkwaliteit. Als er sprake is van
grootschalige grondwaterverontreinigingen kan er niet voldaan worden aan de
gestelde eisen uit de KWR en de GWR als de gevalsgerichte aanpak wordt
toegepast. Een optie om toch te voldoen aan deze Europese wetgeving is
mogelijk gebiedsgericht grondwaterbeheer. Bij Actief Bodembeheer de Kempen
(bijlage 7.2), ‟t Gooi (bijlage 7.10), de gemeente Rotterdam (bijlagen 7.13 en
7.14) en de gemeente Tilburg (bijlage 7.15) wordt er gekeken naar de
mogelijkheden om gebiedsgericht grondwaterbeheer toe te passen ten behoeve
van de gestelde eisen uit de KRW en de GWR.
Circulaire Wet bodembescherming
De huidige Wet bodembescherming (Wbb) heeft het accent liggen op
gevalsgericht saneren en de juridische aansprakelijkheid daarvan. Er wordt niet
gelet op de financiële haalbaarheid en hoe om te gegaan met overgelopen
waterverontreinigingen. Dit accent wordt verlegd in de circulaire Wbb; een wet in
omloop welke nog door het Rijk goedgekeurd moet worden. De circulaire Wbb
geeft de mogelijkheid om te gaan met complexe verontreinigingen, waarbij de
nadruk veel meer wordt gelegd op het verwijderen van bronverontreinigingen.
De circulaire Wbb zal in alle waarschijnlijkheid in de toekomst een positieve
bijdrage leveren aan gebiedsgerichte initiatieven.
Veranderingen tijdens het initiatief
Het is belangrijk om een aanpak te formuleren die bestendig is voor
veranderingen, zoals het niet overgaan tot afkoop, afhaken van partners en het
stagneren van geplande stedelijke ontwikkelingen. Dit laatste heeft bij de
gemeente Woerden (bijlage 7.6 Breukelen), de gemeente Gouda (bijlage 7.9) en
de gemeente Zutphen (bijlage 7.17) plaatsgevonden. De stedelijke
ontwikkelingen vinden daar nu momenteel gefaseerd plaats.
Toekomstige ‘mogelijke’ veranderingen
De Algemene Maatregel van Bestuur Bodemenergie zal veranderen, waardoor
gebiedsgericht grondwaterbeheer beter toegepast kan worden. Op dit moment
wordt er ook gewerkt aan de afstemming tussen de KRW en het bodembeleid en
aan de aanpassing van de Wbb naar de circulaire Wbb. Afhankelijk van deze
uitkomsten zal de drive om met gebiedsgericht grondwaterbeheer aan de slag te
willen gaan versterkt worden. Tevens zullen er na 2015 minder financiële
middelen beschikbaar gesteld worden voor het bodemwerkveld. Er zal dus met
minder gedaan moeten worden, waardoor gebiedsgericht grondwaterbeheer een
goed alternatief is om aan de saneringsdoelstellingen te voldoen. (de
gebiedsgerichte aanpak is namelijk goedkoper dan de gevalsgerichte aanpak.)
De komende tien jaar zal gebiedsgericht grondwaterbeheer zich moeten bewijzen
in de praktijk, voordat het gemeengoed is en het als een algemeen aanvaarde
saneringsaanpak gezien wordt.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
39
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
4.4. Voordelen
Het aanwijzen van (een) verantwoordelijke(n), als de verontreinigingen in elkaar
zijn overgelopen en tot grote diepte zijn verspreid én het gebruiken als een
middel om integrale afwegingen te maken die ook gelden voor niet omvangrijke
verontreinigingen, zijn de twee bekendste voordelen van de gebiedsgerichte
aanpak. Maar op basis van de gehouden interviews zijn er nog andere voordelen
gevormd, welke hieronder zijn te lezen.
1. Het integraal benaderen van de waterketen; en
2. het bevorderen van trendomkering van verontreinigd grondwater; en
3. het verbeteren van de grondwaterkwaliteit door aanpak
bronverontreiniging; en
4. voldoet aan de KRW en de GWR; en
5. voldoet aan de Waterwet en de Wet bodembescherming; en
6. peilbeheer, bemaling en plaatsen WKO-systemen kan worden toegepast
zonder beschermende voorzieningen; en
7. het bevorderen van de verwijdering van grondwaterverontreinigingen door
het toestaan van ondergrondse activiteiten (zoals bemalingen en het
plaatsen van WKO-systemen); en
8. het plaatsen van open WKO-systemen in verontreinigd grondwater; en
9. het eerder plaats kunnen vinden van bouwontwikkelingen (zoals
parkeergarages, wegen, gebouwen en bedrijfsuitbreidingen); en
10. meerwaarde van de grond voor de probleemhouder; en
11. kostenreductie voor probleemhouder; en
12. het meervoudig gebruik van (grond)water; en
13. het mogelijk maken van beekherstel; en
14. het veilig stellen van de drinkwaterproductie; en
15. bescherming van kwelgebieden, landbouwgronden en ecologische
gebieden; en
16. het beschermen van strategische grondwatervoorraad; en
17. bescherming van burgers; en
18. het bevorderen van de natuurlijke afbraak door
grondwaterverontreinigingen zich te laten verspreiden; en
19. bescherming van industriële onttrekkingen; en
20. de bodem niet meer als last benaderen, maar als kans zien; en
21. het hebben van één gebiedsbeheerder die integrale afwegingen kan
maken; en
22. maatschappelijke baten voor de gebiedsbeheerder.
De voordelen zijn dus in het kort gezegd: verbeteren, beschermen en benutten.
Deze voordelen gelden niet voor iedere aanpak.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
40
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
5. Conclusie en aanbevelingen
In dit hoofdstuk wordt er antwoord gegeven op de hoofdvraag en de
bijbehorende deelvragen. Tevens worden de aanbevelingen opgesomd die reeds
in paragraaf 4.3. zijn vormgegeven.
5.1. Conclusie
Om tot een complete conclusie te komen, zullen eerst de uit de inleiding
opgesomde hoofdvraag en de bijbehorende deelvragen beantwoord moeten
worden.
De hoofdvraag luidt als volgt:
 Beschrijf het proces om te komen tot een gebiedsgerichte aanpak.
De deelvragen luiden als volgt:
 Noem zoveel mogelijk redenen waarom voor een gebiedsgerichte aanpak
gekozen wordt; en
 maak een omgevingsanalyse, waarin ieder beleidsveld zichzelf in kan
herkennen en de voordelen van een gebiedsgerichte aanpak kan inzien;
en
 breng de belanghebbenden en de bevoegdheden in kaart; en
 schets de randvoorwaarden om tot gebiedsgericht grondwaterbeheer te
komen.
De antwoorden op de hoofdvraag en de deelvragen zijn vormgegeven aan de
hand van de verschillende praktijkvoorbeelden die in hoofdstuk 8, bijlagen, te
lezen zijn. Er wordt in het kort en soms met verwijzingen antwoord gegeven,
omdat er geen kort en eenduidig antwoord te geven is.
Het beantwoorden van de hoofdvraag is alleen mogelijk tot het realisatie-proces,
omdat veel initiatieven nog in de beleids- en planfase bevinden. Hierdoor zijn er
nog geen gegevens bekend van de uitvoering.
Bij de meeste initiatiefnemers is het plan om te beginnen met de gebiedsgerichte
aanpak ontstaan doordat er vaak langdurige hinder ondervonden wordt door de
aanwezigheid van grondwaterverontreinigingen door verschillende partijen. Deze
saneringsplichtigen kunnen niet voldoen aan de saneringsverplichtingen. Een
gevolg daarvan is dat er diverse negatieve effecten (zoals stedelijke stagnatie en
bedreiging van kwetsbare objecten) ondervonden kunnen worden welke de
initiatiefnemer(s) dus graag tijdig verholpen ziet(/zien) worden. In enkele andere
gevallen zijn de initiatiefnemers begonnen met deze methode, omdat ze zowel
een verbeterde aanpak ten aanzien van de niet omvangrijke
grondwaterverontreiniging(en) als de benutting daarvan zochten.
De planfases van de verscheidene voorlopers tonen verschillen door toedoen van
de grootte van de verontreiniging, de geplande stedelijke ontwikkelingen en het
beschermen van kwetsbare objecten. Maar in de bevindingen is te zien dat als ze
te maken hebben met grootschalige grondwaterverontreinigingen ze altijd in hun
planfase de afkoop, het formuleren van gebiedsgrenzen, het opstellen van de
projectorganisatie en de benoeming van een gebiedsbeheerder hebben staan.
De antwoorden op de deelvragen worden op de volgende bladzijden getoond.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
41
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Noem zoveel mogelijk redenen waarom voor een gebiedsgerichte aanpak
gekozen wordt.
Vaak zijn er meerdere redenen aanwezig om gebiedsgericht grondwaterbeheer
toe te willen passen; dit verschilt per initiatief. Uit de interviews is gebleken dat
de meest voorkomende reden het niet door de saneringsplichtige(n) kunnen
voldoen aan de saneringsverplichtingen is. De op één na meest voorkomende
reden is, vanuit de klimaatdoelstellingen van de desbetreffende gemeente, het
plaatsen van één of meerdere WKO-systemen. Een andere reden is om er
zodoende achter te komen of de gebiedsgerichte aanpak een juiste aanpak is
voor hun initiatief. Andere redenen zijn het voorkomen van stedelijke stagnatie,
het voldoen van de KRW en de GWR, het beschermen van kwetsbare objecten,
het voldoen van de Wet bodembescherming voor de saneringsplichtingen en het
gebruiken van de voordelen van de gebiedsgerichte aanpak gericht op een
gevalsgericht op te lossen verontreiniging.
Per interview wordt er onder het kopje „Situatieomschrijving‟ beschreven waarom
er voor een gebiedsgerichte aanpak gekozen is.
Maak een omgevingsanalyse waar ieder beleidsveld zichzelf in kan herkennen en
de voordelen van een gebiedsgerichte aanpak kan inzien.
De vier beleidsvelden die tijdens de interviews aan bod zijn gekomen, zijn
beleidsveld bodem, water, energie en ruimtelijke ordening.
Bijna alle initiatieven zijn gekomen vanuit het beleidsveld bodem, omdat dit
beleidsveld de bevoegdheid van de Wet bodembeheer heeft en dus een oplossing
kan bieden voor het verontreinigde gebied door het formuleren en organiseren
van de gebiedsgerichte aanpak.
Het beleidsveld water kan zichzelf in deze aanpak vinden, omdat de
grondwaterverontreinigingen negatieve effecten hebben op diverse aspecten van
de ondergrond, zoals de drinkwaterproductie, het voldoen aan de
oppervlaktewater eisen en de Europese wetgevingen KRW en GWR en het
realiseren van ondergronds waterverzet, zoals onttrekkingen, bemalingen en
infiltraties. Door de gebiedsgerichte aanpak is het mogelijk om de diverse
aspecten beter te kunnen bewerkstelligen, doordat de verontreinigingen
verplaatst mogen worden en/of actief beheerst mogen worden.
Het beleidsveld energie heeft baat bij de gebiedsgerichte aanpak, omdat deze
aanpak de verontreinigingen in de gaten houdt, waardoor één of meerdere WKOsystemen geplaatst mogen worden in het verontreinigd grondwater. (WKOsystemen mogen namelijk alleen in schoon grondwater óf in beheerst
verontreinigd grondwater geplaatst worden.) Hierdoor zijn er dus meer WKOsystemen, die zorg dragen voor CO2-reductie en het voldoen aan de gestelde
klimaatdoelstellingen van de verontreinigde gebieden.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
42
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
De voordelen van een gebiedsgerichte aanpak voor het beleidsveld ruimtelijke
ordening zijn het beter kunnen realiseren van geplande stedelijke ontwikkelingen
(zoals bedrijfsuitbreidingen, nieuwbouwwijken en ondergrondse parkeergarages)
en het zelf initiëren van de verontreinigingen vanuit de ruimtelijke plannen.
Een initiatiefnemer kijkt dus niet alleen naar zijn/haar eigen beleidsveld, maar
zorgt ervoor dat alle beleidsvelden een georganiseerde samenhang vertonen,
zodat de gebiedsgerichte aanpak optimaal benut kan worden.
Voor een compleet overzicht van de voordelen van de gebiedsgerichte
aanpak: zie paragraaf 4.4. voordelen.
Breng de belanghebbenden en de bevoegdheden in kaart.
Uit de interviews is gebleken dat de samenstelling van belanghebbenden en
bevoegdheden verschilt per initiatief.
Zoals eerder verteld, zijn de initiatiefnemers voornamelijk gemeenten (bevoegd
gezag Wbb en niet bevoegd gezag Wbb) en provincies (de beleidsfase).
Overheidsinstanties (provincies, gemeenten, waterschap en eventueel
drinkwaterbedrijven), samenwerkend in een projectorganisatie, communiceren
met private partijen, zoals ondermeer de saneringsplichtige(n), ontwikkelaar(s)
en adviesbureau(s). Een dergelijk adviesbureau krijgt vanuit de
projectorganisatie de opdracht tot het formuleren van een gebiedsgerichte
aanpak. Zodoende formuleert het adviesbureau een aanpak (de planfase), welke
gerealiseerd gaat worden door de door de projectorganisatie benoemde
gebiedsbeheerder (de realisatiefase).
De overheidsinstanties zijn verplicht om aan hun eigen wet- en regelgeving te
voldoen en binnen hun bevoegdheden te handelen. Daarnaast zijn er ook
Europese en landelijke wet- en regelgevingen betrokken bij de gebiedsgerichte
aanpak.
In paragraaf 4.2. is een overzicht te zien van de belanghebbenden met hun
bevoegdheden. Daarnaast zijn de belangen per initiatief terug te vinden onder
het kopje „Belanghebbenden‟ bij elk interview.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
43
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Schets de randvoorwaarden om tot gebiedsgericht grondwaterbeheer te komen.
Hieronder worden de vijf belangrijkste randvoorwaarden op basis van de
gehouden interviews in het kort beschreven. Voor de volledige beschrijvingen
van deze vijf randvoorwaarden en alle andere randvoorwaarden wordt er naar
paragraaf 4.3., Bevindingen, verwezen.
Voor het slagen van de gebiedsgerichte aanpak is er als eerste een degelijke
projectorganisatie nodig waar samen met de belanghebbenden projectmatig te
werk wordt gegaan. Dit omdat de gebiedsgerichte benadering een zeer
langlopend traject is en alles nu overzichtelijk blijft. Als tweede is het van belang
dat de initiatiefnemer(s) vooral gericht is(/zijn) op het bewerkstelligen van de
klimaatdoelstellingen. Hierbij zijn alle vier de beleidsvelden betrokken, welke
allen nodig zijn voor de gebiedsgerichte aanpak. Doordat er dus bij de
initiatiefnemer(s) meer samengewerkt wordt tussen de beleidsvelden, is de kans
van slagen van de aanpak aanzienlijk vergroot. Als derde komt het de aanpak
ten goede als er samengewerkt wordt met andere beleidsvelden, partners en
probleemhouders om de kosten van de aanpak te reduceren. Tevens is het van
groot belang om financiële partners te hebben vanwege hun bijdrages op zowel
financieel als op organisatorisch gebied. De partners zullen zich namelijk actiever
gaan inzetten voor het slagen van de gebiedsgerichte aanpak in de hoop dat hun
investeringen lonend zullen zijn. Als laatste is het noodzakelijk dat er één
gebiedsbeheerder aangewezen wordt die de verantwoordelijkheid krijgt over alle
grondwaterverontreinigingen, zodat discussies uitgesloten blijven.
Conclusie:
Gebiedsgericht grondwaterbeheer is een betere optie om om te gaan met
grootschalige grondwaterverontreinigingen. Waar de gevalsgerichte aanpak soms
vanuit technisch oogpunt het niet mogelijk maakt om de verontreiniging volledig
te saneren, gebruikt de gebiedsgerichte aanpak de voordelen van die
verontreiniging, door de grondwaterverontreinigingen als het ware „weg te
denken‟, zodat de geplande werkzaamheden „gewoon‟ kunnen plaatsvinden. Bij
de gevalsgerichte aanpak mag er geen verplaatsing van de verontreiniging
plaatsvinden, omdat de huidige Wet bodembescherming sectoraal is en alleen
vanuit het saneren van bodemverontreinigingen denkt. De gebiedsgerichte
aanpak daarentegen denkt met een integraal karakter, zorgt voor bepaalde mate
van verplaatsing van de verontreiniging met alle voordelen van dien en maakt
het mogelijk om andere activiteiten te ontplooien in een verontreinigd
grondwatergebied. Tevens is(/zijn) er bij de gevalsgerichte aanpak geen
verantwoordelijke(n) aan te duiden en bij het afkoppelen van gebiedsgerichte
aanpak wel én zijn de kosten vaak te hoog, waardoor
de verontreiniging onvoldoende snel gesaneerd wordt
en er bijkomende problemen zullen ontstaan.
Al met al is het dus op financieel, juridisch, technisch en
organisatorisch vlak in het beter om voor de
gebiedsgerichte aanpak te kiezen dan voor de
gevalsgerichte aanpak bij grootschalige
grondwaterverontreinigingen.
Afb.16. Gebiedsgericht grondwaterbeheer geeft nieuw leven aan een vastgelopen aanpak.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
44
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
5.2. Aanbevelingen
Hieronder worden de aanbevelingen opgesomd die op basis van de bevindingen
in paragraaf 4.3. gevormd zijn.
 Gebiedsgericht grondwaterbeheer is geen doel, maar een middel; en
 pas alleen gebiedsgericht grondwaterbeheer toe als er noodzaak tot is; en
 er zijn meerdere redenen nodig om gebiedgericht grondwaterbeheer goed
van de grond af te krijgen; en
 wees duidelijk in het formuleren van de term „gebiedsgericht
grondwaterbeheer‟; en
 de initiatiefnemer heeft bepaalde competenties nodig, zoals visie en
overtuigingskracht; en
 verander de eventuele sectorale aanpak naar een integrale aanpak en
draag zorg voor deze mentaliteitsverandering; en
 koppel de aanpak aan het beleid met het meeste bestuurlijk draagvlak,
zoals klimaatdoelstellingen, of creëer het bestuurlijk draagvlak zelf; en
 ga projectmatig te werk en stel een projectorganisatie vast waarin
overheidspartijen met de juiste bevoegdheden deelnemen; en
 wees als initiatiefnemer bewust van mogelijke remmers en probeer zoveel
mogelijk de juiste mensen aan het project te koppelen; en
 heb een vooruitziende blik; en
 koppel -indien nodig- meerdere beleidsvelden aan elkaar; en
 formuleer gezamenlijke doelen, zoals klimaatdoelstellingen en het voldoen
aan de KRW met de belanghebbenden; en
 benader het watersysteem integraal en zorg dat beleidsvelden aan elkaar
worden gekoppeld; en
 leg –indien noodzakelijk- een secundair hemelwatersysteem aan welke het
regenwater afvoert naar het buitengebied; en
 zoek zoveel mogelijk naar win-winsituaties; en
 stimuleer combinatiemogelijkheden met de gevalsgerichte aanpak door
middel van maatwerk en eventueel subsidie; en
 bevorder de systeemkennis door afspraken te maken met partners en
verbeter de samenwerking met hen door afstemming te vinden op de
vergunningverlening en procedures; en
 koppel ondergrondse thema‟s aan ruimtelijke plannen; en
 gebruik de financiële voordelen van de belanghebbenden en geplande
ontwikkelingen zo veel mogelijk ten behoeve van het gebiedsbeheer; en
 richt de plannen niet enkel op de huidige situatie, maar kijk ook in de
toekomst; en
 let bij het maken van plannen op verandering, zoals stagnerende
bouwplannen en het afhaken van partners; en
 maak gebruik van meerdere financiële partners en dragers; en
 denk bij de afkoop mee met de saneringsplichtige(n), stel eisen, geef
duidelijk aan waar het afkoopbedrag aan besteed gaat worden en pas een
uniforme aanpak toe; en
 maak een kosten-batenanalyse die rekening houdt met (langdurige)
toekomstige ontwikkelingen; en
 beperk de risico‟s door voldoende financiële middelen,
bronverwijdering(en) en een monitoringsnetwerk; en
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
45
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer







informeer burgers gedurende het proces; en
formuleer bij een groot plangebied de gebiedsgrenzen op basis van
bestuurlijke grenzen; en
formuleer de gebiedsgrenzen voldoende groot en houdt voldoende afstand
van kwetsbare objecten; en
leg als gebiedsbeheerder een maximale concentratie op voor verontreinigd
grondwater dat de gecreëerde grens overschrijdt om kwetsbare objecten
goed te kunnen beschermen; en
kijk naar de toekomstige veranderingen van de KRW en de GWR om
gebiedsgericht grondwaterbeheer als alternatiefmaatregel bij de tijd te
houden; en
let op veranderingen van AMvB bodemenergie voor het beter toepassen
van de WKO-systemen; en
laat de successen zien, zowel op bestuurlijk als op ambtelijk niveau.
Niet alle aanbevelingen zullen evenveel invloed hebben, maar al deze
aanbevelingen tezamen zorgen voor een breed spectrum aan aandachtspunten
die zullen leiden tot een goede gebiedsgerichte aanpak.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
46
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
6. Nawoord
De stageperiode bij bureau bodem van provincie Noord-Brabant is mij erg goed
bevallen. De werkzaamheden waren gevarieerd, de werksfeer op kantoor prettig
en ik heb het ervaren als een leerzaam half jaar.
Het heeft mij goed gedaan dat ik het vertrouwen heb gekregen om deze
opdracht zelfstandig uit te voeren, maar deze verantwoordelijkheid was soms
ook lastig, omdat ik nog nooit eerder een dergelijke opdracht heb uitgevoerd.
Daarnaast vond ik het lastig om vanuit een interview een duidelijk gebiedsgericht
proces te beschrijven en om een goede afbakening te maken van het aantal
interviews. Maar al met al ben ik tevreden over het eindresultaat.
Naar aanleiding van dit rapport adviseer ik bureau bodem aan om het ingezette
werk voort te zetten door vervolgonderzoek(en) te verrichten door bijvoorbeeld
een stagiaire. Eén van die vervolgonderzoeken is het interviewen van andere
interessante projecten van initiatiefnemers van de gebiedsgerichte aanpak, om
zo een breder scala te verkrijgen van voorlopers. Een ander mogelijkheid van
een vervolgonderzoek is het bewerkstelligen van werkwijzigingen om
daadwerkelijk over te gaan naar de gebiedsgerichte aanpak. Daarnaast is het
belangrijk dat het onderwerp breder wordt uitgedragen in de organisatie, zowel
bij bureau bodem als bij andere bureaus.
Hopelijk zal dit rapport een positieve bijdrage leveren aan het bevorderen en
vormgeven van gebiedsgericht grondwaterbeheer, in het bijzonder voor de
provincie Noord-Brabant.
Ik wens u veel succes met het toepassen van de gebiedsgerichte aanpak in de
praktijk en mijn laatste advies aan u luidt: al doende leert men!
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
47
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Bijlagen
7.1. Agentschap NL
Naam:
Functie:
Ron Nap en Remco de Boer
Projectleider en respectievelijk
projectsecretaris Gebiedsgericht
grondwaterbeheer voor
Uitvoeringsprogramma
Bodemconvenant
Organisatie:
Agentschap NL
Datum interview:
12 mei 2011
Voordat er een gesprek plaatsvond met het Uitvoeringsprogramma
Bodemconvenant zijn er meerdere interviews gehouden met initiatiefnemers en
adviesbureaus. Tijdens de reeds gehouden interviews zijn terugkerende
aandachtspunten aanbod gekomen. Eerst wordt het landelijk beleid hieronder
toegelicht en daarna wordt er ingegaan op de besproken aandachtspunten.
Uitvoeringsprogramma gebiedsgericht grondwaterbeheer
Het uitvoeringsprogramma bodemconvenant is gevormd naar aanleiding van het
ondergetekende Convenant Bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties
in 2009. “Het Uitvoeringsprogramma van het convenant
bodemontwikkelingsbeleid en spoedlocaties is een gezamenlijke
verantwoordelijkheid van de betrokken overheden en beoogt de transitie van het
bodembeleid naar 2015 te stimuleren door verschillende projecten uit te
voeren.”[1] Een van de drie thema‟s uit het Bodemconvenant is het stimuleren
en bevorderen van gebiedsgericht grondwaterbeheer. Het uitvoeringsprogramma
richt zich op twee manieren op dit thema.
1. het project gebiedsgericht grondwaterbeheer, dat zich richt op het
vestigen en inrichten van gebiedsgericht grondwaterbeheer, onder meer
als een volwaardige oplossing voor de aanpak en beheersing van
grootschalige grondwaterverontreiniging;
2. het project wijziging wet- en regelgeving transitie bodembeleid, dat is
gericht op het tot stand brengen van wet- en regelgeving, nodig voor de
transitie naar een bodemontwikkelingsbeleid in 2015.
Om de gebiedsgerichte aanpak te realiseren in de praktijk is het van belang om
op de doelgroep (initiatiefnemers van verschillende overheden) toegespitst te
communiceren. In de projectgroep gebiedsgericht grondwaterbeheer zijn de
convenantpartners Interprovinciaal Overleg (IPO), Vereniging van Nederlandse
Gemeenten (VNG) en Unie van Waterschappen vertegenwoordigt. Hierdoor wordt
er afgestemd tussen de verschillende overheidslagen en draagvlak gecreëerd
voor de producten die ontwikkeld zijn binnen het project gebiedsgericht
grondwaterbeheer. De samenstelling van de projectorganisatie voor
gebiedsgericht grondwaterbeheer is te zien in tabel 1.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
48
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Tabel.1 Overzicht organisatie gebiedsgericht grondwaterbeheer
Naam
Ron Nap (voorzitter)
Remco de Boer
(secretaris)
Eilard Jacobs
Rob Velt
Marco Zonderland
Olaf van Leeuwen
Maaike Paulissen
Jan Nieuwenhuizen
Co Molenaar
Organisatie
Uitvoeringsprogramma
Bodem
Uitvoeringsprogramma
Bodem
Waternet
Provincie Noord-Holland
Provincie Limburg
Provincie Limburg
Gemeente Tilburg
DCMR (namens gemeente
Rotterdam
Ministerie VROM
Namens
UPBodemconvenant
UPBodemconvenant
Unie v.
Waterschappen
IPO
IPO
IPO
VNG
VNG
I&M
Hieronder worden diverse documenten toegelicht die al zijn gemaakt door het
uitvoeringsprogramma om gebiedsgericht grondwaterbeheer meer te vormen.
In 2010 is er een handreiking gebiedsgericht grondwaterbeheer gemaakt. Hierin
staat hoe er omgegaan kan worden met grootschalige
grondwaterverontreinigingen. Het product is bedoeld voor de beleidsvelden
bodem, water, energie en ruimtelijke ordening om meer integraal te gaan
werken. Aan de hand van diverse, al ontwikkelde documenten waaronder
bovengenoemde handreiking is specifieker ingegaan op de belangen die binnen
een gebied kunnen spelen en mogelijk aanleiding geven voor een
gebiedsgerichte aanpak. Dit wordt gedaan door middel van push en pull factoren
te beschrijven. Dit zorgt ervoor dat de factoren van gebiedsgericht
grondwaterbeheer explicieter naar de doelgroepen worden gecommuniceerd om
het als een oplossing aan te reiken.
Om gebiedsgericht grondwaterbeheer toe te passen dient er een duidelijke
indicatie te zijn. Een indicatie kan voortkomen uit een combinatie van
verschillende thema‟s die spelen binnen een gebied (bijvoorbeeld grootschalige
grondwaterverontreinigingen, ambities t.a.v. ruimtelijke ordening, WKO
potentie). Om deze gebieden inzichtelijk te maken is een webtool [2] gemaakt.
Partijen kunnen met deze webtool zelf verkennen of gebiedsgericht
grondwaterbeheer binnen hun gebied een mogelijkheid is. Het document
organiseren, financiering en contractering gebiedsgericht grondwaterbeheer is
een praktische handreiking om tot een goede afstemming te komen bij complexe
bestuurlijke opgaven. Want bij een gebiedsgerichte aanpak zijn (mogelijk)
diverse overheden betrokken, zoals het Rijk, provincie, gemeente,
waterschap(pen) en drinkwaterbedrijven.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
49
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Voor het beter mogelijk maken van de gebiedsgerichte aanpak wordt de huidige
Wet bodembescherming aangevuld. Het wetsvoorstel omvat in principe vier
elementen:
 intensief aanpakken van de bron, in ieder geval de kraan dicht;
 opstellen van een beheerregime voor de verontreiniging in het
grondwater;
 nadrukkelijk beschermen van kwetsbare objecten;
 afbraak van de grondwaterpluim bevorderen (actief beheer).
Aanpak gebiedsgericht grondwaterbeheer in de praktijk
Hieronder wordt beschreven welke aandachtspunten aanbod zijn komen en hoe
er mee omgegaan kan worden.
Afkoop van pluimverontreiniging
Bij diverse gebiedsgerichte aanpakken wilden de initiatiefnemers de
grondwaterverontreinigingen afkopen. Het overgaan tot afkoop was (nog) niet
gelukt bij de initiatiefnemers.
De initiatiefnemer dient van te voren duidelijk te hebben wat alle voordelen en
risico‟s er zijn van de aanpak, voordat er overgegaan wordt tot afkoop. Als er
voldoende inzicht is en dat bestuurders instemmen over de aanpak (inclusief
afkoop), dient men zich vervolgens in te leven in de situatie van de
saneringsplichtige(n), om tot goede afstemming te komen. De hoogte van het
afkoopbedrag dient voor beide partijen een stimulans te zijn. De samenwerking
hangt af van de financiële en juridische situatie van de saneringsplichtige(n) en
de maatschappelijke meerwaarden voor de gebiedsbeheerder. Om tot een
(ver)betere aanpak tot afkoop te komen kunnen handhavingmiddelen toegepast
worden. De hoogte van de afkoop dient een goed alternatief te zijn voor de
gevalsgerichte aanpak. Hierdoor zal de bron, waar de meeste vracht zich
bevindt, eerder verwijderd worden. Als de saneringsplichtige(n) niet wil overgaan
tot afkoop, voelt de saneringsplichtige(n) in veel gevallen geen urgentie om te
saneren. Het zal in alle waarschijnlijkheid niet voldoende streng gehandhaafd
worden.
Overgaan tot afkoop vindt plaats op basis van vrijwilligheid. Als het bedrijf niet
wil samenwerking is dat zijn goed recht, maar dan dient er gevalsgericht
gesaneerd te worden en de handhavingmiddelen zullen dan toegepast worden.
De verplichtingen die de saneringsplichtige(n) met zich mee neemt dienen dan
ook echt uitgevoerd te worden.
Samenwerking met ruimtelijke ordening
Gebiedsgericht grondwaterbeheer wordt door middel van visies op de
ondergrond, gebiedsplannen en beheersplannen geformuleerd. Bij al deze
plannen dient er in grote of kleine mate samengewerkt te worden met ruimtelijke
ordening. De samenwerking is noodzakelijk om te kunnen slagen met een
integrale aanpak. Vaak willen de initiatiefnemers meerdere ondergrondse
thema’s, zoals water, bodem en energie koppelen aan een structuurvisie of
bestemmingsplan. Deze samenwerking verloopt (meestal) niet goed.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
50
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
De structuurvisie wordt gezien als het document waar de meeste sturing vanuit
kan plaatsvinden. De ruimtelijke ordening juristen krijgen van alle beleidsvelden
verzoeken om onderwerpen in de structuurvisie te krijgen. Bodem en andere
beleidsvelden zijn één van de vele beleidsthema‟s in de structuurvisie, hier dient
men van bewust te zijn. Het is van belang om zo concreet mogelijk aan te geven
wat het probleem is en waar de structuurvisie of bestemmingsplan in kan
bijdragen om de gestelde doelen te realiseren. De mogelijkheid is er ook om de
belangen (van water, grondwater, natuur, energie en bodem) aan elkaar te
koppelen, waardoor het meer een vereiste is voor ruimtelijke ordenaars om de
belangen mee te nemen.
Om gebiedsgericht grondwaterbeheer (met bijbehorende beleidsvelden) beter te
kunnen laten landen bij ruimtelijke plannen kan hiervoor bestuurlijk draagvlak
worden gecreëerd. De ruimtelijke component van de beleidsvelden dient te
worden benoemd met de bijbehorende acties en de maatschappelijke
meerwaarden. Voordat er naar de bestuurders wordt gaan om gebiedsgericht
grondwaterbeheer en ondergrondse thema‟s meer op te kaart van ruimtelijke
plannen te krijgen en in het algemeen, dient er nagedacht te worden op de
reactie van de bestuurders. “Wat als ik het niet doe, wat gebeurd er dan.”
Bevoegdheden
Vanuit de praktijk wordt het (soms) lastig ervaren dat bij een gebiedsgerichte
aanpak er afstemming gezocht dient te worden met andere belanghebbenden
met de bijbehorende bevoegdheden. Deze belanghebbenden zijn ondermeer
gemeente, provincie en waterschappen.
Wat het moeilijk maakt bij gebiedsgericht grondwaterbeheer is dat men met
verschillende beleidsvelden te maken heeft binnen een provincie en gemeente.
De provincie is meestal meer sectoraal bezig dan een gemeente, het totaal beeld
ontbreekt vaak over een bepaald gebied. Hierdoor is het moeilijk om afstemming
te vinden tussen de verschillende belangen bij een provincie. Ook is het lastig
dat provinciaal beleid globaal van karakter is en dat er weinig maatwerk
plaatsvindt naar de gemeente toe, waar lokale problemen en specifieke
problemen zijn. Er dienen meer concessie gedaan te worden vanuit provincies.
Dit dient aangegeven te worden vanuit de gemeentelijke organisatie.
De samenwerking tussen een gemeente en provincie kan stroef verlopen. De
bevlogenheid bij een gemeente dient eerst uitgedragen te worden naar de
provincie toe, als het initiatief vanuit de gemeente wordt aangedragen. De
betreffende provincie dient met dezelfde bevlogenheid aan het werk te gaan en
visa versa.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
51
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Regie
Sommige collega’s van initiatiefnemers vinden het niet wenselijk om pluimen af
te kopen. De verantwoordelijkheid ligt dan bij de gebiedsbeheerder met de
mogelijke risico’s van dien. Daarnaast wordt het niet als wenselijk ervaren om
verspreiding toe te staan van (diepe) grondwaterverontreinigingen.
Door de verantwoordelijkheid over te nemen van (diepe)
grondwaterverontreiniging dient de gebiedsbeheerder zich niet enkel bezig te
houden met risicobeheersing. Door het toestaan van verspreidingen in een
begrensd gebied zullen tal van voordelen zich voordoen voor de
gebiedsbeheerder. Ondergrondse activiteiten en stedelijke ontwikkelingen zullen
beter gerealiseerd worden, er dienen namelijk geen (voorzorgs)maatregelen
getroffen te worden. De gebiedsbeheerder zal ook gepaste maatregelen kunnen
treffen voor het beschermen van kwetsbare objecten.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
De afgelopen 30 jaar is er een gevalsgerichte aanpak geweest voor
bodemverontreinigingen, deze aanpak heeft niet geleid tot de gewenste
resultaten. Historische en recentere bodemverontreinigingen hebben zich diffuus
kunnen verspreid over een groot gebied. De handhavingmiddelen zijn
onvoldoende ingezet om dit tegen te gaan.
De nadruk is gelegd op het saneren van de bron- en pluimverontreiniging, terwijl
het verwijderen van de pluim een marginale verbetering heeft voor de
bodemkwaliteit ten opzichte het verwijderen van de bron. Daarom is er een
andere aanpak geformuleerd die deze complexe situaties kan beheersen en dat
bronverontreinigingen worden aangepakt.
Voordat gebiedsgericht grondwaterbeheer meer toegepast gaat worden dient er
een mentaliteitsverandering plaats te vinden. Deze mentaliteitsverandering dient
voornamelijk plaats te vinden in het werkveld van bodemprofessionals. De
sectorale benadering dient ingeruild te worden voor een integrale benadering. De
gedachte „vervuiler betaalt‟ dient los gelaten te worden, net als dat er geen
verspreiding mogen plaatsvinden. Het is belangrijk voor de initiatiefnemer om de
maatschappelijke baten van de aanpak aan te tonen, zodat andere inzien dat de
aanpak duidelijke meerwaarden heeft.
Hopelijk doet een goed voorbeeld goed volgen, hierin probeert het
uitvoeringsprogramma gebiedsgericht grondwaterbeheer zoveel mogelijke
positieve randvoorwaarden ter creëren om de aanpak te bevorderen.
Perspectief
Op dit moment werkt men aan de afstemming tussen de KRW en het
bodembeleid. Daarnaast werkt men aan de aanpassing van de Wbb voor
gebiedsgericht grondwaterbeheer. Afhankelijk van de uitkomst van deze
discussies zal er wel of geen drive vanuit deze wetgeving (KRW) zijn om met
gebiedsgericht grondwaterbeheer aan de slag te gaan.
Na 2015 zullen er zeer beperkte financiële middelen zijn om
bodemverontreinigingen aan te pakken. De financiële middelen die tot
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
52
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
beschikking zijn kunnen gebruikt worden voor een gebiedgerichte aanpak in
plaats voor de gevalsgerichte aanpak. Want er kan meer met minder worden
gerealiseerd. Ook kan er eventueel subsidie verleent worden als er WKOsystemen in verontreinigende gebieden geplaatst worden.
Er zal een lange periode overheen gaan voordat de gebiedsgerichte aanpak
gemeengoed is, dit kan wel 10 á 20 jaar duren.
Gebruikte literatuur:
 [1] Website Agentschap NL, geraadpleegd mei 2011, „internet-only‟:
http://www.agentschapnl.nl/onderwerp/uitvoeringsprogramma
 [2] Website webtool kansrijke gebieden van het Agentschap NL,
geraadpleegd mei 2011, „internet-only‟:
http://gis.mr-hosting.nl/mapguide/ggb.php
 Convenant Bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties, 2009.
 Website Agentschap NL, geraadpleegd mei 2011, „internet-only‟:
http://www.agentschapnl.nl/onderwerpen/onderwerpenlijst/Bodem
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
53
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.2. Actief Bodembeheer de Kempen
Naam:
Functie:
Organisatie:
Datum interview:
Bevoegd gezag Wbb
Eric Kessels
Coördinator particuliere saneringen en projectleider water
ABdK te Eindhoven
24 februari 2011
Nee
Situatieomschrijving
In 1892 werd er een zinkfabriek in Zuidoost-Brabant operatief. In die periode
waren er ook vier zinkfabrieken in het Vlaanderen geplaatst. Bij het
productieproces van zinkwinning ontstonden er restproducten. Deze
restproducten, ook wel zinkassen genoemd, bevatten veel zink, cadmium, koper
De zinkassen werden veelvuldig gebruikt als verharding van wegen, paden en
erven. Ze hebben namelijk een stevige structuur en er bleek geen onkruid op te
groeien en ze konden gratis worden afgehaald bij de fabriek. De zinkassen
werden door veel mensen opgehaald, hierdoor vond er over een groot gebied
(zie afbeelding 1 projectgebied) veel verspreiding van zware metalen plaats. De
verspreiding werd versterkt door de poreuze grond in zuidoost - Brabant.
Hierdoor zijn de er hoge concentraties van zware metalen in het grondwater
terecht gekomen.
Afb.1. Projectgebied de Kempen. Actief Bodembeheer de Kempen.
Na 1973 is het productieproces veranderd, waardoor de verontreiniging, via land,
lucht en water vanuit de zinkfabriek niet meer kon plaatsvinden.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
54
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Gebiedsontwikkeling
De verontreinigingen zijn voor 1 januari 1975 ontstaan en daarom kan de
geleden schade niet verhaald worden bij de veroorzaker. De veroorzaker van de
verontreinigingen is enkel verantwoordelijk voor verontreinigingen op eigen
terrein. De provincie Noord-Brabant (bevoegd gezag Wbb) is daarom
verantwoordelijk voor alle andere verontreinigingen die afkomstig zijn van de
zinkfabriek.
Om tot een gerichte oplossing te komen van deze wijd verspreide
verontreinigingssituatie, is er in 1987 discussie ontstaan over de aanpak vanuit
de provincie Noord-Brabant. Tien jaar later heeft een adviesorgaan van het
ministerie van VROM, technische commissie bodembescherming, opdracht
gegeven om de situatie te gaan bekijken en analyseren.
Het Rijk, provincie Noord-Brabant en Limburg hebben in 2001 een
intentieverklaring getekend. Hierin staan afspraken en acties die gedaan dienen
te worden om de Kempen actief te kunnen beheren. De projectorganisatie is
gevormd uit de participerende organisaties. De organisaties zijn: provincie
Noord-Brabant, provincie Limburg, ministerie van VROM, gemeenten in het
projectgebied, Waterschap de Dommel en het waterschap Peel en Maasvallei.
In 2002 startte Actief Bodembeheer de Kempen in Eindhoven. De eerste stappen
die gezet zijn, vooronderzoek plegen, inventarisatie maken van de
verontreinigingen en mogelijke oplossingsrichtingen zijn nagegaan. Er zijn een
zevental thema‟s geformuleerd waar de nadruk opgelegd is, dit zijn: zinkassen,
moestuinen, waterbodems, landbouwgronden, grondwater, natuurgebieden en
grondstromen.
Na de inventarisatie zijn mogelijke oplossingen geformuleerd. De
projectorganisatie kreeg de ruimte van het Rijk om het gebied anders te
behandelen dan op de gevalsgericht manier, want de verontreinigingssituatie kon
niet gevalsgericht gesaneerd worden. Er werd gekozen voor het zoveel mogelijk
de bronverontreinigingen te verwijderen. Zo wordt de meeste vracht verwijderd
en de risico‟s van de bronverontreinigingen weggehaald.
In 2003 is er gestart met saneren van tuinen, paden en wegen van particulieren
en bedrijven die gebruik hebben gemaakt van zinkassen. Bij verdenking van
verontreiniging wordt er een gratis onderzoek uitgevoerd. Indien er een
verontreinigde tuin, pad of weg aanwezig blijkt te zijn bij een bewoner of
boerenbedrijf kan er gebruik gemaakt worden van een cofinancieringsregeling.
ABdK zal 60% van de saneringskosten op zich nemen. De overige kosten zijn
voor de desbetreffende gemeente en bewoner of bedrijf. Daarnaast gaf ABdK
teeltadviezen voor de landbouw en voor particuliere die moestuinen hadden hoe
er goed omgegaan kon worden met de aanwezige verontreinigingen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
55
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.2. Grondwaterbeheerplan. Royal Haskoning.
Om deze acties te kunnen uitvoeren is systeemkennis essentieel. Door
vooronderzoek, monitoren en ontwikkelen van modellen werd de
grondwaterkwaliteit- en kwantiteit beter begrepen in het projectgebied.
De verontreinigingen brengen niet enkel risico‟s met zich mee voor mens, dier en
plant. Het zorgt er ook voor dat stedelijke ontwikkelingen duurder uitvallen.
Hinder wordt ondervonden bij diverse ondergrondse activiteiten, zoals
bronbemalingen, stedelijke ontwikkelingen vanwege de
grondwaterverontreinigingen. Daarom wordt de bodemkwaliteit zoveel mogelijk
afgestemd op de functie. Daarnaast wordt er geen hinder ondervonden bij twee
drinkwaterwinningen. Deze bevinden zich onder de eerste scheidende laag,
waardoor de grondwaterverontreinigingen geen bedreiging vormen.
Kaderrichtlijn Water en Grondwaterrichtlijn (Europese wetgevingen) zijn gericht
op de grondwaterkwaliteit. Omdat de grondwaterkwaliteit onvoldoende is in de
Kempen zijn de Europese wetgevingen van toepassing. Het is belangrijk om hier
aan te voldoen. Enkele eisen die gesteld worden ten aanzien van
grondwaterkwantiteit- en kwaliteit zijn:
 goede toestand van de grondwaterlichamen, te behouden of te halen,
uiterlijk in 2015;
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
56
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer

te voorkomen dat stijgende trends in concentraties verontreinigende
stoffen plaatsvinden in het grondwaterlichaam;
 inbreng van verontreinigende stoffen te beperken of te voorkomen. Dit
betreft onder andere inbreng van verontreiniging op lokale schaal.
Er is geen eis vanuit de KRW en de GWR voor wat betreft goede chemische
toestand en trendomkering in de pluim. Er dient echter wel aangetoond te
worden dat er geen risico‟s zijn voor mens en omgeving. Op deze manier kan er
aan de Europese wetgeving worden voldaan. Met een gebiedsgerichte aanpak
zullen de doelstellingen voor de Kaderrichtlijn Water en de Grondwaterrichtlijn
gerealiseerd kunnen worden
Om de toekomstige risico‟s weg te nemen van de grondwaterverontreinigingen
wordt er een beheersgebied bepaald en een gebiedsgerichte aanpak toegepast.
De nadruk wordt nu verplaatst van de bronsaneringen naar de diffuse
grondwaterverontreinigingen en er zal meer gelet worden op risico beheersing.
De gebiedsgrenzen van het beheersgebied worden op basis van bestuurlijke en
organisatorische grenzen aangegeven. De bestuurlijke grenzen zijn gemakkelijk
te herkennen en eenduidig te communiceren. Tevens is het voordeel dat de
afbakening van gemeentelijke grenzen en het modellering van verontreinigd
grondwater overeenkomen. In tabel 1 is een overzicht te zijn van de
mogelijkheden van de gebiedsbegrenzing. Het is de bedoeling dat binnen de
gebiedsgrenzen verspreiding van grondwaterverontreinigingen plaats kan vinden
en dat de grondwaterverontreinigingen niet buiten deze gebiedsgrenzen mogen
komen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
57
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Tabel 1. Afbakening beheersgebied. Actief Bodembeheer de Kempen
Belanghebbenden en verantwoordelijkheden
Sinds 2001 is er projectorganisatie opgesteld, die zich dagelijks bezig houdt met
het actief beheren van de Kempen. De projectorganisatie is verantwoordelijk
voor het uitvoeren van het programma, dat is opgesteld door de provincie
Noord-Brabant.
Met de volgende overheden is samengewerkt:
 ministerie van VROM (Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu)
en LNV (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit);
 provincie Limburg;
 waterschap De Dommel ;
 waterschap Aa en Maas;
 waterschap Peel en Maasvallei;
 40 gemeenten.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
58
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
De samenwerking vindt plaats op basis van de grensoverschrijdende
problematiek. Er vindt horizontale en verticale afstemming plaats tussen de
belanghebbenden overheden. Één projectorganisatie die divers van samenstelling
is en die de belangen van de belanghebbenden overheden behartigd, heeft geleid
tot een gerichte aanpak en gezorgd voor een continu proces.
Afb.3. Horizontale en verticale afstemming. Royal Haskoning.
Communicatie met gemeenten in Vlaanderen waar sprake is van dezelfde
problematiek is essentieel. Genomen beslissingen dienen onderling
gecommuniceerd te worden. Zodat genomen acties op elkaar afgestemd worden.
De provincies, waterschappen en gemeenten hebben verschillende
verantwoordelijkheden als het gaat om grondwaterbeheer, zie tabel 2. Daarom
dient er voldoende gecommuniceerd te worden tussen de verschillende partijen.
Tabel 2. Primaire verantwoordelijkheden grondwaterbeheer per overheid. Royal
Haskoning.
Vanuit de projectorganisatie wordt er gecommuniceerd met bewoners, agrariërs,
bedrijven en met projectontwikkelaars om ze te informeren over de
verontreinigingen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
59
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Succesfactoren en aandachtspunten
Hieronder zijn de succesfactoren en aandachtspunten te zien.
Succesfactoren:
 zoveel mogelijk vracht is er verwijderd door het scheiden van bron- en
pluimverontreinigingen;
 financiële steun en betrokkenheid van diverse overheden;
 mogelijkheid gehad en genomen om de problematiek anders te benaderen
en aan te pakken;
 grootste risico‟s van verontreinigingen zijn weggenomen;
 stedelijke ontwikkelingen kunnen beter plaatsvinden.
Aandachtspunten:
 geen cofinanciering meer mogelijk voor het saneren van wegen, paden en
tuinen van burgers en bedrijven;
 overdacht van de projectorganisatie dient goed te verlopen;
 restverontreinigingen zullen aanwezig blijven;
 lange aanlooptijd om concrete stappen te kunnen zetten, vanwege de
grote van het verontreinigde gebied.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
Vanwege de grote omvang van de verontreinigingen, was de situatie niet te
overzien. Mede door de welwillendheid en financiële steun van het Rijk heeft tot
een doelgerichte aanpak geleid.
Samenwerking is goed verlopen binnen de projectorganisatie en bij de
afstemming naar andere partijen toe.
Perspectief
De aanpak van de bronverontreinigingen nadert het eind. De
grondwaterverontreinigingen dienen nog aangepakt te worden en dit wordt
gebiedsgericht benaderd. De plannen hiervoor worden steeds meer
geconcretiseerd.
Voor het einde van 2014 wordt de projectorganisatie opgeheven. De monitoring
en beheer worden overgedragen, voordat het zover is worden de volgende acties
uitgevoerd:
 laatste saneringen van tuinen, paden en wegen bij bewoners en
particulieren; en
 aanpakken van verontreinigde openbare wegen; en
 in 2012 vindt er een evaluatie plaats, wat er de laatste twee jaar nog
gedaan dient te worden.
Gebruikte literatuur:
 Gebiedsgericht grondwaterbeheerplan De Kempen. Royal Haskoning,
2011.
 Notitie begrenzing grondwaterbeheerplan De Kempen versie 2, 2011.
 Website Actief Bodembeheer de Kempen, geraadpleegd maart 2011,
„internet-only‟: http://www.abdk.nl/html/page290.asp
 Website provincie Noord-Brabant, geraadpleegd maart 2011, „internetonly‟: http://www.brabant.nl/dossiers/dossiers-opthema/milieu/bodem/actief-bodembeheer-de-kempen-abdk.aspx
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
60
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.3. Almelo
Naam:
Functie:
Organisatie:
Bevoegd gezag
Wbb:
Datum
interview:
Bert Wiltvank
Technisch en beleidsondersteunend voor
bodem en bodemenergie
Gemeente Almelo
Ja
24 maart 2011
Situatieomschrijving
In 19de eeuw had Almelo een florerende textielindustrie. Bij de werkzaamheden
in de textielindustrie werd er gewerkt met ontvettings- en schoonmaakmiddelen
en creëerden verontreinigingen in de bodem. Deze verontreinigingen zakten diep
in de bodem en door toedoen van grondwaterstromingen liepen de
verontreinigingen in elkaar over. Dit type verontreiniging is zoveel terug te
vinden in de binnenstad als op industrieterreinen in Almelo.
Voor de verontreinigingen in de binnenstad is de gemeente Almelo veelal
verantwoordelijk om daar zorg voor te dragen. De bronvervuilingen zijn daar al
van verwijderd. De diffuse verontreinigingen worden op diversen plekken
gemonitord of gestimuleerd met bacteriën om biologische afbraak te realiseren.
Door middel van monitoring moet aangetoond worden of al dan niet een stabiele
eindsituatie ontstaat. Indien dit niet het geval is, dan wordt een actieve
saneringsmaatregel genomen. Op de industrieterreinen zijn „derden‟ vaak
probleemeigenaar van de verontreinigingen.
Gebiedsontwikkeling
Ontwikkelingsgebieden dienen nog geformuleerd te worden, ze zijn nog niet
specifiek omkaderd. Er zijn echter drie verschillende pilots geformuleerd om de
bron- en pluimverontreinigingen aan te pakken en te beheren. Onderzocht wordt
of dit gecombineerd kan worden door plaatsing van warmte- en koudeopslag.
Daarnaast wordt er aandacht besteed aan de mogelijkheden om stedelijke
ontwikkelingen beter te laten plaatsvinden.
Gebiedsgericht grondwaterbeheer zal direct opgesteld worden om concrete
stappen te maken. Hierdoor wordt er niet lang in de beleid- en planfase
gebleven. Als het goed verloopt, zal er mee doorgegaan worden en verder
worden ontwikkeld. Het zal uitwijzen in hoeverre gebiedsgerichte aanpak
technisch, organisatorisch en financieel in de praktijk gebracht kan worden. Voor
de gehele stad geldt dat de verontreinigingen geen kwetsbare objecten
bedreigen. Van te voren wordt bestuurlijk draagvlak gecreëerd om aan te slag te
kunnen gaan met gebiedsgericht grondwaterbeheer.
Pilotproject industrieterrein Turfkade
Diversen VOCL grondwaterverontreinigingen overlappen elkaar op het
industrieterrein. Hierdoor wordt de monitoring van ieder zijn verantwoorde
verontreiniging erg lastig.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
61
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
De gemeente Almelo zou graag gebiedsbeheerder worden van het
industrieterrein. Dit willen ze realiseren door de pluimen af te kopen bij de
eigenaren. Hierdoor hoeven de bedrijven niet meer te monitoren, waardoor
bijbehorende kosten en tijd weggenomen wordt. Vanuit bureau bodem is er
informatiebijeenkomst gehouden met de saneringsplichten die zicht bevinden po
het industrieterrein. De gemeente Almelo heeft de oplossing voorgesteld om
verontreinigingen eventueel af te kopen. De saneringsplichtigen gaven weinig
respons en reageerde afwachtend en terughoudend. In een vervolg traject zal de
gemeente Almelo weer contact leggen met de betrokken bedrijven. De bedoeling
is dat alle saneringsplichtigen over gaan tot afkoop, zodat er geen vlekken over
blijven en dat er één monitoringsnetwerk aanwezig is op het industrieterrein.
Pilotproject nieuwbouw
Nieuwe wijk „waterrijk‟ van 4000 woningen heeft een goede potentie om
bodemenergie toe te passen. Voor dit gebied is al een WKO potentiekaart
ontwikkeld. Voor het plaatsen van een WKO dient echter nog vooronderzoek
uitgevoerd te worden om te kijken of het daadwerkelijk mogelijk is om een WKO
te kunnen plaatsen.
Pilotproject stadhuis
Eind 2014 dient er een nieuw stadhuis in Almelo komen. De gemeente Almelo
zou graag gebruik willen maken van een open WKO-syteem, daarom vindt er
momenteel vooronderzoek plaats om te kijken of het mogelijk is om een WKO te
plaatsen. Vanuit al uitgevoerde projecten is er bekend dat er een hoog gehalte
aan ijzer in het eerste watervoerend pakket is. Hierdoor kunnen verstoppingen
plaatsvinden als er zuurstof in het open WKO-systeem terecht komt. Daarom
wordt er gekeken in diepere grondlagen tot wel 180 meter diep.
Bij alle drie de pilotprojecten dient het bestuur warm gemaakt te worden. Vooral
vanwege het duurzame aspect van het pilotproject in de binnenstad en het
stadhuis is er draagvlak om hier mee te gaan werken. Op termijn wil het bureau
bodem een visie op de ondergrond vaststellen en dit onderdeel uit laten maken
van de structuurvisie met bijbehorende bestemmingsplannen. Momenteel wordt
er nauwelijks aandacht besteed aan de ondergrond als er bestemmingsplannen
worden geschreven. Door overleg te hebben met het bureau ruimtelijke ordening
dient er meer samengewerkt te worden. Deze afstemming verloopt stroef,
verschillende hebben hiermee te maken:
 nauwelijks of geen kennis van de ondergrond vanuit bureau ruimtelijke
ordening;
 geen wettelijke vereisten vanuit de provincie Overijssel die
bestemmingsplannen goedkeurt;
 moeilijk om specifieke gebieden aan te wijzen wat betreft
verontreinigingen, bodemenergie, waterkwaliteit- en kwantiteit. Er dient
meer kennis over te zijn en vooronderzoek gepleegd worden.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
62
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Belanghebbenden
Er zijn drie verschillende pilotprojecten beschreven. Per pilotproject zijn
verschillende belanghebbenden betrokken. Het initiatief bij alle drie de
pilotprojecten komt van bureau bodem van de gemeente Almelo.
Pilotproject industrieterrein Turfkade:
 gemeente Almelo met bureau bodem, water en energie;
 bedrijven die verantwoordelijk zijn van een bodemverontreiniging op het
bedrijventerrein Turfkade.
Pilotproject nieuwbouw:
 gemeente Almelo met bureau bodem, water en energie;
 projectontwikkelaar „waterrijk‟;
 adviesbureau die een WKO potentiekaart heeft ontwikkeld.
Pilotproject stadhuis:
 gemeente Almelo met bureau bodem, water en energie;
 bedrijf dat vooronderzoek doet naar de diepte van de WKO door middel
van een grondboring;
 adviesbureau die een WKO potentiekaart heeft ontwikkeld;
 projectontwikkelaar stadhuis Almelo;
 adviesbureau die een WKO potentiekaart heeft ontwikkeld.
Andere partijen die mogelijk in een later stadium worden betrokken bij de
verschillende pilotprojecten en ontwikkelingen betreffende gebiedsgericht
grondwaterbeheer zijn:
 Bureau bodem, water en energie (van de gemeente Almelo) willen hun
belangen meer verwoordt hebben met ruimtelijke plannen;
 provincie Overijssel die vergunningverlener is van open WKO aanvragen
en goedkeuring geeft aan bestemmingsplannen voor bureau ruimtelijke
ordening;
 gemeente Hardenberg die samen met gemeente Almelo en de provincie
Overijssel mee heeft gedaan aan een WKO project;
 woningbouworganisatie in Almelo die samen gaat kijken met de gemeente
Almelo om WKO-systemen aan te leggen bij nieuwbouwwijken;
 nazorgbureaus van grondwaterverontreinigingen;
 projectgroep gebiedsbeheerder (intern gemeente Almelo) voor het
industrieterrein Turfkade;
 bedrijven die WKO-systemen gaan plaatsen.
Succesfactoren en aandachtspunten
Er zijn succesfactoren die de aanpak bevorderen, maar er zijn ook
aandachtspunten waar op gelet dient te worden.
Succesfactoren:
 draagvlak gecreëerd door veel te communiceren met andere bureaus en
mogelijke toekomstige partners;
 bestuurlijk draagvlak door middel van een informatieve raadbijeenkomst;
 financiële ruimte voor gebiedsgericht grondwaterbeheer, omdat geld
beschikbaar is gekomen vanuit gevalsgerichte aanpak voor de
gebiedsgerichte aanpak van verontreinigingen;
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
63
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer


samenwerking met de provincie Overijssel en de gemeente Hardenberg
betreffend een WKO project om een masterplan op te stellen;
bodemverontreinigingen aan te pakken in combinatie met WKO en/of
beheren van de situatie door middel van een gebiedsbeheerder.
Aandachtspunten:
 bevoegdheden zijn niet optimaal verdeeld. Er kan niet enkel op het
stadhuis gecommuniceerd worden. De provincie Overijssel heeft enkele
bevoegdheden betreffende gebiedsgericht grondwaterbeheer.
 plaatsing van WKO-systemen kan onoverzichtelijk gaan worden. Geen
duidelijk beeld van de situatie en de toekomstige veranderingen.
 zou een landelijk of provinciaal meldingssysteem dienen te komen wat
betreft gesloten en open WKO-systemen. En het beste zou zijn dat die
passen in het bestemmingsplan met enkele ondergrondse belangen erin
met onder andere bodemenergie.
 capaciteittekort om concrete stappen te maken met gebiedsgericht
grondwaterbeheer. Wettelijke taken en eigen werkzaamheden dienen ook
uitgevoerd te worden;
 bij bureau ruimtelijke ontwikkeling is onvoldoende kennis van
ondergrondse thema‟s aanwezig en er is geen wettelijke verplichting om
samen te werken.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
Door praktisch aan de slag te gaan wordt er inzicht op technisch, organisatorisch
en financieel vlak verkregen. Door praktijk kennis te hebben opgedaan over het
toepassen van een open WKO-systeem van een naburige gemeente, wordt er
lering uitgetrokken om het goed toe te passen bij het stadshuis in Almelo. De
gemeente Almelo zal bij de eigen pilotprojecten zelf ook tegen zaken aanlopen
waar zij en andere van kunnen leren.
Perspectief
Het is belangrijk dat er in de toekomst een ondergrondse visie voor Almelo wordt
geformuleerd. Ook zal er in alle waarschijnlijkheid per 2012 de AMvB
bodemenergie komen die het beter mogelijk maakt om met WKO-systemen om
te gaan. Er zijn bijvoorbeeld nu geen wettelijke mogelijkheden om aanvragen
niet toe te staan.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
64
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.4. Arnhem Presikhaaf
Naam:
Maud Wolf
Functie:
Senior medewerker Bodem
Organisatie:
Gemeente Arnhem
Bevoegd gezag Wbb:
Ja
Datum interview:
11 april 2011
Essentie
Procedure verkorten voor
bronbemalers
Rioleringen aanleggen
Beheersgrenzen bepaald
Monitoringsnetwerk aanleggen
Situatieomschrijving
De woonwijk Presikhaaf in Arnhem wordt herontwikkeld. Bij geplande
werkzaamheden van bouwactiviteiten en rioolvervangingen zijn bronbemalingen
noodzakelijk door de hoge grondwaterstand. In het gebied bevinden zich drie
pluimverontreinigingen, zie afbeelding 1. De bronbemalingen kunnen ervoor
zorgen dat de grondwaterverontreinigingen zich verspreiden. Om verspreiding
tegen te gaan dienen er (voorzorgs)maatregelen genomen te worden (Wbb art
28). Het treffen van (voorzorgs)maatregelen zorgt voor een vertraging van
geplande werkzaamheden en brengt extra financiële kosten met zich mee. Ook
zal de procedure aanvraag langer duren door de aanwezige
grondwaterverontreinigingen.
Afb.1. Gebiedsgrenzen en type verontreiniging in Presikhaaf. TTE.
In het afgelopen jaar zijn diverse vergunningen aangevraagd om bronbemalingen
te laten plaatsvinden en zijn afkomstig van zowel publieke als private partijen.
De vergunningen aanvragen komen binnen bij het bevoegd gezag Waterwet. Die
neemt het aspect grondwaterkwaliteit mee en stemt het af met de gemeente
Arnhem, dat bevoegd gezag Wet bodembescherming is. Zo zijn er meerdere
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
65
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
aanvragen binnen gekomen bij de gemeente Arnhem. Voor een aantal van deze
aanvragen diende (voorzorgs)maatregelen genomen te worden. Vanuit afdeling
milieu bureau bodem kwam het initiatief om te gaan kijken of een andere aanpak
mogelijk is. De aanpak van verontreinigingen en de huidige werkwijze bij
bemalingen is niet optimaal. Het gevoel was er, dat er voor een betere en
efficiënter aanpak gekozen kan worden, zodat de procedures worden verkort, de
werkzaamheden vlotter kunnen verlopen en dat het een bijdrage levert in het
verwijderen van de pluimverontreinigingen.
De visie op de ondergrond van Arnhem is eerder opgesteld en is mede gebruikt
om deze lokale aspecten beter te kunnen aanpakken. De doelstelling vanuit de
visie op de ondergrond is geformuleerd om tot een zo optimale inrichting en
gebruik van de ondergrond te komen.
Gebiedsontwikkeling
Maud Wolf en Peter Bouter hebben het initiatief genomen vanuit het
bodemwerkveld. Zij zijn beide werkzaam bij de afdeling Milieu. Beide
initiatiefnemers willen draag concreet aan de slag gaan, daarom wordt er voor
een klein gebied gekozen, waar een korte doorlooptijd (1/2 à 1 jaar) is gezien de
lopende ontwikkelingen. Om dit een aanpak te komen is er in 2009 met
meerdere adviesbureaus contact gelegd om tot een verbetering van de situatie
te komen. Aan de hand van de twee gesprekken met adviesbureaus is een
offerteaanvraag verstuurd. Hierin werden de volgende vragen gesteld:
 Wanneer mag er een pluimverontreiniging verplaatst worden?
 Is het mogelijk om geld te storten in een beheerorganisatie die de bron
aanpakt en de pluimverontreiniging beheert?
 Een uitwerking die gaat over de beïnvloeding van de bekende pluimen.
Mocht er later andere (nog onbekende) grondwaterverontreinigingen
aanwezig zijn binnen het gebied, dan moet de gebiedsgerichte benadering
daar ook bruikbaar voor zijn.
In de uitwerking dienen de volgende zaken aanbod te komen:
 De uitwerking moet praktisch zijn, maar wel aandacht hebben voor de
(on)mogelijkheden binnen de Wbb.
 Een uitwerking van de financiële haalbaarheid voor de gebiedsgerichte
benadering.
 Verwacht een zodanige uitwerking die ook als „mal‟ te gebruiken is voor
andere gebieden in Arnhem.
Er zijn gesprekken gevoerd met adviesbureaus om het pilotproject goed op te
kunnen pakken. Hieruit kwam de samenwerking met het adviesbureau TTE tot
stand. Het adviesbureau TTE heeft workshops georganiseerd om tot een
gezamenlijk aanpak te komen en heeft het GGB-plan uitwerkt met daarin
ondermeer de gebiedsomschrijving, het bepalen van gebiedsgrenzen, aanpak
monitoring, bepalen van de afkoopsom voor bronbemalers. Door het inhuren van
het adviesbureau wordt er kennis, tijd en ervaring toegevoegd om het project uit
te kunnen voeren naast te normale werkzaamheden.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
66
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
De gebiedsgrenzen zijn bepaald door middel van twee workshops. De
gebiedsgrenzen zijn uit te breiden, indien dat nodig is. Er bevinden zich geen
naburige kwetsbare objecten. Binnen het gebiedgrenzen is het mogelijk om de
pluimverontreinigingen te verspreiden. Hierdoor hoeven er geen
(voorzorgs)maatregelen genomen te worden. De bronverontreiniging valt buiten
het beheersgebied en de veroorzaker dient dit aan te pakken. De hoogte van de
afkoopsom die de bronbemalers dienen te betalen is afhankelijk van het nadelige
effect op de grondwaterverontreiniging. Het is ter compensatie van de anders
genomen (voorzorgs)maatregelen. De financiële middelen worden gebruikt om
vracht te verwijderen en om te monitoren.
Afb.2. Overzicht planfiguren, besluitvorming en schaalniveaus. Bron afwegingskader
gebiedsgericht grondwaterbeheer Gelderland. .
Alle belanghebbenden hebben tijdens de workshops input kunnen geven. Voor
een goede afweging tussen de verschillende belangen is het “afwegingskader
gebiedsgericht grondwaterbeheer Gelderland” gebruikt. Het afwegingskader is
gemaakt door de provincie Gelderland in samenwerking met de gemeente
Arnhem en Nijmegen. De samenwerking is tot stand gekomen, omdat de
bevoegden gezagen Wbb van Gelderland gezamenlijk een beleidsnotitie maken.
De provincie Gelderland zit zowel aan tafel vanwege het afwegingskaders als
bevoegd gezag Waterwet is. De provincie Gelderland heeft een adviserende rol
vanuit bodem en water in verband met het afwegingskader.
De gemeente Arnhem neemt de verantwoordelijk op zich als gebiedsbeheerder.
Die kan vervolgens integrale afwegingen maken en dat er ruimte (mogelijkheid
tot verspreiden) wordt geboden om andere ondergrondse activiteiten te laten
plaatsvinden. Bij dit plangebied is er wel gelet op mogelijk gebruik van WKOsystmemen. De woonwijk zal echter aangesloten worden op het warmtenet.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
67
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Belanghebbenden
Het initiatief is genomen vanuit afdeling Milieu. Deze afdeling valt onder de
Dienst Stadsbeheer. Dit is echter niet de enige afdeling die met dit project te
maken heeft. Collega‟s van de vakgebieden water, energie en ondergrond zijn
tevens meegenomen in de besluit- en planvorming van het project en vallen ook
onder de Dienst Stadsbeheer. Ook is dienst Stadsontwikkeling (projectleiding) en
stadsingenieurs (uitvoering projecten, o.a. aanleg riolering) erbij betrokken.
Daarnaast zijn handhaving, planning&control, juridische zaken, het waterschap
en de externe nazorg organisatie Nazorg Bodem erbij betrokken. Al deze partijen
zijn gevraagd om aan tafel te gaan zitten.
Hieronder is de werkwijze te vinden van het gebiedsgericht
grondwaterbeheerplan met bijbehorende belanghebbenden.
Afb.3. Werkwijze gebiedsgericht grondwaterbeheer plan. Bron TTE.
Zoals al eerder te zien was in afbeelding 2 hebben verschillende partijen met het
pilotproject te maken vanwege hun wettelijke verplichtingen. Deze
belanghebbenden partijen dienen daarom bij het proces betrokken te worden.
Afstemming is nodig tussen de verschillende partijen om tot één aanpak te
komen. De gedachten dient losgelaten te worden om conform de wet te
handelen, maar in het belang van het gebied te denken. Hierdoor is men
gekomen tot het gebiedsgericht grondwaterbeheerplan.
Succesfactoren en aandachtspunten
Er is al een visie op de ondergrond gemaakt voor Arnhem. Hierdoor zijn
verschillende beleidsvelden intern bij de gemeente Arnhem in aanraking
gekomen met ondergrondse thema‟s om deze aan elkaar te koppelen. Door een
klein beheersgebied te hebben geformuleerd wordt het pilotproject behapbaar
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
68
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
gehouden. Hieronder zijn de succesfactoren en aandachtspunten bij het
pilotproject Presikhaaf in Arnhem te zien.
Succesfactoren:
 procedure voordeel voor bronbemalers. Er hoeft enkel een melding
conform het „meldingformulier bemalingwerkzaamheden‟ gedaan te
worden;
 minder onderzoek voor bronbemalers. Geen invloed bepaling ten opzichte
van de grondwaterverontreiniging;
 financieel voordeel voor bronbemalers. De bijdragen die de bronbemalers
dienen te doen aan de gebiedsbeheerder is lager dan
(voorzorgs)maatregelen te nemen en te monitoren;
 financiële bijdragen van de bronbemalers wordt gebruikt om de situatie
beter beheersbaar te houden;
 bronbemalers, projectontwikkelaars en bewoners zijn tevreden over de
aanpak en over de tijdsduur van de aanpak;
 kennis genomen met gebiedsgericht grondwaterbeheer;
 bestuurlijk draagvlak.
 geen verslechtering van de grondwaterkwaliteit en de
grondwaterkwantiteit;
 geen risico‟s voor mens, plant en/of dier;
 inzet ondergrondse activiteiten eerder op verwijderen van verontreiniging
in plaats van (voorzorgs)maatregelen.
Aandachtspunten:
 belangrijk om van te voren de aanpak tussen partijen helemaal duidelijk te
hebben;
 de vergunningverlener van waterwet bij het waterschap Rijn en IJssel had
nog onvoldoende kennis genomen van het afwegingskader gebiedsgericht
grondwaterbeheer. De afstemming met waterschap Rijn en IJssel ten
aanzien van het gebiedsgericht grondwaterbeheerplan Presikhaaf had
beter gekund;
 er werd gedacht dat het simpeler te kunnen aanpakken. Verkeken over de
complexiteit van de aanpak.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
De initiatiefnemers Maud Wolf en Peter Bouter hebben beide een brede kijk op
het werkveld als bodemprofessional en vinden houden ervan om concreet aan de
slag te gaan. Door de brede kijk wordt er eerder opgemerkt welke problemen er
spelen en hoe daar mee om te gaan. De procedures dienen verbeterd te worden
en met een gebiedsgerichte aanpak wordt het zo praktisch, inzichtelijk en
eenvoudig mogelijk gemaakt voor alle partijen. Zodat stedelijke ontwikkelingen
kunnen plaatsvinden en dat tijd en geld bespaard wordt voor meerdere partijen.
Het lastige van het project is dat er meer bij kwam dan gedacht. Het heeft echter
wel het wenselijke effect gehad.
De aanpak zorgde ook voor kritiek. De kritiek luidde dat de gemeente Arnhem te
veel goede voorwaarden schepte voor de bronbemalers. Deze kritiek is
onterecht, omdat de verspreiding van de pluimverontreiniging niet tot een
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
69
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
verslechtering heeft geleid. Tevens zijn er afkoopsommen van de bronbemalers
bij de gebiedsbeheerder gekomen die het gebied kunnen monitoren.
Perspectief
De gebiedsgrenzen zijn momenteel dusdanig groot dat de huidige ontwikkelingen
er onder kunnen vallen. Er is van te voren rekening mee gehouden dat de
gebiedsgrenzen voor een groter gebied kunnen gaan gelden.
De verwachting is dat de grondwaterverontreinigingen zich over de
gebiedsgrenzen gaan verspreiden. Als dit gebeurt, zal het beheersgebied
opgeschaald worden. Als deze situatie zich voordoet zullen ook andere
ondergrondse belangen meegenomen worden om de grote van het gebied te
bepalen. Voordat het zover is wordt het pilotproject Presikhaaf geëvalueerd.
Mogelijk zijn andere gebieden binnen Arnhem ook geschikt voor een
gebiedsgerichte aanpak. Dit kan mogelijk toegepast worden voor het centrum
van Arnhem en het beschermen van een drinkwatervoorziening in de Arnhem.
Gebruikte bronnen:
 beleidsnota bodem. Provincie Gelderland, gemeente Arnhem en Nijmegen,
2008.
 GGB-plan Presikhaaf eindproduct. TTE, 2011.
 Lijn in GGB-presikhaaf tav infiltratie. 2011.
 Afwegingskader gebiedsgericht grondwaterbeheer Gelderland, 2010
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
70
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.5. Arnhem Presikhaaf TTE
Naam:
Annelies Everts
Functie:
Adviseur bodem&milieu
Organisatie:
TTE
Locatie project:
Arnhem Presikhaaf
Datum interview:
14 maart 2011
Situatieomschrijving
Door aanwezige grondwaterverontreinigingen in de wijk Presikhaaf in Arnhem
dreigen stedelijke ontwikkelingen duurder uit te vallen en vertraging op te lopen.
Bij geplande werkzaamheden van bouwactiviteiten en rioolvervangingen zijn
bronbemalingen noodzakelijk door de hoge grondwaterstand. Door het toepassen
van bronbemalingen worden de grondwaterverontreinigingen beïnvloed, om deze
beïnvloeding te voorkomen dienen er (tegen)maatregelen getroffen te worden.
Verontreinigingstechnisch zijn deze (tegen)maatregelen niet de meest optimale
oplossing. Er is gekozen voor een gebiedsgerichte aanpak om voor de
bronbemalingen de kosten te verminderen, procedures te verkorten en
maatregelen te nemen om de grondwaterverontreinigingen te beheersen.
Het initiatief kwam tot stand, doordat bronbemalers (publieke en private
partijen) meldingsplichting zijn als er bemaalt dient te worden.
Het waterschap is in het kader van de Waterwet bevoegd gezag voor de
bronbemalingen. De meldingen zijn doorgegeven aan de gemeente Arnhem,
omdat er met verontreinigingen wordt omgegaan. Uit de verschillende meldingen
bleek, dat er telkens tegenmaatregelen getroffen diende te worden om de
grondwaterverontreinigingen niet te laten verspreiden. Bureau Bodem heeft het
initiatief genomen om de situatie te verbeteren.
In de visie op de ondergrond van Arnhem, die al is gemaakt, is de doelstelling
geformuleerd om tot een zo optimale inrichting en gebruik van de ondergrond te
komen. Mede door dit document is er voor de wijk Presikhaaf een gebiedsvisie
opgesteld en daarna een gebiedsgericht grondwaterbeheerplan om het
verontreinigende gebied te kunnen ontwikkelen. Daarnaast is er gebruik gemaakt
van het afwegingskader gebiedsgericht grondwaterbeheer Gelderland om
afwegingen te maken voor het gebied.
Belanghebbenden
Bureau bodem van de afdeling milieu heeft het initiatief genomen om te gaan
werken met gebiedsgericht aanpak. Het bureau bodem heeft het adviesbureau
TTE gevraagd om mee te helpen en om een aanpak te formuleren. Er zijn twee
workshops georganiseerd door TTE, hierin fungeert TTE als objectieve partij.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
71
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
In afbeelding 1 is de werkwijze te zien, met alle betrokken partijen, die
toegepast is tijdens de workshops.
Afb.1. Werkwijze gebiedsgericht grondwaterbeheerplan
Voordat de eerste workshops plaatsvond is er een inventarisatie en analyse door
TTE uitgevoerd. Dit vormt input voor het vaststellen van het gebied en eisen en
wensen. In de eerste workshop zijn de belanghebbenden aanwezig. De
uitkomsten van de workshop worden gebruikt om de reeds gemaakte
inventarisatie en analyse aan te vullen. Ook is de workshop gebruikt om de
omvang, eisen en wensen van het gebied te bepalen en een selectie van
maatregelen te benomen. In de tweede workshops zijn de eerdere uitkomsten
besproken en vanuit daar worden de maatregelen vastgesteld. Bij het uitwerken
van de maatregelen hebben nog diversen overlegmomenten met verschillende
actoren plaatsgevonden. De partijen van de eerste kolom in afbeelding 1 hebben
tijdens de eerste workshop de gebiedsbegrenzing geformuleerd. Tijdens de
tweede workshop zijn de partijen uit de tweede kolom in afbeelding 1
bijeengekomen om maatregelen vast te stellen. Met de partijen uit de derde
kolom heeft overleg plaatsgevonden in het kader van de verdere uitwerking van
de maatregelen en het plan.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
72
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Gebiedsontwikkeling
In het gebiedsgericht grondwaterbeheerplan is het beheergebied beschreven en
zijn maatregelen uitgewerkt met als doel de effectiviteit van de maatregelen ten
aanzien van grondwaterverontreinigingen en bronbemalingen te vergroten. Ook
is het bedoeld om efficiëntere inzet van financiële middelen te bereiken.
Hieronder zijn de gebiedsgrenzen te zien die zijn vastgesteld aan de hand van de
twee workshops.
Afb.2. Woonwijk Presikhaaf. TTE.
Afb.3. Gebiedsbegrenzing (oude versie). TTE.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
73
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Door de grote van het gebied vast te stellen wordt er bepaald welke
beleidsvelden meer, weinig of geen aandacht.
De gebiedsbegrenzing bevindt zich voor een groot gedeelte in de woonwijk
Presikhaaf. De woonwijk is te zien met de grijze omkadering. De begrenzing is
zeer bepalend in de vervolgstappen van het pilotproject. De grote van de
gebiedsgrenzen is vastgesteld aan de hand van de workshops en is bepalend
welke beleidsvelden meer, weinig of geen aandacht krijgen in de uitwerking van
het plan. De bronbemalers mogen de grondwaterverontreinigingen verspreiden
in het begrensde gebied. Daarnaast dienen de bronbemalers, mede in verband
met de lozingen van het onttrokken water, een nul- en eindsituatie van de
grondwaterkwaliteit vast te stellen. De bronbemalers hoeven vanwege het
toestaan van verspreiding geen (tegen)maatregelen te treffen. Daarom dienen zij
een financiële bijdrage te leveren aan de gemeente Arnhem. De gemeente
Arnhem gebruikt de middelen om de grenzen van het gebied blijvend te
monitoren. Zo kan er gekeken worden of de verontreiniging over de
gebiedsgrenzen is gekomen en als dit het geval is dienen er eventueel
maatregelen genomen te worden tegen verdere verspreiding.
Voor de gemeente Arnhem en de bronbemalers is het belangrijk dat de
geplande werkzaamheden zonder problemen en vlot kunnen verlopen,
zodat er geen stedelijke stagnatie plaatsvindt. Deze samenwerking vindt
vrijwillig plaats. De realisatie is al gedeeltelijk bezig door middel van
nulmetingen aan de randen van het gebied.
Succesfactoren en aandachtspunten
Hieronder zijn de succesfactoren benoemd die met gebiedsgericht
grondwaterbeheer in Arnhem Presikhaaf te maken hebben.
Succesfactoren:
 relatief klein gebied met duidelijke gebiedsgrenzen;
 ontwikkeling is goed behapbaar en niet complex;
 goede binding en motivatie met het pilotproject van de verschillende
beleidsvelden van de gemeente Arnhem;
 bereidheid van de bronbemalers.
Perspectief
Na het afronden van dit pilotproject zal de gebiedsbeheerder (de gemeente
Arnhem) de aanpak evalueren met de belanghebbenden, om te kijken hoe het is
gegaan. Dit gebied wordt daarna eventueel uitgebreid en/of er wordt een nieuw
gebied aangewezen om te ontwikkelen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
74
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.6. Breukelen/woerden (milieudienst Noordwest Utrecht)
Naam:
Han de Rijk
Functie:
Senior bodemadviseur
Organisatie:
Milieudienst Noordwest Utrecht
Bevoegd gezag Wbb:
Nee
Datum interview:
20 mei 2011
Essentie
Duurzaam Dienstenbedrijf
Combinatie WKO en
bodemverontreiniging
Situatieomschrijving
De spoorzone in Woerden wordt (her)ontwikkeld, de planning loopt van 2010 tot
na 2017. Onder het te ontwikkelde gebied valt het Defensie-eiland, het
Campinaterrein, Snellerpoort en meer. Het gaat om een ontwikkelingsgebied van
1.600 woningen en 80.000 m² BVO aan andere functies. De gemeenteraad van
Woerden heeft ambitieuze klimaatdoelstellingen, die bij deze stedelijke
ontwikkelingen toegepast worden. Aan de hand van een energievisie van de
Milieudienst Noordwest Utrecht (NWU) is gebleken dat er goed gebruik gemaakt
kan worden van WKO-systemen. De Milieudienst NWU ondersteunt en adviseert
diverse gemeenten bij het uitvoeren van milieutaken, waaronder gemeenten
Woerden.
Het kasteel op het Defensie-eiland werd vroeger gebruikt als chemische wasserij
voor het wassen, drogen, spoelen van militaire goederen van textiel. De
verontreiniging heeft zich verspreid in het eerste watervoerende pakket. De
grondwaterverontreiniging bevindt zich gedeeltelijk onder de Spoorzone (zie
afbeelding 1). Voor optimale benutten van bodemenergie dienen er WKOsystemen geplaatst te worden in de grondwaterverontreiniging.
Gebiedsontwikkeling
De gemeenteraad van Woerden heeft nadrukkelijk een duurzame ambitie
getoond voor de spoorzone die ontwikkeld wordt. De ambtelijke organisatie geeft
uitvoering aan deze „opdracht‟. In de ambtelijke organisatie hebben bureau
ruimtelijke ordening, water, bodem, energie en juristen hier aan mee gewerkt.
Zij bekeken of het mogelijk is om de ambities te kunnen vormgeven, dit werd
samen gedaan met de Milieudienst NWU.
De gemeente Woerden heeft in 2009 het Duurzaam Dienstenbedrijf opgericht.
Het houdt zich bezig met alle duurzame energietechnieken die toegepast kunnen
worden in de gemeente Woerden. Ook zal het zich bezig houden met het
plaatsen van WKO-systemen in de Spoorzone. Het Duurzaam Dienstenbedrijf
heeft een actieve houding naar projectontwikkelaars toe. Het zal ze op de hoogte
stellen van de mogelijkheden om een WKO te plaatsen. Het kan door de actieve
houding afstemming laten plaatsvinden tussen de ontwikkelaars, voor het
toepassen van meerdere WKO-systemen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
75
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
De bronverontreiniging die zich op het Defensie-eiland bevindt zal tussen 2012
en 2016 gesaneerd worden. De vracht wordt da verwijderd en nalevering zal niet
meer kunnen plaatsvinden. De grondverontreiniging blijkt echter aanwezig en
dient beheerst te worden. Door plaatsing van WKO-systemen bestaat de kans
dat de grondwaterverontreiniging zich ontoelaatbaar verspreid. Hier is een
oplossing voor gevonden te worden.
Milieudienst NWU heeft het adviesbureau TTE ingehuurd om een voorlopig
ontwerp te maken. Hierin wordt gekeken naar een aanpak voor het plaatsen van
WKO-systemen in een grondwaterverontreiniging.
Afb.1. Grondwaterverontreiniging en WKO-systemen. TTE.
In afbeelding 1 staan de verschillende geplande WKO-systemen met de stedelijke
ontwikkeling. Er wordt rekening gehouden met de interventies van de WKOsystemen. Er zijn ook drie WKO-systemen gepland binnen de interventiewaarde
contour van de grondwaterverontreiniging. Door deze systemen netto te laten
onttrekken (zie afbeelding 2) en twee extra deepwells te plaatsen, wordt de
grondwaterverontreiniging beheerst en vindt er geen verspreiding plaats. De
eindsituatie van de grondwaterverontreiniging dient stabiel te zijn. Er is geen
urgentie om de grondwaterverontreiniging te verwijderen en door de geplande
activiteiten zullen er geen kwetsbare objecten worden bedreigd.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
76
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.2. Netto onttrekking WKO-systeem. TTE.
Voordat de geplande acties ondernomen kunnen worden dient er stedelijke
ontwikkeling plaats te vinden. Door de huidige economische situatie zijn veel van
de geplande werkzaamheden vertraagd. Ook heeft de wisseling van het bestuur
voor turbulentie gezorgd. Er zal fors worden bezuinigd en er wordt geen nieuw
beleid ontwikkeld, echter zijn de duurzame ambities nog aanwezig. Om het
project te laten slagen dient de motivatie en het draagvlak aanwezig blijven.
Vorderingen zijn belangrijk als stimulans voor het project.
Het lastige is dat door verschillende factoren is het Duurzaam Dienstenbedrijf
(DDW) ontbonden waardoor de coördinatie is gestopt. De reden hiervoor is: “De
markt heeft zicht echter anders ontwikkeld dan bij het moment van oprichting
voorzien was. Projecten, zoals Snellerpoort, hebben vertraging opgelopen,
ontwikkeling van energieprijzen is onzeker, en de geplande deelsanering van het
grondwater kan worden uitgesteld tot na de 5 jaar durende grondsanering.
Tevens volgen de ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid elkaar in rap
tempo op. Om het DDW een serieus concurrerend bedrijf te laten zijn, dat
actuele ontwikkelingen kan bijhouden, zijn meerdere investeringen vereist die de
gemeente Woerden, zeker in tijd van bezuinigingen, niet kan doen.” [1]
Nadat het Duurzaam Dienstenbedrijf is gestopt vindt er geen gestructureerde
aanpak meer plaats. Er wordt momenteel gekeken op welke wijze coördinatie
plaats kan vinden. Er wordt per ontwikkeling bekeken of het mogelijk is om een
WKO-systeem te kunnen plaatsen. Één van de ontwikkelingen die wel
plaatsvinden is het Minkema College. Daar is een doublet voor vergund die
geschikt kan worden gemaakt een bijdrage te leveren in het beheersing van de
grondwaterverontreiniging. Voor het plaatsen van het WKO-systeem bij het
Minkema College heeft er een effectenstudie plaatsgevonden. Hiervoor zijn meer
gegevens nodig, dan bij WKO-systemen die zich niet in een
grondwaterverontreiniging bevinden. De kosten voor het monitoren zullen ook
hoger uitvallen. Er zal vaker gemeten worden om de verspreiding en de
beheersbaarheid te blijven meten van de situatie.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
77
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Belanghebbenden
Milieudienst NWU werkt namens de gemeente Woerden. Er kan beroep worden
gedaan op de Milieudienst om kennis aan te reiken, zorgen voor
capaciteitsvergroting en het coördineren van taken. Dit heeft de gemeente
Woerden gedaan, om de Spoorzone goed te kunnen aanpakken op het gebied
van milieuthema‟s.
Andere belanghebbenden bij het project zijn:
 Agentschap NL, landelijk pilotproject. Vanwege de combinatie van het
toepassen van een WKO-systeem en de beheersing van de
grondwaterverontreiniging;
 Waterschap De Stichtse Rijnlanden is er ook bij betrokken, maar niet
primaire;
 Provincie Utrecht, bevoegd gezag Wet bodembescherming en bevoegd
gezag Waterwet;
 Adviesbureau TTE, voor het maken van een voorlopig ontwerp en het
moduleren van grondwater;
 Adviesbureau DWA, maken van een business plan WKO en het
exploitatievraagstuk hiervan;
 Ontwikkelaars, die vroegtijdig op de hoogte zijn gesteld om over de
mogelijkheden van WKO.
Belangrijk tijdens het project is de afstemming tussen de gemeente Woerden en
de Milieudienst NWU met de provincie Utrecht. De samenwerking was nodig op
het gebied van de aanpak van de bronverontreiniging en het verlenen van WKO
vergunningen. Er is voldoende meegedacht en medewerking verleent. De
klimaatdoelstellingen gelden als stimulans om zo optimaal mogelijk gebruik te
maken van bodemenergie.
Succesfactoren en aandachtspunten
De aanpak in Woerden is vooruitstrevend. Het plaatsen van een WKO-systeem in
verontreinigd grondwater heeft in Woerden nog niet eerder plaatsgevonden. De
succesfactoren en aandachtspunten van deze aanpak zijn hieronder beschreven.
Succesfactoren:
 optimale benutting van de ondergrond;
 realisatie duurzame gemeentelijke ambities;
 plaatsing van WKO-systemen zorgt voor het beheersen van de
grondwaterverontreiniging;
 er dienen minder beheersmaatregelen getroffen te worden;
Aandachtspunten:
 coördinatie van het Duurzaam Dienstenbedrijf is gestopt;
 vergunningverlening duurt lang;
 zwaardere en langere procedure in verband met
grondwaterverontreiniging;
 interventie gebieden hebben geen juridische hardheid;
 wisselend bestuur;
 huidige economische situatie.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
78
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
Door verschillende factoren is het Duurzaam Dienstenbedrijf ontbonden. Dit is
erg jammer, maar de klimaatdoelstellingen blijven staan. Ook wordt het nog
steeds mogelijk gemaakt om WKO-systemen te kunnen plaatsen.
Door combinatiemogelijkheden te hebben gezocht wordt het gebied waar de
grondwaterverontreiniging zich bevindt benut en beheerst. Dit zorgt voor meer
gebruik van duurzame energie en één integraal beeld voor alle betrokken
partijen.
Perspectief
In Woerden bevinden zich meerdere verontreinigingslocaties. Deze locaties zullen
echter niet gebiedsgericht aangepakt worden. De geplande ontwikkelingen in de
Spoorzone worden waarschijnlijk naar enkele jaren weer opgepakt. Deze
ontwikkelingen bieden de kans om de geplande werkzaamheden en acties uit te
voeren.
Gebruikte literatuur:
 [1] Website gemeente Woerden, geraadpleegd mei 2011, „internet-only‟:
http://www.woerden.nl/default/nieuws/persberichten2/DuurzaamDiensten
bedrijfWoerdenontbonden/id_16988431
 Website Deltaris, geraadpleegd mei 2011, „internet-only‟:
 http://www.deltares.nl/xmlpages/TXP/files?p_file_id=14349
 WKO en sanering gecombineerd in spoorzone Woerden (powerpoint). TTE,
2010.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
79
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.7. Bureauhoofd Bodem van provincie Noord-Brabant
Naam:
Functie:
Organisatie:
Datum interview:
Bevoegd gezag Wbb:
Ewoud van den Berg
Bureauhoofd bodem
Provincie Noord-Brabant bureau bodem
8 april 2011
Voor alle gemeenten in Noord-Brabant, behalve Breda,
Eindhoven, Helmond, ‟s-Hertogenbosch en Tilburg.
Werkzaamheden
Onder de directe van Ecologie vallen diverse bureaus; waaronder bureau bodem.
Het bureauhoofd heeft de verantwoordelijkheid over het bureau en over de
provinciale medewerkers die bij Actief Bodembeheer de Kempen werkzaam zijn.
Afbeelding 1. Organogram directie ecologie
Vijf verschillende kerntaken en werkzaamheden die bureau bodem verricht, zijn:
1. beleid ontwikkelen en integratie met ruimtelijke en maatschappelijke
ontwikkelingen, waaronder de bodemwijzer en het bodembeleid voor
gemeenten waarvan de provincie Noord-Brabant bevoegd gezag is;
2. uitvoering van (water)bodemonderzoeken en (water)bodemsaneringen;
3. aanpak stortplaatsen, bodemsanering op bedrijfsterrein, uitvoering
bedrijvenregeling;
4. bevorderen en toetsen van particuliere bodemsaneringen. Afgeven van
beschikkingen bij volledige saneringsplannen;
5. regievoering op de ontwikkeling en uitvoering van het bodembeleid in
samenwerking met gemeente.
Ook wordt er actief bodembeheer toegepast bij de Kempen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
80
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
De gemeenten waarvan de provincie Noord-Brabant bevoegd Wbb is, zijn vanuit
het ISV onderverdeeld in twee soorten gemeenten:
 programmagemeenten geeft van te voren aan wat ze willen saneren
(meerdere saneringen) en krijgen daarvoor een budget;
 projectgemeenten zijn vaak kleinere gemeenten dan
programmagemeenten en krijgen geld per ingeleverd projectplan.
Bodemconvenant en gebiedsgericht grondwaterbeheer
Het bodemconvenant is in 2009 gemaakt met drie verschillende pijlers. Één
daarvan is gebiedsgericht grondwaterbeheer. Deze pijler richt zich op het
aanpakken van grootschalige grondwaterverontreinigingen. Daarnaast zijn de
pijlers aanpak spoedlocaties en duurzaam gebruik van de ondergrond
geformuleerd. Gebiedsgericht grondwaterbeheer en duurzaam gebruik van de
ondergrond hebben een integraal karakter waar een koppeling gemaakt wordt
naar andere beleidsvelden, zoals grondwater, energie, ruimtelijke ordening en
natuur en landschap. Voor het duurzaam gebruik van de ondergrond wordt er
ondermeer gelet op benutting van klimaatdoelstellingen en dat er schoon
drinkwater geleverd kan worden.
Om deze pijlers, gebiedsgericht grondwaterbeheer en duurzaam gebruik van de
ondergrond, te vormen dient er integraal samengewerkt te worden binnen het
provinciehuis. Bureau bodem dient zich ook te verbreden qua werkzaamheden.
Het saneren van verontreinigingen is niet de enige taak van bureau bodem.
Advies voor duurzaam gebruik van de ondergrond en advies voor toepassen van
bodemenergie zijn belangrijke punten die ontwikkeld dienen te worden. Op
termijn is het de bedoeling dat onder- en bovengrondse activiteiten te kunnen
voorzien van kennis en samen te werken om gebieden te ontwikkelen en
problemen aan te pakken. Belangrijk hierin is dat milieuthema‟s vroegtijdig in de
beleid- en planfase komen bij stedelijke ontwikkeling.
Spoedlocaties die ernstig en urgent zijn dienen opgelost te worden en de
saneringen waar de provincie Noord-Brabant verantwoordelijk voor is. Deze
activiteiten dienen voor het einde van 2015 afgerond te zijn. De huidige
werkzaamheden zullen na 2015 minder zijn. Na 2015 dienen de saneringen
alleen nog door de markt worden uitgevoerd. Bureau bodem dient zich te
verbreden om andere te voorzien van kennis, om zichzelf verder te kunnen
ontwikkelen als een soort van bureau bodembreed of bureau ondergrond waarin
meerdere beleidsvelden samengebundeld zijn.
Perspectief bureau bodem
Bureau bodem wil en dient zichzelf opnieuw te leren kennen en verbreden. De
ontwikkeling is ingezet vanwege het bodemconvenant en omdat er steeds minder
financiële middelen te beschikking zijn en dat het steeds drukker wordt in de
ondergrond. De verbreding wordt ook in gang gezet door het ontwikkelen van
vier Brabantse regio‟s, de Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD). Vanaf 2012
dienen er experts van gemeenten en provincie samen te werken aan taken op
het gebied van vergunningsverlening, toezicht en handhaving. Met als doel de
dienstverlening aan burgers en bedrijven verbeteren. Taken van bureau bodem
zullen deels naar Regionale Uitvoeringsdiensten gaan.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
81
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
De verbreding naar andere bureaus toe dient nog vorm te krijgen. Er wordt aan
de hand van een zestal transitieprojecten bekeken of er samengewerkt dient
worden met andere bureaus en hoe deze samenwerking tot stand kan komen. De
zestal transitieprojecten zijn:
 bodem en bedrijf;
 bodem en energie;
 ecosysteemdiensten;
 gebiedsgericht grondwaterbeheer;
 duurzaam gebruik van de ondergrond;
 bodem en biodiversiteit.
Bij het transitieproject gebiedsgericht grondwaterbeheer wordt er samengewerkt
met bureau grondwater. Er zijn namelijk gezamenlijke raakvlakken en dossiers
en hebben elkaar nodig in een gebiedsgerichte aanpak. Vanuit de gevalsgericht
benadering voor het saneren van verontreinigingen kon bureau bodem sectoraal
te werk gaan. Bij gebiedsgericht grondwaterbeheer dient er meer interne
samenwerking plaats te vinden op het provinciehuis om een goede aanpak te
bewerkstelligen.
Bij gemeenten die niet bevoegd gezag Wbb zijn en waar sprake is een historische
grootschalige bodemverontreiniging heeft bureau bodem een begeleidende en
faciliterende rol. Bij de aanpak van grootschalige bodemverontreinigingen dient
er breder worden gekeken en er dienen andere beleidsvelden bij betrokken
worden. Hierdoor komt de aanpak beter van de grond en zijn er meerdere
financiële dragers en mogelijkheden om grootschalige
grondwaterverontreinigingen aan te pakken. In deze situatie is nauwere
samenwerking geboden. Eventueel zou er een projectorganisatie voor een
bepaald gebied gevormd kunnen worden met mensen van verschillende bureaus.
De verbreding wordt intern vooral gelegd bij de directie ecologie, met betrekking
op milieuthema‟s. Er dient nadat de transitie meer vorm heeft gekregen een nog
grotere transitie plaats te vinden. Dit is de samenwerking met de boven- en
ondergrondse beleidsvelden. De koppeling vanuit bureau bodem (en andere
beleidsvelden) naar ruimtelijke plannen is hierin belangrijk, zodat boven- en
ondergrondse activiteiten gebundeld te worden. Misschien ontstaat er in de
toekomst een driedimensionaal ruimtelijk plan waarin de boven- en ondergrond
in vertegenwoordigd zijn. Het wordt steeds drukker in de ondergrond en
ruimtelijke ordenaar hebben dit onvoldoende door. Het totaal beeld ontbreekt
vaak en de ondergrond is niet geordend. De ondergrondse thema‟s dienen in de
initiatieffase in beeld te komen om meer structurering plaats te laten vinden,
hierdoor worden problemen vroegtijdig voorkomen. De communicatie zal hierin
erg belangrijk zijn.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
82
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Nieuwe taken dienen zich ook aan die bureau bodem verbreden. Hierin kunnen
nieuwe werkzaamheden ontstaan en adviezen gegeven worden aan gemeenten.
De volgende zaken dienen zich aan:
 opslag van kernafval;
 onderzoek en winning van schaliegas;
 onderzoek naar geothermie door diversen gemeenten.
Op termijn zal er worden gekeken hoe andere provincies zich organiseren. Dit
wordt gedaan om mogelijke interne verbeteringen aan te brengen of
herstructurering plaats te laten vinden.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
83
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.8. Eindhoven Strijp-S, Arcadis
Naam:
Hans Slenders
Functie:
Adviseur bodem en bodemenergie
Organisatie:
Locatie project
Arcadis
Eindhoven
Bevoegd gezag Wbb
Ja
Datum interview:
7 april 2011
Situatieomschrijving
Strijp-S is een voormalig bedrijventerrein van Philips. Op het bedrijventerrein
vindt er een herontwikkeling en nieuwbouw plaats, dit wordt uitgevoerd door
gemeente Eindhoven en VolkerWessels (bouwontwikkelaar). Zij hebben het
gebied overgenomen van Philips. Onder het gebied van Strijp-S bevindt zich een
bron- en pluimverontreiniging die door historische activiteiten van Philips is
veroorzaakt. Deze verontreiniging is gevalsgericht te saneren. Het idee van
Philips is om de grondwaterverontreiniging te beheersen door middel van een
bodemenergiesysteem. De grondwaterverontreiniging bevindt zich tot 60 meter
minus maaiveld en de bronverontreiniging is van te voren gesaneerd. In
afbeelding 1 is verontreinigingssituatie te zien.
Afb.1. Cis dichlooretheen en vinylchloride tot 60 m diep. Bron Arcadis.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
84
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Gebiedsontwikkeling
Gemeente Eindhoven, VolkerWessels en Philips werken samen om het idee vorm
te geven en te ontwikkelen. De partijen hebben elkaar nodig, omdat de
ontwikkelingen (boven en ondergrond) op elkaar afgestemd dienen te worden.
Ook zal de gemeente Eindhoven nauw betrokken worden als bevoegd gezag Wet
Bodembescherming en de provincie Noord-Brabant is er bij betrokken als
vergunningverlener voor het bodemenergiesysteem.
Philips heeft enkele doelen en eisen gesteld aan het te systeem, dat reeds onder
het gebied van Strijp-S is geïnstalleerd. De doelstellingen zijn:
 allereerst de verontreinigingen in het watervoerende pakket te beheersen
binnen het gebied, en om de invloed van het systeem op de omgeving
sterk te beperken;
 vervolgens de afname van verontreinigingen in het invloedsgebied van het
systeem te bevorderen.
Philips heeft in 2004 opdracht gegeven aan TNO voor een
haalbaarheidsonderzoek. Het systeem is voldoende haalbaar gebleken uit
onderzoek. Vervolgens heeft Arcadis in 2006 opdracht gekregen om het idee uit
te werken in een ontwerp voor het systeem.
Het systeem, genaamd Sanergy, is ontworpen om bodemenergie te benutten en
de grondwaterverontreiniging te beheersen en voldoet aan de gestelde doelen.
Het Sanergy systeem maakt gebruik van grondwatercirculatie. Bestaand uit
onttrekking- en infiltratie putten. Het water wordt continue rond gepompt. Het
grondwater dat opgepompt wordt zal langs een warmtewisselaar gaan, waar
afgifte plaatsvindt van warmte of koude. Het water dat retour gaat wordt in het
midden van de grondwaterverontreiniging terug geïnfiltreerd. Hierdoor wordt de
grondwaterstand hoger op de plek van het verontreinigde grondwater t.o.v. het
toestromende grondwater. Dit zorgt ervoor, dat het schone toestromende
grondwater om de grondwaterverontreiniging heen stroomt. Het heeft namelijk
een lagere stijghoogte. Het effect van de grondwaterstroming op het verspreiden
van de grondwaterverontreiniging wordt hierdoor met 80% gereduceerd. Dit
geldt enkel voor pluimen die dieper dan 30 meter minus maaiveld liggen. Het
verontreinigde grondwater wordt beheerst. Indien het nodig is kan de
pompcapaciteit fluctueren om de invloed van het toestromende grondwater
verder te reduceren.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
85
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.2. Sanergy systeem in de winter. Bron Arcadis.
Het Sanergy systeem zorgt voor 50% CO2-reductie ten opzichte van
conventionele technieken, beheersing van de grondwaterverontreiniging en
versnelde biologische afbraak van de verontreiniging. Als er gebruik gemaakt zou
worden van een traditionele aanpak van een bodemenergiesysteem zou het
leiden tot een ontoelaatbare verspreiding in het grondwater.
Afb.3. Plaatsing van de Sanergy systemen in Strijp-S. Bron Arcadis.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
86
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
In 2008 is het Sanery systeem geplaatst in Strijp-S. Het aansluiten van het
Sanergy systeem zal navenant de stedelijke ontwikkeling duren tot en met 2018.
Het ontwerp van het systeem is overgedragen van DEC (Development
Sustainable Energy Solutions), dat onderdeel is van VolkerWessels.
VolkerWessels verzorgt de realisatie en de exploitatie van het Sanergy syteem.
Afb.4. Planning operationeel maken van het Sanergy systeem. Bron Arcadis.
Het gebruik maken van het bodemenergiesysteem is leidend geweest voor het
realiseren. Het primaire doel is de opwekking bodemenergie. Het voordeel van
het Sanergy systeem is dat er bodemenergie wordt opgewekt en dat er
tegelijkertijd de grondwaterverontreiniging wordt beheers.
Belanghebbenden
Bij de gebiedsgerichte aanpak voor het terrein Strijp-S zijn verschillende
belanghebbenden bij betrokken. De verantwoordelijkheid van het gebied ligt in
de handen van de gemeente Eindhoven en de projectontwikkelaar
VolkerWessels, terwijl Philips de verantwoordelijkheid heeft voor de
bodemverontreiniging. Om de bodemverontreiniging zo goed mogelijk aan te
pakken in combinatie van één duurzame energietechniek zijn diversen partijen
bij betrokken. De volgende belanghebbenden zijn bij de gebiedsgerichte aanpak
betrokken:
 gemeente Eindhoven met bureau bodem, water, energie en ruimtelijke
ontwikkeling;
 Arcadis, ontwerp van het Sanergy systeem;
 Philips, oud eigenaar van het gebied en verantwoordelijk voor het
aanpakken van de bodemverontreiniging;
 Ontwikkelaar VolkertWessels;
 DEC (Development Sustainable Energy Solutions), exploitatie van het
Sanergy systeem;
 Brabant Water, beheert het Sanergy systeem.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
87
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Cruciaal voor het slagen was het samenwerken van probleemhouder,
ontwikkelaar, gemeente en provincie. Tevens is de ambitie van alle partijen om
de klimaatdoelstellingen aanwezig. Voor de rest is het een logisch gevolg, dat er
adviesbureaus aanwezig zijn in het proces. Zij hebben opdracht gekregen om het
systeem te ontwikkelen (Arcadis) en te beheren (Brabant Water). DEC zorgt
ervoor dat er partners gevonden worden die gebruik kunnen maken van het
Sanergy systeem.
Succesfactoren en aandachtspunten
Strijp-S wordt ontwikkeld en de ambitie is er om duurzame energietechnieken te
gebruiken, terwijl er sprake is van een bodemverontreiniging. Deze ingrediënten
zorgen voor de aanpak die gekozen is.
Succesfactoren:
 combinatie van bodemverontreiniging en gebruik maken van
bodemenergie;
 kostenbesparing;
 initiatief van Philips is vroegtijdig voor de geplande bovengrondse
ontwikkelingen;
 één probleemhouder;
 bereidheid van bevoegd gezag Grondwaterwet en Wet bodembescherming
om mee te denken in het proces.
Aandachtspunten:
 bij niet optimaal beheersen dient het terugvalscenario toegepast worden;
 lager energetisch rendement van het Sanergy systeem, dan een WKOsysteem.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
Door twee verschillende beleidsvelden aan elkaar te koppelen wordt er gezocht
naar voordelen. De beleidsvelden bodem en energie vallen door middel van het
Sanergy systeem samen in één techniek. Het levert energie en beheerst de
bodemverontreiniging.
Perspectief
Het Sanergy systeem is deels operatief. Verwacht wordt dat het leidt tot meer
biologische afbraak van de bodemverontreiniging, de situatie beheerst en
voldoende thermisch rendement heeft. Als dit echter allemaal in de praktijk blijkt
zal het systeem vaker toegepast worden bij andere gebieden. In Nederland zijn
honderden gebieden vergelijkbaar met Strijp-S. Gebieden met elk hun eigen
karakter, dynamiek en mogelijkheden. Strijp-S laat zien dat het mogelijk is om
de verontreiniging aan te pakken, door de gevalsgerichte aanpak van een
bodemverontreiniging op te schalen naar een integrale (gebiedsgerichte)
benadering.
Gebruikte literatuur:
 Webisite hydroco, geraadpleegd mei 2011, „internet-only‟:
http://www.hydreco.nl/nieuws/32
 Webisite sanergy, geraadpleegd mei 2011, „internet-only‟:
http://www.sanergy.nl/
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
88
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.9. Gouda
Naam:
Organisatie:
Gert-Jan van Oostenbrugge
Regionaal adviseur voor klimaat
en duurzaam bouwen.
Milieudienst Midden-Holland en
gemeente Gouda
Bevoegd gezag Wbb:
Nee
Datum interview:
23 mei 2011
Functie:
Essentie
Masterplan WKO
Ondergrondse ordening van
bodemenergiesystemen
Stedelijke ontwikkeling en
herstructurering
Situatieomschrijving
Het bedrijventerrein Goudse Poort in Gouda wordt ontwikkeld en
hergestructureerd. De gemeente Gouda en Belangenvereniging Goudse Poort
nemen hierin het initiatief. De plannen (lange termijn planning) omvatten de
(vervangende) nieuwbouw van ruim 200.000 m2 bruto vloeroppervlak (bvo)
kantoren en ruim 80.000 m2 bvo detailhandel. Vanuit het college van B&W van
Gouda en Belangenvereniging Goudse Poort is er de ambitie uitgeroepen op het
gebied van duurzaamheid. Zoals bij andere grote ontwikkelingen (=vanaf 250
woningen) wordt er een energievisie op het gebied losgelaten. Vanuit de
energievisie blijkt dat het toepassen van WKO-systemen voldoende potentie
heeft.
Om een maximaal rendement te behalen is er een Masterplan WKO
geformuleerd. Dit is gedaan, om te voorkomen dat ongecontroleerde toepassing
van WKO, toekomstige systemen benadeelt. De huidige gang van zaken van wie
het eerst komt, wie het eerst maalt dient daarom vermeden te worden.
De Milieudienst Midden-Holland is betrokken bij het project in de Goudse Poort
en ondersteunt de gemeente Gouda. De taak van de milieudienst zijn ondermeer
het stimuleren van collectieve systemen voor warmtekrachtkoppelingen, opslag
en hergebruik van warmte en koude en dat wordt voor tien gemeenten gedaan.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
89
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.1. Bestaande WKO-systemen in Gouda. Witteveen en Bos.
Gebiedsontwikkeling
Het Masterplan WKO is bedoeld om WKO-systemen op een gestructureerde
manier aan te pakken. Voor het gebied Goudse Poort zullen er warmte- en
koudestroken worden ingekaderd (zie afbeelding 2), waarop WKO-systemen
geplaatst kunnen worden. De warmte- en koudestroken van geformuleerd vanuit
het bestaande WKO-systeem van Centric (zie afbeelding 1). Als warmte of koude
bronnen dichtbij elkaar staan worden ze versterkt, dat heeft een positief effect
op het rendement. De bedoeling van het Masterplan is dat de verschillende WKOsystemen elkaar niet negatief beïnvloeden en dat er voldoende ruimte is om
WKO-systemen te plaatsen. De provincie Zuid-Holland houdt als bevoegd gezag
rekening met de voorwaarden uit het masterplan bij de vergunningverlening. Het
voordeel is dat de provincie Zuid-Holland al tegen problemen was aangelopen
met het plaatsen van meerdere WKO-systemen in de regio rond Den Haag. Zij
wilde graag meedenken en werken om tot een gestructureerde aanpak te
komen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
90
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.2. Overzicht warmte- en koudestroken en invloedsgebied in de Goudse Poort.
Witteveen en Bos.
Het Masterplan is door Witteveen en Bos in samenwerking met de
provincie Zuid-Holland en gemeente afdeling Beleid gemaakt voor de
gemeente Gouda afdeling locatieontwikkeling. Om het Masterplan goed tot
zijn recht te laten komen dient er afstemming plaats te vinden met de
bovengrondse activiteiten die staan beschreven in het bestemmingsplan.
Er wordt daarom gecommuniceerd met personen van ruimtelijke ordening
en de bedrijven om de WKO-systemen te kunnen plaatsen. De provincie
Zuid-Holland heeft het Masterplan voorgelegd aan de afdeling
locatieontwikkeling van de gemeente Gouda, met het verzoek het
Masterplan WKO op te nemen in het bestemmingsplan. Vanwege de goede
inpasbaarheid en de gezamenlijke klimaatdoelstellingen wordt het
Masterplan in het bestemmingsplan opgenomen. Vanwege de huidige
economische situatie zijn de bouwwerkzaamheden vertraagd en stil
komen te liggen. Hierdoor is er nog geen nieuw bestemmingsplan voor het
gebied ontwikkeld. “De kaarten uit het Masterplan worden te zijner tijd
opgenomen in een nieuw bestemmingsplan voor de Goudse Poort.
Daarmee wordt het voor ondernemers mogelijk om de ondergrond zo
efficiënt mogelijk te benutten.”[1] In het bestemmingplan zal er
toelichting worden gegeven over de procedure aanvraag van WKOsystemen. De bedrijven worden via het bestemmingsplan op de hoogte
gesteld, over de mogelijkheden om een WKO-systeem te plaatsen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
91
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Als er niet aan de randvoorwaarden wordt voldaan van het Masterplan wordt er
op de normale manier getoetst. Dit houdt in dat er een WKO-systeem mag
komen, maar dat er geen negatieve gevolgen mogen zijn voor de andere
(geplande) WKO-systemen. Om geen nadelige gevolgen te hebben voor de
andere systemen kan het WKO-systeem dieper geplaatst worden. Bijvoorbeeld
naar het derde watervoerende pakket (WVP), dit is echter fors duurder. De
andere WKO-systemen staan gepland om toe te passen in het tweede
watervoerend pakket.
Tabel 1. Diepte WKO-systemen. Witteveen en Bos.
In het eerste conceptplan was er geen rekening gehouden met de ondergrondse
aandachtspunten, zoals tunnels, dijken en parkeergarages. Er dient nu een
bepaalde afstand in acht genomen te worden van de ondergrondse
aandachtspunten voor het plaatsen van WKO-systemen. Dit is momenteel
opgenomen in het definitieve Masterplan en is te zien in afbeelding 3.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
92
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.3. Ondergrondse aandachtpunten. Witteveen en Bos.
Vanwege de huidige economische situatie zal de realisatie van de geplande bouw
gefaseerd plaats vinden. Deze fasering heeft tot op heden nog geen negatieve
gevolgen gehad op het Masterplan. De realisatie van WKO-systemen laat enkel
langer op zich wachten. De voorwaarden zijn dan nog steeds aanwezig.
Begin 2012 dient het Algemene Maatregel van Bestuur voor
bodemenergiesystemen af te zijn. Hierin worden de volgende zaken geregeld:
- melding gesloten WKO-systemen bij de gemeente;
- verkorte procedure tijd;
- zoveel mogelijk gebruik maken van uniforme voorschriften.
Het Masterplan zal niet gelijk een harde juridische status krijgen. Het zal wel
worden erkend als middel om regionaal/lokaal beleid op te stellen met betrekking
tot bodemenergie. Ook wil de gemeente Gouda in begin van 2012 een GIS
systeem met alle (open en gesloten) WKO-systemen erin, zodat de wettelijke
meldingen kunnen worden bijgehouden. Zo zal het inzichtelijker zijn of er
interferentie tussen verschillende systemen plaatsvindt.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
93
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Belanghebbenden
Bij het opstellen van het Masterplan WKO zijn de volgende partijen betrokken.
 Gemeente Gouda (afdeling locatieontwikkeling en energiebeleid)
 Milieudienst Midden-Holland (afdeling specialisten: team
klimaatcoördinatoren);
 provincie Zuid-Holland;
 adviesbureau Witteveen en Bos;
 ontwikkelaars;
Gemeente Gouda houdt zich vooral bezig met het toepassen en uitvoeren, de
Milieudienst Midden-Holland ondersteunt met advisering en provincie ZuidHolland heeft een faciliterende rol en is vergunningverlener WKO.
Succesfactoren en aandachtspunten
Hieronder zijn de succesfactoren en aandachtspunten te zien die tijdens het
project tot nu toe zijn ondervonden.
Succesfactoren:
 optimale benutting van bodemenergie;
 minder CO2-uitstoot;
 klimaatdoelstellingen worden breed gedragen en er wordt actief
meegedacht;
 AMvB bodemenergie eind 2011 voor beter en meer mogelijkheden;
 koppeling met het bestemmingsplan;
 door het bundelen van WKO-systemen kan er een hoger rendement
behaald worden;
 vroegtijdige afstemming met ontwikkelaars, provincie Zuid-Holland,
gemeente Gouda;
 door bedrijven met een WKO wens te betrekken bij het opstellen van het
Masterplan kunnen mogelijke juridische conflicten op voorhand voorkomen
worden;
 dubbelfunctie van het team van klimaatcoördinatoren tussen de gemeente
Gouda en de Milieudienst Midden-Holland;
 noodzakelijk onderzoek, wat nodig voor de vergunningaanvraag, is al
uitgevoerd binnen het Masterplan en levert tijdwinst op in de
vergunningsprocedures.
Aandachtspunten:
 (nog) geen juridische hardheid van het Masterplan;
 lastig dat de stedelijke ontwikkelingen gefaseerd plaatsvindt;
 stedelijke ontwikkelingen kunnen veranderen, waardoor het beoogde CO2reductie verminderd wordt;
 houdbaarheid van het Masterplan is beperkt. Er dient in alle
waarschijnlijkheid een actualisatie gemaakt te worden, als ontwikkelingen
groter worden dan gepland (risico voor andere gebied in Gouda:
Spoorzone, waar ook een masterplan WKO voor is opgesteld);
 er dient met veel verschillende ontwikkelaars gecommuniceerd te worden;
 subsidie van het Stimulering Lokale Klimaatinitiatieven wordt mogelijk
gereduceerd tot nul na 2011;
 door de huidige economische situatie zijn er minder financiële middelen
beschikbaar voor het realiseren van de klimaatdoelstellingen. Er zal
minder actief gestimuleerd worden. Provinciale subsidie is niet langer
mogelijk.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
94
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
In een vroeg stadium zijn ontwikkelaars en bedrijven betrokken bij de plannen,
dit leidt tot een goede afstemming. Deze communicatie is goed verlopen en zal
zo doorgezet worden. Daarnaast is het wenselijk dat er een verandering gaat
plaatsvinden met betrekking tot de AMvB bodemenergie, zodat het toepassen
van een Masterplan WKO beter vormgegeven kan worden.
Perspectief
In de gemeente Gouda zal er mogelijk gebruik gemaakt worden van een
Masterplan WKO. Er staat een woonwijk gepland en dient van 2010-2024
gerealiseerd te worden. Voor de rest is er geen ruimte binnen de gemeente
grenzen om een Masterplan WKO toe te passen. Behalve als de plannen door
gaat dat de plannen om de gemeente Gouda mogelijk samen te voegen met de
gemeente Waddinxveen.
Gebruikte literatuur:
 [1] Webisite Goudse Poort Website Soilpedia, geraadpleegd juni 2011,
„internet-only‟: http://www.goudsepoort.nl/cat/134/Duurzaamheid.html
 Masterplan-goudsepoort. Gemeente Gouda en Goudse Poort
belangenvereniging, 2004.
 Structuurplan Goudse Poort, 2007.
 Masterplan Warmte Koudeopslag Spoorzone en Hamstergat Gouda.
Witteveen en Bos. 2007.
 Masterplan Warmte-/Koudeopslag Goudse Poort Gouda. Witteveen en Bos,
2008.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
95
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.10. Het Gooi
Naam:
Functie:
Organisatie:
Datum interview:
Bevoegd gezag Wbb
Rob Velt
Bureau bodem
Provincie Noord-Holland
16 mei 2011
Voor alle gemeenten in Noord-Holland, behalve Amsterdam,
Alkmaar, Haarlem en Zaanstad.
Situatieomschrijving
Sinds 1997 wordt er gewerkt om een oplossing te vinden voor de diepe
grondwaterverontreinigingen die in het Gooi aanwezig zijn. De verontreinigingen
zijn ontstaan door industriële activiteiten in het verleden. De ondergrond in het
Gooi is goed doorlatend, hierdoor zijn de verontreinigingen diep in de ondergrond
doorgedrongen en in elkaar overgelopen. Door toedoen van de diepe infiltratie
van de verontreinigingen is het niet mogelijk om de diepe
grondwaterverontreinigingen te saneren. Dit is vanwege financiële en juridische
aspecten. De saneringsplichtigen kunnen niet aan de saneringsverplichtingen
voldoen (aanpak bron- en pluim verontreiniging), daarnaast wordt er direct
hinder ondervonden door toedoen van de aanwezige
grondwaterverontreinigingen.
De provincie Noord-Holland heeft als bevoegd gezag Wbb het initiatief genomen
om de situatie in het Gooi te verbeteren. Dit is gedaan, door een beleidsnota op
te stellen in 2005. Op basis van deze beleidsnota heeft de provincie NoordHolland samen met 7 (Blaricum, Bussum, Hilversum, Huizen, Laren, Naarden en
Wijdemeren) gemeenten in het Gooi, het Hoogheemraadschap (Waterschap)
Amstel, Gooi en Vecht, PWN waterleidingbedrijf en Vitens voor het gebied in
oktober 2005 een samenwerkingsconvenant gesloten. Op 1 januari 2011 is het
convenant gebiedsbeheer het Gooi ingegaan. Alle partners vanuit het
samenwerkingconvenant doen hieraan mee. Er is ook een gebiedsbeheerplan
geformuleerd, door adviesbureau Witteveen en Bos.
Gebiedsontwikkeling
Het gebiedsbeheerplan is een onderdeel van het „Masterplan Grondwatersanering
Het Gooi‟. In het masterplan wordt het gehele gebied integraal benaderd. Door
het gebiedsbeheerplan is er meer inzicht verkregen, gebiedsgrenzen bepaalt,
kwetsbare objecten beschreven, monitoringsnetwerk en mogelijke tot afkoop. Dit
zijn de belangrijkste punten uit het gebiedsbeheerplan en worden hieronder
besproken. Dit alles op het oog voor het verbeteren van de
verontreinigingssituatie, het bevorderen van stedelijke ontwikkelingen,
beschermen van kwetsbare objecten en het benutten van bodemenergie.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
96
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.1. Opzet masterplan grondwatersanering het Gooi. Witteveen en bos en Ecorys,
2009.
Aanpak vanuit het gebiedsbeheerplan
Inzicht in de bodemverontreiniging
In het Gooi zijn al diverse onderzoeken uitgevoerd naar de mate van
verontreiniging. Een groot deel van de verontreinigingen zijn nog niet goed in
beeld gebracht, tevens zijn er na verwachting niet alle gevallen bekend. In
afbeelding 2 zijn de verdachte locaties en potentiële verspreidingsgebieden in
kaart gebracht. Er dient echter nog een nader onderzoek plaats te vinden naar
de omvang, aard en de concentraties van de bodem- en
grondwaterverontreinigingen. De gebiedsgrenzen zijn tevens te zien in
afbeelding 2 en zijn op basis van geohydrologische grondwaterstromen en
gemeentegrenzen tot stand gekomen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
97
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.2. Verdachte locaties en potentieel verspreidingsgebied. Witteveen en Bos en Ecorys,
2009.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
98
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Kwetsbare objecten
In het Gooi zijn diverse kwetsbare objecten die hinder kunnen ondervinden door
de diepe grondwaterverontreinigingen. Dit is een belangrijk aandachtspunt van
de gebiedsgerichte benadering in het Gooi. Na een inventarisatie bleek dat er
voor zeven van de vijftien objecten daadwerkelijk risico ondervinden. Dit zijn
twee drinkwaterwinningen, twee natuur en landbouwgebieden en drie
oppervlaktewateren.
Afb.3. Beïnvloeding grondwaterstroming op de Horstermeerpolder. Witteveen en Bos en
Ecorys, 2009.
Planes of Compliances (PoC)
Om de kwetsbare objecten goed te kunnen beschermen dient er gemonitord te
worden. Dit wordt gedaan vanwege de KRW, zodat drinkwater op een natuurlijke
manier geproduceerd kan worden en het zorgt er tevens voor dat andere
kwetsbare objecten beschermd worden. De monitoring zal plaats vinden met
Planes of Compliances (PoC). De PoC dienen op strategische plekken te worden
ingezet. Dit is direct na de verontreiniging, tussen verontreiniging en het
kwetsbare object en voor het kwetsbare object. Zo ontstaat er een duidelijk
beeld en kunnen er vroegtijdig maatregelen genomen worden.
Het is ook mogelijk om een maximale concentratie op te leggen voor de kwaliteit
van het grondwater dat de PoC mag passeren.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
99
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.4. Stappenplan voor opzet, uitvoering en beheer van monitoring PoC’s. Witteveen en
Bos en Ecorys, 2009.
Afkoop
Om alle grondwaterverontreinigingen in het Gooi te kunnen monitoren, beheren
en het kwetsbare objecten optimaal te kunnen beschermen, dienen de
grondwaterverontreinigingen afgekocht worden bij saneringsplichtigen. Bij
afkoop van de grondwaterverontreiniging geeft de saneringsplichtige een
financiële bijdrage dat besteed wordt voor de aanpak. Het overgaan tot afkoop
verloopt stroef, want de saneringsplichtigen voelen weinig noodzaak. De
handhavingsmiddelen zijn onvoldoende ingezet en daarnaast hebben de
saneringsplichtigen vaak niet toereikende financiële middelen tot hun
beschikking. Het is de bedoeling dat de hoogte van de afkoopsom een stimulans
is om mee te werken. De afspraak is dan wel dat de bronverontreiniging
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 100
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
gesaneerd wordt. Het lastige is dat afkoop plaatsvindt op basis van vrijwilligheid.
De provincie Noord-Holland wil als gebiedsbeheerder een combinatie leggen
tussen strikte regels in combinatie met afkoopsommen.
Er wordt naar verwachting 80% van de lasten van de gebiedsgerichte benadering
door de overheid gefinancierd. De rest dient van de bijdrage bij afkoop
gefinancierd te worden. De opbrengsten zullen ter dele komen voor de
maatschappij, agrariërs, ecologische gebieden, drinkwaterbedrijven, verbeterde
aanpak van bodemverontreinigingen en het beter mogelijk maken van stedelijke
ontwikkelingen.
Het gebiedsbeheerplan zal regelmatig bijgesteld worden en aanvulling nodig
hebben, omdat het beleid in ontwikkeling is en dat de kennis van de aanwezige
verontreinigingen nog beperkt is.
Belanghebbenden
Om tot een gezamenlijke aanpak te komen is het „convenant gebiedsgericht
beheer Het Gooi‟ in werking getreden op 1 januari 2011 en is geldig tot 1 januari
2021. De volgende belanghebbenden zijn betrokken bij het convenant:
 provincie Noord-Holland;
 gemeente Blaricum;
 gemeente Bussum;
 gemeente Hilversum;
 gemeente Huizen;
 gemeente Laren;
 gemeente Naarden;
 gemeente Wijdemeren;
 Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht;
 PWN waterleidingbedrijf Noord-Holland;
 Vitens (waterbedrijf);
 staatssecretaris van infrastructuur en milieu.
Van iedere belanghebbende partij heeft één bestuurder het convenant
ondertekend. De projectorganisatie staat beschreven in het convenant en wordt
hieronder in het kort toegelicht.
Stuurgroep
Van iedere belanghebbende partij is er één afgevaardigde van bestuurlijk niveau
in de stuurgroep, waar iedereen evenveel invloed heeft ongeacht de financiële
inbreng of de mate van verontreiniging in de desbetreffende gemeente
De stuurgroep is het orgaan dat besluiten neemt in de organisatie. Dit wordt op
basis gedaan van toegereikte informatie van de ambtelijke groep.
Uitvoeringsorganisatie
De uitvoeringsorganisatie voert de besluiten van de stuurgroep uit. De
verantwoordelijkheid ligt bij de provincie Noord-Holland en is daarom ook de
gebiedsbeheerder. De uitvoeringsorganisatie vormt een zelfstandig operationeel
onderdeel binnen de provincie Noord-Holland.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 101
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Ambtelijke groep
Per belanghebbende partij is er één afgevaardigde van ambtelijk niveau en deze
zijn voornamelijk bodemprofessionals. Zij dienen de aanpak breed uit te dragen
in de eigen organisatie. De ambtelijke groep zal geleid worden door een
onafhankelijke procesmanager. Deze dient nog benoemt te worden en dat wordt
gedaan door de stuurgroep.
Masterplan Het Gooi
Stuurgroep
Uitvoeringsorganisatie
Ambtelijke groep
Afb.5. Organogram Masterplan Het Gooi
Iedereen die het convenant ondertekend heeft, levert een financiële bijdrage,
behalve de drinkwaterbedrijven (waterleidingbedrijf Noord-Holland en Vitens) en
de Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht. De drinkwaterbedrijven leveren
een bijdrage in nature, in de vorm van het beschikbaar stellen van hun
laboratorium en monitoringsnetwerk. De hoogheemraadschap denkt mee, maar
heeft geen direct wettelijke verplichtingen. Dat de andere een financiële bijdrage
leveren is niet enkel positief voor het bewerkstellen van de doelen, het verbetert
ook de binding tussen de belanghebbenden.
Als initiatiefnemer is de provincie Noord-Holland goed georganiseerd voor het
Masterplan. Intern is er afstemming tussen de beleidsvelden bodembeheer,
grondwater, bodemenergie en vergunningverlening en handhaving. De
onderlinge afspraken zijn vastgelegd in de beleidsvisie en het provinciale
waterplan. Zoals in afbeelding 6 te zien is, zijn meerdere belanghebbenden
betrokken, waar onderling op organisatorisch vlak samengewerkt wordt.
Daarnaast is te zien dat, iedereen zijn wettelijke verplichtingen heeft. Hierdoor
zijn de volgende wetgevingen van toepassing bij de aanpak: Wet
bodembescherming, de Wet Milieubeheer, de Wet algemene bepalingen
omgevingsrecht, de Wet ruimtelijke ordening, de Waterwet, de Waterschapswet
en de Waterleidingwet.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 102
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.6. Beheerorganisatie binnen de provincie Noord-Holland. Witteveen en Bos en
Ecorys.
Succesfactoren en aandachtspunten
De succesfactoren en aandachtspunten die betrekking op de aanpak worden
hieronder beschreven.
Succesfactoren:
 convenant gebiedsgericht beheer Het Gooi ondertekend door alle
belanghebbenden;
 kwetsbare objecten zullen worden beschermd;
 gebiedsbeheerder bepaald;
 de projectorganisatie is samengesteld, er dient enkel nog een
onafhankelijke procesmanager bepaald te worden;
 voldoende financiële inbreng, waar bijna alle belanghebbenden een
bijdrage voor hebben geleverd;
 door de aanpak zal er minder stedelijke stagnatie plaatsvinden en meer
benut kunnen worden;
 door het afkopen van diepe grondwaterverontreinigingen wordt de aanpak
van bronverontreinigingen gestimuleerd.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 103
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Aandachtspunten:
 handhavingmiddelen zullen conform de Wbb uitgevoerd dienen te worden;
 niet alle (rest)verontreinigingen zijn bekend;
 er dient zoveel mogelijk een uniform aanpak van afkoop van diepe
grondwaterverontreinigingen gerealiseerd te worden.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
De (diepe) grondwaterverontreinigingen hebben geen direct risico voor mens,
dier en milieu, maar er kunnen wel kwetsbare objecten benaderen/bedreigen.
Deze negatieve invloed is echter niet altijd even groot. Er dient enkel gehandeld
te worden als er een aanwijsbaar risico is. De handhavingmiddelen zijn
onvoldoende en te mild toegepast bij de saneringsplichtigen. De gebiedsgerichte
aanpak zou hiervoor een stimulans kunnen zijn om de bronverontreinigingen aan
te pakken.
Andere provincies zouden een meer actievere houding dienen in te nemen ten
opzichte van niet bevoegd gezag Wbb gemeenten. Zij hebben vaak niet de
capaciteit en mogelijkheden om tot een gepaste oplossing te kunnen komen.
Perspectief
Om de gebiedsgerichte aanpak te kunnen toepassen in de praktijk is het
noodzakelijk dat er over wordt gegaan tot afkoop. De verwachting is dat enkele
saneringsplichtigen binnen een kort tijdsbestek over gaan tot afkoop.
Vanuit het gebiedsbeheerplan dienen deelplannen geformuleerd te worden. De
deelplannen zijn (meer) gedetailleerd en zullen zich ondermeer richten op het
monitoren. De gemeenten zullen hierin een actieve rol innemen. Daarnaast
bestaat de mogelijkheid dat de gemeente Hilversum een bevoegd gezag Wbb
gemeente wordt, waardoor het zelf zorg draagt voor de verontreinigingen.
Het convenant gebiedsgericht beheer het Gooi is geldig tot 1 januari 2021. Na 5
jaar wordt er geëvalueerd hoe het gebiedsgericht beheer in het Gooi er voorstaat
en of er voldoende voortgang is met betrekking tot de doelstellingen van de
Kaderrichtlijn Water en de Grondwaterrichtlijn.
De provincie Noord-Holland is niet enkel bezig met gebiedsgericht
grondwaterbeheer in het Gooi. Het zoekt ook actief naar kansrijke gebieden om
gebiedsgericht grondwaterbeheer toe te passen, waar verbetering nodig is.
Reeds is er een inventarisatie gehouden, waaruit blijkt dat er dertien kansrijke
gebieden zijn. Het is de mogelijkheid dat de provincie Noord-Holland als bevoegd
gezag Wbb het initiatief neemt om deze kansrijke gebieden verder te
ontwikkelen.
Gebruikte literatuur:
 [1] Beleidsvernieuwing bodemsanering provincie Noord-Holland, 2004.
 [2] Gebiedsbeheerplan grondwaterverontreinigingen Het Gooi. Witteveen
en Bos en Ecorys, 2009.
 Convenant gebiedsgericht grondwaterbeheer Het Gooi, 2011.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 104
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.11. ’s-Hertogenbosch
Naam:
Functie:
Organisatie:
Datum interview:
Bevoegd gezag Wbb
Ine Flinkers en Martine Beuken
Bureau bodem respectievelijk watercoördinator Milieu
Gemeente „s-Hertogenbosch
28 maart 2011
Ja
Situatieomschrijving
In 2040 wil ‟s-Hertogenbosch klimaatneutraal zijn en om dit te realiseren wordt
er gebruik gemaakt van duurzame energietechnieken. In de gemeente ‟sHertogenbosch zijn momenteel circa vijfentwintig open WKO-systemen en circa
twintig gesloten systemen gerealiseerd. Deze systemen beïnvloeden elkaar niet.
Om dit goed bij te kunnen houden, is er al vanaf 2007 begonnen met het bij
houden van alle WKO-locaties.
Met de komst van de Kaderrichtlijn Water (KRW) is het mogelijk geworden om
industriële grondwateronttrekking te beschermen die bedoeld zijn voor
menselijke consumptie. Om deze industriële grondwateronttrekkingen te kunnen
beschermen is een duidelijk beeld nodig van de grondwaterkwaliteit. Dit wordt
vooral gedaan door te kijken naar aanwezige grondwaterverontreinigingen. De
gemeente ‟s-Hertogenbosch had alle verontreinigingen geïnventariseerd, toen
bleek dat er tientallen (24) verdachte wasserijen niet meegenomen waren in de
inventarisatie. Deze worden nu alsnog onderzocht. De verontreinigingen die al in
kaart zijn gebracht, daarvan lopen de grondwaterverontreinigingen nauwelijks in
elkaar over. De al geïnventariseerde verontreinigingen zijn gevalsgericht aan te
pakken.
Door de hierboven genoemde aanleidingen (meer WKO‟s, beeld van de kwaliteit
van grond en grondwater) wordt de ondergrond steeds belangrijker en is een
duidelijk beeld van de ondergrond met alle aanwezige gebruiken noodzakelijk.
Hierdoor ontstaat het besef dat – om alle kansen te benutten - verschillende
beleidsvelden met elkaar moeten samenwerken om gebieden zo optimaal
mogelijk te ontwikkelen. De gemeente ‟s-Hertogenbosch (vanuit bodem) is bezig
met de visie op de ondergrond. Er dient dan wel “verplicht” samengewerkt te
worden met de mensen/afdelingen die over de bovengrondse ontwikkelingen
gaan.
Gebiedsontwikkeling
Aan de hand van een eerste oriëntatie voor een visie op de ondergrond, zijn 3
pilotprojecten geformuleerd. Deze pilotprojecten dienen ervoor om in te kunnen
zoomen op wat kleinere gebieden ten aanzien van toekomstige ontwikkelingen
(kansen) en mogelijke problemen (bedreigingen). De drie pilotprojecten worden
hieronder toegelicht:
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 105
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Pilotproject Willemspoort
Willemspoort is een geplande nieuwbouwwijk ten zuidwesten van het centrum. Er
wordt gekeken om een WKO-systeem te plaatsen. Uit vooronderzoek is gebleken
dat een WKO hier nog juist tussen alle andere bestaande WKO‟s past.
Pilotproject binnenstad
In de binnenstad zullen haast geen grote ontwikkelingen meer plaats vinden.
Alleen nog voor de locatie van het Jeroen Bosch Ziekenhuis, Groot
Ziekengasthuis zijn nieuwbouwplannen. Op die plek zal een nieuwe ontwikkeling
met winkels, bibliotheek, water en appartementen komen. Hier wordt ook
gedacht over het gebruik van een WKO-systeem.
Pilotproject De Diezemonding
De Diezemonding is een natuurgebied in ‟s-Hertogenbosch. Er wordt een
inventarisatie gedaan naar de mogelijke ontwikkelingen en behoeften voor dit
gebied in kaart te brengen. De ondergrondse thema‟s worden vroegtijdig
bekeken. Hiervan zijn nog geen concrete resultaten.
Aan de hand van deze praktische benadering wordt de visie van de ondergrond
gevormd. De visie van de ondergrond zal dan als ruimtelijk plan voor de
ondergrond dienen voor geheel ‟s-Hertogenbosch. Diversen milieuthema‟s
worden beschreven om deze verder te ontwikkelen of om problemen op te
kunnen lossen om gebiedsontwikkelingen goed te laten verlopen.
Gebiedsgericht grondwaterbeheer zal straks onderdeel zijn van de visie op de
ondergrond. De visie op de ondergrond staat genoemd in het waterplan van ‟sHertogenbosch.
Belanghebbenden
Het initiatief om gebiedsgericht grondwaterbeheer toe te gaan passen kwam van
het team bodem van de afdeling milieu. Belangrijk is dat andere teams die ook
met water bezig zijn, goed geïnformeerd worden over deze nieuwe aanpak, want
zij dienen ook hun belang op tafel te leggen. Dit geldt met name voor het team
beleid, dat zich bezig houdt met energie, water en ruimtelijke ordening. Door dit
onderwerp intern te laten leven kan het vervolgens daarna naar buiten worden
uitgedragen om draagvlak te creëren. Dit is gedaan met de provincie NoordBrabant, woningbouwcoöperaties, grondwateronttrekkers, Brabant Water en
waterschap De Dommel.
Bij de gemeente ‟s-Hertogenbosch zijn de verschillende teams nader tot elkaar
gekomen. Documenten en informatie wordt uitgewisseld en het meest ideale zou
zijn, dat de energievisie, waterplan en nog aan te pakken
bodemverontreinigingen worden toegevoegd aan de visie op de ondergrond om
zo integraal mogelijk te werk te gaan.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 106
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Succesfactoren en aandachtspunten
Hieronder zijn de succesfactoren en aandachtspunten te zien.
Succesfactoren:
 In de structuurvisie is één alinea gewijd aan de toekomstige visie op de
ondergrond. Dit is niet veel, maar het is belangrijk dat het op de agenda
staat;
 watertoets is verplicht in bestemmingsplannen. De bestemming dient een
bepaalde hoeveelheid neerslag te kunnen bergen;
 gesloten WKO-systemen zijn niet meldingsplichtig en hebben geen
onttrekkingvergunning nodig. Op basis van een besluit genomen door
burgermeester en wethouders in 2008, hanteert de gemeente wel een
maximale diepte van 80 m voor een gesloten WKO-systeem;
 er is veel schone ondergrond en er is meestel voldoende ruimte om
stedelijke ontwikkelingen te laten plaatsvinden. Nadelige gevolgen van
aanwezige bodemverontreinigingen zijn niet te groot.
Aandachtspunten:
 er dienen nog tientallen verdachte locaties onderzocht te worden;
 visie op de ondergrond wordt voornamelijk geformuleerd vanwege WKOsystemen. Anders zou er nog steeds sectoraal gewerkt kunnen worden.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
De ondergrondse thema‟s zouden meer in ruimtelijke ordeningsplannen terecht
mogen komen. Dan zou er meer rekening gehouden worden met ondergrondse
thema‟s en activiteiten.
Om aan de KRW te kunnen voldoen is er meer inzicht verkregen over
bodemverontreinigingen en grondwaterstromingen. Hierdoor is het makkelijker
om bedreigde objecten, zoals de industriële grondwateronttrekkingen te
beschermen tegen verontreinigd grondwater.
Perspectief
Het is belangrijk dat er in de toekomst een ondergrondse visie voor
„s-Hertogenbosch wordt geformuleerd. Dit document dient vervolgens onder een
structuurvisie of bestemmingsplan te vallen om concreet met ondergrondse
thema‟s aan de gang te kunnen gaan. Daarvoor dienen alle verontreinigingen in
kaart gebracht te zijn en dient er duidelijk te zijn, waar WKO‟s geplaatst worden.
De circulaire Wet bodembescherming zal het meer mogelijk maken van
verspreiding van verontreinigd grondwater. Hier is ‟s-Hertogenbosch niet blij
mee. Momenteel worden bodemverontreinigingen veelal gevalsgericht
aangepakt. De bron- en pluimverontreiniging dienen in die gevallen aangepakt te
worden. Door wetwijzigingen zal er in alle waarschijnlijkheid meer ruimte zijn om
pluimen te laten gaan indien de bron is aangepakt. Als uit de volledige
inventarisatie van bodemverontreinigingen blijkt dat er gebiedsgericht
grondwaterbeheer toegepast kon worden, zouden de verontreinigingen zich
kunnen verspreiden over de nu nog schone grond.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 107
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.12. Nijmegen
Naam:
Functie:
Henk-Jan Nijland
Bureau bodem, -energie en beleid
Organisatie:
Gemeente Nijmegen
Bevoegd gezag Wbb:
Ja
Datum interview:
4 april 2011
Situatieomschrijving
“In de gemeente Nijmegen is het grondwater op verschillende plaatsen
verontreinigd met verschillende stoffen. Naast de aangetoonde
grondwaterverontreinigingen zijn er verdachte locaties die nog niet op de
verontreinigingen zijn onderzocht. Bij de huidige verwachte verontreiniging
situatie en de ervaringen voor het onderzoek -en saneringsmogelijkheden zoals
die zijn opgedaan in de praktijk, staat al vast dat (ongeacht de wijze waarop en
de intensiteit waarmee gesaneerd zal gaan worden) er gedurende een periode
van tientallen jaren nog verontreiniging aanwezig zal blijven. De saneringskosten
kunnen door een gebiedsgerichte aanpak (meerdere verontreinigingen tegelijk)
worden gereduceerd. Wat echt meerwaarde op kan leveren is een nieuwe
doelstelling, waarbij in navolging van de bovengrond en ondergrond
functiegericht wordt gesaneerd.” [1]
Om grootschalige grondwaterverontreinigingen aan te pakken wordt het beleid
gericht op het stroomlijnen van het ondergrondse ruimtegebruik.
Hiervoor zijn drie doelstellingen geformuleerd:
 stagnerende zaken bij ruimtelijke ordeningsprocessen worden
weggenomen;
 de ondergrondse potenties (WKO, water, bodemsaneringen) benut worden
en te kunnen voldoen aan de klimaatdoelstellingen;
 ongewenst gebruik van de ondergrond (ontwatering, thermische
verontreiniging, verdroging en vernatting) voorkomen wordt.
De volgende thema‟s en aspecten zijn van belang om de doelstellingen te kunnen
realiseren:
 duurzaamheid en klimaatdoelstellingen;
 sociaaleconomische en ruimtelijke ontwikkelingen fungeren als motor,
drijvende kracht én kostendrager voor het gebiedsgericht
grondwaterbeheer;
 relatie grondwaterverontreiniging en drinkwaterwinning;
 gebiedsgericht grondwaterbeheer dient onderdeel te zijn van de
gemeentelijke ruimtelijke structuurvisie.
Om het ondergrondse ruimtegebruik te kunnen stroomlijnen dient er
samengewerkt te worden met de bovengrond. Hierin is de structuurvisie
bepalend om de boven- en ondergrond te kunnen ordenen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 108
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Door de aanwezige grondwaterverontreinigingen wordt de drinkwaterwinning
mogelijk bedreigd. Hierdoor dienen gepaste maatregelen genomen te worden.
Ook zal er een gebiedsgerichte aanpak mogelijk nodig zijn voor de spoorzone,
waar grootschalige grondwaterverontreinigingen zijn. Voor andere ondergrondse
thema‟s wordt vooral gekeken naar combinatie mogelijkheden. Dit wordt het
ruimtelijke kader ondergrond en water vormgegeven.
Gebiedsontwikkeling
Dat er grootschalige bodemverontreinigingen in Nijmegen bevinden is duidelijk
en dat het stedelijke ontwikkelingen belemmert. Er dient echter meer inzicht
verkregen worden over de mogelijke gevolgen van de verontreinigingen. Eerst
dient er meer duidelijk te zijn over de mogelijke bedreiging van kwetsbare
objecten en hoe stedelijke ontwikkeling minder hinder kan ondervinden. De
gemeente Nijmegen is daarom gaan samenwerken met TTE en TNO. Door
onderzoek werd er een beter beeld van de ondergrond verkregen. De plaats van
de kleilagen werden vastgesteld en de stromingsrichtingen van het grondwater.
Bovendien kan op basis van de bekende grondwaterkwaliteit van de verschillende
bodemlagen het beheer van de grondwaterkwaliteit worden vormgegeven.
In 2008 is er begonnen met de oriëntatie voor een gezamenlijk beleid voor de
ondergrond en water. In afbeelding 1 ambitieladder is te zien hoe doelen en
ambities omgevormd worden tot borgingsdocumenten en uiteindelijk leidt
planvorming en realisatie.
Afb.1. Ambitielader water. AquaRO.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 109
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Ook vanuit de structuur van 2010 wordt een dergelijke aanpak geformuleerd om
meer afstemming te krijgen in de ondergrond. “De komende jaren gaat er in de
ondergrond veel gebeuren op het terrein van energiewinning,
grondwaterbeheersing en drinkwater. Om deze ontwikkelingen goed op elkaar af
te stemmen lijkt het zinvol om regie te gaan voeren op de ondergrond;
ondergrondse ruimtelijke ordening. De komende tijd wil de gemeente
onderzoeken of een dergelijke aanpak zinvol is en hoe dat het beste kan worden
vormgegeven.” [2]
De gemeente Nijmegen heeft naar aanleiding van de structuurvisie en al
ondervonden problemen het adviesbureau TTE ingehuurd om een ruimtelijk
kader voor zowel de ondergrond als water te maken. Dit is vanuit afdeling milieu
geïnitieerd. De documenten ruimtelijk kader ondergrond en water zijn gemaakt
conform de huidige wetgeving van de Wet bodembescherming. Hieronder is te
zien dat er naar combinatiemogelijkheden wordt gekeken per deelgebied in de
gemeente Nijmegen. In afbeelding 2 zijn de combinatie mogelijkheden te zien.
Dit maakt onderdeel uit van het “Ruimtelijk Kader Ondergrond Nijmegen”.
De huidige gang van zaken in de ondergrond “wie het eerst komt, wie het eerst
maalt” dient omgevormd te worden naar een gestructureerd beleid. Door de
ondergrond in het planproces op te nemen, ontstaat de mogelijkheid vooraf de
belangen onderling af te wegen.
Om dit te realiseren dient er afstemming plaats te vinden met ruimtelijke
ordening. Bureau bodem van afdeling milieu heeft zichzelf, daarom uitgenodigd
bij een bespreking over de structuurvisie. Dit is gedaan na aanleiding van al
ondervonden problemen in de ondergrond. Door toedoen van het gelegde
contact en duidelijke aangegeven te hebben wat de behoeften zijn. Er is er een
waterparagraaf en een paragraaf voor de ondergrond in de structuurvisie
gekomen. De borgingsdocumenten Ruimtelijk Kader Water en Ondergrond
hebben hierin een bedrage gehad. Omdat het twee documenten zijn die tastbaar
en concreet zijn om meer samenwerking te laten plaatsvinden.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 110
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.2. Combinatie mogelijkheden per deelgebied bekeken. TTE.
Vanuit afdeling Stadsontwikkeling worden milieuthema‟s belemmerend ervaren.
Door in een open proces, kansen te hebben geformuleerd en het ruimtelijke
kader van de ondergrond en water te hebben aangeleverd is zowel bureau
bodem, water als energie erbij betrokken zijn. Door middel van het ruimtelijke
kader ondergrond en water wordt er momenteel een (kleine) koppeling gemaakt
met de structuurvisie. Dit dient verder te worden uitgebreid. Als de koppeling
van de ondergrondse thema‟s voldoende in de structuurvisie zijn gekomen dient
het vervolgens door ontwikkeld te worden naar bestemmingsplannen. Waar dan
de mogelijkheid is om een gebiedsplan (ondergrond) op het stellen. Via die weg
kan gebiedsgericht grondwaterbeheer structureel uitgevoerd en behandeld
worden.
Het bestuur is onvoldoende van doordrongen over de noodzaak en nut van nieuw
beleid voor de ondergrond. Het bestuur vindt dat er geen ruimte is om nieuw
beleid vorm te geven. Dit vanwege de financiële kosten en tijd die er aan
besteed wordt.
De andere sporen die zijn uitgezet door de gemeente Nijmegen zijn met
betrekking op gebiedsgericht grondwaterbeheer:
- project „Future Cities‟
- veranderen/aanscherpen nota bodemkwaliteit en bodembeleid
Een belangrijk thema voor gebiedsgericht grondwaterbeheer is duurzaamheid en
klimaatdoelstellingen. Dit thema zorgt ervoor, dat alle beleidsvelden met elkaar
te maken hebben. De gemeente Nijmegen doet mee aan een international
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 111
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
project, genaamd „Future Cities‟. De gemeente Nijmegen krijgt Europese subsidie
om meer groenvoorzieningen te plaatsen die bijdragen aan klimaatadaptatie. Er
zal meer groen worden geplaatst in het stedelijke gebied in de vorm van groene
daken, klimop en parken. Door dit project zullen de thema‟s bodem en water
worden verbreed en er zal meer samengewerkt worden met andere bureaus.
De nota bodemkwaliteit en bodembeleid die samen met de gemeente Arnhem en
de provincie Gelderland worden gemaakt zullen worden aangepast aan door de
nu nog circulaire Wet bodembescherming, zo wordt er een uniform beleid
geformuleerd. Er is niet alleen een gezamenlijke nota bodemkwaliteit – en beleid
gemaakt, maar ook een afwegingskader voor gebiedsgericht grondwaterbeheer.
Het doel van het afwegingskader voor gebiedsgericht grondwaterbeheer is
tweeledig:
1. Borgen van de samenwerking en afstemming tussen de diverse bevoegde
gezagen Wbb tijdens het vooroverleg en de beoordeling van plannen voor
gebiedsgericht grondwaterbeheer.
2. Borgen dat de beoordeling van de plannen voor gebiedsgericht
grondwaterbeheer integraal plaats vindt aan de hand van een vooraf vastgesteld
integraal kader.
Belanghebbenden
Gebiedsgericht grondwaterbeheer is een breed onderwerp, waar diverse
belanghebbenden met elkaar te maken hebben. Hieronder zijn de
belanghebbenden te zien met de uitgevoerde taken en betrokken beleidsvelden.
 gemeente Nijmegen met bureau bodem, water, energie, natuur&landschap
en ruimtelijke ontwikkeling;
 provincie Gelderland met bureau bodem en water die tevens het
afwegingskader gebiedsgericht grondwaterbeheer hebben vormgegeven;
 waterschap Rivierenland, meegeholpen met het op stellen van het
ruimtelijke kader water;
 adviesbureau TTE, stelde het ruimtelijke kader ondergrond en water op
voor de gemeente Nijmegen;
 drinkwaterbedrijf Vitens, bedreigd door grondwaterverontreinigingen en
stopt met de activiteiten in 2015 en wordt daarna verplaatst;
 Philips, ontwikkelt mogelijk zelf een aanpak;
 Adviesbureau AquaRO, in de oriëntatiefase en het opstellen van “Nijmegen
stroomt voorop”;
 TNO, inzicht in stromingsrichtingen en kleilagen;
 Europese subsidie voor het project „Future Cities‟ voor meer vergroening
van het stedelijke gebied voor klimaatadaptatie.
Belangrijk is dat er nu meer interne samenwerking dient plaats te vinden voor
het bevorderen van de aanpak. Hierin neemt de provincie Gelderland een
begeleidende rol op zich. Onderling genomen acties tussen de gemeente
Nijmegen en het waterschap Rivierenland met betrekking op het beleidsveld
water worden op elkaar afgestemd.
Succesfactoren en aandachtspunten
De gebiedsgerichte aanpak van de gemeente Nijmegen heeft de nadruk om
vroegtijdig informatie te verstrekken van ondergrondse thema‟s voor de
structuurvisie. De betrokkenheid is redelijk van andere bureaus en
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 112
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
belanghebbenden en het bestuur is matig betrokken. De gebiedsgerichte aanpak
heeft succesfactoren, maar er zijn ook bepaalde aspecten waar aandacht aan
besteed dient te worden.
Succesfactoren:
 ondergrondse thema‟s in structuurvisie gekregen;
 combinatie mogelijkheden geformuleerd;
 gebiedsgericht grondwaterbeheer mogelijk door bedrijven laten
ontwikkelen;
 watersysteem integraal bekeken;
 klimaatdoelstellingen zorgen voor gemeenschappelijk verbondenheid;
 vroegtijdig gekeken naar beschermingsmaatregelen voor kwetsbare
objecten.
Aandachtspunten:
 bestuurders niet enthousiast en bevlogen;
 provincie Gelderland is sectoraal bezig;
 geen wettelijk kader voor ondergrondse thema‟s voor in de structuurvisie;
 nieuwe aanpak is geen wettelijke vereisten. Als iemand niet wil werken is
moeilijk om de aanpak goed vorm te kunnen geven.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
De geformuleerde klimaatdoelstellingen zorgen ervoor, dat alle beleidsvelden
hierin een bijdrage kunnen leveren. Omdat er één gezamenlijk doel is, zal de
samenwerking meer vanzelfsprekend zijn/worden.
Gebiedsgerichte aanpak wordt positief ontvangen. Er wordt echter sceptisch op
gereageerd dat er meer ruimte wordt geboden om grondwaterverontreiniging te
laten verspreiden. Het initiatief voor gebiedsgericht grondwaterbeheer hoeft niet
vanuit bureau bodem te komen. Het kan ook vanuit bureau water of vanuit
klimaat/energie kunnen komen. Gemotiveerde en enthousiaste bestuurders zijn
belangrijk, om de aanpak meer vorm te kunnen geven.
Perspectief
Het is belangrijk dat de ondergrondse paragraaf in de structuurvisie verder zal
worden uitgebreid, zodat ondergrondse en bovengrondse activiteiten meer aan
elkaar kunnen gekoppeld worden en dat het concreter staat beschreven in
bestemmingsplannen. Er worden mogelijk een pilotproject geformuleerd, dat is
de spoorzone in Nijmegen. Ook zal er nadruk gelegd worden in het begeleiden
van een gebiedsgerichte aanpak die bedrijven uitvoeren.
Het nieuwe beleidsnota bodem zal worden afgestemd en toegepast op de nieuwe
wetgeving van de Wet bodembescherming. Dit zal ervoor zorgen dat er meer
ruimte wordt geboden om gebiedsgericht grondwaterbeheer te ontwikkelen.
Gebruikte literatuur:
 [1] Ruimtelijke Kader Ondergrond Nijmegen. TTE, 2010
 [2] Structuurvisie Nijmegen. Gemeente Nijmegen, 2010.
 Oplegdocument bij Ruimtelijk Kader Ondergrond Nijmegen. TTE, 2010.
 Afwegingskader gebiedsgericht grondwaterbeheer Gelderland. Arnhem,
Buro38, 2010.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 113
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.13. Rotterdam haven
Naam:
Caja Koppenaal
Functie:
Beleidsadviseur milieu
Organisatie:
Gemeente Rotterdam
Bevoegd gezag Wbb:
Ja
Datum interview:
16 maart 2011
Situatieomschrijving
Het Havenbedrijf van Rotterdam is ongeveer 10 jaar aan het bedenken hoe er
omgegaan kan worden met de grootschalige bodemwaterverontreinigingen. Er
zijn veel verontreinigingen in de haven aanwezig welke divers van aard zijn,
daarnaast zijn er verontreinigingen die zich diffuus hebben verspreid. Zo zijn er
op diverse plaatsen grondverontreinigingen in elkaar overgelopen, in dat geval is
het moeilijk om een duidelijke veroorzaker aan te wijzen. Er zijn meerdere
verantwoordelijke voor de verontreinigingen, zoals het Havenbedrijf en private
partijen. Een duidelijk beeld ontbreekt over de omvang van de
bodemverontreinigingen en de nadelige gevolgen daarvan.
Sinds 2009 is er actief contact tussen het Havenbedrijf en de gemeente
Rotterdam. Er wordt gekeken op welke manier de bodemverontreinigingen en
grondwaterverontreinigingen aangepakt kunnen worden.
Gebiedsontwikkeling
Het Havenbedrijf en de gemeente Rotterdam willen graag gebiedsgericht
grondwaterbeheer toepassen voor het havengebied. De Rotterdamse haven dient
als een voorbeeld en één gedeelte van de haven is benoemd als pilotproject, de
Botlek. Hiervoor krijgt het Havenbedrijf en de gemeente Rotterdam financiële
steun van het ministerie van IenM.
Enkele voorwaarden om met gebiedsgericht grondwaterbeheer aan te slag te
gaan zijn:
 veel door elkaar lopende pluimen;
 grondwaterverontreiniging > I-waarden;
 veroorzaker niet aanspreekbaar, omdat de pluimen in elkaar overlopen;
 vervuiling neemt toe door middel van nalevering vanuit de bronnen. Het
havengebied is door de Provincie Zuid-Holland als uitzonderingsgebied
aangewezen omdat dit niet haalbaar is. Er mag trendomkering
plaatsvinden;
 er dient te worden voldaan aan de Kaderrichtlijn Water en aan de
Grondwaterrichtlijn.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 114
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Er is ook al geformuleerd hoe om te gaan met bronnen en pluimen.
Aanpak bronnen:
 door bedrijven zelf;
 saneren bij herinrichting;
 saneren vanwege spoed.
Aanpak pluimen:
 door beheerorganisatie;
 monitoring;
 bij overschrijding beheergrens ingrijpen.
De beheersorganisatie die het gebiedsgericht grondwaterbeheer wil de volgende
activiteiten uitvoeren:
 monitoringsplan;
 nemen (nood)maatregelen;
 beheren/verfijnen conceptueel model;
 rapporteren aan overheden (DCMR en de provincie Zuid-Holland).
Het is nog niet bekend of de gemeente Rotterdam of het Havenbedrijf de
verantwoordelijkheid van beheersorganisatie op zich gaat nemen. De
beheersorganisatie beheert de budgetten van de afkoopsommen van bedrijven,
fonds bedrijvenregeling en subsidie I&M. De saneringsplichtige bedrijven kunnen
gebruik maken van een bedrijvenregeling, dit dient als stimulans om over te
gaan tot afkoop van de grondwaterverontreiniging.
De gezamenlijk eisen en voorwaarden zijn opgesteld door de gemeente
Rotterdam en het havenbedrijf. Tevens is er gecommuniceerd met de provincie
Zuid-Holland en de betrokken waterschappen. Deze partijen hebben direct
inspraak en worden betrokken bij de aanpak.
Eisen die worden gesteld betreffende de gebiedsbegrenzing:
 toevoer van nieuwe verontreiniging wordt voorkomen;
 risico‟s van grondwaterverontreiniging voor mens en ecosysteem worden
voorkomen;
 grondwaterkwaliteit onder het gebied niet verslechterd en bij voorkeur
verbetert.
De bedoeling is om een monitoringsnetwerk wordt opgezet, dat alle
verontreinigingen in het begrensde gebied monitort. De gebiedsgrenzen zijn in
afbeelding 1 te zien met de zwarte omkadering en als de
grondwaterverontreinigingen deze omkadering overschrijden dienen er
maatregelen genomen te worden. De grens is bepaald om woonwijken en
agrarische gronden te beschermen. Ook dient de kwaliteit van Maas conform de
Kaderrichtlijn Water (KRW) te zijn.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 115
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afbeelding 1: Beheersgebied Rotterdamse Haven
Er is in 2010 gestart met een monitoring en aanpak van de diepe verontreiniging
in het deel van het havengebied dat het meest verontreinigd is. Dit gebied is
Botlek waar het pilotproject zich afspeelt. Aan de hand van een model zijn de
risico‟s en effecten van maatregelen daarvan bekend gemaakt.
Voor de haven wordt gewerkt aan de eerste fase van de pilot Botlek, het
eindresultaat hiervan zal in 2013 het voorbereiden van besluitvorming voor het
vervolg van de pilot Botlek zijn waarin onder andere een voorstel zit voor de
eventueel op te richten gebiedsbeheerder.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 116
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.2. Pilotproject Botlek. Deltaris
Er wordt van start gegaan met het pilotproject Botlek, omdat daar de meeste
urgentie voor is vanwege chemische verontreinigingen. In Botlek is de kans het
grootste dat de verontreinigingen zich verspreiden buiten de gebiedsgrenzen. Het
dient tevens als voorbeeld voor de rest van de haven. De verschillende kleuren
geven de kans weer dat verontreinigingen de gebiedgrens doorbreken. De
concentratie is hoger dan de interventiewaarde. Aan de hand van het onderzoek
dat gepleegd is, wordt het inzichtelijk waar preventiemaatregelen getroffen
dienen te worden.
Er dient nog concretisering plaats te vinden over de aanpak van het
gebiedsbeheerplan voor het pilotproject de Botlek. Samenwerking met
Deltalinqs, belangenbehartiger voor havenbedrijven, is hiervoor essentieel. Voor
alle bedrijven dient een transparant en uniform beleid te zijn ten opzichte van
het afkopen van grondwaterverontreinigingen. Afkoop is een van de
financieringsbronnen om een monitoring systeem aan te leggen. De voordelen
hiervan dienen zoveel mogelijk geschetst te worden voor alle betrokken partijen.
Enkele voordelen:
 minder eigen bodemtaken (enkel bron aanpak);
 goedkoper om pluim af te laten kopen dan het zelf te saneren of te
beheren;
 beschermen van kwetsbare objecten;
 meer mogelijkheden voor natuurlijk afbraak;
 mogelijkheden om saneringen te combineren.
Er is vooral gelet op de grondwaterkwaliteit en niet naar andere beleidsvelden,
zoals energie.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 117
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Belanghebbenden
De dienst gemeentewerken van de gemeente Rotterdam heeft een groot aandeel
in de totstandkoming van bouwwerken en infrastructuur in Rotterdam. De
gemeentewerken bestaat uit twee sectoren:
- sector ingenieursbureau, houdt zich bezig met infrastructuur, bouw en milieu;
- sector buitenruimte, houdt zich bezig met beheer en onderhoud van wegen,
watergangen en riolen. Ook met het regisseren van grootschalige infrastructurele
projecten.
De gemeente Rotterdam heeft een aantal gemeentelijke diensten zoals
Gemeentewerken, dienst stedenbouw en volkshuisvesting, OntwikkelingsBedrijf
Rotterdam en Bestuursdienst. Deze zijn ingezet tijdens dit project.
De volgende belanghebbenden hebben met gebiedsgericht grondwaterbeheer in
het havengebied te maken tot nu toe:
 beleidsadviseur zorgt voor de coördinatie milieutaken van Rotterdam zoals
voorbereiding van de bestuurlijke besluitvorming en geeft opdracht aan de
projectorganisatie die de eerste fase van de pilot Botlek zal uitvoeren o.a.
resulterend in een voorstel voor de eventueel op te richten
beheersorganisatie;
 Dienst Centraal Milieubeheer Rijnmond (DCMR) zorgt voor handhaving en
vergunningverlening;
 het Havenbedrijf is een zelfstandig opererend bedrijf met twee
aandeelhouders, de gemeente Rotterdam en de Nederlandse staat,
opgericht om de haven van Rotterdam te ontwikkelen;
 ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM);
 waterschap Delftland;
 waterschap Schieland;
 waterschap Delta, houdt zich bezig met de grondwaterkwaliteit;
 provincie Zuid-Holland, geeft inhoudelijk input;
 Deltalinqs is belangenbehartiger voor de 600 aangesloten havenbedrijven;
 Deltares is een onafhankelijk kennisinstituut dat kennis aanlevert;
 Royal Haskoning levert kennis aan;
De nog samen te stellen beheersorganisatie, dient een vaste samenstelling te
hebben met interne personen om het project vorm te geven. Gemeente
Rotterdam of het Havenbedrijf stelt de beheersorganisatie vast. De andere
belanghebbenden kunnen inhoudelijke en procesmatige informatie aandragen
aan de beheersorganisatie. De aanpak blijkt goed inpasbaar te zijn bij de
doelstellingen van het Nationaal Bestuursakkoord Water, de Kaderrichtlijn Water
en de Wet bodembescherming.
Succesfactoren en aandachtspunten
De gebiedsgerichte benadering heeft succesfactoren en ook aandachtspunten,
deze zijn hieronder te zien.
Succesfactoren:
 grondwaterverontreinigingen duidelijk in beeld gebracht;
 samenwerking met diverse partijen;
 financiële steun van het ministerie van infrastructuur en milieu (IenM);
 pilotproject Botlek zorgt ervoor dat er concreter gewerkt kan worden;
 uniform beleid geformuleerd voor het afkopen van
grondwaterverontreinigingen bij saneringsplichtigen;
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 118
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer




meer biologische afbraak, omdat de verontreinigingen langer en meer
mogen verspreiden;
voor het pilotproject Botlek dient de gemeente Rotterdam
gebiedsbeheerder te worden. Dit is een goede ontwikkeling, want zij
hebben de capaciteit, financiële ruimte en zorgen voor continuïteit voor de
voortgang van het pilotproject;
minder kosten voor de veroorzaker voor het saneren van
verontreinigingen als er overgegaan wordt tot afkoop, waardoor
bronverontreinigingen eerder worden verwijderd;
ingenieursbureau is divers van samenstelling, waardoor samenwerking van
zelfsprekend is.
Aandachtspunten:
 nog niks bestuurlijk vastgelegd en de Algemene Maatregel van Bestuur is
nog niet klaar;
 nog geen concrete afspraken met saneringsplichtige om over te gaan tot
afkoop van de grondwaterverontreinigingen;
 nog geen gebiedsbeheerder vastgesteld voor de gehele haven. De
gemeente Rotterdam of het Havenbedrijf Rotterdam wordt de
gebiedsbeheerder;
 geen andere ontwikkelingen zijn meegenomen. Er is voornamelijk gelet op
grondwaterkwaliteit;
 alle saneringsplichtigen die in het beheersgebied vallen dienen mee te
doen met de afkoop regelen;
 er vindt nalevering plaats vanuit de bronverontreinigingen;
 omslag van denken dient plaats vinden als het gaat om de mogelijkheden
van verspreiding, dit kan als lastig ervaren worden;
 veel en diversen belanghebbenden.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
Sinds 2 jaar is er samenwerking gezocht met de gemeente Rotterdam vanuit het
Havenbedrijf. Sindsdien zit er meer schot in de ontwikkelingen om de
grootschalige verontreinigingen aan te pakken. Door metingen en monitoringen
te laten plaatsvinden is er een duidelijker beeld ontstaan van de situatie. Vanuit
de gevonden gegevens kan verder worden samengewerkt met belanghebbenden.
Perspectief
Maatregelen zijn benoemd en in kaart gebracht en partijen zitten om tafel. Dit
zijn belangrijke stappen om verder te kunnen gaan en de gebiedsgerichte
aanpak is een goede optie om de verontreinigingssituatie aan te pakken.
Gebruikte literatuur:
 Gebiedsgerichte aanpak van het Rotterdamse Havengebied. Deltaris,
2009.
 Gebiedsgericht grondwaterbeheer voor de haven van Rotterdam. Deltaris,
2009.
 Website Soilpedia, geraadpleegd maart 2011, „internet-only‟:
http://www.soilpedia.nl/Bikiwiki%20documenten/Gebiedsgericht%20gron
dwaterbeheer/SKB%20project%20PP5302%20en%20PP6325/Handreiking
%20Rotterdam%20haven.pdf
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 119
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.14. Rotterdam stedelijk gebied
Naam:
Caja Koppenaal
Functie:
Beleidsadviseur milieu
Organisatie:
Gemeente Rotterdam
Bevoegd gezag Wbb:
Ja
Datum interview:
16 maart 2011
Situatieomschrijving
Het aanscherpen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) heeft ervoor gezorgd, dat de
gemeente Rotterdam de grondwaterkwaliteit en –kwantiteit zo inzichtelijk
mogelijk wilde hebben. Hiervan was namelijk geen duidelijk beeld. De gemeente
Rotterdam wilde mogelijk problemen in de toekomst voor zijn en zich houden
aan de KRW. Er wordt niet enkel gekeken naar de grondwaterkwaliteit- en
kwantiteit, maar ook naar de bodemverontreinigingen en het structureel omgaan
met WKO-systemen. Deze verkenning valt onder de noemer van gebiedsgericht
grondwaterbeheer, dat voor heel Rotterdam geldt, behalve de Rotterdamse
haven. Tevens geeft het bodemconvenant richting om ondergrondse thema‟s aan
elkaar te koppelen en gebiedsgericht grondwaterbeheer te verkennen.
Bij het inzichtelijk maken wordt het watersysteem integraal benaderd. Daarom is
het belangrijk om te weten wat de waterpartners doen met betrekking tot de
grondwaterkwaliteit- en kwantiteit. De huidige gang van zaken zorgde voor een
onoverzichtelijk beeld, omdat het niet duidelijk is wat de waterpartners doen.
Daarnaast zijn er diverse aanleidingen voor water en bodem om gebiedsgericht
te denken, enkele hiervan zijn:
 grondwaterverontreinigingen zonder eigenaar;
 grondwateroverlast- en onderlast;
 benutting grondwater;
 drukte in de ondergrond; en
 belangen bovensectoraal beoordelen.
In 2008 is een bestuursopdracht getekend om met gebiedsgericht
grondwaterbeheer aan de slag te gaan. De inhoud van de bestuursopdracht is:
 gemeente Rotterdam heeft de trekkersrol;
 LBOW commissie grondwaterbeheer; en
 gezamenlijke bestuursopdracht met schets problematiek,
oplossingrichtingen en verdeling rollen en verantwoordelijkheden.
De bestuursopdracht is door alle waterpartners ondertekend. De waterpartners
zijn:
 hoogheemraadschap (=waterschap) van Delfland;
 hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard;
 waterschap Hollandse Delta;
 provincie Zuid-Holland;
 DCMR milieudienst Rijnmond;
 Port of Rotterdam.
Vanuit de bestuursopdracht is de samenwerking in gang gezet.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 120
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Gebiedontwikkeling
De bestuursopdracht gaf de inleiding om te gaan werken met gebiedsgericht
grondwaterbeheer. In de eerste fase zijn de eerste stappen gezet voor
gebiedsgericht grondwaterbeheer. Belangrijkste punten die tijdens de eerste fase
hebben plaatsgevonden zijn:
 belangen identificeren;
 eerste inventarisatie van knelpunten;
 draagvlak bij betrokken partijen;
 plan van aanpak voor vervolgfase.
Toen het draagvlak, ambitie en samenwerking waren besproken en dat alle
partijen hierover eens waren is een ambitiedocument ondertekend. Het
ambitiedocument is ondertekend door alle betrokken partijen en ter kennisname
aan directies/besturen gegaan. Het ambitiedocument diende er tevens voor om
de ambities naar de achterban te communiceren. Het moest breed worden
uitgedragen, zodat meer mensen op de hoogte waren van de ontwikkelingen.
Hieronder is een tijdlijn te vinden van de gebiedsgerichte aanpak, om tot
concretere afspraken met de waterpartners te komen.
Afb.1.Tijdlijn gebiedsgericht beleid
De ambities zijn geformuleerd in een ambitiedocument. Na deze fase dienen de
ambities omgevormd te worden naar concrete afspraken. De werkzaamheden
zijn van beleid en theorie naar respectievelijk praktijk en creativiteit gegaan. De
bezetting van de projectorganisatie bleef onveranderd van samenstelling. De
concrete afspraken werden gemaakt door om werkgroepen samen te stellen.
Deze werden benoemd op functie waarin de kansen en knelpunten werden
geformuleerd. De beschikbare informatie werd verzameld en de methode van
vaststelling vastgelegd. Dit gold voornamelijk voor de grondwaterkwaliteit. Aan
de hand van de geformuleerde kansen, knelpunten en functies zijn afspraken
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 121
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
gemaakt om meer informatie uit te wisselen en procedures meer samen te
voegen tussen de waterpartners. Samenwerking is hierin het belangrijkste.
Om tot deze conclusies te komen zijn hieronder de resultaten te vinden en
enkele concretere voorbeelden te zien.
Per thema (grondwaterkwaliteit, grondwaterkwantiteit, vergunningverlening en
andere) is er bepaald of de huidige taakverdeling en regelgeving voldoet,
procedures effectief zijn, verbeteringskansen zijn en welke informatie
beschikbaar is. Door deze inventarisatie met de waterpartners zal er voortaan
jaarlijks een themadag georganiseerd worden waarbij kennis en nieuwe
ontwikkeling ten aanzien van een thema uitgewisseld kan worden.
De procedures dienen aan de hand van de inventarisatie te worden
gestroomlijnd. De vergunning en meldingen worden bij betrokken partijen ter
inzage gelegd. Hiervoor heeft iedere organisatie één contactpersoon.
Direct en indirect lozingen worden gecommuniceerd tussen de gemeente en het
belanghebbende waterschap. De onttrekking en infiltratie worden tussen de
gemeente, provincie en belanghebbende waterschap gecommuniceerd. Ook
dienen er gegevens uitgewisseld te worden. Dit zijn peilbuisgegevens,
kwaliteitsmetingen en ondergrondse objecten. Deze dienen in een
basisregistratie voor de ondergrond te komen en op termijn aangehaakt bij de
landelijke grondwaterregistratie. De betrokken partijen willen grondwater niet
enkel integraal aanpakken tussen de partijen zelf, maar ook met andere
beleidsvelden. Dit geldt voornamelijk voor ruimtelijke ontwikkeling. Grondwater
dient meegenomen te worden in bestemmingenplannen, masterplannen en
groenvisies.
Om goed te kunnen werken willen de waterpartners graag een grondwatermodel
hebben voor Rotterdam. Momenteel is er al een grondwatermodel beschikbaar
voor Rotterdam-Zuid en centraal en omgeving.
Tijdens de samenwerking met de waterpartners en vanaf het starten met een
bestuursopdracht is er ook gekeken naar bodemverontreinigingen die de
grondwaterkwaliteit beïnvloeden. Uit een inventarisatie en onderzoekt blijkt dat
de bodemverontreinigingen voornamelijk bronverontreinigingen zijn en dat die
gevalsgericht gesaneerd kunnen worden. Hierdoor is de urgentie om
gebiedsgericht grondwaterbeheer voor bodemverontreinigingen toe te passen
niet aanwezig. Er zijn echter nog 2000 mogelijke spoedlocaties, die nog nader
onderzocht dienen te worden. Waar een combinatie is van humane, ecologische
en verspreiding risico. Het is in ieder geval belangrijk dat alle spoedlocaties
opgespoord en aangepakt worden en indien noodzakelijk kan het gebiedsgericht
aangepakt worden.
De bodemverontreinigingen krijgen minder nadruk, op de volgende zaken is
meer gelet:
 WKO plaatsen bepalen (geformuleerd in masterplannen);
 nauwere samenwerking met waterpartners;
 Grondwaterkwaliteit en – kwantiteit beoordelen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 122
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.2.Regie op locaties bronnen WKO in het centrum
Bij het formuleren van masterplannen voor de ondergrond zit bodemenergie er
bij. Maximaliseren rendement, kader voor vergunningsverlening en inpassen ten
opzichte van andere functies is hierin belangrijk.
De grondwaterkwaliteit is gemeten en is voldoende goed om de huidige kwaliteit
niet te hoeven verbeteren. Voor grondwaterkwantiteit is de invloed van enkele
bronbemalingen gemeten en simultane bemalingen. Ook het effect van
afkoppelen van regenwater is onderzocht. Dit dient natuurlijk gecommuniceerd
te worden met de waterpartners als er regenwater wordt afgekoppeld en als er
minder verharding komt. Afstemming is noodzakelijk, want genomen acties
beïnvloeden elkaar.
Belanghebbenden
De initiatiefnemer is de gemeente Rotterdam. De beleidsvelden bodem, water en
energie komen duidelijk naar voren om die inzichtelijk te krijgen. Zodat op
termijn deze beleidsvelden vroegtijdig meegenomen kunnen worden in de
besluitvorming van een gebied. Tevens er is intern bij de gemeente Rotterdam
gelet op vergunningverlening, juridische zaken en dienst stedenbouw. Deze zijn
alle afkomstig van binnen de gemeente Rotterdam, DCMR en het Havenbedrijf.
De beleidsadviseur stelt een (interne)projectorganisatie vast. Binnen de
gemeente Rotterdam zijn een aantal gemeentelijke diensten betrokken tijdens
dit project zoals Gemeentewerken en de dienst Stedenbouw en Volkshuisvesting.
De andere betrokken partijen zijn:
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 123
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
 Hoogheemraadschap van Delfland;
 Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard;
 waterschap Hollandse Delta;
 provincie Zuid-Holland;
 DCMR milieudienst Rijnmond;
 Port of Rotterdam.
De integrale benadering van het watersysteem en het ontwikkelingen van één
informatiesysteem, zorgt ervoor dat partijen op de hoogte zijn van elkaars
handelen en dat er meer samengewerkt wordt.
Succesfactoren en aandachtspunten
De gebiedsgerichte aanpak zal eerst goed moeten landen bij alle partijen om het
vervolgens meer vorm te kunnen geven. De succesfactoren en aandachtspunten
van deze nieuwe aanpak zijn hieronder te vinden.
Succesfactoren:
 taken en verantwoordelijkheden verduidelijkt;
 meer informatie over voldoen aan de Kaderrichtlijn Water;
 voldoende capaciteit, veel ervaring opgedaan over de ondergrond;
 nauwere samenwerking en doelen geformuleerd;
 gemeente is divers van samenstelling, waardoor interne samenwerking
meer van zelfsprekend is.
Aandachtspunten:
 iedereen verstaat wat anders van gebiedsgericht grondwaterbeheer;
 moeilijk om plannen te concretiseren;
 veel verschillende betrokken partijen;
 niet in planvorming blijven hangen.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
Beter inzicht in de situatie gekregen. Het blijkt dat er geen maatregelen
genomen dienen te worden betreffende de grondwaterkwaliteit.
Perspectief
Er zijn geen concrete plangebieden geformuleerd. In de toekomst zal er meer
naar combinatiemogelijkheden gezocht worden en dat WKO-systemen meer
gestructureerd aangepakt worden.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 124
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.15. Tilburg
Naam:
Maaike Paulissen
Functie:
Afdeling milieu bureau bodem
Organisatie:
Gemeente Tilburg
Bevoegd gezag Wbb:
Ja
Datum interview:
29 maart 2011
Situatieomschrijving
“Veel bodemverontreiniging in Tilburg is ontstaan door de textielindustrie. De
toen gebruikte ontvettingsmiddelen kunnen in de zandgrond onder Tilburg tot 50
meter diep uitzakken. Het verwijderen van deze verontreiniging is moeilijk en
kostbaar. De gemeente Tilburg, Waterschap De Dommel en de provincie NoordBrabant hebben besloten het beheer van het verontreinigde grondwater
gezamenlijk aan te pakken.” [1] Later is het waterschap Brabantse Delta erbij
gekomen, vanwege de begrenzing van het gebied.
Er zijn ook bodemverontreinigingen door toedoen van chemische wasserijen en
metaalbewerkende bedrijven veroorzaakt. De bodemverontreinigingen zijn
diffuus verspreid en kunnen mogelijk kwetsbare objecten bedreigen. De
verspreiding van de grondwaterverontreinigingen blijft plaatsvinden en kan niet
worden tegen gegaan. Dit komt, omdat er onvoldoende financiële en juridische
instrumenten zijn om de verontreinigingen aan te pakken.
Afb.1. Verontreinigingssituatie in Tilburg. Gemeente Tilburg
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 125
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Door toedoen van de aanwezige grondwaterverontreinigingen vindt er stedelijke
stagnatie plaats, zoals bouwactiviteiten, bronbemalingen, plaatsen van
bodemenergie. Voor deze ontwikkelingen dienen er voorzorgsmaatregelen
genomen te worden om de grondwaterverontreinigingen niet te laten
verspreiden. Hierdoor vallen stedelijke ontwikkelingen duurder uit, duren langer
om te realiseren en komen soms helemaal niet van de grond. Daarnaast is de
verontreinigingssituatie onvoldoende inzichtelijk, waardoor het niet duidelijk is of
kwetsbare objecten, zoals strategische grondwatervoorraden, sloten en beken
bedreigd worden. Tevens is er een duidelijk beeld nodig om aan de Kaderrichtlijn
Water te voldoen.
Gebiedsontwikkeling
Sinds 2004 is de gemeente Tilburg bezig om tot een oplossing te komen
vanwege de aanwezigheid van de grondwaterverontreinigingen. In 2008 is er
samenwerking gevonden met de LBOW Commissie Grondwater. Gemeente
Tilburg, dient als proefproject om innovatieve oplossingen voor
grondwaterbeheer te toetsen in de praktijk.
Organiseren van een projectorganisatie
Om de situatie te verkennen en om innovatieve oplossingen te formuleren dient
er samengewerkt te worden met belanghebbenden. Daarom wordt er
projectorganisatie opgesteld door middel van een omgevingsanalyse. De
omgevingsanalyse is als volgt vorm gegeven om een projectorganisatie op te
stellen.
“Door na te denken over onderstaande vragen kun je de omgeving van het
project in kaart brengen.
Benoem en rangschik de bij het project betrokken partijen naar:
 Wie beslissen er over het project?
 Wie gebruiken het resultaat of ondervinden de gevolgen daarvan?
 Wie stellen er mensen, middelen of deskundigheid beschikbaar aan het
project?
 Wie voeren het project uit?
Wie beslissen?
Wie leveren?
Project
Wie gebruiken?
Wie voeren het uit?
Hoe kritisch zijn de bij het project betrokken partijen?
 Heeft een groot belang bij het project.
 Heeft een gering belang bij het project.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 126
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
 Heeft veel invloed op het project.
 Heeft weinig invloed op het project.
Weinig invloed op het
project
Veel invloed op het
project
Groot belang bij het
project
Weinig belang bij het
project
Hoe is de relatie tussen projectleider en betrokken partijen te typeren?
 Er is grote overeenstemming over de inhoud.
 Er is geringe overeenstemming over de inhoud.
 Er is veel vertrouwen in de relatie.
 Er is weinig vertrouwen in de relatie.
Grote overeenstemming
over de inhoud
Geringe overeenstemming
over de inhoud
Weinig vertrouwen in de
relatie
Coalitie partner
Veel vertrouwen in de
relatie
Bondgenoot
Vijand
Tegenpartij
Op welk niveau zijn de partijen in het project betrokken?
 Op het niveau van mee weten (invloed laag).
 Op het niveau van meedenken.
 Op het niveau van meewerken.
 Op het niveau van meebeslissen (invloed hoog).
Het zo concreet mogelijk invullen van het invulschema vormt de basis voor
strategieën, acties en maatregelen om partijen (blijvend) bij het project te
betrekken. Daarbij kan het ook interessant en van belang zijn om de relaties
tussen (sommige) betrokken partijen in beeld te brengen, bijvoorbeeld bij het
samenstellen van een stuurgroep.” [2] Het invulschema zorgt ervoor dat de
betrokken partijen worden geanalyseerd op rol, belang, vertrouwen en
betrokkenheid.
Nadat de omgevingsanalyse was uitgevoerd is er een projectorganisatie
samengesteld, waarin de waterpartners (gemeente Tilburg, provincie NoordBrabant, waterschap De Dommel) betrokken zijn. Zij hebben onderling in 2009
een bestuursopdracht ondertekend. Het doel van de bestuursopdracht is:
- ontwikkeling werkwijze aan de hand van een gemeentelijke gebiedsvisie
- handelingskader voor provincie en waterschap waarmee knelpunten
kunnen worden opgelost en bruikbaar is voor andere situaties.
Resultaat van de bestuuropdracht zijn:
- bestuurlijk arrangement voor duurzaam gebiedsgericht grondwaterbeheer;
- afspraken over taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden, voorzover
deze niet wettelijk vastliggen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 127
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
De bestuuropdracht wordt op diverse manieren ontwikkeld; door een
gemeentelijke gebiedsvisie, (pilotproject) in de spoorzone en het maken van een
handelingskader gebiedsgericht grondwaterbeheer.
Gemeentelijk gebiedsvisie
Er is een gemeentelijke gebiedsvisie gemaakt, om te kijken hoe de verspreiding
van verontreinigd grondwater loopt, of kwetsbare objecten bedreigd worden en
het bevorderen van stedelijke ontwikkelingen. De gemeentelijke gebiedsvisie
geldt voor de gehele stad. Vanuit afdeling Duurzaamheid, Energie en Milieu en
afdeling Ruimte, Economie en Cultuur wordt er aan de gebiedsvisie gewerkt.
Afb.2. Situatie gemeente Tilburg
Doordat de stromingsrichting duidelijker is geworden, waardoor het waterschap
Brabantse Delta binnen de bepaalde gebiedsgrenzen valt, zijn zij erbij betrokken.
Om beken en natuurgebieden te beschermen van de
grondwaterverontreinigingen wordt er gebruik gemaakt van responsbuffers. Een
responsbuffer is een stuk ondergrond, waarin tijd en ruimte is om maatregelen
te nemen. De begrenzing (afbeelding 2 en 3) dient gecontroleerd te worden door
een monitoringsnetwerk.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 128
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.3. Beheersgebied met begrenzing en responsbuffers
Om grondwaterverontreinigingen minder te verspreiden wil de gemeente Tilburg
een secundair hemelwatersysteem aanleggen. Het regenwater wordt hierdoor
verplaatst naar het landelijke gebied. Dit is beschreven in de “Structuurvisie
Water en Riolering” en is in goed overleg met de Waterschappen en de Provincie
Noord Brabant opgesteld.
Spoorzone
Aan de hand van de gemeentelijke gebiedsvisie, wordt er een pilotproject
opgestart om samen met de Nationale Spoorwegen de spoorzone te ontwikkelen.
De Nationale Spoorwegen en de gemeente Tilburg hebben afspraken gemaakt
over de aanpak van de bodemverontreinigingen van de spoorzone. Dit gaat
samen met de herinrichting van het gebied, waar ook WKO-systemen
gerealiseerd worden. Tevens zal er bij de nieuwe ontwikkeling regenwater
worden afgevoerd om verspreiding van grondwaterverontreinigingen te
verminderen. Door het gebiedsgericht grondwaterbeheer verder vorm te geven
kan de grondwaterverontreiniging vanuit de spoorzone op een slimme manier
beheerst worden.
Handreiking
De gemeente Tilburg, provincie Noord-Brabant en waterschap De Dommel
hebben aan de hand van ervaringen die opgegaan zijn tijdens het werken en
samenwerken aan gebiedsgericht grondwaterbeheer een handreiking gemaakt.
MMG advies heeft geholpen om de handreiking te ontwikkelen. Enkele
overzichtelijke en duidelijke afbeeldingen zijn hieronder te vinden die de
gebiedsgericht aanpak goed illustreren.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 129
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Er zijn drie varianten bekeken om te saneren in Tilburg. Hieruit blijkt dat een
gebiedsgerichte variant veel potentie heeft om toe te passen.
Tabel.1. Beoordeling gebiedsgericht aanpak voor Tilburg. Handreiking
gebiedsgericht grondwaterbeheer Tilburg.
Er zijn meerdere belanghebbenden met bevoegdheden die te maken
hebben met grondwater. Samenwerking is op zijn plaats, hiervan
illustreert afbeelding 4 een voorbeeld van.
Afb.4. Grondwater als onderdeel van twee of meer bestuurlijke syste men.
Handreiking gebiedsgericht grondwaterbeheer Tilburg.
Een stappenplan met vijf verschillende fases om tot een gebiedsgerichte
aanpak te komen is hieronder te zien.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 130
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.5. Gebiedsgericht grondwaterbeheer fasering. Handreiking gebiedsgericht
grondwaterbeheer Tilburg.
Belanghebbenden
Tijdens het proces van de gemeentelijke gebiedsvisie en het maken van het
handelingskader gebiedsgericht grondwaterbeheer zijn er diverse partijen
betrokken. De volgende belanghebbenden zijn betrokken:
 gemeente Tilburg, met afdeling Duurzaamheid, Energie en Milieu en
afdeling Ruimte, Economie en Cultuur;
 provincie Noord-Brabant, heeft een faciliterende en begeleidende rol en
bureau bodem en grondwater zijn er bij betrokken;
 waterschap Brabantse Delta;
 waterschap De Dommel;
 LBOW Commissie Grondwater, samenwerking met de gemeente
Tilburg om komen tot innovatieve oplossingen op het gebied van
grondwater;
 Brabant Water, verzorgt het drinkwater en dient de kwaliteit te
waarborgen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 131
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer


Adviesbureau TTE, opstellen van het beheersgebied en
beïnvloedingsgebied;
MMG Advies, opstellen van de handreiking.
De communicatie met het waterschap Brabantse Delta heeft later
plaatsgevonden, maar daar er is geen hinder van ondervonden. Er zijn nog geen
concrete contacten met saneringsplichtige(n) gelegd.
De spoorzone is in het kort beschreven. Hier is echter niet verder op
ingegaan, waardoor de belanghebbenden voor dat project niet nader zijn
beschreven.
Succesfactoren en aandachtspunten
Hieronder zijn de succesfactoren en aandachtspunten te zien.
Succesfactoren:
 Er is geen nieuw instrument nodig. De gebiedsgerichte aanpak kan onder
een saneringsplan vallen;
 nauwere samenwerking met waterpartners;
 integraal benaderen van het watersysteem is bevorderd;
 maatregelen ontwikkeld voor het buitengebied, in de vorm van enkele
responsbuffers;
 als de gebiedsgericht grondwaterbeheer helemaal staat is het de bedoeling
dat er minder maatregelen getroffen dienen te worden bij
werkzaamheden;
 de risico‟s ten opzichte van kwetsbare objecten zijn vroegtijdig
gesignaleerd;
 de gemeente Tilburg is verantwoordelijk voor de
grondwaterverontreinigingen, waarvoor geen andere verantwoordelijke is
aan te wijzen (veroorzaker of schuldig eigenaar) en kan dan op een
slimme manier deze verontreinigingen beheersen.
Aandachtspunten:
 Vanuit bureau ruimtelijke ordening worden ondergrondse problemen en
stagnatie van stedelijke ontwikkeling niet gemeld aan het beleidsveld
milieu;
 graag meer invloed uitoefenen en informatie aanreiken voor
bestemmingsplannen waar sprake van bodemverontreinigingen is;
 lastig voor waterpartners om te accepteren dat
grondwaterverontreinigingen zich verspreiden. Veel tijd en energie om een
goed gevoel te geven over de situatie en aanpak;
 het is lastig om gebiedsgericht grondwaterbeheer bij de bestuurders te
laten landen. Als er geen urgentie is, zoals bij de strategische
grondwatervoorraad die pas over meer dan honderd jaar wordt bedreigd.
Door dit gegeven zal het bestuur niet snel actie ondernemen;
 door verspreiding van de grondwaterverontreinigingen te laten toestaan
worden bevoegde gebieden van andere belanghebbenden hiermee
geconfronteerd. De aansprakelijkheid is hierover niet duidelijk;
 gesloten WKO-systemen gaan dieper dan 80 meter en passeren dan de
ondoorlatende laag, hierdoor bestaat de kans dat verontreinigingen zich
naar diepere lagen verspreiden. Tevens zijn gesloten WKO-systemen enkel
meldingsplichtig.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 132
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
De ondertekende bestuuropdracht is een belangrijk document geweest voor de
voortgang van de aanpak.
Om de ondergrondse belangen en de ordening daarvan meer vorm te geven
dient er meer aansluiting gevonden te worden met ruimtelijke ordening. Het zou
een wenselijke verandering zijn.
Perspectief
De gebiedsvisie is voor de geheel gemeente Tilburg gemaakt, dit plan zou meer
detailleert toegepast kunnen worden in deelgebieden. Hierin kan het
handelingskader vervolgens een positieve bijdrage in leveren. Voor de
aanpakken dient de juridische vastlegging van verantwoordelijkheden nog
verduidelijkt worden wat betreft de grondwaterkwaliteit. Daarnaast wordt er
gewerkt met een pilotproject in de Spoorzone, dit valt echter niet onder de
noemer van gebiedsgericht grondwaterbeheer, omdat er snel gehandeld diende
te worden om het proces te laten bevorderen.
Gebruikte literatuur:
 [1] Website gemeente Tilburg, geraadpleegd april 2011, „internet-only‟:
http://www.tilburg.nl/stad/ep/channelView.do?channelId=11850&displayPage=%2Fep%2Fchannel%2Ftl_channel_default_program.j
sp&pageTypeId=8544
 [2] Omgevingsanalyse voor het samenstellen van een projectorganisatie,
gemeente Tilburg.
 Handreiking gebiedsgericht grondwaterbeheer. Op basis van de ervaring in
Tilburg, 2010.
 Website gemeente Tilburg, geraadpleegd april 2011, „internet-only‟:
http://www.tilburg.nl/stad/ep/channelView.do?channelId=14682&displayPage=%2Fep%2Fchannel%2Ftl_channel_related_content.js
p&relCntPage=%2Fep%2Fcontent%2Ftl_ed_ar_content.jsp&programId=1
7163&contentId=31406&contentTypeId=1001&pageTypeId=8540
 Website Soilpedia, geraadpleegd april 2011, „internet-only‟:
http://www.soilpedia.nl/Bikiwiki%20documenten/Gebiedsgericht%20gron
dwaterbeheer/SKB%20project%20PP5302%20en%20PP6325/Handreiking
%20Tilburg%20spoorzone.pdf
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 133
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.16. Waalre
Naam:
Peter Ramakers
Functie:
Uitvoeringsprojecten bodemsaneringen
Organisatie:
Provincie Noord-Brabant bureau bodem
Locatie project:
Datum interview:
Waalre
23 februari 2011
Bevoegd gezag Wbb
Ja
Situatieomschrijving
Door aanwezige grondwaterverontreinigingen in Aalst (gemeente Waalre), wordt
de drinkwatervoorziening van Brabant Water in het zuiden van Eindhoven
bedreigd. De grondwaterkwaliteit is van dermate slechte kwaliteit dat
preventiemaatregelen genomen dienen te worden ter bescherming van de
waterwaterwinning. De grondwaterverontreinigingen zorgen voor een belangrijk
aandachtpunt voor Brabant Water, omdat deze in het beschermingsgebied
bevinden. De verontreinigingen zijn door verschillende particuliere veroorzaakt
en zijn niet gevalsgericht te saneren, vanwege de kosten en de grote van
verspreiding.
Bovenin afbeelding 1 is het zuiden van Eindhoven te zien en daar bevindt zich de
winplaats op de Aalsterweg.
Afb.1. Locaties met bodem- en grondwaterverontreinigingen in Aalst, gemeente
Waalre (situatie 2007). Brabant Water.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 134
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Een bijkomend aandachtspunt is, dat het zuiden van Eindhoven van nature een
hoge grondwaterstand heeft. Door het oppompen van grondwater door het
drinkwaterbedrijf Brabant Water wordt er voor gezorgd dat er (minder)
wateroverlast ondervonden wordt. Het nadeel hiervan is echter ook, dat door het
oppompen van water voor menselijke consumptie een versnelde toestroom van
verontreinigd grondwater richting de waterwinputten plaatsvindt. In afbeelding 2
is een overzicht te zien van het grondwaterwingebied van Brabant Water (blauw
omkaderd) met daarboven Eindhoven en daaronder Aalst waar zich meerdere
grondwaterverontreinigingen bevinden.
Afb.2. Grondwaterwingebied Aalsterweg. Brabant Water.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 135
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
De aanwezige grondwaterverontreinigingen in Aalst veroorzaken daarnaast ook
stagnatie van stedelijke ontwikkelen, zoals projectontwikkelingen en
infrastructurele ontwikkelingen (bijvoorbeeld bronbemalingen). Er dienen
voorzorgsmaatregelen getroffen worden ten aan zien van de aanwezige
grondwaterverontreinigingen. Voor deze algehele situatie dient er een andere
aanpak geformuleerd te worden, omdat meerdere belanghebbenden partijen
zichtbaar hinder ondervinden. Er dient gezamenlijk tot één aanpak gekomen te
worden, omdat iedere maatregel of actie invloed heeft voor andere
belanghebbenden en omdat er niet aan de saneringsverplichtingen voldaan kan
worden.
Gebiedsontwikkeling
Om de hierboven beschreven situatie te verbeteren is er in 2003 een convenant
door de waterpartners in de regio Eindhoven ondertekend en was tot 2008
geldig. In het convenant werd de grondwaterproblematiek in de regio behandeld,
een deel van de regionale problematiek wordt besteed aan de beschreven
situatie. Voor het convenant was bestuurlijk draagvlak aanwezig van, zowel de
gemeenteraad van Waalre en Eindhoven en als een gedeputeerde van de
provincie Noord-Brabant.
Gemeente Waalre, provincie Noord-Brabant (Bevoegd gezag Wbb voor gemeente
Waalre) gemeente Eindhoven, Brabant Water, Waterschap de Dommel, drie
particuliere en twee projectontwikkelaars die saneringsplichtig zijn, waren op de
hoogte van de problematiek. Alle andere belanghebbenden willen graag van de
grondwaterverontreiniging af en Brabant Water wil enkele middeldiepe
waterwinputten verplaatsen op het eigen perceel ter preventie. Het totale beeld
ontbrak echter om tot een gerichte oplossing te komen. Er werd gewezen naar
de saneringsplichtigen, er werd enkel gekeken naar het eigenbelang en andere
mogelijkheden werden niet gevonden om de situatie te verbeteren. Hierdoor
ontstond er een spanningveld.
Er zijn de volgende (mogelijke) acties geformuleerd om de situatie te
verbeteren:
 pompcapaciteit optimaliseren om de wateroverlast te bestrijden en
aanwezige verontreinigingen in Waalre en Eindhoven te kunnen
beheersen. Hiervoor dient er echter extra pompcapaciteit plaats te vinden
bij Genneperpark waar andere waterwinputten zijn van Brabant Water;
 Brabant Water, waterschap De Dommel, gemeente Eindhoven en Waalre
hebben een gebiedsprogramma opgesteld voor een actieve aanpak van de
meest urgente gevallen.
Deze acties zijn niet verder doorgevoerd, vanwege financiële aspecten.
Een gebiedsgerichte aanpak is voorgesteld door bureau bodem van de provincie
Noord-Brabant. Dit werd eerst met de gemeente Eindhoven en Waalre
besproken. Daarna werden de andere belanghebbenden geïnformeerd. De
nieuwe aanpak werd positief ontvangen door alle partijen.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 136
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Door de problematiek gebiedsgericht te benaderen zijn de volgende acties
geformuleerd:
 bronsanering door de saneringsplichten uit te voeren;
 afkopen van grondwaterverontreinigingen. De afkoopsommen worden in
een fonds gestopt, dat vervolgens mede gebruikt zal worden om een
interceptieput aan te leggen ter bescherming van de waterwinning;
 combinatie interceptieput en plaatsing open WKO-systeem;
 interceptieput wordt onderhouden en beheerd door de gebiedsbeheerder.
De gebiedsbeheerder dient nog benoemt te worden en de beheersgrenzen waarin
de verontreinigingen in mogen verspreiden dient nog bepaald te worden.
In 2010 is er een nieuw convenant waterparnters opgesteld en is geldig t/m
2015. In het convenant zijn doelen opgesteld t.o.v. de aanpak in het gebied,
deze doelen zijn:
 probleem geformuleerd;
 meerwaarde van samenwerking;
 bevoegdheden vastgelegd tussen de waterpartners.
De gebiedsgerichte aanpak krijgt steeds meer vorm. De overgang van
beleidsfase naar planfase vindt plaats. Er worden offertes aangevraagd bij
adviesbureaus, om zo tot een gepaste oplossing te komen. Van deze mogelijke
oplossingen dienen de financiële en juridische kaders nog nader bepaald te
worden. Er is goedkeurig vanuit de Gedeputeerde Staten en van de
gemeenteraad van Eindhoven en Waalre om met gebiedsgericht
grondwaterbeheer aan de slag te gaan.
Belanghebbenden
Het probleem was dat de kosten te hoog waren om grondwaterverontreinigingen
te saneren. Hierdoor blijf de verontreinigingssituatie aanwezig, met alle
problemen van dien. De voortgang voor het aanpakken van deze situatie kwam
eerder niet goed van de grond. Er werden onvoldoende voorwaarden geschetst,
waardoor belanghebbenden lijnrecht tegenover elkaar komen te staan. De
nieuwe aanpak, gebiedsgericht grondwaterbeheer, is geformuleerd en heeft een
nieuwe kijk op de situatie gegeven.
De volgende partijen zijn bij dit project betrokken:
 drie particulieren die bodemverontreinigingen hebben veroorzaakt;
 twee projectontwikkelaars waar in een vroeg stadium is gecommuniceerd
om mee te doen aan het afkopen van de pluimen en te investeren in een
interceptieput;
 bronbemalers voor het aanleggen van rioleringen;
 waterschap de Dommel, houdt zich bezig met grondwaterkwaliteit;
 provincie Noord-Brabant met bureau bodem en grondwater;
 Brabant Water, draagt zorg aan de waterwinputten;
 gemeente Waalre, afdeling ROM (ruimtelijke ordening en milieu);
 gemeente Eindhoven, afdeling bodem en water.
Later zullen andere partijen erbij betrokken worden, zoals adviesbureaus,
eventueel andere veroorzakers van bodemverontreinigingen en nazorgbureaus.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 137
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Succesfactoren en aandachtspunten
De problematiek speelt al een gedurende tijd. Aan de hand van een
gebiedsgerichte aanpak worden kansen geformuleerd en partijen verbonden.
Betrokken partijen zijn positief gestemd. Onderlinge afspraken en afstemming
tussen partijen dient nog meer vorm te krijgen om concrete acties te kunnen
ondernemen. Hieronder zijn de succesfactoren en aandachtspunten te lezen die
bij dit project opspelen.
Succesfactoren:
 stedelijke ontwikkelingen in de gemeente Waalre kunnen bevorderd
worden. Mogelijkheid wordt geboden om één gebiedsplan te maken om
bronbemalingen te laten plaatsvinden voor het aanleggen van rioleringen;
 draagvlak van alle partijen;
 er is goedkeurig van de Gedeputeerde Staten om hiermee aan de slag te
gaan. Project dient als voorbeeld voor andere bureaus binnen de provincie
Noord-Brabant;
 watersysteem integraal is benaderd;
 scheiding van bron en pluim zorgt voor kostenreductie voor de betrokken
particulieren;
 vroegtijdig overleg met projectontwikkelaars om bodemverontreinigingen
(bron en pluim) aan te pakken;
 mogelijke combinatie van interceptieput en één warmte-koude-installatie,
dat door Brabant Water is geïnitieerd;
 door de grondwaterverontreiniging op te vangen in een interceptieput kan
er waterwinning blijven plaatsvinden, waardoor in het zuiden van
Eindhoven de wateroverlast beter kan worden beheerst.
Aandachtspunten:
 afkoop van pluimverontreinigingen dient nog plaats te vinden;
 financiële en juridische kaders dienen nog verder vorm gegeven te
worden;
 nog geen beheersgebied geformuleerd, waarin de verontreinigingen zich
mogen verspreiden;
 aanwezige verontreinigingen in Eindhoven worden mogelijk erbij
betrokken. Het nog te formuleren beheersgebied zal hierdoor groter
worden en er zullen meer belanghebbenden zijn;
 bronverwijdering dient nog plaats te vinden bij de particulieren;
 nog geen gebiedsbeheerder geformuleerd;
 niet ieder zijn belang kan evenveel naar voren komen;
 onderhoud- en beheerkosten van de interceptieput zijn doorlopend en
dient door één instantie verzorgd te worden.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
Door de situatie op een andere manier te bekijken zijn de betrokken partijen
geënthousiasmeerd over de aanpak. De aanpak zorgt ervoor, dat er niet enkel
naar het eigen partij/belang wordt gekeken, maar naar een geheel scala van
partijen die samen het probleem kunnen oplossen. Hierdoor ontstaan er
meerdere financiële dragers, worden andere beleidsvelden bij het proces
betrokken, kunnen stedelijke ontwikkeling bevorderd worden, meer ruimte
gegeven om grondwaterverontreinigingen te verspreiden en gebruik gemaakt
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 138
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
van preventiemaatregelen t.o.v. de waterwinning. Het jarenlange onderlinge
gesteggel wordt omgezet in concrete acties, waardoor het gebied zich kan
ontwikkelen en waar de belanghebbenden partijen zich in kunnen vinden. De
urgentie om het probleem aan te pakken is aanwezig en de bereidheid om het
gebied te ontwikkelen. Betrokken partijen zijn doordrongen van het feit, dat
iedereen van elkaar afhankelijk is.
In andere gebieden waar sprake is van grootschalige
grondwaterverontreinigingen zijn er veel kansen om gebiedsgericht
grondwaterbeheer toe te passen. Een gebiedsplan kan dan vormgegeven worden
waar belanghebbenden samenwerken en voordelen kunnen ondervinden. Hierin
is het belangrijk dat ego‟s aan de kant worden gezet en dat het algemene belang
voorop staat.
Bodemverontreinigingen zijn niet leidend voor gebiedsgericht grondwaterbeheer.
Andere beleidsvelden kunnen meer belang hebben en ontwikkeld worden bij een
gebiedsgerichte aanpak. In toekomstige situaties kunnen accountmanagers (van
de provincie Noord-Brabant) projectontwikkelaars informeren over
gebiedsgericht grondwaterbeheer. Vroegtijdig aanpak is belangrijk om
toekomstige problemen te voorkomen.
Perspectief
Er dient meer inzicht worden verkregen van de situatie. Hiervoor wordt een
offerte aangevraagd bij verschillende adviesbureaus om vervolgens met die
kennis tot gepaste oplossingen te komen.
Gebruikte literatuur:
 Optimalisatie waterwinningen Budel, Eindhoven en Nuland. Brabant Water,
2008
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 139
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.17. Zutphen
Naam:
Ben Habets
Functie:
Senior Bodemadviseur
Organisatie:
Gemeente Zutphen
Bevoegd gezag Wbb:
Nee
Datum interview:
27 april 2011
Opmerking:
Dit is geen definitieve versie van het interview met Ben Habets. Hierdoor is het
mogelijk dat enkele beschreven onderwerpen niet overeenkomen met de
werkelijk. Deze verwerking geeft echter wel in grote lijnen weer hoe de
gebiedsgerichte aanpak vormgegeven wordt in Zutphen.
Situatieomschrijving
Gemeente Zutphen wil zoveel mogelijk klimaatneutraal zijn en zijn vanuit het
College van B&W uitgedragen. Deze doelstelling wordt breed gedragen in de
bestuurlijke en ambtelijke organisatie van Zutphen. Daarnaast wordt er ook
regionaal gewerkt om duurzaamheid te verbeteren. In 2008 is een regiocontract
ondertekend voor de regio Stedendriehoek. Hier doen gemeente Apeldoorn,
Brummen, Epe, Lochem, Voorst en Zutphen aan mee. Vanuit het regiocontract is
er per gemeente een kansenkaart energieopslag opgesteld. Dit geeft aan waar
het beste open of gesloten WKO-systemen gebruikt kunnen worden in relatie
met bestaande bouw en/of nog nieuw te bouwen locaties. De samenwerking met
de andere gemeenten zorgt er voor, dat er een gezamenlijk beleid gevormd
wordt op gebied van bodemenergie.
In de gemeente Zutphen vindt er momenteel een dergelijke stedelijke
ontwikkeling plaatst. Op het bedrijventerrein „De Mars‟ vindt een stedelijke
(her)ontwikkeling plaats, waar 1.100 woningen en 21.300 m²
bedrijfsvloeroppervlakte (bvo) aan voorzieningen komen. Uit het
energiebeleidsplan en door de kansenkaart energieopslag is gebleken dat daar
goed gebruik gemaakt kan worden van bodemenergie. Indien er ontwikkelaars
gebruik willen maken van bodemenergie dan wil de gemeente dat in goede
banen leiden. Als er meerdere WKO-systemen geplaatst gaan worden is het
mogelijk dat er interferentie (belemmering) gaat plaatsvinden. Hierin dient er
een goede afstemming te zijn om optimaal gebruik te kunnen maken van
bodemenergie in de ondergrond.
Het plaatsen van WKO-systemen is één van de ondergrondse activiteiten die
mogelijk gaan plaatsvinden op het bedrijventerrein „De Mars‟. Er dient ook
rekening gehouden te worden met een bodemverontreiniging en ander
grondwaterverzet in het plangebied. Dit in combinatie met het zo goed mogelijk
willen benutten van de ondergrond en de klimaatdoelstellingen wordt er een
Masterplan Energieopslag gemaakt voor het bedrijventerrein „De Mars‟.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 140
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.1. Overzicht gebruikers van de ondergrond. If Technology.
Gebiedsontwikkeling
Voordat het Masterplan Energieopslag ontwikkeld werd heeft de
energiecoördinator(en) gemeentebreed een energiebeleidsplan opgesteld. Dit is
in samenspraak met andere afdelingen binnen de gemeente Zutphen gedaan.
Ieder beleidsveld kijkt wat er bijgedragen kan worden om de
klimaatdoelstellingen te bewerkstelligen. Het Masterplan Energieopslag heeft
ondermeer betrekking op Noorderhaven en de NS-Poort, dat onderdeel uitmaakt
van het bedrijventerrein „De Mars‟.
Afb.2. Noorderhaven en NS-poort. Plankaart Noorderhaven.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 141
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
In het Masterplan Energieopslag zijn er warme en koude zoekgebieden
geformuleerd om interferentie tussen systemen te voorkomen (zie afbeelding 3).
Tevens wordt er een thermische bufferzone ingekaderd, dat dient als
beschermingsgebied ter voorkoming van negatieve beïnvloeding door toedoen
van andere grondwatergebruikers van buitenaf. Het Masterplan zorgt voor een
gestructureerde aanpak van energieopslag in het plangebied.
Afb.3. Overzicht interferentiegebied met Noorderhaven en NS-poort. If Technology.
Met samenspraak van alle afdelingen is er een energiebeleidsplan gemaakt om
mede te voldoen aan de klimaatdoelstellingen. Hierdoor heeft er samenwerking
kunnen plaatsvinden tussen de ondergrond (afdeling bodem en energie) en
bovengrond (ruimtelijke ordening). Door deze samenwerking wordt het
Masterplan Energieopslag gekoppeld aan het bestemmingsplan. Hierdoor worden
de boven- en ondergrondse activiteiten op elkaar afgestemd. Deze koppeling
dient echter nog eerst door het College van B&W goedgekeurd te worden. Als de
koppeling definitief gemaakt is met het bestemmingsplan wordt het Masterplan
Energieopslag juridisch verankerd. Hierdoor heeft het plan geen vrijblijvende
status meer, maar zal meer een leidend karakter hebben. Het Masterplan
Energieopslag is al goedgekeurd door het College van B&W.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 142
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Door de huidige economische situatie wordt er niet gewerkt aan het gehele
plangebied. Eerst zullen er stedelijke ontwikkelingen plaatsvinden in het zuiden
van het plangebied. Om de gehele wijk Noorderhaven en NS-poort te kunnen
ontwikkelingen en daar gebruik te kunnen maken van bodemenergie dient de
aanwezige grondwaterverontreiniging gedeeltelijk gesaneerd te worden of
afgekocht worden. Vanuit afdeling bodem wordt er sinds 2009 gekeken om de
grondwaterverontreiniging bij het bedrijf af te kopen. Het bedrijf voelt echter niet
de noodzaak om de pluim af te laten kopen. Dit is omdat het bedrijf een sterke
juridische positie heeft.
De bodemverontreiniging is beschikt door de provincie Gelderland. De
verontreiniging is urgent, maar niet spoedeisend. Het bedrijf hoeft daarom enkel
te monitoren. Tot 2015 zijn er Investering Stedelijke Vernieuwing (ISV)- gelden
en Sociaal Economisch Beleid (SEB) subsidie aanwezig om een gedeelte te
financieren.
Belanghebbenden
Door gebruik te maken van bodemenergie wordt er regionaal samengewerkt. Na
aanleiding van het regiocontract samen met de gemeente Apeldoorn, Brummen,
Epe, Lochem, Voorst en Zutphen. Zij stellen gezamenlijk regionale
kansenkaarten op voor het gebruik van WKO-systemen.
Om een Masterplan Energieopslag te kunnen toepassen voor het bedrijventerrein
„De Mars‟, wordt er gewerkt met een vaste projectgroep. De projectgroep
Masterplan bestaat uit: afdeling Milieu en projectbureau „De Mars‟. Hierin zijn
verschillende beleidsvelden betrokken, zoals water, bodem, energie en
vergunningverlening. Daarnaast is de provincie Gelderland betrokken om
afstemming te krijgen als vergunningverlener van de Grondwaterwet. Het is
lastig om tot interne afstemming te komen, omdat de gemeente Zutphen zelf
niet bevoegd is om vergunningen te WKO-systemen te verlenen. Vanuit de
projectorganisatie wordt er contact genomen met ontwikkelaars en bedrijven om
het toepassen WKO-systemen te stimuleren. Zo vindt er afstemming plaats en
zijn de bedrijven op de hoogte van de mogelijkheden.
Succesfactoren en aandachtspunten
Een gestructureerde aanpak voor het plaatsen van WKO-systemen heeft nog niet
eerder plaatsgevonden in Zutphen. De aanpak zal succesfactoren en
aandachtspunten hebben tijdens het project.
Succesfactoren:
 bestuurlijk draagvlaak is aanwezig;
 financiële middelen vanuit regionaal verband en vanuit het bestuur;
 bij een voortijdige en gestructureerde aanpak zal er een hoger energetisch
rendement behaald kunnen worden uit de ondergrond.
Aandachtspunten:
 het regiocontract heeft niet geleid tot het gewenste succes;
 het ordenen van de ondergrond is niet juridisch vastgelegd;
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 143
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer

er dient een nauwere samenwerking plaats te vinden met de provincie
Gelderland wat betreft de aanvraag van warmte- en koude systemen en
aanpak van bodemverontreinigingen.
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
Het regiocontract heeft onvoldoende opgeleverd. Er wordt niet zoveel
samengewerkt als geland was. De andere gemeenten die deel uit maken van het
regiocontract zijn niet zover gevorderd als Zutphen. De stedelijke ontwikkelingen
op het bedrijventerrein „De Mars‟ zijn door de huidige economische situatie
vertraagd, hierdoor is de ordening van de ondergrond met WKO-systemen
lastiger te plannen.
Perspectief
In de binnenstad van Zutphen is men er per ongeluk achtergekomen, dat er één
grote VOCL verontreiniging aanwezig is. De verontreiniging is in alle
waarschijnlijkheid veroorzaakt door twee gasfabrieken. Nader onderzoek is
nodig. De mogelijk ontstaat dat er in de toekomst voor een gebiedsgerichte
aanpak gekozen wordt.
In 2015 stopt drinkwatervoorziening van Vitens met de bedrijfsactiviteit in
Zutphen. Dit wordt stop gezet vanwege de terugloop van de waterkwaliteit, door
toedoen van verzilting en verontreinigingen. Vanwege de hoge saneringskosten
is in overleg met de provincie Gelderland besloten om de drinkwaterwinning te
sluiten. Door het stopzetten van de drinkwatervoorziening zal er wateroverlast
plaatsvinden. In het gebied kan naar combinatie mogelijkheden gezocht worden
om te situatie te verbeteren, met betrekking op het beheersen van
wateroverlast, verspreiding vervuild grondwater tegen gaan, natuurontwikkeling
realiseren en gebruik maken van bodemenergie.
Gebruikte literatuur:
 Regiocontract 2008-2011. Regio Stedendriehoek, 2008
 Masterplan energieopslag De Mars Zutphen. IF Technology, 2009.
 Beleidsplan Zutphen Energieneutraal. Gemeente Zutphen, 2011.
 De stedendriehoek: Gebiedsgericht beheer van grondwater, 2009
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011 144
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
7.18. Zwolle TTE
Naam:
Siebe Vrieswijk
Functie:
Adviseur duurzaamheid
Organisatie:
TTE
Locatie project:
Zwolle
Datum interview:
14 maart 2011
Bevoegd gezag Wbb
Ja
Situatieomschrijving
Zwolle groeit en heeft de ambitie om dat op verantwoorde en duurzame wijze te
doen. Ontwikkelingen hiertoe staan beschreven in het Structuurplan 2020. Met
het Structuurplan kiest Zwolle een koers van uitbreiding om een groot deel van
de groei op te vangen in bestaand stedelijk gebied, het zogenaamde
centrumgebied. Hier wordt niet gestart met een schone lei. Ontwikkelingen
moeten in worden gepast binnen bestaande structuren en kwaliteiten waaronder
die van de ondergrond. Eén van de kwaliteiten is de ruimte die de ondergrond
biedt om een bijdrage te leveren aan de duurzame energievoorziening door
middel van WKO. Juist binnen het bestaand stedelijk gebied botst deze kwaliteit
vaak met de aanwezigheid van verontreinigingen waarvan de oorsprong bij
historische (industriële) activiteiten ligt. Complicerende factor is dat
verontreinigingpluimen in elkaar zijn overgelopen. Ze kunnen daardoor niet altijd
aan individuele probleemveroorzakers worden toegeschreven wat vanuit het
huidige beleid (gevals- en/of clustergerichte aanpak uit de Wet
bodembescherming; Wbb) wel een vereiste is om tot een gerichte aanpak over
te gaan. Hierdoor kan niet altijd tot een efficiënte pluimaanpak worden gekomen,
treedt stagnatie van ruimtelijke ontwikkelingen op en kleven er beperkingen aan
het (rond) pompen van grondwater ten behoeve van WKO. Voor het centrum
wordt een gebiedsbeheerplan gemaakt, om de ondergrondse thema‟s integraal te
benaderen en te verbeteren. Het gebiedsbeheerplan is opgesteld mede naar
aanleiding van de visie op de ondergrond en is enkel toegespitst op het centrum
van Zwolle.
De gemeenteraad van Zwolle heeft toestemming gegeven om te gaan kijken
naar de gebiedsgerichte mogelijkheden voor het centrum. De opdrachtgever voor
het gebiedsbeheerplan is het expertisecentrum van de gemeente Zwolle. Het
gebiedsplan is opgesteld door een consortium van bedrijven waaronder TTE. De
drijfveer om aan de slag te gaan met het gebiedsbeheerplan is voornamelijk om
de knelpunten weg te nemen of te beperken als gevolg van de aanwezigheid van
grondwaterverontreinigingen.
Om hier invulling aan te geven is een goed inzicht in de verontreinigsituatie van
belang. In samenhang met huidige en gewenste onder- en bovengrondse
functies kan vervolgens tot een effectieve omgang met
grondwaterverontreinigingen worden gekomen. Binnen het gebiedsbeheerplan
wordt rekening gehouden met de mogelijkheden die de nieuwe Wet
bodembescherming (verruiming gebiedsgerichte aanpak) en de AMvB
bodemenergie gaan bieden.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
145
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Gebiedsontwikkeling
Het gebiedsbeheerplan is een plan dat niet tot detailniveau is uitgewerkt. Het
plan schetst kaders en geeft adviezen voor de gewenste praktijk voor het
centrum. Door middel van kennis van diverse ingenieurs op gebied van bodem,
biologie, energie, techniek en financiering wordt er meer inzicht verkregen over
de situatie in het centrum. Ook is er inhoudelijke input gegeven door de
provincie Overijssel, waterschap Groot Salland en drinkwaterbedrijf Vitens die
ook ondergrondse belangen en verantwoordelijkheden hebben in het centrum.
Om duidelijk inzicht te krijgen in ondergrondse thema‟s die spelen binnen het
centrumgebied, worden diverse kaartlagen (thema‟s) gecombineerd: Een aantal
van de onderwerpen die in beeld zijn gebracht:
 grondwaterverontreinigingen;
 WKO potentiekaart;
 grondwaterstromingen;
 grondwateronttrekkingen waaronder drinkwaterwinning.
De grondwaterkwaliteit en –kwantiteit spelen bij al deze thema‟s een belangrijke
rol.
De diverse kaartlagen (thema‟s) geven een verbeterd beeld. Op basis van die
informatie zijn de gebiedsgrenzen geformuleerd voor het centrum. De
gebiedsgrenzen zijn terug te vinden in afbeelding 1 en 2 met respectievelijk de
kaartlagen met grondwaterverontreinigingen en het (mogelijk) toepassen van
WKO. De afbeeldingen zijn gebruikt gedurende het proces om tot een (betere)
definitieve gebiedsbegrenzing te komen.
Afb.1. Grondwaterverontreinigingen in het eerste watervoerend pakket in de
binnenstad van Zwolle. TTE.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
146
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afb.2. Bestaande WKO en mogelijke toepassing. TTE.
De gebiedsgrenzen laten het plangebied zien en geeft grenzen aan waarin
verspreiding van grondwaterverontreinigingen zal worden toegestaan. Door
tevens inzicht verkregen te hebben in de grondwaterstromingen wordt het
duidelijke waar kwetsbare grenzen zich bevinden en of kwetsbare objecten
worden bedreigd.
Het idee van de gemeente Zwolle is om de grondwaterverontreinigingen af te
kopen bij saneringsplichtigen. De financiële bijdrage dat gemoeid gaat met de
afkoop van de verontreinigingen dient besteed te worden ten behoeve van het
gebied en dient door de gebiedsbeheerder beheerd te worden.
Belanghebbenden
Om tot de juiste afstemming te komen van de gegevens heeft er overleg
plaatsgevonden met andere belanghebbenden, zoals waterschap en provincie.
Hierin is het belangrijk dat er gezamenlijk wordt ingestemd over de huidige
situatie. Daarnaast worden de juridische, organisatorische en financiële effecten
van deze gebiedsgerichte benadering in beeld gebracht.
De gemeente Zwolle heeft samen met TTE en de vorige partijen in het
consortium diversen workshops georganiseerd. Tijdens de workshops waren de
volgende partijen aanwezig:
 gemeente Zwolle met diverse beleidsvelden, zoals energie, water en
bodem;
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
147
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer




waterschap Groot Salland;
drinkwaterbedrijf Vitens;
provincie Overijssel;
diverse ingenieurs op gebied van biologie, energie, techniek en
financiering.
De bevoegdheden, taken en beleid zijn aan de hand van de workshops
verduidelijkt.
Succesfactoren en aandachtspunten
Een sectorale aanpak van onder- en bovengrondthema‟s in het centrumgebied
van Zwolle maakt het lastig om de gewenste ontwikkelingen plaats te laten
vinden. Door diverse thema‟s integraal te benaderen (gebiedsgerichte aanpak)
liggen er kansen om ambities voor de diverse thema‟s te verwezenlijken. Deze
integrale werkwijze is nieuw, brengt (organisatorische) uitdagingen met zich
mee, maar biedt ook duidelijke kansen. De succesfactoren en aandachtpunten
van de aanpak zijn hieronder genoemd.
Succesfactoren:
 alle belanghebbenden hebben rond de tafel gezeten. De belanghebbenden
weten van elkaar wat ze willen en kunnen vanuit daar meer gaan
samenwerken;
 door een gebiedsgerichte aanpak vormen verontreinigingen een minder
grote belemmering bij nieuwe ontwikkelingen;
 betere mogelijkheden om WKO toe te passen in (mogelijk) verontreinigd
gebied;
 gedragen aanpak door een integrale benadering van onder- en
bovengrondse thema‟s (met bijbehorende actoren);
 doordat plannen bestuurlijk gedragen worden (visie op de ondergrond) ligt
er een goede basis om plannen zoals het gebiedsbeheerplan verder uit te
werken.
Aandachtspunten:
 bij de totstandkoming van het gebiedsbeheerplan zijn veel partijen
betrokken. Communicatie vormt dan ook een belangrijk aandachtspunt;
 er schuilen duidelijke kansen in een integrale benadering van onder- en
bovengrond. Belangrijk is dat beide werkvelden elkaar vroegtijdig in het
ruimtelijke planproces vinden. Een visie op de ondergrond kan
bijvoorbeeld input leveren aan een structuurvisie. Van daaruit kan de
ondergrond ook mee worden genomen in bijvoorbeeld
bestemmingsplannen als dat kansen biedt;
 in het gebiedsbeheerplan spelen diverse thema‟s met achterliggende
beleidskaders een rol. Aandachtspunt is om diverse beleidskaders met
elkaar te verweven. Dat vraagt om afstemming tussen vaak verschillende
partijen (gemeente, provincie, waterschap, etc.).
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
148
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Persoonlijke ervaringen en aanvullingen
Door de ondergrondse thema‟s en gegevens in kaart te brengen wordt er een
duidelijk en overzichtelijk beeld geschetst. Hierdoor kunnen problemen
vroegtijdig worden herkend en naar oplossingen worden gezocht.
Perspectief
Vanuit het gebiedsbeheerplan dienen er concretere plannen en acties
ondernomen te worden om diverse ondergrondse thema‟s met elkaar te
verbinden in de praktijk.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
149
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Verklarende woordenlijst
In dit rapport zijn verschillende woorden gebruikt die een specifieke definitie
hebben. Deze worden hieronder uitgelegd.
Afkoop:
Een financiële bijdrage die geleverd wordt door de saneringsplichtige voor de
vrijwaring van de grondwaterverontreiniging.
Afkoppelen:
Een scheiding tussen bron- en pluimverontreiniging.
Beheerplan:
Verantwoordelijkheid nemen over een specifiek gebied.
Beheersplan:
Invloed uitoefenen in het specifieke gebied.
Beleidsveld:
Werkveld van één specifiek onderwerp.
Bevoegd gezag:
Overheidsorgaan dat bevoegd is om besluiten te nemen.
Bron:
Begin van een bodemverontreiniging waar zich de meeste vracht bevindt en dat
niet door toedoen van grondwater is verspreid.
Gebiedsbeheerder:
Verantwoordelijke voor een specifiek gebied, dat het aanspreekpunt is en die
integrale afwegingen kan maken.
Gebiedsgericht grondwaterbeheer:
Integraal (grond)waterbeheer, dat in combinatie met verontreinigd grondwater
en andere ondergrondse activiteiten wordt benaderd.
Gebiedsgrenzen:
Een begrenst gebied met een denkbeeldige lijn, waarin
grondwaterverontreinigingen zich in mogen verspreiden en daar niet buiten
mogen treden.
Interprovinciaal Overleg (IPO):
Het is een belangenbehartiger voor alle provincies. Het IPO informeert en geeft
richting in het vormgeven van beleid voor provincies.
Kaderrichtlijn Water (KRW):
Europese wetgeving voor het beheer van grond- en oppervlaktewater en deze
dienen in 2015 te voldoen aan bepaalde ecologische kwaliteitscriteria.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
150
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Pluim:
Grondwaterverontreiniging die zich diffuus heeft verplaatst.
Ondergrondse thema’s:
Grondwater, bodemverontreiniging, warmte- en koude opslag, ondergronds
bouwen, bronbemaling, ecologie, parkeergarages etc.
Unie van Waterschappen (UVW):
Het is een belangenvereniging voor alle Nederlandse waterschappen.
Vereniging van Nederlands Gemeenten (VNG):
Belangenbehartiger voor alle Nederlandse gemeenten. Het verleent diensten en
het is een platform voor de gemeenten.
Waterwet (Ww):
Wetgeving met betrekking op het oppervlaktewater en grondwater.
Wet bodembescherming (Wbb):
Wetgeving met betrekking op het verrichten van handelingen in de bodem,
waarin het beschermen en saneren de primaire taken zijn.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
151
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Afkortingen
ABdK
AMvB
DCMR
GRP
GWR
IenM
IPO
ISV
KRW
LBOW
PoC
SKB
UvW
VNG
Wbb
WRO
WKO
WW
Actief Bodembeheer de Kempen
Algemene Maatregel van Bestuur
Milieudienst Rijnmond
Gemeentelijke Rioleringsplan
Grondwater Richtlijn
Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Interprovinciaal Overleg
Investeringsbudget Stedelijke vernieuwing
Kaderrichtlijn Water
Landelijk Bestuurlijk Overleg Water
Planes of Compliances
Stichting Kennisontwikkeling Kennisoverdracht Bodem
Unie van Waterschappen
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Wet bodembescherming
Wet Ruimtelijke Ordening
(open) Warmte- en koudeopslag
Waterwet
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
152
Praktijkscan gebiedsgericht grondwaterbeheer
Algemene literatuurlijst
Voor het tot stand komen van dit rapport zijn verschillende bronnen gebruikt. De
meeste gegevens zijn mondelinge verkregen en de uitgewerkte interviews zijn
aangevuld met informatie uit rapporten. Deze bronnen zijn terug te vinden onder
het desbetreffende interview. Daarnaast is er gebruik gemaakt van boeken en
het internet om kennis op te doen over gebiedsgericht grondwaterbeheer. Deze
gebruikte bronnen zijn hieronder terug te vinden.
Elektronische bronnen:
De elektronische bronnen zijn gebruikt in de periode van 7 februari tot en met 20
juli 2011.
www.agentschapnl.nl/onderwerpen/onderwerpenlijst/Bodem
www.bewustbodemgebruik.nl
www.bodem.info
www.citychlor.eu
www.grondwatercollectief.nl
www.nlbw.net/methodieken
www.ruimtexmilieu.nl
www.skbodem.nl
www.soilpedia.nl
www.vng.nl/smartsite.dws?ch=&id=98590
www.wetten.overheid.nl/zoeken
Boeken en rapporten:
Hieronder zijn de verschillende boeken en rapporten te zien die geraadpleegd
zijn tijdens mijn stageperiode van 7 februari tot en met 20 juli 2011.
Afwegingskader gebiedsgericht grondwaterbeheer Gelderland. Arnhem,
Buro38, 2010.
Convenant Bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties. VROM,
IPO en UVW, 2009.
Handreiking gebiedsgericht grondwaterbeheer. VROM, 2010.
Handreiking gebiedsgericht grondwaterbeheer. Op basis van de
ervaring in Tilburg. MMG advies en gemeente Tilburg, 2010.
Gebruikte Bodem. Beleid, Preventie, Beheer, Onderzoek, Sanering.
Gouda: SKB, 2009.
LBOW- Commissie Grondwaterbeheer. MMG advies, unie van
waterschappen en SKB, 2007
Pionieren in de ondergrond. TTE en VROM, 2010.
Projectplan Gebiedsgericht GrondwaterBeheer. Uitvoeringsprogramma
bodemconvenant (Agentschap NL),2010.
Organisatie en financiering gebiedsgericht grondwaterbeheer.
Agentschap NL 2011.
Samenvattende Handreiking t.b.v. gebiedsgericht beheer verontreinigd
grondwater. MMG advies, Bijladvies en SKB, 2006.
Auteur: Bregt Stevens
Status: Definitief
Datum: 20 juli 2011
153
Download