Antwoordmodel Tijdvak 8 Het jaar 1848 Industriële revolutie ... Politieke stromingen ... Stap 1 Mannen De hoogte van je inkomen en de hoeveelheid belasting die je betaalt. 12 december 1917. Passief kiesrecht: het recht om gekozen te worden. Actief kiesrecht: het recht om te stemmen. In 1919 (effectief in 1922 toen er weer voor het eerst weer Tweede Kamerverkiezingen waren sinds 1918). Stap 2 - Vrijheid van het individu. - De kerk heeft geen rol in de politiek. - Volledige economische vrijheid en zo weinig mogelijk bemoeienis van de staat. - Omdat er een grote groep rijke burgers ontstond. - De Liberale Staatspartij of de Vrijheidsbond. Stap 3 - sociaal houdt in dat je rekening houdt met andere mensen. - Door de oprichting van fabrieken trokken veel mensen van het platteland naar de steden = Waar. - Het socialisme had de meeste aanhang onder arme boeren op het platteland. = Niet Waar - Wie wordt wel beschouwd als de grondlegger van het socialisme in Nederland = Ferdinand Domela Nieuwenhuis. - Hoe heette de socialistische partij die in 1894 werd opgericht? = SDAP (Sociaal Democratische Arbeiders Partij) Stap 4 - Confessionelen zijn voor een sterke scheiding van kerk en staat = Niet Waar - In de schoolstrijd werkten de protestanten en katholieken samen tegen de liberalen = Waar. - De confessionelen wilden met de schoolstrijd bereiken dat ook katholieke en protestantse scholen overheidsgeld zouden krijgen = Waar. - Hoe heette de partij die door Abraham Kuyper werd opgericht = Anti Revolutionaire Partij (ARP). Stap 5 Abraham Kuyper. Geschiedenis PABO| Tijdvak 8 | Antwoordmodel Aletta Jacobs ... Stap 1 Aletta moet als vrouw eerst een jaar op proef studeren; de mannelijke studenten mogen meteen met hun studie beginnen, zonder proefjaar. Stap 2 1. Twaalf, dertien of meer. 2. Wil je er nog een kind bij of niet? Zo niet, dan ‘kon dokter Jacobs hen wel helpen.’ Stap 3 1. Overeenkomst: zowel bij het algemeen kiesrecht als bij het vrouwenkiesrecht gaat het er om dat veel meer inwoners mogen stemmen, los van de hoogte van de belastingen die je betaalt. Verschil: bij het algemeen kiesrecht ging het er om dat alle mannen mogen stemmen en niet alle mannen én vrouwen. Bij het vrouwenkiesrecht streden de vrouwen voor gelijkheid van mannen én vrouwen. 2. Zij meent dat de wereld zou veranderen en dat er minder oorlogen zouden zijn. 3. In dat jaar had de vereniging haar doel bereikt: het vrouwenkiesrecht. Stap 4 1. Tweede Feministische Golf. Aanjagers waren Betty Friedan (VS) en Simone de Beauvoir (Frankrijk). In Nederland was dat Joke Smit. Speerpunt was onvrede met de maatschappelijke positie van vrouwen (met de slogan “Wij Vrouwen Eisen”), waaronder de seksuele bevrijding en het recht op abortus (met de slogan “Baas in eigen buik”). 2. Derde Feministische Golf. Aanjagers waren vooral (ex-)moslima’s als Yasmine Allas, Ayaan Hirsi Ali, Naima El Bezaz, Naema Tahir en Nahed Selim. Speerpunt waren zelfontplooiing, keuzemogelijkheden en het tegengaan van discriminerende gebruiken uit nieuwe culturen. a. Sommige mannen kijken nog steeds vooral naar het uiterlijk van vrouwen / hoe hoger opgeleid en hoe minder religieus, des te meer men geneigd is mannen en vrouwen als gelijkwaardig te zien / macho’s zijn echt uit / als man moet je tegenwoordig vooral emoties laten zien. b. Nee, sommige meisjes vinden het uiterlijk en hoe mannen naar hen kijken nog steeds erg belangrijk / Nee, veel meisjes en vrouwen zijn weinig geëmancipeerd / Nee, sommige mannen kunnen er niet tegen als hun vrouw meer verdient dan zijzelf / Ja, het kan nog altijd beter, maar de meesten zijn wel geëmancipeerd / Ja, mannen en vrouwen zijn tegenwoordig gelijkwaardig. c. Grappig is dat de meeste meisjes vinden van niet, de meeste jongens van wel. Stap 5 1. A, D en E. 2. Passief kiesrecht is het recht om gekozen te worden (in de gemeenteraad, provinciale staten of de Tweede Kamer bijvoorbeeld, maar ook in de Waterschappen); actief kiesrecht is het recht om te stemmen op iemand van je eigen keuze. 3. Passief vrouwenkiesrecht: 1918. Actief vrouwenkiesrecht: 1919. 4. Ze was toen 68. Modern imperialisme ... Geschiedenis PABO| Tijdvak 8 | Antwoordmodel Cultuurstelsel ... Stap 1 1. Javaanse boeren moesten voor Nederland verplicht koffie, thee of suiker verbouwen. 2. Javaanse boeren werden in de gaten gehouden door Indische bestuurders 3. Indische bestuurders kregen geld van de Nederlanders om de boeren te onderdrukken 5. Er ontstond een hongersnood in Nederlands-Indië 8. Een herendienst is het werk dat de inheemse bevolking moet doen voor de Nederlanders, zoals de aanleg van spoorwegen. Invuloefening: 1: Cultuurstelsel 2: wereldmarkt 3: Nederland 4: spoorwegennet 5: herendiensten Stap 2 Hij wilde dat de bevolking beter werd behandeld. Hij wilde niet dat Nederlands-Indië als kolonie werd afschaft. Voor wie schreef Multatuli ‘Max Havelaar’? - Vooral voor de Nederlandse regering, met aan het hoofd Koning Willem III. Juiste volgorde 3: Eduard Douwes Dekker is boos op zijn collega’s die de lokale bevolking onderdrukken. 5: Eduard Douwes Dekker vertrekt naar Europa. 6: Eduard schrijft een boek over de oneerlijke situatie voor de bevolking in NederlandsIndië. 2: Eduard Douwes Dekker gaat naar Nederlands-Indië om een baan te vinden. 4: Eduard Douwes Dekker wordt gestraft en naar een afgelegen gebied in NederlandsIndië gebracht. 1: Op Java worden boeren uitgebuit door Nederlandse en inheemse bestuurders. Uitspraken: Uitgever: ‘Ik verander wat namen, plaatsen en data in het boek, zodat er geen kritiek van het volk komt.’ Het Nederlandse volk: ‘Het verhaal is vooral erg mooi geschreven.’ Multatuli: ‘Het gaat om de inhoud! Het is geen roman, het is een aanklacht tegen de situatie in Nederlands-Indië.’ Nederlandse regering: ‘We zijn geschokt, we wisten niet dat de situatie zo erg was in Nederlands-Indië. We moeten er iets aan veranderen.’ Stap 3 Nederland wilde de inheemse bevolking opvoeden i.p.v. onderdrukken. Daar was onderwijs voor nodig. De Nederlanders bouwden scholen op Java, zodat de kinderen naar school konden. A. Nederlands-Indië was niet toegankelijk voor andere Nederlandse ondernemers en bedrijven die zich daar wilden vestigen. Zij wilden ook de kans om er plantages te stichten. Geschiedenis PABO| Tijdvak 8 | Antwoordmodel Ethische politiek ... Stap 1 1. 1901 2. In 1899 verscheen in tijdschrift “De Gids” een artikel waarin de Nederlandse regering werd opgeroepen al het geld dat zij aan Nederlands-Indië had verdiend terug te geven aan de kolonie. Naar aanleiding van het artikel gingen steeds meer Nederlanders de kolonie met andere ogen zien. Men kreeg oog voor de kwalijke gevolgen die het beleid van Nederland in Nederlands-Indië had: toenemende armoede, honger onder de bevolking, de slechte behandeling en de slechte omstandigheden waar arbeiders mee kampten. Men kwam tot het inzicht dat het zo niet langer kon. Dat vond ook de regering. Die besloot iets terug te doen voor de bevolking van Nederlands-Indië en noemde dat voornemen: Ethische Politiek. 3. Verbetering en uitbreiding van het onderwijs. Bouw van ziekenhuizen. Vaccinatie van de bevolking tegen besmettelijke ziekten. Het uitdelen van geneesmiddelen onder de bevolking. 4. Bouw van bruggen en wegen. Aanleg van irrigatiewerken voor akkers. Stap 2 1. 1873 2. Dertig jaar 3. Nederlandse handelsschepen die langs Atjeh voeren, werden steeds vaker vanuit Atjeh door zeerovers aangevallen. Daar kon de sultan (koning) van Atjeh geen eind aan maken. Dat vond Nederland een goede aanleiding om een oorlog tegen Atjeh te beginnen. Ook maakte Nederland met Engeland de afspraak dat Nederland heel Sumatra onder zijn gezag mocht brengen, dus ook Atjeh. Eerder had Nederland de sultan beloofd dat Atjeh altijd onafhankelijk zou blijven. De sultan was woedend over de gebroken belofte. Toen die steun zocht bij andere landen om Atjeh onafhankelijk te houden, besloot Nederland Atjeh de oorlog te verklaren en te veroveren. 4. Nederland wilde om drie redenen Atjeh veroveren: - Het lag op een strategisch punt op de vaarroute van Europa naar Batavia, - er zat aardolie in de bodem van Atjeh en - het paste in de tijd: Europese landen maakten steeds meer gebieden tot hun kolonie. 5. Nederlandse soldaten van het korps Marechaussee voerden onder leiding van Van Heutz gewelddadige guerrilla-aanvallen uit op Atjese troepen. Geschiedenis PABO| Tijdvak 8 | Antwoordmodel Parlementair stelsel Stap 1 1. Zijn collega-parlementsleden waren niet enthousiast over Thorbecke’s idee om het parlement rechtstreeks inspraak te geven in het landsbestuur omdat ze hun positie als parlementslid aan de koning te danken hadden en daarom de koning niet wilden afvallen. 2. Burgers in Europese landen kwamen in verzet tegen hun vorst omdat ze te kampen hadden met misoogsten, ziekten, hongersnood en armoede. 3. Koning Willen II besloot Thorbecke de opdracht te geven de grondwet zó te wijzigen dat het parlement meer macht kreeg omdat hij bang was dat er net als in Frankrijk een revolutie zou uitbreken in Nederland. In een paar Nederlandse steden waren al rellen uitgebroken. Stap 2 1. Eerst benoemde de koning de leden van de Eerste Kamer. Na 1848 kiezen de Provinciale Staten de leden van de Eerste Kamer. 2. Alle welgestelde mannen van 25 jaar en ouder kregen in 1848 kiesrecht. 3. De ministers zijn vanaf 1848 verantwoording schuldig aan het parlement. 4. De koning heeft vanaf 1848 de taak om wetten te ondertekenen die door parlement en ministers zijn opgesteld. 5. Als grondrechten worden genoemd: vrijheid van onderwijs, vrijheid van drukpers en vrijheid van vereniging en vergadering. Oplossing juiste jaartal bij juiste zin: 1887: zin 2 1917: zin 5 1919: zin 1 1192: zin 3 1983: zin 4 Geschiedenis PABO| Tijdvak 8 | Antwoordmodel