1. Ontstaan en Ontwikkeling van de Griekse tragedie 2. Toneelopvoeringen in Athene 3. Het theather Ontstaan en ontwikkeling van de Griekse tragedie De oorsprong Stof Opbouw De oorsprong Aristoteles: dithyrambe, een koorlied ter ere van Dionysos Koor van Satyrs Aulos Epeisoden uit het leven van Dionysos Thespis: upokriths = ‘antwoordman’ Verscheidene thema’s uit de hele mythologie Won in 534 v.Chr. een prijs Tragedie betekent letterlijk ‘bokkenlied’, maar men weet niet waarom Kledij van koorleden Bok als prijs Dans rond een altaar met een bok Er zijn geen stukken van Thespis bewaard gebleven Van de honderden tragedies na hem, zijn er slechts 31 bewaard gebleven, van de ‘Grote Drie’: Aeschylus (ca. 524-456): tweede acteur Sophocles (ca. 495-406): derde acteur Euripides (ca. 485-406) Stof Meestal mythologische onderwerpen, slechts 4 titels van uitzonderingen bekend (Perzen, Aeschylus) Mythes waren net als verfilmingen van een bekend boek: iedereen kende de hoofdlijnen, maar de schrijver had grote vrijheid Opbouw Patroon Proloog (inleiding) Parodos (opkomstlied van het koor) Eerste Epeisodion (bedrijf) Eerste Stasimon (koorlied op plaats) Aantal epeisodia/stasimons Exodos (aftocht van het koor) Tekstvormen Bodeverhaal (vs. 1136-1230) Stichomythie (vs. 324 e.v.) Agon (begin tweede epeisodion) Toneelopvoeringen in Athene De Grote Dionysa Wedstrijd De acteurs Het koor Productiekosten De Grote Dionysia Jaarlijks religieus festival ter ere van Dionysos, want hij was ook brenger van extase en inspirator van het toneel Iedereen vrij, ook slaven Ook veel buitenlanders internationaal karakter Tragedie-opvoeringen waren het belangrijkste deel Elk jaar drie tragediedichters, die als volgt werden geselecteerd: Iedere tragicus mocht een voorstel indienen bij het magistraat die de zorg voor het toneel had Deze magistraat selecteerde dan drie tragici De Dionysia verliep elk jaar volgens hetzelfde patroon: Vooravond: beeld van Dionysos uit tempel in een grote optocht door de stad theater, waar het beeld werd neergezet Volgende dag: Verdienstelijke burgers gehuldigd, zakken met geld, offers en reinigingsritueel. Daarna loting voor de volgorde van de tragedies. 2de, 3e en 4e dag tragedievoorstellingen: één tetralogie per dag: trilogie gevolgd door een satyrstuk als voorbereiding voor de feestelijkheden Op één dag werden er komedies opgevoerd In de 5e eeuw in totaal 900 stukken die slechts een keer werden opgevoerd, op een paar uitzonderingen na (festivals op het platteland). Na de dood van Aeschylus werd besloten dat zijn stukken heropgevoerd mochten worden Pas na 386 v. Chr. werden in Athene ook andere stukken heropgevoerd bij gebrek aan goede tragediedichters. Wedstrijd Opvoeringen waren ook wedstrijden Jury bestond uit gewone burgers (loting) Jury lette op het stuk in het geheel: misschien een verklaring voor topstukken die niet de eerste prijs wonnen (Medea) De prijzen zijn niet meer bekend. Wel weten we dat de winnaar een klimopkrans kreeg en dat zijn naam werd vereeuwigd in een stenen inscriptie. De acteurs Dichter was ook regisseur, en koos drie acteurs uit Die drie acteurs konden echter meer dan drie rollen spelen d.m.v. maskers: Gemaakt van stijf linnen Gaten voor ogen en mond Voor mannelijke rollen: Rood Voor vrouwen: wit Bovenop het masker was een puik bevestigd Geen emotie Vaak uitdrukkelijk genoemd Acteurs waren meestal gekleed in grote, wijde mantels: die waren makkelijk te veranderen i.v.m. rolwisselingen Als schoenen droegen de acteurs de Kothurne, toneellaars, met een zool die in de loop van de tijd steeds hoger werd Af en toe deden er kinderen mee met heel korte tekst (Medea) Het koor Koor stelde meestal een groep mannen of vrouwen voor uit de stad waar het stuk zich afspeelde Van 12 naar 15 leden (5e eeuw) De rol van het koor werd steeds minder belangrijk: Eerst een functie in de plot van een stuk, later werd de plot steeds meer een zaak voor de acteurs onderling koor werd meer een geïnteresseerde toeschouwer die raad en commentaar gaf Productiekosten Enorme bedragen Staat betaalde slechts het salaris van de dichters en de acteurs De rest werd betaald door rijke burgers d.m.v. leitourgia: directe belastingen en andere dingen, zoals het uitrusten van een schip of het verzorgen van een staatsbanket Dit was erg eervol voor de uitgekozen Athener prestige steeg (Grafsteen) bijna niemand weigerde dit te doen, ondanks de hoge kosten: Aankleding koor Vergoeding aan de leden voor de gemiste inkomens Hobospelers Choreograaf Maaltijd na afloop Het theater De eerste tragedies op de Agora in een houten theater dat elk jaar werd afgebroken Na instorting in 498 v. Chr. besloot men een permanent theater tegen de zuidoostelijke helling van de Akropolis te bouwen, waar ook de tempel van Dionysos was Voortreffelijke akoestiek voorbeeldfunctie Vele uitbreidingen 4e eeuw v. Chr. 15.000 plaatsen