Examenvragen - Home scarlet

advertisement
Examenvragen
KaHo Sint-Lieven
Departement Gent
Campus Gildestraat
Opleiding: Biomedische
laboratoriumtechnologie
Afstudeerrichting:
Type examen: mondeling; gesloten
OO: Moleculaire biologie
OA: -
Examenperiode: juni 2006
Docent(en): Anne Marmenout
(maand/jaar)
Reeks 1:
o Wat is de Tm waarde van DNA? Welke factoren beïnvloeden de Tm waarde en hoe? Hoe
kan denaturatie/renaturatie van DNA gemeten worden? (score 5)
o Transcriptiefactoren bevatten een DNA-bindend gebied. Analyse van dat gebied toont aan
dat dit naargelang de transcriptiefactor een verschillende structuur kan hebben. Welke
types zijn reeds bekend? (score 5)
o Hoe verloopt de elongatie van translatie (eiwitsynthese) bij prokaryoten? (score 5)
Reeks 2:
o Hoe gebeurt replicatie volgens het rolling circle mechanisme? (score 5)
o Hoe wordt het lactose operon gereguleerd? (score 5)
o Wat is een zinc finger? Wat is splicing? Wat is een polyA staart? Wat is een
ShineDalgarno sequentie? Wat is een signal recognition particle (SRP)? (score 5)
Reeks 3:
o Wat zijn repressors en hoe functioneren ze? (score 5)
o Geef de structuur en de eigenschappen van tRNA. (score 5)
o Wat zijn enhancers? Wat zijn hun eigenschappen en hoe functioneren ze? (score 5)
Reeks 4:
o Vergelijk prokaryotische en eukaryotische mRNA's. (score 5)
o Wat zijn enhancers? Wat zijn hun eigenschappen en hoe functioneren ze? (score 5)
o Hoe gebeurt de synthese van eiwitten die de cel moeten verlaten bij eukaryoten? (score 5)
Reeks 5:
o Geef een overzicht van de enzymen betrokken bij bacteriële replicatie van DNA.
Beschrijf ook de functie van elk enzym. (score 5)
o Beschrijf de verschillende niveaus van de structuur van chromatine. (score 5)
o Sommige repressors werken met een inducer, andere met een co-reperessor. Leg uit.
(score 5)
Reeks 6:
o Het cI eiwit en het cro eiwit van faag lambda hebben een verschillende affiniteit voor de
operators OR1, OR2 en OR3 van de PR promotor. Hoe beïnvloedt dit de synthese van cI en
cro en wat is het gevolg voor de "groei" van de faag? (score 5)
o Hoe gebeurt de initiatie van de eiwitsynthese bij prokaryoten? (score 5)
o Wat is een puntmutatie? Welke types ken je? Welke invloed kunnen ze hebben op de
eiwitsynthese? (score 5)
Reeks 7:
o Hoe migreren eiwitten bij E. coli doorheen de celmembraan? (score 5)
o Vergelijk de samenstelling en structuur van pro- en eukaryotische ribosomen. (score 5)
o Wat is een promotor? Wat is een operator? Wat is een operon? Wat is een repressor? Wat
is een frameshift mutatie? (score 5)
Reeks 8:
o Wat betekent: primaire, secundaire, tertiaire en quaternaire structuur van eiwitten? (score
5)
o Vergelijk de eigenschappen van prokaryotische en eukaryotische mRNA's. (score 5)
o Het trp (tryptofaan) operon is onderhevig aan attenuatie. Wat is dit en wat is de bedoeling
ervan? (score 5)
Reeks 9:
o Het chromatine van potentieel actieve genen verschilt in een aantal opzichten van de nietactieve genen in een cel. Leg uit. (score 5)
o Hoe gebeurt de initiatie van translatie bij eukaryoten? (score 5)
o Wat zijn de eigenschappen van een bacteriële promotor? Wat is een operator? Wat is een
operon? (score 5)
Reeks 10:
o Hoe verloopt de replicatie van DNA bij bacteriën? (score 5)
o Hoe verloopt de elongatie van translatie (eiwitsynthese) bij eukaryoten? (score 5)
o Wat zijn enhancers? Wat zijn hun eigenschappen en hoe functioneren ze? (score 5)
Reeks 11:
o Hoe verloopt transcriptie bij prokaryoten? Wat is er allemaal nodig? (score 5)
o Wat zijn histonen.Bepaalde histonmodificaties zijn gecorreleerd met potentieel actieve
genen. Leg uit. (score 5)
o Hoe gebeurt de synthese van eiwitten die de cel moeten verlaten bij eukaryoten? (score 5)
Reeks 12:
o Geef de samenstelling en de eigenschappen van RNA-polymerase. (score 5)
o Hoe verloopt de elongatie van translatie (eiwitsynthese) bij eukaryoten? (score 5)
o Hoe wordt het lactose operon gereguleerd? (score 5)
Download