Het nieuwe examen geschiedenis havo-vwo Hanneke Tuithof “Ik vind die thema’s heel fijn. Maar dat is ook misschien puur persoonlijk. Ik vind het heel leuk om met die kinderen de diepte in te gaan. Ik heb ook het idee dat het werkt. Ik vind het voor mezelf heel leuk. Ik ben door twaalf jaar examens geven een stuk beter geworden, omdat je heel veel thema’s uitdiept.” Mieke Kers Geschiedenisdocent Lek en Linge Wordle Een wordle http://www.wordle.net Opbouw van de lezing • Hoe is het tot stand gekomen? • Wat verandert er eigenlijk? • Het belang van de sectie • Wat weten we uit onderzoek over leren van leerlingen en docenten? • Trends en praktische suggesties Hoe is het tot stand gekomen? • Hoe is het tot stand gekomen? • Wat verandert er eigenlijk? • Het belang van de sectie • Wat weten we uit onderzoek over leren van leerlingen en docenten? • Trends en praktische suggesties De tien tijdvakken van cie De Rooij • De cie De Rooij was het vervolg op de cie de Wit die meer chronologie adviseerde. • In 2001 was het advies van de cie De Rooij om de tien tijdvakken als didactisch referentiekader in te voeren. Pilot • Vanaf 2004 een pilot op acht havo-scholen met tijdvakken en kenmerkende aspecten zonder specificatie. • Vanaf 2007 een pilot op een aantal vwoscholen. Examenprogramma sinds 2007 • Domein A historisch besef, vaardigheden • Domein B oriëntatiekennis, 10 tijdvakken • Domein C zelf te kiezen thema’s • Domein D rechtsstaat en parlementaire democratie Tijdelijke afwijking Zo lang er nog geen examen over de tijdvakken en kenmerkende aspecten was, bestond het CSE uit twee thema’s en werd domein B getoetst in het SE. Nadere specificatie Uit de pilot kwam de conclusie dat er behoefte was aan een nadere specificatie van de kenmerkende aspecten. Tussencommissie VGN, CITO, CvE en SLO • Het advies om bij een deel van de kenmerkende aspecten historische context en voorbeelden te geven. • Maar alle kenmerkende aspecten moeten ook herkend worden en uitgelegd worden aan de hand van niet beschreven voorbeelden of contexten. Nieuwe syllabus in maart 2013 • Bij domein A is een toelichting gekomen met speciale aandacht voor de samenhang tussen de verschillende onderdelen van domein A. • De helft van de kenmerkende aspecten heeft een omschrijving gekregen door de opname van de Historische Contexten (3 voor havo en 4 voor vwo). • Op het CSE worden vragen gesteld over alle kenmerkende aspecten! Wat verandert er eigenlijk? • Hoe is het tot stand gekomen? • Wat verandert er eigenlijk? • Het belang van de sectie • Wat weten we uit onderzoek over leren van leerlingen en docenten? • Trends en praktische suggesties Domein A • Nadere toelichting op domein A historisch denken en redeneren. • Leerlingen moeten weten dat ordening van de geschiedenis een interpretatie is en dat geschiedverhalen een constructie zijn. Domein B voorheen De nieuwe historische contexten 1) Republiek 1515-1648 2) Duitsland 1871-1945 3) Koude Oorlog 1945-1991 4) Verlichting en Revoluties 1650-1789 (alleen vwo) Domein B met historische contexten Democratische revoluties Duitsland Republiek Koude Oorlog Historische Context De historische context verbindt een aantal kenmerkende aspecten met elkaar. Leidende vraag De leidende vraag geeft richting aan de te kennen voorbeelden en begrenst de leerstof. Kenmerkende aspecten 31, 33, 36, 40 en 43 Beschrijvende tekst Deze tekst heeft tot doel de voorbeelden die genoemd worden in te bedden in de historische context en dient gekend te worden. NB. De jaartallen in de tekst moeten worden gekend, die van de gebeurtenissen niet. Indicatie voor verdeling op CSE 35 procent van de scorepunten 65 procent van de scorepunten Oriëntatiekennis tijdvak 1 t/m 4 Historische contexten Oriëntatiekennis kenmerkende aspecten tijdvak 5 t/m 10 die niet voorkomen in de Historische Contexten Oriëntatiekennis kenmerkende aspecten die voorkomen in de Historische Contexten Consequenties • Tijdvak 1 t/m 4 zullen alleen bevraagd worden aan de hand van de niet gedefinieerde kenmerkende aspecten. • Het zwaartepunt ligt bij tijdvak 5 t/m 10. • Het zwaartepunt bij tijdvak 5 t/m 10 ligt bij de Historische Contexten. Centraal Schriftelijk Examen 2015 • Domein A: zal op ongeveer dezelfde manier bevraagd worden zoals in de huidige examens, maar er kan meer nadruk komen op het historisch redeneren en het besef van interpretatie/constructie. • Domein B: 49 kenmerkende aspecten met 3 of 4 Historische Contexten. NB. 2014 pilotexamen Duitsland+ Koude Oorlog Consequenties • Tijdvak 1 t/m 4 worden alleen getoetst aan de hand van de niet gedefinieerde kenmerkende aspecten. • Het zwaartepunt ligt bij tijdvak 5 t/m 10. • Het zwaartepunt bij tijdvak 5 t/m 10 ligt bij de Historische Contexten. Spotprent Marshallplan • In het pilotexamen moest er informatie of een bron toegevoegd worden, omdat het begrip Marshallplan niet bekend verondersteld mocht worden. • Door opname van dit voorbeeld in de historische context Koude Oorlog hoeft dit in de toekomst niet meer. Het belang van de sectie • Hoe is het tot stand gekomen? • Wat verandert er eigenlijk? • Het belang van de sectie • Wat weten we uit onderzoek over leren van leerlingen en docenten? • Trends en praktische suggesties Wat kom ik tegen bij secties in nascholing en mijn onderzoek? 1) Secties die hebben afgewacht tot er duidelijkheid was over het examen. 2) Secties die gestaag de tien tijdvakken hebben ingevoerd. 3) Secties die heel hard aan de slag zijn gegaan met de tien tijdvakken vanaf 2007. Dilemma’s sectie korte termijn • Historische contexten integreren in de behandeling van tien tijdvakken/49 kenmerkende aspecten of niet? • Hoe kom je aan een methode / materiaal voor de Historische Contexten? • Welke zelf in te vullen thema’s kies je voor domein C? Uitdagingen voor de langere termijn • Doorlopende leerlijn voor domein B kenmerkende aspecten + bijbehorende begrippen (het zogenaamde cumulatief leren) • Doorlopende leerlijn voor domein A, historisch denken en redeneren Belang van de sectie • Jullie zijn samen verantwoordelijk voor het PTA en de toetsing. • In de onderbouw kun je al beginnen met het ontwikkelen van oriëntatiekennis en historisch redeneren (domein A en B). Wat weten we uit onderzoek over leren van leerlingen en docenten? • Hoe is het tot stand gekomen? • Wat verandert er eigenlijk? • Belang van de sectie • Wat weten we uit onderzoek over leren van leerlingen en docenten? • Trends en praktische suggesties Het leren van de leerlingen • Hoe is het tot stand gekomen? • Wat verandert er eigenlijk? • Het belang van de sectie • Wat weten we uit onderzoek over leren van leerlingen en docenten? • Trends en praktische suggesties Componenten historisch redeneren Van Boxtel en Van Drie (2008 en 2013) • Gebruiken inhoudelijke begrippen • Gebruiken methodologische begrippen • Omgaan met bronnen • Stellen van historische vragen • Contextualiseren • Argumenteren Contextualiseren Historische vragen stellen • • • Gebruiken historische begrippen Beschrijven verandering en continuïteit Verklaren handelen van mensen in verleden Vergelijken historische ontwikkelingen of periodes Gebruik van bronnen Gebruik methodologische begrippen Argumenteren Vertaalde versie Van Boxtel en Van Drie in Teaching History 2013 Samenhang componenten Van Boxtel en Van Drie • De afzonderlijke componenten leren leerlingen wel beheersen, maar de samenhang is lastiger. • En juist die samenhang is belangrijk voor het ontwikkelen van oriëntatiekennis en historisch denken/redeneren. Hoe ontwikkel je oriëntatiekennis? • Besteed veel aandacht aan de begrippen die in de kenmerkende aspecten voorkomen, ook al in de onderbouw. • Geef leerlingen ankerpunten : een aantal keerpunten en/of belangrijke gebeurtenissen. • Vergelijk tijdvakken met elkaar en laat leerlingen dat ook zelf doen. Hoe ontwikkel je historisch redeneren? • Besteed aandacht aan de begrippen. • Stel evaluatieve vragen. • Gebruik open vragen in je onderwijsleergesprek en laat ll op elkaars antwoorden voortbouwen. • Laat leerlingen zelf vragen stellen bij bronnen, spotprenten of informatie. Het leren van de docenten • Hoe is het zo gekomen? • Wat verandert er eigenlijk? • Belang van de sectie • Wat weten we uit onderzoek over leren van leerlingen en docenten? • Trends en praktische suggesties Pedagogical Content Knowledge oftewel vakdidactische kennis Ontwikkeling PCK voor een specifiek thema of kenmerkend aspect Pedagogiek Pedagogiek PCK Context Context Inhoud Inhoud Beginnende docent Ervaren docent Kenmerken van vakdidactische kennisontwikkeling • Het gaat om de voorbeelden en werkvormen waarmee je de inhoud/kennis vertaalt naar de leerlingen, zodat zij kunnen leren. • Ontwikkelt zich in de praktijk, door reflectie en succeservaringen. • Er is algemene vakdidactische kennis voor het vak, maar ook per onderwerp of kenmerkend aspect. Trends en praktische suggesties • Hoe is het tot stand gekomen? • Wat verandert er eigenlijk? • Het belang van de sectie • Wat weten we uit onderzoek over leren van leerlingen en docenten? • Trends en praktische suggesties Trends 1 opbouwen van kennis • Tijdvakdossiers over kenmerkende aspecten is men vaak na een paar jaar moe vanwege hoge plak- en knipgehalte en nakijk-druk. • Docenten geschiedenis hanteren in de bovenbouw vaak een combinatie van uitleg en onderwijsleergesprek. Ook worden er samen bronnen en examenvragen besproken. Trends 2 toetsing • In de bovenbouw worden voornamelijk schriftelijke toetsen gebruikt. Praktische opdrachten en handelingsdelen komen veel minder voor. • Het gebruik van stapeltoetsen neemt toe. Meestal wordt de oriëntatiekennis van voorgaande hoofdstukken getoetst door opdrachten uit pilotexamens te gebruiken. Trends 3 hoeveelheid versus diepgang • Er wordt op de havo geworsteld met de hoeveelheid informatie (de methode). • Op vwo is diepgang aanbrengen meer het probleem. Praktische suggesties 1 opbouwen van kennis • Laat tijdvakkendossiers zoveel mogelijk de verantwoordelijkheid van de leerlingen zijn. • Probeer het werken met de kenmerkende aspecten te integreren met het historisch redeneren. Gebruik in je lessen opdrachten uit pilotexamens en opdrachten van Actief Historisch Denken en websites. • Gebruik stapeltoetsen. Praktische suggesties 2 toetsing • Een thema uit domein C mag met een praktische opdracht of handelingsdeel getoetst worden. • Toets het oefenen met tijdvakken en historisch redeneren ook via een praktische opdracht of handelingsdeel. • Gebruik vragen uit de pilotexamens in je toetsen, maar ook om in de les te oefenen. Praktische suggesties 3 hoeveelheid • Houd de thema’s van domein C met name voor de havo heel klein (voor vwo bieden de thema’s mogelijkheid tot verdieping). • Check je methode aan de hand van de syllabus. Vul ontbrekende kennis en gebeurtenissen aan met opdrachten/uitleg. • Houd het motiverend door naast het tijdvakkenoverzicht af en toe te werken met creatieve en/of verdiepende opdrachten. Informatie • http://www.slo.nl/geschiedenisexamen20 15 - alle info over nieuwe examen geschiedenis ook syllabus en pilotexamens • http://histoforum.net/vakinformatie.htm voor recente informatie en tijdvaktoetsen • Denk voor examenvragen ook aan www.examenblad.nl en www.cito.nl Voor vragen en informatie • De reader, workshops en lezingen van deze studiedag • [email protected] • Twitter @hanneketuithof • www.uu.nl/geschiedenisendidactiek