AK A5 begrippen opdracht

advertisement
Formele regio
Een formele regio is een gebied dat wordt afgebakend op basis van hetzelfde verschijnsel
dat overal in het gebied voorkomt . De Veluwe is een formele regio met dezelfde
plantengroei.
Macroregio
Een megaregio, de triade bijvoorbeeld is een economische macroregio.
Tektonische plaat
Een stuk aardkorst dat beweegt door magmastromen eronder.
1
AK A5 Opdracht 2013-2014
Subductie
Als de ene tektonische plaat onder de andere schuift, vaak is het basalt dat onder graniet
schuift.
Diepzeetroggen
Een trog is een smalle, erg diepe kloof in de zeebodem, die ontstaat bij destructieve
plaatranden.
Stratovulkanen
Zeer actief.
2
AK A5 Opdracht 2013-2014
Calderavulkanen
Een calderavulkaan is hetzelfde als een stratovulkaan, met het verschil dat het dak eraf
geblazen is. Dit komt door de explosieve druk in de vulkaan, die op een bepaald moment de
top van de vulkaan eraf blaast.
Plooiingsgebergten
Een plooiingsgebergte is een stuk land dat omhoog gedrukt wordt. Dit komt bijvoorbeeld
door botsende continenten of subductie. De druk tussen deze stukken land zorgt ervoor dat
er een deel omhoog komt, wat een nieuw gebergte vormt.
Tropische landschapszone
Een deel van de tropen, waar het landschap tropisch is, wat bijvoorbeeld inhoudt dat er een
regenwoud is (in een Af-klimaat) of er moesson voorkomt (Aw-klimaat)
3
AK A5 Opdracht 2013-2014
Intertropische convergentiezone
Een zone die voorkomt door de stand van de zon, die op deze plaatsen rond de evenaar
recht op het land/zee staat. Hierdoor wordt een lagedrukgebied gecreëerd. Door de
verschillende standen van de zon verplaatst de ITCZ zich ook, wat sterker op land dan op zee
(omdat het land sneller warm is dan de zee)
Passaten
Passaten zijn de winden die naar de intertropische convergentiezone toe waaien. Door de
draaiing van de aarde vertonen ze een lichte afwijking, dit door de zogenaamde
Corioliskracht. Op het noordelijk halfrond waaien ze uit het noordoosten en op het zuidelijk
halfrond waaien ze uit het zuidwesten.
Moesson
De moesson is het effect van een afwijking in de wind, die normaal naar de ITCZ waait. Eens
in het halfjaar waait deze naar het ITCZ en draait dan 90 graden naar een gebied met nog
lagere druk. Meestal gebeurt dit alleen bij continenten waar een groot verschil tussen winter
en zomer is. Zo is er in de zomer veel regen en in de winter droogte.
4
AK A5 Opdracht 2013-2014
Aardbevingen
Een aardbeving is een trilling of schokkende beweging van de aardkorst. Aardbevingen
worden veroorzaakt door schuivende platen in de aardkorst.
Tsunami’s
Een tsunami is een vloedgolf uit de zee die de kuststrook onverwacht overspoelt, veelal
veroorzaakt door een zeebeving; dit is een aardbeving waarvan het epicentrum in zee ligt.
Vulkanisch activiteit
Er zijn verschillende soorten vulkanische activiteiten namelijk:
-
Geisers, warme bronnen, uitstoot van gassen
Effusie: lavastromen, lavafonteinen, lavameren, lava is afkomstig uit een
magmakamer waarmee de vulkaan in verbinding staat
Explosief vulkanisme, pyroclastische stromen, gloedwolken, aswolken
5
AK A5 Opdracht 2013-2014
Overstromingen
Een overstroming is een gebeurtenis waarbij een aanzienlijke hoeveelheid water uit een zee,
rivier of meer plaatsen bereikt die normaal gesproken niet onder water staan. Als dit
ernstige vormen aanneemt spreekt men door de verwoestende uitwerking ook wel van
watersnood of ramp.
Tropische cyclonen
Een tropische cycloon, ook wel orkaan of tyfoon, is een tropische storm, waarvan de
windsnelheden de orkaandrempel (windkracht 12) overschrijden. Dat houdt in dat er
windsnelheden voorkomen van 117 kil ometers per uur.
Modderstromen
Een modderstroom is het snelste type van een naar beneden stromende vloeibare massa. Ze
zijn te vergelijken met puinstromen en lahars. Ze bereiken snelheden van 80 km/u.
6
AK A5 Opdracht 2013-2014
Aardverschuivingen
Een aardverschuiving is een gebeurtenis waarbij vele duizenden tonnen aan grond plotseling
in beweging komen en langs een helling naar beneden vallen of glijden.
Global shift
De verschuiving van economische zwaartepunten en activiteiten over de wereld als gevolg
van economische schaalvergroting.
Open economie
Een open economie is een economie waarin er economische interacties plaatsvinden tussen
leden van de binnenlandse gemeenschap (zowel natuurlijke personen als bedrijven) en
mensen en bedrijven daarbuiten, die zich dus in een ander land bevinden.
Gesloten economie
Autarkie of gesloten staatshuishouding[1] (in de economische wetenschap ook een gesloten
economie genoemd) is het (al dan niet economisch) streven zo min mogelijk afhankelijk te
zijn van anderen.
Asean
De ASEAN (Association of Southeast Asian Nations, Associatie van Zuidoost-Aziatische
Naties) is een organisatie van tien landen in Zuidoost-Azië. Doel is het bevorderen van
economische, culturele en politieke samenwerking.
Kolonialisme
Kolonialisme is de benaming voor een systeem waarin staten eigen koloniën hebben.
Bij kolonisatie is er sprake van uitbreiding van het grondgebied van een soevereine staat.
Afhankelijk van de houding van de kolonisator werd er over de inheemse bevolking beslist,
werd deze verplaatst of zelfs uitgeroeid.
Ruilvoetverslechtering
De ruilvoet is de verhouding tussen de waarde van de export en de import. Bij
ruilvoetverslechtering moet een land een groter deel van zijn nationaal product aan import
besteden, dit leidt tot koopkrachtverlies en vraaguitval.
7
AK A5 Opdracht 2013-2014
Agrarische transitie
Agrarische transitie is het proces waarbij de landbouw naar een hoger plan getild wordt door
de toepassing van moderne kennis.
Deagrarisatie
Proces waarbij de landbouw snel aan betekenis inboet en mensen uitstoot.
8
AK A5 Opdracht 2013-2014
Zwerflandbouw (shifting cultivation)
Een kleinschalige vorm van landbouw waarbij een stuk grond na een of enkele jaren
gecultiveerd te zijn, wordt verlaten om een nieuw stuk grond te ontginnen. De grond ligt
daarna zo lang braak dat de natuurlijke begroeiing weer terug kan keren.
Extensieve landbouw
Extensieve landbouw is een vorm van landbouw waarbij slechts in geringe mate wordt
ingegrepen in de natuur.
Intensieve landbouw
Intensieve landbouw is een landbouwproductiesysteem dat gekenmerkt wordt door veel
inzet van productiemiddelen met het doel de productie te optimaliseren. Er wordt veel
arbeid verricht door landbouwmachines.
9
AK A5 Opdracht 2013-2014
High yielding varieties
High Yielding Varieties (HYVs) zijn speciale zaden ontworpen in de groene revolutie. Ze zijn
ontworpen zodat ze beter groeien en meer groeien en er minder werk voor nodig zodat
mensen in Azië meer te eten hebben.
Groene revolutie
Dit was een landbouw revolutie die plaats vond tussen 1960 en 1980. Het kwam door de
toenemende vraag naar gewassen in Azië die moeilijk bij te houden was. Om dit te
verbeteren werden er nieuwe gewassen ontworpen die bijvoorbeeld beter tegen pesticiden
kunnen. Ook werd de landbouwtechniek verbeterd waardoor de productie steeg.
Fragmentarische modernisering
Maar een bepaald deel van een land/continent ondervindt modernisering. Het ene deel
krijgt computers en andere soorten technologie terwijl andere delen dit totaal niet hebben.
Dit vindt ook plaats in Zuidoost Azië.
10
AK A5 Opdracht 2013-2014
Plantagelandbouw
Heel groot grondbezitters waar massaal bepaalde producten worden geteeld zoals
suikerriet, bananen, koffiebonen. Het vind voornamelijk plaats in subtropische gebieden.
Comparatieve voordelen
Comparatief voordeel houdt in dat een land een bepaald product relatief goedkoper kan
produceren dan een handelspartner in vergelijking met andere producten, zelfs wanneer
één speler alles voordeliger kan produceren dan de andere speler.
Economische tijgers
De Aziatische Tijgers is een bijnaam die gegeven werd aan drie landen in Azië:
Singapore, Zuid-Korea en Taiwan, en de Speciale Bestuurlijke Regio Hongkong(China). Dit
vanwege van hun snelle economische ontwikkeling in de jaren '80 en '90 op economisch
gebied.
11
AK A5 Opdracht 2013-2014
Technologische ladder
Je kunt de economie vergelijken met een ladder: das te hoger des te meer kennis- en
kapitaalintensief. Als de technologische ladder wordt beklommen kunnen landen hun
comparatief voordeel voor bepaalde typen industrie verliezen. In Zuidoost Azië bevinden
landen zich in een bepaalde fase van die ladder.
Flying geese
De industriële ontwikkeling in Azië wordt ook wel vergeleken met het model van een vlucht
vliegende ganzen. Japan is de koploper, vervolgens Singapore, Taiwan, Hongkong en ZuidKorea en vervolgens de 2e generatie.
12
AK A5 Opdracht 2013-2014
Import vervangende industrialisatie
Import vervangende industrialisatie – zelf de producten maken die ieder jaar moeten
worden ingevoerd. De staat voert hoge invoerrechten op de producten uit het buitenland.
En er ontstaat backward linkage, proces van ontwikkeling van eindproducten naar
kapitaalgoederen.
Exportgeoriënteerde industrialisatie
Exportgeoriënteerde industrialisatie – de opbouw van industrie die gericht is op export. De
staat hielp het bevorderen van de exportindustrie door:
- devaluatie van de nationale munt (eigen producten in buitenland worden goedkoper)
- het geven van subsidies op de exportproducten
- het instellen van export processingzones (kleine gebieden met gunstige voorwaarden voor
investeringen en handel)
Footloose industries
Footloose industrie is een industrie die niet is gebonden aan 1 locatie, maar overal terecht
kan en daar dus geen eventuele negatieve gevolgen van zal ervaren.
13
AK A5 Opdracht 2013-2014
Subcontracting
Subcontracting betekent dat alleen productontwikkeling, management en organisatie door
het bedrijf zelf worden verzorgd. De productie wordt dus uitbesteed en dit zorgt voor
kostenbesparing.
Exportprocessingzones
Betrekkelijk kleine gebieden in ontwikkelingslanden die bedoeld zijn om buitenlandse
exportbedrijven aan te trekken. Ze beschikken over speciale faciliteiten die aantrekkelijk zijn
voor buitenlandse bedrijven.
Wereldstad
Een wereldstad is een stad die een directe en wezenlijke invloed op de wereldpolitiek heeft
door sociaal-economische, culturele en/of politieke middelen.
14
AK A5 Opdracht 2013-2014
Hub- en spoke netwerk
Een hub- en spoke netwerk is een netwerk met een centrum (de hub) en een paar plaatsten
(spokes) waarin dingen gemaakt worden of dingen gedaan worden
Multivezelakkoord
(internationaal) Overeenkomst op basis waarvan industrielanden hun import van
textielproducten uit ontwikkelingslanden kunnen beperken. Bij het laatste akkoord van de
GATT (waarbij ook de WTO werd opgericht) is besloten dat het Multi Vezel Akkoord na 2005
moet ophouden te bestaan.
Informele sector
Deel van de beroepen die niet officieel staan geregistreerd. Mensen die
hierin werken staan niet als werkende bekend, betalen geen belasting en
dragen zo niet bij tot het Bruto Nationaal Product. Voorbeelden: sigarettenen krantenverkopers, schoenenpoetsers, enz. Andere benamingen:
scharreleconomie en vluchtsector.
Demografische transitie
Een demografische transitie is de overgang van een hoog sterfte- en geboortecijfer naar een
laag sterfte- en geboortecijfer binnen een bepaald(e) bevolkingsgroep/land.
15
AK A5 Opdracht 2013-2014
Pretansitiefase
De pretransitiefase is de eerste fase van bevolkingsontwikkeling in een land. In deze fase
waarin de geboorte en de sterfte cijfers heel hoog zijn is de totale bevolking nog relatief
laag.
Transitiefase
De transitiefase is de tweede fase van bevolkingsontwikkeling in een land. In deze fase
bestaat eigenlijk uit 2 fases. In de eerste fase daalt het sterftecijfer van het land heel snel
terwijl het geboortecijfer maar langzaam afneemt. In de tweede fase daalt het
geboortecijfer sneller. Halverwege deze tweede fase blijft het sterftecijfer ongeveer gelijk. In
deze transitiefase neemt de totale bevolking snel toe.
Family planning
Family planning wordt ook wel gezinsplanning genoemd. Family planning wordt gesteund
door de overheid om over populatie tegen te gaan. Er wordt bijvoorbeeld voorlichting
gegeven om minder kinderen te promoten. Met family planning wordt bedoeld dat gezin
gaan nadenken over hoeveel kinderen ze nou echt willen en nodig hebben.
16
AK A5 Opdracht 2013-2014
Posttransitiefase
In de posttransitiefase nemen de geboorte en de sterfte cijfers af totdat ze ongeveer gelijk
aan elkaar staan. Dit zorgt voor een langzame toename, stagnering, of kleine afname van de
totale bevolking.
Urbanisatiegraad
De urbanisatiegraad geeft het percentage weer. Dit is het percentage van de totale
bevolking dat in steden woont.
Urbanisatietempo
Het urbanisatietempo is het tempo waarmee steden groeien.
17
AK A5 Opdracht 2013-2014
Over urbanisatie
Van over urbanisatie als de stedelijke bevolking sterker groeit dan de
bestaansmogelijkheden. Veel mensen in de stad hebben hierdoor geen werk en geen
huisvesting en er zijn grote verschillen tussen arm en rijk. Als gevolg van over urbanisatie
wonen vele mensen onder slechte omstandigheden.
Megasteden
De sterke toename van mensen in de richting de steden in Zuidoost- Azië heeft als gevolg
het ontstaan van megasteden. Deze steden hebben een bevolkingsaantal van meer dan 10
miljoen mensen.
Primate City
Een Primate City is een stad die in een land wat betreft inwoneraantal, economische macht
en activiteiten veel groter is dan de daaropvolgende stad, neem als voorbeeld Bangkok in
Thailand.
18
AK A5 Opdracht 2013-2014
Metropolen
Dit zijn steden die meer dan 1 miljoen inwoners hebben. Neem bijvoorbeeld Jabotabek,
waar Jakarta onder valt.
Stadsdorpen
Door de grote toevoer van arme migranten trekken de rijkere burgers naar de omringende
dorpen, die steeds meer een stedelijk karakter krijgen. Er ontstaan door deze vorm van
suburbanisatie stadsdorpen.
Arbeidsmigratie
Migratie naar een ander, rijker land om daar te gaan werken, omdat er in je eigen land niet
zulke opties zijn.
19
AK A5 Opdracht 2013-2014
Transmigratie
Het verhuizen van hele bevolkingsgroepen. Meestal door de regering aangewezen.
Regionale ongelijkheid
Ongewenste verschillen in welvaart en ontwikkeling tussen regio’s binnen landen of
gebieden
Politieke stabiliteit
De rust in een land of regio door het ontbreken van voortdurende machtsstrijd om de
zeggenschap.
20
AK A5 Opdracht 2013-2014
Politieke Islam
Het aan een religieus verleden ontlenen van claims door moslims over hoe de samenleving
ingericht zou moeten worden.
Nation building
Een fase in het proces van staatsvorming, waarbij in brede lagen van de bevolking
loyaliteitsgevoelens ontstaan m.b.t. het gezag van de staat.
Autocratische regimes
Regeringsvormen met onbeperkte macht, meestal van het leger. Een voorbeeld is de
militaire dictatuur in Birma in 1962 (nu Myanmar).
21
AK A5 Opdracht 2013-2014
Periferie
De periferie is de buitenrand/grensgebied die om het centrum heen ligt, maar minder
belangrijk is en minder invloed heeft.
Global shift
Door de opkomst van Zuidoost-Azië verschuift het economische zwaartepunt over de wereld
als gevolg van economische schaalvergroting.
Centrum
Het centrum is het middelpunt, met de machtigste economische spelers van de wereld.
Bijvoorbeeld Europa en de VS behoren tot het economische centrum.
22
AK A5 Opdracht 2013-2014
Newly Industrialized Countries (NIC’s)
Hiermee worden landen met een snelgroeiende economie bedoeld, zoals: China, Singapore,
Thailand, enz. Een kenmerk van deze landen is dat de jaarlijkse economische groei 8% tot
10% bedraagt.
Armoede
Armoede wordt door de VN gedefinieerd met ‘het niet kunnen voorzien in de eerste
levensbehoeften’. Bijvoorbeeld de mensen die minder dan 1 dollar per dag verdienen
(absolute armoedegrens) leven in armoede.
Ontbossing
Ontbossing is het verwijderen van stukken bos om het hout te gebruiken voor andere
doeleinden.
23
AK A5 Opdracht 2013-2014
Customizen
Customizen is het zelf samenstellen of veranderen van een product.
Dienstensector
De dienstensector is de tertiaire sector binnen een economie.
Taakverdeling
Taakverdeling is het verdelen van werkzaamheden tussen mensen. Dit heeft shared poverty
als gevolg.
24
AK A5 Opdracht 2013-2014
Natie
Een natie is een politieke gemeenschap die kan bestaan uit verschillende volkeren en
culturen.
Shared poverty
Shared poverShared poverty betekent gedeelde armoede wat mede ontstaat door
taakverdeling. Door taakverdeling moet het geld over een grote groep mensen verdeeld
worden, waardoor iedereen arm blijft.
Overzeese Arbeidsmigranten Programma’s
Overzeese Arbeidsmigranten Programma’s zijn programma’s die zijn opgezet om de migratie
van arbeiders te bevorderen. Arbeiders kunnen in het buitenland vaak gemakkelijker werk
vinden, en een groot gedeelte van de inkomens gaan terug naar het land van herkomst van
de arbeiders.
25
AK A5 Opdracht 2013-2014
Braindrain
Braindrain betekent dat hoog opgeleide personen na hun opleiding uit een land vertrekken
om elders een baan te zoeken.
Biodiversiteit
Biodiversiteit is de graad van verscheidenheid aan levensvormen binnen een ecosysteem.
Duurzaam bosbeheer
Duurzaam bosbeheer betekent dat het bos op een goede manier gebruikt wordt, er is dan
een balans tussen de ecologische, economische en sociale functies van het bos.
26
AK A5 Opdracht 2013-2014
Ecolabel
Een ecolabel is een keurmerk dat wordt toegekend aan producten of diensten die minder
milieubelastend zijn dan kwalitatief vergelijkbare producten of diensten.
Hazard management
Hazard management is het beleid om schade bij natuurrampen te voorkomen.
Research & development
Research & development staat voor een specifieke groep activiteiten binnen een bedrijf, die
te maken hebben met het doen van onderzoeken en het ontwikkelen van nieuwe producten
en diensten.
27
AK A5 Opdracht 2013-2014
Soft state
Soft state is een begrip dat de anarchie in Zuidoost-Azië beschrijft. Deze anarchie ontstaat
doordat veel overheden in Zuidoost-Azië wel wetten uitvaardigen, maar niet de naleving
ervan afdwingen.
Zeespiegelstijging
De zeespiegelstijging betekent dat het waterniveau stijgt. Dit komt door de opwarming van
het wereldklimaat.
28
AK A5 Opdracht 2013-2014
Handelskolonisatie
Handelskolonialisme is Wanneer Europese handelsmaatschappijen ( VOC ) of kooplieden zich
vestigen in landen buiten Europa met als doel om daar winst te maken. Europa had vroeger
heel de wereld in zijn hand. Vaak was de handel oneerlijk omdat de bewoners van het land
werden afgezet. Maar soms had het gekoloniseerde land er ook voordeel van.
Exploitatiekolonialisme
Dit is een vorm van kolonialisme waarbij het gekolonialiseerde land word uitgebuit de het
moederland. De mensen moeten gedwongen werken en de producten gaan naar het
moederland zonder dat het gekolonialiseerde land er baat bij heeft.
Centrum-periferie structuur
Dit begrip houdt in dat er een duidelijk verschil is tussen het centrum en de periferie, dit kan
op grote schaal met centrum landen en periferie landen, maar ook het verschil tussen de
grote stad en de periferie. Vaak trekken mensen naar het centrum toe.
29
AK A5 Opdracht 2013-2014
Ethische politiek
Rond 1901 kwam de ethische politiek op gang. Ethische politiek houdt in dat de koloniën die
Nederland vroeger had, minder geëxploiteerd moesten worden en dat de bevolking
economische en politieke zelfstandigheid zou krijgen. Andere landen streefden dit doel ook
na zoals in Frankrijk waar ze de ‘mission civilisatrice’ hadden.
Onafhankelijkheid
Onafhankelijkheid houdt in dat je niet word beheerst door een andere staat. Een andere
staat kan niet meer ingrijpen in je land.
Wereldmarkt
De wereldmarkt gaat over de internationale relaties die bedrijven met elkaar hebben.
Producten worden verkocht en dat zijn niet alleen de eindproducten, maar ook de
grondstoffen en halffabricaten. Er is handel over de hele wereld en niet alleen maar op
kleine schaal. Handel is globaal.
30
AK A5 Opdracht 2013-2014
Download