Zo vrij als een vlinder in de lucht... Wat is er leuker dan op een zonnige zomerdag te kijken naar allerlei kleurige vlinders, die van bloem tot bloem fladderen. Vooral jonge kinderen kunnen niet genoeg van dit schouwspel krijgen. Dit is een mooie aanleiding om gedurende een bepaalde tijd over vlinders te werken. In dit artikel treft u een flink aantal gevarieerde lessuggesties en activiteiten aan, waarmee u een kleurrijk vlinderproject in de onderbouw kunt realiseren. Ter voorbereiding Kijktafel De kijktafel kunt u aankleden met allerlei vlinderposters, lotto's van vlinders, een groeipuzzel, loepjes, glazen potjes met gevonden rupsen en prentenboeken over vlinders. Aan het plafond hangt u geknutselde vlinders aan een touwtje. Schooltuin Om vlinders te lokken, is het natuurlijk een voordeel als uw school beschikt over een schooltuin, die is ingericht met planten die vlinders aantrekken. Als u geen tuin hebt, kunt u specietonnen vullen met aarde (denk aan afwateringsgaten in de bodem) en daarin sedum, scabiosa, vlinderstruik, kogeldistels, afrikaantjes, herfstasters en salvia's zetten. Het voordeel is dat de kinderen eromheen kunnen zitten en het tuintje kunnen onderhouden. Geef de bakken regelmatig water. Introductie In een kringgesprek vertelt u over de groeiwijze van de vlinder. Dat kunt u doen door het boek Rupsje Nooitgenoeg (Eric Carle, Gottmer, Haarlem) voor te lezen. Maar u kunt ook kiezen voor het boek Kijk hoe ik groei (M. Ling, Van Reemst, Weert). De informatie die u de kinderen vertelt, kunt u steeds omzetten in activiteiten. Rupsen en vlinders, eitjes en poppen Activiteiten bij de levenscyclus van vlinders. Over de wonderlijke gedaanteverwisseling: vlinders – eitjes – rupsen – poppen. De eitjes van de vlinder Een rekenactiviteit. Op een plantenblad (dat uit groen papier is geknipt) legt u een aantal fiches. Dat zijn de eitjes van de vlinders. Hoeveel eitjes liggen er? Hoeveel van elke kleur? Welke eitjes zijn weggehaald? Uit de eitjes kruipen rupsjes Een beeldende activiteit. Maak met de hele groep rupsjes van muizentrapjes. Plak een klein rondje erop als kop. Plak alle rupsjes op een groot, groen plantenblad. En zie... de eitjes zijn uitgekomen. Het uiterlijk van de rups Rupsen kunnen er heel verschillend uitzien. Sommige hebben schutkleuren en zijn daardoor nauwelijks te onderscheiden op een blaadje. Maar andere zien er zo bizar uit dat ze vijanden afschrikken (signaalkleuren). Om het verschil tussen schutkleuren en signaalkleuren uit te leggen, gebruikt u weer het grote, groene plantenblad. Daarop legt u een rups van dezelfde kleur, maar ook rupsen in felle tinten. Laat de kinderen verwoorden wat ze zien. Welke kleur zie je het best? En welke niet? Maak een opvallende rups Twee beeldende activiteiten: – Kleur met felle kleuren pastelkrijt cirkels vol. Plak zes cirkels aan elkaar, bevestig er pootjes aan en plak het geheel op het raam. – Schilder een grote rups op een vel karton. Laat de verf drogen, knip de rups uit en beplak hem met klosjes, sisaltouw, lucifershoutjes en doppen. Rupsen rijgen, rupsen plakken Twee rekenactiviteiten: – Met een kleurendobbelsteen en een gewone dobbelsteen gaan de kinderen rupsen rijgen met de kralendoos. – Met plakcirkels wordt een reeks geplakt op een vel papier. Ook hierbij kunnen de dobbelstenen worden gebruikt. Maak een pop Als de rups volgegeten is, gaat hij zich verpoppen. Omwikkel een wc-rol met een wollige draad. Stop in de wc-rol een rupsje (gemaakt van een muizentrapje). Hang de poppen aan een boomtak op de kijktafel. Toveren met kleuren Binnen in de pop wordt eigenlijk een beetje getoverd, want de rups verandert in een vlinder. Twee beeldende activiteiten: – Zet allerlei kleuren ecoline klaar en doorzichtige potjes met een klein laagje water erin. Door een paar druppels van verschillende kleuren ecoline in het water te laten vallen, ontstaan er steeds andere kleuren. Spat druppels van deze kleuren op vlinders die uit verfpapier zijn geknipt. – Een andere mogelijkheid is om de vlindervorm nat te spuiten met water en daarop druppels ecoline te laten vallen. (Als de vlinder uit de cocon komt, zijn de vleugels ook nat.) Laat de vleugels drogen en gebruik een reepje grijs bordkarton als lijfje. Over geuren en kleuren Lievelingskleuren – Vlinders houden van de kleuren roze en paars. Maar wat zijn de lievelingskleuren van de kinderen? Dit kunt u inventariseren met behulp van pasfoto's op het flanelbord. Onder een gekleurd rondje plakt ieder kind zijn (of haar) foto. Welke kleur kiezen de meeste kinderen? En welke kleur wordt het minst gekozen? – Laat de kinderen op een afgesproken dag in hun favoriete kleur naar school komen en laat ze met hun favoriete kleur tekenen, verven, plakken, enzovoort. Kijken met wc-rollen Als vlinders op zoek gaan naar hun favoriete bloemen, dan gaan ze voornamelijk op de geur af. Maar ze kijken ook heel goed. Geef alle kinderen een wc-rol. Kijk er doorheen. Wat zie je? En wat zie je niet? Kijk naar een voorwerp ver weg en heel dichtbij. Wanneer zie je het voorwerp helemaal? Als u aan één kant van de wc-rol een stukje gekleurd cellofaanpapier plakt, krijgt alles een andere kleur. Nota bene. De verschillende wc-rollen kunnen in een bak bewaard blijven en regelmatig gebruikt worden. Ook buiten is dit een leuke activiteit. Proeven met je tong – Vlinders hebben een roltong en proeven daarmee de zoete nectar. Ook wij proeven met onze tong. Om dit met de kinderen te doen, hebt u potjes met suikerwater, zout water, zuur water (citroen) en tonic nodig. Laat de kinderen een beetje proeven en laat ze de woorden zoet, zout, zuur en bitter gebruiken. – Wat is het lievelingseten van de kinderen? En onder welke smaak valt dat? Woordkaartjes (met daarop de woorden zoet, zout, zuur en bitter) nodigen uit tot stempelen. Achter de gestempelde woorden kunnen de kinderen dan een blij of een boos gezichtje tekenen (om aan te geven of iets lekker is of niet). Andere beeldende activiteiten Vlinders lenen zich voor een beeldende verwerking. Ik geef u een aantal voorbeelden van activiteiten: • Teken met witte lijm een vlinder op een vel wit karton. Laat de lijm drogen en tover de vlinder tevoorschijn met ecoline. • Maak met een watervaste (zwarte) viltstift een tekening van vlinders en bloemen. Kleur die tekening in met ecoline. • Op een vel wit karton kunt u verschillende technieken door elkaar toepassen. Stempel bijvoorbeeld eens vlinders met aardappelstempels, schilder de bloemen met verf en kleur de rest van het vel in met waterige ecoline. Gebruik ook eens andere vormen van papier dan die u standaard gebruikt. Bijvoorbeeld een cirkel, een smalle rechthoek of een driehoek. Dit geeft verrassende resultaten. • Laat voorgeknipte vlinders van borduurkarton versieren met naald en draad. • Vouw een vel papier doormidden. Spuit op de ene helft twee klodders verf. Vouw het papier dubbel, wrijf over de verf en sla het papier open. Wat zie je? Laat de verf drogen en maak de voorstelling af met viltstift. Dansante vorming De groei van een vlinder kunt u de kinderen laten beleven in een vertelvorm op muziek. Vertel op een rustige, maar ook spannende toon. Uw verhaal moet de kinderen uitnodigen om zich in te leven in de rups, waardoor ze – met de muziek erbij – bewegingen gaan maken. Muziek die u hierbij kunt gebruiken, is bijvoorbeeld Dancepieces van Philip Glass. Beschrijving Eerst zit je in een eitje op een groot koolblad, helemaal opgerold. Je komt uit het ei. Dat kost best wel tijd. Eerst beweegt één vinger, dan nog één, dan een voetje. Je duwt. En... eindelijk ben je eruit! Daarna moet je even uitrusten. Maar je hebt vreselijke honger. Moeder vlinder heeft haar eitjes niet voor niets gelegd op een koolblad. Dus je begint te eten en te eten. En ook te groeien. Je jas past niet meer! De rups doet wel vier keer zijn jas uit, omdat hij zo groeit. (Laat de kinderen veel bewegen, rollen, vooruit schuiven, enzovoort.) Dan is het tijd om te verpoppen. De rups wikkelt zich in een dradenjas (of zijn laatste jas is een cocon) en blijft een hele tijd stil hangen. In de jas begint de rups te veranderen... Op een ochtend barst de pop open en komt de vlinder eruit gekropen. Zijn vleugels zijn nog nat. Heel langzaam drogen de vleugels. En dan kan de vlinder vliegen. Van bloem tot bloem... Laat de vlinders vliegen door het lokaal. Ze vliegen hoog en laag. Ze zitten stil en gaan weer verder. Hierna kunt u verdergaan met een spel. Op de grond legt u voor iedere vlinder een bloem (een hoepel). Op uw teken gaan de vlinders naar een bloem. Na iedere ronde haalt u hoepels weg, zodat telkens vlinders afvallen. Als afsluiting kunt u het spel doen: vliegen de vlinders hoog of laag? Een kind zit met de ogen gesloten in de kring. Op een teken van u gaan de kinderen staan of zitten. Vliegen ze hoog of laag? Tot slot Ik hoop dat dit artikel u uitnodigt om met de kinderen aan een stuk natuurbeleving te doen. Veel vlinderplezier! Achtergrondinformatie Als u met uw groep over dit onderwerp wilt werken, dan raad ik u aan om contact op te nemen met de Vlinderstichting. U kunt daar levend materiaal, posters en achtergrondinformatie bestellen, wat de betrokkenheid van kinderen natuurlijk vergroot. Gegevens: De Vlinderstichting Postbus 506 6700 AM Wageningen T 0317 - 42 42 24