Stad Antwerpen Wilrijk A-Punt 1 Sociale economie. Werkhaven

advertisement
Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
District Wilrijk
Districtscollege
Samenstelling: de heer Thierry Vanderkindere, voorzitter;
de heren Gilbert Van Nuffel, Danny Van Assche , Johan Peeters en mevrouw Christiana Matthijssens,
districtsschepenen;
de heer Jan Schaut, secretaris.
Zitting van maandag17 augustus 2009
Iedereen aanwezig : behalveDanny Van Assche, verontschuldigd.
Wilrijk
1
A-Punt
Sociale economie. Werkhaven Antwerpen. Algemene
samenwerkingsovereenkomst tussen de stad Antwerpen en de vzw
Werkhaven. Goedkeuring. Concretisering beleidsrichtlijn (Jaarnummer
2878)
Het districtscollege keurt de algemene samenwerkingsovereenkomst voor 2009-2012 tussen de
stad Antwerpen en Werkhaven Antwerpen goed en stelt aan de voorzitter van de districtsraad
voor, deze ter goedkeuring voor te leggen aan de districtsraad.
Agendapunt, gemeenteraad, open, 25/05/2009, jaarnummer 863
Auteur: Danny Raets
Motivering
Voorgeschiedenis
Op 25 mei 2009 keurde de gemeenteraad (jaarnummer 863) een algemene
samenwerkingsovereenkomst goed tussen de stad Antwerpen en de vzw Werkhaven Antwerpen.
Dit punt werd afgevoerd in zitting van het districtscollege van 13 juli 2009 (jaarnummer 2583).
Feiten en context
Opdat het district een aparte uitvoeringsovereenkomst met de vzw Werkhaven Antwerpen zou
kunnen afsluiten dient de algemene samenwerkingsovereenkomst van 25 mei 2009 door de
districtsraad te worden goedgekeurd.
Juridische grond
Binnengemeentelijke decentralisatie
Artikel 282 § 2.1 van het Gemeentedecreet bepaalt dat het college van burgemeester en
schepenen bevoegdheden van gemeentelijk belang waarover het beschikt en die het nader bepaalt,
kan overdragen aan de districtscolleges.
Met het gemeenteraadsbesluit van 20 maart 2000, jaarnummer 619, en bij collegebesluit van 16
maart 2000, jaarnummer 3984, werden de bevoegdheden van de districten bepaald. Met het
collegebesluit van 9 oktober 2002, jaarnummer 11543, en het gemeenteraadsbesluit van 21 oktober
2002, jaarnummer 2307, werden een aantal bevoegdheden van de districtsbesturen verder verfijnd.
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 1 van 1
Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
District Wilrijk
Districtscollege
Het college van burgemeester en schepenen besliste op 16 maart 2000 (jaarnummer 3984) zijn
bevoegdheid over lokaal cultuur,- sport-, jeugd-en seniorenbeleid, lokaal openbaar domein en
lokale interne en externe communicatie over te dragen aan de districtscolleges
Advies
Het bedrijf Financiën adviseerde via "Visum en beheerscontrole stadsontvanger Wilrijk" op
13 juli 2009 onder andere het volgende:
1° De districtsraad de algemene samenwerkingsovereenkomst tussen stad en vzw Werkhaven
moet goedkeuren.
Voor de realisatie van specifieke projecten via vzw Werkhaven moet dan een aparte
uitvoeringsovereenkomst tussen stad (of district) en vzw Werkhaven worden afgesloten.
Hiervoor werd een sjabloon opgemaakt door WNE ([email protected]) dat op de
gemeenteraad van september 2009 ter goedkeuring wordt voorgelegd.
Tegelijkertijd zal aan de gemeenteraad gevraagd worden op de bevoegdheid om te beslissen over
deze uitvoeringsovereenkomst te delegeren aan het College.
2° De districtsraad moet het sjabloon van de uitvoeringsovereenkomst goedkeuren.
3° De districtsraad moet beslissen om de bevoegdheid over deze uitvoeringsovereenkomst te
delegeren aan het districtscollege.
Dan kan men de uitvoeringsovereenkomst agenderen op het districtscollege.
Besluit
Artikel 1
Het districtscollege stelt aan de districtsraad voor onderstaande samenwerkingsovereenkomst van
25 mei 2009 tussen de stad Antwerpen en de vzw Werkhaven Antwerpen goed te keuren.
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
TUSSEN:
Enerzijds STAD ANTWERPEN, Grote Markt 1, 2000 Antwerpen, vertegenwoordigd door haar
gemeenteraad, waarvoor optreden de heer Patrick Janssens, voorzitter van de gemeenteraad, en de
heer Roel Verhaert, stadssecretaris, hierna genoemd ‘de stad’.
Anderzijds het Werkhaven Antwerpen vzw, opgericht bij gemeenteraadsbeslissing van 23 juni
2008, (jaarnummer 1273), met zetel te Klamperstraat 36 te 2060 Antwerpen, vertegenwoordigd
door de heer Robert Voorhamme, voorzitter, hierna genoemd “het agentschap”.
WORDT OVEREENGEKOMEN WAT VOLGT:
GENERIEK GEDEELTE
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 2 van 2
Stad Antwerpen
District Wilrijk
Districtscollege
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
I – Algemene bepalingen en beleidskader
Artikel 1. Definities
Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:
 Overeenkomst: huidige samenwerkingsovereenkomst, met inbegrip van alle bijhorende bijlagen.
 Stad: de volledige rechtspersoon stad Antwerpen
 Jaarverslag: balans en resultatenrekening met toelichtingen en activiteitenverslag.
Artikel 2. Voorwerp van de overeenkomst
Deze overeenkomst:
 kadert in de samenwerking binnen de groep Stad Antwerpen rond de uitvoering van het
bestuursakkoord;
 concretiseert de rol en de activiteiten van het agentschap in deze samenwerking;
 definieert het samenwerkingskader en de te realiseren doelstellingen met betrekking tot deze
activiteiten
 concretiseert de 10 + 1 afspraken rond de samenwerking, zoals goedgekeurd door de het
college van burgemeester en schepenen (CBS jrnr. 16725 van 19 september 2008) en de raad
van bestuur van het agentschap van 20 april 2009.
1. Meewerken aan de realisatie van het bestuursakkoord
2. Afbakening van de opdrachten als vertrekpunt
3. Meewerken aan de periodieke uitwerking en bijstelling van de doelstellingenbomen.
4. Opname van de toegewezen doelstellingen in de eigen planning en uitvoering van de
facilitaire/horizontale doelstellingen in eigen beheer
5. Expliciteren van streefcijfers voor doelstellingen en voor “reguliere” werking
6. Onderbouwing van de, voor de realisatie van de toegewezen doelstellingen, vereiste mensen
en middelen op zelfde moment en met eenduidige methodiek.
7. Inschrijven in regiewerking
8. Operationele autonomie in toegewezen opdrachten
9. Uniforme manier van rapportering over resultaten, mensen en middelen verbonden aan de
toegewezen doelstellingen
10. Verplichtingen naar interne controle
11. De directeur verpersoonlijkt zelf de wil tot open en doelgericht samenwerken en is actief
sponsor
Deze overeenkomst legt de wederzijdse rechten en verplichtingen van de stad en het agentschap
vast bij alle activiteiten die rechtstreeks of onrechtstreeks, geheel of gedeeltelijk verband houden
met de doelstelling om tegen 2013 het aantal banen in de sociale economie met tenminste 1.000 te
doen toenemen – bij ongewijzigd beleid -. Met deze nieuwe banen wil de stad tegen het einde van
2013 tenminste 2 200 Antwerpse werkzoekenden bereikt hebben (WNE03ND02).
Artikel 3. Opvolging van de overeenkomst
Binnen de stad wordt de opvolging van de uitvoering van de overeenkomst toegewezen aan Werk
en Economie vzw. Deze organisatie zal ook als eerste aanspreekpunt fungeren voor alle vragen
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 3 van 2
Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
District Wilrijk
Districtscollege
rond en over deze overeenkomst. Een lijst van verantwoordelijken/contactpersonen en hun rol
wordt in afzonderlijke bijlage aan deze overeenkomst toegevoegd.
Artikel 4. Duur
§1. Deze overeenkomst wordt afgesloten voor de periode van 1 januari 2009 tot en met
31 december 2012.
§2. Bij het verstrijken van de termijn van deze overeenkomst zoals vermeld in §1 van dit artikel
en bij ontstentenis van een nieuwe overeenkomst of beslissing tot stopzetting van het
agentschap, wordt de overeenkomst stilzwijgend met één jaar verlengd. Daarna is geen
stilzwijgende verlenging meer mogelijk.
Artikel 5. Juridisch kader
Alle toepasselijke vigerende wet- en regelgevingen gelden voor deze overeenkomst. Meer
specifiek, maar niet-limitatief wordt verwezen naar onderstaande wet- en regelgeving:
1. het gemeentedecreet van 15 juli 2005;
2. wetgeving op overheidsopdrachten;
3. de wetgeving op de toelagen
4. formele motiveringsplicht en openbaarheid
Artikel 6. Beleidsvisie van de stedelijke organisatie
Het beleid van de stad dat betrekking heeft op het voorwerp van deze overeenkomst, zoals
beschreven in artikel 2, is onder meer omschreven in:
1. Het bestuursakkoord 2007 – 2012 (punt 169 en 170);
2. De beleidsnota werk en economie 2009
3. De strategische meerjarenplanning 2008-2013.
Artikel 7. Algemene principes en waarden
§1. Behoorlijk bestuur
De stad en het agentschap streven naar een optimale gegevensuitwisseling, dat zich onder
andere zal uiten in:
a. het tijdig en correct aanleveren van (beheers)informatie;
b. transparantie over de beschikbaarheid van middelen en de aanwending van deze ter
beschikking gestelde middelen;
c. het duidelijk aangeven wanneer informatie van vertrouwelijke aard is en het
respecteren van deze vertrouwelijkheid, rekening houdend met de algemene
bepalingen betreffende openbaarheid van bestuur.
De stad en het agentschap informeren elkaar door middel van periodiek overleg over de
initiatieven die ze nemen met betrekking tot de uitbouw van de sociale economie in
Antwerpen.
Meer specifiek worden volgende afspraken gemaakt :
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 4 van 2
Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
District Wilrijk
Districtscollege
Het agentschap zal op het Forum Werkgelegenheid een overzicht brengen van de bestaande en
nieuwe activiteiten en dit op projectniveau en de vermelding of dit door het agentschap zelf
wordt uitgevoerd of in samenwerking met een partner.
Elk jaar in november en voor de eerste maal in november 2009 legt het agentschap een
ondernemingsplan voor het volgende jaar ter goedkeuring voor aan een het college en
gemeenteraad. Dit plan omvat naast een financieel plan ook een inhoudelijk luik met tenminste
volgende onderdelen: MVO plan, plan van aanpak ter realisatie van de verwachte doorstroom,
diversiteitplan en selectie en wervingsplan en een overzicht van de loon en
arbeidsvoorwaarden. Dit ondernemingsplan wordt ter kennisgeving voorgesteld op het
eerstvolgend forum werkgelegenheid.
Het agentschap zorgt voor een correcte en tijdige verantwoording over de uitvoering van haar
opdrachten.
Het agentschap streeft een deugdelijk bestuur na.
Het agentschap voert haar opdracht uit vanuit een klantgerichte oriëntatie.
Het agentschap vertaalt het algemene beleid op het gebied van de A-waarden, diversiteit en
klantvriendelijkheid naar haar personeelsbeleid.
§2. Duurzaam en ethisch verantwoord aankoopbeleid
Het agentschap zal in haar aankoopbeleid zoveel als mogelijk rekening houden met de
principes van Fair Trade en energie- en milieuzuinigheid. Het agentschap zal de principes van
maatschappelijk verantwoord ondernemen integreren in de bedrijfsvoering met de nadruk op
duurzaamheid (zowel qua aankopen als gebruik van materialen)
Diversiteitbeleid
Het agentschap zal met betrekking tot het beleid betreffende gelijke kansen en diversiteit minimaal
dezelfde normen nastreven als de stad. Het agentschap stelt een uitgeschreven diversiteitbeleid
op.
II – Doelstellingen van het agentschap
Artikel 8. Kernactiviteiten en beleidsvisie van het agentschap
§1. Kernactiviteiten
Het agentschap heeft tot doel:
a. Initiatieven te ontwikkelen, te bevorderen en te organiseren, ter (re)integratie van
kansengroepen in de samenleving in het algemeen en op de arbeidsmarkt in het bijzonder door
de creatie van arbeidsplaatsen voor deze kansengroepen; en
b. Actief te werken aan de doorstroom van deze werknemers uit de kansengroepen naar
arbeidsplaatsen in het regulier economisch circuit, en meer specifiek naar de vacatures van de
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 5 van 2
Stad Antwerpen
District Wilrijk
Districtscollege
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
stad Antwerpen en het OCMW Antwerpen.
§2. Missie
De missie van het agentschap is als volgt bepaald: Werkhaven Antwerpen wil op een
bedrijfseconomische en maatschappelijk verantwoorde manier diensten verlenen aan de inwoners
van de Stad Antwerpen. Werkhaven Antwerpen wil daartoe duurzame jobs creëren voor
kansengroepen en een waarmerk worden voor de sociale economie. Dit alles gebeurt in nauwe
samenwerking met de Stad, OCMW en derde partners. Werkhaven Antwerpen wil ook een bedrijf
zijn, waar doelgroepmedewerkers alle kansen krijgen om door te stromen naar vacatures in de
reguliere sector en meer specifiek naar vacatures van Stad en OCMW (in- en doorstroom bedrijf).
§3. Strategisch ondernemingsplan
Het agentschap voert haar beleid op basis van haar strategisch ondernemingsplan. Het
ondernemingsplan concretiseert de bepalingen, vastgelegd in deze overeenkomst. Het
ondernemingsplan vertrekt vanuit de doelstellingen en de beleidsvisie van de stad op het vlak van
werkgelegenheid en in het bijzonder van de uitbouw van de sociale economie in Antwerpen.
§4. Strategische coördinatie
Het agentschap schakelt zich in in de strategische coördinatie. Dit is een manier van werken
doorheen alle tot de stad behorende en met de stad verweven entiteiten met als doel gericht samen
te werken aan de realisatie van het bestuursakkoord overheen deze entiteiten.
Deze inschakeling betekent dat het agentschap met behoud van volle operationele autonomie
meewerkt aan centraal gecoördineerde:
a. periodieke aanpassing van de doelstellingenbomen en meerjarenplanning
b. opmaak van operationeel plan, afgeleid uit de stadsbrede doelstellingenbomen
c. doelstellingen, programma’s en projecten waar agentschap is aangeduid als
eindverantwoordelijke of participant
d. rapportering op alle niveaus
e. onderbouwing van vereiste middelen in functie van bovenstaande punten
Afdeling 1 – Strategische doelstellingen (SD)
Artikel 9. Algemene verplichtingen
(SD1) Kernopdracht
De kernopdracht van het agentschap is bij gemeenteraadbesluit vastgelegd:
“Het agentschap heeft tot doel in de periode 2008-2013 1000 bijkomende arbeidsplaatsen te
faciliteren voor kansengroepen in Antwerpen.”
§1.
§2. (SD2)
Doorstroom
De doelstelling betreffende de doorstroom is bij gemeenteraadsbesluit vastgelegd:
“Het agentschap heeft tot doel om elke 2 jaar 3 op de 10 doelgroepmedewerkers te laten
doorstromen naar vacatures in het reguliere circuit, in het bijzonder bij Stad en OCMW.”
§3. (SD3)
Complementariteit
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 6 van 2
Stad Antwerpen
District Wilrijk
Districtscollege
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
De vereniging zal zich niet concurrerend opstellen ten overstaan van de bestaande activiteiten die
worden uitgevoerd door (private) sociale economie initiatieven, maar streeft ernaar gezamenlijk
een complementariteit van het aanbod aan sociale economie initiatieven en een netto groei van de
tewerkstelling te realiseren. Het agentschap zal geen activiteiten organiseren die concurrerend zijn
met of vernietiging van reguliere tewerkstelling in overheidsdienst tot gevolg hebben.
§4. (SD4)
Verhogen van de kwaliteit
Het agentschap streeft naar een verdere verhoging van de kwaliteit van de aangeboden diensten.
§5. (SD5)
Verhogen van de efficiëntie
Het agentschap streeft naar een voortdurende verbetering van de efficiëntie van de interne
organisatie.
Afdeling 2 – Operationele doelstellingen (OD)
Artikel 10. Uitvoeren, adviseren en uitdragen van het werkgelegenheidsbeleid
§1. (OD1) Uitvoering van het werkgelegenheidsbeleid
Het agentschap draagt bij tot het bereiken van de doelstellingen van de stad op het gebied van het
werkgelegenheidsbeleid. Ze heeft hierbij ook oog voor de sociale aspecten en de milieuaspecten
zoals die door de stad zijn uitgetekend. Het agentschap komt met de stad de procedures overeen
die noodzakelijk zijn om haar opdrachten goed uit te voeren.
Het agentschap behoudt en verhoogt haar kennis die noodzakelijk is om haar opdrachten te
vervullen.
Het agentschap kan nieuwe exploitatie/beheersconcepten toepassen die nauwer aansluiten bij de
behoeften van de gebruikers op voorwaarde dat die passen in de beleidsvisie van stad.
Het agentschap zal in regelmatig overleg treden met de personeelsafdelingen van Stad en OCMW
en duidelijke afspraken maken in verband met doorstroom naar Stad en OCMW.
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 7 van 2
Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
District Wilrijk
Districtscollege
§2. (OD2) Adviseren en uitdragen van het beleid betreffende werkgelegenheid en in het bijzonder
sociale economie.
Op verzoek van de stad of op eigen initiatief verstrekt het agentschap, vanuit haar ervaringen bij
de uitvoering, advies over het gevoerde of te voeren beleid op het gebied van werkgelegenheid en
in het bijzonder sociale economie.
Het agentschap zorgt voor de promotie van haar aanbod en zal bij het overleg met andere actoren
de maatregelen voorstellen en verdedigen in het belang van het stedelijk werkgelegenheidsbeleid.
§3. (OD3) Medewerking aan andere doelstellingen van de stad
a. Elke bedrijfseenheid van de stad kan op Werkhaven Antwerpen als operationeel bedrijf een
beroep doen om de eigen doelstellingen te realiseren.
b. Werkhaven Antwerpen draagt bij tot de realisatie van de nota Maatschappelijk Verantwoord
Antwerpen (Personeelsmanagement) (TDPM03).
Artikel 11. Verplichtingen van het agentschap inzake minimale dienstverlening
(OD4) Integrale kwaliteitszorg – meten van de klantentevredenheid
Het agentschap zal de kwaliteit van het aanbod permanent afstemmen op de evoluerende behoeften
van de gebruikers.
Het agentschap voert om de twee jaar en voor de eerste maal in januari 2010 een
klantentevredenheidsonderzoek uit op een representatieve steekproef van klanten. Het belang dat
de klanten aan elke kwaliteitsfactor hechten en de tevredenheid van de klanten met betrekking tot
elke kwaliteitsfactor worden daarbij onderzocht. Het onderzoek heeft betrekking op het volledige
aanbod van het agentschap. Het agentschap verbindt er zich toe om de resultaten van het
klantentevredenheidsonderzoek onder de vorm van een kwaliteitsrapport ter kennisgeving voor te
leggen aan het college. Op basis van de resultaten van het klantentevredenheidsonderzoek
formuleert het agentschap voorstellen tot kwaliteitsverbetering. De kwaliteitsfactoren die van
groot belang zijn voor de klanten en een minder goede tevredenheidscore halen, zullen eerst
worden aangepakt.
Het agentschap stemt haar interne organisatie af op het bereiken van de kwaliteitsverbeteringen.
(OD5) Personeelsbeleid gericht op klantvriendelijkheid, diversiteit en A-waarden.
Het agentschap vertaalt het algemene beleid inzake A-waarden, diversiteit en klantvriendelijkheid
naar haar personeelsbeleid. Deze aspecten zullen opgenomen worden in de opleidingen van het
personeel.
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 8 van 2
Stad Antwerpen
District Wilrijk
Districtscollege
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
Artikel 12. Verplichtingen van het agentschap betreffende de contracten met derden
§1. (OD6) Contracten met derden
Als contracten aan derden wordt toevertrouwd, staat het agentschap in voor het beheer van de
contracten. Het agentschap zal ook hier de reglementering op de overheidsopdrachten naleven.
Artikel 13. Verplichtingen van het agentschap betreffende informatieverstrekking en promotie
§1. (OD7) Promotie, marketing en verkoop
Het agentschap onderschrijft de één merken strategie zoals uitgetekend door stad
Artikel 14. Verplichtingen van het agentschap inzake klantenreacties en de samenwerking met de
stedelijke ombudsdienst
§1. (OD8) Het agentschap zal de klantenreacties over haar dienstverlening registreren en
opvolgen volgens de algemene principes van het klantenmanagementsysteem van de stad. De
klanten dienen tijdig en correct geïnformeerd te worden over de behandeling van hun
meldingen.
Het agentschap werkt samen met de stedelijke ombudsdienst voor de behandeling van
klachten waarvoor geen bevredigende oplossing werd gevonden.
III – Engagementen van de stad
Artikel 15. Algemene engagementen
§1. Beleidsvoorbereiding
De stad zal zoveel als mogelijk samenwerken met het agentschap aan het beleidsondersteunende
werk voor de stad. Het agentschap zal zoveel als mogelijk betrokken worden bij de ontwikkeling
van nieuwe instrumenten of de evaluatie van bestaande instrumenten die het beleid gestalte geven.
§2. Gegevensverstrekking
De stad en het agentschap streven naar een optimale gegevensuitwisseling, dat zich onder andere
zal uiten in:
a. het tijdig en correct aanleveren van (beheers)informatie;
b. transparantie over de beschikbaarheid van middelen en de aanwending van deze ter
beschikking gestelde middelen;
het duidelijk aangeven wanneer informatie van vertrouwelijke aard is en het respecteren van deze
vertrouwelijkheid, rekening houdend met de algemene bepalingen betreffende openbaarheid van
bestuur
§3. Projecten
De stad zal projecten verder concretiseren via uitvoeringsovereenkomsten, die de modaliteiten van
de samenwerkingsovereenkomst volgen. In deze uitvoeringsovereenkomsten worden de
modaliteiten van de projecten vastgelegd.
Artikel 16. Financiële engagementen
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 9 van 2
Stad Antwerpen
District Wilrijk
Districtscollege
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
De stad engageert zich er toe om als een goede huisvader maximale inspanningen te leveren om
het bedrag, noodzakelijk om de overeengekomen doelstellingen te realiseren, jaarlijks in de
begroting op te nemen.
Exploitatiedotatie (werkingsdotatie)
1°. De stad verleent aan het agentschap een exploitatiedotatie die de kosten moet dekken die niet
uit omzet door de normale werking kunnen gefinancierd worden. De kosten kunnen betreffen
(niet limitatief):
 arbeidsmarktgerichte opleidingen;
 opstartinvesteringen (personeel en materiaal);
 extra inspanningen om doorstroom te realiseren;
 extra begeleiding.
§1
2°. De exploitatiedotatie wordt jaarlijks bepaald in functie van het ondernemingsplan dat het
agentschap ten laatste in november van het voorafgaande jaar voorlegt aan Werk en Economie,
conform de door de gemeenteraad en het college goedgekeurde begroting van Werk en
Economie.
Binnen de mogelijkheden van de strategische meerjarenplanning van de stad kan de
exploitatiedotatie worden gewijzigd:
 Door budgettaire noodwendigheden van de stad. De stad zal het agentschap omstandig
informeren over deze budgettaire noodwendigheden en in onderling overleg met het
agentschap bepalen of een aanpassing van de samenwerkingsovereenkomst,
overeenkomstig de procedure vervat in artikel 29, noodzakelijk is.
 In geval van substantiële kostenwijzigingen ten gevolge van factoren die vreemd zijn aan
het beheer van het agentschap. Het agentschap zal dan een dossier voorleggen om die
factoren te staven, samen met het advies van Inspectie van Financiën, zoals omschreven
in hoofdstuk V van deze overeenkomst.
 In geval van opdrachtwijzigingen van het agentschap. Om hieruit voortkomende
bijkomende kosten te staven, zal het agentschap een dossier voorleggen, samen met het
advies van Inspectie van Financiën, zoals omschreven in hoofdstuk V van deze
overeenkomst.
 Door een overheveling van kredieten voor projectmatige exploitatie-uitgaven, vanaf het
moment dat ze een permanent karakter hebben gekregen. Het agentschap zal daartoe een
dossier indienen bij de opmaak van de begroting, zoals omschreven in hoofdstuk V van
deze overeenkomst.
3°. De exploitatiedotatie wordt aan het agentschap betaald conform de modaliteiten die in een
aparte uitvoeringsovereenkomst tussen Werk en Economie en het agentschap bepaald zijn.
4°. Wanneer de exploitatiedotatie het uiteindelijke verschil tussen de kosten en opbrengsten
overtreft, zal het niet gebruikt gedeelte door het agentschap jaarlijks aan de stad worden
teruggestort. De financiële reserves, die mogelijks worden opgebouwd in het agentschap,
kunnen enkel gebruikt worden voor de opbouw van een provisie voor sociaal passief of kunnen
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 10 van 2
Stad Antwerpen
District Wilrijk
Districtscollege
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
geherinvesteerd worden in de creatie van nieuwe arbeidsplaatsen of de realisatie van
doorstroom naar reguliere arbeidsplaatsen.
§2
Exploitatiedotaties als gevolg van verbintenissen die voortvloeien uit projecten.
Onverminderd § 1 van dit artikel, kan de stad aan het agentschap bijkomende exploitatiedotaties
ter beschikking stellen die door het agentschap moeten worden aangewend voor het realiseren van
projecten in opdracht van de stad. Indien aan het agentschap bijkomende exploitatiedotaties
worden verstrekt, wordt een overzicht van de te realiseren projecten, met vermelding van
exploitatiedotatie en exploitatiedotatievoorwaarden in (een) aparte uitvoeringsovereenkomst(en)
opgenomen
Daarnaast kan de stad bij elke beslissing tot het verlenen van een exploitatiedotatie, bepalen wat de
aard, de omvang en aanwendingsvoorwaarden zijn
 welke verantwoordingsstukken van de exploitatiedotatietrekker worden geëist
 wat de termijn is waarbinnen de verantwoordingsstukken moeten worden voorgelegd.
Artikel 17. Flankerend beleid
§ 1. De stad zal bij de hogere overheid aandringen op een maximale toewijzing van instrumenten
en middelen in het kader van sociale economie aan Antwerpen.
IV – Personeel
Artikel 18. Personeelsbeleid
Het agentschap vertaalt het algemene beleid inzake A-waarden, diversiteit en klantvriendelijkheid
naar haar personeelsbeleid. Deze aspecten zullen opgenomen worden in de opleidingen van het
personeel.
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 11 van 2
Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
District Wilrijk
Districtscollege
V – Financiële betrekkingen tussen het agentschap en de stad
Artikel 19. Algemene richtlijnen betreffende de begroting
Na de bekendmaking van de begrotingsrichtlijnen zal het agentschap conform deze richtlijnen, en
na voorafgaand overleg met de stad, een begrotingsvoorstel ter goedkeuring aan de gemeenteraad
voorleggen.
De begroting wordt opgemaakt op bedrijfseconomische basis en wordt zo nodig op een
transparante en efficiënte wijze geconverteerd naar andere voorstellingswijzen, hetzij om te
voldoen aan wettelijke of functionele vereisten, hetzij om te voldoen aan de rapporteringbehoefte
van de stad.
Indien de regelgeving met betrekking tot andere voorstellingswijzen van de begroting of van de
jaarrekening andere waarderingsregels oplegt dan de regels die toegepast worden bij het
agentschap wordt als volgt gehandeld:
 het agentschap gebruikt de eigen waarderingsregels, die door de geëigende beslissingsorganen
zijn vastgelegd op basis van de economische realiteit en de werking van het agentschap;
 bij de betreffende rapportering wordt deze afwijking uitdrukkelijk vermeld;
 indien, in afwijking van bovenstaande algemene regel, de overheid aan het agentschap oplegt
afwijkende waarderingsregels toe te passen zullen enerzijds de meerkosten of opbrengsten die
het gevolg zijn van de toepassing van de afwijkende waarderingsregels en anderzijds de
administratie- en systeemkosten voor het afwijkende waarderingssysteem worden opgenomen in
de begroting (met een gedetailleerde berekening als verantwoording).
Artikel 20. De opmaak van het begrotingsvoorstel
Het agentschap stelt jaarlijks een volledige begroting op waarbij de relevante opbrengsten- en
kostenrubrieken van de resultatenrekening verdeeld worden over de relevante begrotingsartikelen.
Het begrotingsvoorstel omvat minimaal de volgende items:
 het budgetvoorstel voor het jaar n+1,
 de budgetcijfers van het lopende jaar (= jaar n);
 year tot date’ cijfers van de exploitatierekening van jaar n + extrapolatie tot einde lopend jaar n
 cijfers van de exploitatierekening van jaar n-1.
 de gemotiveerde berekeningswijze van de toegepaste verhogingspercentages;
 eventuele gemotiveerde commentaren bij de aansluiting van de toegepaste parameters ten
opzichte van de reële kostenevolutie;
 eventuele gemotiveerde commentaren bij de recurrente gevolgen op de begroting in opmaak
van afwijkingen ten opzichte van de gebruikte parameters in het voorgaande begrotingsjaar;
 eventuele gemotiveerde commentaren bij de impact van gewijzigde omgevingsfactoren;
 opgave van de activiteiten en projecten (omschrijving en hoeveelheid) die met deze middelen
kunnen worden gerealiseerd;
 opgave en berekening van de effecten van de geprogrammeerde investeringen op de
exploitatiekosten en op de kosten voor beheer en ontwikkeling;
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 12 van 2
Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
District Wilrijk
Districtscollege
Artikel 21. Aanleg van reserves
De aanleg en aanwending van reserves wordt op een transparante wijze in het budget kenbaar
gemaakt.
Het agentschap kan gedurende de beleidsperiode wettelijke en andere reserves aanleggen, die als
dusdanig in de balans worden opgenomen onder de rubriek “Eigen Vermogen”.
Het agentschap verbindt er zich toe de reserves alleen aan te leggen voor de vorming van een
sociaal passief of te herinvesteren in het creëren van meer banen in de sociale economie.
Artikel 22. Resultatenrekening
Het agentschap moet haar resultatenrekening minimaal in evenwicht afsluiten.
Artikel 23. Verplichtingen van het agentschap betreffende investeringen
§1. Objectieve behoefteanalyse en investeringsprogramma
Het agentschap past een objectieve behoefteanalyse toe bij de opmaak van haar investerings­
programma en geeft de prioriteit van elk investeringsproject aan. Het agentschap stelt een
indicatief meerjarenprogramma op waarvan de periode samenloopt met het meerjarenprogramma
van de stad. Jaarlijks wordt een investeringsprogramma voor het volgende jaar opgesteld. Het
agentschap motiveert elke afwijking van haar investeringsprogramma.
Bij elk investeringsdossier wordt de berekening van het effect op het exploitatiebudget gevoegd.
§2. Exploitatiegebonden investeringen en duurzame milieu-investeringen
Het agentschap zal de nieuwste milieuvriendelijke technologieën onderzoeken en toepassen waar
dat realistisch en economisch haalbaar is..
§3. Kwaliteit van de investeringen
Het agentschap overlegt met alle actoren die bij een investeringsproject betrokken zijn.
VI – Opvolging, rapportering, controle en meting
Artikel 24. Opzetten van een interne controlesysteem
§1. Uiterlijk één jaar na aanvang van de overeenkomst beschikt het agentschap over een
uitgeschreven en gedocumenteerd systeem van interne controle dat een relatieve zekerheid
verschaft over:
a. het bereiken van de doelstellingen;
b. het naleven van wetgeving en procedures;
c. de beschikbaarheid van betrouwbare financiële en beheersinformatie;
d. het efficiënt en economisch gebruik van middelen;
e. de bescherming van activa;
f. het voorkomen van fraude.
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 13 van 2
Stad Antwerpen
District Wilrijk
Districtscollege
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
Vanaf het tweede jaar na aanvang van de overeenkomst wordt het proces van interne controle
minstens éénmaal per jaar door het management van het agentschap geëvalueerd op zijn
actualiteit, eventueel bijgewerkt en opnieuw gevalideerd.
§2. Over de organisatie, werking en wijzigingen van het interne controlesysteem wordt jaarlijks
aan de gemeenteraad gerapporteerd. Timing en wijze van rapportering worden uitgewerkt in
het specifieke gedeelte van deze overeenkomst. Het agentschap zal ten laatste op 15 juni een
duidelijke rapportering verstrekken over het vorig boekjaar. Deze rapportering zal ten minste
een volledige balans en winst- en verliesrekening bevatten, alsook een analytische uitsplitsing
over de verschillende afdelingen van het agentschap
Artikel 25. Opvolging
De stad en in het bijzonder Werk en Economie organiseert minstens 1 keer per kwartaal en voor de
eerste maal in april 2009 een overlegvergadering met het agentschap waarin de stand van zaken
van de voorbereiding, de financiering en de uitvoering van exploitatie- en investeringsprojecten
wordt besproken. Tijdens dat overleg worden praktische werkafspraken gemaakt die moeten
zorgen voor een vlotte dossierafhandeling.
Artikel 26. Rapportering
§1. Het agentschap werkt met behoud van volle operationele autonomie mee aan de centraal
gecoördineerde:
a. periodieke aanpassing van de doelstellingenbomen en meerjarenplanning
b. opmaak van operationeel plan, afgeleid uit de stadsbrede doelstellingenbomen
c. doelstellingen, programma’s en projecten waar bedrijf is aangeduid als
eindverantwoordelijke of participant
d. rapportering op alle niveaus
e. onderbouwing van vereiste middelen in functie van bovenstaande punten “
De rapportering hierover wordt zoveel mogelijk afgestemd op de binnen de stad toepasselijke
rapporteringsystemen (zowel naar vorm als naar ondersteunende software). Concrete afspraken
worden uitgewerkt in het specifieke deel van deze overeenkomst.
§2. Conform de bepalingen van het vigerende gemeentedecreet, de bijhorende
uitvoeringsbesluiten en de onderrichtingen van de stad zal het agentschap over elk voorbije
jaar een jaarverslag opstellen. In dit jaarverslag zal in het bijzonder aangetoond worden in
welke mate de beoogde resultaten, die in het geactualiseerde beleidsplan van de stad van het
voorbije jaar waren vooropgesteld als fundamentele bijdrage van het agentschap ter realisatie
van de algemene doelstellingen van dit beleidsplan van de stad, vermeld onder artikel 6, al of
niet behaald werden. In het jaarverslag zal tevens duidelijk gesteld worden hoe groot en wat
de inbreng van de stad geweest is bij de realisatie van de activiteiten. Hierbij liggen alle
bewijsstukken van deze resultaten ter beschikking van de stad
Dit jaarverslag dient uiterlijk 6 maanden na afloop van de periode waarop het betrekking heeft
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 14 van 2
Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
District Wilrijk
Districtscollege
ter kennisgeving aan de gemeenteraad voorgelegd te worden.
Het jaarverslag bestaat uit het activiteitenverslag en het financieel jaarverslag. Het financieel
jaarverslag bevat volgende stukken:
a. de jaarrekening: de balans, de resultatenrekening, de afschrijvingstabel, de toelichting en
de proef- en saldibalans; deze stukken moeten rechtstreeks uit het boekhoudsysteem
gegenereerd worden;
b. de vermogenstroomtabel;
c. het verslag van een bedrijfsrevisor of erkend accountant die niet betrokken is bij de
dagelijkse werking van de organisatie, met commentaar bij de jaarrekening van deze
organisatie;
d. de sociale balans.
§3. Het agentschap verbindt zich er toe met betrekking tot het personeelsbeleid en de efficiënte
werking van haar organisatie te rapporteren over:
a. de evolutie van de personeelsbehoeften en -bezetting in termen van de voltijdsequivalenten
(VTE’s)
b. de mate waarin het personeel doelmatig wordt ingezet
c. de investeringen in het menselijk kapitaal (ontplooiingskansen en -inspanningen)
d. de realisatie van een correct en aantrekkelijk werkgeverschap met het oog op
betrokkenheid, evenwicht werk - privé, welzijn op het werk, een positief arbeidsklimaat en
diversiteit op de werkvloer.
Artikel 27. Controle
§1. Het agentschap verbindt zich ertoe de hem toegekende middelen te beheren als een goede
huisvader en uitsluitend aan te wenden voor het verwezenlijken van zijn doelstellingen zoals
omschreven in deze overeenkomst.
De stad heeft steeds het recht om (ter plaatse) na te gaan of:
a. de verleende exploitatiedotatie/ondersteuning wordt aangewend voor het doel waarvoor ze
werd toegekend
b. uitvoering wordt gegeven aan de beheersovereenkomst
c. de afgesproken doelstellingen worden nagestreefd en gerealiseerd.
De controle hierop gebeurt door Werk en Economie vzw, daartoe aangeduid door de stad. De
documenten en verantwoordingsstukken (cfr. art. 26) zijn ter inzage van de
gemeenteraadsleden.
Het college van burgemeester en schepenen heeft in dit verband onder andere de
onafhankelijke controlediensten Inspectie van Financiën en Interne audit, specifieke taken
opgedragen in het kader van de ruimere samenwerking tussen de stad en haar dochters (zie
collegebesluit van 13 juli 2007, jaarnummer 9204).
§2. De stad heeft het recht om door haar eigen diensten of door een externe bedrijfsrevisor onaan­
gekondigde controles van de boekhouding te laten uitvoeren.
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 15 van 2
Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
District Wilrijk
Districtscollege
§3. Het agentschap verbindt zich er toe de leden van de externe auditcommissie bij de uitvoering
van hun taken zoals omschreven in artikel 265 van het gemeentedecreet, op eenvoudig
verzoek alle informatie te verstrekken en vrij toegang te geven tot de bedrijfsruimten.
VII - Evaluatie en sanctionering
Artikel 28. Evaluatie
§1. De uitvoering van deze overeenkomst over het voorbije jaar wordt door het agentschap
jaarlijks geëvalueerd. Deze evaluatie wordt ter kennisneming aan de gemeenteraad bezorgd
voor 30 juni. De jaarlijkse evaluatie zal worden uitgevoerd op basis van de rapportering, zoals
voorzien in hoofdstuk VI van deze overeenkomst. Het agentschap rapporteert over de
uitvoering van het afgelopen jaar. De rapportering omvat: het jaarverslag zoals vermeld in
artikel 26 §3 van deze overeenkomst en het evaluatierapport zoals bedoeld in artikel 29 §1 van
deze overeenkomst.
§2. Het laatste jaar wordt er parallel met de jaarlijkse evaluatie en volgens dezelfde procedure ook
een evaluatie van de volledige looptijd van de overeenkomst uitgevoerd.
§3. Jaarlijks evalueert de stad de uitvoering van de overeenkomst en de overeenkomst zelf op
basis van de rapportering door het agentschap.
§4. De evaluatie van de verbintenissen van deze overeenkomst gebeurt aan de hand van
afgesproken indicatoren en meetwijze ervan. Een schematisch overzicht van de indicatoren
wordt opgenomen in de respectieve uitvoeringsovereenkomsten.
Artikel 29. Gevolgen bij niet naleving van deze overeenkomst
§1.
Algemeen principe
Indien een van beide partijen van mening is dat de andere partij haar verbintenissen niet nakomt,
zal zij dit per aangetekende brief aan de andere partij melden. Beide partijen verbinden er zich toe
om in voorkomend geval schriftelijk te reageren binnen een termijn van dertig dagen op de
aangetekende brief van de andere partij (te rekenen vanaf datum poststempel). De aangetekende
brief van de ene partij en het schriftelijk antwoord van de andere partij zullen samen onderwerp
vormen van overleg tussen beide partijen over de te nemen bijsturingmaatregelen. Indien bij het
afsluiten van het volgende rapporteringjaar wordt vastgesteld dat de bijsturingmaatregelen binnen
de zes maanden geen resultaat hebben opgeleverd, komen beide partijen in een bijvoegsel bij deze
overeenkomst overeen welke extra maatregelen of welke sancties uitgevoerd moeten worden.
Als beide partijen niet tot een vergelijk komen, wordt een arbitragecommissie opgericht bestaande
uit een voorzitter die aangewezen wordt door de gemeenteraad van de stad, de bevoegde schepen
van het betrokken beleidsdomein en de stadssecretaris, de voorzitter en de algemeen directeur van
het agentschap om in functie van de specifieke omstandigheden de gepaste maatregelen te bepalen.
Tijdens de duur van deze procedure blijven de verbintenissen van beide partijen ten aanzien van
elkaar onverkort van toepassing
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 16 van 2
Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
District Wilrijk
Districtscollege
In geval van blijvende betwisting betreffende de bepalingen of de uitvoering van deze
overeenkomst zijn alleen de rechtbanken van Antwerpen bevoegd.
§2.
Sancties
In de volgende gevallen zal het agentschap de toegekende exploitatiedotaties gedeeltelijk of
integraal moeten terug betalen:
a. Als het de exploitatiedotaties niet aanwendt voor het doel waarvoor zij is toegekend
b. Als het de in deze overeenkomst gevraagde verantwoordingsstukken (cfr. art. 26) niet of niet
correct voorlegt
c. Als het zich verzet tegen controle
d. Als het de modaliteiten, vastgelegd bij de exploitatiedotatiestoekenning, niet naleeft
e. Als er onregelmatigheden in het beheer worden vastgesteld.
Opschorting van verdere toekenning van toelagen kan gebeuren indien voor eerder toegekende
toelagen de gevraagde verantwoording niet wordt verstrekt of zolang het agentschap zich verzet
tegen controle.
Indien uit de voorgelegde jaarrekening blijkt dat één of meer door het college niet aanvaarde
reservefondsen werden aangelegd, of dat de door de stad ter beschikking gestelde middelen niet
volledig gebruikt werden, of dat de door de stad ter beschikking gestelde middelen aangewend
werden voor een herbesteding (zgn. roll over), dan kan het bedrag hiervan in mindering worden
gebracht op de dotatie van het daarop volgende jaar.
VIII – Aanpassing overeenkomst – opschortende voorwaarden
Artikel 30.
§1. Deze overeenkomst kan worden herzien binnen zes maanden na de volledige vernieuwing van
de gemeenteraad. De stad verbindt er zich echter toe om geen beleidsprioriteiten voorop te
stellen die onverenigbaar zijn met de prioriteiten die vervat zijn in de statuten van het
agentschap en waarop de algemene economie van deze overeenkomst is gesteund.
§2. Deze overeenkomst kan op verzoek van een van de partijen jaarlijks worden aangepast, voor
zover een dergelijk verzoek tot aanpassing vóór 15 juni aan de andere partij wordt
meegedeeld. Een dergelijk verzoek tot wijziging moet zijn gesteund op gewijzigde
omstandigheden die in het verzoek omstandig moeten worden opgegeven. Indien beide
partijen akkoord gaan omtrent de wijziging, verbinden zij er zich toe om een bijakte op te
stellen waarin de wijzigingen zullen worden opgetekend. Indien partijen echter niet tot een
akkoord kunnen komen met betrekking tot de door een partij voorgestelde wijziging zullen ze,
in overeenstemming met de procedure vervat in artikel 29 §1, de twistpunten aan arbitrage
onderwerpen.
Opgemaakt te Antwerpen, op …… in twee exemplaren. Beide partijen erkennen één exemplaar
ontvangen te hebben.
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 17 van 2
Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
Kopie
District Wilrijk
Districtscollege
Namens Werkhaven Antwerpen vzw
Robert Voorhamme
Voorzitter van de Raad van Bestuur
Voor de stad Antwerpen
Namens de gemeenteraad,
De stadssecretaris
De voorzitter van de gemeenteraad
Roel Verhaert
Patrick Janssens
Artikel 2
Het districtscollege verzoekt de voorzitter van de districtsraad voor om hogervermelde
samenwerkingsovereenkomst voor te leggen aan de districtsraad ter goedkeuring.
Artikel 3
Dit besluit heeft in principe voor de stad geen financiële gevolgen.
Geen afschriften.
besluit districtscollege: 2878 van maandag 17 augustus 2009
Pagina 18 van 2
Download