Aantekening Levensbeschouwing -de joodse groep in de Duitse samenleving was goed geassimileerd (opgenomen). Eind 19e eeuw werden de joden al gediscrimineerd in Duitsland. Dat bleek uit het feit dat door informele maatschappelijke discriminatie, hun plaats in belangrijke instituties werd hen ontzegd. De reactie van de joodse gemeenschap was dat velen hun namen veranderden in iets wat christelijker klonk, of emigreerden naar de VS. -het beroepenveld waar de joden het meest vertegenwoordigd waren, was de zakenwereld en de vrije beroepen. -kenmerkend voor sommige antisemitische splintergroeperingen was de combinatie van de begrippen Duits en Sociaal. Duits impliceerde antisemitisme en sociaal duidde op de ambitie om de massa voor zich te winnen met een partijprogramma van radicale, populistische hervormingen. -het keerpunt in de bonte verzameling van politieke antisemieten in Duitsland was de Tivoliconferentie in 1893, waar met meerderheid van stemmen een eis opgenomen werd om de zich overal opdringende en tot ontbinding leidende joodse invloed op het leven van het volk te bestrijden. Antisemitisme = Jodenhaat. -het verschil tussen traditionele antisemitisme en het semitisme van eind 19e eeuw: traditioneel antisemitisme is gericht tegen het niet-christelijk geloof van de joden (zij hadden immers Jezus vermoord). Het antisemitisme van eind 19e eeuw richtte zich vooral op de joden als raciale minderheid (ze waren minder herkenbaar als religieuze groepering) en propageerde hun totale verbanning uit de maatschappij. -de overgang van traditioneel naar het nieuwe raciale kwam tot stand door Wilhelm Marr. Het boek was hij schreef heette Der Sieg des Judentums über das Germanentum von nichtkonfessionelle Standpunkt ausbetrachtet. De boodschap van dit boek was: de joden moet je niet plaatsen tegenover christenen, maar tegenover Duitsers. Het gaat niet om relegieuze vooroordelen, maar om ras en bloed. -de eerste organisatie met ‘antisemitisme’ in haar naam, was de antisemietenliga uit 1879. Het had als doel het terugdringen van de joodse invloed op het Duitse leven. -de antisemitische partijen bleven een randverschijnsel. Toch gaf hun neer- en ondergang tot op zekere hoogte een bedrieglijk beeld. Dat kwam door het volgende: grotere partijen namen antisemitische ideeën over. Bovendien was het antisemitische vooroordeel sterk genoeg aanwezig in de hogere regionen van de samenleving om de joden er constant aan te herinneren dat zij tweederangs burgers waren in de Duitse natie. Het is echter vreemd dat juist Duitsland het voortouw nam in de uitroeiing van de joden. Duitsland had immers een uiterst cultureel aangepaste joodse gemeenschap. Een land waar openlijk of sterk politiek antisemitisme praktisch niet voorkwam. Welke landen zouden dan wel in aanmerking kunnen komen voor die uitroeiingsactie, volgens Evans? Frankrijk bijvoorbeeld, na de Dreyfusaffaire, of Rusland, waar de tsaristische zwarte 100 grote aantallen joden had vermoord in de kielzog van de mislukte revolutie in 1905. De propaganda van de antisemieten begon eind 19e eeuw gehoor te krijgen. De antisemitische partijen introduceerden een nieuwe volksopruiende ophitsende politieke stijl die zich niets aantrok van de gebruikelijke ingetogenheid van het politieke fatsoen. -Ludwig Woltmann, een Duitse antropoloog, vertegenwoordigde de selectionistische variant van het sociaal Darwinisme die niet een vreedzame evolutie predikte, maar de strijd om te overleven. De Duitsers hadden meer Lebensraum nodig en dit moest bereikt worden ten koste van anderen. Niet omdat het land letterlijk overbevolkt was, maar omdat degene die zulke denkbeelden propageerde, het idee van territoriumdrift uit het dierenrijk overnamen en het toepasten op de menselijke samenleving. Ze idealiseerden ook de oorlog. Ze zagen oorlog als een middel om het Duitse ras te laten voortbestaan of zich te laten gelden tegenover het Latijnse of Slavische ras. Oorlog was een biologische noodzaak. Negatieve selectie is stoppen met de zorg voor zieken, zwakken en gehandicapten, positieve selectie is betere huisvesting, gezondere voeding, hygiëne en volksgezondheid. Men probeerde degeneratie van het menselijke ras tegen te gaan door zwakke exemplaren van het menselijke ras te reduceren of elimineren met behulp van genetica en een eugenetische benadering (= rassenverbetering). Kinderziekten niet behandelen maar de sterke laten overleven. Daarnaast moest een team van doktoren bij elke geboorte bepalen of de baby geschikt was om te overleven. Praktisch iedereen in de bonte menigte wetenschappers, doktoren en propagandisten voor rassenhygiëne, deelden een aantal fundamentele principes: 1. erfelijkheid is belangrijk in het bepalen van het gedrag en karakter van de mens 2. de staat moest de bevolking leiden en de sterke overhalen zich meer voort te planten 3. op rationele wijze werden mensen gerangschikt als waardevol of minderwaardig -het Thule-genootschap is opgericht door Rudolf Baron van Sebottendorff met als leden onder andere Dietrich Eckhart, Rudolf Hess, en Alfred Rosenberg. Het hakenkruis werd door hen als symbool gekozen. Het Thule-genootschap dankt haar naam aan het volgende: een verloren gegaan vaderland van de Germaanse-Teutoonse volken in de vorm van het legendarische eiland Ultima Thule, dat deel uitmaakte van Atlantis. In 1919 werd door het Thulegenootschap de DAP (Deutsche Arbeiders Partei) opgericht, waaruit uiteindelijk de NSDAP zou ontstaan. -er ontwikkelde zich een Weltanschauung, een wereldfilosofie met filosofen als Rosenberg en Darré. Alfred Rosenberg dankt zijn filosofische ideeën aan Houston Stewart Chamberlain. Het belangrijkste boek van Rosenberg heet: der Mythus des 20. Jahrhunderts. De titel van dit boek heeft hij onder andere van Houston Stewart Chamberlain, die schreef namelijk: der Mythus des 19. Jahrhunderts. -de grote nazi-ideoloog achter de Bloed en Bodem gedachte was Walter Darré. Dit houdt het volgende in: Duitsers zien zichzelf als een superieur ras dat door zijn omgeving (Heimat) gekneed is. Het originele bloed wordt gehard door eeuwenlange aanraking met de plaatselijke bodem: het leven hergevend middel. -De relatie tussen gemeenschap en individu binnen de nationaalsocialistische filosofie is het volgende: het individu heeft alleen betekenis als een lid van het volk. Individuele vrijheid is een mythe. De enige ware vrijheid is om te dienen als een lid van de gemeenschap. -Volgens Roberts hebben de nazi’s het taboesysteem in zijn geheel hersteld. Als een lid tegen enig onderdeel van het gemeenschappelijk systeem zondigt, al was het in zijn binnenste gedachte, dan zal het hele gebouw instorten. Volgens Roberts is het niet terecht dat de nazistaatsfilosofie werd toegejuicht als de kern van moderniteit, want zij is volgens hem precies de filosofie van de priesters in gemeenschappen van wilden.