Bijlage 1 Kader voor participatie in het markt-deel van windpark Elzenburg De Geer Inleiding Participatie van inwoners en bedrijven is steeds meer een uitgangspunt bij de ontwikkeling van windmolenparken. De participatie in het proces wordt in dit stukje buiten beschouwing gelaten. Het gaat hier om participatie in het project door middel van financiële participatie en zeggenschap. Door (project) participatie kan de windmolen voor een deel een “eigen” windmolen worden die naast de last ook een stukje lust oplevert. Er kan een koppeling met het eigen energiegebruik worden gelegd waardoor naast een financieel rendement en zeggenschap ook het idee van het zelf gezamenlijk opwekken van duurzame energie vorm krijgt. Dit geldt zeker als de energie ook via de betrokken energieleverancier wordt afgenomen. Het rendement van de windmolen kan hierdoor voor een deel lokaal terecht komen en helpen in sociale cohesie. Voor het deel van het windpark dat door de energiecoöperatie of de gemeente wordt geëxploiteerd kunnen de participatiemogelijkheden volledig zelf worden ingevuld. Door de energiecoöperatie is in haar aanbieding hier invulling aan gegeven. Een ander deel van het windmolenpark Elzenburg De Geer wordt ontwikkeld op particuliere gronden. Met een aantal van deze eigenaren heeft Raedthuys overeenkomsten over opstalrechten gesloten. Voor het door Raedthuys te ontwikkelen deel van het park moeten afspraken gemaakt worden op basis waarvan de gemeente bereid is om de bestemmingsplan- en vergunning-procedure voor deze windmolens uit te voeren. De te maken afspraken kunnen betrekking hebben op het afstaan van een deel van het rendement van het park aan lokale partijen of aan een lokaal duurzaamheidsfonds. Daarnaast gaan de afspraken over storting in het omgevingsfonds / leefbaarheidsfonds en over vergoeding van kosten die door de gemeente zijn gemaakt of worden gemaakt ten behoeve van de ontwikkeling van het park. Deze kaders voor de afspraken met Raedthuys kunnen ook als voorbeeld gelden voor afspraken met andere ontwikkelaars van windmolens in Oss. Positie Raedthuys Raedthuys is een energie maatschappij die uitsluitend door hen zelf opgewekte groene energie verkoopt (zon en wind). Ze ontwikkelen windmolens voor eigen exploitatie, niet voor de verkoop van windmolens. Raedthuys zag kansen in Oss en heeft afspraken gemaakt met particuliere grondeigenaren over een opstalrecht voor het plaatsen van windmolens. Het betreft overeenkomsten tot het vestigen van een recht van opstal ten behoeve van één of meer windmolens. De inhoud van de overeenkomsten is ons bekend. De overeenkomsten geven Raedthuys gedurende een lange periode het exclusieve 1 recht tot het bouwen en exploiteren van windmolens op grond van de particulieren. De overeenkomsten geven Raedhuys juridisch een sterke positie. Op grond van de particulieren in het gebied is het met de energiemaatschappij Raedthuys mogelijk om opwekking van duurzame energie in Oss mogelijk te maken. Hiermee wordt een deel van de ambitie van Oss ingevuld. Zonder Raedthuys kunnen de particuliere gronden voorlopig niet worden benut. Gezien de gemeentelijke ambitie om duurzame energie op te wekken is dit geen logische keuze. Conclusie: het is juridisch niet mogelijk om op grond van deze particulieren duurzame energie op te wekken zonder Raedthuys, en er is ook geen aanleiding om dit te doen zolang er met Raedthuys goede afspraken te maken zijn. Mocht de gemeente besluiten om niet mee te werken aan een RO procedure voor plaatsing van windmolens op particuliere grond dan zou de provincie dit traject over kunnen nemen. Kaders voor afspraken met Raedthuys Voor het deel van het park dat door Raedthuys zal worden geëxploiteerd moeten afspraken worden gemaakt. Het gaat om de volgende onderwerpen: 1. Afstaan deel rendement Een deel van het rendement van het park moet in Oss terecht komen, hetzij door afstaan van het bouwrecht voor een molen, hetzij door een storting in het duurzaamheidsfonds. In eerdere gesprekken met Readthuys over participatie stond Moerdijk model. In Moerdijk worden de bouwrechten van 25% van de molens over gedragen aan een lokale partij. Hiermee wordt in feite afstand gedaan van 25% van het rendement van het park. Mochten er in Oss minder dan 4 molens in het Raedthuys deel komen dan wordt het afgeven van bouwrechten lastig. We zouden dan kunnen opteren voor een jaarlijkse storting van een deel van het rendement in het duurzaamheidsfonds. 2. Mogelijkheden voor financiële participatie Gedacht kan worden aan de mogelijkheid om inwoners obligaties te laten kopen die een rendement hebben boven de marktrente. In Moerdijk wordt hiervoor gehanteerd: 2% boven de 5-jaarsdeposito rente. Per molen kan hiervoor een bedrag worden afgesproken, bijvoorbeeld€ 250.000 per molen. Overigens hanteert de provincie bovenstaande uitgangspunten voor het gehele windmolenpark langs de A16. Deze uitgangspunten zijn vertaald in een Green Deal. Hiermee hebben deze uitgangspunten een breed draagvlak gekregen. Het gaat hier in totaal over een groot aantal windmolens, maar een variërend aantal per projectontwikkelaar. Bovenstaande participatiemogelijkheden kosten de exploitant rendement. Denkbaar is dat gekozen wordt voor één van de twee onderdelen in plaats van alle twee. Als er al ruime financiële participatie mogelijkheden komen in het ECO/gemeentelijk park, gecombineerd met zeggenschap, kan het mogelijk beter zijn om Raedthuys alleen bij te laten dragen in het duurzaamheidsfonds. Voorkomen wordt dan dat twee partijen een financieel product aanbieden 2 voor participatie in windmolens. Voor duidelijkheid en heldere communicatie is het veel beter om de financiële participatie te laten bij het gemeentelijk deel van het windmolenpark, en voor het Raedthuys deel in te zetten op een bijdrage van Readthuys aan het duurzaamheidsfonds. Deze bijdrage zou dan in waarde een combinatie van de twee verschillende beschreven delen van lokale participatie moeten zijn. Naast de participatie moeten afspraken worden gemaakt over het Omgevingsfonds en het vergoeden van kosten. 3. Stortingen in het omgevingsfonds Hiervoor geldt de landelijke NWEA afspraak van € 0,40 tot € 0,50 per MWh. In Moerdijk is deze op de bovengrens van € 0,50 gesteld. Qua orde van grootte kan gedacht worden aan een bedrag van € 1200 per MW opgesteld vermogen per jaar. Dus een molen van 3 MW draagt jaarlijks ca. € 3600 bij aan het omgevingsfonds. Besteding van het omgevingsfonds kan variëren van een financiële tegemoetkoming aan direct omwonenden tot investeringen in de openbare ruimte (b.v. speelplaatsje) of in de natuur. Beheer en bestuur van dit fonds moet nog nader worden uitgewerkt. Dit onderdeel is wat ons betreft geen discussie, en ook niet uitwisselbaar met de andere onderdelen. 4. Vergoeding / verdeling van ontwikkelkosten Door partijen zijn en worden ontwikkelkosten gemaakt. Door Raedthuys zijn kosten gemaakt in de beginfase in het opzetten van varianten en de communicatie hierover met de omgeving. Daarnaast worden door Raedthuys nu kosten gemaakt voor de windsterkte meting. Het overgrote deel van de kosten wordt door de gemeente gemaakt in de Mer procedure en het voorbereiden van besluitvorming over het windmolenpark. Deze kosten moeten worden verdeeld over de verschillende partijen die gaan exploiteren. 5. Garantie voor planschade Planschade is een normaal risico wat meegenomen wordt in de ontwikkeling van economische activiteiten en komt altijd bij de initiatiefnemer terecht. In dit geval, waar er meerdere windparken naast elkaar geëxploiteerd gaan worden draagt ieder zijn eigen planschade, als dat rechtstreeks toewijsbaar is. Als de planschade een gevolg is van meerdere parken wordt deze verdeeld conform berekening van de planschade. 6. Uitvoeringsaspecten (zoals type windmolen, aansluitingen op het elektriciteitsnetwerk, ….). Voor de hand liggend is dat er naar de bouw en exploitatiefase toe door de verschillende exploitanten van de delen van het windmolenpark afspraken gemaakt worden over het type windmolen, aansluitingen, eenduidigheid in voorzieningen (elektriciteitskasten e.d.) . Door de gemeente zullen eisen gesteld worden dat de exploitanten hun molens, werkzaamheden e.d. afstemmen zodat het beeld van één windmolenpark ontstaat. Het is aan de exploitanten om te besluiten hoe ver in de realisatiefase deze samenwerking gaat. 3 Nadat uw raad over deze kaders is besloten kunnen afspraken met Raedthuys worden gemaakt. Dat kan in de vorm van een intentie overeenkomst. Op de participatiemogelijkheden voor het gemeentelijke deel van het park zal worden ingegaan bij de beschrijving van het exploitatiemodel ECO / gemeente. 4