Voorbeeld toets INFORMATICA PTA toets Havo– 4 T43 Blok 3: Algoritmen en programma’s Programmeertalen Object georiënteerde programmeertalen Programmeren in Visual Basic.NET Programmeren JavaLogo Programmeren Object Pascal Programmeren - PHP mei 2010 Tijdsduur: 90 minuten Toegestane hulpmiddelen: geen. Deze toets bestaat uit 20 vragen. Lever net werk in. 1. Het volgende stukje code is een voorbeeld van: A. Machinetaal B. Assembleertaal C. Hogere programmeertaal LOAD CMP JNE ADD LOAD D0, 1234, D0, #12 verder D0, #1 1234, D0 Antwoord: A is uitsluitend 1 en 0 C is bijvoorbeeld VB.Net Goede antwoord is B 2. Een leerling wil een stukje code schrijven voor het maximum bepalen van 3 getallen a,b en c. Hij bedenkt de volgende code: function Max(a,b,c) if (a >c and a>b) return a else if a > b return c else return b end a. Wat is de uitkomst van Max(3,3,1) ? Antwoord 3 b. Wat is de uitkomst van Max(2,6,3) ? Antwoord 6 c. Wat is de uitkomst van Max(1,1,4) ? Antwoord 1 1 3. Het blijkt dat de bovenstaande code niet goed is. Hoe moet de leerling de bovenstaande code veranderen om het wel te laten werken? Lees verder → Antwoord function Max(a,b,c) if (a >c and a>b) return a else if b > c return b else return c end 4. a. Noem een voorbeeld van een object georiënteerde programmeertaal. antwoord: Java, VB.Net …….. b. In een objectgeoriënteerde programmeertaal wordt gebruik gemaakt van objecten is het programma zelf ook een object. Licht je antwoord toe. antwoord: Ja niet alleen een knop of een textbox is een object maar alles met eigenschappen is een object dus ook een Form. 5. In een programma zet ik °C om in °K middels de formule: C + 173 -> K. De echte formule is echter (voor het geval je dit niet weet): C + 273 -> K. Dit is een voorbeeld van een: a. b. c. syntactische fout semantische fout logische fout in het programma. Licht je keuze toe! Antwoord: Wanneer per ongeluk een type fout is gemaakt is er sprake van een syntactische fout. Wanneer er geen typefout gemaakt is is er sprake van een sematische fout, de programmeur kende de juiste formule niet! 6. Gegeven het volgende programmadeel in Pascal: a := 5; b := 12; x := a<b; while x do a:=a+1; Dit programmadeel stopt a. als a = b. 2 b. als a<b. c. als a>b. d. niet. X is een boolean waar of niet waar, zodra a<b geldt is x waar Als a=b dan stopt het programma want dan is x niet waar. Dan geldt immers niet meer a<b. 7. Bekijk de volgende code in Visual Basic. Textbox1.Text=”Groen” a. Wat is in bovenstaande code het object ? antwoord: Textbox1 b. Wat is in bovenstaande code de methode ? antwoord: .Text 8. a. De volgende code is geschreven in Lazarus. x1 := StrToFloat(s1); Leg uit wat deze code doet. Antwoord: Deze code zet s1 een string (iets tussen “” ) om in een float een getal met een komma erin. b. Lazarus is zogenaamd open source. Wat wordt daarmee bedoeld ? Antwoord : Open source wil zeggen dat de broncode voor iedereen beschikbaar is , je mag de broncode ook aanpassen. Lees verder → 9. Hieronder zie je een afbeelding van de webpagina, die hoort bij een script: 3 Opdracht schrijf de code van het script in PHP. Antwoord: <?php $woord = "Hallo wereld"; $geheel_getal = 234; $decimaal_getal = 23.4; print("$woord <br />"); print("\$36,- <br />"); print("$geheel_getal <br />"); print("$decimaal_getal"); ?> 10. Geef een voorbeeld van een keuzestructuur. antwoord: If a>b then c=3 11. Maak van onderstaand stukje programma een PSD Diagram. int abs (int k) { int resultaat; if (k < 0) resultaat = -k; else resultaat = k; return resultaat; 4 } k is een int, resultaat is een int lees in k K<0 resultaat =k resultaat= -k Toon resultaat 12. a. Van welk type is k in bovenstaand voorbeeld ? antwoord: k is een integer (een geheel getal) b. Van welk type is k<0 in bovenstaand voorbeeld ? antwoord: k < 0 is een boolean (waar of niet waar) 13. Bekijk het volgende stukje (namaak)programmacode: i := 1 herhaal zolang i <= 10 product := 8 * i druk af product i := i + 1 Wat is de uitkomst van dit programma. (Wat zie je als resultaat op het scherm verschijnen ? ) Antwoord : 8 16 …. 80 5 Lees verder 14. →. Bekijk het volgende programma. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 program druk_kleinste_getal (input, output); {Programma leest vier getallen in en zoekt het kleinste getal} var getal1, getal2, getal3, getal4, kopie : integer; begin {Inlezen vier getallen} read (getal1, getal2, getal3, getal4); {Bepalen van het kleinste getal} if getal1 < getal2 then kopie := getal1 else kopie := getal2; if getal3 < kopie then kopie := getal3; if getal4 < kopie then kopie := getal4; {Afdrukken van het kleinste getal} writeln (kopie); end. Stel de volgende getallen worden ingelezen: 5, 7, 4, 6 Welke waarden hebben de variabelen na uitvoering van regel 19? Getal1 Getal2 Getal3 Getal4 Kopie R.14 5 7 4 6 0 R.20 15. 5 7 4 6 6 Welke waarden hebben de variabelen in bovenstaand voorbeeld in regel 27 ? R.27 Getal1 ___5____ Getal2 ____7___ Getal3 ___4__ 6 Getal4 Kopie ____6____ ___6____ Lees verder →. De vragen 16 t/m 20 gaan over vis ual basic.net 2003 Bekijk de volgende code in VisualBasic.Net 2003. Dim X,Y,Z as integer Dim aap,noot , mies as string X=1 Y=2 Z=X + Y aap=”appel” noot = 5 mies =”5” Text1.text =mies Text2.text=mies + aap Text3.text =Text1.text 16. Van welk type is Z ? antwoord: C ( Z is een integer immers Dim Z as integer) A. String B. Boolean C. Integer D. Double 17. In welke regel komt er een foutmelding? antwoord: B ( je vergelijkt een string met een integer ) A. aap=”appel” B. noot = 5 C. mies =”5” D. Text1.text =Cstr(Z) 18. Schrijf een stukje code in visual basic. Command1 is een commandbutton. Textbox1 is een textveld Textbox2 is een textveld Als er op de commandbutton wordt geklikt verhuist de tekst van Textbox1 naar Textbox2 en wordt Textbox1 leeg gemaakt. Schrijf de code. Command1_click() 7 antwoord: Textbox2.text= Textbox1.text Textbox1.text=”” ……………….. End Sub 19. Van welk type variabele is in visualbasic.net een kommagetal. antwoord: bijvoorbeeld Double 20. Iemand wil in visualbasic een kleur laten kiezen. Hij wil laten kiezen tussen de kleuren geel, blauw en oranje. Hij wil slechts 1 object gebruiken. Welk object, geef de naam is hiervoor geschikt om uit de toolbox te kiezen ? Een combobox Einde Opgaven ook inleveren ! 8