Actieve bijeenkomst conditionering 17 september 2013 (HWBP-2 en waterschappen) Verslag workshop vergunningen, planologie, gecoördineerde besluitvorming, overeenkomsten met omgeving Dijkbeheerders krijgen bij de voorbereiding en uitvoering van projecten te maken met vergunningen, planologie en gecoördineerde besluitvorming in het kader van het projectplan Waterwet. In een aantal gevallen worden ook samenwerkings- of realisatieovereenkomsten gesloten. De workshop beoogt ervaringen en vragen uit te wisselen opdat duidelijk wordt waar beheerders en HWBP elkaar kunnen helpen. Het HWBP heeft zowel een toetsende als een adviserende rol bij de uitvoering van het programma en kan zijn adviesrol beter uitoefenen als er een goed beeld ontstaat van de (positieve en negatieve) ervaringen. Aan de hand van vragen en ervaringen ontstaat een discussie over een aantal onderwerpen: De provincie heeft een wettelijke rol om de besluitvorming over uitvoeringsbesluiten, behorende bij het projectplan Waterwet, te coördineren. Provincies blijken deze rol wisselend in te vullen (actief of minder actief). In veel gevallen beperkt de coördinatie zich tot de belangrijkste vergunningen die tegelijkertijd met het projectplan worden voorbereid (bijvoorbeeld de Nb-wet vergunning). Marjolein Meerburg (WSHD) heeft ervaring met de situatie dat de provincie besloot alle vergunningen te coördineren, dus ook de vergunningen die de aannemer contractueel dient aan te vragen. In dat geval zullen meerdere vergunningclusters op verschillende momenten worden gecoördineerd en doorlopen ze de openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 Awb. Vergunningen krijgen daardoor in veel gevallen een langere doorlooptijd. Het vertragingsrisico in de uitvoering werd in dit geval beperkt door met de provincie en het bevoegde gezag kortere termijnen voor de besluitvorming af te spreken. Belangrijk is dat je vooraf weet waar je aan toe bent. De beheerder kan hierop sturen door tijdig te afspraken te maken over de invulling van de coördinatierol van de provincie en hiermee rekening te houden in zijn planning. Om vertraging te voorkomen is het ook belangrijk om te weten of de provincie qua organisatie en capaciteit voldoende is ingericht op de coördinatie van de uitvoeringsbesluiten. Het vorige punt speelt in toenemende mate een rol spelen omdat beheerders steeds meer werken met moderne contractvormen zoals design en construct, waarbij de aannemer meer verantwoordelijkheid krijgt voor de vergunningen. Bij de keuze van de contractvorm dien je na te denken over de consequenties. De (meeste) vergunningen kunnen door de aannemer worden aangevraagd, maar over planologie zijn de meningen verdeeld. Het moet mogelijk zijn dat de aannemer de planologie voor zijn rekening neemt, maar veel waterschapsbesturen zijn hier waarschijnlijk nog niet aan toe. Het hangt ook van de aard van het project af of het zinvol en mogelijk is. Met name als er naast de veiligheidsopgave meerdere belangen een rol spelen (natuur, recreatie e.d.) dan kan je de regie op het uiteindelijke resultaat verliezen. Anderzijds kan een aannemer door zijn pragmatische aanpak mogelijk een even goed resultaat realiseren. Vergunningen, planologie e.d. dienen tijdig voorbereid te worden. In beginsel zo vroeg mogelijk. In de planfase wordt veel gebruik gemaakt van vergunningenscans. Daarnaast beschikt bijvoorbeeld het HHNK over een draaiboek voor de aanpak van vergunningen en planologie. Dit is echter geen blauwdruk. Elk project is uniek en vraagt een eigen afweging hoe met deze onderwerpen wordt omgegaan. Verder is het van belang om het bevoegde gezag zo vroeg mogelijk bij het project te betrekken. Afhankelijk van de omvang en complexiteit van het project kan een ambtelijke begeleidingsgroep (ABG) van het gezamenlijke bevoegde gezag worden ingesteld. Er wordt beperkt gewerkt met samenwerkingsovereenkomsten (SOK) en realisatieovereenkomsten (ROK). Deze zijn niet in elk project noodzakelijk. Ze hebben vooral een functie als er meerdere projectdoelen zijn of als het een complex project betreft. Het algemene gevoel is wel dat een SOK en ROK bijdragen aan het vergroten van het draagvlak voor het project en daarom altijd overwogen moeten worden. Ze kunnen ook het verschil maken in de medewerking van het bevoegde gezag.