Relatie met Passend Onderwijs - College voor de Rechten van de

advertisement
gelijke behandeling
en
passend onderwijs
 25 maart 2014
 Actieweek passend onderwijs
Voorstellen
 Domenica Ghidei – lid van het College voor de Rechten
van de Mens
 Dick Houtzager – lid van het College voor de Rechten
van de Mens
 Marije Graven – beleidsmedewerker
 Annjet Swarte – stafjurist
 Elsa van der Loo – medewerker front office
2
Programma
 Presentatie over de wet gelijke behandeling op grond
van handicap of chronische ziekte en de verhouding
met passend onderwijs
 Interactief gedeelte: discussie in groepen aan de hand
van een aantal vragen
 Pauze
 Terugkoppeling uit de groepen
 Een stap verder: bespreking van de signalen uit de
groepen, bespreking knelpunten en mogelijke
oplossingen, welke stappen moeten er worden genomen
3
College voor de Rechten van de Mens
Sinds 1 oktober 2012, opvolger van de CGB
Taken, onder meer:
 Adviezen uitbrengen
 Onderzoek doen
 Oordelen uitbrengen (gelijke behandeling)
 Voorlichting/deskundigheidsbevordering
 Rapportages en aanbevelingen
Omvang:
 11 Collegeleden
 Rond de 50 medewerkers
4
Taken College van de Rechten van de
Mens tav Gelijke behandeling
 Non discriminatie / gelijke behandeling is een
mensenrecht
 (Gevraagd en ongevraagd) adviseren
 Onderzoek uit eigen beweging
 Voorlichting/deskundigheidsbevordering
 Geven van oordelen
 Telefonisch spreekuur (werkdagen 10.00 - 16.00)
 Informatie per e-mail
5
Verbod van discriminatie 1
 De Nederlandse wet verbiedt het maken van
onderscheid op grond van ‘irrelevante’
persoonskenmerken
 Mensen in gelijke gevallen gelijk behandelen
 Gelijke behandeling betekent soms een uitzondering
maken of iets extra’s doen
 Niet elk onderscheid tussen mensen is verboden.
Onderscheid dat volgens de gelijke behandeling niet is
toegestaan = verboden onderscheid of discriminatie
 Opzet is niet van belang
6
Verbod van discriminatie 2
 Gebaseerd op art 1 Grondwet en Europese regelgeving
 Discriminatiegronden:
* Ras (afkomst), geslacht, godsdienst of levensovertuiging,
seksuele gerichtheid, politieke overtuiging, burgerlijke staat,
nationaliteit, leeftijd, handicap of chronische ziekte
* voltijds/deeltijd contract, contract voor bepaalde of onbepaalde
tijd
 Terreinen:
* arbeid, toegang tot het vrije beroep, lidmaatschap vakbond
* goederen en diensten (waaronder wonen en openbaar vervoer)
* onderwijs (niet voor leeftijd)
7
De WGBH/CZ
 Wet gelijke behandeling op grond van handicap of
chronische ziekte
 Wet uit 2003
 Van toepassing op arbeid, beroepsonderwijs
 Beroepsonderwijs in brede zin
 Sinds 2009 ook op primair en voortgezet onderwijs
 Sinds 2009 ook op wonen en sinds 2012 op openbaar
vervoer (wordt nog verder uitgebreid)
 Niet van toepassing op speciaal onderwijs
8
Begrip handicap/chronische ziekte
 Geen definitie
 Het gaat om beperkingen die fysiek, verstandelijk of
psychisch van aard zijn. Vaak onomkeerbaar, in ieder
geval langdurig van aard
 Ook vermeende handicap of chronische ziekte
 Ook indien ‘mede’ een rol speelt/heeft gespeeld
9
Normen in de WGBH/CZ - 1
Onderscheid is verboden bij (art 6):




Toelating tot het (beroeps)onderwijs
Loopbaanorientatie en beroepskeuzevoorlichting
Tijdens het onderwijs (‘toegang tot en aanbieden van’)
Afnemen van toetsen
Meestal gaat het om:
- toelating
- aanpassingen voor volgen onderwijs/toetsen
10
Normen in de WGBH/CZ – 2 Bewijslast
Omgekeerde bewijslast (art 10)
 Degene die meent dat in zijn nadeel onderscheid wordt
gemaakt / degene die zich gediscrimineerd voelt
 Moet feiten aanvoeren die dat onderscheid kunnen
doen vermoeden
 Als diegene daarin slaagt, moet de tegenpartij
bewijzen dat niet in strijd met de wet is gehandeld.
Dus geen bewijs van discriminatie, vermoeden is genoeg.
Wel feiten die dat vermoeden staven.
11
Normen in de WGBH/CZ - 3
 Verbod van onderscheid
• Direct onderscheid (art 1)
• Indirect onderscheid (art 1)
• Intimidatie (art 1a)
• Nalaten doeltreffende aanpassing (art 2)
 Uitzonderingen in de wet opgesomd (art 3)
 Geschiktheidseisen mogen, mits noodzakelijk en
passend. Staat niet in de wet: volgt uit oordelen.
12
Doeltreffende aanpassing
• Doeltreffend: geschikt en noodzakelijk voor individu
met h/cz
• Zelfde als (extra) ondersteuning
• Leerling/ouder moet kenbaar maken dat hij een
aanpassing wil;
• Onderzoeksplicht school
• Verplichting school om aanpassing te treffen
• Doeltreffende aanpassing hoeft niet als het
onevenredig belastend is
13
Onevenredige belasting
Feiten en omstandigheden die bij de afweging een rol
spelen:

grootte van de organisatie of instelling;

noodzakelijke investeringen en kosten voor het
aanbrengen van de aanpassing;

beschikbare financiële tegemoetkomingen;

operationele en technische haalbaarheid van de
aanpassing;

financiële draagkracht van de instelling;

belang van andere leerlingen/studenten.
14
Relatie met Passend Onderwijs
 WGBH/CZ blijft bestaan naast Passend Onderwijs
Versterking
 Zelfde doel: leerlingen met een beperking zo veel als
mogelijk mee laten doen met regulier onderwijs
 Past ook in uitgangspunt van VN Verdrag voor mensen
met een beperking: inclusieve samenleving
 Beide wetten verplichten scholen uit te gaan van de
mogelijkheden van leerlingen/studenten en creatief te
denken over ondersteuning/aanpassingen
15
Relatie met passend onderwijs 2a
Mogelijke knelpunten
De WGBH/CZ gaat uit van een eigen verantwoordelijkheid
van de school bij beoordeling of aanpassingen kunnen
worden getroffen en of leerling kan worden toegelaten
Kan knellen met afspraken binnen over:
- niveau van basisondersteuning, verdeling van middelen
- specialisatie van scholen
- voorrang voor leerlingen uit eigen regio
16
Relatie met passend onderwijs 2b
Verplichting vanuit WGBH/CZ
 élke school een onderzoeksplicht voor élke leerling.
 Onderzoek of aanpassing/ondersteuning mogelijk is.
Afspraken in samenwerkingsverband over verdeling
middelen mogen rol spelen, maar bekijk ook wat
daarnaast mogelijk is
 Gelijke behandeling = neem elke aanmelding serieus.
Stuur leerling niet gelijk door naar ‘gespecialiseerde’
school maar onderzoek of je zelf onderwijs kan bieden
17
Relatie met passend onderwijs 3
 Gelijke behandeling van leerlingen betekent niet dat
alle regio’s precies dezelfde ondersteuning moeten
bieden
 Het gaat erom dat leerlingen zo veel als mogelijk mee
kunnen doen met het reguliere onderwijs, hoe dat is
geregeld is niet van belang: als het maar werkt.
18
Oordeel van het College voor de Rechten
van de Mens
 Leerlingen/scholieren/studenten/ouders die het niet
eens zijn met afwijzing/weigering gevraagde
aanpassing/verwijdering
 Verzoek om een oordeel bij
 College voor de Rechten van de Mens
 Geschillencommissie Passend Onderwijs
 Procedure bij College is gratis, laagdrempelig,
juridisch. Niet-bindend oordeel. Mediation.
 Anti-discriminatiebureau
19
Wie kunnen om een oordeel van het
College vragen
Naast leerling/scholier/student of ouder ook:
Belangenorganisatie (ADB’S, ouderorganisaties)
 Onderwijsinstelling
 School en ouders samen
 Medezeggenschapsraad
 Regionaal samenwerkingsverband van scholen
 Samenwerkingsverband en ondersteuningsplanraad
samen
De onderwijsinstelling of het samenwerkingsverband kan
vragen om een ‘oordeel omtrent het eigen handelen’
20
Over welke instellingen kan een oordeel
worden gevraagd?
 Onderwijsinstellingen in het primair en voortgezet
onderwijs (sinds 1 augustus 2009)
 Onderwijsinstellingen in het beroepsonderwijs:
praktijkonderwijs, mbo, hbo, wo
 Samenwerkingsverbanden als zij beslissingen nemen die
de oorzaak zijn van de discriminatieklacht
 Niet: speciaal (voortgezet) onderwijs
 Niet: Ministerie van OCW, Onderwijsinspectie, College
voor Examens etc
21
Oordelen over WGBH/CZ en onderwijs in
de afgelopen 10 jaar











22
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
0
0
0
2
0
0
3
11
10
15
17
Oordelen over:





Po: 5
Vo: 23
Mbo: 13
Hbo: 10
Wo: 6
 Onbevoegd: 2x
23
VN Gehandicaptenverdrag
VN verdrag inzake de rechten van mensen met een beperking




Recht op onderwijs
Recht op passende ondersteuning
Recht op redelijke aanpassingen
Recht op inclusief onderwijs
 Nl heeft ondertekend, maar nog niet geratificeerd
 Er mag geen beleid of wetgeving worden gemaakt dat in strijd is
met het verdrag
 College voor de Rechten van de Mens wordt het nationale
monitoringsinstituut
24
Voor meer informatie:
College van de Rechten van de Mens (College)
Kleine Singel 1-3
Postbus 16001
3500 DA Utrecht
T 030-8883888
F 030-8883883
E [email protected]
W www.mensenrechten.nl
25
Download