T-cel lymfoom en beenmergcytologie

advertisement
T-cel lymfoom
en
beenmergcytologie
Jeanette Doorduijn
Hematoloog
Erasmus MC Rotterdam
Patient
 22 jarige man
 Zwelling in hals links
 15 kg afgevallen, periode met nachtzweten, maar gestopt, geen koorts
 Periode slechte eetlust, ook weer over
 Lab
 Hb 7,2 leuco 3,2 tr 149
 Diff: 8% eo’s, 1% baso’s, 54% neutro’s, 26% lymfo’s, 11% mono’s
 LDH verhoogd: 443
Patient
 Klieren:
 hals, mediastinum
 nierhilus
 inguinaal
 Vergrote milt
Patient
 PA lymfklier hals: WHO 2008 perifeer T-cel lymfoom NOS
 Stadium tenminste st IIIB (klieren boven en onder diafragma)
 Beenmerginfiltratie?
 Aspiraat, flowcytometrie en biopt
klierbiopt
CD3
CD20
Morfologie beenmerg
morfologie
flowcytometrie
 Afwijkende T-celpopulatie, fenotype:
 CD3+/CD4+/Cd8-/CD2+/CD5+/CD7-/TdT-/CD1a-/cyCD3+/TCL1/CD30-/CD16-/CD57-/ TCRab+/Vbeta2+.
 Beeld zou kunnen passen bij T-cellymfoom
cristabiopt
 Plaatselijk zijn er soms grote geclusterde lymfocytaire infiltraten te zien.
Deze bestaan uit kleine lymfoide met geringe kernatypie. De
geklusterde lymfocytaire cellen zijn positief voor CD2, CD4, CD5 en
CD3.
 Conclusie: celrijk beenmerg met lokalisatie van enkele compacte T-cel
infiltraten. Compatibel met lokalisatie van de bij de patient bekende Tcel lymfoom.
T-cellen
 T-lymfocyten ontstaan uit hematopoietische stamcellen in het
beenmerg.
 Migratie naar thymus (vandaar T-cel)
 Rijping in de thymus, cellen eerst CD4 en CD8 negatief (dubbel neg)
 Daarna stadium waarbij beiden positief zijn (dubbel pos)
 Veel cellen (98%) ondergaan apoptose (als tegen “zelf” gericht)
 T-cel genherschikking, en uiteindelijk CD4 of CD8 pos (single pos)
 Rijpe T-cel naar bloed en lymfklieren
T-cellen
Maligne T-cellen
 Onrijpe maligne T-cel: T-ALL
 Rijpe maligne T-cel: T-cellymfoom
 12% van lymfomen
 Vaker in Azie




















T-cell prolymphocytic leukemia
T-cell large granular lymphocytic leukemia
Chronic lymphoproliferative disorder of NK-cells*
Aggressive NK cell leukemia
Systemic EBV+ T-cell lymphoproliferative disease of childhood
(associated with chronic active EBV infection)
Hydroa vacciniforme-like lymphoma
Adult T-cell leukemia/ lymphoma
Extranodal NK/T cell lymphoma, nasal type
Enteropathy-associated T-cell lymphoma
Hepatosplenic T-cell lymphoma
Subcutaneous panniculitis-like T-cell lymphoma
Mycosis fungoides
Sézary syndrome
Primary cutaneous CD30+ T-cell lymphoproliferative disorder
Lymphomatoid papulosis
Primary cutaneous anaplastic large-cell lymphoma
Primary cutaneous aggressive epidermotropic CD8+ cytotoxic
T-cell lymphoma*
Primary cutaneous gamma-delta T-cell lymphoma
Primary cutaneous small/medium CD4+ T-cell lymphoma*

Peripheral T-cell lymphoma, not otherwise specified



Angioimmunoblastic T-cell lymphoma
Anaplastic large cell lymphoma (ALCL), ALK+
Anaplastic large cell lymphoma (ALCL), ALK–*

WHO classificatie T-cellymfomen
Peripheral T-cell lymphoma, NOS
WHO classificatie T-cellymfomen

 Peripheral T-cell lymphoma, not otherwise specified
Angioimmunoblastic T-cell lymphoma
26%
18%
 Anaplastic large cell lymphoma (ALCL)
12%
 Extranodal NK/T-cell lymphoma
10%
T-cellymfomen

 Mediane leeftijd 60 jaar
 Meer bij mannen
 Vaak stadium III of IV
 Vaak B-symptomen (nachtzweten, koorts, gewichtsverlies)
 Vaak extranodale lokalisaties, mn huid en gastrointestinaal
 In beenmerg ook vaak reactieve veranderingen:
morfologie
morfologie
morfologie
Hemofagocytose
 Hemofagocytose is geassocieerd met T-cel lymfoom
 Door activatie van T-cel receptor?
 Door bepaalde cytokines? (TNFalpha)
 Hemofagocytair syndroom: koorts, pancytopenie, gestoorde stolling,
fors verhoogd ferritine, hepatosplenomegalie
 Differentiaal diagnose: virus associated haemophagocytosis
 Cytokine release kan ook eosinofilie verklaren (interleukine 5)
Reactieve veranderingen
 Eosinofilie
 Toename van plasmacellen (polyclonaal)
 Toename van macrofagen
 Haemofagocytose
Prognose
 T-cel lymfomen hebben een slechte prognose
 Complete remissie na therapie: 50%
 Na CHOP is 5 jrs overall survival 20-30%
 In studieverband wordt nu de waarde van toevoeging van alemtuzumab
aan CHOP onderzocht.
Alemtuzumab
 Alemtuzumab is een monoclonaal tegen CD52, een antigeen op
normale en maligne B- en T-cellen
 Maligne T-cellen hebben veel CD52 op hun oppervlak
 Bijwerkingen:
 CMV reactivatie
 Aspergillus pneumonie
 EBV lymfoproliferatieve ziekte (PTLD)
 Immuunsuppressief  bestraalde bloedproducten
 Profylaxe tegen pneumocystis en herpes virussen
Patient
 Geincludeerd in Hovon 90 studie
 Na 6 kuren CHOP partiele remissie, beenmerg schoon
 Consolidatie met autologe stamceltransplantatie
 Evaluatie na transplantatie: complete remissie, PET neg.
 6 maanden na autologe transplantatie: aanhoudend CR
Download