Particuliere hulporganisaties Jakub Kieryl & Evelien Franken Maatschappijwetenschappen Meneer Jackson H4F – 21 februari 2015 1 Inhoud Schutblad Inhoud War Child - het hoofddoel Structuur van War Child Financiën van War Child Projecten van War Child Oeganda Projecten van War Child Nederland Oxfam Novib – het hoofddoel Structuur van Oxfam Novib Financiën van Oxfam Novib Projecten van Oxfam Novib – Libanon Projecten van Oxfam Novib – Nigeria Nawoord Pagina 1 Pagina 2 Pagina 3 Pagina 4 Pagina 5 Pagina 6 Pagina 7 Pagina 8 Pagina 9 Pagina 10 Pagina 11 Pagina 12 Pagina 13 2 War Child Het hoofddoel War Child zet zich in voor een beter leven van honderdduizenden oorlogskinderen. We helpen ze met het verwerken van hun ingrijpende ervaringen, het weer contact durven maken met andere mensen en het opbouwen van zelfvertrouwen. War Child zorgt ervoor dat ze leren lezen, schrijven, rekenen of een vak leren. En creëren een veilige omgeving waar ze weer tot zichzelf kunnen komen en een stabiele en vooral vreedzame toekomst kunnen opbouwen. Dat doen ze wereldwijd. Van Colombia tot Afghanistan. Niet omdat ze dat zo leuk vinden. Maar omdat die kinderen daar recht op hebben. Bescherming Als je je bedreigd voelt, op welke manier dan ook, kom je niet tot rust. Een veilige omgeving is dan ook een absolute voorwaarde om de kinderen van War Child te kunnen helpen. Dat betekent niet alleen een hek om een school. Of een slot op de deur. Veiligheid omvat veel meer om die kinderen te geven. Psychosociale hulp Oorlog verwoest niet alleen gebouwen. Het ontwricht hele samenlevingen. De effecten van oorlog op kinderen zijn hierdoor vaak desastreus. Vertrouwen is weg, angst en somberheid liggen op de loer. Om die kinderen goed te kunnen helpen is het naast het bieden van mentale en emotionele bijstand dan ook essentieel om ook hun sociale omgeving te helpen. Dit doet War Child met uitgekiende psycho-sociale hulpprogramma's. Onderwijs War Child organiseert geen normaal basis- of secundair onderwijs. Maar scholing vormt wel een essentieel onderdeel van onze programma’s. School biedt regelmaat en structuur. Zo leren ze de kinderen lezen en schrijven en zorgen ze voor catch-up onderwijs, versneld basisonderwijs voor kinderen die door de oorlog geen leraar hebben gezien. Ook leren ze een vak. Leren ze wat hun rechten zijn. En helpen de kwaliteit van het lokale onderwijs te verbeteren, door plaatselijke leraren te trainen. Praktisch onderwijs dus, als onderdeel van het totale War Child programma. 3 Structuur van War child Bereik en omvang In 2013 hebben ruim 310.000 kinderen actief meegedaan met de programma’s van War Child. Op dit moment is War Child actief in 10 landen. Het doel van War Child is daar hulp te bieden waar het nodig is. Het grootste deel van de War Child medewerkers werkt dan ook ‘in het veld’. Ongeveer driehonderd vaste werknemers zijn dagelijks ter plekke in touw voor de kinderen. De meeste medewerkers komen uit het land zelf. Tien procent is uit andere landen. Verder ondersteunt War Child 75 lokale partnerorganisaties, financieel en met expertise. Op het hoofdkantoor in Amsterdam werken op dit moment 83 vaste medewerkers (67fte), aangevuld met meer dan veertig vrijwilligers en stagiairs. Meer dan vijftig vrijwillige voorlichters vertegenwoordigen War Child in Nederland. Raad van Toezicht en Directie War Child heeft een Raad van Toezicht en een directie. De Raad van Toezicht bestaat uit Peter Bakker (voorzitter), Willemijn Verloop (vice-voorzitter), Rob Theunissen (penningmeester), Edith Kroese, Raymond Cloosterman en Max Glaser. De leden van de Raad van Toezicht werken op vrijwillige basis. Sinds 1 juni 2012 is Bernard Uyttendaele directeur van War Child. Hij stond aan de wieg van het War Child Business Ambassadors Network. Dat netwerk stelt War Child onder meer in staat een lage kosten beleid te hanteren, door een groot deel van de activiteiten gesponsord uit te voeren. Uyttendaele heeft uitgebreide bestuurderservaring. Hij volgt Mark Vogt op als directeur, die tussen 2007 en 2012 leiding gaf aan de organisatie. 4 Financiën Laag kostenbeleid War Child doet er alles aan om de kosten van de organisatie zo laag mogelijk te houden. Zo kan zoveel mogelijk geld aan de hulpverlening worden besteed. Marketing- en communicatiemiddelen, evenementen en kantoorartikelen worden, waar mogelijk, geleverd en betaald door de vele sponsors en bedrijfspartners van War Child. War Child is het enige goede doel in Nederland dat dit op deze schaal doet. Of het nu om tv- en radiospots, nieuwsbrieven, het Friends for War Child Concert, papier en enveloppen gaat, of om bedrijfsauto’s, een verhuizing, de inrichting van het kantoor, software, telefoons en printers, bij War Child geldt: liefst 100% gesponsord. Open financiën War Child gelooft in een open financiële huishouding. Dat stimuleert de organisatie om scherp op de inkomsten en uitgaven te blijven letten. En komt tegemoet aan de steeds kritischere eisen van publiek en media. Iedere euro moet zo effectief mogelijk worden besteed en een organisatie wordt geacht zo transparant mogelijk inzicht te geven in het beleid en de resultaten van programma’s. Ons jaarverslag en de jaarrekening zijn dan ook voor iedereen gewoon in te zien. 2013 Totale inkomsten van War Child in 2013 was € 24.400.000. Hiervan werd 84 procent rechtstreeks aan projectactiviteiten besteed om kinderen te helpen. De rest werd besteed aan de organisatie, administratie en fondsenwerving. Ze streven ernaar om deze ondersteunende kosten zo laag mogelijk te houden, zodat de donaties kunnen gebruiken om zoveel mogelijk kinderen te bereiken als ze kunnen. 5 Projecten OEGANDA De voormalige Britse kolonie aan de noordoever van het Victoriameer kent sinds de onafhankelijkheid in 1962 een gewelddadige geschiedenis. Een historie geschreven door figuren als Idi Amin en Joseph Kony. Nu is er vrede, maar de gevolgen van geweld zijn nog dagelijks merkbaar. DIT IS ER AAN DE HAND Idi Amin. ‘De Slachter van Afrika’. Deze dictator zwaaide in de jaren ‘70 de scepter over een regime dat honderdduizenden slachtoffers maakte. Na interventie van buurland Tanzania vluchtte Amin naar Libië. Hij werd opgevolgd door Milton Obote. Onder zijn bewind vonden nog eens tienduizenden mensen de dood. Inmiddels is het rustig in Oeganda. Er is zelfs sprake van vooruitgang, met name in het voor toeristen aantrekkelijke zuiden. Maar de gevolgen van het geweld in de noordelijke regio’s zijn nog dagelijks merkbaar. Infrastructuur is minimaal. Er is voedselschaarste, traditionele stammenstrijd, en de LRA is nog steeds actief in de buurlanden. Vijfennegentig procent van de bevolking in Noord-Oeganda kampt met de gevolgen van het geweld. Als vluchteling, ontvoerd kind of nabestaande van omgekomen familieleden. Zes op de tien Oegandezen is minderjarig. Jongeren hebben mondjesmaat toegang tot onderwijs. Bescherming tegen misbruik en geweld ontbreekt. DIT DOEN ZE War Child is al sinds 2004 actief in Noord-Oeganda. Ze maken zich in de regio sterk voor bescherming van kinderrechten, en met zelf ontwikkelde DEAL programma’s leren ze kinderen dealen met de gevolgen van geweld. Ingrijpende ervaringen verwerken de jongeren in toneelstukken, met muziek, en in radio en film. Zo vindt hun innerlijke oorlog een weg naar buiten, en krijgen heftige indrukken een plek waardoor ze weer vooruit kunnen kijken. Een toekomst opbouwen doe je samen. Daarom traint War Child via parents deal en teachers deal ook ouders, verzorgers en leraren in hoe zij zich op gezonde wijze kunnen ontwikkelen. Zodat zij een stabiele omgeving kunnen bieden aan de kinderen. War Child scholen jongeren met een leerachterstand bij, zodat ze kunnen aanhaken in het reguliere onderwijs. En ze faciliteren vakonderwijs, om jongeren een beroep te leren. 6 NEDERLAND Sinds de Tweede Wereldoorlog is er vrede in Nederland. Er is relatief grote welvaart, en school is verplicht voor minderjarigen. Nederland behoort tot de rijkste landen ter wereld, en als we naar de laatste overzichten mogen kijken, ook tot de meest gelukkige landen. Toch is War Child ook in Nederland nodig. DIT IS ER AAN DE HAND Nederland staat van oudsher bekend als een natie die veel aan buitenlandse ontwikkelingshulp doet. Via organisaties als War Child, maar ook via overheid en bedrijven. Dat wil niet zeggen dat ze niet ook hier te maken hebben met de gevolgen van oorlog. En waakzaam moeten blijven op de invloed die volwassen keuzes hebben op kinderen. Vluchtelingen uit conflictgebieden vragen in Nederland asiel aan, om aan een veiliger bestaan te werken. Deze vluchtelingen komen terecht in asielzoekerscentra, wachtend op een uitspraak van de immigratiedienst. Daar zitten veel kinderen tussen. Kinderen die vaak met dezelfde problemen kampen als die in de conflictgebieden waar War Child actief is. Politieke standpunten wijzigen met de jaren. Wat blijft is het door Nederland ondertekende internationale verdrag voor de rechten van het kind. Besluiten staan daar soms mee op gespannen voet. Zoals de minimumleeftijd waarop je het leger in kan verlagen naar 17 jaar, wat minderjarigen onder de wapenen brengt. En het ter discussie stellen van recht op onderwijs en daarbij horende leerstages voor jeugdige asielzoekers. Of een door de staat gefaciliteerde website waarop tieners militaire oefeningen kunnen doen. Ook hier in Nederland is War Child nodig. DIT DOEN WE Samen met andere organisaties in Nederland verzorgt War Child verschillende campagnes die gericht zijn om meer bewustzijn rond universele kinderrechten te creëren. In deze campagnes worden zowel de nationale politiek als het publiek voorgelicht. Ook licht War Child bestuursorganen voor over hoe deze het meest efficiënt met ontwikkelingsbudgetten kunnen omgaan. Zodat er geen geld aan dure vliegtickets wordt besteed, bijvoorbeeld. Maar aan kinderen die het nodig hebben. Natuurlijk werft War Child in Nederland ook fondsen om ons werk elders mogelijk te maken. En de ervaring die War Child opdoet in die landen, delen ze graag met anderen. War Child staat achter het werk van organisaties die zich ontfermen over de jeugd. Of dat nu in het buitenland is, of in Nederland. Net zoals in de projectlanden, zoeken ze hier altijd naar de meest efficiënte samenwerking. Dat betekent ook dat wanneer een andere partij ergens goed in is, zij onze energie ergens anders kunnen richten. 7 Oxfam Novib Het hoofddoel Een rechtvaardige wereld, zonder armoede. Dat is hun missie. Zij geloven dat mensen een zelfstandig bestaan kunnen opbouwen, mits hun rechten worden gerespecteerd. Daarom stellen ze hen in staat om zelf op te komen voor hun rechten. 1. Recht op duurzame middelen van bestaan Iedereen moet zeker zijn van een eerlijk inkomen en voldoende voedsel. Toch is dit voor 20% van de mensen niet het geval. Daarom werken zij aan een betere toegang tot land en water en eerlijke arbeids- en handelsvoorwaarden. 2. Recht op sociale basisvoorzieningen Onderwijs en gezondheidszorg zijn onmisbaar. Helaas moet een derde van de wereldbevolking het zonder stellen. Als overheden tekort schieten, investeren zij samen met partnerorganisaties in goede basisvoorzieningen. 3. Recht op leven en veiligheid Natuurrampen, klimaatverandering en gewapende conflicten treffen jaarlijks miljoenen mensen. Zij steunen hen met noodhulp en wederopbouw. En ze voorkomen of beperken de gevolgen van rampen en conflicten op voorhand. 4. Recht op maatschappelijke en politieke participatie Kennis is macht. Wie zijn rechten kent, kan hiervoor opkomen en invloed uitoefenen op beslissingen die haar of hem aangaan. Samen met partners geven zij mensen toegang tot informatie en een stem. 5. Recht op een identiteit Niemand mag worden achtergesteld op basis van haar of zijn identiteit. Discriminatie van vrouwen en minderheden hoort niet thuis in een rechtvaardige wereld. 8 Structuur van Oxfam Novib Samenwerking met lokale partnerorganisaties Ze werken samen met partnerorganisaties in landen waar dit het hardst nodig is. De partners kennen de plaatselijke cultuur en context als beste. Ze bieden financiering en advies. Voor een optimale afstemming en samenwerking wisselen we onderling ervaringen uit en waardevolle netwerken. Beleidsbeïnvloeding Door steun aan partnerorganisaties alléén verdwijnt armoede niet uit de wereld. Daarom werken ze ook samen met overheden en bedrijven. Ze sporen hun aan om verantwoordelijkheid te nemen voor mensen die nadelige gevolgen ondervinden van hun beleid en bedrijfsvoering. Campagne Als het moet, voeren ze samen met het publiek campagne om bedrijven en overheden ter verantwoording te roepen. Ook vragen ze mensen in Nederland om keuzes te maken, zoals het kopen van eerlijke producten waarvoor mensen in ontwikkelingslanden een goede prijs krijgen. Oxfam Novib is een non-gouvernementele organisatie met ongeveer 350 werknemers. Het hoogste bestuursorgaan van de stichting is een algemene vergadering. Van deze algemene vergadering zijn onder andere verschillende andere maatschappelijke organisaties lid, zoals Amnesty International, maar ook politieke partijen als de Partij van de Arbeid en GroenLinks en milieuorganisaties zoals Milieudefensie. Hieronder staat het stichtingsbestuur dat als kerntaak toezicht houdt op de directie. Deze laatste is het dagelijks bestuur van de organisatie en houdt zich bezig met het voorbereiden van en het uitvoeren van beleid. Op 1 juni 2007 volgde Joris Voorhoeve (ex-VVD & D66), Ella Vogelaar (PvdA) op als voorzitter van de raad van toezicht. In februari 2008 volgde Farah Karimi (GroenLinks) Sylvia Borren op als algemeen directeur. 9 Financiën Oxfam Novib ontving van het Ministerie van Buitenlandse Zaken in de subsidieperiode 20072010 € 509.000.000; ongeveer 2,6% van het totale budget voorontwikkelingssamenwerking. Hiernaast werkt Oxfam Novib ook samen met donateurs en (renteschenkings)partners. Oxfam Novib ontvangt 71 procent van haar inkomsten van overheden. Dit is ongeveer het inkomen van de stichting en van een directielid. Niet echt helemaal eerlijk verdeelt vinden wij. Want het directie lid verdient eigenlijk veel te veel in vergelijking tot de andere leden en van wat ze binnen krijgen. 10 Projecten De controle over je eigen lichaam, het is een van de eerste basisbehoeften. En basisréchten. Maar van veel mensen, vooral vrouwen, wordt de integriteit geschonden. Ze zetten zich volop in voor de zeggenschap van vrouwen over hun lichaam. Dit doen ze in verschillende landen, op verschillende manieren: met politieke druk, campagnes en steun aan partnerorganisaties. LIBANON ONDERZOEK NAAR EMANCIPATIE Vrouwen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika stuiten nog steeds op de grootste barrières als zij opkomen voor hun rechten. De partnerorganisatie CRTD.A (Collective for Research and Training on Development-Action), gevestigd in Libanon, doet regelmatig onderzoek naar gender en emancipatie in de regio. Deze informatie delen ze met maatschappelijke organisaties verspreid over Arabische en Noord-Afrikaanse landen. Hiermee kunnen ze hun vrouwenbeleid extra kracht bijzetten. Hier hebben in totaal 178 partners aan meegewerkt en 25 landen. En er is ongeveer zo een 19,2 miljoen euro aan besteed tot nu toe. Ook zijn er 498.000 mensen die het respecteren dat vrouwen over hun eigen lichaam beslissen. In totaal zijn er al 23.000 vrouwen die eraan meewerken en tonen leiderschap over hun eigen lichaam. 11 NIGERIA VROUWENCONDOOMS Het vrouwencondoom geeft vrouwen meer inspraak bij het gebruik van voorbehoedsmiddelen. De bekendheid, de verkrijgbaarheid en het gebruik van het vrouwencondoom zijn toegenomen. Op 12 september 2012 werd bekend dat in de vier voorafgaande jaren meer dan 2,4 miljoen vrouwencondooms zijn verkocht in ontwikkelingslanden dankzij het Universal Condoms-project. Nigeria kent na India en ZuidAfrika het hoogste aantal met hiv-besmette mensen ter wereld. Daarnaast is gezinsplanning hard nodig om de bevolkingsgroei te beperken. De mensen moeten er minder kinderen baren. Vrouwencondooms dragen bij aan het voorkomen van seksueel overdraagbare ziektes en ongewenste zwangerschappen. Dit zorgt er dus ook voor dat de groei van de bevolking minder wordt. AANPAK Sinds 2008 zet Oxfam Novib zich met het Universal Access to Female Condom (UAFC) Joint Programme in voor de promotie van het vrouwencondoom. Daar wordt het gebruik van anticonceptiemiddelen er makkelijker geaccepteerd dan elders in het land. Ook zijn er goed georganiseerde maatschappelijke organisaties aanwezig, waaronder partners van Oxfam Novib. In samenwerking met ‘Society for Family Health’ (SFH), de grootste particuliere organisatie in Nigeria en marktleider op het gebied van mannencondooms, brengt UAFC betaalbare vrouwencondooms op de markt. Ook stimuleert ze het gebruik door voorlichting en gratis verstrekking. RESULTAAT Het project boekt goede resultaten. Afgelopen jaar hebben 874.000 mensen kennisgemaakt met het vrouwencondoom (40 procent mannen, 60 procent vrouwen) en in totaal zijn ruim 1,5 miljoen condooms verstrekt in 2011, waarvan 11 procent gratis. Sinds 2009 zijn meer dan 2,7 miljoen mensen bereikt en meer dan 2,4 miljoen condooms over de toonbank gegaan. Dit is een goede vooruitgang en de procenten van de ziektes en ongewenste zwangerschappen is al gedaald. 12 Nawoord Het was een leuke opdracht die wij hadden gekozen. We konden best wel wat informatie erover vinden en het was ook interessant om erover op te zoeken wat eigenlijk de verschillende particuliere hulporganisaties doen. En of dat het ook echt allemaal helpt en goed werkt. Gelukkig is dit wel het geval! De taken hadden wij goed verdeelt. Ieder zocht zijn eigen informatie op en dit voegden wij samen in 1 document om het tot een mooi geheel te maken. 13