2. Thema`s van sociaal beleid - Provincie Noord

GEDEPUTEERDE STATEN van Noord-Brabant
besluiten de navolgende bijlage bij de beleidsregel “Stimuleringsregeling sociaal beleid, provincie
Noord-Brabant 2002” (ISSN: 0920-1408, nummer: 204/01) vast te stellen
Geactualiseerd informatieblad behorend bij beleidsregel “Stimuleringsregeling Sociaal beleid,
provincie Noord-Brabant 2002”, ten behoeve van de tranche 2003.
1. Algemeen
Gedeputeerde Staten toetsen de ingekomen subsidieaanvragen in het kader van het provinciaal sociaal
beleid aan de Verordening welzijn, educatie en cultuur, provincie Noord-Brabant 2000, de Verordening
Zorgsubsidies provincie Noord-Brabant 1999, de beleidsregel “Stimuleringsregeling Sociaal beleid,
provincie Noord-Brabant 2002” en de specifieke beleidsdocumenten van sociaal beleid, waaronder die van
de thema’s van sociaal beleid. Onder 2 is per specifiek thema van sociaal beleid kort de inhoud en stand van
zaken beschreven. Tenslotte worden onder 3 twee begrippen die gehanteerd worden in bovengenoemde
beleidsregel nader toegelicht: de gebiedsgerichte aanpak en de duurzaamheidsbalans.
2. Thema’s van sociaal beleid
Vrijwilligers
Veel Brabanders zijn op diverse terreinen actief als vrijwilliger. Vrijwilligers vormen het sociale kapitaal van
(lokale) gemeenschappen. Vrijwilligerswerk bevordert de sociale cohesie en integratie en draagt bij aan
individuele ontplooiing. De Provincie acht dit een groot goed en wil daarin blijven investeren, zodat in
Brabant vrijwilligerswerk mogelijk blijft, met de huidige en met nieuwe vrijwilligers en binnen bestaande,
maar ook binnen nieuwe verbanden.
Wij denken daarbij aan thema’s als:
- het versterken van de (provinciale) ondersteuningsstructuur voor vrijwilligerswerk
- het stimuleren van (lokaal) vrijwilligersbeleid met als aandachtspunten:
 het verbeteren van randvoorwaarden voor vrijwilligerswerk;
 “vinden en binden” van vrijwilligers;
 vrijwilligerswerk en ICT.
Contactpersoon bij de provincie: mw. C. Bombeeck, afdeling WEC , 073-6812068
Partner in het veld: Prisma Brabant
Multiculturele samenleving (MCS)
Met ruim 7% allochtonen en meer dan 100 nationaliteiten is het multi-etnische karakter van de provincie
Noord-Brabant een gegeven. Toch is Brabant nog niet een multiculturele samenleving, die verrijkend,
samenbindend en kansen biedend is voor álle hier wonende personen. Van sociale integratie is sprake
wanneer ook die burgers opgenomen worden in grotere verbanden, onderdeel uitmaken van het geheel en te
gelijkertijd herkenbaar anders.
De Brabantse multiculturele samenleving staat daarom voor een integratieopgave waarbij aandacht
geschonken dient te worden aan zowel de allochtonen zelf als ook aan de omringende samenleving om
achterstelling en achterstand op te heffen en te voorkomen.
Het gaat daarbij om:
- bevorderen van interculturalisering: interculturalisering van bedrijven, instellingen en organisaties,
d.w.z. bevorderen dat organisaties worden afgestemd op de multiculturele samenleving en
beleidsondersteuning van overheden en andere beleidsmakers,
- tegengaan van achterstanden bij allochtonen op de terreinen onderwijs, arbeidsmarkt, sociale participatie,
zorg en cultuur
Contactpersoon bij de provincie: dhr. M. Haddad, afdeling WEC, 073- 6808110
Partner in het veld: Palet, steunpunt voor multiculturele ontwikkeling
Sport
De erkenning van sport als belangrijk middel voor maatschappelijke integratie en het voorkomen van
achterstanden maakt sport tot speerpunt van het sociaal beleid. In de nota: 'Sportprovincie Noord-Brabant.
Provinciale support voor sport en bewegen' is het sportbeleid van de provincie Noord Brabant vastgesteld. In
deze nota staat dat de Provincie Noord-Brabant wil bereiken dat iedere inwoner van de provincie NoordBrabant in elke fase van zijn of haar leven naar eigen voorkeur en op grond van zelf gekozen beweegredenen
aan sport- en bewegingsactiviteiten van goede kwaliteit kan deelnemen, dan wel daarbij betrokken zijn.
In de komende jaren wil de Provincie Noord-Brabant ontwikkelkansen oppakken en vernieuwingen initiëren
door in te spelen op ontwikkelingen in het veld van 'sport en bewegen' met de lokale dynamiek als
uitgangspunt.
In het kader van de stimuleringsregeling Sociaal beleid gaat het hierbij met name om:
1. een breed, toegankelijk en bereikbaar sportaanbod en
2. het inzetten van sport als instrument om andere beleidsdoelen te realiseren. Hierbij gaat de aandacht met
name uit naar
- Sport en de multiculturele samenleving;
- ondersteuning van vrijwilligers in de sport;
- sport in de brede school en
- sport en opvoedingsondersteuning.
Contactpersoon bij de provincie: mw. E. Meuken-Kloosterman, 073-6812251
Partner in het veld: Sportservice Noord-Brabant.
De commissie “Opvoedingsondersteuning
Opvoeding 2000 Plus” heeft onder het motto: “Opvoeden doen wij samen”, een adviesrapport opgesteld. Op
basis van dit rapport is de commissie van mening dat de provinciale overheid langs drie trajecten of sporen
actie zou moeten ondernemen om de infrastructuur voor opvoeding in Brabant te verbeteren. Het gaat
respectievelijk om:
- het verbeteren van de kennis over jeugd en de effecten van al bestaande interventies;
- het verbeteren van de communicatie tussen alle betrokkenen op het terrein van jeugd en opvoeding;
- het ondernemen van specifieke acties om de infrastructuur daadwerkelijk te verbeteren.
Deze drie trajecten kunnen overigens niet los van elkaar gezien worden en zeker niet los van datgene wat op
dit moment in Brabant al gebeurt aan opvoedingsondersteuning.
De provincie heeft het advies van de commissie “Opvoeding 2000 Plus” opgepakt en het thema
opvoedingsondersteuning met het Actieprogramma “Opvoeden doen wij samen” (waarin drie genoemde
trajecten nader zijn uitgewerkt) een prominente rol gegeven binnen het Sociaal Beleid.
Naast de bepalingen in de beleidsregel “Stimuleringsregeling sociaal beleid, provincie Noord-Brabant 2002”
zijn de volgende specifieke, inhoudelijke criteria voor subsidieaanvragen van toepassing:
- gericht op positief geformuleerde lange termijndoelen;
- gericht op het versterken van het opvoedings- en ontwikkelingsklimaat van jeugdigen;
- de ononderbroken ontwikkelingslijn (0-18 jaar) geldt als uitgangspunt;
- gericht op benoembare beschermende, stimulerende en risicofactoren in opvoedingsomgevingen en
ontwikkelingskansen van kinderen en jongeren;
- op wijk-/buurtniveau, ingebed in de sociale infrastructuur;
- gericht op het verkrijgen, behouden en/of verder uitbouwen van duurzame afstemmings-,
samenwerkingsnetwerken;
- participatie van ouders en jeugd in het gehele project;
- aansluiting op (ontwikkelingen in) het landelijk, provinciaal en gemeentelijk jeugdbeleid en de hierop
van toepassing zijnde wet- en regelgeving.
De toegekende projecten worden begeleid en ondersteund door K2, Brabants kenniscentrum jeugd, als pilot
in het kader van het Actieprogramma Opvoeden doen wij samen.
Onze contactpersoon bij de provincie : J.W. van Herpen, afdeling Zorg, 073- 6808368
Onze partner in het veld: K2, Brabants Kenniscentrum Jeugd
3. Toelichting begrippen gebiedsgerichte aanpak en duurzaamheidbalans
Gebiedsgerichte aanpak
Met de beleidsregel wordt ruimte geboden aan lokale en regionale initiatieven om binnen het brede kader
van sociaal beleid initiatieven te ontwikkelen en hiervoor eventueel subsidie te ontvangen. Het is de
bedoeling om de beschikbare provinciale middelen via een zogenaamde regionale sociale agenda tot
besteding te brengen. Het gaat hier om ‘vraaggestuurde’ subsidiëring. Er zullen voor de gebiedsgerichte
aanpak ook geen specifieke programmalijnen worden opgesteld.
De algemene beleidsregel sociaal beleid is dus ook van toepassing op deze aanvragen, maar de
tranchebenadering wordt losgelaten evenals de maximale provinciale bijdrage van 50% van de subsidiabele
kosten. (NB: dit geldt dus niet voor de thema’s van sociaal beleid!).
Onze contactpersoon bij de provincie: Silvia Derks, afdeling Zorg, 073-6808738
Duurzaamheidbalans
In de beleidsregel wordt verwezen naar de duurzaamheidbalans van Telos voor wat betreft de relatie van het
project met de daarin genoemde voorraden en indicatoren. Voor het sociale en culturele kapitaal worden de
volgende voorraden onderscheiden:
- Gezondheid en gezondheidsvoorzieningen
- Solidariteit
- Consumptiepatroon
- Culturele diversiteit
- Burgerschap
- Leefomgeving
- Onderwijs en vorming
Van belang is te weten op welke voorraad of voorraden uw projectaanvraag van toepassing is en wat daarvan
het verwachte effect is. U kunt daarbij gebruik maken van de door Telos gehanteerde indicatoren.
De publicatie “De Duurzaamheidbalans van Noord-Brabant 2001” is verkrijgbaar bij Telos, 013-4668712.
’s-Hertogenbosch, 30 september 2002
Gedeputeerde voornoemd,
de griffier
de voorzitter
M. Bruinsma mr. F.J.M. Houben