Congo Het beeld van de kolonie en het moederland. Aan de hand van deze bundel ga je op zoek naar de vele beelden die doorheen de koloniale geschiedenis over Congo verspreid werden. De periode die deze bundel omvat begint omstreeks 1885 en eindigt in 1958 met de wereldtentoonstelling in Brussel. Wil je dit goed doen, dan moet je af en toe in de huid van onze voorouders kruipen en je afvragen hoe zij naar deze beelden keken. De vele vragen bij de bronnen zullen je hierbij helpen. De uiteindelijke bedoeling is dat je begrijpt hoe de Belgen in 1959 op het plotse geweld reageerden en waarom ze de harde woorden van Lumumba in 1960 niet begrepen. Om dit werk te realiseren krijg je vier uren tijdens de lessen geschiedenis. Ook in de lessen Frans en Engels zal je minstens een lesuur met wat teksten bezig zijn. Het grootste deel van de tijd ga je zelfstandig, dat wil zeggen met maximaal drie leerlingen samen, aan het werk. Je mag het werk echter NIET verdelen. Er moet van een echte samenwerking sprake zijn. De bundel moet net en volledig ingevuld worden. Pas na nazicht door de leerkracht zal de verbetering op ELO geplaatst worden. Deel 1 Kongo vrijstaat Opdrachtenblad 1 Congo in België Een belangrijke propaganda- en informatiebron om het beeld van de kolonie in het moederland uit te dragen was de fotografie. In tijdschriften en kranten verschenen regelmatig foto’s van en reportages over de kroonkolonie. Belgen in Congo stuurden regelmatig postkaarten met daarop afbeeldingen van dorpen, stamhoofden, natuurbeelden maar ook van de realisaties van de Belgen. Het absolute hoogtepunt van deze propaganda-inspanning was echter de wereldtentoonstelling van 1897 en het Afrikamuseum dat naar aanleiding daarvan ontstond. Fotografie Vragen bij “In and out of focus. Images from Central Africa, 1885-1960” www.nmafa.si.edu/exhibits/focus/ Deze website is een overzicht van een tentoonstelling. Ze biedt een boeiende verkenning van de fotografie in Belgisch Congo aan het einde van de 19 de eeuw en het begin van de 20ste eeuw. De vragen hieronder helpen je bij de verkenning. Een handige manier om je te ondersteunen is het vertaalprogramma http://www.worldlingo.com/nl/products_services/computer_translation.html. Je kunt er de hele site in onderbrengen. Let wel de slide show kan je alleen op de originele site bekijken! 1. Over de website a. Welke instelling heeft de tentoonstelling en website gemaakt? b. Van welke instellingen en individuen heeft de tentoonstellingsmaker fotomateriaal in bruikleen gekregen. c. Wat is het doel van de tentoonstelling? 2. Ga naar “Central African Peoples through the Eye of Western Photographers” a. Welke waren de drie doelstellingen van koloniale fotografie? b. Klik op “slide show”. Hoe illustreren deze foto’s deze doelstellingen? c. Op welke manier zijn de foto’s van de Afrikaanse kolonies vandaag nog waardevolle bronnen? 3. Ga naar “Colonial Photography from a Present-Day Perspective” De foto’s uit de koloniale periode zijn voor ons zeker waardevolle bronnen. Alleen oordelen wij meestal anders dan de mensen in het verleden over het getoonde. a. De tekst geeft drie voorbeelden van deze verschillende interpretaties. Zet deze even naast elkaar in twee kolommen (toen en nu). b. Klik op “slide show” en kies een foto waarmee je even zelf probeert de twee interpretaties naast elkaar te zetten. De Congo-tentoonstelling van 1897 door Nico van der Zwet Slotemaker1 Voor een tentoonstelling is vrijwel ieder onderwerp goed genoeg, maar een tentoonstelling over een tentoonstelling moet toch wel iets bijzonders zijn. In België hebben ze er een. 'Met de tram naar Congo' (zomer 1997) in het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in het Brusselse voorstadje Tervuren handelt over de expositie die hier precies honderd jaar geleden werd gehouden en die door de Belgische koning Leopold II was bedoeld om bij zijn onderdanen meer begrip en belangstelling te kweken voor zijn persoonlijke koloniale hobby, Congo dus. Het breed uitgemeten spektakel in Tervuren was overigens destijds slechts een onderdeel van een wereldtentoonstelling op allerlei gebied. Affiche van de Brusselse wereldtentoonstelling, precies een eeuw geleden. Het tropische onderdeel stal echter de show. "Op sommige dagen kwamen wel 40.000 mensen per tram van het Jubelpark naar Tervuren," zegt Kristien Opstaele van het museum. Die tram lijn 44 rijdt er nog, al moet u vanaf het station Brussel eerst even een stukje met de metro. 200 Congolezen Het succes van een eeuw geleden lag uiteraard voornamelijk in het exotische karakter van wat eigenlijk het beste als een "show" kan worden betiteld. Meer dan 200 Congolezen waren uit hun vaderland naar Tervuren overgebracht waar ze in drie "negerdorpen" eigenlijk precies 1 Overgenomen uit De Telegraaf, 19 juli 1997. moesten doen wat ze thuis ook deden, namelijk gewoon doen. Dat lukte door de grote belangstelling niet al te best. Je potje koken gaat wat minder gemakkelijk als er steeds duizenden nieuwsgierigen op je handen staan te kijken en naar de normen van deze tijd zouden we van een gênante vertoning kunnen spreken. Een van de drie nagebouwde Congodorpen op de expositie van 1897 In die jaren lag dat even anders. De westerling kreeg wat nieuws, wat onbegrijpelijks te zien. Alsof ze wilde dieren in hun kooien kwamen bekijken. Een primeur was dit overigens toen al niet. De Britten zijn er waarschijnlijk mee begonnen. Zij voerden uit hun koloniën ook kleurlingen aan die op kermissen en dergelijke tegen vergoeding konden worden bekeken en toen dat niet meer echt werkte lieten ze hun "koopwaar" een robbertje onderling vechten. Niet bekend is of er toen ook al stukken oor werden afgebeten of dat deze acties pas uit onze verlichte tijd stammen. Ook was het vast pandoer om muntjes in heel diep water te werpen teneinde de zwemkunst van de inboorlingen te testen, waarschijnlijk in de hoop dat er een niet meer boven zou komen. Ook op dat punt is er niets veranderd. Ik leid u zonder de geringste moeite naar meer dan twintig plaatsen op de aarde waar de toeristen zich nog steeds met dit tijdverdrijf vermaken. De Congolezen hadden honderd jaar geleden in Tervuren niet alleen moeite met al die aandacht. De krijgers een groot deel van de groep had uiteraard op bevel te dansen en te schreeuwen en bovendien moest er muziek worden gemaakt, want een oerwoud zonder tam-tam stelt uiteraard niets voor. Natuurlijk moest er ook oerwoudmuziek worden gemaakt op uit Congo meegebrachte instrumenten. De twee trommels zijn nog in het museum te bewonderen. Nog erger was het dat de Afrikanen niet opgewassen waren tegen onze klimatologische omstandigheden. Wel was bekend dat als je als westerling naar de tropen reisde enige voorzorgsmaatregelen vereist waren, maar dat zulks ook andersom gold had niemand voor mogelijk gehouden. Zeven Congolezen overleefden hun internationale avontuur dan ook niet. Ze werden in Tervuren begraven, waarbij de Belgische belangstelling voor de zwarte broeders overigens niet zo ver ging dat ze een vooraanstaand plekje kregen. Het moet ergens achteraf zijn gebeurd, want het betrof hier natuurlijk geen echte christenen. Na het succes van 1897 kon men niet anders dan besluiten er een permanente expositie van te maken die nog steeds een absolute en verplichte publiekstrekker is. Reusachtige kano's, opgezette dieren, wapens, alles is er in meer dan ruime mate en de twee trommels die honderd jaar geleden door het orkest uit Congo waren meegenomen staan er ook nog. De tentoonstellingsgids Bij de koloniale tentoonstelling hoorde eveneens een bezoekersgids. De Guide de la section de l’État indépendent du Congo à l’Exposition de Bruxelles-Tervueren en 1897 was een indrukwekkend boekwerk van enkele honderden bladzijden. In twee grote delen maakte de bezoeker kennis met Le Congo historique, physique, poolitique, humanitaire en Le Congo économique. Vooral het eerste deel is voor ons van belang. Hier werden per regio, een koloniale indeling, de bewoners per etniciteit beschreven. In een soort besluit maakte de Europese bezoeker kennis met de politieke en morele evolutie, met name justitie, financiën, onderwijs, gezondheidszorg, strijd tegen de slavenhandel en de missies. Uiteraard was dit laatste het resultaat van het Belgische beschavingswerk. In het economisch tweede deel werd de rubberexploitatie niet onder grandes cultures besproken maar bij een grotere rubriek La Flore. 2 Opvallend was dat er heel wat aandacht naar de fysieke beschrijving van de verschillende etniciteiten ging, een invalshoek die overigens vandaag niet langer gehanteerd wordt. Schedelvorm, lengte, huidskleur, tatoeages, neus, lippen, haar, enz. werden netjes opgemeten en weergegeven. Ook het karakter van de diverse stammen werd voor de toeschouwer beschreven. Zo hadden de Gombe een fysionomie met een wild karakter terwijl de Akasi nog amper menselijk te noemen waren.3 Daarnaast werden ook allerlei gebruiksvoorwerpen tentoongesteld. De opsteller van de gids, luitenant Massui verantwoordde dit als volgt: Elles montrent à quel degré extraordinaire de civilisation relative sont arrivés spontanément les noirs, et ne peuvent manquer une impression absolue pour leur avenir, faisant bonne justioce du discrédit qui leur a été parfois jeté. MAAR… Le gouvernement de l’Etat du Congo, comprenant dans toute sa portée la mission civilisatrice …[ a édicter] des lois d’une si grande sagesse et si bien appropriées aux noirs de l’Afrique intérieure … [l’Initiative gouvernementale] montre les noirs tels qu’il fallu les prendre pour le conduire avec sûreté par le travail, dans la voie du progrès. Om deze beschavingsopdracht te kunnen vervullen moesten de zwarten eerst bevrijd worden van de slavenhandel. De inzet van deze confrontatie was la vie de millions d’être humains, l’insuccès eût à jamais ruiné l’espérance d’un avenir meilleur… Si aujourd’hui, peut s’ouvrir [pour les populations indigènes] une ère nouvelle de liberté et de régénération, si l’amélioration de leur condition matérielle et morale peut maintenant être poursuivie, elles le doivent à l’anéantissement et la ruine définitive des esclavagistes. De visie op de mogelijkheden van de zwarten en de vooruitgang dankzij de blanken herkennen we in het hoofdstuk over de rubberproductie : Avant l’arrivée des Européens il n’y avait guère que les naturels de la côte, du Kwanga et de l’Est qui exploitaient les caoutchouc pour alimenter leur commerce. Jusqu’à cette époque la Th.Maasui, Guide de la section de l’État indépendent du Congo à l’Exposition de BruxellesTervueren en 1897, Brussel, 1897. 3 Maarten Couttenier, Congo tentoongesteld. Een geschiedenis van de Belgische antropologie en het museum van Tervuren (1882-1925), Leuven, 2005, p.160. 2 gomme n’avait d’autre usage que de garnir les mailloches des tam-tams, de fournir .. la membrane résonnante de tambours minuscule et … des fils fins et nacrés servant à faire des ligaments … … Les noires apprirent vite à connaître la richesse qu’était pour eux cette plante qu’un travail des plus élémentaires pouvait mettre en valeur. Bientôt on fut en mesure d’envoyer en Europe des échantillons de caoutchouc récoltés en tous les points du Congo… dominant la nature insouciante des nègres, nos compatriotes leur donnent peu à peu le goût et l’intelligence du travail et la production du caoutchouc est une des manifestations les plus tangibles des progrès à ce point de vue. 1. Welke visie heeft Masui op de beschaving(smogelijkheden) van de zwarten? 2. Welke rol spelen de blanken in deze beschaving? 3. Hoe merk je deze tweeledigheid over de mogelijkheden en de ontwikkeling van de zwarten in het stuk over de rubber? 4. Wie profiteert hier mee van de rubberexploitatie? Wat blijft opvallend onbesproken? 5. Wat is het zelfbeeld van de bezoeker van de tentoonstelling en lezer van de gids?