De Congo-tentoonstelling van 1897

advertisement
Congo
Het beeld van de kolonie
en het moederland.
Aan de hand van deze bundel ga je op zoek naar de vele beelden die doorheen de
koloniale geschiedenis over Congo verspreid werden. De periode die deze bundel
omvat begint omstreeks 1885 en eindigt in 1958 met de wereldtentoonstelling in
Brussel.
Wil je dit goed doen, dan moet je af en toe in de huid van onze voorouders kruipen en je
afvragen hoe zij naar deze beelden keken. De vele vragen bij de bronnen zullen je
hierbij helpen. De uiteindelijke bedoeling is dat je begrijpt hoe de Belgen in 1959 op het
plotse geweld reageerden en waarom ze de harde woorden van Lumumba in 1960 niet
begrepen.
Om dit werk te realiseren krijg je vier uren tijdens de lessen geschiedenis. Ook in de
lessen Frans en Engels zal je minstens een lesuur met wat teksten bezig zijn. Het
grootste deel van de tijd ga je zelfstandig, dat wil zeggen met maximaal drie leerlingen
samen, aan het werk. Je mag het werk echter NIET verdelen. Er moet van een echte
samenwerking sprake zijn. De bundel moet net en volledig ingevuld worden. Pas na
nazicht door de leerkracht zal de verbetering op ELO geplaatst worden.
Deel 1
Kongo vrijstaat
Opdrachtenblad 1
Congo in België
Een belangrijke propaganda- en informatiebron om het beeld van de kolonie in het
moederland uit te dragen was de fotografie. In tijdschriften en kranten verschenen
regelmatig foto’s van en reportages over de kroonkolonie. Belgen in Congo stuurden
regelmatig postkaarten met daarop afbeeldingen van dorpen, stamhoofden,
natuurbeelden maar ook van de realisaties van de Belgen. Het absolute hoogtepunt
van deze propaganda-inspanning was echter de wereldtentoonstelling van 1897 en
het Afrikamuseum dat naar aanleiding daarvan ontstond.
Fotografie
Vragen bij “In and out of focus. Images from Central Africa, 1885-1960”
www.nmafa.si.edu/exhibits/focus/
Deze website is een overzicht van een tentoonstelling. Ze biedt een boeiende
verkenning van de fotografie in Belgisch Congo aan het einde van de 19 de eeuw en
het begin van de 20ste eeuw. De vragen hieronder helpen je bij de verkenning. Een
handige manier om je te ondersteunen is het vertaalprogramma
http://www.worldlingo.com/nl/products_services/computer_translation.html. Je kunt er
de hele site in onderbrengen. Let wel de slide show kan je alleen op de originele site
bekijken!
1. Over de website
a. Welke instelling heeft de tentoonstelling en website gemaakt?
b. Van welke instellingen en individuen heeft de
tentoonstellingsmaker fotomateriaal in bruikleen gekregen.
c. Wat is het doel van de tentoonstelling?
2. Ga naar “Central African Peoples through the Eye of Western Photographers”
a. Welke waren de drie doelstellingen van koloniale fotografie?
b. Klik op “slide show”. Hoe illustreren deze foto’s deze
doelstellingen?
c. Op welke manier zijn de foto’s van de Afrikaanse kolonies
vandaag nog waardevolle bronnen?
3. Ga naar “Colonial Photography from a Present-Day Perspective”
De foto’s uit de koloniale periode zijn voor ons zeker waardevolle bronnen.
Alleen oordelen wij meestal anders dan de mensen in het verleden over het
getoonde.
a. De tekst geeft drie voorbeelden van deze verschillende
interpretaties. Zet deze even naast elkaar in twee kolommen (toen
en nu).
b. Klik op “slide show” en kies een foto waarmee je even zelf
probeert de twee interpretaties naast elkaar te zetten.
De Congo-tentoonstelling van 1897
door Nico van der Zwet Slotemaker1
Voor een tentoonstelling is vrijwel ieder onderwerp goed genoeg, maar een
tentoonstelling over een tentoonstelling moet toch wel iets bijzonders zijn. In
België hebben ze er een. 'Met de tram naar Congo' (zomer 1997) in het
Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in het Brusselse voorstadje Tervuren
handelt over de expositie die hier precies honderd jaar geleden werd gehouden
en die door de Belgische koning Leopold II was bedoeld om bij zijn
onderdanen meer begrip en belangstelling te kweken voor zijn persoonlijke
koloniale hobby, Congo dus. Het breed uitgemeten spektakel in Tervuren was
overigens destijds slechts een
onderdeel van een
wereldtentoonstelling op allerlei
gebied.
Affiche van de Brusselse
wereldtentoonstelling, precies
een eeuw geleden.
Het tropische onderdeel stal echter
de show. "Op sommige dagen
kwamen wel 40.000 mensen per
tram van het Jubelpark naar
Tervuren," zegt Kristien Opstaele
van het museum. Die tram lijn 44
rijdt er nog, al moet u vanaf het
station Brussel eerst even een
stukje met de metro.
200 Congolezen
Het succes van een eeuw geleden
lag uiteraard voornamelijk in het
exotische karakter van wat eigenlijk
het beste als een "show" kan
worden betiteld. Meer dan 200
Congolezen waren uit hun
vaderland naar Tervuren
overgebracht waar ze in drie
"negerdorpen" eigenlijk precies
1
Overgenomen uit De Telegraaf, 19 juli 1997.
moesten doen wat ze thuis ook deden, namelijk gewoon doen. Dat lukte door de
grote belangstelling niet al te best. Je potje koken gaat wat minder gemakkelijk als er
steeds duizenden nieuwsgierigen op je handen staan te kijken en naar de normen
van deze tijd zouden we van een gênante vertoning kunnen spreken.
Een van de drie nagebouwde Congodorpen op de expositie van 1897
In die jaren lag dat even anders. De westerling kreeg wat nieuws, wat onbegrijpelijks
te zien. Alsof ze wilde dieren in hun kooien kwamen bekijken. Een primeur was dit
overigens toen al niet. De Britten zijn er waarschijnlijk mee begonnen. Zij voerden uit
hun koloniën ook kleurlingen aan die op kermissen en dergelijke tegen vergoeding
konden worden bekeken en toen dat niet meer echt werkte lieten ze hun "koopwaar"
een robbertje onderling vechten.
Niet bekend is of er toen ook al stukken oor werden afgebeten of dat deze acties pas
uit onze verlichte tijd stammen. Ook was het vast pandoer om muntjes in heel diep
water te werpen teneinde de zwemkunst van de inboorlingen te testen, waarschijnlijk
in de hoop dat er een niet meer boven zou komen. Ook op dat punt is er niets
veranderd. Ik leid u zonder de geringste moeite naar meer dan twintig plaatsen op de
aarde waar de toeristen zich nog steeds met dit tijdverdrijf vermaken.
De Congolezen hadden honderd jaar geleden in Tervuren niet alleen moeite met al
die aandacht. De krijgers een groot deel van de groep had uiteraard op bevel te
dansen en te schreeuwen en bovendien moest er muziek worden gemaakt, want een
oerwoud zonder tam-tam stelt uiteraard niets voor.
Natuurlijk moest er ook oerwoudmuziek worden gemaakt op uit Congo
meegebrachte instrumenten. De twee trommels zijn nog in het museum te
bewonderen.
Nog erger was het dat de Afrikanen niet opgewassen waren tegen onze
klimatologische omstandigheden. Wel was bekend dat als je als westerling naar de
tropen reisde enige voorzorgsmaatregelen vereist waren, maar dat zulks ook
andersom gold had niemand voor mogelijk gehouden. Zeven Congolezen
overleefden hun internationale avontuur dan ook niet. Ze werden in Tervuren
begraven, waarbij de Belgische belangstelling voor de zwarte broeders overigens
niet zo ver ging dat ze een vooraanstaand plekje kregen. Het moet ergens achteraf
zijn gebeurd, want het betrof hier natuurlijk geen echte christenen.
Na het succes van 1897 kon men niet anders dan besluiten er een permanente
expositie van te maken die nog steeds een absolute en verplichte publiekstrekker is.
Reusachtige kano's, opgezette dieren, wapens, alles is er in meer dan ruime mate en
de twee trommels die honderd jaar geleden door het orkest uit Congo waren
meegenomen staan er ook nog.
De tentoonstellingsgids
Bij de koloniale tentoonstelling hoorde eveneens een bezoekersgids. De Guide de la
section de l’État indépendent du Congo à l’Exposition de Bruxelles-Tervueren en
1897 was een indrukwekkend boekwerk van enkele honderden bladzijden. In twee
grote delen maakte de bezoeker kennis met Le Congo historique, physique,
poolitique, humanitaire en Le Congo économique.
Vooral het eerste deel is voor ons van belang. Hier werden per regio, een koloniale
indeling, de bewoners per etniciteit beschreven. In een soort besluit maakte de
Europese bezoeker kennis met de politieke en morele evolutie, met name justitie,
financiën, onderwijs, gezondheidszorg, strijd tegen de slavenhandel en de missies.
Uiteraard was dit laatste het resultaat van het Belgische beschavingswerk. In het
economisch tweede deel werd de rubberexploitatie niet onder grandes cultures
besproken maar bij een grotere rubriek La Flore. 2
Opvallend was dat er heel wat aandacht naar de fysieke beschrijving van de
verschillende etniciteiten ging, een invalshoek die overigens vandaag niet langer
gehanteerd wordt. Schedelvorm, lengte, huidskleur, tatoeages, neus, lippen, haar,
enz. werden netjes opgemeten en weergegeven. Ook het karakter van de diverse
stammen werd voor de toeschouwer beschreven. Zo hadden de Gombe een
fysionomie met een wild karakter terwijl de Akasi nog amper menselijk te noemen
waren.3 Daarnaast werden ook allerlei gebruiksvoorwerpen tentoongesteld. De
opsteller van de gids, luitenant Massui verantwoordde dit als volgt: Elles montrent à
quel degré extraordinaire de civilisation relative sont arrivés spontanément les noirs,
et ne peuvent manquer une impression absolue pour leur avenir, faisant bonne
justioce du discrédit qui leur a été parfois jeté.
MAAR… Le gouvernement de l’Etat du Congo, comprenant dans toute sa portée la
mission civilisatrice …[ a édicter] des lois d’une si grande sagesse et si bien
appropriées aux noirs de l’Afrique intérieure … [l’Initiative gouvernementale] montre
les noirs tels qu’il fallu les prendre pour le conduire avec sûreté par le travail, dans la
voie du progrès.
Om deze beschavingsopdracht te kunnen vervullen moesten de zwarten eerst bevrijd
worden van de slavenhandel. De inzet van deze confrontatie was la vie de millions
d’être humains, l’insuccès eût à jamais ruiné l’espérance d’un avenir meilleur… Si
aujourd’hui, peut s’ouvrir [pour les populations indigènes] une ère nouvelle de liberté
et de régénération, si l’amélioration de leur condition matérielle et morale peut
maintenant être poursuivie, elles le doivent à l’anéantissement et la ruine définitive
des esclavagistes.
De visie op de mogelijkheden van de zwarten en de vooruitgang dankzij de blanken
herkennen we in het hoofdstuk over de rubberproductie : Avant l’arrivée des
Européens il n’y avait guère que les naturels de la côte, du Kwanga et de l’Est qui
exploitaient les caoutchouc pour alimenter leur commerce. Jusqu’à cette époque la
Th.Maasui, Guide de la section de l’État indépendent du Congo à l’Exposition de BruxellesTervueren en 1897, Brussel, 1897.
3 Maarten Couttenier, Congo tentoongesteld. Een geschiedenis van de Belgische antropologie en het
museum van Tervuren (1882-1925), Leuven, 2005, p.160.
2
gomme n’avait d’autre usage que de garnir les mailloches des tam-tams, de fournir ..
la membrane résonnante de tambours minuscule et … des fils fins et nacrés servant
à faire des ligaments …
… Les noires apprirent vite à connaître la richesse qu’était pour eux cette plante
qu’un travail des plus élémentaires pouvait mettre en valeur. Bientôt on fut en
mesure d’envoyer en Europe des échantillons de caoutchouc récoltés en tous les
points du Congo… dominant la nature insouciante des nègres, nos compatriotes leur
donnent peu à peu le goût et l’intelligence du travail et la production du caoutchouc
est une des manifestations les plus tangibles des progrès à ce point de vue.
1. Welke visie heeft Masui op de beschaving(smogelijkheden) van de zwarten?
2. Welke rol spelen de blanken in deze beschaving?
3. Hoe merk je deze tweeledigheid over de mogelijkheden en de ontwikkeling
van de zwarten in het stuk over de rubber?
4. Wie profiteert hier mee van de rubberexploitatie? Wat blijft opvallend
onbesproken?
5. Wat is het zelfbeeld van de bezoeker van de tentoonstelling en lezer van de
gids?
Download