Schoolplan - t Iemenschoer

advertisement
ZML TWOG
Schoolplan ‘t Iemenschoer
Periode 2011-2015
September 2011
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
1
Inhoud
1.
Bestuurlijke context .......................................................................................................................................................... 3
2.
Gegevens school .................................................................................................................................................................. 4
3.
Bronnen .................................................................................................................................................................................. 4
4
Samenvatting ........................................................................................................................................................................ 5
5
Externe context.................................................................................................................................................................... 6
6
Interne context .................................................................................................................................................................... 9
7
Missie en visie ................................................................................................................................................................... 11
8
Onderwijsontwerp .......................................................................................................................................................... 12
9
Pedagogisch ontwerp ..................................................................................................................................................... 13
10
Didactisch ontwerp ......................................................................................................................................................... 14
11
Onderwijsorganisatie..................................................................................................................................................... 16
12
Dienstverlening ................................................................................................................................................................ 18
13
Schoolorganisatie ............................................................................................................................................................ 19
Bijlage
Model schoolontwerp ................................................................................................................................................... 22
Bijlage
Instemming met en vaststelling van het schoolplan ....................................................................................... 40
Bijlage
Kwaliteitszorg .................................................................................................................................................................. 23
Bijlage
Ontwikkelingen m.b.t. opbrengstgericht werken op ‘t Iemenschoer ...................................................... 27
Bijlage
Reacties “ronde tafelgesprek” Iemenschoer 8 december 2010 ................................................................. 39
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
2
1. Bestuurlijke context
De school ’t Iemenschoer vormt een onderdeel van de Stichting ZML Twente/Oost-Gelderland. Deze relatief
jonge stichting verzorgt het onderwijs aan zeer moeilijk lerende kinderen in de betreffende regio. Dit onderwijs
wordt georganiseerd binnen een zestal afzonderlijke locaties. Hoewel er sprake is van drie administratieve
entiteiten (brinnummers), wordt er in de praktijk van alledag gewerkt vanuit zes eenheden (drie keer SO en
drie keer VSO). Hiermee wordt de meer autonome ontwikkeling van de beide onderwijsvormen recht gedaan.
Vanaf 2010 kent de stichting een eenduidige en heldere organisatiestructuur. Er is gekozen voor een Raad van
Toezichtmodel met een bestuurder als bevoegd gezag. Het directieberaad is het belangrijkste adviesorgaan van
de bestuurder.
Voorafgaand en parallel aan de ontwikkeling van dit schoolplan is er gewerkt aan een strategisch beleidsplan
voor de hele stichting. Genoemd beleidsplan kan als basisdocument voor onderhavig schoolplan worden
gezien. Het schoolplan vormt vervolgens de basis voor de agenda van de periodieke werkbesprekingen tussen
de bestuurder en de directeuren. Gemeenschappelijke items zullen in plenaire besprekingen worden
behandeld.
Passend onderwijs, nieuwe toezichtskaders van de inspectie voor het onderwijs en veranderende wetgeving
zijn ontwikkelingen die de komende periode voor veel dynamiek zullen zorgen. Hiermee kan in de actuele
plannen slechts deels rekening worden gehouden. Immers de specifiek uitwerking van al deze zaken ontbreekt
nog. Ook de impact van de aangekondigde bezuinigingen in combinatie met de verevening zal groot zijn, maar
ook hier is nog niet te voorspellen welke effecten dit zal hebben voor de onderwijsactiviteiten binnen de
school. Veel zal afhangen van de wijze waarop het regionale samenwerkingsverband passend onderwijs
invulling gaat geven aan haar opdracht. Hoewel wij bestuurlijk betrokken zijn bij deze ontwikkeling, is er nog
geen zicht op de onderwijsinhoudelijke koers. Het schoolplan zal dan ook voortdurend worden gewijzigd en
bijgesteld.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
3
2. Gegevens school
Naam school
Adres
Postcode & Plaats
Telefoon
Email
Directeur
Brin. Nummer
’t Iemenschoer
Ruijsdaelstraat 49
7556 WS Hengelo
074-2918727
[email protected]
01 CN
3. Bronnen
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
Input ouders en leerkrachten ronde tafelgesprek
Inspectierapport
Strategisch beleidsplan TWOG
Interne audits met leerkrachten en assistenten (studiedagen)
Risico Inventarisatie en evaluatie 2011
“Duiden en Doen” Struiksma e.a.
Output werkgroep LVS/LAS TWOG
Houtskoolschets formatie
Document “opbrengstgericht werken op ‘t Iemenschoer” (opgesteld door de IB ers)
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
4
4
Samenvatting
De komende periode zal in het teken staan van de volgende thema’s:
1. Opbrengstgericht werken
Er zal een omslag gemaakt worden naar een meer opbrengstgerichte cultuur. Op alle relevante domeinen
zullen vooraf doelen worden geformuleerd, deze doelen vormen de start van een cyclisch proces van
evalueren en bijstellen. De CvB zal bij het vaststellen van leerroutes een meer bepalende rol gaan spelen. Deze
omslag zal gebaseerd zijn op het bestaande pedagogische klimaat, dit vormt de basis voor de genoemde
ontwikkeling.
2. Herijking visie en missie
De kernwaarden van de bestaande visie en missie zullen niet wijzigen, maar een hernieuwde toetsing aan de
huidige context lijkt zinvol.
3. Passend Onderwijs en de bijbehorende verevening
Deze ontwikkelingen zullen waarschijnlijk grote invloed hebben op het aantal leerlingen van onze school.
Hierop anticiperen is een belangrijk speerpunt voor de komende periode.
4. Professionalisering
Onze medewerkers staan voor een grote uitdaging, meer complexiteit en minder middelen. Accent op een
verdere professionalisering is vanzelfsprekend.
5. Onderwijs-zorgarrangementen
De resultaten van een eerste ervaring met deze nieuwe aanpak biedt veel perspectief, verdere uitwerking zal
de komende jaren prominent op de agenda worden geplaatst.
6. Positie ouders
Verdere versterking van de relatie met de ouders, dit mede naar aanleiding van het ronde tafelgesprek.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
5
5
Externe context
Thema
Context extern
REC
Lokaal
Onderwijsbeleid=gemeente
Analyse huidige situatie
De Stichting ZML Twente/Oost
Gelderland vormt samen met
stichting Attendiz het REC
Oostmarke. Binnen dit verband
worden alle wettelijke REC taken
uitgevoerd. De realisatie van de
ambulante begeleiding wordt
verzorgd door het
dienstencentrum van Attendiz.
Er is periodiek overleg met alle
leidinggevenden van de
bijbehorende scholen. Het REC is
door de inspectie onder
verscherpt toezicht gesteld. De
kritiek van de inspectie richt zich
vooral op de wijze waarop de
uitvoering van de wettelijke
taken worden verantwoord en
geborgd.
Op dit moment is er geen sterke
band tussen de scholen en
gemeentelijke beleidsbepalers.
Wel een goede relatie met de
leerplichtambtenaren.
Reflectie
De aangekondigde plannen ten aanzien van
Passend Onderwijs hebben hun schaduw
reeds vooruit geworpen. De taken van het
REC worden steeds verder beperkt tot het
vereiste minimale pakket. De gezamenlijke
inzet van de AB biedt TWOG te weinig
mogelijkheden om de eigen expertise uit te
nutten. De realisatie van het plan van aanpak
ten behoeve van de inspectie is ernstig
vertraagd door interne (bezettings)problemen bij het REC.
Mogelijke actiepunten
 Het REC ontmantelen per 1
augustus 2013.
 Zinvolle ontmoetingen tussen de
oorspronkelijke REC partners
blijven initiëren en faciliteren.
 De AB vanuit de eigen (TWOG)
organisatie uitvoeren, hierbij de
samenwerking met collegabesturen blijven zoeken.
Deze geïsoleerde positie is niet langer
houdbaar. De ontwikkelingen rondom
Passend Onderwijs, maar ook de transitie
Jeugdzorg vragen om een afstemming op
lokaal niveau. De gemeente Hengelo heeft
reeds een initiatief hiertoe genomen.


ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
6
Door actieve participatie in
diverse lokale overlegvormen
optimale synergie realiseren
tussen de diverse partners.
Hierbij zal een de bestuurder een
belangrijke rol gaan spelen. De
contacten met de
leerplichtambtenaren handhaven.
Zoeken naar mogelijkheden om
een breder aanbod te kunnen
realiseren voor onze doelgroep,
voor- en naschoolse opvang is
hierbij een aandachtspunt.
Thema
Relaties
Zorginstellingen/
ketenpartners
Relatie SO/VSO
Relatie cl. 1-2-4
Analyse huidige situatie
Reflectie
De relatie met het KDC/Aveleijn is De eerste stappen zijn gezet om te komen tot
in ontwikkeling. Er is een
structurele samenwerking tussen
voorzichtige start gemaakt met
zorgpartners en school.
onderwijs in het KDC.
De landelijke ontwikkelingen m.b.t. passend
De resultaten zijn erg positief.
onderwijs en de beschikbare geldelijke
middelen kunnen van invloed zijn op de
mogelijkheden tot het aangaan van nieuwe
en het verder uitbouwen van bestaande
relaties.
Mogelijke actiepunten
 Verder uitbouwen van zorgonderwijs en onderwijs-zorg in
samenwerking met het KDC.
Bestuur heeft hierin een
belangrijke rol. Voorinvesteren is
hierbij mogelijk noodzakelijk.
 Onderzoeken of er behoefte is aan
onze expertise bij het CJG,
eventuele vroeghulpteams en in
de VVE sector.
Er is een goede overgang van SO
naar VSO binnen Hengelo. Door
intensief overleg tussen beide
scholen wordt een optimale
situatie geborgd.
Het natuurlijke proces waarbij de beide
locaties steeds zelfstandiger gaan
functioneren vormt hierbij een mogelijke
bedreiging.

Met de lokale cluster 4 collega
instelling is een goede afstemming
ten aanzien van de leerlingen met
een zogenaamde LVG+
problematiek.
Hoewel er veel voordeel te behalen is door
een bredere samenwerking met de collega
instellingen, worden de mogelijkheden niet
of nauwelijks benut.

Het SO oriënteert zich op mogelijkheden om
hierin te ontwikkelen. De landelijke
ontwikkelingen richting passend onderwijs
zullen hierin sterk sturend zijn. De eerste
contacten met de samenwerkingsverbanden
“nieuwe stijl” hebben een nogal bestuurlijk
Een duidelijke positionering binnen
het nieuwe samenwerkingsverband.
Het formuleren van een scherp
zorgprofiel aansluitend op de
profielen van het regulier en het
overige speciaal onderwijs.
Buurt
Er is geen verbinding met de
directe omgeving van de school.
Relaties regulier onderwijs /
samenwerkingsverbanden
Op dit moment ligt de
samenwerking met het regulier
onderwijs vooral op het gebied
van de ambulante begeleiding.
Daarnaast wordt er gebruik
gemaakt van collegiale consultatie
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015

7

Structureel overleg handhaven
tussen SO en VSO. Niveau directie
2x per maand, ook structureel
overleg tussen de leden van de CvB.
De uitstroomprofielen van het SO
moeten aansluiten bij de
instroomprofielen van het VSO. Zie
hiervoor het document m.b.t.
opbrengstgericht werken.
Nauwere samenwerking met
cluster 4 zal in de toekomst zeer
noodzakelijk zijn.
Goede afstemming over de te
ontwikkelen zorgprofielen is
gewenst. Hierbij is een juiste
taakverdeling tussen bestuur en
directie voorwaardelijk.
Thema
Analyse huidige situatie
Reflectie
op het niveau van leerlingenzorg, karakter, zodra er ook een inhoudelijk
in samenwerking met SBO scholen agenda komt zullen wij participeren.
in Hengelo.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
8
Mogelijke actiepunten
6
Interne context
Thema
Personeelsopbouw
Schoolbevolking
Schoolgebouw
Relatie met het bestuur (BS)
Analyse huidige situatie
Het team van ’t Iemenschoer is
een gemengd team met een
vertegenwoordiging van alle
leeftijdscategorieën.
De verhouding OP-OOP is niet
gebaseerd op een beleidsmatige
keuze. De inzet van de
ondersteunende disciplines is
traditioneel van aard.
Huidige doelgroep bestaat
voornamelijk uit de “traditionele”
ZML leerlingen.
Het gebouw van ’t Iemenschoer
stamt uit 1978. In 2011 is er een
aanbouw gerealiseerd waardoor
er negen lokalen beschikbaar
zijn. Dit is op basis van prognoses
voldoende.
Hier is duidelijk sprake van een
groeimodel. De afgelopen
periode is er sprake geweest van
een oriënterende fase, de
ontwikkeling van het Strategisch
Beleidsplan heeft bijgedragen
aan het ontwikkelen van een
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
Reflectie
Naar aanleiding van de aangekondigde
bezuinigingen heeft de school zich gebogen
over de gewenste teamsamenstelling binnen
de nieuwe context. Een zogenaamde
houtskoolschets is het resultaat van dit
proces. Deze schets is leidend voor de
personele ontwikkelingen de komende
periode.
Mogelijke actiepunten
 Veel aandacht voor de gedwongen
wijzigingen in de teamsamenstelling.
 Bredere inzetbaarheid van de
medewerkers.
 Accent op verdere
professionalisering.
We zien een tendens naar een verschuiving
binnen de doelgroep: meer leerlingen met
een meervoudige beperking (soms in
combinatie met externaliserend gedrag) De
samenwerking met Aveleijn resulteert in
onderwijs-zorgarrangementen voor
kinderen die in het verleden hiervan
verstoken bleven.
Bij de organisatie van dit alles wordt de
nodige differentiatie gehinderd door het
dalend aantal leerlingen en de bezuinigingen.
Effecten van Passend Onderwijs zijn nog
moeilijk in te schatten.
Door de recente uitbreiding is het gebouw
aangepast aan de huidige maatstaven.
Zoeken naar alternatieve
organisatievormen binnen de nieuwe
financiële kaders.
De focus van de schoolleiding dient gericht te
zijn op het primaire proces en de aansturing
van de medewerkers teneinde dit proces
optimaal te laten verlopen. De meer
beheersmatige taken zullen veelal
bovenschools worden opgepakt. Echter de
school zal wel verantwoording af moeten

9
Geen

Verdere uitkristallisering van het
takenpakket van schoolleiding en
bestuurder.
Ontwikkeling van een model ten
behoeve van de verticale
verantwoording. Hierbij vormt
Thema
Analyse huidige situatie
visie op dit item.
Uitstroom
Vrijwel alle leerlingen stromen
door naar het VSO.
Schoolgrootte
Op de teldatum 1 oktober 2010
had ’t Iemenschoer 90 leerlingen.
Door meer uitstroom naar het
VSO dan instroom is de
verwachting dat dit aantal wat
minder zal worden.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
Reflectie
leggen omtrent de kwaliteit van dit primaire
proces. De eerder geschetste landelijke
ontwikkelingen vragen ook om een actieve
bestuurlijke attitude met betrekking tot
meer inhoudelijke zaken, hierbij zal sprake
moeten zijn van zowel faciliterende,
initiërende en controlerende activiteiten.
De profielen moeten op elkaar afgestemd
worden.
Mogelijke actiepunten
het onderhavige schoolplan het
uitgangspunt.
Wij kunnen nog niet goed inschatten welke
gevolgen de ontwikkelingen op gebied van
passend onderwijs zullen gaan hebben voor
ons leerlingenaantal. Door onze kwaliteiten
als ZML school goed neer te zetten en op
inhoudelijk gebied ambitieus te zijn zullen
wij onze meerwaarde kunnen aantonen.
Bewustwording van onze eigen
kwaliteiten (o.a. door missie en visie
helder neer te zetten) en werken aan
inhoud.
10
Instroom en uitstroomprofielen
gezamenlijk ontwikkelen.
7
Missie en visie
Thema
Missie, visie
Analyse huidige situatie
Reflectie
De huidige visie kent een aantal
Er is geen sprake van een actuele en
kernwaarden welke nog steeds als doorleefde visie.
uitgangspunt dienen.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
11
Mogelijke actiepunten
Vast stellen van een actuele visie,
gebaseerd op de eerder genoemde
kernwaarden.
8
Onderwijsontwerp
Thema
Onderwijs-ontwerp
Schoolconcept
Opvatting over leren
Analyse huidige situatie
Iedere school heeft zijn eigen,
door de jaren heen ontstane,
schoolconcept. Cultuur en
omgangsvormen zijn hierin
bepalend.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
Reflectie
Gekoppeld aan de vernieuwde visie zal ook
een aangepast schoolconcept nodig zijn.
Hierbij zal opbrengstgerichtheid een
belangrijk uitgangspunt vormen.
12
Mogelijke actiepunten
Schoolconcept ontwikkelen en
vastleggen (borgen) in het schoolplan.
Hierbij aansluiten bij de opbrengst van
het “ronde tafelgesprek”(8-122010).Zie bijlage.
Met het huidige pedagogische klimaat
als uitgangspunt a.h.w. de volgende
stap zetten: hogere verwachtingen
gecombineerd met voldoende
professionele ruimte om te
onderzoeken welke aanpak optimaal
aansluit bij de hulpvraag van de
leerling.
9
Pedagogisch ontwerp
Thema
Pedagogisch ontwerp
Pedagogische huisstijl
Sociaal/emotionele ontwikkeling
Gedragsproblemen
(speerpunt)
Analyse huidige situatie
Onze pedagogische huisstijl
wordt gekenmerkt door respect,
veiligheid, zorg en aandacht. In
de afgelopen jaren heeft elk van
deze pijlers beurtelings centraal
gestaan om zo met het team de
huisstijl op elkaar af te kunnen
blijven stemmen.
De huisstijl wordt erg
gewaardeerd door ouders en
andere belanghebbenden.
Hier wordt het zogenaamde AESO
model gehanteerd.
Gedragsproblemen vormen op
dit moment geen noodzakelijk
aandachtspunt binnen de school.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
Reflectie
De intervisiebijeenkomsten die mede voor de
afstemming van pedagogisch handelen waren
opgezet zijn een langzame dood gestorven.
Wij hechten wel waarde aan uitwisseling
tussen collega’s.
Er wordt in incidentele situaties (niet
structureel) gebruik gemaakt van Video
Interactie Begeleiding.
Er wordt te weinig doelgericht gewerkt aan
de sociaal emotionele ontwikkeling. Er wordt
geen gebruik gemaakt van observatielijsten
voor de sociaal- emotionele ontwikkeling.
Hierdoor zijn beschrijvingen vaak subjectief
en geven ze weinig richtlijnen voor handelen
van leerkrachten en assistenten.
Voor de groepsbespreking wordt de PVL lijst
door de leerkracht ingevuld.
Als gevolg van toekomstige ontwikkelingen
kan het wel een aandachtspunt worden.
13
Mogelijke actiepunten
 Pedagogische huisstijl blijven
bespreken met het team.
 Meer gebruik gaan maken van
Video Interactie Begeleiding voor
individuele collega’s en bij
teambesprekingen.
 Nadenken over inzet vormen van
collegiale consultatie.
 De huisstijl borgen en benutten
als basis voor een meer
opbrengstgerichte benadering.
Observatielijst sociaal- emotionele
ontwikkeling gaan invoeren. Hierbij
kan de PVL lijst als leidraad worden
gebruikt.
Tijdig anticiperen op toekomstige
ontwikkelingen. Hierbij is verdere
professionalisering van groot belang.
10 Didactisch ontwerp
Thema
Leerlijnen
Ontwikkelingsperspectief,
uitstroomprofielen enz.
Analyse huidige situatie
Een aantal jaren geleden zijn
leerlijnen ontwikkeld. De inhoud
van het handelingsplan is sterk
individueel gericht en zeer
uitgebreid wat doelen betreft.
Onderwijsleerpakketten
Het aanbod aan elk kind is sterk
individueel bepaald.
LVS (BS)
(Incl. transitiedocument)
Het huidige leerlingvolgsysteem
wordt niet langer ondersteund
door de oorspronkelijke
ontwikkelaar. Dit noopt ons tot
een nieuwe keuze.
ICT
Instructiestijl/-afstemming
De basisvoorwaarden voor een
volwaardige ICT aanpak zijn
aanwezig
Veel voorgestructureerd,
instructie veelal op basis van het
leerstofaanbod.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
Reflectie
In de praktijk blijken de leerlijnen en
individuele handelingsplannen niet altijd
goed werkbaar.
Met de nieuwe wet kwaliteit (v)so komt het
opbrengstgericht gericht werken
nadrukkelijker in beeld. Er is al veel
voorwerk verricht om andere leerlijnen te
gaan gebruiken.
Te veelomvattend. Moeilijk realiseerbaar in
de nieuwe context.
In principe willen we graag een uniform
systeem voor alle scholen binnen de
stichting. Hierbij gaan we een zorgvuldig
besluitvormingstraject in. Het systeem moet
voldoende mogelijkheden bieden voor
implementatie van de nieuwste
ontwikkelingen. Ook dient er ruimte te
blijven voor de meer school specifieke
wensen. Uiteraard staat dit alles in relatie tot
keuzes aangaande leerlijnen en profielen.
ICT kan nog meer ondersteunend zijn aan het
primaire proces.
Naar aanleiding van het recente
inspectiebezoek en de wens om meer
opbrengstgericht te gaan werken willen we
meer afstemming realiseren tussen de
14
Mogelijke actiepunten
 Invoeren van nieuwe leerlijnen
(CED), gekoppeld aan
ontwikkelingsperspectieven.
 Koppeling aan het nieuwe LVS.

Opzetten van
ontwikkelingsperspectieven en
uitstroomprofielen en daarbij
passende leerroutes uitwerken.
 Duidelijke keuze maken voor een
afgebakend leerstofaanbod. (Dus
ook willen beperken)
 Uitwerken van een vakplan voor
de creatieve en wereldoriëntatie
vakken.
Spoedige keuze LVS. Uitwerking
verdere implicaties van betreffende
keuze op schoolniveau. Implementatie
van het geheel.
Een uitgewerkt ICT beleidsplan waarbij
de ondersteunende functie centraal
staat.
 Vergroten van kennis en
vaardigheden m.b.t. het geven van
effectieve instructie op
verschillende niveaus.
Thema
Analyse huidige situatie
Reflectie
instructiestijl en de mogelijkheden van de
individuele leerling.
Mogelijke actiepunten
 Collegiale consultatie inzetten
(Video Interactie Begeleiding)
Leertijd
De brede doelstelling van ons
onderwijs verklaart dat veel
activiteiten als onderwijs-/leertijd
worden gekenmerkt.
Heeft te weinig aandacht
gekregen, focus ligt vooral op het
pedagogisch klimaat.
Er is meer efficiency te behalen door een
effectiever gebruik van de leertijd,
gecombineerd met een betere afstemming van
de leertijd op het individuele kind.
Niet alleen de aangekondigde wijzigingen in
wet- en regelgeving, maar ook eigen
ervaringen leiden tot een grotere
opbrengstgerichtheid.
Zie voor verdere uitwerking ook de
notitie aangaande opbrengstgericht
werken.
Binnen de huidige structuur is de
positie van de CvB meer
ondersteunend van karakter.
CvB moet een sterkere positie krijgen binnen
de onderwijszorg-structuur. De structuur
moet een cyclisch karakter krijgen.
Opbrengsten van het onderwijs
Onderwijszorg-structuur
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
15
Zie uitgewerkt document (bijlage)
Hierin krijgt ook het toetsen van de
opbrengsten een belangrijke plaats.
Deze bijlage is een ontwikkeldocument,
de inhoud kan regelmatig worden
bijgesteld.
Zie uitgewerkt document. (bijlage)
.
11 Onderwijsorganisatie
Thema
Onderwijsorganisatie
Analyse huidige situatie
De groepen op ’t Iemenschoer zijn
ingedeeld met leeftijd als
belangrijkste criterium.
Reflectie
Er zijn grote verschillen in niveau in elke
groep. Het kleiner worden van het
leerlingenaantal kan een bedreiging zijn voor
het indelen op andere criteria dan leeftijd.
Mogelijke actiepunten
Criteria voor groepsindeling kritisch
bekijken, mogelijk op basis van
ontwikkelingsperspectief/ c.q. de
hulp-ontwikkelingsvraag van de
leerling. Veiligheid dient hierbij wel
het belangrijkste criterium te blijven.
Differentiatie
Door de grote verschillen in elke
groep wordt nu veelal
individueel gewerkt. Dit vraagt
veel van de onderwijsorganisatie
in de groep.
In de praktijk blijkt het individueel werken
lastig te zijn. Er is veelal een klassikaal
aanbod.
Onderwijsorganisatie afstemmen op
aantal leerroutes in de groep.
Klassen-management
Gericht op een klassikaal aanbod
gevolgd door een individuele
verwerking.
Sluit onvoldoende aan bij de vraagstelling
van de leerlingen.

Groepsindeling

Kwaliteitszorg
Ontwikkelen groepsplannen om
te plannen en te differentiëren in
max. drie niveaus.
Ontwikkelen en introduceren van
een format dagplanning.
Zie bijlage kwaliteitszorg
PDCA -cyclus
Toelating, verwijzing,
verwijdering
Nazorg
Toelating nu sterk gestuurd
middels de regels van het
REC/CVI.
Verwijdering slechts incidenteel.
Passend onderwijs zal ingrijpende gevolgen
hebben voor de toelaatbaarheid, hierover is
nog weinig te melden. Verwijdering blijft een
uitzondering.
De meeste leerlingen stromen uit
naar het VSO, de nazorg wordt
structureel belegd in de reguliere
overleggen.
Deze vorm van nazorg voldoet
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
16


Actief participeren in de
processen die leiden tot plaatsing
van leerlingen.
Zoeken naar alternatieve vormen
van begeleiding.
Thema
Analyse huidige situatie
Structureel informeert de IB-er
naar leerlingen die niet naar het
VSO zijn uitgestroomd.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
Reflectie
Mogelijke actiepunten
17
12 Dienstverlening
Thema
Informatie/-communicatie
Analyse huidige situatie
Er zijn intern zowel structurele
als ad hoc vormen van
communicatie en
informatieverstrekking.
Ouders
Ouderparticipatie neemt af.
Wordt steeds moeilijker om hen
te betrekken bij het onderwijs.
Ouders zijn wel tevreden over de
mogelijkheden die de school
biedt met betrekking tot
participatie.
Verantwoording
Het afleggen van verantwoording
verloopt via de formele lijnen.
Reflectie
Communicatie verdient extra aandacht in
deze complexe omgeving. Moet zowel
zorgvuldig als adequaat zijn. Er kan meer
gebruik gemaakt worden van de diversiteit
aan mogelijkheden.
Juist onze doelgroep heeft er alle belang bij
om een intensief contact met ouders te
onderhouden. We zien de ouders als
belangrijkste partner, maar onderkennen
wel de eigen verantwoordelijkheid van
eenieder. Respect is hierbij het uitgangspunt.
Ook hier maatwerk leveren, blijven
investeren in passende communicatie voor
iedere ouder.
Mogelijke actiepunten
Uitwerken van een communicatieplan.
Opbrengstgericht werken dwingt ons om
voortdurend verantwoording af te leggen
over de resultaten van ons werk.







ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
18
Ouders actief betrekken bij het
ontwikkelperspectief van hun
kind.
Door inzet van moderne media de
communicatie verbeteren.
School gaat meer initiatief nemen
om de ouders te benaderen.
Het nieuwe LVS inzetten om
ouders beter te informeren
omtrent de vorderingen van hun
kind.
Ontwikkelen van
rapportagevormen ten behoeve
van diverse stakeholders.
Zie ook de paragraaf over
kwaliteitszorg.
Ouders meer informeren over de
ontwikkeling van hun kind.
13 Schoolorganisatie
Thema
Schoolorganisatie
Schoolleiding (bs)
Personeelsbeleid
Taak en functieverdeling
Analyse huidige situatie
De schoolleiders van de stichting
ZML TWOG zitten midden in een
transitieproces. Niet alleen
landelijke ontwikkelingen rondom
onderwijskundig en
opbrengstgericht leiderschap
hebben de nodige veranderingen
teweeg gebracht, ook het interne
reorganisatieproces heeft hieraan
bijgedragen. Dit gecombineerd met
de aangekondigde bezuinigingen
op het Passend Onderwijs maakt
dat er sprake is van een kwetsbare
functie, en dat op de meest cruciale
functie binnen de gehele
organisatie.
 Vastgesteld beleid rondom de
gesprekkencyclus aanwezig.
 Directeuren zijn getraind in
het voeren van
functionerings- en
beoordelingsgesprekken.
 Er is een vastgestelde
regeling personeelsdossiers
en bekwaamheidsdossiers.
 Training ‘Integraal
Personeelsbeleid ‘ voor
locatiedirecteuren en
teamleiders – 2011
 Vastgesteld mobiliteitsbeleid
aanwezig.
Reflectie
Het bestuur stelt zich op het standpunt dat op
elke locatie de beschikking heeft over een
eigen schoolleider. Juist in deze dynamische
context is een dergelijke spilfunctie
onmisbaar.
Er is veel behoefte aan ondersteuning ,
professionalisering en collegiale consultatie.
Mogelijke actiepunten
 Veel begeleiding en ondersteuning
door de bestuurder.
 Professionalisering door collectief
aanbod in combinatie met
maatwerk op individueel niveau.
 Opzetten en faciliteren van
collegiale consultatietrajecten.

Ontwerpen functioneringsformulier
voor Onderwijsondersteunend
Personeel (onderwijsassistent
uitgezonderd)


Evaluatie voeren gesprekken conform
vastgesteld gesprekkencyclus schooljaar
2012/2013
Ontbreken van
functioneringsformulieren voor alle
Onderwijsondersteunend Personeel
(onderwijsassistent uitgezonderd)
Acties t.a.v. inrichting en aanvulling
dossiers zijn uitgezet binnen de scholen.
Vastgesteld functiehandboek en
competentiehandboek aanwezig.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
19
Thema
Personeelszorg
Analyse huidige situatie
 Risico-inventarisatie en
evaluatie in 2011 uitgevoerd.
 Interne en extern
vertrouwenspersoon
aanwezig.
 Vastgesteld verzuimbeleid en
training van
locatiedirecteuren: Regie
voeren op verzuim in 2010 en
Leiderschap irt verzuim in
2011.
Reflectie
 Gesignaleerde aandachtspunten op
terrein van scholen en bovenschools zijn
vertaald in een plan van aanpak.
 Evaluatie van het verzuimbeleid dient
plaats te vinden. Op onderdelen heeft dit
plaatsgevonden.
Scholingsbeleid
In relatie met voorgaande/
onderwijskundige beleid.
Scholing van medewerkers vindt
plaats vanuit de individuele
scholen.

ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
Binnen de scholen is mogelijkheid en
ruimte voor ontwikkeling van
medewerkers. Het belang hiervan wordt
20
Mogelijke actiepunten
 Opstellen van arbobeleidsplan met
daarin onder andere beleid ter
voorkoming van psychosociale
belasting
 Werkplekonderzoeken per locatie
organiseren (beeldschermwerk,
zithouding, hoogte bureau/stoel
e.d.)
 Het opstellen van een aanpak ten
aanzien van het voorkomen van
(het gevoel van)
werkdruk/overbelasting
 N.a.v. evaluatie waar nodig
aanpassing van het verzuimbeleid.
 Het opstellen van beleid rondom
intimiderend / ongewenst gedrag
van leerlingen (zoals het
versterken van de weerbaarheid
van medewerkers, geven van
handvaten in het omgaan met
gedragsproblematiek en
pubergedrag van leerlingen)
 Wijziging dienstverleningsovereenkomst arbodienst (w.o.
spreekuur bedrijfsarts vast
dagdeel en op locatie
bestuursbureau)
 Verzuimbeleid meer onder de
aandacht brengen medewerkers
(w.o. bekendheid arbodienst en
bedrijfsarts, aanpak verzuim,
vertrouwenspersoon,
mogelijkheden t.a.v. spreekuur,
procedure ziek en herstel).
 Een aanbod van te volgen
workshops voor alle medewerkers
is in voorbereiding t.b.v.
Thema
Analyse huidige situatie
Financiën en beheer
incl. 3e geldstromen (ESF) + giften
…. Enz.
De stichting heeft de financiële
administratie ondergebracht bij
het Onderwijs Bureau Twente.
Niettemin worden er nog veel
beheersmatige activiteiten door
de scholen uitgevoerd.
De planning en control cyclus was
niet op orde, hierdoor zijn er de
afgelopen jaren forse
kostenoverschrijdingen geweest
en is er sprake van een zorgelijke
financiële positie.
Er is weinig expliciete aandacht
geweest voor dit thema. De
fysieke veiligheid is veelal op
orde.
Uit de recente Risico
Inventarisatie bleek dat veel van
onze medewerkers worden
geconfronteerd met intimiderend
gedrag van leerlingen en/of
ouders.
Veiligheid
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
Reflectie
ingezien.
 Er vindt t.a.v. scholing minder
afstemming plaats op stichtingsniveau.
Inmiddels zijn hierin wel een aantal
activiteiten gestart, zijnde:
- Onderwijsassistenten zijn in de
gelegenheid gesteld om de studie
pedagogisch didactisch diploma te
volgen.
- Er loopt een maatwerk traject
Management (i.s.m. de Hogeschool
Edith Stein) op het terrein van
onderwijskundig leiderschap
Er is behoefte aan een grote mate van
transparantie met betrekking tot de financiën,
dit gecombineerd met een “ontzorging” waar
het gaat om de beheersmatige taken. Dit
impliceert een zeker spanningsveld. Een en
ander kan alleen functioneren op basis van
onderling vertrouwen. Hier moeten we de
komende jaren aan werken.
Mogelijke actiepunten
deskundigheidsbevordering en
creëren samenhang en
gemeenschappelijkheid op TWOGniveau.
 Ontwikkelen van een beleid t.a.v.
professionele ontwikkeling en
scholing gerelateerd aan de
ontwikkelingsdoelen van de school
en/of stichting.
Het thema dient prominenter op de agenda
geplaatst te worden. De gesignaleerde
problematiek vraagt om een adequate aanpak.
Uitwerken plan van aanpak om zowel
de fysieke als ook de sociaal
emotionele veiligheid van de
medewerkers te verbeteren.
21




Verdere verbetering van de
planning en control cyclus.
Uitwerken van ondersteuning bij
de beheersmatige activiteiten.
Uitwerking horizontale en
verticale
verantwoordingsmodellen.
Opstellen meerjarenbegroting ter
versterking van de financiële
positie.
Bijlage
Model schoolontwerp
Context extern
Context intern














Rec
Lokaal
Relaties
Relatie SO/VSO
Relatie cl. 1-2-4
Buurt
Relaties regulier
ond./samenwerkingsverband
Innovatie-geschiedenis
Personeelsopbouw
Schoolbevolking
Schoolgebouw
Relatie met het bestuur
Uitstroom
Schoolgrootte
Missie, visie
Onderwijsontwerp
Schoolconcept
Opvatting over leren
Pedagogisch ontwerp
 Pedagogische
huisstijl
 Sociaal/emotionele
ontwikkeling
 Gedragsproblemen
 Sociale cohesieburgerschap
Didactisch
ontwerp=(onderwijsaanbod)/kerndoelen
 Leerlijnen
 Onderwijsleerpakketten
 LVS
 ICT
 Instructiestijl/-afstemming
 Leertijd
 Opbrengsten van het onderwijs
 Projecten enz.
 Onderwijsstructuur
Onderwijsorganisatie





Groepsindeling
Differentiatie
Klassenmanagement
Kwaliteitszorg
Ondersteuning
leraren
 Toelating, verwijzing,
verwijdering
 Nazorg
Dienstverlening
Informatie/-communicatie
Ouders
Verantwoording
Schoolorganisatie
Schoolleiding
Personeelsbeleid
Taak- en functieverdeling
Personeelszorg
Scholingsbeleid
Financiën en beheer
Veiligheid
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
22
Bijlage
Kwaliteitszorg
Inleiding
Onder kwaliteitszorg verstaan wij alle activiteiten, procedures en instrumenten die bedoeld zijn om op een
systematische en cyclische wijze de kwaliteit van het onderijs vast te stellen, te bewaken, te borgen en te
verbeteren. Hierbij staan niet de instrumenten, maar de aanpak centraal. Concreet willen we dus de volgende
vragen beantwoord zien:
 Doen we de goede dingen?
 Doen we de dingen goed?
 Hoe weten we dat?
 Vinden anderen dat ook?
 Wat doen we met die informatie?
Vanuit bovenstaande opsomming kunnen we twee perspectieven onderscheiden:
De schoolontwikkeling als perspectief
Het afleggen van verantwoording naar de stakeholders als perspectief
Aan beide perspectieven zal aandacht worden besteed.
Bij kwaliteitszorg kunnen we de volgende niveaus onderscheiden:
 Groepsniveau
 Schoolniveau
 Bovenschools niveau
Dit plan richt zich met name op het school- en het bovenschools niveau.
Analyse
Op basis van bovengenoemde betekenis van het begrip kwaliteitszorg moeten we concluderen dat er veelal
sprake is van ad hoc beleid op dit domein. Eerdere plannen voor een stichtingsbrede inzet van de ZEK zijn
uiteindelijk niet gerealiseerd. Er is destijds gekozen voor de aanpak van Beekveld&Terpstra (gebaseerd
Aantoonbaar Beter Onderwijs). Hiertoe zijn diverse “ronde tafelgesprekken” met de verschillende stakeholders
georganiseerd. Daarnaast hebben individuele scholen gebruik gemaakt van alternatieve instrumenten zoals
SKOPE en Perspectief. Dit heeft veel nuttige input opgeleverd, echter een systematische en planmatige aanpak
ontbrak.
Reflectie
De waarde van een sluitend kwaliteitszorgsysteem wordt door alle betrokkenen onderkend. De komende
planperiode zal de uitwerking de nodige prioriteit krijgen.
Hierbij wordt gekozen voor de volgende aanpak:
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
23
1.
De school zelf is verantwoordelijk voor de kwaliteitszorg
Iedere school ontwikkelt, binnen de gestelde bovenschoolse kaders, een eigen kwaliteitszorgsysteem. Met de
bestuurder worden afspraken gemaakt omtrent de doelen en de wijze waarop de opbrengsten worden
gerapporteerd. Klassenbezoek/groepsobservatie vormt een vast onderdeel van dit kwaliteitszorgsysteem.
Hiertoe worden de volgende standaarden (met bijbehorende indicatoren) als leidraad gebruikt.
Standaard 1
Op onze school leren leerlingen in een stimulerende leeromgeving.
Standaard 2
Op onze scholen leren leerlingen in een veilige leeromgeving.
Standaard 3
Op onze scholen zijn leerlingen binnen hun mogelijkheden betrokken bij het leren en de school.
Standaard 4
Op onze scholen krijgen leerlingen een continue begeleiding.
Standaard 5
Onze leraren geven planmatig onderwijs en begeleiding die aansluiten bij de kenmerken en behoeften van de
leerlingen.
Standaard 6
Leerlingen krijgen genoeg tijd om te leren.
Standaard 7
Op onze scholen geven leraren op een effectieve manier onderwijs.
Standaard 8
Onze leraren stemmen de instructie af o de onderwijsbehoeften van leerlingen.
Standaard 9
Onze leraren stemmen de verwerking af op de onderwijsbehoeften van leerlingen.
Standaard 10
Onze leraren gaan bekwaam om met sociaal-emotionele problemen en gedragsproblemen.
Standaard 11
Het onderwijs en de leeromgeving zijn passend voor de communicatiebehoeften van leerlingen.
Ook de uitstroomgegevens worden gerapporteerd. Tijdens de reguliere werkbesprekingen met de bestuurder
(minimaal vijf keer per schooljaar) doet de schoolleider verslag omtrent de resultaten. Hierbij zal het accent
worden gelegd op de planmatige aanpak van de kwaliteitszorg: integraal, systematisch en cyclisch. Tevens
worden er concrete afspraken gemaakt omtrent de doelstellingen voor de komende periode.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
24
2.
Interne audits
Doel hierbij is een toetsing van de kwaliteitszorg op stichtingsniveau, tevens wordt met deze werkwijze de
verdere professionalisering binnen de organisatie gestimuleerd.
Hiertoe is reeds een uitgewerkt plan beschikbaar. Aanvang realisatie: oktober 2011.
Deze audits zijn gebaseerd op de eerder genoemde standaarden aangevuld met:
Standaard 12
De school heeft een verantwoord aanbod.
Standaard 13
Onze leerlingen werken continu aan hun handelingsbekwaamheid en competenties.
Standaard 14
Op onze school maken leraren systematisch gebruik van handelingsplannen (leerling, groep, subgroep).
Standaard 15
Leerlingen krijgen passende onderwijs-zorgarrangementen.
Standaard 16
Op onze school krijgt elke leerling een rapportage mee bij het verlaten van de school.
Standaard 17
Op onze school zijn ouder(s)/verzorger(s) partner(s) in de begeleiding van leerlingen.
Standaard 18
Onze school heeft een helder beleid op het gebied van leerlingenzorg.
Standaard 19
Onze school draagt zorg voor een systematische begeleiding van leerlingen met extra onderwijsbehoeften.
Standaard 20
Onze school hanteert een samenhangend leerlingvolgsysteem.
Standaard 21
Op onze school is een goed functionerend zorgoverleg.
Standaard 22
Onze leerlingen krijgen een zorgvuldig entreetraject.
Standaard 23
Onze school voert een gemeenschappelijk beleid voor arbeidstoeleiding.
Standaard 24
Onze school zorgt voor randvoorwaarden voor arbeidstoeleiding.
Standaard 25
Op onze school hebben we een goed functionerende stagecoördinator.
Standaard 26
Onze school bereikt met de leerlingen resultaten die zij verwacht.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
25
3.
Tevredenheidsonderzoeken bij ouders en externe stakeholders
Opzet: We organiseren jaarlijks zogenaamde ronde tafelgesprekken. Hiertoe nodige we ouders, externe
stakeholders en medewerkers uit.
In het eerste deel van de bijeenkomst worden een aantal standaardvragen omtrent de kwaliteit van de school
schriftelijk en anoniem beantwoord. Het eerste jaar vormt het resultaat van deze enquête de zogenaamde
nulmeting. De volgende jaren kan aldus de opbrengst worden bepaald. Hiermee bestaat ook de mogelijkheid
om de verschillende scholen met elkaar te vergelijken (benchmarking).
In het tweede deel van de avond vindt er een dialoog plaats met alle genodigden omtrent de kwaliteit van de
school. De standaardvragen kunnen hiertoe aanleiding geven, ook andere input is welkom. Van dit deel wordt
een verslag gemaakt.
De totale opbrengst wordt gecommuniceerd met alle betrokkenen.
4.
Tevredenheidsonderzoeken medewerkers
Hierbij maken we gebruik van de output van de Risico Inventarisatie in het kader van de ARBO wetgeving.
Tevredenheidsonderzoeken leerlingen.
Hiertoe maakt iedere school een passende opzet, de eventuele leerlingenraad kan hierbij een belangrijke rol
spelen.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
26
Bijlage
Ontwikkelingen m.b.t. opbrengstgericht werken op ‘t Iemenschoer
(versie 21 juli 2011)
A. Uitstroomprofiel (USP), ontwikkelingsperspectief (OPP) en leerroute
Begripsbepalingen:
Ontwikkelingsperspectief = verwachte uitstroomniveaus passend bij de verwachte
uitstroombestemming. OPP zegt wat een leerling gaat leren gedurende zijn schoolloopbaan.
Het OPP is bepalend voor de te volgen leerlijnen en dus voor het onderwijsaanbod dat de
leerling krijgt.
Uitstroomniveau geldt per vakgebied en is gelinkt aan een bepaald niveau van de CEDleerlijnen. Uitstroomniveau = instroomniveau van de uitstroombestemming (= de plek waar
de leerling na zijn schoolloopbaan naartoe gaat). Uitstroomniveau SO = instroomniveau VSO.
Uitstroomniveaus VSO vormen het uitgangspunt voor de doorgaande lijn SO-VSO
(leerroutes).
Uitstroomprofiel = totaalpakket uitstroomniveaus. Het USP geeft het niveau aan waarop de
leerling uitstroomt. Bij een USP hoort een uitstroombestemming.
Niveau USP is gelinkt aan een bepaald pakket (niveau) leerlijnen = arrangement = leerroute.
Leerrendementsverwachting = instroomniveau verwachte uitstroomniveau (wat verwacht
de school wat de leeropbrengst van de individuele leerling zal zijn gezien zijn instroom- en
verwachte uitstroomniveau). Leerrendementsverwachting is per vakgebied.
Uitstroomprofielen bijbehorende uitstroombestemmingen VSO ’t Korhoen:
USP
Profiel A:
Profiel B:
Profiel C:
Uitstroombestemming
Arbeid
(met loonwaarde, waaronder SW)
DAC Arbeidsmatig
DAC Beleving
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
In % ( 2010-2011)
22%
61%
17%
27
B. Gevolgen van de nieuwe ontwikkelingen
Gevolgen voor de CvB-cyclus:
CvB-cyclus moet worden aangepast omwille van het volgen van het OPP. Voorstel:
Tijdstip CvB
Groep 1
Soort CvB
Aanmelding
Groep 3
Herhaling
Groep 6
Leerlingbespreking
Groep 8
Eind
Doel CvB
 Beeldvorming
 Benoemen van bevorderende
en belemmerende factoren
 Vaststellen OPP
 Benoemen van bevorderende
en belemmerende factoren
 Evalueren OPP
 Evalueren OPP
 Bepalen USP
 Benoemen van bevorderende
en belemmerende factoren
 Evalueren OPP
 “Definitieve” vaststelling USP
en uitstroombestemming
Schooljaar 2011-2012 zal er nog geen daadwerkelijke CvB voor groep 3 zijn: dan wordt er
nog een ‘ouderwetse” herhalings-CvB gedaan voor de leerlingen die ongeveer anderhalf jaar
op school zitten. Het is de bedoeling dat er m.i.v. schooljaar 2012-2013 een CvB voor groep 3
komt.
Gevolgen voor de groepsbesprekingen:
Het is niet voldoende om het OPP alleen te volgen tijdens de CvB’s. Het OPP zal jaarlijks
gevolgd en besproken moeten worden om zodoende een vinger aan de pols te houden en
tijdig te kunnen anticiperen als er zich veranderingen voordoen in de ontwikkeling van de
leerling. Om te waarborgen dat het OPP jaarlijks wordt besproken moet het OPP een vaste
plek krijgen binnen de groepsbesprekingen.
In de huidige opzet van de groepsbesprekingen sneeuwt het volgen van de ontwikkeling van
de leerlingen onder, omdat er (terecht) veel tijd uitgaat naar het sociaal-emotioneel
functioneren van de leerling, de thuissituatie etc. Om te voorkomen dat de
groepsbesprekingen erg uitgebreid worden en te lang gaan duren is het te overwegen om de
nadruk in beide besprekingen te veranderen:
 Eerste ronde: groep, PVL, individuele leerlingen (zoals nu dus). Terminologie:
Groepsbespreking.
 Tweede ronde: alleen individuele OPP’s bespreken. Terminologie: Leerlingbespreking.
Als er problemen zijn met de groep wordt dit een apart begeleidingstraject en wordt dit
niet besproken in de leerlingbespreking.
T.b.v. het volgen van het OPP moeten de leerkrachten het niveau van de leerlingen van
hun groep op de te volgen vakgebieden nauwkeurig in beeld hebben a.d.h.v. LVS
(leerlijnen/leerroutes) en de groepsplannen.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
28


Doel groepsbespreking
Beeldvorming groep:
o interactie leerling-leerling
o interactie leerkracht-groep
Nadere beeldvorming leerling:
o bevorderende en belemmerende
factoren (items CvB)
o aandachtspunten


Doel leerlingbespreking
Volgen van de ontwikkeling van de
leerling: a.d.h.v. OPP.
Wat heeft de leerling op de verschillende
gebieden (items CvB OPP) nodig en
welke actie gaat de leerkracht daarop
ondernemen?
 De groepsleerkracht krijgt adviezen en
handvaten om doelen OPP bij te stellen
en pedagogisch en didactisch handelen
daarop aan te passen.
De leerlingbespreking voor groep 6 is het moment waarop het uitstroomprofiel voor
de leerlingen wordt bepaald en is dus tevens een CvB. Het USP wordt bepaald op
basis van het niveau van de leerling a.d.h.v. OPP, LVS en resultaten van
methodegebonden toetsen. Omdat het IQ in de loop der jaren doorgaans weinig
verandert voegt het alleen iets toe wanneer een leerling op school binnenkomt. Het is
daarom niet nodig om de leerlingen in groep 6 psychologisch te onderzoeken en er
kan dus worden volstaan met informatie uit LVS en Cito toetsen. Omdat het OPP
jaarlijks toch in de leerlingbespreking wordt besproken kan het bepalen van het USP
daar prima in meegenomen worden en hoeft er geen extra CvB voor in het leven
worden geroepen.
Voor de groepsleerkracht van groep 6 betekent dit dus dat hij (naast het zorgvuldig
bijhouden van het LVS , OPP en groepsplannen) bij alle leerlingen die daar op grond
van hun niveau voor in aanmerking komen een Cito toets afneemt voor lezen,
rekenen en spelling.
(N.B. Het Cito is bezig met de ontwikkeling van speciale ZML-toetsen. Deze zijn naar
verwachting eind 2011 klaar.)
Gevolgen voor het handelingsplan:
Het groepsplan (GP) wordt het uitgangspunt voor het praktische handelen in de groep.
Het huidige individuele handelingsplan verdwijnt en wordt vervangen door het
Ontwikkelingsperspectief (OPP). Hierin staat per vakgebied het ontwikkelingsperspectief
voor de leerling voor de periode van 1 jaar, met daaraan gelinkt het verwachte
uitstroomniveau en de leerroute die de leerling volgt. Dit ontwikkelingsperspectief vormt de
basis voor de inhoud van de verschillende groepsplannen per vakgebied.
Het OPP wordt jaarlijks gevolgd in de leerlingbespreking (voorheen tweede ronde
groepsbespreking). Op basis van de leerlingbespreking stelt de groepsleerkracht het OPP bij:
dit bijgestelde OPP geldt voor de duur van 1 jaar en wordt door ouders ondertekend. De CvB
ondertekent het OPP namens de school. Tijdens de ouderavond van om en nabij half maart
wordt met ouders het OPP besproken.
Voor de cyclus van het handelingsplan (OPP) betekent dit dat deze nu daadwerkelijk geldt
voor de duur van een kalenderjaar (bijv. van februari tot februari), dus zonder dat daar een
“knip” in zit door toedoen van de zomervakantie en de evt. overdracht naar een andere
groepsleerkracht.
In het OPP worden doelen gesteld voor de volgende vakgebieden:
 Sociaal-emotionele ontwikkeling
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
29







Leren leren
Mondelinge taal
Rekenen
Schriftelijke taal (w.o. lezen)
Sensomotorische ontwikkeling (alleen OB? afhankelijk van niveau van de leerling?)
Spel
Zelfredzaamheid (afhankelijk van het niveau van de leerling)
De doelen voor deze vakgebieden komen rechtstreeks uit de ZML-leerlijnen van het CED.
Deze leerlijnen bestaan uit 12 niveaus. Deze niveaus komen terug in de
leerroutes/onderwijsarrangementen die in het OPP benoemd worden.
Alleen voor het vakgebied Zelfredzaamheid wordt gekozen voor de Plancius-leerlijn (ook
van het CED). Deze leerlijn bestaat uit 6 niveaus.
De individuele vorderingen/ontwikkeling m.b.t. bovenstaande vakgebieden zullen worden
gevolgd in het LVS middels volglijsten (gebaseerd op de CED-leerlijnen).
In het Groepsplan staat per vakgebied voor alle leerlingen van de groep omschreven aan
welke doelen per periode over 1 jaar zal worden gewerkt. De periodes zijn tevens de
toetsmomenten: daarmee is meteen de toetskalender per jaar vastgesteld. Voor het volgen
van de ontwikkeling van de leerling worden de gestelde doelen getoetst a.d.h.v. de volglijsten
en/of methodegebonden toetsen (als een methode voor een bepaald vak voor de hele school
goede resultaten oplevert kan methode in de plaats komen van een leerlijn voor dat vak; de
methode is dan de leerlijn).
Methode onafhankelijke toetsen (Cito) worden alleen gebruikt om een vaardigheidsniveau
vast te stellen, niet om doelen uit het HP te toetsen.
Het blijkt in de praktijk voor leerkrachten niet haalbaar om jaarlijks de Cito af te nemen voor
technisch lezen, begrijpend lezen, spelling en rekenen. Argumenten: vergt veel tijd, er
kunnen vaak alleen individuele leerlingen worden getoetst (dus kost veel tijd), in geval van
een moeilijke groep is het moeilijk te organiseren en er is nauwelijks een verband tussen de
inhoud van de toets en de inhoud van het leerstofaanbod (en dus de volglijst).
Om hieraan tegemoet te komen kan worden afgesproken dat bovengenoemde Citoonderdelen worden afgenomen bij leerlingen die worden besproken in de CvB (resultaten
kunnen worden meegenomen in bespreken van USP/OPP) en bij leerlingen die opnieuw
moeten worden geïndiceerd door de CvI en bij wie een leerachterstand moet worden
aangetoond
Gevolgen voor de overige vakgebieden
In de huidige opzet van het HP zijn alle vakgebieden even belangrijk. Dat maakt dat er
onevenredig veel tijd gaat zitten in het werken aan en volgen/toetsen van doelen die voor
een ZML-leerling niet belangrijk zijn.
Met het oog op uitstroomprofielen, uitstroomniveau en ontwikkelingsperspectief is het
weinig zinvol om te werken aan een doel als: “kan 4 kenmerken van een boom omschrijven”
(leerlijn natuuronderwijs). Veel zinvoller zou het zijn om de vakken die vallen onder
wereldoriëntatie en creatieve vorming thematisch/cyclisch aan te bieden. Deze hoeven dan
niet meer gevolgd te worden. De inhoud van deze vakken moet worden uitgewerkt in een
zgn. vakplan en moet, meer dan de huidige leerlijnen nu doen, aansluiten bij de
belevingswereld van onze leerlingen. De CED leerlijnen kunnen de basis vormen voor de
inhoud van deze vakgebieden (zonder ze ook daadwerkelijk te volgen). Let wel: het is heel
belangrijk dat onze leerlingen deze vakken aangeboden krijgen. Het is alleen niet belangrijk
om er allerlei weinig zinvolle doelen aan te koppelen en deze te volgen/toetsen. Dit geldt
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
30
naast de vakgebieden wereldoriëntatie en creatieve vorming ook voor het vakgebied
bewegingsonderwijs.
Op een dergelijke manier werken zal tot gevolg hebben dat leerkrachten efficiënter werken
aan doelen die ertoe doen om te volgen/toetsen. Er worden voor deze vakgebieden geen
doelen, aanpak en evaluatie geformuleerd en ze worden ook niet gevolgd in het LVS.
Gevolgen voor de groepsindeling:
De mogelijkheid bestaat dat op grond van het niveau van de leerlingen de groepen anders
worden samengesteld om het aantal verschillende niveaus per groep te beperken (het
onderwijsrendement daalt wanneer een leerkracht meer dan 3 niveaus moet bedienen).
De benaming groep 1 t/m groep 8 komt daarmee te vervallen en wordt vervangen door OB1,
OB2, MB1, MB2, BB1, BB2 etc.
Het kan echter ook zijn dat in de praktijk blijkt dat het huidige systeem gehandhaafd blijft.
E.e.a. wordt pas duidelijk nadat het niveau alle leerlingen van de school is bepaald. Per
leeftijdscategorie moet dan blijken hoeveel verschillende niveaus er zijn en welke gevolgen
dit kan hebben voor de groepsindeling.
C. Valkuilen
 Het teveel denken in leeropbrengsten t.k.v. aandacht voor de sociaal-emotionele
ontwikkeling van de individuele leerling.
De sociaal-emotionele ontwikkeling kan een grote belemmerende factor zijn voor het
USP.
Niveau van de sociaal-emotionele ontwikkeling is de maat voor het USP/OPP voor een
leerling!!! Als het niveau sociaal-emotioneel gezien laag is en het cognitieve niveau
relatief hoog zal de leerling toch laag uitstromen (zo leert de praktijk).
 Overvragen/ondervragen van leerlingen als gevolg van verkeerd ingeschat USP/OPP.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
31
Bijlage 1: formulier CvB
TIQ:
Cijfer + soort test
Functioneringsleeftijd: Aanvullen met evt. sterke en zwakke functiegebieden
Diagnose:
Leerroute:
Volgt leerroute (A, B, C)
Omgeving:
Bevorderende factoren:
Belemmerende factoren:
Bevorderende factoren:
Belemmerende factoren:
Bevorderende factoren:
Belemmerende factoren:
Aanvullingen:
Medisch:
Aanvullingen:
Sociaal-emotionele
ontwikkeling:
Huidig niveau:
Verwacht uitstroomniveau:
Onderwijsarrangement: (basis/intensief/verdiept)
Spel
Bevorderende factoren:
Belemmerende factoren:
Huidig niveau:
Verwacht uitstroomniveau:
Onderwijsarrangement: (basis/intensief/verdiept)
Sensomotorische
ontwikkeling
Bevorderende factoren:
Belemmerende factoren:
Huidig niveau:
Verwacht uitstroomniveau:
Onderwijsarrangement: (basis/intensief/verdiept)
Leren leren
Bevorderende factoren:
Belemmerende factoren:
Huidig niveau:
Verwacht uitstroomniveau:
Onderwijsarrangement: (basis/intensief/verdiept)
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
32
Mondelinge taal
Bevorderende factoren:
Belemmerende factoren:
Huidig niveau:
Verwacht uitstroomniveau:
Onderwijsarrangement: (basis/intensief/verdiept)
Schriftelijke taal
Bevorderende factoren:
Belemmerende factoren:
Huidig niveau:
Verwacht uitstroomniveau:
Onderwijsarrangement: (basis/intensief/verdiept)
Rekenen
Bevorderende factoren:
Belemmerende factoren:
Huidig niveau:
Verwacht uitstroomniveau:
Onderwijsarrangement: (basis/intensief/verdiept)
Conclusie en advies:
(bijvoorbeeld: Blijft leerroute B volgen, maar met een intensief arrangement voor rekenen.)
(Hier indien nodig ook benoemen: stapelen/dispenseren)
(Hier ook benoemen: al dan niet gebaat bij (voortzetting) van de plaatsing op (VSO) ZML)
Verwacht uitstroomprofiel: (ZML-profiel A, B, C)
Aandachtspunten en afspraken:
(o.a. benoemen: benodigde begeleidingsbehoefte.)
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
33
Bijlage 2:
LEERROUTES SO
Niveau ZML leerlijnen (CED)
Groepen
OB
MB
BB
Leeftijd
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
Leerroute A :
≥4
≥5
≥5
≥6
≥6
≥7
≥7
≥8
≥9
≥ 10
Leerroute B:
2-3
3-4
3-4
4-5
4-5
5-6
5-6
6-7
6-8
7-9
Leerroute C (minimum
standaard):
1
1-2
2
2-3
2-3
3-4
3-4
3-5
3-5
4-6
0
0
0
0-1
0-1
0-2
0-2
0-2
0-2
0-3
Leerroute C ( < minimum
standaard):
Plancius leerlijnen
Leerlingen die onder het niveau van de ZML leerlijnen van het CED scoren krijgen onderwijs volgens de leerlijnen voor leerlingen met
een IQ <35 (Plancius leerlijnen van het CED). Deze leerlijnen worden ook gebruikt voor de ZO en OZ-groepen. NB: Deze leerlijnen gaan
uit van individueel onderwijs.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
34
Bijlage 3: voorbeeld groepsplan
Groep:
Schooljaar:
Groepsleerkracht:
Groepsplan rekenen
Uitstroom
niveau:
A
B
C
September 2011
Januari 2012
Juni 2012
Leerling 1
Leerling 2
Leerling 3
Niveau 6
Niveau 6
Niveau 7
Leerling 1
Leerling 2
Leerling 3
Leerling 4
Leerling 5
Leerling 6
Niveau 4
Niveau 5
Niveau 5
Leerling 1
Leerling 2
Leerling 3
Niveau 2
Niveau 2
Niveau 3
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
35
Bijlage 4: Ontwikkelingsperspectief
Ontwikkelingsperspectief
Naam leerling:
Geboortedatum:
Groep:
Leerkracht:
Datum:
Evaluatiedatum:
Leerroute:
Verwacht uitstroomprofiel:
Sociaal-emotionele ontwikkeling
Huidige niveau:
Doel(en):
Aanpak:
Evaluatie:
Spel
Huidige niveau:
Doel(en):
Aanpak:
Evaluatie:
Sensomotorische ontwikkeling
Huidige niveau:
Doel(en):
Aanpak:
Evaluatie:
Leren leren
Huidige niveau:
Doel(en):
Aanpak:
Evaluatie:
Mondelinge taal
Huidige niveau:
Doel(en):
Aanpak:
Evaluatie:
Schriftelijke taal
Technisch lezen:
Huidige niveau:
Doel(en):
Aanpak:
Evaluatie:
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
36
Begrijpend lezen:
Huidige niveau:
Doel(en):
Aanpak:
Evaluatie:
Schrijven:
Huidige niveau:
Doel(en):
Aanpak:
Evaluatie:
Spelling:
Huidige niveau:
Doel(en):
Aanpak:
Evaluatie:
Rekenen
Huidige niveau:
Doel(en):
Aanpak:
Evaluatie:
Namens de Commissie van begeleiding:
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
37
Bijlage 5:
PLANNING:
Onderwerp
Vaststellen leerroutes
Wanneer
Mei- juli 2011
Wie
IB
Invoering CED leerlijnen:



Leren leren + Rekenen
OB: + Sensomotorische
ontwikkeling
Schriftelijke taal + Sociaal
emotionele ontwikkeling
Mondelinge taal +
Sensomotorische ontwikkeling +
Spel
September 2011-april
2012
September 2012-april
2013
IB + groepsleerkrachten
September 2013-april
2014
CvB nieuwe stijl
Commissie van Begeleiding
September 2011
Schooljaar 2012-2013
Commissie van Begeleiding
Januari-maart 2012
Erik + Huub
Januari-juni 2012
Huub
September 2011-juni
2012
IB + groepsleerkrachten
Nieuwe benamingen groepen
(nieuwe groepsindeling)
Observatielijst voor sociaalemotionele ontwikkeling
Schooljaar 2011-2012
Marijke + Erik + Huub
Schooljaar 2011-2012
Erik + Huub
Opzetten en uitwerken vakplannen
Schooljaar 2012-2013
IB + groepsleerkrachten
CvB groep 3
Leerlingbespreking
Introductie en implementeren
Groepsplan
LVS
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
38
Bijlage
Reacties “ronde tafelgesprek” Iemenschoer 8 december 2010
1. Omtrent de toelaatbaarheid van leerlingen
Spanningsveld tussen het streven de school open te stellen voor iedere leerling en de het garanderen van de
veiligheid voor eenieder. Zorgvuldige groepssamenstelling is hierbij noodzakelijk. Ook kunnen alternatieve
organisatievormen een oplossing bieden. Veiligheid blijft echter het belangrijkste criterium.
Annex hiermee kan de groepsindeling wellicht ook op een andere basis plaats vinden, hierbij zijn hulp/ontwikkelingsvragen van de leerling het uitgangspunt, waarbij de focus moet liggen op sociaal-emotionele
ontwikkeling/zelfredzaamheid enz. Immers de differentiatie binnen het cognitieve domein is gemakkelijk te
realiseren, de hulpvraag binnen de overige domeinen moeten dus het uitgangspunt vormen voor deze
indelingsvariant. Dit zal echter wel op veel praktische bezwaren stuiten, ook is een goede aansluiting bij het VSO
van belang.
2. Kinderen kunnen meer dan wij denken
De school wordt ontzettend gewaardeerd om haar sfeer en geborgenheid (veiligheid), daar zit de kracht en de
kwaliteit, maar dit is ook de valkuil. Deze focus lijkt soms te eenzijdig. De kunst zal zijn om deze kracht te
gebruiken/in te zetten ter faveure van de verdere ontwikkeling van de leerlingen. We moeten a.h.w. de volgende
stap durven te maken., waarbij we die veilige omgeving als basis gebruiken. Hierbij is het van belang aan te sluiten
bij de talenten/interesses van de kinderen. Kinderen kunnen vaak veel meer dan wij voor mogelijk houden, Dus
veel meer ruimte voor individuele trajecten, meer ruimte ook voor professionele scharrelruimte van de
leerkrachten. Gebruik maken van kleine experimenten om te ontdekken waardoor de groeipotentie van de
leerlingen wordt vergroot en benut. Hierbij dus erg aansluiten bij het gedachtegoed van HGW: uitgaan van de
mogelijkheden van het kind.
Bij dit alles is een goed LVS onmisbaar, ouders willen graag inzage hebben in de ontwikkeling van hun kind, een LVS
moet ook voor dit doel worden ingezet. Webapplicaties kunnen hierbij een nuttige rol hebben.
3. Over communicatie
Ten aanzien van de communicatie mag de school meer initiatief nemen om de ouders te informeren over de
ontwikkeling van het kind. Ouders zijn altijd welkom, maar een uitnodiging voor een gesprek voelt beter dan er zelf
om vragen. De bekende 10 minuten gesprekken zijn te kort, ook willen nieuwe ouders graag begeleid worden
m.b.t. de gang van zaken in en rondom de school. Met name informatie omtrent testen enz. kan beter.
De informatie is veelal wat te algemeen (verslagen), het zou leuk zijn als er een wat meer persoonlijke/individuele
invalshoek wordt gekozen.
De ouderbetrokkenheid is bij veel ouders weinig of niet zichtbaar. Toch moeten we ons blijven richten op de groep
die wel van zich laat horen, tevens wegen blijven zoeken om de anderen meer te betrekken. Huisbezoeken worden
zeer gewaardeerd. Juist voor onze leerlingen is het van groot belang dat ouders en school blijven communiceren,
afstemming op wezenlijke ontwikkelingsgebieden is van groot belang. In gesprek blijven en voortdurend zoeken
naar de ideale aanpak is noodzaak, door te leren van elkaar helpen we het kind . Dit vereist de nodige diepgang in
de overlegmomenten, waarbij ouders en leerkrachten als gelijkwaardige gesprekspartners afstemming zoeken
over de ontwikkeling van het kind. Leerkrachten zullen meer open moeten staan voor de inbreng van de ouders en
zich niet voortdurend beroepen op hun professionele kennis.
De noodzakelijke tijdsinvestering wordt zeker terugverdiend middels extra ontwikkelingsgroei van de kinderen.
Dit alles noopt ons om effectief om te gaan met onze tijd, duidelijke keuzes maken en efficiënter vergaderen
kunnen hierbij soelaas bieden.
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
39
Bijlage
Instemming met en vaststelling van het schoolplan
Verklaring
Hierbij verklaart de medezeggenschapsraad van (naam school) in te stemmen met het schoolplan (jaar invullen)
………………………………
………………………….
Voorzitter
Naam:
Secretaris
Naam:
Verklaring
Het bevoegd gezag van bovengenoemde school heeft het schoolplan (jaar invullen) vastgesteld.
Namens het bevoegd gezag.
Bestuurder
Naam:
Borne, datum invullen
ZML TWOG/beleid/schoolplan Iemenschoer 2011-2015
40
Download