EEN VORSTER VREDESAPOSTEL IN CHINA 1899-1937: FRANS SCHRAVEN Het ideaal van Frans Schraven is missionaris worden in China. Naar China ging men in die tijd voor zijn hele leven en waarschijnlijk ziet men zijn familie nooit meer terug. Een radicale levenskeuze! Frans Schraven kiest voor dat ideaal en vertrekt in 1899 naar China. Dat land is op dat moment een stoomketel, die op ontploffen staat. Er heerst hongersnood en de pest is uitgebroken. Er heerst grote spanning in het land. De Chinezen hebben genoeg van de Westerse overheersing, die hen uitbuit en wil overheersen. Een opstand breekt uit, waarbij duizenden westerlingen worden vermoord. Als tegenreactie vermoorden westerse legers ongeveer 1 miljoen Chinezen. Frans Schraven is met de studie van de taal begonnen, want hij wil aan de slag. Het is de gewoonte dat een privé leraar na enige tijd een Chinese naam voor zijn leerling kiest, die echt bij die persoon past. Voor Frans Schraven kiest hij zeer treffend: WenTche-ho: ‘Brenger van Vrede’. Die naam houdt het levensprogram van Frans Schraven in. Hij wil als missionaris vrede komen brengen onder de Chinezen. Als de Boxeropstand uitbreekt, wordt ook het dorp bedreigd waar hij verblijft. Er worden burgermilities gevormd om zich te verdedigen tegen de overvallers. Men wil ook Frans een geweer in de handen drukken om zich te verdedigen, maar hij weigert met de woorden: ‘Ik ben niet naar China gekomen om mensen te doden’. Hij had het anders kunnen zeggen:’Ik ben naar China gekomen om vrede te brengen’. Zowel zijn aankomst als zijn dood zijn omgeven door oorlogshandelingen. Zijn levensideaal om onder de Chinezen zelf te werken komt de eerste jaren uit. De brieven aan zijn ouders Op Wis getuigen van veel plezier om dorpen hoog in de bergen te paard te bezoeken. Maar al snel wordt zijn gedroomde levensweg geblokkeerd: de bisschop roept hem naar zijn residentie om er econoom te worden. Zijn brieven laten zien hoe moeilijk hij het met deze wegomlegging heeft. Hij blijft maar hopen om weer het vroegere werk te mogen oppakken. Nu zit hij urenlang opgesloten achter een bureau om administratief werk te doen. ‘Natuurlijk, iemand moet het doen, maar waarom ik?’ zal hij vaak gedacht hebben. En dan tot overmaat van ramp wordt zijn werk zó gewaardeerd dat hij een carrière maakt op een weg die hij absoluut niet wenst. Hij wordt overgeplaatst naar Sjanghai en later de stad Tientsin om daar econoom te zijn. Hoe ver is dit verwijderd van zijn weg als vredesapostel in China. Zijn verstand snapt het, maar zijn gevoel blijft worstelen. Als de Eerste Wereldoorlog is afgelopen komen veel missionarissen weer terug uit de oorlog in Europa naar China en kan hij zijn taak eindelijk overdragen. Zijn overste schrijft dan over hem dat Frans deze taak al die jaren als een straf ervaren heeft. Dan wordt de zware blokkade in zijn geplande levensloop opgeheven. Hij mag terug naar de plek waar hij begonnen is en mag weer aan vrede gaan werken. En hoe! Er heerste grote watersnood en ten gevolge daarvan wordt het land twee jaar lang geteisterd door een enorme hongersnood. Grote financiële offers moeten worden gebracht en opnieuw gaat Frans zich buigen over de financiën om hulp mogelijk te maken . Zijn bisschop is enige tijd geleden overgeplaatst. Er is een vacature. Frans wordt benoemd als diens opvolger. Hoe heeft hij dat ervaren? Een bisschop is een manager van een organisatie. Op zijn eigen residentie leven 1200 mensen: vondelingen, wezen,zieken, bejaarden, Chinese en Europese zusters, broeders, interne leerlingen en paters en personeel! Daarnaast is een bisschop ook pastor die zich met mensen bezig houdt. En zo start Frans opnieuw, nu in een kar met een paard er voor op bezoek van het ene dorp naar het andere. Weken lang van huis, maar wel begaan met mensen. Hij voelt zich gelukkig. Maar donkere wolken bedreigen het leven van de Chinezen: burgeroorlogen, de opkomst van het communisme, enorme overstromingen, hongersnoden, besmettelijke ziekten zijn ware plagen. Als brenger van vrede organiseert hij noodhulpprogramma’s, arbeidsvoorziening, gezondheidszorg en onderwijs voor de zwakken en kwetsbaren. Hoe ver hij daar in gaat, toont het einde van zijn leven. Bij de verovering van de stad door het Japanse leger neemt hij duizenden vluchtelingen in bescherming tegen hun brute geweld. Die vrouwen worden als ‘troostmeisjes’ opgeëist. Dàt is geen vrede voor kwetsbare vrouwen en meisjes. Zijn reactie is: “Over mijn lijk”. Later die dag moet hij het zelf met de dood op de brandstapel bekopen. Vrede brengen tot in zijn uiterste consequentie. Zijn dood is niet tevergeefs. De bedreigde vrouwen worden niet aangeraakt. Zijn levensplanning was: ‘als missionaris het leven geven voor mensen, in dienst van de vrede’. Deze Vorster vredesapostel in China maakt in dat land nù nog steeds indruk! V.H.