Klik hier voor de volledige tekst van de preek

advertisement
Mens zijn zoals Jezus Christus - dat is normaal!
Preek over Zondag 3
lezen: Kolossenzen 1:12-23, 3:5-11
Lelystad, 27 april 2008
R.J.Vreugdenhil
Preeklezers: deze preek benoemt
zaken uit onze gemeente. Beoordeel
zelf of het goed is om ook in uw
gemeente dit te noemen.
Met name in de inleiding zal één en
ander gewijzigd moeten worden.
Mag ik u eens wat vragen voorleggen. Een soort enquête.
1. Je loopt in de stad. Je ziet een gemeentelid aankomen, één die regelmatig in de
kerkenraad zit. Je wilt groeten, maar hij kijkt totaal langs je heen.
Wat denk je dan?
A. Zie je wel, hij wil me niet zien. Zo zijn ze in de Lichtbron. Ik ga daar voorlopig niet
meer heen.
B. Hij wil me gewoon niet zien. Dan groet ik hem voortaan ook niet meer.
C. Hij heeft me blijkbaar niet gezien. Zeker z’n hoofd ergens anders bij.
2. Tijdens de barbecue van de wijk komt zuster Klaaggraag naast je zitten. Ze vraagt
hoe het met je is, maar dat is alleen een opstapje om vooral haar eigen verhaal te
kunnen vertellen. Het bekende verhaal over hoe zielig ze is. Wat doe je?
A. Je staat direct op: “ik moet even kijken of m’n vlees al gaar is “ en je gaat daarna
ergens anders zitten.
B. Je doet of je aandacht hebt, maar je luistert ondertussen mee naar het gesprek van
twee mensen naast je.
C. Je luistert, reageert en laat haar merken dat je haar moeiten begrijpt.
3. Je hebt iemand al drie jaar uitgenodigd voor je verjaardag, omdat je begrepen hebt
dat ze het gevoel heeft nergens bij te horen. Als ze zelf jarig is, ga je op goed geluk bij
haar langs, want het zou zo jammer zijn als ze die dag geen visite krijgt. Dan blijkt dat
de kamer vol zit met mensen die zij wel uitgenodigd heeft. Wat doe je daarna?
A. Bij jouw volgende verjaardag nodig je haar niet meer. Je vertelt aan al je visite hoe
kwaad je op haar bent.
B. Je laat haar voortaan links liggen.
C. Je nodigt haar het volgende jaar gewoon weer uit.
4. Je hebt veel zorg om je volwassen zoon die chronisch ziek is. Het heeft een keer in
Lichtbronnieuws gestaan, maar het laatste jaar heeft er niemand meer geïnformeerd
hoe het gaat. Tijdens de wintersport breek je je enkel. Er wordt direct aangeboden een
vervoersregeling naar de kerk te maken. Hoe reageer je?
A. Je wijst dat direct af: ‘echte belangstelling hebben ze niet; ik ben nu alleen een
interessant project. Dat is het enige wat ze kunnen in de Lichtbron’.
B. Je accepteert het, maar tegen iedereen die je komt halen, klaag je over het gebrek
aan belangstelling in het afgelopen jaar.
C. Je bent blij met de hulp die je krijgt en als je merkt dat iemand oprecht vraagt hoe
het gaat, begin je voorzichtig over je zoon.
Zomaar vier situaties. Koos u elke keer voor antwoord C? Eerlijk?
Preek Zondag 3 ds. R.J.Vreugdenhil – gebruik als leespreek melden via e-mail!
1
Ik denk dat bij de antwoorden A en B veel reacties zaten waarvan wij zouden zeggen:
het is toch logisch dat je dan zo reageert.
Dat is toch heel menselijk als je je gekwetst voelt.
Het is toch normaal dat je dan denkt ‘nu bekijk je het maar’.
Gemeente, wat is normaal?
Dat is een vraag die alles te maken met Zondag 3.
MENS ZIJN ZOALS JEZUS CHRISTUS - DAT IS NORMAAL!
1. Hij is het nieuwe voor-beeld van God
2. Hij geeft zijn Geest om zijn na-beeld te zijn.
Wat is normaal?
De Catechismus zegt het de bijbel na: normaal, dat is: zoals God zelf is.
Dat is normaal, want zo ben je als mens gemaakt.
Je bent gemaakt om beeld van God te zijn.
‘God heeft de mens goed en naar zijn beeld geschapen’.
Dat komt uit Genesis 1:27, God schiep de mens als zijn evenbeeld.
Dat gaat niet over hoe mensen eruit zien. Maar over hoe mensen doen. Hoe ze
reageren. Hoe ze communiceren.
Wat voor God normaal is, dat is ook normaal voor de mensen die God maakt als zijn
evenbeeld.
God zelf was het grote voor-beeld en de mens was zijn na-beeld.
De mens mocht in zijn denken en praten en doen na-beelden hoe God is.
Toen gingen de dingen niet zo mis als in de situaties die ik net beschreef.
Toen werd er niet gedacht ‘hij groet me niet - dan heeft hij zeker iets tegen mij - dan
hoef ik hem ook niet meer’.
Zo is God niet. Zo was dus ook de mens niet die God maakte.
Er was alleen maar liefde, hartelijkheid, verbondenheid.
Toen kwam de grote verleider. De satan, in de vorm van die slang in het Paradijs.
Hij siste tegen de mens: je kunt beter aan jezelf denken.
Zie je dan niet wat je tekort komt. Waarom zou je op de ander gericht zijn?
Waarom zou je op God gericht zijn?
Denk aan jezelf. Zorg voor jezelf. Dat is normaal.
Met die woorden blies de satan het IK in de mens op. Het eigen IK werd heel groot.
Dat sprak Adam en Eva wel aan.
Niet meer na-beeld zijn van God, maar zelf een grote, eigen IK.
Los van God. Tegenover God.
Het gevolg was dat ze ook los van elkaar kwamen te staan.
Tegenover elkaar. Grote IK-ken, die langs elkaar heen leven. Die een ander kwetsen.
Mensen die zich heel erg gekwetst kunnen voelen.
Preek Zondag 3 ds. R.J.Vreugdenhil – gebruik als leespreek melden via e-mail!
2
En we vinden het normaal dat je vanuit die gekwetstheid reageert. En daarmee een
ander weer tekort doet.
We werden allemaal grote IK-ken. Trotse Ik-ken, onverschillige IK-ken, gekwetste Ikken, van anderen afhankelijke IK-ken, carrière-Ikken.
Van het beeld van God is weinig overgebleven.
Bij Adam en Eva en bij hun kinderen.
Er staat iets bijzonders in Genesis 5.
Genesis 5:1-3. Toen God Adam schiep, de mens, maakte hij hem zo dat hij leek op
God. Mannelijk en vrouwelijk schiep hij de mensen. Hij zegende hen en noemde hen
mens toen zij werden geschapen. Toen Adam 130 jaar was, verwekte hij een zoon die
op hem leek, die zijn evenbeeld was. Hij noemde hem Set.
Dit kun je op twee manieren lezen.
Je kunt lezen: Set was ook weer het evenbeeld van God, want hij was het evenbeeld
van zijn vader Adam die als evenbeeld van God gemaakt was.
Maar ik voel er veel voor om te lezen: Adam was destijds gemaakt als evenbeeld van
God, maar toen Set werd geboren, was hij het evenbeeld van z’n vader Adam.
Niet meer zoals God, maar zoals Adam geworden was.
Zo ging het voortaan van vader op zoon, van moeder op dochter.
Je bent zoals je ouders: niet meer vol van liefde, maar vol van je grote IK.
Zo word je geboren.
En je doet ook nog eens gewoon je ouders na.
(Ouders van kinderen hier, reken maar dat je kinderen jouw manier van reageren
overnemen. Als in jullie gezin liefdeloos en veroordelend gesproken wordt over
anderen, dan leer je je kinderen dat dat normaal is, zoals je het misschien zelf ook van
thuis geleerd hebt,)
Zo is er weinig meer te merken van hoe God de mens gemaakt heeft.
God als voor-beeld en de mens die God mag na-beelden - je komt het in het Oude
Testament ook niet meer tegen.
(Eén tekst nog wel, in Genesis 9, maar verder niet meer).
In plaats van God als voor-beeld komen er voor-schriften.
God moet de mens het voor-schrijven, in de wet. Zo moet je leven, zo moet je
reageren, dat is normaal. Niet lelijk doen, geen kwaad met kwaad vergelden, geen
wrok, geen haat.
Maar dan luistert de mens nog niet.
Dan komt Jezus Christus.
Bij hém gaat het wel weer over ‘beeld zijn’.
Het hele Oude Testament was dat weg, maar bij Christus komt het terug.
We lazen het in Kolossenzen1: 15: Beeld van God, de onzichtbare, is hij.
Het staat ook in 2 Korintiërs 4:4, over ‘de luister (de heerlijkheid) van Christus, die het
beeld van God is’.
Wat de mens had moeten zijn, is Jezus Christus.
Hij is in alles het beeld van God.
Preek Zondag 3 ds. R.J.Vreugdenhil – gebruik als leespreek melden via e-mail!
3
Bij hem dus geen grote IK ten koste van anderen.
Hij is nooit persoonlijk beledigd. Hij loopt niet rond met het gevoel dat hem zoveel
tekort gedaan is.
Hij kan wel boos worden, maar dat is niet om hemzelf; alleen als zijn Vader tekort
gedaan wordt. Dan wordt hij laaiend.
Maar zelf is hij alleen maar liefde, voor zijn Vader en voor mensen om hem heen.
Hij heeft aandacht. Hij ziet wie er eenzaam is en zoekt ze op. Hij is vol liefde.
Jezus Christus is het evenbeeld van God.
Hij is daarmee ook de nieuwe aanpak van God.
Geen voor-schrift meer, maar een nieuw voor-beeld.
Je zou kunnen zeggen: hij is de tussenstap tussen God en mens.
Hij, zelf het beeld zijn Vader, is voor ons het voor-beeld.
Wij mogen van Christus leren wat normaal is.
Wij mogen hem na-beelden en zo beeld van God zijn.
Maar dan eerst eerlijk zijn en erkennen: zo zijn we uit onszelf niet.
De Catechismus zegt dit hier in deel 1 over onze ellende, onze zonden, onze schuld.
Wat is onze schuld tegenover God: dat wij niet meer zijn zoals hij ons gemaakt heeft.
Anders gezegd: dat wij niet zijn zoals de mens Jezus Christus wel was en is.
Zo zouden we wel moeten zijn. Zo heeft God ons gemaakt. En Jezus heeft nog eens
laten zien hoe het moet.
Maar wij vinden het vaak normaal om het anders te doen.
Wij vinden het normaal om NIET uit liefde te reageren, maar vanuit ons eigen IK.
Laten we eerst eerlijk zijn en erkennen: dat is fout.
Ga het niet goed praten. Zeg niet ‘dat is toch heel menselijk’.
Menselijk, dat is het inderdaad. Maar wel menselijk fout! Want zo heeft God de mens
niet gemaakt. Hij heeft de mens bijna goddelijk gemaakt. Om God na te beelden.
Erken dat je vaak heel menselijk en dus fout reageert.
Erken het, dan kun je er ook vergeving voor vragen.
Vragen dat God het je vergeeft dat je niet bent zoals hij je bedoeld heeft.
Vragen om vergeving dat je gereageerd hebt vanuit je grote IK.
Vergeving vragen omdat je het zo normaal vindt om zo te reageren.
2 Dan kun je ook vragen om de Geest van Christus om steeds meer zijn na-beeld te zijn.
Steeds meer gaan lijken op Jezus Christus, het beeld van God.
Paulus schrijft dat, o.a. in Romeinen 8:29, wij zijn bestemd om het evenbeeld te
worden van zijn Zoon.
Steeds meer lijken op Jezus Christus, in hoe hij was, hoe hij met mensen omging, hoe
hij op situatie reageerde. Lijken op hem in zijn onbegrijpelijke liefde en geduld.
Zo, als je steeds meer lijkt op Christus, word je (zoals in Kolossenzen 3 staat)
vernieuwd naar het beeld van je Schepper.
Daar komt de taal van Genesis 1 weer terug.
De mens wordt opnieuw geschapen naar het evenbeeld van God.
Preek Zondag 3 ds. R.J.Vreugdenhil – gebruik als leespreek melden via e-mail!
4
2 Korintiërs 5:17: Daarom ook is iemand die één met Christus is, een nieuwe
schepping. Het oude is voorbij, het nieuwe is gekomen.
Het nieuwe, dat is zijn zoals Christus. Beeld van God.
De Catechismus zegt: dat kan, door de Geest van God.
Het is ingrijpend. Het is een nieuwe geboorte. Niet meer alleen kind van Adam zijn,
kind van je ouders van wie je die grote IK meegekregen hebt, maar opnieuw geboren
worden door de Geest van Christus.
Dat betekent: zijn Geest in je laten werken.
Dan leer je opnieuw wat normaal is. Dan is ‘normaal’ misschien wel heel anders dan je
thuis geleerd hebt. Anders dan je net invulde bij die vragen.
Dan leer je niet ‘menselijk’ te reageren, maar christelijk.
Echt christelijk, zoals Christus zelf zou reageren.
Met echte liefde, ook vanuit een gekwetst hart.
Met echte liefde, juist naar mensen die gekwetst zijn of extra kwetsbaar.
Kan dat? Ja, door de enorme kracht van de Geest van Christus.
--Gemeente, als ik soms hoor hoe er over elkaar gepraat wordt in de gemeente; maar ook
hoe er aan mensen voorbij gelopen wordt en er totaal geen aandacht is voor sommige
mensen, dan moet ik zeggen tegen u en jou en tegen mezelf: wat is er nog veel nieuwe
geboorte nodig in de Lichtbron.
Geen kleine kinderen, maar volwassenen die opnieuw geboren worden door de Geest
van God. Mensen die opnieuw leren wat normaal is. Leren normaal te doen.
Normaal, dat is zijn zoals Jezus Christus.
AMEN
belijdenis van afhankelijkheid
zegengroet
Psalm 8 in wisselzang. Vers 2 vrouwen en kinderen, vers 4 mannen, overigens: allen
gebed
lezen Avondmaalsformulier V
vóór de viering:
Geloofsbelijdenis, Gezang 123: 1, belijden over God de Vader
gesproken belijdenis over Jezus Christus
Gezang 123:5, belijden over de Heilige Geest
na de viering: Psalm 103:9
Schriftlezing Kolossenzen 1:12-23, 3:5-11
Onderwijs en verkondiging n.a.v. Zondag 3
amenlied LvK 437
gebed
collecte
Slotlied LvK 435: 2,4
zegen
Preek Zondag 3 ds. R.J.Vreugdenhil – gebruik als leespreek melden via e-mail!
5
Download