geschiedenis

advertisement
h
/
t
1
S
I
N
E
D
CHIE ouw
GESor de onderb
vo
OE
B
K
R
WE
K
1
Planner
Oriëntatie
Te doen
De tijd van jagers en boeren
r
d
Te
o
en
m
tu
Da
aa
kl
e
or
Sc
Oriëntatie op de tijd van jagers en boeren
Kern
1
Leven van jagen en verzamelen
2
Een nieuw middel van bestaan
3
Leven aan de oevers van de Nijl
4
Een ingewikkelde samenleving
5
Geloven in goden
e
Computerles kern
Onderzoek
6
Historische personen: Cheops en Toetanchamon
7
Nederland: De eerste landbouwers in onze streken
e
Computerles onderzoek
Afsluiting
e
Computerles vaardigheden
e
Samenvatting
e
Oefentoets hoofdstuk 1
In deze planner kun je het werk voor dit hoofdstuk plannen.
Vul de planner in overleg met je docent in. Ga als volgt te
werk:
1 Zet een vinkje bij de onderdelen die je van je docent moet
doen. De Oriëntatie en Kern zijn verplicht. Met de Computerles kern kun je alle kernstof nog eens oefenen.
2 In de kolom ‘datum klaar’ kun je invullen wanneer je de
paragraaf af hebt of af moet hebben.
3 In de kolom ‘score’ kun je de score voor de oefentoets per
paragraaf of hoofdstuk invullen.
4 Als je de Computerles onderzoek hebt gemaakt kun je ook
in de kolom ‘score’ je score invullen.
5 Als je klaar bent kun je bij de Afsluiting invullen of je de
Samenvatting gaat maken. Je kunt ook aangeven of je de
Oefentoets bij het hoofdstuk gaat maken en wat je score is.
Van je docent krijg je bij dit hoofdstuk ook nog een tussentoets en een eindtoets.
oriëntatie
HOOFDSTUK 1 De tijd van jagers en boeren
Oriëntatie
1
Bekijk de muurschildering uit het oude Egypte en de foto op
4
Gebruik WB bron 2. De Egyptische muurschildering past bij
bladzijde 10-11 van het HB.
het ontstaan van de landbouw.
a
Welke gereedschappen zie je op deze muurschildering?
In welk gebied gingen de mensen voor het eerst aan landbouw
b
Welk gereedschap gebruikte men om de oogst van het
doen?
land te halen?
c
A in Egypte
C
in Mesopotamië
B in Europa
D in Midden-Amerika
Hoe wordt tegenwoordig de oogst van het land gehaald?
Historisch denken
Oorzaak en gevolg
2 Bekijk WB bron 1. Wat heeft deze bron met de muurschildering
De begrippen oorzaak en gevolg zul je vaak tegenkomen bij het
te maken?
vak geschiedenis. Een oorzaak heeft te maken met waarom iets
gebeurt. Een stuk glas in je fietsband is bijvoorbeeld de oorzaak
van een lekke band. Een gevolg is iets dat volgt na een bepaalde
gebeurtenis. Bij het voorbeeld van de lekke band kan het gevolg
zijn dat je te laat op school komt. De begrippen oorzaak en gevolg
helpen je bij het zoeken naar een antwoord op de vraag waarom
iets gebeurde.
De tijd van jagers en boeren
Dit hoofdstuk gaat over de prehistorie. Deze periode noemen we
5
ook wel de tijd van jagers en boeren. Je leert hoe jagers en
In het HB zie je op de afbeelding aan het begin van het hoofdstuk mensen werken op het land in Egypte. Zij woonden op een
verzamelaars leefden. Verzamelaars zochten voedsel in de
vaste plaats. Jagers daarentegen trokken rond. Wat was de
natuur. Ook zie je waar de landbouw is ontstaan. Verder leer je in
belangrijkste oorzaak van dit verschil tussen jagers en boeren?
dit hoofdstuk hoe de eerste steden zijn ontstaan.
3
○ Boeren waren te lui om rond te trekken.
○ Jagers hielden van afwisseling en wilden steeds een
Gebruik de tijdbalk in het HB. Tot wanneer leefden de mensen
andere omgeving zien.
alleen van jagen en verzamelen?
A tot 12 000 voor Christus C
tot 3400 voor Christus
B tot 9000 voor Christus
tot 3000 voor Christus
D
○ Jagers konden geen geschikte woonplaats vinden.
○ Boeren moesten in de buurt van hun akkers blijven en
wachten totdat er geoogst kon worden.
f
raa
N i jl
TA
s
MIDDENAMERIKA
EGYPTE
i
t
r
Eu
T ig
MESOPO
M
In
IË
du
s
CHINA
INDIA
AN
D
ES
landbouw 9000-6000 v.Chr.
bron 1
Een houten model uit het oude Egypte
van ongeveer 2000 voor Christus. Je ziet onder andere
twee vrouwen die graan malen (links) en een oven om
brood te bakken.
landbouw 6000-4000 v.Chr.
0
3000 km
landbouw 4000-2500 v.Chr.
bron 2
Gebieden waar de mensen voor het eerst aan landbouw
gingen doen.
7
kern
1
Leven van jagen en verzamelen
Ontdekken
3
Bekijk HB bron 2. Wat aten de mensen in de prehistorie?
4
Bekijk WB bron 1.
Kruip in de huid van jagers en verzamelaars
Over jagers en verzamelaars weten we één ding zeker: ze konden
niet schrijven. Er zijn geen brieven of boeken uit de tijd waarin zij
a
Waarvoor werden de speerpunten gebruikt?
nen’. Ook (grot)tekeningen kun je gebruiken om het verleden
b
Welk middel van bestaan past bij deze bron?
beter te leren kennen. Daardoor weten we toch een beetje hoe
A voedsel verzamelen C
deze mensen leefden.
B jagen
leefden. Gelukkig hebben ze wel andere dingen achtergelaten,
zoals speerpunten en bijlen. Dat noem je ‘ongeschreven bron-
Je gaat met behulp van de bronnen uit het HB en WB een eigen
5
grotschildering maken. Je doet net alsof je ook een jager of
vissen
D landbouw
Bekijk HB bron 3.
a
Welke gereedschappen gebruikte deze jager?
b
Lees de leertekst. Waarom trokken jagers steeds rond?
verzamelaar bent. Op de grotschildering laat je zien hoe je leven
eruitzag. Je maakt de grotschildering op A4-papier. Voordat je
hieraan begint, maak je eerst vraag 1 t/m 11. Dat helpt je om een
goede tekening te maken!
6 In wat voor woningen leefden de eerste mensen?
1
Bekijk HB bron 1. Waar werden de bizons voor gebruikt? Er zijn
meer antwoorden goed.
○ voedsel
7
Waarom kon je als jager en verzamelaar 12 000 jaar geleden
beter in Noord-Afrika leven dan in Europa?
○ tentdoek
○ gereedschappen
○ kleding
2 Lees de leertekst. Welke zinnen zijn goed?
○ De eerste mensen kwamen aan voedsel door te jagen en
8 Lees WB bron 2. Op welke manieren probeerden jagers en
verzamelaars hun voedsel zo lang mogelijk te bewaren?
Schrijf er minimaal drie op.
voedsel te verzamelen.
○ De eerste mensen aten geen vlees.
○ De eerste mensen leefden alleen van de jacht.
○ De manier om aan voedsel te komen, noem je een middel
van bestaan.
bron 2
Voedsel bewaren
De eerste mensen bewaarden hun voedsel in leren zakken.
Ook gebruikten ze magen en darmen van dieren. Soms
werden manden van gevlochten takken gebruikt. Het
probleem was dat het voedsel niet lang bewaard kon worden.
Daarom droogden ze het voedsel. Vlees of vis werd boven
vuur gerookt. Van fruit werd moes gemaakt. Met honing erbij
werd het jam. Voedsel hield men koel door kuilen te graven.
bron 1
Voorwerpen uit de prehistorie. Ze zijn
gevonden in Egypte en zijn meer dan 5000 jaar oud.
Je ziet onder andere bijlen en speerpunten.
8
HOOFDSTUK 1 De tijd van jagers en boeren
9 Lees de leertekst en bekijk HB bron 4.
a
Wat voor kleding dragen de mensen?
b
Welke gereedschappen worden gebruikt?
c
Hoe zien de woningen eruit?
Voedsel
Gereedschappen
Werkzaamheden
10 Bekijk WB bron 3.
a
Wat voor kleding dragen de mensen?
b
Waar houden de vrouwen zich mee bezig?
Woning
c
Hoe zien de woningen eruit?
11 Deel de volgende taken in. Sommige taken hoorden bij de
Kleding
mannen, andere bij de vrouwen.
voedsel verzamelen – jagen – kinderen verzorgen – kleding
maken – gereedschappen maken.
Mannen
Vrouwen
13 Maak de grotschildering op papier. Zorg ervoor dat er zoveel
mogelijk dingen uit het leven van de jagers en verzamelaars
op te zien zijn!
HB H1 §1 Leertekst
Verwerken
12 Lees de antwoorden op vraag 1 t/m 11 nog eens goed door. Je
hebt ze nodig voor je grotschildering. Om niets te vergeten op
je tekening, vul je het volgende schema in.
14 Streep de foute woorden door:
– Jagen en verzamelen • Landbouw was het middel van
bestaan voor de eerste mensen. Ze leefden van de natuur.
– De eerste mensen woonden op een vaste plaats • trokken
rond. Dat deden ze omdat het voedsel steeds opraakte.
– Jagers en verzamelaars leefden in kleine • grote groepen.
Mannen en vrouwen deden allebei ander werk. Er was
sprake van een taakverdeling.
bron 3
Zo leefden de eerste mensen.
9
kern
15 Wat hoort bij elkaar?
18 Bekijk WB bron 4 t/m 7. Al deze bronnen geven informatie
A mannen
1
onderzoeker
over het verleden.
B vrouwen
2
jagen
a
C
botten
3
voedsel verzamelen
te weten te komen over het leven van jagers en verzamelaars?
D archeoloog
4
gereedschappen
E
5
ongeschreven bronnen
voorwerpen
De goede combinaties zijn:
16
e
Je kunt op de site de oefentoets en samenvatting bij deze
paragraaf maken.
b
Welke bronnen kan een onderzoeker gebruiken om meer
Kijk nog een keer naar WB bron 4 t/m 7. Verdeel de
bronnen in ongeschreven en geschreven bronnen. Zet ze in
het volgende schema.
Ongeschreven bronnen
Geschreven bronnen
Extra
17
V
Jagers en verzamelaars hadden meestal geen vaste
woonplaats, maar trokken rond. Wat was daarvoor de
belangrijkste oorzaak?
○ Ze konden nog geen huizen bouwen.
c
Wat valt op als je naar de antwoorden van vraag a en b
kijkt?
○ Het was te koud om lang ergens te blijven.
○ Ze trokken naar warmere gebieden.
○ Het voedsel in een gebied raakte op.
bron 4
Deze afbeelding staat op een rots in Noord-Afrika.
Hij is duizenden jaren oud.
bron 5
Een boek
over de geschiedenis
van Nederland.
bron 7 Een stenen kalender. Deze is gevonden in de Sahara.
bron 6
Schrapers. Deze voorwerpen zijn
gemaakt van steen en zijn duizenden jaren oud. Ze
werden gebruikt om dierenhuiden schoon te maken.
10
kern
2
HOOFDSTUK 1 De tijd van jagers en boeren
Een nieuw middel van bestaan
Ontdekken
b
Hoe kun je zien dat de Egyptenaren ook aan veeteelt
deden?
Jager of boer?
De mensen in de prehistorie leefden vanaf 9000 voor Christus
steeds meer als boer. Waarom zou je gaan leven als boer? Het
voedsel groeide toch vanzelf? Wat zou jij kiezen? Jager of boer?
3
Bekijk HB bron 7. Zie je op de bron akkerbouw of veeteelt?
Leg je antwoord uit.
In deze opdracht ga je het leven van de jager vergelijken met het
leven van de boer. Daarbij beantwoord je met behulp van
bronnen een aantal vragen. Aan het einde maak je dan de keuze:
jager blijven of boer worden.
1
4
Lees de leertekst en bekijk HB bron 6.
Het leven van de jagers en verzamelaars had zowel voorals nadelen. Lees de leertekst.
a
A Er was altijd genoeg te eten.
Welke voordelen had het leven van de eerste boeren?
b
Welke twee nadelen had het leven van de eerste boeren?
○ gevaar van mislukte oogsten
B Het was een avontuurlijk leven.
○ stevige huizen
Je kon op een vaste plaats blijven wonen.
○ veeziekten
D Je moest hard werken voor je voedsel.
b
a
Wat was een voordeel van het leven van de jagers en
verzamelaars?
C
Het leven van de eerste boeren had zowel voor- als nadelen.
○ ontstaan van dorpen
Noem twee nadelen van het leven van de jagers en
verzamelaars.
○ leven op een vaste woonplaats
5
Bekijk WB bron 9. Voor welk product van een koe hadden de
eerste boeren potten van aardewerk nodig?
2 Bekijk WB bron 8.
a
Welke drie werkzaamheden in WB bron 8 horen bij
akkerbouw?
○ ploegen
○ zaaien
○ koeien fokken
○ graan oogsten
bron 9 Koeien op een rotstekening uit de Sahara.
De tekening is ongeveer 6000 jaar oud. Deze koeien
werden niet alleen vanwege het vlees gehouden.
bron 8 Egyptenaren aan het werk als boer.
11
kern
6 Vul met de antwoorden van vraag 1 en 4 het volgende schema in.
Voordelen
10 Vul in:
Nadelen
– De eerste boeren leefden in
Jagers en
en het
. Dat gebeurde vanaf ongeveer
verzamelaars
.
– Mensen gingen door de landbouw op een
leven. Ze legden ook
aan.
Boeren
– Door de klimaatverandering konden de mensen
voedsel vinden. Dit was een belangrijke
voor de overschakeling op landbouw.
7
Bekijk het schema van vraag 6 nog eens. Wat zou jij doen?
11 Welke drie zinnen kloppen met de leertekst?
○ Landbouw bestaat uit akkerbouw en veeteelt.
Jager blijven of boer worden? Maak je keuze. Geef hiervoor
○ In Europa ontstonden de eerste vaste woonplaatsen.
minstens twee redenen.
○ Klimaatverandering was een oorzaak voor het leven als
boer.
○ De eerste boeren legden voorraden aan.
○ De eerste boeren woonden in gebieden waar veel regen
viel.
12 Wat zijn oorzaken en gevolgen van het ontstaan van de
landbouw? Zet de volgende woorden in de goede kolom:
HB H1 §2 Leertekst
Verwerken
8 a
klimaatverandering – voorraden – vaste woonplaats – kennis
van de natuur – leven in dorpen.
Oorzaken landbouw
Gevolgen landbouw
Welke twee gevolgen had de klimaatverandering voor de
natuur in de Sahara?
○ Planten verdwenen.
○ Het werd kouder.
○ Er kwamen meer onweersbuien.
○ Veel dieren trokken weg.
b
Welk gevolg had de klimaatverandering voor het leven van
de jagers en verzamelaars?
13
e
Je kunt op de site de oefentoets en samenvatting bij deze
paragraaf maken.
Extra
14 Bekijk WB bron 10.
a
Welk voorwerp kun je van de scherven maken?
9 Bekijk HB bron 8. Streep de foute woorden door.
– Na de ijstijd verbeterde • verslechterde het klimaat in
Europa.
– Daardoor verbeterden • verslechterden de leefomstandigheden.
– In Noord-Afrika verbeterde • verslechterde het klimaat.
– Daardoor verbeterden • verslechterden de leefomstandigheden.
12
Teken het voorwerp naast de scherven.
b
Wat heeft dit voorwerp met de nieuwe manier van leven te
maken?
HOOFDSTUK 1 De tijd van jagers en boeren
bron 10
a
Wat betekent de term ‘neolithicum’ letterlijk?
b
Welke kenmerken passen bij het neolithicum?
Prehistorische scherven.
○ Mensen bewaren spullen in stenen potten.
○ De mensen trekken rond.
○ Akkerbouw en veeteelt worden middel van bestaan.
○ Werktuigen zijn van ijzer.
17 a
Omschrijvingen:
15 Als mensen aardewerk gebruiken, is dat een aanwijzing dat ze
een vaste woonplaats hebben, omdat ...
○ aardewerk op één plaats werd gemaakt.
○ aardewerk lastig is mee te nemen als je steeds verder
trekt.
○ aardewerk werd gebruikt om vlees te bewaren.
e
1
het fokken van dieren
2
een oorzaak voor het ontstaan van landbouw
3
mensen die leven van de landbouw
4
een groep huizen bij elkaar
5
het verbouwen van gewassen
6 een overschot aan voedsel
○ jagers en verzamelaars niet konden pottenbakken.
16
Maak de kruiswoordpuzzel over jagers en boeren.
7
Deze paragraaf speelt zich af in het neolithicum. Zoek op
hiermee werd voedsel verwarmd
8 de plek waar je woont
het internet de term ‘neolithicum’ op en beantwoord de
b
volgende vragen.
Welk woord lees je van boven naar beneden in de
omlijnde balk?
1
2
3
4
5
6
7
8
13
kern
3
Leven aan de oevers van de Nijl
Ontdekken
4
de akkers te krijgen. Welke omschrijving hoort bij welk middel?
Hoe komt het water op de akkers?
A dijk
Zonder de Nijl konden de Egyptenaren niet leven. Er kon niets
groeien zonder het water uit de rivier. Boeren hadden het water
dan ook hard nodig. Ze wilden het water naar zoveel mogelijk
akkers brengen. Maar hoe kregen ze het water daar?
In deze opdracht ga je dit probleem oplossen. Bronnen uit het HB
en WB helpen je daarbij. Aan het einde van de opdracht maak je
een tekening. Hierop laat je zien hoe de Egyptenaren het water
De Egyptenaren gebruikten een aantal middelen om water op
1
water op de akkers tillen
B sluisje
2
water opslaan
C
3
water tegenhouden
D sjadoef
4
af en toe water doorlaten
E
5
water naar de akkers verplaatsen
kanaaltje
waterbekken
De goede combinaties zijn:
5
G
Maak in WB bron 12 een tekening. De tekening gaat over
de irrigatielandbouw van de Egyptenaren. In de tekening kijk
op de akkers kregen. De tekening maak je in het WB. Voordat je
je van bovenaf op de Nijl en de akkers. De Nijl, de akkers en
dat doet, maak je eerst vraag 1 t/m 4. Dan weet je precies hoe je
de kanalen zijn al ingetekend. Je moet de volgende dingen
de tekening moet maken!
nog toevoegen:
1 Lees de leertekst. Waar zorgde de Nijl voor? Er zijn meer
antwoorden goed.
– dijkjes
– sjadoefs
– sluisjes
– waterbekkens
Doe het samen met een andere leerling.
○ vis
HB H1 §3 Leertekst
○ vruchtbare grond
○ makkelijk vervoer
Verwerken
○ regen
2 Bekijk HB bron 12. Wat is een sjadoef?
6 Welke taken had de farao? Er zijn meer antwoorden goed.
A een zaaimachine
○ legeraanvoerder
○ hoogste rechter
B een werktuig om water te verplaatsen
○ inner van belasting
○ belangrijkste bestuurder
7
C een wapen tegen vijanden
Bekijk WB bron 13. Egyptische boeren moesten een deel van
de oogst als belasting betalen.
D een ploeg
3 Bekijk HB bron 9. De Egyptenaren kenden drie seizoenen: de
a
Zet in de bron de cijfers op de goede plaats.
overstromingstijd, zaaitijd en oogsttijd. Kleur op WB bron 11
1
Boeren oogsten het graan.
hoe hoog het water stond per seizoen. Gebruik een blauw
2
Ambtenaren schrijven de oogst op.
potlood. Schrijf de namen van de seizoenen erbij.
3
Ambtenaren meten de akkers op.
dijkje
dijkje
akker
akker
kanaaltjes
dijkje
dijkje
dijkje
bron 11
14
dijkje
De Nijl in de drie seizoenen.
akker
akker
akker
akker
kanaaltjes
kanaaltjes
Nijl
kanaaltjes
bron 12
De irrigatielandbouw van de Egyptenaren.
HOOFDSTUK 1 De tijd van jagers en boeren
b
Waarvoor zou de belasting gebruikt zijn? Er zijn meer
12 Vul in:
antwoorden goed.
– In Egypte was de rivier
erg belangrijk.
○ huizen voor boeren laten bouwen
○ paleizen voor de farao laten bouwen
en dijkjes werd het water verspreid over de akkers. Dit
○ wapens kopen
wordt
Het water werd gebruikt voor de landbouw. Met kanaaltjes
○ de bestuurders betalen
genoemd.
– Om de landbouw in Egypte goed te regelen, was een
8 Bekijk HB bron 10.
a
nodig. De hoogste bestuurder was de
Welke dingen over de farao Narmer kun je zien op de
. Hij werd geholpen door
.
– Ambtenaren gebruikten het
bron? Er zijn meer antwoorden goed.
○ Narmer verslaat een andere Egyptische leider.
om dingen niet
te vergeten. In Egypte was dat het
○ Narmer controleert de ambtenaren.
○ Twee in elkaar verstrikte leeuwen stellen de vereniging van
.
13 Langs de Nijl werd aan landbouw gedaan. Wat waren de voor-
Egypte voor.
delen van landbouw langs de Nijl? Er zijn meer antwoorden goed.
○ Narmer laat een piramide bouwen.
b
○ De bodem was vruchtbaar.
○ Er viel veel regen.
Welke taak van de farao past bij de afbeelding?
A legeraanvoerder
C
B inner van belasting
D belangrijkste bestuurder
○ Er woonden veel mensen.
hoogste rechter
○ Je kon het water van de Nijl over de akkers verspreiden.
○ De oogsten waren meestal goed.
9 Bekijk HB bron 11. Je ziet een schrijvende ambtenaar. Waarom
zou hij op papyrus schrijven? Er zijn meer antwoorden goed.
○ Het is makkelijk te maken.
14
Je kunt op de site de oefentoets en samenvatting bij deze
e
paragraaf maken.
○ Het is makkelijk mee te nemen.
○ Het is gemaakt van stevig materiaal.
○ Het vlekt niet.
10 Voor welke zaken zal het schrift als eerste zijn gebruikt? Er
zijn meer antwoorden goed.
Extra
15 De Nijl stroomt van het zuiden naar het noorden. Leg uit
waarom dat zo is.
○ noteren van belastingopbrengsten
○ mooie verhalen opschrijven
○ regels en wetten opschrijven
○ gedichten schrijven
11 Leg uit dat schrijven voor een ambtenaar belangrijk is.
16 Bekijk WB bron 14. Ontcijfer het volgende woord. Bedenk wel
dat dit geen echt hiërogliefenschrift is. Het echte hiërogliefenschrift bestaat uit meer dan 700 tekens. Ons alfabet kent
maar 26 letters.
.
.
.
.
.
.
.
.
17 Schrijf met behulp van WB bron 14 hieronder je eigen naam in
hiërogliefenschrift.
bron 13
Ambtenaren houden bij hoe groot de oogst is.
A
B
J
K
S
T
C
D
E
F
G
H
I
L
M
N
O
P
Q
R
U
V
W
X
Y
Z
bron 14 Een aantal tekens uit het hiërogliefenschrift.
15
kern
4
Een ingewikkelde samenleving
Ontdekken
b
Bedenk waarom de wijk Deir el-Medina achter een hoge
muur verborgen was en goed werd bewaakt.
Een brief aan de farao
In het Oude Egypte bestonden veel beroepen. De meeste mensen
waren boer, maar er waren ook allerlei mensen die andere
beroepen hadden. Deze mensen werden soms slecht behandeld,
zoals uit de staking blijkt.
3
De werklieden waren, zoals je al hebt kunnen lezen, ontevreden. Bedenk minimaal twee redenen voor de werklieden voor
Je gaat je nu verplaatsen in de Egyptische werklieden die aan
hun ontevredenheid. Haal je informatie uit de ‘ontdekken’-
de rotsgraven van de farao werkten en tot staking overgingen.
tekst en de bronnen in het HB.
In een brief aan de farao schrijf je waarom je staakt en wat je eist.
Om je brief zo goed mogelijk te schrijven, maak je eerst de vragen
1 t/m 3.
1
Lees de introtekst en bekijk HB bron 15. Welke werkzaamheden verrichtten de Egyptische werklieden?
2 Bekijk WB bron 15.
a
Wat kun je zeggen over de grootte van de huizen van de
werklieden?
4
Schrijf nu een brief aan de farao. Hieronder staat hoe je dat
moet doen:
– Je begint de brief door aan de farao te vertellen wie je bent
en wat voor werk je doet.
– Je legt uit waarom je de brief schrijft.
– Je geeft redenen waarom je ontevreden bent.
– Je sluit de brief af met de vraag of de farao wat aan je
ontevredenheid doet.
bron 15 Restanten van de achter een
hoge muur verborgen en goed bewaakte
wijk Deir el-Medina. Hier woonden de
werklieden die aan de graven van de farao’s
werkten. Elk huis bestond uit twee slaapkamers, een leefruimte en een magazijn.
16
HOOFDSTUK 1 De tijd van jagers en boeren
De brief moet ongeveer 150 woorden lang zijn. Je begint de
5
9 Bekijk HB bron 13. Deze bron gaat over de handel.
brief met ‘Geachte farao’. Hoewel de Egyptenaren in hiëroglie-
a
fenschrift schreven, mag jij de brief gewoon in het Nederlands
zien dat de Egyptische handelaren de producten op de bron
schrijven.
niet zelf haalden. Waarom denken ze dat?
Sommige onderzoekers vinden dat je aan de bron kunt
In werkelijkheid zouden Egyptische werklieden niet een brief
aan de farao hebben geschreven. Bedenk een reden hiervoor.
b
Andere onderzoekers vinden dat je aan de bron kunt zien
dat de Egyptische handelaren de producten op de bron wél
HB H1 §4 Leertekst
zelf haalden. Waarom denken ze dat?
Verwerken
6 Zet de volgende zinnen in de goede tijdsvolgorde:
1
Boeren hielden een deel van de oogst over.
2
Er kwamen verschillende beroepen.
3
Niet iedereen hoefde boer te zijn; sommige mensen
gingen zich specialiseren.
4
De irrigatielandbouw zorgde voor een hoge opbrengst.
De goede volgorde is:
7
10 a
Wat hoort niet bij nijverheid?
○ het maken van een muurschildering
○ het bewerken van het land
○ het bakken van brood
○ het timmeren van een kast
b
Leg uit waarom dit niet bij nijverheid past.
Bekijk HB bron 15. Welke beroepen zie je op deze bron?
○ steenhouwers
○ tekenaars
○ schrijvers
○ houtbewerkers
8
V
Wat is een oorzaak geweest voor het ontstaan van steden?
○ de bouw van aparte wijken voor werklieden
○ voedseltekorten
○ overschotten in de landbouw en handel
○ de bouw van rotsgraven voor de farao
11 Lees WB bron 16. Welke beweringen zijn goed?
○ Egyptische vrouwen hadden evenveel rechten als mannen.
○ Egyptische vrouwen hadden meer rechten dan vrouwen in
Italië en Griekenland.
○ Egyptische vrouwen konden zich beklagen bij een
rechtbank.
○ In Egypte hadden vrouwen recht op bezit.
Vrouwen in Egypte
In Egypte gaan vrouwen naar de markt. Ook drijven zij
handel. Mannen blijven thuis en weven. De Griekse schrijver
die dit opschreef, was stomverbaasd toen hij Egypte bezocht.
In Italië en Griekenland hoorden de vrouwen thuis en deden
mannen de zaken. Vrouwen waren ondergeschikt aan de
mannen. Ze konden niet zelf naar een rechtbank, zoals in
Egypte. Ook hadden ze niets te vertellen over hun bezit.
bron 16
17
kern
12 Lees WB bron 17. Dit is een contract tussen een Egyptische
Oeroek
koopman en zijn vrouw.
Land (oorspron-
a
kelijke naam)
Wat was de taak van de vrouw van de Egyptische koop-
man?
Land
b
(huidige naam)
We weten bijna niets over de vrouwen van Egyptische
boeren. Hoe komt dat?
Memphis
Naam van het
volk dat er leefde
Rivier
13 Vul de goede woorden in:
– In Egypte ontstonden verschillende beroepen. Dat kwam
doordat de
daarvan was dat er
langs de
Schrift
veel opbracht. Een gevolg
ontstonden. Deze lagen
Bloeiperiode
.
– De Egyptenaren ruilden ook spullen. Ze dreven
,
16 Wat valt op aan de ligging van deze steden?
bijvoorbeeld in ivoor, hout en vee.
– Vrouwen in Egypte hadden
rechten dan
vrouwen in andere gebieden. Hun belangrijkste taken
waren het zorgen voor de
en het doen van
het huishouden.
14
e
Je kunt op de site de oefentoets en samenvatting bij deze
paragraaf maken.
17
v
De mensen uit Oeroek gebruikten het wiel. Ze hadden het
zelfs uitgevonden rond 3500 voor Christus. Kruis hieronder de
gevolgen van de uitvinding van het wiel aan.
○ Er werden oorlogen gevoerd.
Extra
15
e
Niet alleen in Egypte veranderde de samenleving. Ook op
andere plekken in de wereld, zoals het Midden-Oosten,
ontstonden steden. Oeroek is hier een bekend voorbeeld van.
Zoek op het internet informatie over Oeroek en de Egyptische
stad Memphis en vul het volgende schema in. Beantwoord
daarna de vragen 16 en 17.
Een huwelijkscontract
Ik geef jou twee pond zilver en zorg jaarlijks voor brood,
drank, olie en honing. De kinderen die jij zult baren, zijn
bezitters van alle dingen en zaken die ik zal krijgen. Als ik
een andere vrouw neem, betaal ik je tien pond zilver.
bron 17
18
○ Mensen betaalden belasting.
○ Mensen legden wegen aan.
○ Spullen konden makkelijker worden vervoerd.
kern
5
HOOFDSTUK 1 De tijd van jagers en boeren
Geloven in goden
Ontdekken
b
hadden kunnen zeggen. Wie sprak welke zin?
Leven na de dood
A ‘Ik ga het verhaal van de dode controleren. Daarom weeg
Het geloven in goden was voor de Egyptenaren erg belangrijk.
ik het hart.’
De Egyptenaren dachten dat de goden alles bepaalden, zelfs het
B ‘Het verhaal van de dode moet worden opgeschreven voor
leven na de dood. Het leven na de dood vond plaats in het
Osiris.’
dodenrijk. Maar hoe kwam je in het dodenrijk? En hoe zag het
C
leven er daar uit? In dodenboeken schreven Egyptenaren hier van
alles over op.
In deze opdracht ga je de ideeën van de Egyptenaren over het
B=
C=
Bekijk HB bron 19.
a
Priesters hadden allerlei taken. Met welke taak zijn ze op
de afbeelding bezig?
kunnen spelen, maak je eerst vraag 1 t/m 6.
A de kalender bijhouden
B offers brengen aan de goden
Bekijk HB bron 16. Op de weegschaal zie je rechts het hart van
C
de dode. Links zie je een veer. Het is het teken van rechtvaardig-
zorgen voor een nieuw leven na de dood
D raad vragen aan de goden
heid. Wat zal er gebeuren als het hart zwaarder is dan de veer?
b
A Dan mag de dode het dodenrijk binnengaan.
Bedenk wat een priester tegen de goden zou kunnen
zeggen over een dode.
B Dan wordt het hart opgegeten door het monster.
C
‘Ik verleen u toegang tot het dodenrijk.’
A=
3
dodenrijk naspelen in een rollenspel. Om het rollenspel goed te
1
Hieronder staan drie zinnen die goden in het dodenrijk
Dan mag de dode langer leven in het dodenrijk.
D Dan moet hij opnieuw de reis naar het dodenrijk maken.
2 Lees de leertekst en WB bron 18.
a
Welke god hoort bij welke omschrijving?
A Thoth
1
zonnegod
B Re
2
god van het dodenrijk
C
3
schrijversgod
4
god van het balsemen
Osiris
D Anubis
4
Het leven in het dodenrijk leek veel op het dagelijks leven op
aarde. Zo moesten doden die op aarde boer waren geweest,
ook in het dodenrijk op het land werken. Voor dit werk kregen
ze spullen mee in het graf. Wat zouden de Egyptenaren een
timmerman hebben kunnen meegeven?
De goede combinaties zijn:
bron 18
bron 20 Farao Ramses II brengt een offer
aan de zonnegod Re.
Het dodenboek
Het dodenboek was een soort reisgids. Hierin werd uitgelegd
hoe je in het dodenrijk terechtkwam. De reis naar het
dodenrijk was zwaar. Onderweg kwam je allerlei gevaren
tegen. Als je in het dodenrijk was aangekomen, woog de god
Anubis het hart. De schrijversgod Thoth schreef alles op. Bij
de weegschaal waarmee het hart werd gewogen, zat een
monster klaar om het hart te verslinden als de dode slecht
had geleefd.
bron 19
Aankomst in het dodenrijk
Gegroet, machtige god. Ik ben naar het dodenrijk gekomen
om u en de andere goden te zien. Ik ben nooit slecht geweest
voor andere mensen. Ik heb mijn bedienden niet slecht
behandeld. Ik heb niemand te hard laten werken.
19
kern
5
Lees WB bron 19.
a
Deze tekst is uitgesproken door een dode. Waaraan kun je
zien dat de dode een belangrijk persoon was?
b
Bedenk eenzelfde soort tekst voor een boer. Begin weer
met de woorden ‘Gegroet, machtige god.’
7
G
Verdeel de rollen en speel de aankomst in het dodenrijk
na. Vraag aan je docent hoe je dat moet doen.
HB H1 §5 Leertekst
Verwerken
8 Het geloof van de Egyptenaren wordt een natuurgodsdienst
genoemd. Welke zinnen zijn goed?
○ Voor de Egyptenaren was de natuur erg belangrijk.
○ In een natuurgodsdienst vereren mensen maar één god.
○ Omdat Egyptenaren genoeg voedsel hadden, was de
natuur niet meer belangrijk.
6
G
Maak groepjes van vijf leerlingen. Elke leerling krijgt een
rol. Met de antwoorden van vraag 1 t/m 5 kun je de aankomst
○ Volkeren met een natuurgodsdienst vereren meerdere
goden.
in het dodenrijk naspelen. Er moet alleen nog een verhaal van
worden gemaakt. Vul daarom het volgende schema in. In de
tekstkolom staat steeds welk antwoord je moet gebruiken.
Rol
Tekst
Priester
Vandaag is er een Egyptische boer gestorven. Ik ga daarom nu tot de goden spreken: [vraag 3b]:
De dode maakt de reis naar het dodenrijk.
Dode
[vraag 5b]:
Anubis
[vraag 2b]:
Osiris
Ik wil u ook nog wat vragen. Zo wil ik weten of u iemand vermoord hebt tijdens uw leven.
Dode
Thoth
[vraag 2b]:
Osiris
[vraag 2b]:
De dode leeft verder in het dodenrijk van Osiris.
bron 21 De Egyptische samenleving.
20
HOOFDSTUK
HOOFDSTUK
2 De1tijd
De1 van
tijd
Grieken
vanvan
jagers
en en
Romeinen
HOOFDSTUK
de tijd
jagers
enboeren
boeren
HISTORISCHE PERSONEN
9 Bekijk WB bron 20. Hoe kun je zien dat de goden belangrijker
waren dan de farao?
A De zonnegod heeft de kop van een valk.
B De farao heeft een kroon op zijn hoofd.
C
De farao brengt een offer aan de zonnegod.
D De zonnegod heeft een zonneschijf op zijn hoofd.
Extra
13 Bekijk WB bron 23. Farao’s werden in piramides begraven.
Piramides zijn erg hoog en groot. Het bouwen van een
piramide is dan ook niet makkelijk. Hoe kregen de Egyptenaren die enorme blokken steen naar boven?
10 Bekijk HB bron 17 en lees de leertekst.
a
Zet de volgende werkzaamheden op de goede plaats in de
piramide van WB bron 21.
Egypte besturen – land bewerken – contact leggen met
de goden – zwaar en onbetaald werk doen – timmeren –
het land verdedigen.
b
De werkzaamheden horen bij de verschillende sociale
lagen. Welke sociale laag was het grootst?
14 Om de reis naar het dodenrijk te maken, moest je lichaam wel
volledig bewaard zijn. De nabestaanden moesten het lichaam
dan ook zo behandelen, dat het niet verging. Rijke Egyptenaren lieten zich daarom mummificeren. Het maken van een
mummie was een kostbaar proces en duurde zeventig dagen.
Lees WB bron 24.
11 Bekijk HB bron 20 en WB bron 22.
a
Welke wapens gebruikten de Egyptenaren?
b
In welke periode van het Egyptische Rijk vond de slag bij
Kadesj plaats?
○ Oude Rijk
a
Waarom werden de ingewanden uit het lijk gehaald?
b
Leg uit waarom arme Egyptenaren niet werden gemummifi-
ceerd.
○ Middenrijk
○ Nieuwe Rijk
○ Late Rijk
12
e
Je kunt op de site de oefentoets en samenvatting bij deze
Mummificeren
paragraaf maken.
Periode
Jaartallen
Oude Rijk
ca. 2686-2125 voor Christus
Middenrijk
ca. 2125-1650 voor Christus
Nieuwe Rijk
ca. 1550-1069 voor Christus
Late Rijk
ca. 747-332 voor Christus
bron 22 Het Egyptische Rijk.
Op de vierde dag na de dood begonnen de balsemers met
hun werk. Ze haalden met ijzeren haken de hersenen via de
neusgaten uit de schedel. Daarna maakten ze met een
scherpe steen een snee in de zij van het lichaam. Op die
manier konden ze alle organen en ingewanden verwijderen.
De ingewanden werden met palmwijn gewassen en bestrooid
met lekkere kruiden. Hiermee probeerden ze te voorkomen
dat de ingewanden gingen rotten. Hersenen en ingewanden
bederven namelijk sneller dan de rest van het lichaam. De
hersenen en ingewanden kwamen in kruiken terecht die later
samen met de dode werden begraven. Na deze behandeling
legde men het lichaam een dag of vijftig in een zoutoplossing. Daarna wreven ze het lichaam in met een zalfolie en
wikkelden het in reepjes linnen. Ten slotte werd het lichaam
in een houten kist gelegd en begraven.
bron 24
bron 23 De bouw van een piramide.
21
onderzoek historische personen
kern
6
Cheops en Toetanchamon
De tijd van Cheops en Toetanchamon
1
schema: Cheops
Gebeurtenis
Lees HB bron 2 en 5. Zet op de tijdbalk van WB bron 1 de
Politiek
namen van de twee farao’s met hun sterfjaar.
Hij regeerde van 2589 tot
2566 voor Christus.
2 Wat was het belangrijkste middel van bestaan in de tijd van
Economie
Cheops en Toetanchamon?
Het ging goed met
Egypte.
A jagen en verzamelen
B landbouw
C
Bronnummer(s)
Kunst/cultuur
– Er werden beeldjes
nijverheid
gemaakt.
D handel
– Er is een piramide
gemaakt.
Wie was Cheops?
3
– Zijn graf is leeg-
Bekijk HB bron 1. De piramide van Cheops is een bijzonder
geroofd.
bouwwerk. Het wordt ook wel een wereldwonder genoemd.
Wie was Toetanchamon?
Waarom zouden mensen de piramide van Cheops een
6 Bekijk HB bron 6. Het graf van Toetanchamon ligt niet in de
wereldwonder noemen?
buurt van de piramide van Cheops. Waarom niet? Er zijn meer
A In de piramide vinden allerlei wonderen plaats.
antwoorden goed.
B De piramide is bij een grote brand niet verwoest.
C
○ Farao’s werden in de buurt van hun hoofdstad begraven.
Cheops was een beroemde farao.
Toetanchamon regeerde vanuit een andere stad dan
D De piramide is een heel groot bouwwerk en is heel knap
Cheops.
gemaakt.
4
○ Cheops wilde zo’n grote piramide, dat hij niet in het Dal
Lees HB bron 2. Leg uit dat het moeilijk is om het leven van
der Koningen paste.
Cheops te bestuderen.
○ Cheops wilde niet tussen andere farao’s liggen.
○ Men begon farao’s pas vanaf 1500 voor Christus in
5
Gebruik HB bron 1 t/m 3. Vul het schema in over het leven van
Cheops.
bron 1
3000
voor Christus
22
rotsgraven te begraven. Toen was Cheops allang dood.
○ Toetanchamon had geen geld om in de buurt van de
piramide van Cheops een eigen piramide te bouwen.
Tijdbalk.
2500
2000
1500
1000
500
1
na Christus
HOOFDSTUK 1 De tijd van jagers en boeren
7
Lees HB bron 5. Waarom is het niet moeilijk om het leven van
Toetanchamon te bestuderen?
10 Als je het leven van Cheops en Toetanchamon wilt bestuderen,
heb je betrouwbare bronnen nodig. Klopt de informatie wel?
Veel mensen vinden WB bron 2 niet betrouwbaar. Waarom
niet? Er zijn meer antwoorden goed.
○ Herodotus heeft Cheops nooit gekend. Hij leefde veel later.
8 Gebruik HB bron 4 t/m 6. Vul het schema in over het leven van
○ Herodotus had het verhaal over Cheops van horen zeggen.
Hij wist zelf niet zoveel van Cheops.
Toetanchamon.
○ Herodotus heeft al zijn verhalen verzonnen.
schema: Toetanchamon
Gebeurtenis
Bronnummer(s)
Politiek
○ Herodotus vond Cheops een slechte farao, omdat hij zijn
piramide niet mooi vond.
Wat vind jij van Cheops en Toetanchamon?
– Hij voerde geen oorlog.
Economie
Het ging wel • niet zo goed
met Egypte.
Kunst/cultuur
11 In deze paragraaf heb je de levens van Cheops en Toetanchamon bestudeerd. Wie heeft volgens jou het meest gepresteerd
in zijn leven: Cheops of Toetanchamon? Wie heeft zijn mooie
graf verdiend? Leg je antwoord uit.
– Hij
– In het graf lag een
dodenmasker.
Meningen over Cheops en Toetanchamon
9 Lees WB bron 2. Dit verhaal over Cheops is opgeschreven door
Herodotus, een Griekse geschiedschrijver. Hij leefde tussen
475 en 430 voor Christus. Het verhaal over Cheops had hij
gehoord van een gids. Welke zinnen passen bij WB bron 2?
Er zijn meer antwoorden goed.
○ Het verhaal over Cheops is zeker waar.
○ Het verhaal over Cheops is niet meer te controleren.
○ Herodotus vond Cheops een slechte farao.
○ Herodotus leefde in de tijd van Cheops.
bron 2
De dochter van Cheops
Cheops schaamde zich nergens voor. Soms had hij geld te
kort. Dan sloot hij zijn dochter op in een kamer. Daar moest
ze mannen ontvangen. Deze mannen betaalden voor haar
‘diensten’. Het verdiende geld moest ze aan haar vader
geven. Cheops had hierdoor weer genoeg geld.
23
kern
onderzoek
Nederland
7
1
De eerste landbouwers in onze streken
a
c
In welke periode leefde de ‘Krabbeplasman’? Gebruik
hiervoor WB bron 1.
b
Van welk materiaal waren de gebruiksvoorwerpen van de
hunebedbouwers gemaakt?
Waarom zou deze periode zo genoemd worden, als je kijkt
naar de namen van de andere periodes?
5
Bekijk HB bron 1. Welke dingen zouden de boeren in de
voorraadpotten bewaren? Meer antwoorden kunnen goed zijn.
c
Bekijk HB bron 5. Hoe heette de cultuur van de voorouders
van de ‘Krabbeplasman’?
○ graan
○ vlees
○ vis
6 Bekijk HB bron 4.
HB H1 §7.1-7.3
G
○ water
Deze paragraaf gaat over het leven van de eerste boeren in
a
Van welk materiaal waren de boerderijen gemaakt?
b
Wat was de taak van de vrouwen bij de eerste boeren in
ons land?
ons land. Met behulp van de leertekst en een aantal bronnen
ga je onderzoeken hoe het leven van deze mensen er in de prehistorie heeft uitgezien. Deze opdracht doe je in tweetallen. Om het
c
onderzoek goed te kunnen doen vul je met behulp van de
ons land?
antwoorden op de vragen 2 t/m 10 het schema in bij vraag 11.
d
Je moet daarbij ook de antwoorden van vraag 1 gebruiken.
deden?
2
V
Lees paragraaf 7.1. Leg uit dat het veranderende klimaat
7
een oorzaak is van het ontstaan van landbouw in Nederland.
Wat was de taak van de mannen bij de eerste boeren in
Hoe kun je zien dat de boeren soms ook nog aan de jacht
Bekijk WB bron 2.
a
Bij welke cultuur hoort deze bijl?
b
Waar zou deze bijl voor gebruikt zijn? Meer antwoorden
kunnen goed zijn.
3
a
Lees paragraaf 7.2 en bekijk WB bron 1. In welke periode
leefden de eerste boeren in Nederland?
8
○ bewerken van het land
○ slachten van vee
○ omhakken van bomen
○ voorraadpotten versieren
V
Lees WB bron 3. Leg uit dat het maken van de potten uit
deze bron een gevolg is van het leven als boer.
b
Bekijk HB bron 5. Waar woonden de eerste boeren?
c
Van welk materiaal waren de gebruiksvoorwerpen van de
eerste boeren gemaakt?
4
a
Lees paragraaf 7.3 en bekijk WB bron 1. In welke periode
a
b
bijlen gebruikten? Licht je antwoord toe.
Bekijk HB bron 5. Waar woonden de hunebedbouwers?
bron 1
24
9 Lees WB bron 4.
leefden de hunebedbouwers?
De prehistorie in Nederland.
Periode
Jaartallen
Oude steentijd
tot 8000 voor Christus
Middensteentijd
8000- 5300 voor Christus
Nieuwe steentijd
5300-2000 voor Christus
Bronstijd
2000-800 voor Christus
IJzertijd
800-50 voor Christus
Waren het de mannen of de vrouwen die de vuurstenen
bron 2
Prehistorische vuurstenen bijl (4000-2000 v. Chr.).
HOOFDSTUK 1 De tijd van jagers en boeren
b
Nederlandse en niet-Nederlandse boeren
Wie gebruikten de schrabbers? Licht je antwoord toe.
12 Niet alleen in Nederland waren er in de prehistorie boeren.
Zoals je al in paragraaf 2 hebt gezien, werd elders in de wereld
al veel eerder aan landbouw gedaan.
a
10 Lees paragraaf 7.3 en bekijk HB bron 3.
Lees de leertekst van paragraaf 2. Wanneer werd er voor
het eerst aan landbouw gedaan?
Een uitspraak: ‘Hunebedbouwers geloofden in een leven na
de dood’. Leg uit dat deze uitspraak klopt.
b
13
11
G
a
Vul met behulp van vraag 1 t/m 10 het onderstaande
V
Waar woonden de eerste boeren?
Lees paragraaf 2, 4 en 5 nog een keer door. Deze paragra-
fen gaan over de oorzaken en gevolgen van de overschakeling
schema in.
op landbouw. Geef bij de volgende zinnen aan of het oorzaken
b
of gevolgen zijn van de overschakeling op landbouw. Streep
Wat ben je te weten gekomen over de leefwijze van de
eerste boeren in de prehistorie in Nederland? Leg in je
steeds het foute woord door.
antwoord in elk geval uit hoe de woningen eruitzagen, hoe de
– Mensen leven op een vaste woonplaats: gevolg • oorzaak
(van de overschakeling op landbouw)
taakverdeling tussen mannen en vrouwen was en wat voor
– Mensen leren de natuur beter kennen: gevolg • oorzaak
soort werktuigen ze gebruikten.
– Er komen nieuwe beroepen: gevolg • oorzaak
– Het gebied krijgt een bestuur: gevolg • oorzaak
schema bij vraag 11: de eerste boeren in de prehistorie in Nederland
Eerste boeren
Hunebedbouwers
‘Krabbeplasman’
Periode
Gebied in Nederland
Gebruikte materialen
Naam van de cultuur
Geloof
bron 3
bron 4
Potten
Bijlen, pijlen en schrabbers
De potten van de trechterbekercultuur werden gemaakt van
rolletjes klei, die op elkaar werden gelegd. De rolletjes klei
werden aan elkaar gemaakt. Hierdoor ontstond een dunne
wand. Als de klei hard was geworden, werden met een spatel
versieringen aangebracht. Archeologen denken dat de
versieringen een bepaalde betekenis hebben gehad. Maar
wat ze precies betekenen, is nog steeds niet duidelijk.
De trechterbekermensen waren lang bezig om vuurstenen bijlen
te maken. Het kostte onder andere veel tijd om ze te slijpen.
De bijlen waren ongeveer 32 centimeter lang. Je kon er binnen
een uur een boom van 30 centimeter dik mee omhakken.
Ze maakten ook stenen hamerbijlen. Deze bijlen werden
vooral als wapen gebruikt. Archeologen hebben verder
pijlpunten opgegraven en zogenoemde schrabbers. Met de
schrabbers werden huiden of hout bewerkt.
25
afsluiting
Afsluiting
1
Vul de ontbrekende woorden in. Gebruik hiervoor de tekst uit
3
Zoek bij de onderstaande jaartallen de goede omschrijving.
het HB. Als je het goed doet, heb je een korte samenvatting
A tot 9000 voor Christus
1
ontstaan van veeteelt
van het hoofdstuk.
B 9000 voor Christus
2
ontstaan van landbouw in
In de prehistorie leefden de mensen lange tijd alleen
C
7500 voor Christus
3
ontstaan van landbouw
van
D 5300 voor Christus
4
jagen en verzamelen
Nederland
. Dit was het enige
. De mensen woonden in
De goede combinaties zijn:
of
.
Ze leefden in
4
groepen bij elkaar. Ze
e
Je kunt op de site de oefentoets en samenvatting bij dit
hoofdstuk maken.
trokken rond.
Vanaf ongeveer
gingen de
mensen ook leven van de
. Er
werd voedsel verbouwd op het land. Dit gebeurde het eerst in
het
en
.
Door het fokken van dieren ontstond de veeteelt. Mensen
leefden op een
.
2 In dit hoofdstuk komen weinig belangrijke personen voor.
Uit het Egyptische Rijk kennen we wél een aantal belangrijke
mensen. Ze staan hieronder in een schema.
a
Achter elke naam staan vier woorden. Eén woord past niet
bij deze persoon. Streep dit woord door.
b
Leg in de laatste kolom uit waarom dat woord er niet bij
hoort.
Persoon
Woorden
Narmer
Eerste farao
Uitleg
Egyptische Rijk
Dal der
Ambtenaren
Koningen
Cheops
Piramide
Thebe
Ambtenaren
Natuurgodsdienst
Toetanchamon
26
Piramide
Dal der
Leider van het
Belangrijkste
Koningen
leger
bestuurder
HOOFDSTUK 1 De tijd
HOOFDSTUK
van jagers enX boeren
Xxxxx
Extra
hiërogliefenschrift
mummie
schrift dat de Egyptenaren vanaf ongeveer 3000 voor Christus
een dood lichaam dat op een speciale manier is behandeld,
gebruikten; het schrift bestaat uit een groot aantal tekeningen
zodat het niet vergaat
die elk een woord of klank uitbeelden
piramide
grafmonument uit het Oude Egypte
Aantekeningen
27
Download