Cursus spelling Havo 4 Werkwoordsspelling Stel eerst de vraag: is de werkwoordsvorm persoonsvorm of niet? Persoonsvorm: Tegenwoordige tijd e.v. – stam -> 1) ik-vorm 2) jij/je achter het ww 3) gebiedende wijs Tegenwoordige tijd e.v. – stam+t -> alle andere gevallen Tegenwoordige tijd m.v -> woordenboekvorm Ik word wakker. Word jij wakker? Word wakker! Hij wordt wakker. Wordt je zus wakker? Wij worden wakker. Cursus spelling Havo 4 Werkwoordsspelling Persoonsvorm: Verleden tijd zwakke werkwoorden Als je niet weet of de uitgang de(n) of te(n) is gebruik je de ‘T KoFSCHiP+X - regel 1) schrijf het hele werkwoord op : juichen schrobben verhuizen 2) haal er de ‘en’ vanaf: juichen schrobben verhuizen 3) staat de laatste letter in ‘T KoFSCHiP+X zo ja: te(n) schrijf de ik-vorm op en daarachter de uitgang juich te (n) zo nee: de(n) schrijf de ik-vorm op en daarachter de uitgang schrob de (n) verhuis de (n) Tenslotte controleer je goed of het onderwerp van de zin in het enkelvoud of meervoud staat! Cursus spelling Havo 4 Werkwoordsspelling Geen persoonsvorm: Voltooid deelwoord Als je niet weet of het voltooid deelwoord op een d of een t eindigt Maak het woord langer dan hoor je het -> Het is gebeurd (gebeurde) Hij heeft gewerkt (werkte) Als je twijfelt gebruik je de ‘T KoFSCHiP+X - regel . 1) schrijf het hele werkwoord op : juichen schrobben verhuizen 2) haal er de ‘en’ vanaf: juichen schrobben verhuizen 3) staat de laatste letter in ‘T KoFSCHiP+X zo ja: t schrijf de ik-vorm op en daarachter de uitgang Hij wordt toegejuicht zo nee: d schrijf de ik-vorm op en daarachter de uitgang Hij heeft de vloer geschrobd. Hij is verhuisd. Een voltooid deelwoord eindigt nooit op dt ! Cursus spelling Havo 4 Werkwoordsspelling Geen persoonsvorm: Bijvoeglijk naamwoord Sommige bijvoeglijke naamwoorden zijn afgeleid van een werkwoord. Basisregel: zo simpel mogelijk het verbrande hout de gehate leraar de vergrote foto Alleen verdubbeling van medeklinkers voor de uitspraak de gezette thee het gewitte plafond het geredde meisje Alleen een n aan het eind als het voltooid deelwoord ook op een n eindigt de gesloten deur (ik heb gesloten) de verzonden brief (ik heb verzonden) het gesmede plan (ik heb gesmeed) Cursus spelling Havo 4 Werkwoordsspelling Import -werkwoorden Werkwoorden die uit het Engels afkomstig zijn vervoeg je op dezelfde manier: racen ik race hij racet hij racete skaten ik skate hij skatet hij skatete hij heeft geracet hij heeft geskatet (de stam is de uitgesproken ik-vorm) faxen ik fax hij faxt hij faxte rugbyen ik rugby hij rugbyt hij rugbyde hij heeft gerugbyd pushen ik push hij pusht hij heeft gepusht hij pushte hij geeft gefaxt Als je twijfelt gebruik je de ‘T KoFSCHiP+X - regel oefenen: Hulp-> opdracht 6 Cursus spelling Havo 4 Probleemwoorden Leer de 100 beruchte Nederlandse woorden (blz 327) Soms is het handig om de woorden in stukjes te hakken, waardoor je bijvoorbeeld goed kunt onthouden of je 1 of 2 medeklinkers moet opschrijven. on – mid – del – lijk a – bon – nees ac – com – mo – da – tie enigs – zins com – mis – sa – ris pro - fes - sor oefenen: Hulp-> opdracht 9 Cursus spelling Havo 4 Meervouden (1) met de vaste letter s -> als de uitspraak correct blijft hotels / orgels / tafels / tantes / milieus met de ‘s -> als de uitspraak anders zou veranderen * woorden die eindigen op de klinkers uit het zinnetje: ik hou van ys ( de e doet dus niet mee) taxi’s / hobby’s / pyjama’s / auto’s (hier staat de klinker alleen in de laatste lettergreep) maar wel: cowboys / bureaus, omdat hier de uitspraak goed blijft (hier staan meer klinkers in de laatste lettergreep) * ook afkortingen krijgen een ‘s tv’s / cao’s / havo’s Cursus spelling Havo 4 Meervouden (2) met –en Soms verdubbelt de laatste medeklinker voor de uitspraak -> pil – pillen Soms verdwijnt er een medeklinker voor de uitspraak -> paal – palen Soms verandert de laatste medeklinker voor de uitspraak -> glas – glazen brief - brieven Let op, niet altijd! : fotograaf – fotografen paragraaf – paragrafen Woorden die eindigen op ik - es (spreek uit als us) – et – el (spreek uit als ul) en niet de klemtoon op de laatste lettergreep hebben krijgen geen verdubbeling van de laatste medeklinker -> monnik – monniken dreumes – dreumesen luiwammes - luiwammesen lemmet - lemmeten engel – engelen artikel - artikelen Cursus spelling Havo 4 Meervouden (3) met –en Woorden die eindigen op ee krijgen – ën erachter -> zee – zeeën Woorden die eindigen op ie krijgen als de klemtoon op de laatste lettergreep valt – ën -> knie - knieën (je hebt 2 knieën, dus 2 ees) kopie - kopieën Als de klemtoon niet op de laatste lettergreep valt krijg je alleen een –n en een trema op de e die er al stond -> porie - poriën bacterie – bacteriën KLEMTOON ..... best moeilijk! (filmpje) Vreemde meervouden museum – musea of museums datum – data of datums musicus – musici medicus – medici Oefenen met meervouden Cursus spelling Havo 4 Sommige of sommigen? Sommige, alle, beide, vele, andere, etc schrijf je met een –e als ze bijvoeglijk gebruikt worden: sommige mensen, vele kopjes koffie 1) Geen -n: wanneer ze verwijzen naar zaken. - Enkele van de voorstellen zijn afgekeurd. - Zijn dit jouw papieren? Nee, de mijne liggen hier. 2)Wel een -n: wanneer ze verwijzen naar personen buiten dezelfde zin. - Er waren meer dan 100 aanwezigen. Velen van hen stemden tegen. - Er waren tientallen mensen: sommige met ballonnen, andere met serpentines. oefenen: Hulp-> opdracht 10 Cursus spelling Havo 4 Samenstellingen tussen –e of tussen –en Tussen de woorden van een samenstelling schrijf je soms extra letters (tussenletters). Hoofdregel: Je schrijft de tussenletters -(e)n- als het éérste deel een zelfstandig naamwoord is met alléén een meervoud op -en of -n. Dus: bejaardenflat, kattenbak, eikenboom, krantenkop Uitzondering: Je schrijft geen tussenletter wanneer het eerste deel een zelfstandig naamwoord is met een meervoud op -s (of op -(e)n en -s). Dus: groentesoep (groentes en groenten), ruimtegebrek, secondewijzer Andere uitzonderingen: * Het eerste deel is de enige in z'n soort: zon, koningin, maan, Dus: maneschijn, zonnescherm, Koninginnedag, Onze-Lieve-Vrouwekerk * Het eerste deel van de samenstelling heeft geen meervoud: tarwe, rogge Dus: tarwebrood, roggebrood, erezaak, eremedaille * Het eerste deel van de samenstelling is: een bijvoeglijk naamwoord: rodekool, platteland, hogeschool een werkwoord: huilebalk, spinnewiel, knorrepot een versterkend woord: beregoed, reuzeplan, * Het woord is geen samenstelling (maar een versteende uitdrukking). bullebak, duimelot, apekool, kattebelletje (briefje), ruggespraak, schattebout, madelief, spillepoot, zinnebeeld Cursus spelling Havo 4 Samenstellingen tussen -s Als we in een samenstelling een s-klank uitspreken, schrijven we hem ook op. dorp + plein -> dorpsplein Als het tweede deel van de samenstelling met een s-klank begint, schrijf je de s alleen als je hem in vergelijkbare samenstellingen ook hoort dorp + gek -> dorpsgek dorp + straat -> dorpsstraat station + klok -> stationsklok station+ chef -> stationschef liefde + verdriet -> liefdesverdriet liefde + scene -> liefdesscѐne oefenen: Hulp-> opdracht 11 Cursus spelling Havo 4 Het liggend streepje (1) Afbreken Je gebruikt het liggende streepje als afbreekteken. - Lettergrepen met een alleenstaande tussenmedeklinker breek je af voor die medeklinker. lo-pen, sla-ven, ka-chel Lettergrepen met twee tussenmedeklinkers breek je af tussen die twee medeklinkers. prut-sen, bok-ser, ston-ken, verlan-gen, konin-gin Bij drie of meer medeklinkers verplaats je zoveel mogelijk medeklinkers naar de volgende regel (let hier vooral op de uitspraak). kap-ster, indu-strie, amb-tenaar Bij samenstellingen handhaaf je deoorspronkelijke woordkernen. angst-schreeuw, afval-bak, groente-boer Weglaten Zet een streepje op de plek waar een deel van een woord is weggelaten: voor- en achterkant binnen- en buitenbanden Cursus spelling Havo 4 Het liggend streepje (2) Scheiden Als in samenstellingen de laatste letter van het ene deel en de eerste letter van het volgende deel tot uitspraakproblemen leiden. radio-omroep, mode-industrie, college-uren, ski-jack Koppelen 1) In de naam van gehuwde vrouwen: mevrouw De Vries-Meier 2) Tussen samenstellingen waarin het ene deel een voor- of nabepaling is van het andere en daar sterk mee verbonden is: niet-roker, Sint-Nicolaas, ex-man 3) In combinaties van titels en beroepen: chef-kok, minister-president 4) In samengestelde aardrijkskundige namen: Zuid-Holland, West-Europa 5) In samenstellingen met cijfers, afkortingen, symbolen: 40+-kaas, wc-bril, $-teken Cursus spelling Havo 4 Het trema Als een woord geen samenstelling is, plaats je geen streepje, maar een trema op de plaats waar een leesprobleem zou kunnen ontstaan. Het trema komt op de tweede klinker waar het leesprobleem kan ontstaan: naïviteit coördinatie ideeën poëzie industrieën financiële kopiëren patiënt vacuüm gecreëerd Let op: de volgende woorden krijgen geen trema: museum, draaiing, opticien, geuit, officieus, geautomatiseerd oefenen: Hulp-> opdracht 12 Cursus spelling Havo 4 De apostrof 1) De apostrof wordt gebruikt in plaats van een letter. ’t Is mijn vriendin. (Het is mijn vriendin.) ’s Middags ga ik naar de stad. (Des middag ga ik naar de stad.) ’s Zomers ga ik naar het strand. (Des zomer ga ik naar het strand.) 2) Voor de uitspraak Bij meervouden Bij bezitsaanduidingen -> bij namen die uitspraakproblemen opleveren een ’s Mickey’s fiets Bo’s fiets bij namen die op een s-klank eindigen alleen een ’ Alex’ fiets Frits’ fiets 3) In afleidingen van letter- en cijferwoorden. havo’er PvdA’er MBO’er 50+’er Cursus spelling Havo 4 Hoofdletters 1) Aan het begin van een nieuwe zin. Als de zin met een apostrof begint krijgt het tweede woord een hoofdletter: ‘s Avonds ‘t Is leuk geweest 2) Bij persoonsnamen Als er geen voornaam of voorletters voor het voorvoegsel staat schrijf je het voorvoegsel met een hoofdletter: Gisteren kwam mevrouw J. de Bruin. Mevrouw De Bruin kwam gisteren Ze is nu getrouwd en heet Judith de Bruin-van Geel 3) Aardrijkskundige namen en namen van straten, hemellichamen, gebouwen, feestdagen en titels van boeken en films : Aruba, de Poolster, de Titanic, Kerstmis (kerstbal), de Parklaan 4) Namen van verenigingen, instellingen, bedrijven en diensten: Ajax, de Nederlandse Spoorwegen Let op: Namen van maanden, dagen en jaargetijden schrijf je met een kleine letter. januari, maandag, herfst Cursus spelling Havo 4 Getallen Voor getallen tot en met twintig gebruik je letters en geen cijfers: achttien, zes, tien Voor tientallen en getallen als honderd, duizend, miljoen, miljard, biljard gebruik je ook letters: Er is 123 miljoen tekort. De band bestond uit twintig man sterk. Het verkeer eiste dit jaar 1143 slachtoffers. Bill Waits is goed voor achttien miljoen dollar. Voor maten, gewichten, bedragen, data, etc. gebruik je cijfers: Het is vandaag 7 januari 2009. De fiets kost €350,00. De afstand van Roosendaal naar Wouw is ongeveer 5 kilometer. Cursus spelling Havo 4 Leestekens Lees paragraaf 11 op blz 338 hiervoor goed door. oefenen: Hulp-> opdracht 13 Maak tenslotte de D-toets oefenen: Hulp-> opdracht 15 SUCCES !