M U S I C

advertisement
A. Uitvoeringen van composities van Ed de Boer in oktober – november:
Verassingsconcert (overwegend muziek van Ed de Boer)
Accordeonensemble Alphen Opus 2, o.l.v. Sergé Latychev:
Zondagmiddag 2 oktober, 15.30 u. Paleiskerk, Paleisstraat 8, 1514 JA Den Haag
Elegy for Tohoku, voor harmonieorkest (ca. 7 min.)
Koninklijke Harmonie Oosterbeek o.l.v. Jurgen Nab
Zondagmiddag 16 oktober, 15.00 u.; Concertgebouw De Vereeniging, Nijmegen
Blauwvingers, voor symfonieorkest (ca. 20 min.)
Kamerorkest Pulcinella o.l.v. Jussi Jaatinen
Vrijdagavond 4 november, 20.15 u.; Geertekerk, Geertekerkhof 23, Utrecht
Zondagmiddag 6 november, 15.00 u.; De Duif, Utrechtsedwarsstraat 7, Amsterdam
Twee delen uit Ex Corpore Hermetico, voor koor a capella (ca. 15 min.)
Vocaal Ensemble MUSA o.l.v. Peter Dijkstra
Zaterdagavondmiddag 5 november, 14.00 u.; Noorderkerk (Noordermarkt 48), Amsterdam
Zondagavond 6 november, 20.00 u.; Sint Willibrorduskerk (Minrebroederstraat 21), Utrecht
Pianotrio ‚De Zwarte Monnik’ (ca. 45 min.)
Atlantic trio:
Vegrad Nilsen, viool; Ansfried Plat, cello; Bas Verheijden, piano
Zondag 6 november, Hoorn, tijdstip en locatie nog niet bekend. Zie t.z.t
http://www.kamermuziekfestivalhoorn.nl/
Vita Aeterna, voor Fanfareorkest (ca. 17 min.)
Fanfareorkest Sint Caecilia, Puth o.l.v. Chris Derikx
Zaterdagavond 12 november, 20.00 u.; zaal de Borenburg, Voerendaal
Met inleiding door de componist
B. Uitvoeringen van de theatervoorstelling Moedermeisjes, met muziek van
Daniël de Boer:
Vrijdag 28 oktober, 20.00 u.; Het Pakhuis, Onder de Boompjes 21, Hoorn
Woensdag 30 november, 20.00 u.; De Engelenbak, Nes 71, Amsterdam
Armeense Rapsodie Nr. II, voor fanfareorkest
Fanfare Eensgezindheid, Maasbracht o.l.v. Jean-Pierre Cnoops
Zondagmiddag 2 oktober, 13.30 u.; Rodahal, Kerkrade
Optreden tijdens het Mini-WMC. Zie http://wmc.nl/nl/wat-is-het-dutch-open/dagindeling-dutch-open.html.
Fanfare Eensgezindheid Maasbracht-Beek opent ‘Fantasia per la vita e la mort’ van de Belgische componist Bert
Appermont. Vervolgens klinken er twee wereldpremières van opdrachtwerken die Fanfare Eensgezindheid
verleende aan Limburgse componisten. Koen Maas neemt op altsaxofoon de solopartij voor zijn rekening in
‘Concerto pour Lulu’ van Jean Lambrechts, en van Vincent Cox wordt ‘An Endless Dream’ met zeer uitgebreide
slagwerkbezetting uitgevoerd. Tot slot komt de Armeense volksmuziek tot leven in ‘Armenian Rhapsody nr. 2’
van Ed de Boer.
Verassingsconcert
Een verrassend ensemble met verrassende muziek van verrassend dichtbij
Accordeonensemble Alphen Opus 2, o.l.v. Sergé Latychev:
Zondagmiddag 2 oktober, 15.30 u. Paleiskerk, Paleisstrat 8, 1514 JA Den Haag
Een bijzonder familieconcert op een gewone zondagmiddag.
Laat je verrassen door magische muziek vol toegankelijke en ontroerende experimenten.
Muziek voor jong en oud, liefhebbers van klassieke muziek en muziek in het algemeen. En zeker ook
voor nieuwe ontdekkers! ....
Proef de sfeer en het enthousiasme: grote kans dat het naar meer smaakt.
Elegy for Tohoku, voor harmonieorkest
Koninklijke Harmonie Oosterbeek o.l.v. Jurgen Nab
Zondagmiddag 16 oktober, 15.00 u.; Concertgebouw De Vereeniging, Nijmegen
HRFSTWND is de titel voor een jaarlijkse serie concerten, die worden georganiseerd door Het Gelders Orkest,
het Kenniscentrum voor Kunst en Cultuur Gelderland en het Muziekuitleen- en informatiecentrum MUI te
Arnhem.
In deze concertserie treden de beste blaasorkesten van Nederland op. Symfonische blaasmuziek is, in de
woorden van de organisatoren, inmiddels een volwassen kunstvorm, die het verdient om onder de aandacht van
het grote publiek te worden gebracht.
Dit jaar valt ook aan de Koninklijke Harmonie Oosterbeek de eer te beurt om aan deze concertserie te mogen
deelnemen. Op zondagmiddag 16 oktober betreedt de KHO om 15.00 uur het landelijk bekende concertpodium
van De Vereeniging te Nijmegen. In deze schitterende concertzaal brengt de KHO dan samen met Harmonie St.
Gregorius uit Haaren een gevarieerd programma.
Het aandeel van de KHO in dit concert bestaat uit een staalkaart van recente Nederlandse werken voor harmonieorkest, waaronder het spectaculaire "Voyage au Centre de la Terre" (Reis naar het middelpunt der Aarde) van de
componist Harrie Janssen, die zich daartoe liet inspireren door het bekende reisverhaal van Jules Verne. Ook
brengt de KHO een heel recent werk "Elegy for Tohoku" van Alexander Comitas, dat bedoeld is als eerbetoon
aan de slachtoffers van de aardbeving en tsunami van 11 maart van dit jaar in Japan.
Blauwvingers, voor symfonieorkest (nog enigszins onder voorbehoud)
Kamerorkest Pulcinella o.l.v. Jussi Jaatinen
Vrijdagavond 4 november, 20.15 u.; Geertekerk, Geertekerkhof 23, Utrecht
Zondagmiddag 6 november, 15.00 u.; De Duif, Utrechtsedwarsstraat 7, Amsterdam
2
Ludwig van Beethoven - Symfonie nr. 7
Eduard de Boer - Blauwvingers
Felix Mendelssohn - Ouverture Ruy Blas
De titel van het stuk refereert aan de historie van de 'Zwolsche Blauwvingers', een verhaal over hoe de
Kampenaren ooit een klokkenspel kochten van de Zwollenaren en het hele bedrag in stuivers uitbetaalden.
Diverse varianten van het verhaal zijn te vinden op internet, o.a.
hier: http://members.home.nl/jtv/blauwvingers.html.
Zelf heb ik gedurende de helft van mijn lagere schooltijd en mijn middelbare schooltijd in Kampen gewoond.
Toen ik nadien studeerde aan het Utrechts Conservatorium, kwam er een verzoek om een stuk te schrijven voor
het Zwols Symfonie Orkest, een goed amateurorkest, destijds o.l.v. Wim Baarens. Vandaar de ietwat schalkse
titel van het werk. Ik schreef het in 1981.
Het stuk is overigens niet programmatisch. In het kader van mijn compositiestudie was ik in die tijd stukken aan
het bestuderen waar meerdere vormen over elkaar heen gelegd zijn, bijvoorbeeld een sonatevorm en een
vierdelige symfonische vorm. De grote b klein sonate van Liszt zit zo in elkaar en de finale van de negende
symfonie van Beethoven op een soortgelijke manier.
Dit principe heb ik in Blauwvingers ook toegepast, maar dan omgekeerd: hier is het een meerdelig werk dat als
geheel een sonatevorm heeft, waarbij deel I staat in een sonatevorm en tegelijkertijd fungeert als expositie van de
grote vorm. Deel III is in het geheel de reprise. In plaats van de gebruikelijke doorwerking is er een wals (deel
II).
De titel 'Wals '81' refereert aan discussies die ik in die tijd had met mede-compositiestudenten. De meesten van
hen waren, evenals hun toenmalige docent (niet de mijne), van mening dat je 'anno 1981 toch niet meer een wals
kon schrijven', of wat dan ook in driekwartsmaat, dat je toch echt niet meer tonaal kon componeren, etc. Dat
waren nog eens tijden. De wals staat in A groot.
Het Zwols Symfonie Orkest gaf op 22 maart 1983 een geslaagde première van het stuk. Men had er hard en heel
toegewijd aan gewerkt, (bijna) tot blauwe vingers toe. Daarna volgen uitvoeringen bij diverse regionale orkesten
en maakte het Radio Filharmonisch Orkest o.l.v. Jan Stulen er een studio opname van.
Twee delen uit Ex Corpore Hermetico, voor koor a capella
Vocaal Ensemble MUSA o.l.v. Peter Dijkstra
Zaterdagavondmiddag 5 november, 14.00 u.; Noorderkerk (Noordermarkt 48), Amsterdam
Zondagavond 6 november, 20.00 u.; Sint Willibrorduskerk (Minrebroederstraat 21), Utrecht
MUSA doet mystiek. Peter Dijkstra dirigeert in het najaar van 2011 een programma met oude en nieuwe
composities op mystieke teksten uit verschillende eeuwen: Hermetische harmonie.
Speciaal voor MUSA schreef de Nederlandse componist Ed de Boer een werk op teksten uit het Corpus
Hermeticum, een verzameling klassieke Griekse teksten over het verkrijgen van geheime, diepe kennis.
Daarnaast staan op het programma de Ecstatic Meditations van de Amerikaan Aaron Jay Kernis. Hij gebruikte
voor zijn schitterende, sensuele muziek enkele teksten van de Middeleeuwse mystica Mechtild von Magdeburg.
Pianotrio ‚De Zwarte Monnik’ (ca. 45 min.)
Atlantic trio:
Vegrad Nilsen, viool; Ansfried Plat, cello; Bas Verheijden, piano
Zondag 6 november, Hoorn, tijdstip en locatie nog niet bekend. Zie t.z.t
http://www.kamermuziekfestivalhoorn.nl/
3
This composition has been inspired by Anton Chekhov’s short story The Black Monk, the titles of the four
movements referring to the places where the action takes place. The music attempts to depict the story’s
atmosphere rather than literally following it. Even so, the general outline has been respected.
I won’t attempt to give a full summary of the story, since this can easily be found on the internet. Instead, here
follow the basic characteristics of each of the movements, and their connection with Chekhov’s story.
I.
Borisovka
This movement has a sonata structure preceded by a slow introduction. Borisovka is the name of horticulturist
Yegor Pesotsky’s estate, who lives there with his daughter Tanya. Pesotsky has taken of care of Andrei Kovrin
when he lost his parents as a child. At the story’s beginning, Kovrin, now a master of arts, has overstrained his
nerves and has accepted an invitation from Tanya to spend the summer with her and her father.
The slow introduction depicts the atmosphere connected with the mysterious black monk, a hallucinatory
product of Kovrin’s overstrained mind. The ensuing Allegro agitato deals with the different types of nervousness
and restlessness of the three characters: the exuberant Yegor Semyonitch constantly fearing that his beloved
orchard is being ruined, lovely Tanya having inherited her father’s agitated disposition, and Kovrin being on the
verge of a nervous breakdown, but actually relishing his condition. The ‘second theme’ is in fact a melody by the
Italian composer Gaetano Braga (1829 – 1907). Chekhov connects his Serenata or Légende valaque to the black
monk’s leading Kovrin to believe that he is a genius.
II.
Moscow
After Kovrin and Tanya are married, the pair goes to Moscow. Tanya wakes up during a nightly encounter of
Kovrin and his black monk hallucination. Panicking, she persuades Kovrin to undergo treatment.
Mysterious and light-hearted, playful musical episodes alternate several times, followed by music with a panicky
atmosphere.
III.
Borisovka
A year later than at the story’s beginning, Kovrin returns to Borisovka, having been treated for megalomania.
Evidently, his mental disorder has been cured, but sadly, his feelings of energy and creativity have also
disappeared, along with the black monk. He now feels sombre and dejected and treats both his wife and his
father in law with unbearable disrespect and rudeness.
The first movement’s main Allegro theme returns, now in a dreary and melancholy fashion. After a while, the
music becomes brutal, reaching a violent climax. The movement ends on a note of sad desolation, implying that
Kovrin has left his wife.
IV.
Yalta
Kovrin is now living with another woman and is coughing blood due to a hemorrhage in his throat. While
visiting the town of Yalta, he receives a letter from Tanya blaming him both for her father's death and the
ensuing orchard's destruction. Remembering how spiteful he had been to Yegor and Tanya, Kovrin experiences
an emotion "akin to terror". He tries to shake off this feeling by setting down to work, but his reminiscences keep
distracting him. Suddenly a well-known melody sounds from the window of a nearby apartment: Braga’s
Serenade. A "thrill of sweet, exquisite delight" washes over him as the black monk appears, kindly reproaching
him for not having believed him. Kovrin starts to hemorrhage heavily from his throat and dies calling Tanya's
name, while the monk whispers to him that his body can "no longer serve as the mortal garb of genius".
Tranquil music depicts a warm spring evening in the beautiful health resort Yalta and its Black Sea bay. A note
of agitation enters, alternating with the tranquil music. The agitated music wins and reaches a climax before
giving way to the return of the Serenata melody. The movement dies out serenely.
4
Vita Aeterna, voor Fanfareorkest (ca. 17 min.)
Fanfareorkest Sint Caecilia, Puth o.l.v. Chris Derikx
Zaterdagavond 12 november, 20.00 u.; zaal de Borenburg, Voerendaal
Met inleiding door de componist
De aanleiding tot het ontstaan van deze compositie was een tragische: op 26 augustus 2010 verdronk Jeffrey
Lindelauf in zijn bad, als gevolg van een onverwachte epileptische aanval. Jeffrey was 18 jaar oud, was lid van de
Koninklijke Fanfare St. Caecilia Puth, en studeerde onder meer euphonium aan het Maastrichts Conservatorium.
Zijn ouders vatten samen met de koninklijke fanfare St Caecilea Puth het plan op om een compositie te laten
schrijven ter nagedachtenis aan hun zoon; een stuk waarin de euphonium een belangrijke rol zou moeten spelen.
Het moest geen tragisch werk worden: Jeffrey was een blijmoedige en vriendelijke jongen en zijn leven was vrij
van grote zorgen, anders dan sporadische aanvallen van epilepsie vanaf zijn elfde levensjaar. Niet alleen kreeg ik
het verzoek deze elementen in de compositie te verwerken, ook aan het volgende hechtten Jeffrey’s ouders veel
belang: na zijn overlijden liet Jeffrey veelvuldig op diverse manieren weten dat hij er nog was, d.m.v. een reeks
‘onverklaarbare’ gebeurtenissen zoals bijvoorbeeld het verplaatsen van voorwerpen. Dit gebeurde de eerste twee
weken bijna dagelijks, nadien minder vaak, maar tot op de dag van vandaag blijven ze voorkomen.
Jeffrey’s ouders raakten ervan overtuigd dat het leven niet ophoudt met de dood en wilden graag dat ik ook dit
aspect in de compositie zou verwerken. Aan dit verzoek wilde ik graag tegemoet komen: ook ik ben ervan
overtuigd dat de dood slechts een overgang is naar een andere vorm van leven. Onder meer Pim van Lommel’s
boek Eindeloos bewustzijn. Een wetenschappelijke visie op de bijna-dood ervaring biedt voor mijn gevoel veel
aanwijzingen in die richting. De compositie heeft dan ook als titel Vita Aeterna (Eeuwig Leven) gekregen.
In overleg met Jeffey’s ouders heb ik het werk in een zodanige vorm – een sonatevorm met een langzame
inleiding en een langzaam coda – gegoten dat het de bovengenoemde elementen bevat. Tevens heb ik het een
meer algemene laag willen geven, een laag waarin het aardse bestaan als zodanig centraal staat. Een overzicht:
Inleiding. Ontwikkeling van het leven in de moederschoot (zachte muziek, die langzaam opbloeit); de geboorte is
een ruwe overgang naar het aardse bestaan (disharmonische klanken).
Expositie. Vrij onbekommerde kindertijd – iets wat je ieder kind toewenst (blijmoedige muziek: een snelle eerstethema groep, gevolgd door een zangerig tweede thema voor euphonium).
Doorwerking. In een latere fase van het leven dienen zich onverwachts problemen aan (nadat het thematisch
materiaal een tijdje vanuit een ander perspectief is belicht, wordt de blijmoedige sfeer plotseling verstoord door
disharmonische klanken).
Reprise. In ieders leven zijn er bepaalde thema’s die terugkeren; ook blijven specifieke problemen dikwijls
voortduren als het aardse bestaan haar afronding nadert (de eerste-thema groep – beginnend met een
prominente solo voor euphonium –wordt aan het eind tijdelijk onderbroken door de bekende disharmonische
klanken; het tweede thema heeft het karakter van een apotheose).
Coda. Na wat we de dood noemen gaat het leven verder in geestelijke sferen (net voor de afsluiting van het
tweede thema keert de ‘problemen’ muziek, nu ontdaan van de disharmonie, nog eenmaal terug, waarna de
zachte muziek van het begin, nu in een andere gedaante, het werk besluit).
Uitvoeringen van de theatervoorstelling Moedermeisjes, met muziek van Daniël de
Boer:
Vrijdag 28 oktober, 20.00 u.; Het Pakhuis, Onder de Boompjes 21, Hoorn
Woensdag 30 november, 20.00 u.; De Engelenbak, Nes 71, Amsterdam
http://www.artiance.nl/nieuws/fotoreportages/muziektheatervoorstelling-moedermeisje
5
Download