Biologie samenvatting H1 + 5.1 + 5.2 H1 Begrip Gedrag Inwendige prikkel Uitwendige prikkel Motiverende factoren Drempelwaarde Gedragseenheden Gedragsketen Gedragssysteem Uitleg Alles wat dieren/mensen doen of laten Prikkels van binnenuit(een organisme) Prikkel van buitenaf Samen in&uitwendige prikkels Hoogte van motivatie die nodig is om tot bepaald gedrag over te gaan Aparte handelingen Vaste volgorde gedragseenheden Samenhangende gedragsketens Functies van gedrag Objectief Antropomorf Ethologie Sleutelprikkel Supernormale prikkel Gevoelige periode Inprenting Signalen Rituelen Balts Conflictgedrag zonder oordeel Subjectieve menselijke benadering van diergedrag Tak van wetenschap die onderzoek doet naar diergedrag Prikkel die altijd zelfde gedrag oproept Versterkte prikkel – overdreven grote prikkel Korte periode na uitkomen van ei, leren wie moederbeeld is bijvoorbeeld Vorm van leren die beperkt is tot korte gevoelige periode Prikkels waarmee dieren het gedrag van soortgenoten willen beïnvloeden Serie gedragseenheden die van tevoren vaststaan Ritueel gedrag dat leidt tot paringsgedrag Treedt op bij innerlijk conflict tussen 2 gedragssystemen. Verschillende soorten komen Voorbeeld Dorstgevoel Geur van beer: zeug stilstaan voor paring Genoeg motivatie door prikkels: drempelwaarde bereikt: zeug paren Staan, lopen, knagen Afbijten - kauwen Varkens: paren, werpen, voeden, etc. Overleven van het individu – overleven van de soort Een kwispelende hond als ‘blij’ omschrijven Rode vlek > pikken Zwarte vlek i.p.v rode vlek Als kuikens in die periode hond krijgen aangeboden is dat hun moeder Signalen met wenkbrauwen, lippen en oren bij honden Begroetingsgewoonten Onderwerpen Ambivalent gedrag Omgericht gedrag Overspronggedrag Overspronggedrag Ambivalent gedrag Omgericht gedrag Aangeboren Gewenning Aangeleerd Imitatie Sociaal gedrag Rangorde Associatief leren Klassieke conditionering Trial-and-error gedrag hieronder. Gedrag dat niet bij de situatie past, dan ga je wat anders doen. Gedrag dat elementen van 2 tegengestelde gedragssystemen afwisselt. Agressie ergens anders op richten Gedrag dat al vanaf geboorte aanwezig is Leren om niet meer te reageren op een prikkel Gedrag dat je leert in leerproces Leren door gedrag van soortgenoten na te bootsen Omgaan met soortgenoten Volgorde van dieren die minder of meer dominant zijn, wie is het hoogst in rang en wie het laagst. Door rangorde zijn gevechten niet voortdurend nodig. Leren prikkels aan elkaar te koppelen Gaat om verband leggen tussen prikkels Proefondervindelijk leren Operante conditionering Cultuur van groep Leren door beloning/straf krijgen voor wat je doet Verschijnsel dat individuen binnen de groep vergelijkbaar gedrag vertonen. Veel met imiteren. Inzicht Mensen/dieren leggen nieuwe verbanden tussen gebeurtenissen/situaties Stelt mensen en dieren in staat sociaal gedrag te vertonen en samen te werken Inlevingsvermogen Aanvallen / weglopen? Poot likken Brullen & overeind komen Dan weer rustig zitten Boos op je vader> je gooit met de deur Huilen Bij mensen: niet meer te schrikken van de trein die achter je huis langs komt Lopen Hoogst krijgt vaak beste voedsel etc. Pavlov onderzocht hiermee speekselreflex van hond Horen van schoolbel: einde les gedrag Alles eten toen je klein was en wat lekker was, herhalen. Dolfijnen krijgen visje als ze iets goed doen Overdracht van ouder op kind van regels, normen, waarden, activiteiten en gewoonten Prikkels stimuleren. Bij biologie is iets pas inwendig als het wordt opgenomen in het lichaam. De weg van een knikker die je eet en die er weer uitkomt, is gewoon uitwendig. 5.1 + 5.2 Begrip Collegiale toetsing Onderdelen wetenschappelijk onderzoek Controleexperiment /blanco Onafhankelijke variabele Afhankelijke variabele Beschrijvend onderzoek Regels experimenteel onderzoek Uitleg Voorbeeld Deskundigen(collega-wetenschappers) bekijken voorafgaand aan publicatie de gevolgde methode, manier waarop meetgegevens zijn weergegeven en manier waarop resultaten verwerkt zijn en naar de conclusie. Ze gaan gevolgde werkwijze na en niet de juistheid van de resultaten. - Onderzoeksvraag: heldere eenduidende vraag over waargenomen verschijnsel, met daarin onafhankelijke&afhankelijke variabele - Hypothese: voorlopig antwoord op onderzoeksvraag, mag geen wilde gok zijn! Alleen zinvol met goede argumenten! - Materiaal en methode: nauwkeurige beschrijving experiment + materialen - Resultaten en verwerking: overzichtelijke vastgelegde waarnemingen en meetgegevens, vaak in vorm van tabellen/diagrammen, soms ook tekeningen/foto’s/films - Conclusie: antwoord op onderzoeksvraag, berust op onderzoeksresultaten - Discussie: bevestiging/verwerping van hypothese, gevolg door uitleg en verklaring van resultaten, verbeterpunten en vragen voor vervolgonderzoek Hiermee controleer je of variabele die je onderzoekt oorzaak is voor resultaat of dat er andere factor in spel is. Bij natuurwetenschappelijk experimenteel onderzoek essentieel voor juiste conclusie. Variabele die niet afhankelijk is van Temperatuur of hoeveelheid wat er gebeurt in het experiment, je varieert zelf de onafhankelijke variabele Wat je meet/waarneemt als gevolg van wat hij varieert Gewoon iets waarnemen Dat kippen vluchtgedrag vertonen wanneer roofvogel overvliegt Variabele kiezen, je verwacht iets (hypothese) maar je moet toch andere variabelen uitsluiten met controle-experiment. Alleen afhankelijke en onafhankelijke variabelen variëren, andere moeten gelijk blijven: je mag maar 1 variabele per x variëren. Nieuwe biologische kennis vindt toepassing in landbouw, veeteelt, klimaatonderzoek en gezondheidszorg. Wetenschappers publiceren hun resultaten in wetenschappelijke tijdschriften. Populair-wetenschappelijke tijdschriften en wikipedia ‘vertalen’ dit naar leesbare artikelen. Controle van wetenschappelijke publicaties door: collegiale toetsing en herhaling van onderzoek. Ethische en wettelijke grenzen beperken wetenschappelijk onderzoek. In onderzoeksverslag de 6 onderdelen van wetenschappelijk onderzoek, de beschrijving moet herhaling van onderzoek mogelijk maken.