• • • • Marjolein Willemse [email protected] Postvakje in oost Dinsdag, woensdag en donderdag Wat heb je nodig? • • • • Nectar 3e editie Schrift Studiewijzer PTA – Volgt nog • Opdracht – Blader het boek door en schrijf op • Welke onderdelen zijn herhaling? • Welke onderdelen zijn nieuw? • Welk onderdeel/ welke onderdelen lijken je moeilijk • Digitaal materiaal – Via Iddink.nl Gedrag Hoofdstuk 1 Nectar Welzijn meten? • Ethogram • Protocol • Begrippenlijst van de dikgedrukte woorden • Opdrachten 1 t/m 5 • Private life of pigs 1.1 Dierenwelzijn 1.2 Gedrag bestuderen • Ethologie – Verbanden vinden in gedrag • Dmv observeren, tellen en meten • Altijd objectief – Welke prikkel zorgt voor welk gedrag? 1.2 Gedrag bestuderen • Antropomorfisme – Toekennen menselijke eigenschappen aan dieren 1.2 Gedrag bestuderen • Sleutelprikkel – Externe prikkel die bij soortgenoten een bepaald voorspelbaar gedrag veroorzaakt 1.2 Gedrag bestuderen • Supranormale prikkel – Versterkte sleutelprikkel • Pas uit het ei gekomen jongen van de zilvermeeuw bedelen bij hun ouders om voedsel door regelmatig te pikken naar de snavel van de oudervogel. Deze snavel is geel van kleur en op de onderkant bevindt zich één rode cirkelvormige vlek. Door de onderzoeker Tinbergen werd in de jaren vijftig onderzoek gedaan naar dit pikgedrag van zilvermeeuwjongen. Tinbergen gebruikte daarvoor onder meer een tweedimensionaal model van de kop van een volwassen zilvermeeuw (zie afbeelding hiernaast). Bij het 'standaardmodel' is de snavel geel en heeft deze een rood gekleurde snavelvlek. Bij één van zijn experimenten liet hij de snavelvlek weg en gaf hij de hele snavel een bepaalde kleur. De daarvoor gebruikte serie meeuwenkoppen en de door Tinbergen waargenomen pikfrequenties van de jongen zijn weergegeven in de afbeelding . • Formuleer twee mogelijke conclusies over de relatie tussen de kleur van de snavel en het pikgedrag van de jongen • De kleur rood is de sterkste sleutelprikkel. • Er is weinig/geen verschil in respons op snavels met een andere kleur dan rood 1.3 Communicatie en gedrag • Communicatie – Alleen tussen soortgenoten – Leren begrijpen http://www.youtube.com/watch?v=RICvxpWSrAw https://www.youtube.com/watch?v=h5jpsNj5wJg (twee meningen) 1.3 Communicatie en gedrag • Ritueel gedrag – Serie van gedragseenheden die van tevoren vaststaan – Functie • Gevechten uit de weg gaan • Wie is de baas, vriend of vijand 1.3 Communicatie en gedrag • Conflictgedrag – Wanneer een dier niet weet welke gedragselementen uit welk gedragssysteem hij moet kiezen – Even grote motivatie voor twee of meer gedragssystemen • Overspronggedrag • Ambivalent gedrag • Omgericht gedrag 1.3 Communicatie en gedrag • Oversprong gedrag – Gedrag uit derde gedragsysteem • Ambivalent gedrag – Afwisselend gedrag uit beide gedragsystemen • Omgericht gedrag – Gedrag richt zich op een derde individu of op iets geheel anders Toepassen • Sluipwespen veranderen gedrag • Artikel over lieveheersbeestjes 1.4 Aangeboren of aangeleerd • Aangeboren – Gedrag is al bij de geboorte aanwezig • Aangeleerd – Gedrag is nog niet bij de geboorte aanwezig • https://www.youtube.com/watch?v=CG6STfepHy0 1.4 Aangeboren of aangeleerd – Inprenting • Leren is beperkt tot een korte gevoelige periode – Ganzen – Gewenning • Een bepaalde reactie op een prikkel wordt afgeleerd na herhaling van die prikkel. – Muizen – Imiteren • Het nadoen van soortgenoten – Makaken 1.4 Aangeboren of aangeleerd – Spelen • Sociaal gedrag – Rangorde/pikorde – Associatief leren • Een toevallige prikkel wordt gekoppeld aan een andere prikkel • Klassieke conditionering – Verband tussen twee verschillende prikkels » Natuurlijke prikkel: onvoorwaardelijke reflex » Neutrale prikkel: geen reactie/reflex – Pavlov 1.4 Aangeboren of aangeleerd – Trial and error • Proefondervindelijk leren • Van alles uitproberen en per ongeluk geluk hebben – Beloning (handhaven gewenst gedrag) of straf voor handeling (afleren ongewenst gedrag) – Operante conditionering – Skinner – Inzicht • Verbanden leggen tussen gebeurtenissen of situaties – Kraai – Chimpansee 1.5 Gedrag van primaten • Cultuur – Individuen binnen een groep vertonen hetzelfde gedrag – Twee voorwaarden • Leven in groep • Imitatie – Primaten Stress • Kortdurend – Goed • Chronisch – Slecht • Geen ontspanning • Sneller vatbaar voor ziekten • Chimpansees – Inlevingsvermogen • Stress bij politica – Karakteristieke stresskenmerken