Handleiding voor het ZRM-supplement: Tijdsbesteding

advertisement
Handleiding voor het ZRM-supplement:
Tijdsbesteding
Wijnand van den Boom, Menno Segeren, Leonie Klaufus, Tjerk Kamann, Steve
Lauriks, Matty de Wit
1
Handleiding voor het ZRM-supplement:
Tijdsbesteding
December 2014
GGD Amsterdam:
Wijnand van den Boom
Menno Segeren
Leonie Klaufus
Tjerk Kamann
Steve Lauriks
Matty de Wit
Ontwerp logo ZRM door Pakweg
© GGD Amsterdam. 2014. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag
worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of
openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch,
door fotokopieën, opnamen of enige andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming van de auteurs. De gebruiker mag deze uitgave niet voor willekeurige
commerciële doeleinden gebruiken, aanpassen, of overbrengen. Contact:
[email protected]
2
Inhoudsopgave
Waarom een ZRM-supplement: Tijdsbesteding?
4
Personen die vrijgesteld zijn van arbeid (met
name gepensioneerden en mensen die volledig
arbeidsongeschikt zijn) hebben meer tijd ‘vrij’ te
besteden. Hiervoor is een aanvullend domein
Tijdsbesteding ontwikkeld. In deze handleiding
wordt beschreven waarmee rekening moet
worden gehouden bij het toekennen van een
score op dit domein.
Wie kan ik beoordelen?
5
Alle personen die je met de ZRM beoordeelt en
die zijn vrijgesteld van arbeid.
ZRM-supplement: Tijdsbesteding
6
Het ZRM-supplement: Tijdsbesteding bevat één
aanvullend domein waarop de zelfredzaamheid
met betrekking tot het besteden van de tijd kan
worden beoordeeld. Dit domein is specifiek van
belang bij personen die zijn vrijgesteld van arbeid.
Zwaartefactor: Vrijgesteld van arbeid
10
Zwaartefactor: Het bereiken van bestemmingen buitenshuis
11
Ontwikkeling ZRM-supplement: Tijdsbesteding en zwaartefactoren
13
Bestaande
meetinstrumenten
voor
de
beoordeling van zelfredzaamheid golden als
uitgangspunt. Daarnaast werden inhoudelijk
verkennende gesprekken met ouderen- en
verstandelijk gehandicapten experts gevoerd en
werd
de
handleiding
voorgelegd
aan
verschillende experts.
Tenslotte
14
3
Waarom een ZRM-supplement:
Tijdsbesteding?
Met de Zelfredzaamheid-Matrix (ZRM) meet je hoe zelfredzaam iemand is. Alle
gegevens over het functioneren van een persoon druk je uit op de ZRM in een totaal
oordeel over de mate van zelfredzaamheid van die persoon op dat moment. De ZRM
heeft elf domeinen die zo geselecteerd zijn dat ze relevant zijn voor alle
volwassenen die gebruik maken van de Nederlandse openbare (geestelijke)
gezondheidszorg (O(G)Gz).
Eén van de belangrijkste uitgangspunten bij de ontwikkeling van de ZRM was dat
alle domeinen voor alle personen gescoord moesten kunnen worden. Voor sommige
specifieke doelgroepen blijkt het wenselijk om naast de elf ‘kern domeinen’ van de
ZRM ook de zelfredzaamheid op een aantal aanvullende domeinen in kaart te
brengen. Voor deze doelgroepen worden daarom zogenaamde ZRM-supplementen
ontwikkeld. Zo is in 2013 een ZRM-supplement voor ouders/voogden van
minderjarige kinderen ontwikkeld (ZRM-supplement: Ouderschap). Hiermee kan de
specifieke zelfredzaamheid met betrekking tot de zorg voor minderjarige kinderen
worden beoordeeld op vier aanvullende domeinen.
Inmiddels wordt de ZRM steeds vaker toegepast bij personen die vrijgesteld zijn van
arbeid (met name gepensioneerden en mensen die volledig arbeidsongeschikt zijn).
Voor deze doelgroep blijkt specifieke aanvullende informatie nodig om de
zelfredzaamheid zo volledig mogelijk in kaart te kunnen brengen. De handleiding die
voor je ligt beschrijft hoe je de zelfredzaamheid met betrekking tot het besteden van
de tijd kunt beoordelen voor mensen die zijn vrijgesteld van arbeid met het
aanvullende domein van het ZRM-supplement: Tijdsbesteding. Bij het in kaart
brengen van de zelfredzaamheid van een persoon die vrijgesteld is van arbeid dient
dit supplement altijd in combinatie met de ZRM te worden afgenomen.
4
Wie kan ik beoordelen?
Het ZRM-supplement: Tijdsbesteding is bedoeld voor de beoordeling van de
zelfredzaamheid van personen die zijn vrijgesteld van arbeid. Het gaat hierbij vooral
om personen die de pensioengerechtige leeftijd hebben bereikt of volledig
arbeidsongeschikt zijn.
5
ZRM-supplement: Tijdsbesteding
Personen die zijn vrijgesteld van arbeid hebben meer (vrije) tijd te besteden. De
mogelijkheid bestaat dat deze personen moeite hebben om deze tijd op een
plezierige of nuttige manier in te vullen (beperkte financiën, sociale weerbaarheid,
sociale contacten). Om meer inzicht te krijgen in de tijdsbesteding gedurende de dag
en week van deze personen is een aanvullend ZRM-supplement met één domein
ontwikkeld: Tijdsbesteding.
Zelfredzaamheid met betrekking tot Tijdsbesteding gaat (1) over de mate waarin
activiteiten gedurende de dag als plezierig en/of nuttig worden ervaren door de
persoon, (2) over de mate waarin een persoon structuur in zijn of haar dag
aanbrengt en (3) hoe het dag-nachtritme is van een persoon.
1. Plezierige en/of nuttige activiteiten
Bij plezierige en/of nuttige activiteiten kun je denken aan activiteiten die binnenshuis
(bijvoorbeeld puzzelen, internetgebruik) of buitenshuis (bijvoorbeeld sporten,
wandelen, café bezoek, (betaald) werk, opleiding) plaatsvinden, activiteiten die door
anderen georganiseerd zijn (bijvoorbeeld vrijwilligerswerk), activiteiten waaraan een
persoon deelneemt vanuit een specifieke hulp- of zorgbehoefte (bijvoorbeeld
georganiseerde dagbesteding, ziekenhuisbezoek), activiteiten die voorvloeien uit de
verantwoordelijkheid voor kinderen of verplichte activiteiten in het kader van straf
maatregelen.
2. Structuur in de dag
Eén van de gevolgen die een persoon ondervindt die is vrijgesteld van arbeid is dat
de structuur in de dag of week afwijkend kan zijn van die van werkende mensen. Er
is namelijk weinig tot geen verschil tussen werk en vrije tijd, tussen week en
weekend. Ook de regelmaat van het elke dag op bepaalde tijd ergens heen moeten
en weer thuis komen kan zijn weggevallen.
Het hebben van een zekere mate van structuur gedurende de dag en/of week is een
belangrijke onderliggende component die duidt op een gezonde tijdsbesteding. Die
structuur kan deels voortvloeien uit structurerende activiteiten en verplichtingen
6
(werk, zorg voor kinderen, sociale verplichtingen), maar ook uit zorggerelateerde
verplichtingen
(medicijngebruik,
afspraken
met
de
medisch
specialist)
en
routinematige activiteiten zoals het nuttigen van ontbijt, middageten en avondeten op
gezette tijden. Het ontbreken van een structuur in de dag kan een negatieve
uitwerking hebben op de tijdsbesteding.
3. Dag-nachtritme
Het dag-nachtritme is een belangrijk aspect van de tijdsbesteding. Een gezond dagnachtritme is tenminste overdag wakker zijn en ’s nachts slapen. Daarnaast is
eveneens de variatie in tijden van naar bed gaan en opstaan, oftewel het slaapwaakritme, een element van het dag-nachtritme. Vragen die je hierbij kunt stellen
zijn: ‘Gaat de persoon iedere avond ongeveer op hetzelfde tijd naar bed en staat hij
of zij op dezelfde tijd op?’ en ‘Ligt de persoon ’s nachts wakker en is hij ’s nachts
actief en overdag inactief?’.
Begrippen

Plezierige en/of nuttige activiteiten/tijdsbesteding = (het besteden van tijd aan)
activiteiten waaraan men plezier beleeft of betekenis ontleent (buiten verslavingsgerelateerde of criminele activiteiten).

Structuur in de dag = activiteiten op vaste momenten in de dag die structuur
brengen in de dag en/of die beschermen tegen een onregelmatig of afwijkend
dag-nachtritme.

Gezond dag-nachtritme = een vast patroon van ’s nachts slapen en overdag
wakker zijn.

Onregelmatig dag-nachtritme = een langere periode gekenmerkt door een
omgekeerd dag-nachtritme of door het ontbreken van een vast slaap-waakritme
met een negatieve invloed op het dagelijks functioneren.

Afwijkend dag-nachtritme = meerdere dagen per week een slaap-waakritme dat
niet goed aansluit op het ritme van de maatschappij met een negatieve invloed
op het dagelijks functioneren.

Enige afwijkingen in het dag-nachtritme = meerdere dagen in de afgelopen
maand afgeweken van een vast slaap-waakritme met een negatieve invloed op
het dagelijks functioneren.
7
Aandachtspunten

Wat “plezierig en nuttig” is voor een persoon hoeft dat niet per se ook te zijn in de
ogen van de hulp- of zorgverlener. Het is wel van belang goed door te vragen
naar (1) hoeveel voldoening een persoon uit de activiteit haalt, (2) of de persoon
de activiteit doet om verveling tegen te gaan, (3) of de persoon mogelijkheden
heeft om alternatieve activiteiten te ondernemen die meer plezierig en/of nuttig
voor hem of haar zijn en (4) een mogelijke negatieve invloed van de activiteit op
de algehele zelfredzaamheid van de persoon (bijvoorbeeld in het geval van
verslavingsgerelateerde of criminele activiteiten).

Vanaf score 4 (‘voldoende zelfredzaam’) en hoger ondervindt de persoon geen
negatieve consequenties door het eventuele ontbreken van structuur in zijn of
haar dagelijks leven. Voldoende en volledige zelfredzaamheid op dit domein
wordt vooral bepaald door de mate waarin de persoon erin slaagt zijn of haar dag
in te vullen met plezierige en/of nuttige activiteiten.

Het aanvullende domein Tijdsbesteding is in een aantal opzichten een
specificatie van zelfredzaamheid van een persoon die vrijgesteld is van arbeid op
andere domeinen. Er is ook sprake van enige overlap van het aanvullende
domein met een aantal van de oorspronkelijke domeinen van de ZRM 2013. Het
kan daarom voorkomen dat informatie zowel relevant is voor de beoordeling op
domeinen van de ZRM als voor de beoordeling op het domein Tijdsbesteding.
Bijvoorbeeld, wanneer een persoon vrijwilligerswerk doet dan weeg je dit ook
mee bij het toekennen van een score op het domein Maatschappelijke
Participatie. De mate waarin het doen van vrijwilligerswerk bijdraagt aan het
hebben van een structuur in de dag of week beïnvloedt ook de score op het
domein Tijdsbesteding.
8
ZRM-supplement: Tijdsbesteding 2014
W. van den Boom, M. W. Segeren, L.H. Klaufus, T.C. Kamann, S. Lauriks, M.A.S. De Wit.
DOMEIN
1 – acute problematiek
2 – niet zelfredzaam
3 – beperkt zelfredzaam
4 – voldoende zelfredzaam
5 – volledig zelfredzaam
Tijdsbesteding
Afwezigheid van plezierige
en nuttige activiteiten en/of
geen structuur in de dag en
onregelmatig dagnachtritme.
Nauwelijks plezierige en
nuttige activiteiten en
nauwelijks structuur in
de dag en afwijkend
dag-nachtritme.
Enige plezierige en nuttige
activiteiten maar voldoende
structuur in de dag en/of
enige afwijkingen in het
dag-nachtritme.
Voldoende plezierige en/of
nuttige activiteiten en dagnachtritme heeft geen negatieve
invloed op het dagelijks
functioneren.
Algehele tijdsbesteding is
plezierig en nuttig en gezond
dag-nachtritme.
© GGD Amsterdam. Van den Boom, Segeren, Klaufus, Kamann, Lauriks, De Wit. 2014. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden
verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch,
mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteurs. De gebruiker mag deze
uitgave niet voor willekeurige commerciële doeleinden gebruiken, aanpassen, of overbrengen. Contact: [email protected].
9
Zwaartefactor: Vrijgesteld van arbeid
Als een persoon is vrijgesteld van het verrichten van betaalde arbeid (bijvoorbeeld in
verband met leeftijd of een beperking) zal je op het ZRM-domein Dagbesteding een
‘2’ (‘Geen dagbesteding, geen overlast’) scoren. Hoewel dit feitelijk correct is, gaat
de normering van een score ‘2’ als ‘niet zelfredzaam’ niet op in deze situatie. De
maatschappelijke norm voor mensen die in een dergelijke bijzondere situatie
verkeren is namelijk dat van hen niet (meer) wordt verwacht dat zij arbeid verrichten.
Ze hebben recht op een uitkering vanuit de AOW (basispensioen) of WAO/WIA en
ontvangen vanaf dat moment eventueel ook het aanvullend pensioen dat zij uit
(arbeids)loon hebben opgebouwd.
Om de beoordeling op het domein Dagbesteding van de ZRM op basis van de
maatschappelijke norm correct te kunnen waarderen en om te bepalen wanneer het
ZRM-supplement: Tijdsbesteding van toepassing is, is op het standaard ZRMscoreformulier (zie www.zrm.nl) een nieuwe zwaartefactor opgenomen: Vrijgesteld
van
arbeid.
Bedenk
wel
dat
wanneer
bijvoorbeeld
een
oudere
de
pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt of met vervroegd pensioen (VUT) is, maar
die alsnog een dagbesteding heeft (betaald werk verricht of een opleiding volgt), op
het domein Dagbesteding met een ‘4’ (‘voldoende zelfredzaam’) of hoger beoordeeld
kan worden. Pensioengerechtigd zijn leidt dus niet automatisch naar een score ‘2’ op
het domein Dagbesteding.
Toevoegingen op het standaard ZRM-scoreformulier:
Vrijgesteld van arbeid?
Ja
namelijk:
Pensioengerechtigde leeftijd
Volledig arbeidsongeschikt
10
Nee
(omcirkel)
Zwaartefactor: Het bereiken van
bestemmingen buitenshuis
Met het bepalen van de mate van zelfredzaamheid van iemand met behulp van de
verschillende domeinen van de ZRM moet je rekening houden met de zwaartefactor:
Het bereiken van bestemmingen buitenshuis.
De zwaartefactor geeft inzicht in de mate waarin de persoon in staat is om
bestemmingen buitenshuis te bereiken. Voorbeelden van bestemmingen zijn de
(klein)kinderen, familie en vrienden, winkels, de supermarkt of de georganiseerde
dagbesteding. Is men beperkt in staat om bestemmingen te bereiken, bijvoorbeeld
door mobiliteitsproblemen, dan kan dat een mogelijke verklarende factor zijn van de
eventuele lage mate van zelfredzaamheid op meerdere domeinen van de ZRM.
Andersom kan gelden dat het wel bereiken van bestemmingen, zoals het werk
(domein Dagbesteding), de supermarkt (voor boodschappen; domein Activiteiten
Dagelijks Leven), de huisarts (domein Lichamelijke gezondheid) en familie of
vrienden (domein Sociaal netwerk), belangrijk is om op de verschillende ZRMdomeinen zelfredzaam te kunnen zijn.
Het bereiken van bestemmingen is een essentieel onderdeel van het leven en
daarom zijn vele vormen van hulp en hulpmiddelen voorhanden waarvan gebruik
kan worden gemaakt indien een persoon (sommige) bestemmingen niet kan
bereiken. Daarom kan de aanwezigheid van “hulp” (in de vorm van een persoon,
denk aan aanvullend openbaar vervoer) en/of “hulpmiddelen” (denk aan een rollator,
een scootmobiel, een navigatiesysteem of een OV-coach app) ook worden
gescoord.
Toevoegingen op het standaard ZRM-scoreformulier:
Bestemmingen
buitenshuis bereiken?
Hulp/hulpmiddel bij
Alle
Niet alle
Geen
(omcirkel)
Nee
Ja, hulp
Ja,
(omcirkel)
11
bereiken bestemmingen?
(persoon) hulpmiddel
Aandachtspunt bij de zwaartefactor

Verminderde mobiliteit heeft invloed op verschillende domeinen van de ZRM.
Bijvoorbeeld wanneer een persoon beperkt tot niet in staat is om te bewegen,
dan scoor je dit op het domein Lichamelijke Gezondheid. Beperkingen bij het zich
verplaatsen binnenshuis, bijvoorbeeld wanneer sommige vertrekken in het huis
niet meer kunnen worden bereikt, is onderdeel van de toereikendheid van de
woning en dit scoor je dan op het domein Huisvesting.
12
Ontwikkeling ZRM-supplement:
Tijdsbesteding en zwaartefactoren
Het ZRM-supplement: Tijdsbesteding en de zwaartefactoren zijn in een aantal
stappen tussen november 2013 en maart 2014 ontwikkeld tot de handleiding.
Hieronder zijn de stappen beschreven.
1. Literatuur.
Een
inventarisatie
is
gemaakt
van
relevante
literatuur
en
meetinstrumenten op het gebied van ouderen en mensen met een VB.
2. Verkennende gesprekken met ouderen- en VB-experts. Op basis van literatuur
en andere instrumenten is een aantal experts geïnterviewd.
3. ZRM-werkgroep (eerste fase). De informatie uit de literatuur en verkennende
gesprekken werd gebundeld door een werkgroep bestaande uit onderzoekers
van de GGD Amsterdam en verwerkt in conceptdomeinen en aanpassingen/
toevoegingen van de ZRM.
4. Focusgroepen. Het ZRM-supplement: Tijdsbesteding en de zwaartefactoren zijn
gepresenteerd tijdens focusgroepen, gehouden op 3, 4 en 11 maart 2014,
waarbij reacties van experts werden geïnventariseerd.
5. ZRM-werkgroep (tweede fase). Op basis van feedback uit de focusgroepen is
een tweede conceptversie van het ZRM-supplement: Tijdsbesteding en de
zwaartefactoren ontwikkeld door onderzoekers van de GGD Amsterdam.
6. Schriftelijke consultatie van experts vanuit de focusgroepen. Tijdens een
schriftelijke ronde zijn experts geconsulteerd over de inhoud van het ZRMsupplement: Tijdsbesteding en de zwaartefactoren.
7. Ervaringen vanuit de ZRM-trainingen voor pilots met de wijkzorgteams in
Amsterdam. Ervaringen vanuit de trainingen zijn door trainers aan de GGD
teruggekoppeld en verwerkt in de conceptversie.
8. Terugkoppeling
ervaringen
en
dataverzameling
vanuit
de
pilots
met
wijkzorgteams. Ervaringen van professionals met betrekking tot de haalbaarheid
en bruikbaarheid van het supplement, alsmede ZRM-scores, zijn geanalyseerd
en verwerkt in het ZRM-supplement: Tijdsbesteding en de zwaartefactoren.
13
Tenslotte
Heb je vragen, opmerkingen, ideeën, suggesties over deze ZRM-supplement:
Tijdsbesteding? Stuur dan een bericht naar [email protected]. Wij kunnen
feedback goed gebruiken bij de ontwikkeling van eventuele nieuwe versies van het
supplement.
Meer weten? Bezoek ook eens de website van de ZRM voor het downloaden van
het standaard ZRM-scoreformulier, meer informatie en publicaties: www.zrm.nl
14
Download