Nectar 3 vmbo-kgt 2e editie Do-it 4 © Noordhoff Uitgevers bv Werkblad Do-it 4 Contactspel 1 Om te controleren of je de routes van een bewuste beweging en van een reflexbeweging begrijpt, speel je twee situaties na: A Je voelt het water onder de douche, dat is te koud en je draait de warme kraan verder open. B Je voelt het water onder de douche en dat blijkt gloeiend heet te zijn en je trekt je arm heel snel weg.. Elke onderdeel van de route (zintuig, gevoelszenuwcel, enzovoort) wordt gespeeld door een leerling. 2 Maak groepen van 9 leerlingen. 3 Maak voor de volgende onderdelen (schakels) van de route een ‘omhangbord’ of ‘opspeldbord’. Noteer de naam van het onderdeel en noteer bij de schakelzenuwcellen ook waar ze naar toe gaan of vandaan komen. • (koude)zintuig in de huid • gevoelszenuwcel • schakelzenuwcel in ruggenmerg (2 x) : naar bewegingszenuwcel, vanaf gevoelszenuwcel • schakelzenuwcellen in hersenen (3 x) : (naar) bewegingscentrum; (naar) centrum voor zintuigelijke waarneming, (naar) ruggenmerg • bewegingszenuwcel • (arm)spier 4 Speel eerst situatie A na: • Bedenk in welke volgorde je de schakels tegenkomt op de route. Geef elkaar in de juiste volgorde een hand. • Speel de route na, door elkaar een kneepje in de hand te geven. Degene die een kneepje voelt geeft de kneep weer door aan de volgende schakel, enzovoort. • Als de impuls bij de (arm)spier is aangekomen, dan doet die leerling z’n arm omhoog en maakt een draaibeweging (alsof je aan een kraan draait). Kom je bij de juiste leerling (de armspier) uit? 5 Speel op dezelfde manier situatie B na: • Bedenk welke onderdelen (leerlingen) nu niet mee doen en ga weer in de juiste volgorde staan. • Speel de route na, door elkaar een kneepje in de hand te geven. • Als de impuls bij de (arm)spier is aangekomen, steekt die leerling heel snel een arm in de lucht. 6 Laat tot slot twee groepen tegelijk spelen: de ene groep speelt de bewuste beweging (A) en de andere groep de reflexbeweging (B). Begin precies gelijk (‘starter’!) en let op het tijdverschil tussen beide bewegingen. Alternatief voor stap 4 t/m 6 7 Ga in de opstelling van situatie A staan. • Speel eerst situatie A ( de bewuste beweging) na. • Blijf in dezelfde opstelling staan, kijk welke schakels er tussenuit moeten en speel situatie B (de reflexbeweging) na. Welke leerlingen (schakels) bleven buitenspel? __________________________________________________________________ __________________________________________________________________ __________________________________________________________________ __________________________________________________________________