SOMATIEK IN DE PSYCHIATRIE Praktijkleeropdracht 6 Charisa Ellis Augustus 2014 Praktijkopleider; A. de Ree GGZ inGeest; de Amstelmere B0 Inhoudsopgave blz. Veel voorkomende somatische aandoeningen op de afdeling 2 Omschrijving van de gevolgen volgens het ICF model 3 Beperken van de gezondheidsrisico’s 6 Literatuur 8 1 Veel voorkomende somatische aandoeningen op de afdeling Ik heb in kaart gebracht welke somatische aandoeningen veel voorkomen op de besloten afdeling van de kliniek Amtelmere. Deze afdeling is bestemd voor patiënten met Ernstige Psychische Aandoeningen (EPA). Patiënten krijgen de EPA status als, de psychiatrische aandoening, structureel langdurige beperkingen veroorzaakt in het sociaal maatschappelijk functioneren. Waarbij behandeling noodzakelijk is. De aandoeningen die vallen onder de EPA bevinden zich op as I en as II zoals; schizofrenie, bipolaire stoornis en depressie met psychotische kenmerken(1). Om een goed beeld te krijgen van de somatische aandoeningen, heb ik de gegevens uit het elektronisch patiënten dossiers geraadpleegd. Samen met het actuele medicatie overzicht en de gegevens van de huisarts die is aangesloten bij de afdeling. De gegevens gaven me een goed beeld van de wisselwerking tussen somatische en psychiatrische problematiek op de afdeling. Opvallend is dat er een verband is tussen, de somatische aandoeningen en het gebruik van antipsychotica. De combinatie van de veelvoorkomende somatische aandoeningen vormen samen het metabool syndroom. Deze aandoening is ondanks recent wetenschappelijk onderzoek onderbelicht. Het Metabool syndroom Het metabool syndroom is een combinatie van vier veel voorkomende aandoeningen, hoge bloeddruk (hypertensie) verhoogt cholesterol, verhoogde bloedsuikerwaarden, en obesitas/overgewicht. Het metabool syndroom wordt wel insuline resistentiesyndroom of syndroom X genoemd. Op welke wijze de verschillende factoren bij het metabool syndroom precies met elkaar te maken hebben is nog onbekend. Bij mensen met dit syndroom blijken er ontstekingsreacties in het lichaam op te treden zonder dat er een virus of bacterie mee te maken heeft. De ziekteverschijnselen en symptomen van het metabool syndroom blijven lange tijd onopgemerkt. Het metabool syndroom ontstaat in de meeste gevallen sluipenderwijs. Zo lopen mensen ongemerkt jaren met licht verhoogde glucosewaarden, een hoge bloeddruk of een iets wat verhoogd cholesterol gehalte in het bloed. Sinds kort is de relatie tussen het gebruik van antipsychotica en het metabool syndroom ontdekt. Bijna alle vormen van antipsychotica leidden tot een aanzienlijke gewichtstoename. Zowel klassieke antipsychotica, als de nieuwere atypische antipsychotica kunnen gewichtstoename veroorzaken. Van de atypische antipsychotica zijn vooral Clozapine en Olanzapine geassocieerd met (abdominale)vetophoping. Ook bij Quetiapine (Serequele) en Risperidon is het wel. Het exacte mechanisme van de gewichtstoename bij het gebruik van deze middelen is onbekend. Terwijl het aantal patiënten dat lijdt aan het metabool syndroom snel toeneemt. 2 Omschrijving van de gevolgen volgens het ICF model Om het actuele functioneren en de gevolgen van de aandoening te kunnen omschrijven volgens de ICF model, heb ik cliënt uitgekozen op de afdeling waarbij er sprake is van het metabool syndroom. Samenvatting Martha is een 40 jarige vrouw van Surinaamse afkomst. Woont sinds haar derde levensjaar in Nederland. Ze is met haar ouders en broertje naar Nederland gekomen. Sinds 5 jaar woont Martha zelfstanding onder begeleiding van het RIBW. Ze heeft een uitgebreide voorgeschiedenis, met de diagnose schizofrenie van het paranoïde type ruim 12 jaar geleden. De huidige medicatie 25 mg Olanzapine per dag. De laatste jaren heeft ze tal van somatische klachten ontwikkeld. Ze is in 12 jaar ruim 40 kg aangekomen, vooral de laatste 6 jaar Martha weegt 109kg bij een lengte van 1.70 cm. De forse toename van het lichaamsgewicht vormt voor patiënt een groot probleem. Het beperkt haar in de algemene dagelijkse levensverrichtingen. Martha kan niet langer dan vijf uur zonder ondersteuning van een loophulpmiddel. Omschrijving ICF model Persoonlijke factoren Martha is een 40 jarige vrouw geboren in Suriname. Woont sinds haar derde levensjaar in Nederland. Haar ouders zijn in 1980 gevlucht voor de staatsgreep van het Leger. Martha heeft na de middelbare school een MBO opleiding afgerond. Haar ouders zijn rond haar 14de levensjaar gescheiden. Martha heeft daar nog steeds moeite mee. Het maakt haar verdrietig waardoor ze nog meer gaat blowen. De relatie die ze met haar zus heeft is zus is redelijk. Martha vindt het moeilijk om sociale contacten te onderhouden als gevolg daarvan ziet of spreekt ze haar zus niet vaak. Om diezelfde reden heeft Martha vrijwel geen vrienden. Mw. woont al 10 jaar begeleid in verschillende RIBW instellingen. Ze heeft sinds 3 jaar een betaalde baan in de kantine van het ziekenhuis bij haar in de buurt dit doet ze met veel plezier. Martha doet ook nog vrijwilligerswerk bij de kringloop winkel, dit bevalt prima Martha wordt gezien als gedisciplineerde harde werkster. Martha rookt circa 20 tot 25 sigaretten per dag. Gebruikt een joint per dag. En wekelijks ongeveer 5 glazen wijn. Ziekte/voorgeschiedenis De patiënt is sinds 12 jaar bekend met een schizofrenie van het, paranoïde type (DSM-IV As I:295.30H). Tijdens de psychotische episoden heeft Martha veel last van positieve symptomen ze heeft het idee dat iedereen haar probeert te vergiftigen en ze is bang voor laserstralen die volgens haar vanuit het Krasnapolsky hotel worden geprojecteerd op haar woning. Mw. is 6 keer opgenomen na toename van de klachten passend bij de diagnose. 2003: eerste psychotische decompensatie na het overlijden van haar hond, waarna ambulante behandeling is opgestart bij de GGZ. De laatste jaren is Martha onder behandeling bij verschillende disciplines in het algemeen ziekenhuis voor; Obesitas, Astma, Diabetes Mellitus II, te hoog cholesterol gehalte. 3 Functies en anatomische eigenschappen De mentale functies kwaliteit van bewustzijn (b1102) en de continuïteit van bewustzijn zijn matig is verstoord; er is sprake van frequent drugs gebruik door Martha. Omdat ze dagelijks blowt. Temperament en persoonlijkheid: ontvankelijkheid voor nieuwe ervaringen(b1264) vertrouwen (b1266) zijn matig tot ernstig verstoord. Specifieke mentale functies: vast houden van aandacht (b1400) verdelen van aandacht (b1402). Zijn matig tot ernstig verstoord. Korte termijn geheugen (B1440) oproepen van informatie uit het geheugen (b1442) zijn matig tot ernstig verstoord. Herstel functies van de huid (b820) licht verstoort. Inspanningstolerantie (b455) en handhaving lichaamsgewicht (b530) ernstig verstoord (gewicht 110 kg). Het gewicht is fors toegenomen sinds gebruik Olanzapine. Activiteiten Denken (d163) formuleren en bewerken van ideeën richten van aandacht(d160) oplossen van eenvoudige problemen rond een enkelvoudig onderwerp of vraagstuk(d1750) en oplossen van complexe problemen (d1751) deze gebieden zijn matig verstoord. Het ondernemen van een enkelvoudige taak voorbereiden, starten, tijd en ruimte deze gebieden zijn bij mw. matig verstoord Activiteiten & Participatie Martha heeft als gevolg van het metabool syndroom te maken met verschillende functie stoornissen op verschillende gebieden. Door de forse gewichtstoename als gevolg van antipsychotica gebruik. Kan Martha niet langer, dan vijf uur zelfstandig de deur uit zonder loophulpmiddelen. Er is een participatieprobleem ontstaan. Ze kan niet langer naar haar vrijwilligers werk. Martha is nog vaker thuis, ze heeft nog minder contact met haar omgeving, er ontstaat een verslechtering in de mentale en fysieke gezondheid. Het contact met haar familie verslechterd omdat ze de twee wekelijkse rit naar familie niet meer kan betalen. De groepstherapie die ze volgt binnen de RIBW instelling is nog wel binnen haar bereik. Martha kreeg een kleine vergoeding voor het vrijwilligerswerk naast haar uitkering. Ze heeft nu nog minder geld voor een gevarieerde en gezonde maaltijd. Volgens Het ICF; Participatie Lopen van lange afstanden naar bijvoorbeeld werk(d4501)dit is bij mw. matig tot ernstig verstoord het lukt haar niet meer om naar haar vrijwilligers werk te gaan. Mw. geeft aan dat haar conditie het niet toelaat. Seksuele relaties (d7702) kind en ouder relatie(d7601) en Broer en zus relaties (d7602) mw. heeft in verband met haar aandoening met enige regelmaat problemen binnen de primaire steungroep waaronder haar moeder en zus. Deze gebieden zijn matig verstoord Beroep en werk: behouden van werk en met het werk samenhangende activiteiten om het beroep werk te behouden (d8451) Sport mee doen aan informele of formeel georganiseerde sporten. Deze gebieden zijn ernstig verstoord in verband met mw. haar lichaamsgewicht lukt het mw. niet meer deel te nemen aan deze activiteiten. 4 Doel (Martha) Er is een participatie probleem ontstaan na de forse toename in het lichaamsgewicht van Martha. De negatieve invloed op het sociale leven van Martha neemt geleidelijk aan toe. Martha wil graag 15 kilogram afvallen binnen 6 maanden, zodat Martha niet meer afhankelijk is van loophulpmiddelen. Martha kan geleidelijk de activiteiten zoals vrijwilligerswerk en de bezoeken naar moeder en zus weer hervatten. De externe factoren Beperkt aanbod van activiteiten voor mensen met een beperking. De activiteiten van het buurthuis zijn er vooral gericht op eenzame ouderen, de activiteiten zijn gezamenlijk koken, een spelletjes middagen en Bridge avonden. Deze activiteiten sluiten niet aan bij Martha, een ander buurthuis met activiteiten die wel aansluiten bij Martha zijn buiten haar bereik. Het gebrek aan voorzieningen van de buurt zorgen voor problemen. Volgens de beschrijving van de ICF is er een matig tot ernstige beperking op dit gebied. Martha heeft de afgelopen jaren de mate van zelfstandigheid positief bevorderd, ze mag daarom zelfstandig wonen in RIBW instelling. Binnen de RIBW instelling voelt Martha zich thuis. Maar daar buiten heeft Martha het gevoel dat ze een vreemde is. De Kwakel is een klein dorp met weinig inwoners iedereen kent elkaar. De RIBW instelling die sinds kort is verhuisd naar de Kwakel zorgt voor onrust onder de inwoners. Ze hebben liever geen contact met de patiënten uit de instelling. Dit beperkt Martha in de algemene dagelijkse levensverrichtingen ze voelt een vreemde, niet geaccepteerd met als gevolg dat ze liever geen boodschappen doet in de omgeving. (e325) Financiële activa patiënt heeft veel schulden en weinig inkomen (e1650). 5 Beperken van de gezondheidsrisico’s Naar aanleiding van mijn bevindingen heb ik drie interventies uitgewerkt die erop gericht zijn de gezondheidsrisico’s te beperken bij de doelgroep Verpleegkundige Monitoring bij Gebruik van Antipsychotica De VMGA is een meetinstrument dat periodiek gebruikt kan worden om bijwerkingen en (dreigende) complicaties van antipsychotica tijdig aan het licht te brengen, die voorheen over het hoofd gezien werden. Of pas in een laat stadium ontdekt werden omdat er geen meet instrument was(3). De 5 stappen; meten, laboratorium controles, bijwerkingen, observatie (bewegingen) en incidenten. Zorgen ervoor dat ongewenste bijwerkingen snel worden opgespoord waarna er sneller passende maatregelen genomen kunnen worden. Zodat het risico op ernstige complicaties zoals overgewicht en diabetes kan worden teruggebracht of kan worden voorkomen. Als verpleegkundige van de kliniek is er een belangrijke rol weg gelegd en ben je verantwoordelijk voor het uitvoeren van deze periodieke screening. De uitkomsten van het onderzoek kritisch heb ik beoordeeld op betrouwbaarheid, toepasbaarheid en validiteit. Ik heb de VMGA methode verkozen boven andere methodes omdat; De resultaten uit dit niet op toeval berusten. (statistisch significant) De interventie is snel inzetbaar. Met kleine aanpassingen in de EPD en werkwijze kan de screening al worden uitgevoerd. De doelgroep is vergelijkbaar, de demografische gegevens zoals leeftijd huidskleur, geslacht en co morbiditeit zijn vergelijkbaar met de patiënten van de afdeling. De setting vergelijkbaar is, het onderzoek uitgevoerd in Nederland evenals de ambulante setting die niet vergelijkbaar is met de klinische setting. Er weinig inclusie en exclusie criteria die zijn toegepast bij het uitvoeren van dit onderzoek. De Interventie haalbaar is, de verpleegkundigen zijn gekwalificeerd voor het uitvoeren van de interventie. Ze krijgen instructies in het uitvoeren van de periodieke screening. Aanpassingen in EPD en werkwijze EPD; de afdelingsmanager is verantwoordelijk voor het uitvoeren van de gewenste wijzigingen. Een dubbele controle van het EPD. Een waarschuwingssignaal tijdens het invoeren van de medische gegevens als er sprake is van een verhoogde kans of afwijking. Er is nog geen kopje voor het meten van de buikomvang. Werkwijze; de aandachtfunctionaris C.Ellis is verantwoordelijk voor het verwerken van de wijzigingen in de werkwijze. Het is de bedoeling dat de verpleegkundigen één keer per 3 maanden de 5 stappen van de periodieke screening uitvoeren. De uitkomsten van de verzamelde medische gegevens nemen de verpleegkundigen mee naar het groot (digi-bord) overleg op dinsdag. Deze medische gegevens worden besproken met de psychiater en aangemeld bij de huisarts 6 De huisarts aangesloten bij de kliniek heeft een extra spreekuur voor patiënten waarbij er sprake is van een verhoogd risico. Er is extra aandacht van de huisarts sportinstructeur en diëtist. Gezonde voeding & dieet Gewichtsvermindering door een combinatie van een gezond dieet en bewegen zijn effectief in het tegen gaan van het metabool syndroom(2). Het inschakelen van een diëtiste en een sportinstructeur hebben een positieve invloed op de gewichtsvermindering. De ambulant verpleegkundige heeft daarbij een belangrijke rol om de patiënten te informeren en te motiveren om zich te laten behandelen. Ook het zoeken naar een diëtist en sportinstructeur gespecialiseerd in het werken met psychiatrisch patiënten is belangrijk voor een positief resultaat van de gekozen interventies omdat veel psychiatrische patiënten moeite hebben om zich te houden aan bepaalde leefstijl regels(2). De combinatie van deze interventies ondersteunen de verpleegkundigen bij het verminderen van het risico op het metabool syndroom. Als er al sprake is van het metabool syndroom kan de verpleegkundige vroegtijdig en laagdrempelig de interventies inzetten om verergering van de complicaties zoals overgewicht te voorkomen. De interventies zijn preventief en praktisch inzetbaar. 7 Literatuur 1. Wijk Gv. ICF Nederlandse vertaling van de International Classification of Functioning, Disability and Health. 2nd ed. Centre NWFC, editor. Amerika: Bohn Stafleu van Loghum; 2008. 2. Hengeveld MW, Balkom AJLMv. Leerboek psychiatrie. 2nd ed. Hengeveld MW, Balkom AJLMv, Heeringen Cv, Sabbe BGC, editors. Enschede: De Tijdstroom; 2010. 3. Koolen F. Psychiatrie Nederland. [Online].; 2012. Available from: www.ggzvs.nl/Portals/./Artikel%20Praxis%20Kellen%20-definitief.pdf. 8