ING Investment Office Publicatiedatum: 16 juni 2016 Vraag & antwoord Wat betekent het brexitreferendum voor de diverse sectoren binnen aandelen? De Britten mogen donderdag 23 juni stemmen over een vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie (‘brexit’). Beleggers zijn onzeker over de financiële gevolgen van een eventueel brexit. Hoe zien wij de beleggingsrisico’s voor de verschillende bedrijfssectoren binnen aandelen en voor beursgenoteerd vastgoed? Wat is er aan de hand? De Britten mogen 23 juni bij referendum stemmen over het EU-lidmaatschap van het Verenigd Koninkrijk (VK). De uitkomst van dit referendum is nog onzeker. Volgens de meest recente peilingen is 45% ervoor om de EU te verlaten (‘Leave’) en 42% om lid te blijven van de EU (‘Remain’) (Bron: Supervation, 15 juni 2016). Van de ondervraagden gaf 13% aan het nog niet te weten of niet van plan te zijn om te gaan stemmen. Bij de wedkantoren liggen de percentages, op basis van de hoogte van de uitbetalingen, op ongeveer 40% Leave tegen 60% Remain. In de vraag-en-antwoordpublicatie ‘Wat als het VK uit de EU stapt?’ kunt u onze visie lezen op de mogelijke gevolgen voor de financiële markten in bredere zin. In deze update gaan we dieper in op de kansen en risico’s voor de verschillende aandelensectoren. Wat zijn de belangrijkste factoren voor het koersverloop? Het is niet exact te voorspellen wat de reacties zullen zijn op de uitkomst van het referendum. Maar wat we wel met enige zekerheid kunnen zeggen, is dat de uitkomst vooral gevolgen zal hebben voor de valutamarkt, waaronder de wisselkoers van het Britse pond, en voor de kapitaalmarkten (obligatiemarkten). Dit zien we in aanloop naar het referendum nu al terug op de diverse beurzen. Naast de onzekerheid over de economische gevolgen zijn dit naar onze mening de belangrijkste factoren die van invloed zijn op het koersverloop van aandelen uit de verschillende sectoren. De financiële markten zullen ook na het referendum naar verwachting erg ‘volatiel’ blijven: de koersen blijven erg beweeglijk. ING Investment Office Publicatiedatum: 16 juni 2016 Wat gebeurt er met de koers van het Britse pond? De onzekerheid over het EU-lidmaatschap van het VK heeft grote invloed op de wisselkoers van het Britse pond tegenover andere westerse munten. Een brexit zal leiden tot een fors lagere wisselkoers, een stem voor het lidmaatschap van de EU kan het pond juist iets sterker maken. Dit heeft gevolgen voor verschillende aandelensectoren. Bedrijven die een gedeelte van hun verkopen realiseren in het VK maar hun resultaten publiceren in een andere valuta, zien de waarde van hun omzet uit het VK dalen als het pond verzwakt. Zo behaalt het Spaanse nutsbedrijf Iberdrola ongeveer een derde van zijn omzet in het VK. Als het pond verzwakt, wordt deze omzet minder waard in euro, de munt waarin Iberdrola zijn resultaten rapporteert. Het tegenovergestelde geldt voor Britse bedrijven die een gedeelte van hun verkopen realiseren buiten het VK. De waarde van buitenlandse omzet en winst stijgt, als die wordt uitgedrukt in ponden. Tegelijkertijd worden geïmporteerde producten in het VK duurder en Britse producten relatief goedkoper als het pond daalt. In theorie neemt dan de vraag naar Britse producten toe. Dit komt doordat de buitenlandse vraag aantrekt als producten op exportmarkten goedkoper worden. Dat zou dus een stimulans voor het binnenlandse bedrijfsleven kunnen zijn. Maar bij een brexit kunnen deze positieve effecten van een zwakkere munt teniet worden gedaan door een afname van het consumentenvertrouwen en de afsluiting van de Europese interne markt. En met de obligatierente? Als de Britten in meerderheid stemmen voor een brexit zal de centrale bank van het VK, de Bank of England, naar verwachting extra maatregelen aankondigen om de economische groei te stimuleren. Dit zal ook een effect hebben op de kapitaalmarktrentes. In afwachting van mogelijke acties van de Bank of England zullen de rentes sterk bewegen. Wanneer de uitslag van het referendum ‘Remain’ is, zullen rentes waarschijnlijk iets oplopen. Mochten de Britten stemmen voor vertrek uit de EU, dan verwachten wij dat de toename van de onrust ertoe leidt dat de marktrentes op staatsobligaties van landen met een hogere beoordeelde kredietwaardigheid (zoals Duitsland en Nederland) verder dalen. Door een stijging van de risicopremies (renteopslagen) zullen de rentes op staatsobligaties van landen met een lagere beoordeelde kredietwaardigheid echter stijgen – net als de marktrentes op bedrijfsobligaties. Welke gevolgen heeft dit voor de bankensector? Voor de meeste sectoren zijn de effecten van een brexit vergelijkbaar. Voor de financiële sector, vastgoed en de defensieve sectoren hebben schommelingen in de kapitaalmarktrentes (obligatierentes) specifieke consequenties. Als de risicopremies op obligaties (renteopslagen of ‘spreads’) stijgen, wordt het verschil tussen de rente waartegen banken geld uitlenen aan klanten en de rente waartegen zij zelf geld aantrekken bij de centrale bank groter. Maar het positieve effect van deze stijging van de rentemarge zou kunnen worden tenietgedaan door een stijging van het percentage wanbetalingen (en afschrijvingen) op kredieten indien de hogere financieringskosten gepaard gaan met een verslechtering van de economie als gevolg van een brexit. Bovendien houden vooral ZuidEuropese banken grote hoeveelheden staatsobligaties aan van landen met een lagere kredietwaardigheidsrating. Als de risicopremies stijgen en de koersen van risicovollere staatsobligaties dalen, komen de winsten van banken dus nog meer onder druk te staan. Britse banken zullen daarnaast mogelijk last krijgen van de afnemende kredietkwaliteit van Britse vastgoedleningen in reactie op dalende onroerendgoedprijzen. Daar komt nog een mogelijk negatief effect bij. Als het VK inderdaad uit de EU treedt, kunnen Britse financiële instellingen mogelijk geen gebruik meer maken van het recht om hun producten overal in de Europese Economische Ruimte te verkopen als daarvoor in een enkel land toestemming is verleend (‘passporting’). Dit zou het een stuk ingewikkelder maken voor financiële instellingen om met Europa zaken te doen vanuit het VK. ING Investment Office Publicatiedatum: 16 juni 2016 En voor ‘defensieve’ sectoren? Als de kapitaalmarktrentes stijgen, wordt het dividendrendement van aandelen relatief minder aantrekkelijk. Het omgekeerde geldt ook. Telecommunicatie- en nutsbedrijven hebben gemiddeld de hoogste dividendrendementen en worden daarom vaak als defensieve beleggingen beschouwd. Maar omdat nutsbedrijven gemiddeld ook een relatief hoge schuld hebben, komen de aandelenkoersen van bedrijven uit deze sector extra onder druk te staan als de kapitaalmarktrentes – en daarmee de toekomstige financieringskosten – stijgen. Ook de waarde van beursgenoteerd vastgoed is sterk afhankelijk van de financieringskosten (rentes) en de relatieve aantrekkelijkheid van de dividendinkomsten vergeleken met het dividendrendement op niet-vastgoedaandelen en de obligatierentes. De vastgoedsector krijgt dan ook te lijden als de obligatierentes stijgen. Hoe zit het met de overige sectoren? De Britse bedrijven in de overige sectoren zullen in het geval van een brexit, naast de besproken valutaeffecten, last krijgen van het vervallen van het vrije verkeer van goederen, diensten en kapitaal binnen de EU. Bovendien kunnen de handelsverdragen tussen de EU en andere landen op termijn niet meer op het VK van toepassing zijn. Mogelijk kiezen Britse concerns er dan voor om hun activiteiten te verplaatsen naar de EU. Dit geldt ook voor bedrijven in de technologische, farmaceutische en financiële sectoren die veel hoogopgeleid personeel nodig hebben voor hun activiteiten in het VK en meer moeite zouden krijgen om het benodigde talent in dienst te nemen als het vrije verkeer van werknemers tussen het VK en de rest van de EU vervalt. De afname van de vraag naar kantoren in Londen en het vertrek van inwoners met hoge inkomens zouden een klap zijn voor de Britse vastgoedsector en de lokale economie in het algemeen. Welke sectoren zijn het meest koersgevoelig voor uitslag van het brexitreferendum? Sinds de aankondiging van het referendum reageren de financiële markten op schommelingen in de veronderstelde kans op een brexit. Naarmate 23 juni dichterbij komt en er vaker opiniepeilingen worden gehouden, schommelen de koersen sterker. Mochten de Britten stemmen voor het verlaten van de EU, dan verwachten wij dat vooral de aandelenkoersen van Britse, maar ook zeker Europese financiële waarden en Britse vastgoedaandelen zullen dalen. Aangezien de kans op een brexit al gedeeltelijk in de koersen daarvan is verwerkt, verwachten we bij een Britse keuze om lid te blijven van de EU juist een sterk koersherstel van deze sectoren. Disclaimer Deze publicatie is opgesteld namens ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam en slechts bedoeld ter informatie. ING Bank N.V. is onderdeel van ING Groep N.V. Deze publicatie is geen beleggingsaanbeveling, geen beleggingsadvies noch een aanbieding of uitnodiging tot koop of verkoop van enig financieel instrument. ING Bank N.V. betrekt haar informatie van betrouwbaar geachte bronnen en heeft alle mogelijk zorg betracht om er voor te zorgen dat ten tijde van de publicatie de informatie waarop zij haar visie in deze publicatie heeft gebaseerd niet onjuist of misleidend is. ING Bank N.V. geeft geen garantie dat de door haar gebruikte informatie accuraat of compleet is. De informatie in deze publicatie kan gewijzigd worden zonder enige vorm van aankondiging. Auteursrecht en rechten ter bescherming van gegevensbestanden zijn van toepassing op deze publicatie. Overneming van gegevens uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron wordt vermeld. De waarde van uw belegging kan fluctueren. U kunt uw gehele inleg kwijtraken. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. ING Bank N.V. is statutair gevestigd te Amsterdam, handelsregister nr. 33031431 Amsterdam en staat onder toezicht van De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten AFM). ING Bank N.V. is onderdeel van ING Groep N.V..