Leer-en begeleidingsdoelen

advertisement
Leer- en begeleidingsdoelen
Vink, tijdens het gesprek met de cliënt voor het opstellen van het trajectplan, de relevante
doelen aan en neem deze naderhand (tip: met kopiëren en plakken) over in het trajectplan
onder het kopje “Persoonlijke leer- en begeleidingsdoelen binnen het traject”
Algemene sociale vaardigheden
Houding en gedrag
Respecteert en accepteert anderen
Hanteert passende omgangsvormen
Past gedrag aan de omgeving aan
Leeft zich in in andermans gevoelens of situatie en toont interesse
Heeft zelfvertrouwen
Komt voor zichzelf op
Geeft op gepaste wijze eigen grenzen aan
Is eerlijk
Kan alleen zijn
Bouwt en onderhoudt sociale contacten
Communicatieve vaardigheden
Maakt een praatje
Luistert naar anderen
Uit mening (op het juiste moment)
Spreekt in een groep
Communiceert openhartig en oprecht
Uit emoties op gepaste wijze
Samenwerken
Draagt bij aan goede sfeer
Geeft en ontvangt feedback op constructieve en positieve wijze
Houdt zich aan afgesproken (huis)regels
Komt afspraken na of meldt tijdig wanneer deze niet nagekomen kunnen worden
Kan “nee” zeggen
Is geduldig
Raadpleegt en betrekt anderen
Helpt anderen
Stemt af en past zich aan de groep aan
(H)erkent de persoonlijke ruimte van anderen
Persoonlijk voorkomen
Is uiterlijk verzorgd en hygiënisch
Past uiterlijk aan de omgeving aan
Leer- en begeeidingsdoelen 1.0
1
Cognitieve vaardigheden
Cognitieve functies
Concentreert zich op bezigheden
Neemt beslissingen
Lost zelfstandig problemen op
Neemt nieuwe informatie op (o.a. spelregels en instructies)
Kan nieuwe informatie onthouden (geheugen)
Leren
Leren van fouten
Wijzigt zelfstandig werkwijze n.a.v. gemaakte fouten
Leert van feedback
Reageert op gepaste wijze op verlies en tegenslag
Onderscheidt (leer)doelen en middelen
Past informatie en vaardigheden uit cursus
toe
Algemene ontwikkeling
Kan Nederlands spreken
Kan Nederlands schrijven
Beschikt over goede luistervaardigheid
Beschikt over goede rekenvaardigheid
Inzet- en doorzettingsvermogen
Neemt initiatief
Houdt vol
Is bereid om te werken aan eigen aandachtspunten
Dagstructurering
Staat op tijd op
Deelt (vrije) tijd goed in
Komt op tijd op afspraken
Kan een planning maken
Houdt balans tussen inspanning en ontspanning
Gezondheid
Leefstijl
Maakt gezonde maaltijden
Heeft een goede lichamelijke conditie
Hanteert een gezonde leefstijl
Beweegt regelmatig
Heeft een goede motoriek
Is voldoende behendig
Leer- en begeeidingsdoelen 1.0
2
Psychische gezondheid
Hanteert spanning
Is in staat om emoties toe te dekken
Rust en stabiliteit vasthouden
Kan loskomen van gedachten
Voelt zich veilig
Algemene dagelijkse levensverrichtingen
Heeft goede persoonlijke hygiëne
Houdt het huishouden op orde
Is zelfredzaam
Financiën
Kan rondkomen van inkomen
Heeft financiën op orde
Mobiliteit
Fietst
Reist met openbaar vervoer
Algemene arbeidsvaardigheden
Productiviteit
Energie willen steken in werk
Opdrachten op tijd afmaken
Voldoende werk verzetten
Omgaan met veranderingen, druk en tegenslag
Bij veranderende omstandigheden taken goed blijven uitvoeren
Past zich aan veranderende omstandigheden aan
Werkt door bij moeilijk en niet leuk werk en bij tegenslag
Blijft nauwkeurig en zorgvuldig werken onder tijdsdruk
Stelt juiste prioriteiten onder tijdsdruk
Blijft productienorm halen onder tijdsdruk
Instructie en procedures kunnen opvolgen
Houdt zich aan werktijden en meldt tijdig afwezigheid
Reageert op de juiste (afgesproken) manier op onverwachte (zorg)zaken
Volgt instructies op en toont discipline
Werkt conform veiligheidsvoorschriften en voorgeschreven procedures
Leer- en begeeidingsdoelen 1.0
3
Accepteert leiding, opdrachten en aanwijzingen
(H)erkent hiërarchische verhoudingen
Zelfstandigheid, nauwkeurigheid en zorgvuldigheid
Zelfstandig taken uitvoeren
Begint uit zichzelf te werken, wacht niet af zonder toezicht
Verantwoordelijkheid nemen voor werk
Signaleert werkzaamheden/problemen en onderneemt actie
Voert taken uit in een logische volgorde
Plant taken / activiteiten
Werkt nauwkeurig
Controleert werkresultaat
Houdt de werkomgeving ordelijk
Gebruikt doeltreffend materiaal en middelen
Draagt zorg voor materialen en middelen
Is betrokken bij het werk en draagt bij aan gezamenlijk resultaat
Informeert proactief
Kent de grenzen van eigen taken, plichten en verantwoordelijkheden
Kan werk en privé scheiden
Vakspecifieke vaardigheden (volgens cliëntprofiel)
Toont vakspecifieke kwaliteiten
Wendt vakspecifieke vaardigheden aan
Is klantvriendelijk
Overige doelen
Leer- en begeeidingsdoelen 1.0
4
Download